Routes en knelpunten Route...1 Handleiding Routes en knelpunten Veilige routes in uw wijk Vrij en...
Transcript of Routes en knelpunten Route...1 Handleiding Routes en knelpunten Veilige routes in uw wijk Vrij en...
Handleiding
Routes en knelpunten
Samen actief in uw buurt
Colofon:
Dit is een uitgave van Veilig Verkeer Nederland
Tekst: Anne-Marie Veldkamp
Inhoud: Christel de Heus
Fotografie: Archief VVN
Foto omslag: Chiel Wollaert
Druk: Tijl Offset
1
Handleiding Routes en knelpunten
Veilige routes in uw wijk
Vrij en veilig bewegen in onze wijk. Dat is iets wat we allemaal wil-
len. Gemakkelijk en veilig naar het winkelcentrum, de bibliotheek
of de sportclub kunnen gaan: het draagt allemaal bij aan ons
gevoel van bewegingsvrijheid. Juist voor kinderen is die bewe-
gingswereld cruciaal. De wijk waarin zij wonen is hun wereld.
Willen wij als volwassenen zo snel mogelijk van a naar b, kinderen
maken vaak echte ontdekkingsreizen van hun tochten. Zo ontdek-
ken zij de wereld, ontwikkelen lichamelijke en sociale vaardigheden
en leren zich zelfstandig te oriënteren in hun omgeving.
Helaas worden kinderen in veel woonwijken belemmerd in hun mobiliteit.
Auto’s rijden bijvoorbeeld te hard, er lopen drukke straten door de wijk
heen, er zijn geen fietspaden of er zijn andere knelpunten die routes in de
wijk onveilig maken. Hierdoor zijn ouders geneigd hun kinderen binnen te
houden of met hen mee te gaan als ze de wijk in willen. Dat is heel begrij-
pelijk, maar wel jammer. Want kinderen worden zoveel meer mens als zij
zelfstandig op pad kunnen gaan in hun buurt.
Deze handleiding over knelpunten in de wijk helpt u bij het in kaart bren-
gen van de verkeersveiligheid van uw wijk. Er worden handvatten gegeven
om de conclusies bespreekbaar te maken met andere bewoners, de school,
de gemeente en in de media. Ten slotte worden in deze handleiding ook
voorbeelden gegeven van oplossingen: hoe zijn wijkbewoners elders in
staat geweest de routes in hun wijk veiliger te maken en de knelpunten op
te lossen?
school
thuis
2
InhoudVeilige routes in uw wijk 1
Acties
1. Routes en knelpunten in kaart 3
1.1 Routes
1.2 Knelpunten
1.3 Aan de slag!
2. Hoe verder? 7
2.1 Gemeente
2.1 Andere wegen
3. Ondersteuning en materialen 9
Achtergrondinformatie
4. Waarom is een verkeersveilige wijk
zo belangrijk voor kinderen 11
4.1 Ontdekken is ontwikkelen
4.2 De gevaren
4.3 Kinderen in het verkeer
4.4 Het kan anders
Bijlagen
Werkblad Route-inventarisatie 13
Werkblad Checklist knelpunten 14
3
Handleiding Routes en knelpunten
Zelf loopt, fietst of rijdt u vast en zeker bijna altijd moeiteloos
door uw wijk. Maar hoe is dat voor kinderen? Voor hen liggen de
zaken soms wat moeilijker. Weet u eigenlijk wel wat uw kind of
de kinderen in uw buurt als knelpunt ervaren in uw wijk?
In dit hoofdstuk vindt u handvaten om samen met kinderen
knelpunten in kaart te brengen.
1.1 Routes
U heeft ongetwijfeld uw eigen routes die u in uw wijk vaak bewandelt.
Ga maar na: hoe gaat u naar de supermarkt? En naar uw werk?
Ook kinderen leggen vaak dezelfde routes af. Juist omdat het vaste
trajecten zijn, is het van belang om er iets meer over te weten. Zijn de
routes veilig? Wat zijn knelpunten die uw kinderen tegenkomen?
