GO!MOBILITY #3Magazine RAI Vereniging
JAARGANG 5 – JUNI 2015 – NR 3
THEMA: SLIMME MOBILITEIT
DE SLIMME BINNENSTAD • CONNECTEDCARS • SMART BIKE • JONGEREN ENMOBILITEIT • SIMS • AUTOHART RUTTE
GO!GO!
Dit magazine is gedrukt op duurzaam papier.
GO!Mobility een uitgave van RAI Vereniging, postbus 74800, 1070 DM Amsterdam, telefoon (020) 504 49 49,www.raivereniging.nl.
GO!Mobility verschijnt 5 keer per jaar en is o.a. bestemd voor politici, overheidsinstanties, de media en ledenvan RAI Vereniging. Verspreiding vindt plaats op basis vancontrolled circulation.
GO!Mobility is ook als digitaal magazinete lezen op www.raivereniging.nl
ProductieMarkant Media
RedactieMenno Timmer, hoofdredacteur
RedactieraadHarald Bresser, Cees Boutens, Jeroen van de Braak, Ilse Bartels, Mark van Dansik, Isabel Cloudt
RedactieadresMarkant MediaGoudenregenstraat 151402 ET BussumE-mail: [email protected]. 06-551 35 559Tel. 035-69 19 061
COLOFON
TOMTOM BRENGT ‘CONNECTED CAR’ DICHTERBIJTomTom staat vooral bekend om de navigatiesystemen waarvan er jaarlijks
zo’n 4,5 miljoen wereldwijd worden verkocht. Wat bij velen minder op het
netvlies staat, is dat het bedrijf slimme software levert om auto’s zuiniger te
laten rijden en programma’s aanbiedt om (beroeps)vervoer efficiënter te
maken. En de navigatiesystemen zelf worden steeds meer ‘connected’, zegt
Harold Goddijn, CEO van TomTom. In nauwe samenwerking met de
auto-industrie werkt TomTom aan de ontwikkeling van supernauwkeurige
kaarten die het mogelijk maken om auto’s autonoom van A naar B te leiden.
FIETS WORDT SMART BIKEIntelligente Transport Systemen (ITS), smart mobility en coöperatieve
veiligheidssystemen; in de autowereld zijn deze begrippen inmiddels
volledig ingeburgerd. Maar hoe zit het met de fiets? TNO heeft tijdens de
afgelopen Automotive Week in Helmond een prototype van een
communicerende slimme fiets gedemonstreerd. Deze fiets is voorzien van
een computer en tal van sensoren die er voor zorgen dat de berijder een
waarschuwing krijgt zodra, op onoverzichtelijke kruispunten, een
gevaarlijke situatie dreigt te ontstaan.
RAI SOCIETYPremier Mark Rutte arriveerde op
16 april in een oude politie Porsche
om de 59e editie van AutoRAI
2015 te openen.PAGINA 18
MARKTANALYSEIn Nederland wordt het meeste
gefietst in de wereld. Toch telt ons
land het minste aantal fiets -
slachtoffers, aldus de OESO.PAGINA 25
GO!FACTORArie Sterk zijn Mercedes Benz
350 SL cabrio uit 1972.
PAGINA 27
ECO-TRENDSMet de introductie van een data-
base met gecertificeerde voertui-
gen maakt stille stadsdistributie
PIEK een forse stap voorwaarts.PAGINA 20
11
13
MedewerkersSjoerd van der Linden, Ben ImmersOntwerp: PWAD AmsterdamVormgeving: MB voorheen VMTBFotografie: Ton van Til, Johan Peter vander Stouwe, Van der Vaart fotografieIllustraties: Onno KortlandDruk: W.C. den OudenISSN: 2212-8182
© 2015 RAI Vereniging – alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enige andere wijze, in elke vorm, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
--------------------
THEMA:
SLIMME MOBILITEIT
--------------------
UITGESPROKENFanny Verhauwaert, directeur van
Thermo King Transportkoeling,
geeft haar mobiliteitsvisie.
