Post on 26-Jul-2016
description
VOERTAALVOERTAAL
UIT
GAV
E V
AN
FO
RFA
RM
ER
S N
ED
ER
LAN
D
nR 12016
Sturen op stikstof- en fosfaateffi ciëntie 2
Reportage Maarten-Jan Hemmer: 6
“De KringloopWijzer geeft nuttige informatie”
Gedegen onderzoek gras- en maismeststoffen 8
Verbetering stikstof- en fosfaateffi ciëntie
Is verhoging van de stik stof- en/of
fosfaateffi ciëntie een belangrijk
speerpunt voor u? Door een hogere
effi ciëntie (BEX) hoeft u minder mest af
te voeren en/of te verwerken. Bovendien
zorgt een hogere fosfaateffi ciëntie voor
een toename van de melkproductie per
kg fosfaat. Dit betekent bij uitbreiding
dat minder extra grond en extra
fosfaatrechten nodig zijn. Met name via
voeding is te sturen op een hoge(re)
stikstof en fosfaateffi ciëntie.
Actualiteiten voeding
Door het ruw eiwit- (RE) en fosfor- (P)
gehalte in de rantsoenoptimalisatie mee
te nemen is te sturen op stikstof- en
fosfaateffi ciëntie. Voer zowel eiwit als
fosfor zo goed mogelijk op de norm om
een overmaat te voorkomen. Goed
geconserveerd en kwalitatief hoogwaar-
dig ruwvoer (hoge VEM en MELK en lage
NH3 fractie) draagt bij aan een hoge
stikstof- en fosfaateffi ciëntie. Voor een
goede smakelijkheid en hoge voerop-
name is het tevens van belang om broei
tijdens uitkuilen te voorkomen. Voer ook
het aanvullende voer op de norm, om
onnodige aanvoer van stikstof- en fosfaat
te voorkomen. Dit geldt voor alle rantsoe-
nen, dus ook voor jongvee en droogstaan-
de koeien.
BEXvoeders en fosforarme bijproducten
Zowel in bijproducten als droge grond-
stoffen (zie tabel) en mengvoeders is er
veel variatie in het ruw eiwit- en fosfor-
gehalte. Binnen de BEX is ook de
verhouding met de voederwaarde (RE/
VEM en P/VEM) van belang. Door bewust
te kiezen voor de best passende aanvul-
lende voeders is het mogelijk om de
stikstof- en fosfaatbenutting te verhogen.
Dit mag uiteraard niet ten koste gaan van
de diergezondheid, blijf daarom altijd
aan de behoeftenorm voldoen. Speciaal
voor het verlagen van de P-aanvoer via
mengvoer heeft ForFarmers BEX-voeders
in haar assortiment. De P-gehaltes van
deze BEX-voeders zijn onlangs verder
aangescherpt.
Inhoud02 Actualiteiten voeding
03 Column Niek Visser
04 Jaarcijfers Agroscoop
05 De specialist mestwetgeving
06 Reportage: sturen via de KringloopWijzer
08 Praktijkadvies gras- en maismeststoffen
10 Marktonderzoek
11 Kort nieuws
12 Column Yvon
ColofonVoertaal is een uitgave van ForFarmers. Voor meer informatie kunt u terecht bij de regionale ForFarmers dealer of bij ForFarmers, Lochem. Tel. 0573 – 288 800E-mail: voertaal@forfarmers.euwww.forfarmers.nl
Overname van artikelen is mogelijk na toestemming van de redactie en met bronvermelding.
Deze uitgave is gedrukt op FSC-papier.
Met name via voeding is te sturen op een hogere stikstof- en fosfaatefficiëntie.
2
Column
OndersteuningAl jarenlang werk ik met
veel plezier met en voor
melkveehouders. Eerst als
melkveespecialist, sinds
kort als verkoopleider met
mijn team in de Achterhoek.
Een andere rol, maar
hetzelfde doel: direct
positief resultaat leveren op
het boerenerf.
In de sterk veranderende zuivelmarkt, met
toenemende wet- en regelgeving, is het van
groot belang om elk proces op het melkvee-
bedrijf effi ciënt te organiseren. Onze aanpak
Melk€ffi ciënt geeft op professionele en
praktische wijze inzicht. Enerzijds door de
mogelijk heden voor uw bedrijf door te
rekenen. Anderzijds door samen met u een
praktisch plan van aanpak op te stellen. Alle
melkveespecialisten, accountmanagers en
dealers zijn uitgerust met deze slimme
aanpak voor voer en vee!
Verder werken ForFarmers en dealers met
specialisten mestwetgeving. Zij ondersteu-
nen de buitendienst bij het invullen van de
BEX en KringloopWijzer en geven gericht
advies over de stikstof- en fosfaateffi ciëntie.
Wij zijn er om u te ondersteunen bij alle
uitdagingen in de melkveehouderij.
Als we u ergens bij kunnen helpen, dan
horen we het graag!
Niek Visser
Verkoopleider melkvee
Verbetering stikstof- en fosfaateffi ciëntie Hoeveel levert een hogere fosfaat-
effi ciëntie op?