1.2 Knelpunten in kaart
De knelpuntentest helpt u in kaart te brengen welke knelpunten uw kind of
de kinderen in uw buurt al dan niet tegenkomen op hun tochten door de
wijk. Iedereen kan initiatiefnemer zijn: ouders, verkeersouders, leerkrachten,
wijkagenten, noem maar op. U krijgt de meeste informatie over de verkeers-
veiligheid in uw omgeving als u uw krachten bundelt met andere ouders en
kinderen. Ook is het mogelijk deze test als project in de klas te laten uitvoe-
ren in groep 7 of 8.
Nadat iedere ouder met zijn of haar kind een eigen knelpuntenkaart heeft
gemaakt, maakt u samen met de andere ouders een gezamenlijke knelpun-
tenkaart van de wijk. Zo krijgt u een duidelijk beeld van de verkeersveilig-
heid van uw wijk. Met de kaart op zak kunt u vervolgens actie ondernemen
om te kijken of de gesignaleerde knelpunten kunnen worden opgelost.
Hierover leest u in hoofdstuk 3 meer.
1. Routes en knelpuntenin kaart
Leerlingen actiefIn Zwolle bedachten leerlingen van het
Meandercollege dat ze een gevaarlijke
oversteekplaats het beste konden
omzeilen door de aanleg van een
nieuw fietspad. De gemeente heeft
hun voorstel overgenomen; het fiets-
pad is inmiddels in gebruik.
4
1.3 Aan de slag!
Stap 1 Welke routes neemt uw kind?
De knelpuntentest kent de volgende indeling:
1 Routes die kinderen zelfstandig lopen of fietsen (‘groene routes’)
2 Routes die kinderen onder begeleiding van een volwassene
lopen of fietsen (‘blauwe routes’)
3 Routes die kinderen achter op de fiets of in de auto van een
volwassene afleggen (‘rode routes’)
Bedenk samen met uw kind welke groene, blauwe en/of rode routes uw
kind vaak aflegt. In het kadertje vindt u enkele voorbeelden om u op weg
te helpen.
Vul die routes in op het werkblad (in de bijlagen van deze handleiding).
Stap 2 Routes selecteren
U kiest nu – weer samen met uw kind – welke routes u in kaart wilt bren-
gen. Kies bijvoorbeeld de routes die het kind het vaakst aflegt, of neem de
routes waarvan u en uw kind vermoeden dat dit de routes met de meeste
knelpunten zijn.
Tip! Bedenk bij een rode route waarom u of een andere volwassene het
kind eigenlijk naar zijn of haar bestemming brengt. Is de afstand naar een
bepaalde bestemming te ver, dan is dit geen goede route om straks in kaart
te brengen. Knelpunten of niet, de afstand blijft immers gelijk. Wordt een
kind gebracht en gehaald omdat u de route gevaarlijk vindt, dan is het wél
interessant om dit eens in de praktijk te testen. Welke knelpunten zijn er
precies? Wie weet zijn die op te lossen en kan uw kind de route dan best
zelfstandig afleggen.
Noteer op het werkblad achter de gevonden routes of u ze wel of niet in
kaart wilt brengen op het werkblad.
Stap 3 Routes en knelpunten in kaart brengen
Maak een kopie van een kaart van het gebied waarin de routes lopen (de
wijk, de gemeente). U vindt kaarten in het stratenboek, in de gemeentegids
of in de telefoongids. U kunt ook op internet kijken bij de websites van
routeplanners. U kunt die kaarten uitprinten.
Groene route:
Teken met een groene stift of pen de groene route(s) in op de kaart. Praat
met uw kind over de kaart. Wat vindt uw kind ervan? Waar denkt uw kind
dat het extra moet opletten? Waar komt het kind knelpunten tegen?
Neem (een kopie van) de checklist knelpunten uit de bijlagen mee. Fiets of
loop, gewapend met deze checklist, de groene ingetekende route. Uw kind
is daarbij uw gids! U bent er normaal gesproken immers ook niet bij als uw
kind deze route aflegt. Vraag uw kind waar hij of zij denkt dat het gevaar-
lijk is. Kijk natuurlijk ook zelf (met behulp van de checklist) naar knelpun-
ten.