PAGINA 23
2INhoud
De brom-en snorfietssector heeft enkele jaren geleden de
verantwoordelijkheid genomen om afgedankte voertuigen op
een verantwoorde manier te demonteren. Om dit tot een
succes te maken, en daarmee flinke milieuwinst te boeken,
zouden de mogelijkheden tot sloop in eigen beheer verboden
of in ieder geval beperkt moeten worden. Ondanks herhaald
verzoek van RAI Vereniging richting overheid en politiek om
hier paal en perk aan te stellen, blijft dit ongewenste fenomeen
nog altijd voortbestaan. Alle negatieve gevolgen voor het
milieu ten spijt. Van de overheid mag worden verwacht dat
ze een dergelijk constructief sectorinitiatief maximaal
ondersteunt en niet laat stranden door besluiteloosheid en
stroperige beleidsprocessen.
Hoe zat het ook al weer? In 2012 is, op initiatief van RAI
Vereniging en BOVAG, Scooter Recycling Nederland (SRN)
opgericht. SRN is in het leven geroepen om ervoor te zorgen
dat milieubelastende onderdelen en stoffen van een brom- of
snorfiets op een veilige en voor het milieu verantwoorde wijze
worden gedemonteerd en gescheiden worden afgevoerd nadat
het voertuig uit het kentekenregister is geschreven. Hiertoe is
een netwerk van gekwalificeerde demontage -
bedrijven opgezet. Financiering van het systeem
geschiedt middels een ‘recycling bijdrage’ die
wordt voldaan door de consument bij de aan-
schaf van een nieuwe brom- of snorfiets.
Ondanks dit sectorinitiatief vindt een verant -
woorde recycling van brom- en snorfietsen
echter verre van optimaal plaats. Dit komt
doordat brom- en snorfietsen in 80 procent van
de gevallen in eigen beheer worden gesloopt. Hierbij is geen
zicht op wat er met het voertuig en de milieubelastende
stoffen gebeurt.
Er is bovendien geen enkele controle op handhaving van de
milieueisen, optimale recycling of zelfs illegale activiteiten. Op
die manier wordt het bijvoorbeeld eigenaren van onverzekerd
geregistreerde brom- of snorfietsen wel erg gemakkelijk
gemaakt om een boete te omzeilen. Zij zullen hun niet
gebruikte voertuig namelijk eerder afmelden en er vervolgens
afscheid van nemen. Vaak gebeurt dat helaas niet via de
gereguleerde weg, maar door het voertuig domweg in een
kanaal te rijden of zelf te slopen, de onderdelen in de afvalbak
te gooien en de vloeistoffen in de afvoer te gieten. Met grote
gevolgen voor het milieu als het leeuwendeel van de
materialen niet via het reguliere kanaal worden gedemonteerd.
Om u een idee te geven: in een periode van drie jaar komen
ruim twee miljoen kilo afvalstoffen vrij door het buiten gebruik
stellen van brom- snorfietsen. Als dus niet 80 procent in eigen
beheer wordt gesloopt, maar 100 procent door officiële
demontagebedrijven, zou dat een enorme milieuwinst
opleveren. Daarom moet er wat mij betreft op korte termijn
een verbod komen op sloop in eigen beheer,
of op zijn minst een significante beperking
van de mogelijk heden hiertoe. Het zou een
maatregel zijn die uitsluitend winnaars kent!
Dr. Steven van Eijck,
algemeen voorzitter RAI Vereniging
DR. STEVEN VAN EIJCK
Pak sloopin eigen beheer aan
3
4
GO!
BRANCHE NIEUWS
Automerken zeggen te verwachten dat
zij over 10 tot 20 jaar een volledig
zelfrijdende auto kunnen gaan verko-
pen. Niet zozeer de techniek vormt een
drempel, maar met name aan wetgeving
en infrastructuur dient veel te worden
aan gepast om auto’s ‘ongevallenvrij’
zelfstandig te laten rijden.
Uit het onderzoek komt verder naar
voren dat ruim één op de vijf automobi-
listen (20%) er vanuit gaat binnen drie
jaar in een elektrische of hybride auto te
rijden. Dat percentage ligt nu nog op 5.
Met name de huidige bezitters van een
e-car of hybride voertuig willen niet
anders. Acht van de tien (81%) geeft aan
dat de volgende auto opnieuw voorzien
als zijn van een elektrische/hybride
aandrijving. Van de automobilisten die
nog op benzine, diesel of lpg rijden,
zegt 18 procent te verwachten binnen
drie jaar over te stappen. Waterstof als
alternatieve brandstof is voor velen nog
een brug te ver. Slechts 3 procent denkt
binnen drie jaar een auto te bezitten
waar alleen waterdamp uit de uitlaat
komt.