De voordelen van een verhoogde fosfaat-
effi ciëntie verschillen per bedrijf. Uw
melkveespecialist of accountmanager kan
voor uw bedrijfssituatie met behulp van
Melk€ffi ciënt het effect van de inzet van
BEX-voeders op de fosfaateffi ciëntie bere-
kenen en inzichtelijk maken wat de
gevolgen hiervan zijn voor de mestafzet
en voerwinst. Daarnaast geeft het inzicht
in het effect op de melkproductie per
kilogram fosfaat.
Als voorbeeld een bedrijf met 100 koeien,
8.500 kg melk/koe, 7 stuks jongvee per 10
melkkoeien en 40 hectare grond. Voor dit
bedrijf betekent verlaging van het P-gehalte
van aangekocht krachtvoer van 5,3 naar
4,3 g/kg dat er 440 kuub mest minder
hoeft te worden afgevoerd (indien fosfaat
beperkend is). De investering in P-arm
krachtvoer bedraagt in dit geval circa
€3.200,-; bij mestafzetkosten van € 15/m3
dalen de mestafzetkosten met € 6.600,-.
De voerwinst neemt met €3.400,- toe.
Hier komt het eventuele voordeel van
minder mestverwerking nog bij.
Melk per kg fosfaat
Door verlaging van de P-aanvoer stijgt
de melkproductie per kg fosfaat in dit
voorbeeld van 185 kg naar 210 kg.
Wanneer fosfaatrechten worden inge-
voerd betekent dit een extra productie-
ruimte van ca. 130.000 kg melk oftewel
15 koeien extra.
Via Melk€ffi ciënt kan voor iedere bedrijfs-
situatie worden doorgerekend wat de
gevolgen zijn op de voerwinst en de
melkproductie per kg fosfaat. Vraag uw
specialist of accountmanager naar de
mogelijkheden om de stikstof- en fosfaat-
benutting op uw bedrijf te verbeteren.
Per kg ds
Grondstof VeM Re (gram) P (gram) P/kVeM P/%Re
Soja 1168 527 6,8 5,8 0,13
Raap 1024 393 12,4 12,1 0,32
Bierbostel 942 250 5,3 5,6 0,21
Corngold 1085 150 4,7 4,3 0,31
Perspulp 1062 98 0,9 0,8 0,09
ProtiWanze 1132 275 5,9 5,2 0,21
Tabel: de gehaltes van enkele grondstoffen en bijproducten (ForFarmers DML).
Lees ook de reportage van Maarten-
Jan Hemmer uit Geesteren (Ov.) Hij
werkt al jaren met BEX en nam deel
aan een studiegroep die actief aan
de slag ging met de KringloopWijzer.
Zie pagina 6-7.
leestip
Reageren?Mail naar voertaal@forfarmers.eu
Met name via voeding is te sturen op een hogere stikstof- en fosfaatefficiëntie.
3
Jaarcijfers Agroscoop
Hogere levensproductie en vet- en eiwitgehalte
ForFarmers CRV *)
2014 2015 2014/2015
Aantal koeien 95 96 93
Kg melk/koe 8473 8451 8373
Vet% 4,40 4,41 4,34
Eiwit% 3,57 3,58 3,55
Kg vet 373 373 364
Kg eiwit 302 303 297
FPCM/koe 8995 8986 8820
Levensproductie per afgevoerde melkkoe 31.773 32.075 30.868
*) Landelijk gemiddelde (inclusief ForFarmers-klanten) september 2014 t/m augustus 2015
Klanten van ForFarmers hebben ook in
2015 weer uitstekend gescoord op het
gebied van (levens)productie en gehal-
ten in de melk. Dat blijkt uit de jaar
cijfers van het monitoringsprogramma
Agroscoop.
Een duurzame veestapel is de basis voor een
hoge levensproductie. In vergelijking met
het landelijk gemiddelde (bron: CRV) ligt de
levensproductie van de afgevoerde koeien
bij klanten van ForFarmers gemiddeld 1.200
kg hoger. Bij een langjarig gemiddelde
melkprijs van € 0,35 betekent dit een extra
melkopbrengst van € 420,- per koe.
Ten opzichte van het landelijk gemiddelde
(CRV) ligt de meetmelkproductie per koe
per jaar bij klanten van ForFarmers 166 kg
hoger. Dit is zowel het gevolg van een
hogere melkproductie als de hogere gehal-
ten in de melk: +0,07% meer vet en +0,03%
meer eiwit. De grafieken met het verloop
van de gehalten in de melk ten opzichte van
het gemiddelde van FrieslandCampina laten
een vergelijkbaar beeld zien.
Kortom, resultaten om trots op te zijn.
Ook afgelopen jaar zijn we weer in staat
gebleken om samen met u het verschil te
maken: dé nummer 1 in melkeiwit en
levensproductie!