Welke routes zijn er zoal?
Hieronder vindt u enkele voorbeelden van
verplaatsingsroutes:
Huis – school - huis
School - buitenschoolse opvang - huis
Huis – sportclub - huis
Huis – buurthuis - huis
School – buurthuis - huis
Huis – vriendje - school
School – vriendje - huis
Huis – winkels - huis
Huis – bibliotheek - school
Huis – speelplek - huis
School - speelplek
5
Handleiding Routes en knelpunten
Tijdens of na afloop van uw wandel- of fietstocht, zet u de knelpunten die u
tegenkwam op de kaart. Dat kan met de groene viltstift of pen, of door de
symbolen (achter in dit wijkwerkboekje) uit te knippen en op de kaart te
plakken.
Tip! Teken de herkenningspunten en de bestemmingen die uw kind
noemt ook op de kaart: speelplekken, ‘gekke’ huizen, het buurthuis, de
kinderopvang, de school. Dat maakt de kaart tot een echte kinderkaart.
Blauwe route:
Deze route loopt of fietst u geregeld samen met uw kind. Teken de blauwe
route met een blauwe stift of pen in op de ‘groene’ kaart of op een nieuwe
kaart. Teken ook op deze route de knelpunten, of plak er symbolen op.
Is het lastig om de knelpunten uit uw hoofd in te tekenen, loop of fiets de
route dan nog eens samen met uw kind en let bewust op eventuele knel-
punten.
Rode route:
Stel: uw kind zou deze route in tegenstelling tot de praktijk wél zelfstandig
nemen. Hoe zou hij of zij dan lopen of fietsen? Het kan zijn dat uw kind
dezelfde route zou nemen, maar dat hoeft niet. Bedenk dan wat een logi-
sche ‘alternatieve’ rode route zou zijn en teken deze samen met uw kind in
met een rode viltstift of pen. Teken of plak knelpunten op deze route. Zijn
dat er veel? Wie weet wordt uw indruk bevestigd en is het nodig dat u uw
kind altijd brengt en haalt naar de rode routebestemming. Of valt het
eigenlijk wel mee?
Ook hier geldt: vindt u het moeilijk om uit uw hoofd knelpunten in te
tekenen, loop of fiets de route dan eens en kijk bewust om u heen.
Afhankelijk van hun leeftijd, kunnen kinde-
ren zelf de routes intekenen. U kunt ze er
ook bij helpen. Vraag dan of zij de routes
omschrijven en wees er alert op dat kinde-
ren de wereld anders bekijken dan u zelf
doet. Zij noemen ongetwijfeld andere her-
kenningspunten. Kleuren van gebouwen,
beelden in tuinen, grote bomen: dat zijn
hun bakens. Combineer de beschrijving van
uw kind samen met uw eigen kennis van
het gebied, dan komt u er ongetwijfeld uit.
Is uw kind nog wat te klein om routes op
een kaart te tekenen, dan is het een leuk
idee om hem of haar een ‘vrije’ tekening te
laten maken van zijn of haar routes. Vraag
of het kind eens tekent wat het onderweg
allemaal tegenkomt. Uit de tekening en de
toelichting van uw kind kunt u vast een
aantal herkenningspunten halen.
kinderen brengen de knelpunten in kaart
6
Stap 4 De knelpuntenkaart
U heeft nu uw eigen routekaart (of kaarten) met knelpunten erop.
Inmiddels hebben meer ouders en kinderen in uw wijk een kaart gemaakt.
Nu is het zaak om alle knelpunten op een grote, gezamenlijke kaart te zet-
ten. U kunt dit op diverse manieren doen.
Het is het leukst om ook nu de kinderen erbij te betrekken: zij kunnen hel-
pen bij het maken van de kaart. Is de groep te groot, of lijkt het u prakti-
scher om de kaart door een aantal volwassenen te laten maken, presenteer
de kaart dan wel aan de kinderen en geef er tekst en uitleg bij. Op deze
manier kunt u met elkaar van gedachten wisselen over de knelpunten, de
ernst ervan en de vervolgacties die u onderneemt. Een school of buurthuis
kan prima als locatie dienen voor zo’n bijeenkomst.