Als het aan minister Schultz ligt is het tijdperk van de
zelfstandig rijdende auto aangebroken.
Hoe realistisch is de komst van autonoom rijdende auto’s? Uit onderzoek dat aande vooravond van de AutoRAI 2015 heeft plaatsgevonden, blijkt dat de introductievan zelfrijdende auto’s sommige automobilisten niet snel genoeg kan gaan. Zo’n 6procent verwacht al binnen 5 jaar een dergelijke auto te hebben, terwijl 50 procentdenkt dat dit binnen nu en 15 jaar het geval is.
Helft automobilisten rijdt in 2030 autonoom
ACEM, de Europese koepelorganisatie van motorfiets - fabrikanten, heeft onlangs tijdens de International Motor-cycle Conference in Keulen onder de naam ‘de veilige ritnaar de toekomst’ een nieuwe strategie gepresenteerd terverbetering van de verkeersveiligheid van motorrijders.
Daarbij spelen zaken als de ‘connected’
motorfiets, Intelligente Transport
Systemen (ITS) en slimme mobiliteit een
cruciale rol. In het kader van deze nieuwe
koers heeft ACEM een Memorandum of
Under standing getekend met betrekking
tot de toepassing van coöperatieve
Intelligente Transport Systemen (ITS).
ACEM-leden hebben afgesproken dat zij
in 2020 tenminste één van hun modellen
op de markt zullen hebben dat is uitgerust
met zo’n coöperatieve ITS-functie. Daar-
naast zal de branche onderzoek doen naar
de invoering van een eCall-systeem voor
motorfietsen, waarbij na een ongeval of
botsing automatisch een noodoproep wordt gedaan. De ‘veilige rit naar
de toekomst’ borduurt voort op eerdere veiligheids initiatieven van
ACEM, zoals het vrijwillig uitrusten van nieuwe motoren met automati-
sche koplampverlichting, de ondertekening van het Europese Road
handvest en de beslissing om driekwart van alle motoren in 2015 te voor-
zien van een geavanceerd remsysteem – als optie of standaard uitrusting
– vooruitlopend op toekomstige wetgeving. Binnen Nederland is de
Stichting SIMS (Standaardisatie-
en Infor matiebeleid voor de Mobiliteits-
sector) verantwoordelijk voor de integra-
tie van de verschillende Intelligente
Transport Systemen (ITS) die slimme
mobiliteit mogelijk moeten maken.
SIMS, onderdeel van RAI Vereniging, is
met name actief op het gebied van data en
infor matie met betrekking tot ITS. SIMS
ziet, bij monde van directeur Leo Bingen,
goede mogelijk heden voor coöperatieve
ITS-functies bij gemo toriseerde
tweewielers. “ITS gaat interessante
nieuwe mogelijkheden bieden voor
gemotoriseerde twee wielers. Dit zal
gepaard gaan met veel (nieuwe) data en
informatie. Het is van belang dat de sector zich tijdig beraadt op deze
mogelijkheden en hoe men met de data en informatie om wil gaan.”
Motorbranche kiest voor ‘veilige rit naar de toekomst’
Motorfietsen krijgen straks slimme coöperatieve veiligheidssystemen.
5
Met name 2013 was een topjaar
voor hybride auto’s. Dankzij het
gunstige fiscale regime voor zui-
nige auto’s (0-procent bijtelling,
geen wegenbelasting en een BPM-
vrijstelling) steeg de verkoop van
deze voertuigcategorie met liefst
76 procent tot 47.000 exemplaren.
Aankopen werden naar voren
gehaald om nog van de aantrek ke-
lijke regelingen te profiteren, het-
geen leidde tot een verkooppiek in
december 2013. In die maand was
één op de drie nieuw verkochte
auto’s een hybride. Na aanscher-
ping van de fiscale regelgeving
daalde de aanschaf van hybrides
vorig jaar met 34 procent.
Een brede maatschappelijke coalitievan ANWB, BOVAG, Natuur &Milieu, RAI Vereniging en Verenigingvan Nederlandse Autoleasemaat-schappijen heeft onlangs een samen-hangend plan aan het kabinet en deTweede Kamer gepresenteerd om deautobelastingen 2017 tot en met2020 minder marktverstorend telaten zijn en doelen uit het Energie -akkoord te realiseren.