Jan2014
Feb2014
Mrt2014
Apr2014
Mei2014
Jun2014
Jul2014
Aug2014
Sep2014
Okt2014
Nov2014
Dec2014
Jan2015
Feb2015
Mrt2015
Apr2015
Mei2015
Jun2015
Jul2015
Aug2015
Sep2015
okt2015
Nov2015
Dec2015
4,70
4,60
4,50
4,40
4,30
4,20
4,10
% vet ForFarmers% vet FrieslandCampina
Jan2014
Feb2014
Mrt2014
Apr2014
Mei2014
Jun2014
Jul2014
Aug2014
Sep2014
Okt2014
Nov2014
Dec2014
Jan2015
Feb2015
Mrt2015
Apr2015
Mei2015
Jun2015
Jul2015
Aug2015
Sep2015
okt2015
Nov2015
Dec2015
3,70
3,65
3,60
3,55
3,50
3,45
3,40
% eiwit ForFarmers% eiwit FrieslandCampina
Vergelijking % vet
Vergelijking % eiwit
Grafieken. Verloop vet- en eiwitgehalte in de tankmelk van ForFarmers-klanten ten opzichte van het gemiddelde van FrieslandCampina.
Koeien van ForFarmers-klanten produceren 1.200 kg melk meer tijdens hun leven
Ook inzicht in uw resultaten?Vraag uw melkveespecialist of
accountmanager naar het aanmeld-
formulier van Agroscoop of neem
contact op met de Klantenservice,
klantenservice.rundvee@forfarmers.eu,
T: 0800 7863 833 of uw dealerbedrijf.
4
De specialist
Elke dag krijgt de specialist mestwet geving
vragen over het opstellen van mestplannen,
over hoeveel Vervangende verwerkingover-
eenkomsten (VVO’s) de veehouder moet
afsluiten of hoeveel kunstmest hij nog mag
aanvoeren. Daarnaast is de specialist druk
met het uitzoeken van ingewikkelde vraag-
stukken gerelateerd aan het mestbeleid.
Kortom, de specialist mestwetgeving
is voor de melkveehouder en buitendienst
van ForFarmers en haar dealers vraagbaak
voor alles rondom het mest beleid.
Ria Zieverink houdt zich al zeker tien jaar
bezig met alle ontwikkelingen rondom het
mestbeleid. “Ik ben er vanaf het begin
ingegroeid, dat is mijn kracht. Hoe het
precies zit is voor velen niet meer bij te
houden. Maar doordat ik er dagelijks mee
bezig ben en de juiste weg ken bij
belangrijke instanties, ben ik snel op de
hoogte van de nieuwste ontwikkelingen in
wet- en regelgeving.”
Ondanks alle vraagstukken rondom
fosfaatrechten en grondgebondenheid,
wijst ze de veehouders erop om de
belangrijkste processen niet uit het oog te
verliezen. Ria: “Er mag door aanscherping
van de normen steeds minder mest op de
grond gebracht worden, er moeten hoge
kosten gemaakt worden voor het afvoeren
van mest. Een effi ciënte melkproductie en
meer opbrengst van een hectare worden
dus steeds belangrijker.”
Hulpmiddelen als BEX en de Kringloop-
Wijzer (voor iedere melkveehouder vanaf
2016 verplicht) en Melk€ffi ciënt geven
inzicht in de mineralenstroom en bij het
optimaliseren van de mineraleneffi ciëntie.
Bedrijven die gericht met voeding sturen
en nauwkeurig bemesten, produceren
minder stikstof en fosfaat dan de forfai-
taire norm aangeeft. Dit heeft direct
invloed op de af te voeren mest, de af te
sluiten VVO’s en de benodigde grond in
verband met de AMvB grondgebonden
groei. Zo is de cirkel rond”, besluit Ria.
Uiteindelijk dragen de kennis en adviezen
van de specialisten en dealers bij aan een
effi ciëntere bedrijfsvoering bij onze
klanten. Wilt u contact met een specialist
mestwetgeving? Dit is via uw eigen
melkveespecialist, accountmanager of
dealerbedrijf te regelen.
“Ik hou me dagelijks met het mestbeleid bezig”
5
Sturen via de KringloopWijzer
Melkveehouder MaartenJan Hemmer
neemt deel aan een studiegroep die
actief met de KringloopWijzer werkt.
Om anderen te informeren heeft Hemmer
tijdens twee Regiotaps van ForFarmers
een inleiding verzorgd over zijn aanpak
om de mineralenbemesting te optima
liseren en het mestoverschot op zijn
bedrijf zo laag mogelijk te houden.
Wat kunt u van hem leren?
Maarten-Jan nam deel aan de pilotgroep
KringloopWijzer om in beeld te krijgen
waar hij met zijn bedrijf staat en de ver-
beterpunten van zijn bedrijf inzichtelijk
te hebben. Hij vult de KringloopWijzer
zelf in. Dit kost tijd, maar het levert hem
ook veel kennis op. “Ik werkte al met
BEX, want dat leverde voor ons bedrijf
voordeel op. We zijn intensief, maar kun-
nen nu aantonen dat we ons wel aan de
fosfaatproductie houden. BEX heeft altijd
een meer vrijwillig karakter gehad, de
KringloopWijzer is nu verplicht. Ik vul de
KringloopWijzer zelf in, maar het is ook
mogelijk om dit samen met je adviseur
te doen.”
Maarten-Jan leert veel van de uitkom-
sten van de KringloopWijzer. “Ik kan echt
iets met deze managementtool. Na het
invullen bleek bijvoorbeeld dat we het
jongvee niet effi ciënt voerden, zij kregen
teveel fosfaat in het rantsoen. Ook lag
onze graslandproductie te laag. Beide
aspecten heb ik de afgelopen twee jaar
geoptimaliseerd.”