Tips voor het maken van de gezamenlijke kaart:
Bij een copyshop kunt u een plattegrond van uw wijk laten uitvergroten tot
posterformaat. Vergroot dan ook de symbolen uit dit wijkwerkboekje.
Gebruik dezelfde – inmiddels herkenbare – symbolen (zie voorbeelden op
de werkbladen).
Tip: gebruik diverse kleuren spelden om de genoemde knelpunten te mar-
keren. Op die manier kunt u precies zien hoe vaak een bepaald knelpunt
wordt genoemd. Als alle knelpunten in kaart zijn gebracht, kunt u de spel-
den vervangen door een groter of kleiner symbool van het werkblad.
U kunt onderscheid maken tussen knelpunten die echt levensgevaarlijk zijn
en knelpunten waar kinderen wel hinder van ondervinden maar die niet
direct levensgevaarlijke situaties opleveren. Dit kan bijvoorbeeld door grote
(levensgevaarlijk) en kleinere (zou veiliger moeten) symbolen te gebruiken.
Het is belangrijk om inzichtelijk te maken hoe vaak bepaalde knelpunten
door meerdere kinderen en hun ouders zijn geregistreerd. Plak bijvoorbeeld
meerdere symbolen op de plek van het knelpunt, of zet er in cijfers bij hoe-
veel kinderen dit een lastig of gevaarlijk punt vinden.
U kunt de gezamenlijke kaart uitbreiden door er een legenda bij te maken.
Hebben kinderen bijvoorbeeld tekeningen gemaakt van hun routes of van
de knelpunten die zij tegenkwamen, of zijn er foto’s van knelpunten, dan
kunt u die aan de rand van de kaart plakken of ophangen.
Als de kaart klaar is, kunt u er een ‘officieel’ tintje aan geven door alle kin-
deren hun naam onder de kaart te laten zetten en alle volwassenen hun
handtekening. Zo laat u nog eens zien dat het hier gaat om een gezamen-
lijke knelpuntenkaart!
Zorg dat op de kaart duidelijk de naam van de wijk is te zien en dat de
straatnamen (met name van de routes) goed leesbaar zijn.
U kunt de kaart eventueel laten plastificeren bij een copyshop, om bescha-
digingen te voorkomen.
Autovrije straatDe straat Montferland in de
Apeldoornse wijk Woudhuis is auto-
vrij gemaakt. De straat is over een
lengte van 150 meter afgesloten met
paaltjes. Alle bewoners hebben de
sleutel en mogen daar gebruik van
maken voor bijvoorbeeld het uitladen
van boodschappen en het wassen van
de auto. Bewoners parkeren aan de
beide uiteinden van de straat.
Resultaat: kinderen kunnen veilig
spelen voor hun deur.
7
Handleiding Routes en knelpunten
2. Hoe verder?Voordat u gaat bedenken wat u kunt doen aan de knelpunten,
is het raadzaam om prioriteiten te stellen. Om welke knelpunten
gaat het u voornamelijk? Hiervan maakt u – natuurlijk samen met
de kinderen – een lijst.
Kijk vooral naar de knelpunten die u levensgevaarlijk vindt en naar
de knelpunten die door meerdere kinderen en hun ouders worden
genoemd. Juist voor deze knelpunten kunt u zich als wijkbewoners
gezamenlijk hard maken: ze móeten worden opgelost, willen de
kinderen in uw wijk zich vrij en veilig kunnen verplaatsen.
Er bestaat nu een knelpuntenkaart van uw wijk en u hebt gekeken
naar de meest genoemde en gevaarlijke knelpunten. Hoe kunt u
hier nu het beste aandacht voor vragen?
2. 1 Gemeente
In de meeste gevallen is het de gemeente die iets kan doen aan knelpunten.