Dit zou moeten leiden tot een eenvoudiger
belastingsystematiek. Met een betere balans
tussen de particuliere en zakelijke markt, met
meer stimulering op maat van elektrische
auto’s, met meer kans dat gestimuleerde auto’s
in Nederland blijven en met minder uit -
voeringslast bij de Belastingdienst.
Het maatregelenpakket voor de Autobrief 2,
die voor de zomer wordt verwacht, omvat de
volgende componenten:
– Eén bijtellingstarief van 20-21% voor auto’s
van de zaak in de periode van Autobrief 2;
– De coalitie deelt de ambitie van de staats -
secretaris van Financiën om de BPM uit -
eindelijk af te schaffen onder de voorwaarden
dat compensatie buiten de MRB en/of bijtel-
ling en/of accijnzen gevonden wordt én dat
er sprake is van een in aanvang langzame
afbouw;
– Instellen van een Innovatie EV fonds met een
omvang van 250 miljoen euro per jaar om de
aanschaf van (semi-) elektrische auto’s –
zowel nieuw als gebruikt – te stimuleren voor
bedrijven én particulieren (De coalitie geeft
in de brief aan hoe dit fonds kan worden
gefinancierd );
– Bijtellingstarief van 7% voor volledig
elektrische auto’s;
– Vrijstelling van MRB voor elektrische auto’s
en half tarief MRB voor semi-elektrische
auto’s;
– Geleidelijke afbouw van stimulering semi-
elektrische auto’s naar beëindiging in 2020;
– Partijen committeren zich aan de doelstelling
van 200.000 elektrische auto’s in 2020 en het
maximaliseren van het aandeel elektrisch
gereden kilometers.
Volgens Steven van Eijck, algemeen voorzitter
RAI Vereniging, pakt dit Mobiliteitsakkoord de
marktverstoring in de autobranche eindelijk
goed aan. “Fiscaal gestoord gedrag komt daar-
mee ten einde en door middel van gerichte
fiscale sturing komen we tot minder marktver-
storing, stabiele belastingheffing en eenvoud in
de uitvoering. Wat begon bij de opening van
AutoRAI 2015 toen minister-president Rutte
ons voorstel omarmde om vanuit een brede
coalitie een voorstel te doen voor de auto -
belastingen heeft nu geresulteerd in dit
gemeenschappelijke voorstel.
Hybride auto’s vooral populair bij zakelijke rijders.
“Dit plan zorgt voor gerichte fiscale sturing, minder markt -
verstoring en eenvoud in de uitvoering.”
Het aantal hybride auto’s in ons land is de afgelopen vijfjaar verviervoudigd van ruim 39.000 in 2009 tot bijna156.000 eenheden vorig jaar. Volgens het CBS werden erin 2014 meer dan 30.000 nieuwe hybrides aan het Nederlandse wagenpark toegevoegd, waarvan driekwartwerd aangeschaft door een bedrijf.
Aantal hybride auto’s verviervoudigd
Slimmer stimuleren en eenvoudiger belasten
GO!
6
Leo Bingen: ‘Informatievoorziening stopt niet bij de grens’.
7
SIMS:
‘Het ontwikkelen van uniforme nor-
men voor die zogeheten ‘big data’ is
enorm belangrijk’, zegt SIMS-direc-
teur Leo Bingen. ‘Informatievoorzie-
ning stopt immers niet bij de grens.’
Connected voertuigen zijn volgens
Bingen booming business. Niet voor
niets hebben zowel de EU als Neder-
land zwaar ingezet op ITS. Hij wijst in
dit verband op twee programma’s van
I&M: Beter Benutten en Connecting
Mobility. Het is een ontwikkeling die
Bingen zelf al in een vroeg stadium
heeft zien aankomen en die eind 2009
aanleiding was om de kansen van al
die nieuwe mobiliteitsdiensten voor
de branche in kaart te brengen en in
het verlengde hiervan te zorgen voor
een optimale integratie van de ver-
schillende systemen. Zelf omschrijft
Bingen de mogelijkheden van ITS met
een heldere metafoor: ‘de verdien -
capaciteit van de handel in ijzer en
rubber evenals het onderhoud, nemen
gestaag af. De kansen liggen op het
gebied van connected mobility en alle
daaraan te koppelen diensten. Data en
info zijn het bloed van nieuwe mobili-
teitsdiensten.’