Rantsoenaanpassingen
Door inzicht te hebben in wat u voert, de
P-benutting van het rantsoen, is winst te
behalen. Aan de hand van de kuiluitsla-
gen en kuilmonsters is bekend hoeveel
fosfor er in de mais- en graskuil zit. U
kunt dus via de juiste aanvullingen in
het rantsoen (bijvoorbeeld een bepaalde
brok of perspulp) dit optimaliseren.
De succesfactoren bij Hemmer zijn
een hoog maisaandeel (50%) met laag
fosforgehalte (1,6 gram P / kg ds) in het
melkveerantsoen en het verstrekken van
perspulp, wat eveneens een laag fosfor-
gehalte heeft.
“Invullen Kring-loopWijzer betaalt zich terug”
Reportage
Maarten-Jan Hemmer (links) en melkveespecialist Arnout ter Horst bespreken het actuele rantsoen.
6
Door hier de juiste aanvullende kracht-
voeders bij te verstrekken ligt de fosfaat-
effi ciëntie van het rantsoen op 35%.
Om het P-gehalte verder te optimalise-
ren krijgt het jongvee nu als aanvulling
op graskuil extra graszaadhooi en bij de
droge koeien wordt het ruwvoer met stro
aangevuld.
Sinds Hemmer weet dat broei in de kuil
een grote verliespost is, besteedt hij veel
aandacht aan de bewaring van gras en
mais. “Ik heb de hoogte van de kuilen
verlaagd om voldoende voersnelheid te
houden en gebruik veel zand als grond-
dek, waardoor broei minder gemakkelijk
optreedt.”
Hogere graslandproductie bereikt
Om de graslandproductie te verhogen is
Hemmer gestart met het beregenen van
weidepercelen en geeft hij vaker kleine
stikstofgiften aangevuld met zwavel.
Ook wordt één a twee keer per seizoen
een kali-bemesting (K60) uitgevoerd. “Ik
kies bewust voor beweiding, inclusief de
plus op de melkprijs geeft het ook veel
arbeidsvreugde.
Ons melkveebedrijf ligt op droge zand-
grond, dus als we de percelen niet
beregenen, dan komt er te weinig
drogestof van een perceel. Sinds we
beregenen is de opbrengst gestegen: in
2012 realiseerden we 9.435 kg drogestof
per hectare, in 2014 13.448 kg en in 2015
10.865 kg drogestof per hectare. Nu was
2014 qua klimaat een topjaar, maar we
hopen dat we in de toekomst minimaal
rond de 12.000 kg drogestof per hectare
weten te realiseren.”
Extra productieruimte zonder meerkosten
Uit de KringloopWijzer blijkt verder dat
Hemmer nu 196 kg melk per kg fosfaat
realiseert. Het getal kg melk per kg fos-
faat is een belangrijk sturingsgetal voor
het maximaliseren van de hoeveelheid
melk per kg fosfaat. Veehouders kunnen
zo ruimte creëren voor extra melkpro-
ductie, zonder extra fosfaatrechten te
kopen. In de praktijk varieert de hoogte
van het kengetal tussen de 160 en 210
kg bij verschillende management- en
voermaatregelen.
De melkproductie per kg fosfaat is bij
Hemmer gestegen van 185 naar 196.
Op zijn bedrijf betekent dit dat hij acht
koeien meer kan houden zonder de
forfaitaire fosfaatproductie te overschrij-
den. Als deze acht koeien ook 9.178 kg
melk produceren, dan behaalt Hemmer
dus 73.000 kg extra melk, zonder extra
fosfaatrechten, grond of VVO.
win-win bijmestverwerking
Maarten-Jan Hemmer woont samen met zijn vrouw en kinderen in Geesteren (Ov)
en zit met zijn vader in maatschap. Hij heeft 90 melkkoeien, 60 stuks jongvee, op
een huiskavel van 33 hectare met 3 hectare grond op afstand. Dit is grasland, mais
koopt hij aan. De koeien lopen in de zomermaanden buiten. Ze produceren 9.178
kg melk met 4,44% vet en 3,60% eiwit.
Rantsoen: gras en mais (50/50), perspulp, Maximabrok Gluco, Primabrok B met
eiwitaanvulling (Unimix 470/472). Dit alles wordt via een voerdoseerwagen
aangeboden. Droge koeien en jongvee krijgen graskuil aangevuld met stro (droge
koeien) of graszaadhooi (jongvee).
De ambitie van Maarten-Jan is het bedrijf optimaliseren. Zo wil hij doorgroeien
naar honderd koeien die 9.500 kg melk produceren en de levensproductie per
afgevoerde koe verhogen van 30.000 naar 40.000 kg melk. Tenslotte is het zijn doel
om jaarlijks minimaal 12.000 kg ds gras per hectare te winnen.
Bedrijfsprofi el
De koeien aan het winterrantsoen. In de zomer lopen ze
buiten. Achter de stal liggen de kuilen met zanddek.