Denk bijvoorbeeld aan het inrichten van een 30-kilometerzone, het plaatsen
van verkeerslichten of het aanleggen van een zebrapad of voetgangerspad.
Het is dan ook raadzaam om uw knelpuntenkaart in elk geval bij de
gemeente onder de aandacht te brengen. Waar kun je allemaal aan denken?
MIJN L IJST•Jan van Galenstraat hoekAdmiralengracht•
kru is ing PeerkeDonderslaanmet de Nieuwstraat•ove rsteek
8
Elke gemeente heeft een verkeersveiligheidcoördinator of een medewerker
verkeer. Nodig die uit voor een presentatie van de kaart. Of maak een
afspraak in het gemeentehuis en ga met een delegatie kinderen en ouders
uitleggen wat de knelpunten zijn. Vraag welke oplossingen de verkeers-
coördinator ziet en wat er aan het knelpunt gedaan kan worden.
Denk ook aan de wethouder die verkeer in zijn of haar portefeuille heeft.
Presenteer de kaart en vraag aandacht voor de knelpunten.
Stuur de kaart naar de raadscommissie die verkeerszaken bespreekt.
Stuur de kaart naar alle politieke partijen die vertegenwoordigd zijn in uw
gemeenteraad. Informeer de gemeenteraad en presenteer de knelpunten-
kaart.
U kunt ook de hulp inroepen van de wijkcontactfunctionaris en of de
verkeersadviseur van de politie. Hetzelfde geldt voor de plaatselijke
VVN-afdeling, verkeersouders of het Landelijk Steunpunt Verkeersouders.
Als u uw knelpuntenkaart heeft gepresenteerd aan de gemeente, is het
zaak om een vinger aan de pols te houden. Doet de gemeente wel iets met
uw kaart? Staat het op de agenda? Mocht de gemeente maatregelen
nemen om de knelpunten op te lossen, dan kunt u samen met de groep
‘knelpuntenverkenners’ onderzoeken of de maatregelen het nodige effect
zullen opleveren.
Gebeurt er naar uw zin te weinig, dan is het raadzaam om opnieuw te
gaan praten met de gemeente, uw knelpunten onder de aandacht van de
media te brengen of om actie te gaan voeren.
Bewoners maken veilige kinderrouteLangs de Scheidingsstraat in het dorp
Eede in Zeeland was geen fiets- of voet-
pad. Wel een groenstrook. De bewoners
wilden graag een stoep, maar de
gemeente vond dat te duur. Na tien jaar
touwtrekken besloot de dorpsraad om
zelf een pad aan te leggen. Een schel-
penpad. Daarover kunnen de kinderen
van Eede nu veilig naar school.
9
Handleiding Routes en knelpunten
De handleiding van 8 naar 1 bevat een stappenplan om met kinderen uit
groep 8 de nieuwe schoolroute naar het voortgezet onderwijs te verkennen.
In de video / DVD “Kinderen hebben eigen spelregels” wordt getoond hoe
kinderen het verkeer ervaren en wat de mogelijkheden en beperkingen zijn
van kinderen in het verkeer.
Het boekje “Schoolspits” geeft tips om de knelpunten rond het halen en
brengen bij school aan te pakken.
De video / DVD is te bestellen bij de ROV’s
“Schoolspits” is verkrijgbaar bijVeilig Verkeer Nederland.
Ook voor ondersteuning bij uw activiteiten kunt u contact opnemen met
Veilig Verkeer Nederland of met de plaatselijke VVN-afdeling.
Als er verkeersouders in uw buurt actief zijn, kunt u ook met hen contact
opnemen voor ondersteuning of om samen een activiteit te organiseren.
Verkeersouders zijn ouders op scholen die actief bezig zijn met verkeersvei-
ligheid voor kinderen. Zij vormen een brug tussen school en ouders. Vaak
hebben zij contacten met politie en gemeente. Verkeersouders weten veel
van de problematiek en hebben misschien zelf al eens acties ondernomen. U
kunt met hen in contact komen via het Landelijk Steunpunt Verkeersouders.