De belangrijkste speerpunten waarop
het beleid van SIMS zich richt zijn:
hoe om te gaan met privacy gevoelige
informatie?, het ontwikkelen van
standaarden, de relatie tussen de
markt en de overheid, het ontwikke-
len en introduceren van een zogehe-
ten sector-ID en slimme mobiliteit.
Elektronisch paspoortZo heeft SIMS met het RDC, onder de
naam Mobi-ID, een ‘elektronisch pas-
poort’ geïntroduceerd dat personen
die werkzaam zijn in bedrijven in de
mobiliteitssector met één sleutel toe-
gang verschaft tot alle online diensten
waartoe de gebruiker is geautoriseerd.
Dit ID geeft medewerkers dus
bepaalde rechten of beperkt die juist.
Te denken valt aan het bestellen van
onderdelen, voertuigen of het
afmelden van garantieclaims.
Veel energie steekt SIMS in het ont-
wikkelen van standaarden. Bingen:
‘zonder de komst van de standaard
‘bedrijven en personen’ zou Mobi-ID
waarschijnlijk niet van de grond zijn
gekomen.’ Van zeer recente datum is
Ruim 5 jaar geleden is SIMS (Standaardisatie- en Informatiebeleid voor de Mobiliteitssector) op initiatief van RAI Vereniging en BOVAG opgericht om tekomen tot een gestandaardiseerd data- en informatiebeleid voor de mobiliteits -sector. De integratie, toepassing en invoering van coöperatieve Intelligente Transport Systemen (ITS) en alles wat te maken heeft met slimme mobiliteit sluiten hier naadloos op aan. In het hele traject dat moet leiden tot (inter)nationaleITS-standaarden, vertegenwoordigt SIMS de hele sector.
‘DATA EN INFO ZIJN HET BLOED VAN NIEUWEMOBILITEITSDIENSTEN’
‘Connectedvoertuigen
zijn booming’
8
GO!
de standaard ‘commercieel voertuigprofiel’.
‘Die is’, vervolgt Bingen, ‘bijvoorbeeld nodig
bij het doorplaatsen van een auto op een occa-
sion portal, nadat deze is ingeruild. De gebrui-
kers van deze standaard zijn onder meer leve-
ranciers van dealermanagementsystemen en
dataleveranciers die dit in hun systemen zou-
den moeten gaan inbouwen.’
StandaardisatietafelBingen hamert erop dat juist in de wereld van
ITS standaarden een absolute must zijn, aan-
gezien informatievoorziening nu eenmaal niet
bij de grens ophoudt. ‘Stel dat een automerk
een bepaalde app voor verkeersinformatie
voor de klanten ontwikkelt voor heel Europa.
Dan moet die bij het passeren van de grens
uiteraard wel blijven werken’. Een ander goed
voorbeeld noemt hij de EU-pilot van de
coöperatieve ITS-corridor, die loopt van
Rotterdam via Duitsland (Frankfurt) naar
Oostenrijk (Wenen). Door het ‘connecten’ van
voertuigen met infrastructuur wordt binnen
dit ‘road signing’ project gewerkt aan intelli-
gente mobiliteit. ‘Voor al dit soort zaken zijn
Europese standaarden vereist, waarbij SIMS
optreedt als vertegenwoordiger van de sector.’
Hetzelfde geldt voor de ‘standaardisatietafel’,
waaraan SIMS is aangeschoven en die in het
leven is geroepen om met de verschillende
partijen in Nederland, die actief zijn met
standaarden op het gebied van mobiliteit, tot
een afstemming te komen.
OliemannetjeInmiddels heeft SIMS een indrukwekkend
netwerk opgebouwd in de wereld van ITS,
waaronder veel nieuwe toetreders. Zoals de
leveranciers van black boxes, de markt van
verkeersinformatie- en managementinfor -
matiesystemen (Rijkswaterstaat, de Verkeers-
informatiedienst (VID), etc.) en leveranciers
van zogenaamde ‘open data’, zoals overheden.
Dit maakt het mogelijk om in bestaande voer-
tuigen, met behulp van door de aftermarket
geleverde black boxes en smart devices, al op
korte termijn allerlei diensten te ontsluiten.
‘SIMS kan’, zo benadrukt Bingen, “als een
spreekwoordelijk ‘oliemannetje’ als die
nieuwe toetreders in contact brengen met
leden van RAI Vereniging.”