Maarten-Jan vertelt dat hij voor zijn
mestverwerkingsplicht een Vervangende
verwerkingsovereenkomst (VVO) afsluit
met een varkenshouder. De varkenshou-
der gaat meer mest verwerken dan hij
wettelijk verplicht is. Specialist mestwet-
geving Ria Zieverink: “Zo ontstaat er voor
beide een win-win situatie. De varkens-
houder krijgt van de rundveehouder een
vergoeding voor het laten verwerken van
de varkensmest. De rundveehouder heeft
uiteindelijk lagere afzetkosten doordat er
minder druk op de mestafzetmarkt is.
Mede dankzij deze initiatieven komt de
mestverwerking in het oosten op gang.”
7
Praktijkadvies gras- en maismeststoffen
Levert een nieuwe meststof voldoende rendement op? En op welke manier is de bemesting van gras en maisland te optimaliseren?
Om antwoord te krijgen op deze vragen heeft ForFarmers verschillende meststoffen en bemestingsstrategieën laten onder zoeken
door Praktijkonderzoek Plant en Omgeving (PPO) van Wageningen UR. Iedere proef is in viervoud uitgevoerd.
Resultaten bemestingsproeven
Bij bemesting voor de eerste snede is het
belangrijk dat de meststoffen beschik-
baar zijn als de plant erom vraagt. Tevens
is het belangrijk dat ze niet uitspoelings-
gevoelig zijn. Stikstof en zwavel zijn beide
noodzakelijk en omdat de bodem in het
voorjaar deze elementen niet zelf kan
leveren (de grond is te koud), worden deze
elementen via een meststof aangevuld.
Stikstof en zwavel zijn beiden bouwstenen
voor een goede eiwit- en drogestof-
opbrengst.
Eerste snede meeropbrengst 25%
Door voor de eerste snede Grasgroen
Stabiel te strooien in plaats van KAS
wordt een meeropbrengst van 800 kg
drogestof (25%) op de eerste snede
gerealiseerd. Het blijkt dat de juiste
hoeveelheid zwavel, de ammoniumstik-
stof en nitrifi catieremmer in Grasgroen
Stabiel resulteren in deze meerop-
brengst. Grasgroen Stabiel presteert het
meest stabiel en geeft voor zowel de
vroege als late eerste snede gift de
hoogste meerwaarde.
Grasgroen Kali tijdens latere sneden
Uit de proeven blijkt tevens dat de
toepassing van Grasgroen Kali in de derde
“Grasgroen Stabiel de hoogste meerwaarde”en vierde snede, in combinatie met
Grasgroen Stabiel in de eerste snede,
zorgt voor een twee ton hogere droge-
stofopbrengst (totaal over vier snedes).
De benutting van kalium uit de Grasgroen
meststoffen is twee keer zo hoog als de
benutting van kalium uit Kali 60 in
combinatie met KAS.
* Bij zwavelbehoefte voor de tweede snede ** Bij geen zwavelbehoefte voor de tweede snede
LATERE SNEDEN2E SNEDE1E SNEDE
Grasgroen SmakelijkGrasgroen SmakelijkGrasgroen Smakelijk
Grasgroen CompleetGrasgroen CompleetGrasgroen Compleet
Grasgroen KaliGrasgroen KaliGrasgroen Kali
WEIDENWEIDENWEIDENWEIDENWEIDENWEIDEN
Grasgroen StartGrasgroen StartGrasgroen Startvloeibaarvloeibaarvloeibaar
Grasgroen N+S* Grasgroen N+S* Grasgroen N+S*
NTS 27-3 NTS 27-3 NTS 27-3
Grasgroen StabielGrasgroen StabielGrasgroen Stabiel Korrel
Vloeibaar
Grasgroen Start* Grasgroen Start* Grasgroen Start*
KAS 27N + 4 MgO**KAS 27N + 4 MgO**KAS 27N + 4 MgO**
LATERE SNEDEN2E SNEDE1E SNEDE
Grasgroen KaliGrasgroen KaliGrasgroen Kali
Grasgroen Kali MaaienGrasgroen Kali MaaienGrasgroen Kali MaaienMAAIENMAAIENMAAIENMAAIENMAAIENMAAIEN
Grasgroen StabielGrasgroen StabielGrasgroen Stabiel
Grasgroen StartGrasgroen StartGrasgroen Startvloeibaarvloeibaarvloeibaar
NTS 27-3NTS 27-3NTS 27-3
Grasgroen N+S*Grasgroen N+S*Grasgroen N+S*
Grasgroen Start*Grasgroen Start*Grasgroen Start*Korrel
Vloeibaar
KAS 27N + 4 MgO** KAS 27N + 4 MgO** KAS 27N + 4 MgO** KAS 27N + 4 MgO** KAS 27N + 4 MgO** KAS 27N + 4 MgO**
Naar aanleiding van het onderzoek adviseert ForFarmers de volgende bemesting op grasland. Zie ook de brochure ‘Grasgroen meststoffen 2016‘ op de website van ForFarmers.
8
De benutting van nutriënten uit de
bodem is een centraal thema bij de teelt
van mais. Zeker gezien de tendens van
een dalende drijfmestgift: waar jaren
geleden 70 kuub drijfmest per hectare
werd gegeven, is nu vaak maar 35 kuub
beschikbaar. Het is daarom belangrijk
om de juiste aanvullende meststof toe
te passen.