Adressen en telefoonnummers treft u achterin in de handleiding aan.
3. Ondersteuning en materialen
2.2 Andere wegen
Ook via andere wegen kunt u aandacht vragen voor de knelpunten in uw wijk:
• Mobiliseer andere wijkbewoners. Bijvoorbeeld door een handtekeningen-
actie te organiseren, of te vragen of wijkbewoners de steun voor uw actie
via e-mail willen kenbaar maken.
• Denk ook aan scholen, het buurthuis, de bibliotheek. In deze gebouwen
kunt u via posters aandacht vragen voor uw actie.
• Zorg voor publiciteit. Benader de lokale en regionale media met een pers-
bericht of nodig journalisten uit voor een presentatie van uw knel-
puntenkaart. Denk ook aan de huis-aan-huisbladen: deze worden over
het algemeen goed gelezen. Wellicht kunt u journalisten meenemen op
pad om de knelpunten te laten zien.
• Vraag aandacht voor uw actie bij evenementen in uw wijk: bijvoorbeeld
de Nationale Straatspeeldag, een braderie of buurtfeest.
• Organiseer een actie op straat, bijvoorbeeld in de buurt van een
knelpunt als dit mogelijk is.
• Schakel een VOS-adviseur in. VOS staat voor VerkeersOnveilige Situatie.
De VOSsendienst van Veilig Verkeer Nederland bestaat uit zo’n dertig ver-
keerskundigen.Een VOS-adviseur inventariseert, analyseert en adviseert u op
het gebied van verkeersveiligheid en infrastructuur. Alleen wijkbewoners, ver-
keersouders of leerkrachten kunnen een beroep doen op een VOS-adviseur.
Via het Landelijk Steunpunt Verkeersouders kunt u in doorverwezen worden
naar een VOS-adviseur.
10
Jaarlijks overlijden ongeveer honderd kinderen na een verkeers-
ongeval. Het merendeel van die ongevallen vindt plaats op minder
dan een kilometer van huis. Alleen daarom al is de verkeersveilig-
heid van de wijk enorm belangrijk. Maar er is meer. Zelfstandig
reizen door of spelen in de wijk heeft een positieve invloed op de
ontwikkeling van kinderen. En dat kan alleen als de wijk veilig is.
4. Waarom is een verkeers-veilige wijk zo belangrijkvoor kinderen?
Kunnen spelen is brood-
nodig voor kinderen
Achtergrond Informatie
11
4.1 Ontdekken is ontwikkelen
Zelfstandig buiten spelen en zich vrij door de wijk kunnen bewegen hebben
positieve invloeden op de ontwikkeling van kinderen. Zo blijken kinderen
die zelfstandig buiten kunnen spelen een voorsprong te hebben in hun ont-
wikkeling boven kinderen die alleen onder begeleiding van volwassenen
kunnen spelen. Ook blijken kinderen die een goede buitenspeelruimte heb-
ben, minder agressief te zijn. Logisch, als je er over nadenkt.
Buiten verleggen kinderen stap voor stap hun grenzen. Zij maken kennis
met andere kinderen, moeten zelfstandig ruzies oplossen en ontwikkelen zo
hun sociale vaardigheden. Creativiteit en fantasie worden gestimuleerd
door alles wat kinderen op straat meemaken. Door buiten te spelen ontwik-
kelen kinderen bovendien hun lichamelijke vaardigheden. Rennen, klim-
men, springen, vallen, knikkeren, tikkertje, klauteren: grove en fijne moto-
riek worden gestimuleerd door buiten te spelen.
Ook taalverwerving en begripsvorming worden door buitenspelen sterk
bevorderd. In de wijk leren kinderen zich ook ruimtelijk oriënteren. Hoe
meer kinderen de kans krijgen hun eigen buurt te verkennen, hoe meer dat
hun ruimtelijk inzicht vergroot. Kinderen die gewend zijn om buiten te spe-
len, kunnen zich ook in een andere omgeving gemakkelijker oriënteren. Ze
ontwikkelen zich daardoor zelfstandiger.