ZelfreguleringHij erkent dat er bij veel leden van RAI
Vereniging nog veel vragen zijn als het gaat om
de mogelijkheden van ITS. “Dat heeft deels
met ‘awareness’ te maken en deels met de rol
die een lid van RAI Vereniging in dit kader kán
en mág vervullen van zijn fabrikant. SIMS
tracht hier meer duidelijkheid in te scheppen
door het verschaffen van informatie, het aan-
reiken van een netwerk en de sector maximaal
te vertegenwoordigen.”
Tot besluit brengt Bingen het aspect privacy in
relatie tot ITS ter sprake. Tijdens de afgelopen
Automotive Week in Helmond bleek volgens
hem namelijk opnieuw dat het belang van pri-
vacy rondom deze nieuwe mobiliteitsdienst-
verlening overal, zowel nationaal als inter -
nationaal, hoog op de agenda staat. “Wanneer
de privacy-gevolgen hiervan niet voldoende
serieus worden genomen, dreigt ongewenste
wet- en regelgeving. SIMS
werkt er hard aan om dit te
voorkomen, o.a. door via zelf -
regulering een goede privacy-
bescherming te realiseren.”
‘De kansen liggen op het gebied van connected mobility en alle daaraan te koppelen diensten’.
9
De slimme binnenstad
De rol van de fiets is nu gemarginaliseerd en het fietspad lijkt vooral een
vergaarbak voor alle verkeer dat niet onder de categorie auto valt. Voor de
ANWB reden om een grootschalig onderzoek te starten naar een slimmere
indeling van binnensteden dat moet leiden tot een betere balans tussen
verkeer en openbare ruimte en recht doet aan de positie van de fiets in de
stad. Op het fietspad dringen allerlei soorten fietsers op een strook asfalt
van vaak niet meer dan 1,5 meter breed om voorrang, stelt Hendriks vast.
“Jongeren, ouderen, kinderen, al dan niet gebruikmakend van racefiet-
sen, mountainbikes, e-fietsen, speed pedelecs, tandems, snorfietsen en
ga zo maar door, moeten zich in die overvolle stadsjungle maar zien te
redden. En dan heb ik het nog niet over – al dan niet elektrische – bak -
fietsen, de segways, skeeleraars en scootmobielen die zich op het fietspad
wagen. Wat ons betreft moet het roer nu om en is het tijd voor een
structurele heroriëntatie op binnenstedelijk verkeer.”
Drie pilot-stedenDe ANWB heeft daarom een aantal gerenommeerde adviesbureaus
(Mobycon, Ben Immers Advies, Bart Egeter Advies en Awareness)
opdracht gegeven onderzoek te doen naar zogeheten ‘robuuste stedelijke
routestructuren’. Die moeten zorgen voor een slimmere, en betere
bereikbaarheid van binnensteden, voor al het stadsverkeer. De steden
worden daarmee veiliger, schoner en, leefbaarder. Bij het onderzoek zijn
drie grotere pilot steden betrokken die ieder kampen met hun eigen spe-
cifieke fietsgerelateerde problemen: Utrecht, Rotterdam en Helmond.
Het aantal verplaatsingen per fiets in de stad is tweemaal zo groot als met de auto. Toch moetentweewielers het in de binnenstad doen met een smalle rijstrook die vaak ook nog in twee richtingenwordt bereden. “Aan die onrechtvaardigheid moet een eind komen”, zegt Ton Hendriks, verkeers -kundige van de ANWB.
Nieuw stadsconcept moet succes tweewielers vervolg geven
Ton Hendriks: ‘Er zijn fundamentele keuzes en afwegingen nodig’.
GO!
10
Een andere belangrijke pijler voor het onderzoek vormen drie partijen –
een expertgroep, stakeholders en ANWB-leden - die op basis van hun
deskundigheid hun (praktijk)ervaringen delen, ideeën aanleveren en
mogelijke oplossingen aanreiken. De
expertgroep bestaat uit o.a. steden-
bouwkundigen, mensen vanuit de pilot-
steden en vertegenwoordigers van de
Fietsersbond. Tot de stakeholders
behoren organisaties als Fietsberaad,
RAI Vereniging en BOVAG, en verschil-
lende gemeenten. En tenslotte worden de ANWB-leden uitgebreid
geraadpleegd via interviews, bijeenkomsten, online media en enquêtes.