Breedwerpig of in de rij?
Uit onderzoek blijkt dat kali in de rij
zeker niet efficiënter is dan kali breed-
werpig. Het is zelfs effectiever om 150
kilo Kali 60 kort voor of meteen na het
zaaien breedwerpig te strooien. Meer
dan 60 kg zuivere stikstof en kalium
tezamen in de rij geeft namelijk grotere
kans op verbranding van de jonge
maisplant.
Compost verhoogt de opbrengst
Ook blijkt het toepassen van compost
zeer positief voor de opbrengst. Compost
zorgt voor een verbetering van het
organische stof-percentage in de grond,
wat de bodemvruchtbaarheid verbetert.
Omdat compost fosfaat bevat, is het
gebruik van compost alleen mogelijk op
bedrijven waar nog ruimte is binnen de
fosfaatgebruiksruimte.
Meeropbrengst rijafstand van 37,5 cm
Afgelopen jaar is ook het zaaien van mais
op een rijafstand van 37,5 cm onderzocht.
In het verleden werd dit vaker onderzocht,
maar zag men geen verschil tussen een
rijafstand van 37,5 cm of 75 cm. Omdat er
tegenwoordig veel minder drijfmest op
een hectare mag, onderzocht ForFarmers
opnieuw wat het effect van een rijafstand
van 37,5 cm is ten opzichte van de
traditionele 75 cm. Wat blijkt, proeven
met een rijafstand van 37,5 cm scoren
1,7 ton drogestof en 500 kg zetmeel meer
dan proeven met een rijafstand van 75 cm.
Dit is te verklaren doordat de plant,
vanwege een betere verdeling, meer
voedingsstoffen uit de bodem kan halen.
Tevens kan de onkruiddruk door deze
rijafstand verminderen, omdat het gewas
zich eerder sluit. En de betere en meer
verspreide beworteling zorgt voor
verbetering van de draagkracht van het
perceel. Ook de eventuele toepassing van
bladbemesting zal bij een eerder gesloten
gewas meer effect opleveren.
Verschil rijenbemesting en
bladbemesting
Bij bladbemesting werd in de proef 18,75 kg
N/ha gegeven, bij rijenbemesting 37,5 kg
N/ha. Bij een rijafstand van 37,5 cm geeft
bladbemesting ondanks de lagere
stikstofgift, de hoogste drogestofop-
brengst en daardoor de meeste N-afvoer.
Zelfs bij een 19 kg lagere stikstofgift per
hectare zien we hier de beste resultaten.
Op percelen waar de planten op 75 cm
afstand staan, werkt rijenbemesting beter
dan de onderzochte bladbemesting.
Als kanttekening merken we op dat nog
maar weinig loonwerkers op 37,5 cm
kunnen zaaien. Om het meerjarig effect te
bekijken, voeren we komend groeiseizoen
deze proeven wederom uit.
Gedegen onderzoek
De proeven zijn uitgevoerd met het maisras
LG 31.211, een nieuw ras op de rassenlijst.
Dit ras zit in het vroege segment en blinkt
uit met een zetmeelgehalte van 104 en een
VEM-opbrengst van 102. Iedere proef is
uitgevoerd in vier herhalingen.
De mais is tweede helft oktober 2015
geoogst en realiseerde een opbrengst van
ruim 18 ton drogestof met een drogestof-
gehalte van 33% en 360 gram zetmeel.
Advies maisbemesting 2016
1. Minimaal 35 kuub rundveedrijfmest.
2. 150 kg Maismaster 25-0 + 0,2B tijdens het zaaien in de rij.
3. Bij drijfmestgiften minder dan 50 kuub is het belangrijk om
direct na het zaaien 150 kg Kali 60 breedwerpig te strooien.
4. Pas, mits dit binnen de fosfaatgebruiksruimte past, compost toe.
Dit heeft een positieve invloed op de bodemvruchtbaarheid voor de
lange termijn. Bij 18 ton compost per hectare kan een aanvullende
kaliumbemesting achterwege blijven.
Nieuwe ontwikkelingen bemesting maisland
MeeR lezen?www.FoRFaRMeRs.nl,
zie seCtoR Plant
Resultaten bemestingsproeven9
Marktonderzoek
Middels een enquête onder topmelkers
(>10.500 kg meetmelk rollend jaargemid-
delde) en een groep referentiebedrijven
(9.000 kg) hebben we enkele opvallende
verschillen in beeld gebracht.
Hogere drogestofopname dank-
zij geconcentreerd en smakelijk voer
Koeien bij topmelkers nemen meer
drogestof op. Deze hogere energie-
opname, geeft ruim vier kg meer meet-
melk. Het voorkomen van schimmels
en broei in kuilen - via beter aan rijden,
het gebruik van conserveringsmiddelen
en een zanddek op de kuilen - zorgt
voor een fris en smakelijk rantsoen. Dit
bevordert de opname.
Extra aandacht voor voeding
droogstand en opstartfase
Tijdens de droogstand geven topmelkers
hun koeien vaak meer ruimte (uitloop)
waardoor de koeien actief blijven. Ze
worden meestal in twee groepen gevoerd
(far-off en close-up). Om verse koeien
(<60 dagen) naar behoefte te voeren,
kiezen topmelkers vaker voor een
langzamere opstart van brok (circa 30
dagen) om de ruwvoeropname te
stimuleren. Zij kiezen hierbij vaker voor
een energie- en eiwitrijke broksoort.