4.2 De gevaren
Denk even terug aan uw jeugd. Hoe oud was u toen u zelf naar school liep
of fietste en volop buiten speelde? De meeste ouders van nu gingen rond
hun vijfde, zesde jaar zelfstandig naar school of naar vriendjes.
Tegenwoordig is dat anders.
Wie ’s morgens en ’s middags rondkijkt op het schoolplein, ziet dat kinderen
doorgaans tot hun negende, tiende jaar worden weggebracht en opge-
haald. Drukke straten waar (te) hard wordt gereden, wegen die vol staan
met geparkeerde auto’s waardoor kinderen weinig zicht hebben, het ont-
breken van fietspaden: allemaal redenen om kinderen niet zelfstandig op
pad te laten gaan. Maar: op de achterbank van de auto valt voor kinderen
bar weinig te ontdekken. Bovendien blijft de omgeving waarbinnen de kin-
deren zich vrij kunnen bewegen zo erg klein. En dat is jammer. Niet alleen
omdat zij zo het plezier van buiten spelen missen, maar ook omdat het hun
ontwikkeling belemmert. Als kinderen door hun ouders worden gebracht
komen ze weliswaar veilig op school, maar hun zelfstandige bewegingsvrij-
heid wordt wel aangetast.
Snelheid remmenTe hard rijdende auto´s zijn het meest
genoemde verkeersveiligheidsprobleem,
drempels de meest gebruikte oplossing.
In verschillende gemeenten sloegen
bewoners en gemeente de handen
ineen om hier voor te zorgen. In de
Bastiaansstraat in Haarlem reden auto´s
veel te hard. Volgens de meerjaren-
planning van de gemeente was de
straat echter nog lang niet aan de beurt
voor herinrichting. Uiteindelijk heeft de
gemeente de benodigde materialen
geleverd en heeft een stratenmaker die
in deze straat woonde, samen met zijn
buren de drempel aangelegd. In
Hoogvliet betaalde de gemeente de
bloembakken om de Jan de Raatkade te
versmallen; de bewoners zorgden voor
de beplanting en het beheer.
12
4.3 Kinderen in het verkeer
Soms zijn bepaalde knelpunten in een wijk zo overduidelijk aanwezig, dat u
zeker weet dat de verkeersveiligheid in gevaar komt. Maar dat is niet altijd
het geval. Vergeet niet, dat u als volwassene op een andere manier naar uw
wijk kijkt dan kinderen doen. Voelen de kinderen in uw wijk zich eigenlijk
veilig op straat? Vraag daar eens naar door de knelpuntentest te doen!
4.4 Het kan anders
In heel Nederland zijn er tal van wijkbewoners geweest die actie hebben
ondernomen, omdat zij geen genoegen namen met de verkeersonveiligheid
in hun wijk. In die wijken kunnen kinderen zich nu wel zelfstandig en veilig
door de wijk bewegen, zonder dat ouders altijd mee hoeven naar buiten.
Het kan dus anders! Dankzij de inzet van wijkbewoners (jong en oud),
gemeente en anderen werden straten bijvoorbeeld autovrij of autoluw
gemaakt, werden speelplekken gemaakt, kwamen er 30-kilometerzones en
werden straten gedeeltelijk afgesloten.
De ideale wijk
In de ideale wijk wordt de zelfstandige mobiliteit van kinderen gestimu-
leerd. Wat is daar voor nodig?
Een uitgebreid netwerk van veilige loop- en fietsroutes.
Maatregelen om doorgaand autoverkeer uit de wijk te weren.
Een maximumsnelheid van 30 kilometer per uur.
Transparante straten die zoveel mogelijk vrij zijn van geparkeerde auto´s.
Genoeg en gevarieerde openbare ruimte, waar spelende kinderen welkom
zijn.
Veilige oversteekplaatsen over drukke wegen op logische plekken.