Fundamentele keuzesVolgens Hendriks is het volledig anders inrichten van de totale openbare
ruimte in de binnenstad waarschijnlijk de enige oplossing. “Met lapmid-
delen kom je er niet. Het is daarom nodig om fundamentele keuzes en
afwegingen te maken. Wellicht betekent dit het weren van auto’s op
bepaalde wegen. Andere aspecten die daarbij aan de orde komen zijn: ga
je bepaalde vervoermiddelen mengen of juist scheiden? Moet de echte
binnenstad een voetgangersgebied zijn en/of blijven of moeten fietsers
daar eveneens toegang toe krijgen? In hoeverre is het nodig de hele
openbare ruimte anders in te richten of alleen de verkeersruimte?”
Hij zegt het niet vreemd te vinden dat met de komst van het toenemend
aantal autoluwe steden de rol van gemoto-
riseerd verkeer in stadskernen wordt her-
overwogen. “Kijk wat er gebeurt in
Utrecht. Op de Maliebaan was het mid-
dengedeelte bestemd voor autoverkeer en
de parallelle rijstroken voor gemengd ver-
keer. De gemeente wil dat nu omdraaien
en tweewielers een dominante positie geven.”
Woonerven exportproductDe vraag die Hendriks regelmatig wordt gesteld luidt: is dit allemaal wel
realistisch? Hij erkent dat het beslist een ambitieus plan is, maar dat het
wel degelijk mogelijk is. Zelf ziet hij parallellen met de woonwijken die
zich zo’n 40 jaar geleden slecht verhielden tot de gewenste verblijfs -
functie. De maatschappelijke en politieke discussie die dit teweeg bracht,
leidde er toe dat in de jaren zeventig overal woonerven uit de grond
werden gestampt. “Dat ging ook niet zonder slag of stoot, het concept is
geëvolueerd maar we zijn de woonwijken daarna wel fundamenteel
anders gaan in richten. Het is een concept dat destijds enorm veel
creativiteit bij ontwerpers heeft losgemaakt. Die woonerven zijn zelfs
een exportproduct geworden. Zelfs Amerikanen en Japanners zijn dat
typisch Nederlandse concept gaan overnemen. Wat toen kon, moet nu
ook kunnen. Al zal het een traject van vele jaren zijn.”
Nieuwe stedelijke ontwerpmethodiekHendriks wil nog wel benadrukken dat de fiets ‘slechts’ de aanleiding
vormde om dit onderzoek te laten uitvoeren. “De fiets maakte het
p robleem in de binnenstad manifest. Uiteindelijk moet de studie een
nieuwe stedelijke ontwerpmethodiek opleveren die recht doet aan alle
vervoerswijzen. Dus ook voor de motorfiets, de auto en het vrachtver-
keer. Een concept dat het tevens mogelijk maakt nieuwe transportmid-
delen en transportsystemen een eigen plek te geven. Denk daarbij aan
nieuwe elektrische voertuigen, autonome/zelfrijdende auto eventueel
gekoppeld aan smartphones.”
De verkeerskundige van de ANWB verwacht dat het onderzoek eind dit
jaar zal zijn afgerond. RAI Vereniging is als één van de stakeholders ook
bij het project betrokken. “Hun ideeën en aanbevelingen zullen wij uiter-
aard graag in onze plannen verwerken. Het is de bedoeling dat het onder-
zoek straks beschikbaar komt voor iedereen die er zijn of haar voordeel
mee wil doen, zoals gemeenten, overheden, de politiek, ontwerpers….”
En de fietsers zelf? “Die moeten er vooral op blijven hameren dat er iets
moet veranderen”, besluit Hendriks.
Hendriks: ‘Het is het tijd voor een structurele heroriëntatie op binnenstedelijk verkeer’.
‘De rol van de !ets isnu gemarginaliseerd’
11
“Als wereldmarktleider op het
gebied van verkeersinfo zijn wij
in staat verkeersstromen dyna-
misch te sturen.” In nauwe
samenwerking met de auto-
industrie werkt TomTom aan de
ontwikkeling van supernauw-
keurige kaarten die het mogelijk
maken om auto’s autonoom van
A naar B te leiden.