Intensief melkschema voor goede
start van het kalf
Topmelkers passen bij de jongveeopfok
vaker een intensief melkschema toe en zij
verstrekken een hogere concentratie en
daardoor een grotere hoeveelheid kunst-
melk tijdens de melkperiode. Hierdoor
ontwikkelt het jongvee beter en is eerder op
inseminatiegewicht. Daardoor kalven de
vaarzen bij topmelkers gemiddeld een halve
maand eerder af.
Aandacht voor uiergezondheid en
koecomfort levert geld op
Preventieve maatregelen, zoals regelma-
tig bacteriologisch onderzoek, boxen
reinigen en uiers en staarten scheren,
zorgen voor een lager celgetal. Het
gemiddelde celgetal bij de topmelkers
bedraagt 154.000 ten opzichte van
188.000 bij de referentiegroep. Diep-
strooiselboxen zijn een belangrijke
succesfactor voor koecomfort en
dierenwelzijn. Dit is de basis voor een
hoge melkproductie.
Aantal melkingen melkrobot
De topmelkers die gebruikmaken van
een AMS blijken in vergelijking met hun
collega AMS-gebruikers uit de referentie-
groep gemiddeld een duidelijk hoger aantal
melkingen per koe per dag te realiseren.
Dit is een belangrijke succesfactor voor het
verhogen van de melkproductie en een
optimale benutting van de melkrobot. Onze
AMS-specialisten kunnen u helpen het
aantal melkingen te verhogen.
De succesfactoren van topmelkersTweederde van de melkveehouders wil
de productie per koe verhogen (bron:
marktonderzoek ForFarmers 2015) om
een betere rantsoeneffi ciëntie en
mineralenbenutting en uiteindelijk
hogere voerwinst te realiseren.
Maar waarin onderscheidt een melk
veebedrijf met een hoge productie zich
van bedrijven met een gemiddelde
melkproductie?
0 20 40 60 80 100
2,4-2,8 melkingen (5)
2,8-3,2 melkingen (5)
Melkrobot (5)
Diepstrooisel (4)
Sprayen/dippen na melken (4)
Intensief melkschema (3)
Energie- en eiwitrijke brok (2) TopmelkersReferentie
Percentages
1
2
3
4
Grafi ek: Opvallendste verschillen topmelkers en referentiegroep
Voertip: MilkPowerDoor het voeren van MilkPower
(pensbestendige vetten) is de melk-
productie en/of het vetgehalte in de
melk te verhogen. MilkPower bevat
een zeer hoge energieconcentratie
(> 3.000 MELK/kg) en kan effi ciënt
worden benut voor melk(vet)productie.
Zo geeft 250 gram MilkPower/koe/dag
een productiestijging van 1 á 1,5 kg
meetmelk/koe/dag en verhoogt
daarmee de voerwinst. MilkPower
bevat geen stikstof en fosfaat en is
daarmee gunstig voor BEX en
KringloopWijzer. Interesse? Vraag uw
melkveespecialist naar de inzet van
dit product.
5
10
Begeleiding voor ‘Nieuwe Weiders’
Stichting Weidegang heeft een begeleidings-
traject ontwikkeld voor melkveehouders die
willen overschakelen van jaarrond opstallen
naar weiden. Een WeideCoach begeleidt u
om goed te starten en staat naast u als het
even niet loopt. Daarnaast deelt u uw
ervaringen met zes collega-melkveehouders
die ook starten met weiden. U oefent samen
de FarmWalk en kijkt bij elkaar hoe het
loopt. Stichting Weidegang biedt het traject
‘Nieuw Weiders’ aan voor 375 euro.
Bij interesse bespreekt de WeideCoach in
een vrijblijvend kennismakingsgesprek of
weidegang past bij uw bedrijf en u als
veehouder.
aanmelden of meer informatie?
Neem contact op met uw melkveespecialist
of ga naar: www.stichtingweidegang.nl
ForFarmers ondersteunt dit initiatief en
heeft enkele regionale WeideCoach-
specialisten in dienst.
Kort nieuws
Op basis van data van ruim 600
Melk€ffi ciëntanalyses bij klanten en
nietklanten constateert ForFarmers
dat voor 68% van de veehouders het
verlagen van de afkalfl eeftijd van de
vaarzen, verlaging van het vervangings-
percentage óf een combinatie van beide,
fi nancieel de meest interessante maat
regel is om de voerwinst te verhogen.
Bovendien zorgen deze maatregelen
voor een toename van de melkproductie
per kg fosfaat. Dit is gunstig voor zowel
BEX als de KringloopWijzer en betekent
bij uitbreiding dat de veehouder minder
extra grond en extra fosfaatrechten
nodig heeft.