Kinderen tot een jaar of 8:
• hebben vaak slecht uitzicht (kunnen niet
over auto’s heenkijken, kijken tegen
glasbakken, reclameborden of struiken
aan);
• zien sowieso minder dan volwassenen
(hun gezichtsvermogen is nog niet
optimaal ontwikkeld);
• zijn lang bezig met oversteken;
• kunnen zich maar op een ding tegelijk
concentreren (blijven uitkijken tijdens
oversteken is lastig);
• hebben een langere reactietijd;
• horen wel goed maar kunnen geluiden
nog niet goed lokaliseren;
• zijn snel afgeleid;
• kunnen nog niet altijd adequaat
reageren op verkeerssituaties.
Het kan anders: hier komen geen
auto’s meer en kunnen kinderen
veilig fietsen in hun buurt
13
Handleiding Routes en knelpunten
BijlageWerkbladOm te kopiëren en uit te delen
of om af te drukken in de
schoolkrant
Route-inventarisatie
Stap 1 Stap 2
Welke routes neemt uw kind? Vul in: Route in kaart brengen?
Groene routes
die uw kind vaak zelfstandig loopt of fietst:
1 _____________________________________________________ Ja/nee
2 _____________________________________________________ Ja/nee
3 _____________________________________________________ Ja/nee
4 _____________________________________________________ Ja/nee
5 _____________________________________________________ Ja/nee
Blauwe routes
die uw kind vaak loopt of fietst
onder begeleiding van een volwassene:
1 _____________________________________________________ Ja/nee
2 _____________________________________________________ Ja/nee
3 _____________________________________________________ Ja/nee
4 _____________________________________________________ Ja/nee
5 _____________________________________________________ Ja/nee
Rode routes
die een kind aflegt achter op de fiets of in de auto
van een volwassene:
1 _____________________________________________________ Ja/nee
2 _____________________________________________________ Ja/nee
3 _____________________________________________________ Ja/nee
4 _____________________________________________________ Ja/nee
5 _____________________________________________________ Ja/nee
14
BijlageWerkblad - Om te kopiëren en op uw
knelpuntenkaart te plakken
Checklist knelpunten
VerkeersbeeldRijden er veel auto’s, motoren en bromfietsers op
of langs de route?
Rijdt er veel vrachtverkeer?
Rijden er veel fietsers op de route?
Wordt er naar uw gevoel harder gereden door
gemotoriseerd verkeer dan is toegestaan?
Inrichting routeLoopt de route door een 50-kilometerzone?
Loopt de route door een 30-kilometerzone?
Is er een voetpad?
Is er een fietspad?
OverstekenHoeveel kruisingen moet u oversteken?
- niet een
- een
- twee
- drie
- meer dan drie
Zijn er zebrapaden voor voetgangers?
Zijn er verkeerslichten voor voetgangers?
Zijn er verkeerslichten voor fietsers?
Vindt u de oversteekplaatsen logisch gesitueerd?
Zien en gezien wordenHeeft u tijdens de hele route vrij uitzicht?
Liggen de straat en het trottoir op gelijk niveau?
Staan er veel auto’s geparkeerd langs de route?
Komt u veel obstakels (bijvoorbeeld vuilniscontainers,
bloembakken, geparkeerde fietsen) tegen?
Verkeer rijdt te hard
Slecht zicht
Geen voetpad
Geen fietspad
Veel vrachtverkeer
Obstakels op stoep
of straat
Veel geparkeerde auto’s
Geen oversteekplaats
Geen verkeerslicht
voor voetgangers
Geen verkeerslicht
voor fietsers
Gevaarlijke kruising
15
Handleiding Routes en knelpunten
AdressenVeilig Verkeer NederlandPostbus 423, 1270 AK Huizen
Tel. (035) 524 88 00
Fax (035) 524 88 99
E-mail [email protected]
Internet www.veiligverkeernederland.nl
Landelijk Steunpunt Verkeersouders Postbus 423, 1270 AK Huizen
Tel. (035) 524 88 85
Fax (035) 526 38 21
Bereikbaar op werkdagen van 9.00 tot 13.00 uur en van 13.30 tot 16.00 uur.
E-mail [email protected]
Internet www.veiligverkeernederland.nl/verkeersouder