De vraag naar kennis en advisering op
het gebied van jongveeopfok is het
afgelopen jaar sterk toegenomen. De
jongveespecialisten van ForFarmers
ontvangen met name meer vragen over
het verbeteren van de groei van jongvee,
Prioriteit bij jongveeopfok
Innovatiefonds ForFarmersAfgelopen november zijn drie ideeën beloond,
waaronder die van melkveehouder Geert
Stevens. Wilt u ook meedingen naar één van
de mooie geldprijzen? Meld uw idee aan via
de website www.forfarmersinnovatiefonds.nl
Hier vindt u ook eerder beloonde innovaties.
om zodoende de afkalfl eeftijd te
verlagen. Door een hogere jeugdgroei
bereiken pinken eerder hun insemina-
tiegewicht, waardoor ze eerder kunnen
afkalven. Een hogere groei tijdens de
melkperiode, te realiseren met een
intensief melkschema, resulteert
bovendien in een hogere melkproductie
op latere leeftijd (zie kader).
Veehouders beseffen dat er nog veel
verbetering te behalen is bij de jongvee-
opfok, maar weten meestal niet hoe
groot het verborgen rendement is.
Melk€ffi ciënt maakt dat voor iedere
bedrijfssituatie in één oogopslag
duidelijk. Voor het verbeteren van de
jongveeopfok is het van belang om per
bedrijf een praktisch plan van aanpak te
maken. Dit, in combinatie met onze Vita-
aanpak voor de opfok van jongvee, geeft
op ieder melkveebedrijf de beste
strategie.
Intensief melkschema basis voor hoge melkproductie
Om de genetische potentie van uw kalveren maximaal te benutten is een hoge
jeugdgroei in de periode dat ze nog melk krijgen, cruciaal. De hoge jeugdgroei
maakt het mogelijk om de dieren eerder te insemineren, waardoor de afkalf-
leeftijd omlaag gaat.
Door in de melkperiode een intensief melkschema - minimaal 160 gram
melkpoeder in een liter - toe te passen groeien uw kalveren harder en leggen
ze meer uierweefsel aan. Hierdoor realiseren ze als koe een hogere melk-
productie. Een intensief melkschema stimuleert tevens de opname van ruw- en
krachtvoer.
VitaMilk- en Sprayfo-producten zijn zowel in een intensief als standaard melk-
schema toepasbaar. Vraag uw specialist naar de inzet op uw bedrijf en/of de
handige stalkaart met veel praktische tips.
11
Op een zonnige winterdag liep ik voor
mijn huis op straat met mijn dochter aan
de hand. Er stopte een autootje met twee
jonge jongens erin. Ze haalden een krat
uit de achterbak. Opgetogen kwamen ze
onze kant op. Enthousiast vertelden zij
over hun initiatief ‘De Beebox’. Er zijn in
Nederland 17 miljoen monden die
gevoed moeten worden. Feitelijk wordt
dat gedaan door vijf hooguit zes grote
supermarktketens. Dat betekent dat die
duizenden boeren die produceren voor
de Nederlandse markt weinig keuze heb-
ben. Datzelfde geldt voor al die Neder-
landse burgers.
Vandaar ‘de Beebox’. Zij leveren direct
van de boer aan de burger. Elke week
leveren zij een krat met drie maaltijden,
brood en eieren, uit de streek en voor
een goede prijs. De jongens praatten en
glommen van trots, maar ik keek vooral
naar de krat met lekker eten die zij in
hun handen hadden. Sindsdien heb ik
een abonnement waar ik samen met
mijn gezin intens van geniet. Natuurlijk
van de smaak, maar ook van het idee dat
dit direct bij jullie vandaan komt.
Het mooie is dat het een olievlek is.
Steeds meer burgers waarderen de
versheid en eerlijkheid van hun eten.
Steeds meer mensen worden zich
bewust van waar het vandaan komt.
Steeds meer mensen koesteren ‘onze
boeren’. Dat is geen proces van een
maand of een jaar. Natuurlijk moeten we
olievlek
Yvon Jaspers
geduld hebben voordat elke burger
bewust zijn voedsel kiest en bereid is een
tikkie meer te betalen voor dat eerlijke in
Nederland geproduceerde voedsel. Het
voedsel dat overigens ook in andere
landen zeer gewaardeerd wordt. Onze
kwaliteit is ongekend groot en gelukkig
steeds meer gekend in binnen- en
buitenland.
Maar de Beebox is een van de vele
succesvolle initiatieven om boeren en
burgers directer zaken te laten doen.
Ik ben blij dat de burgers de boeren door
dit soort initiatieven beter leren kennen.
Wees trots, heb vertrouwen en een tikkie
geduld. Deze olievlek is hard bezig zich
te verspreiden en daar gaan we allemaal
van meegenieten. Ook jij!
MeeR YVonwww.tRotsoPBoeRen.nl
Column Yvon Jaspers
Dit jaar organiseert ForFarmers weer allerlei evenementen voor haar
klanten. Te beginnen met een open dag op 2 april a.s. bij de vernieuwde
rundveeproductielocatie in Almelo. Maar ook de uitreiking van de Agroscoop-
bokalen, de Zwarte Cross en een tweede editie van de Ladies Days staan op
het programma. Yvon Jaspers is ook van de partij.
Vanwege de organisatie van eigen evenementen heeft ForFarmers besloten
dit jaar niet aan vakbeurzen deel te nemen.
Ook in 2016 evenementen met Yvon Jaspers