In een periode van ruim tien jaar
is TomTom uitgegroeid tot een
global player die voor verschil-
lende markten gemeenschappe-
lijke hightech technologieën
ontwikkelt. Illustratief voor het
succes is dat de Nederlandse
onderneming inmiddels 4.500
werknemers telt, jaarlijks onge-
veer één miljard euro omzet en
tot nu toe zo’n 80 miljoen navi-
gatiesystemen heeft verkocht,
waarvan de bulk in Europa en
Noord-Amerika.
Naast de verkoop van navigatie-
systemen voor de consumenten-
markt, levert TomTom software,
digitale kaartdata e.d. aan bij-
voorbeeld Apple, Samsung en
Blackberry. Verder is het bedrijf
actief in telematica, onder andere
via het ontwikkelen van techno-
logie voor fleetowners waarmee
zij grip kunnen houden op de
efficiency van hun wagenpark.
Volgens Goddijn is dat een zeer
snel groeiend segment. Goed
voor een jaarlijkse omzetplus van
30 procent. “Een half miljoen
auto’s in de EU maken al gebruik
van ons systeem. Daarmee is
TomTom leading in Europa.”
Communicatie met netwerkenGoddijn zegt een enorme ver-
snelling in de internetconnectivi-
teit van auto’s te zien. Maar ook
de navigatiesystemen zelf zijn in
staat de automobilist van allerlei
informatie te voorzien waarmee
deze zuiniger en veiliger kan
rijden en eerder op zijn eindbe-
stemming is. “De grootste reken-
kracht zit vooral in de communi-
catie met netwerken om mensen
op een slimme manier op hun
bestemming te krijgen. Met
TomTom brengt ‘connected car’ dichterbij
‘Over vijf jaar rijden auto’s automatisch via de Autoroutenaar Zuid-Frankrijk’TomTom staat vooral bekend om de navigatiesystemen waarvan er jaarlijks zo’n 4,5 miljoen wereld-wijd worden verkocht. Wat bij velen minder op het netvlies staat, is dat het bedrijf slimme softwarelevert om auto’s zuiniger te laten rijden en programma’s aanbiedt om (beroeps)vervoer efficiënter temaken. En de navigatiesystemen zelf worden steeds meer ‘connected’, zegt Harold Goddijn, CEO vanTomTom.
Harold Goddijn: ‘Binnen afzienbare tijd zal 10 procent van alle Europese auto’s onze
verkeersinformatie krijgen’.
GO!
12
andere woorden: navigatie wordt steeds meer connected.” Hij wijst er
in dit verband op dat acht van de tien Europese auto’s die met een
‘service based’ verkeersinformatiesysteem zijn uitgerust deze gegevens
van TomTom ontvangen. “Al die voertuigen zullen in de nabije toe-
komst worden voorzien van een SIM kaart. Die krijgen vervolgens de
verkeersinformatie binnen. Als dat gebeurt kan TomTom, op basis van
geanonimiseerde data en met behulp van geavanceerde software,
razendsnel berekenen hoe de verkeersstromen lopen, bepalen waar het
druk is, waar knelpunten optreden en of er alternatieve routes zijn om
mensen langs te leiden.”
Slimmer verkeer In de praktijk leidt dit volgens hem tot een betere
benutting van de wegcapaciteit en heeft dit direct
effect op de verkeersdrukte, het brandstofverbruik,
de CO2-uitstoot en de efficiëntie.
“Ik verwacht dat binnen afzienbare tijd ongeveer 10
procent van alle Europese auto’s onze verkeers -
informatie zal krijgen. Dit betekent dat er dan een
enorme mogelijkheid ontstaat om allerlei data te
gaan verspreiden en het verkeer slimmer te regelen.”
Hoewel de vraag naar losse navigatiesystemen nog
altijd aanzienlijk is, erkent Goddijn dat de auto-
industrie een steeds belangrijker segment wordt.
“Wij leveren aan de industrie niet zozeer kant en
klare oplossingen, als wel ‘core-technologieën’,
dat wil zeggen: losse componenten die nodig
zijn voor het inbouwen van navigatie-, veilig-
heids- en andere intelligente systemen. In 2014
werd in deze markt een record van 220 miljoen
euro gecontracteerd. En die trend zet zich
door.”
OptiDriveTomTom is daarnaast in de zakelijke markt
zeer actief met het ontwikkelen van systemen
die een bijdrage kunnen leveren aan transport-
logistiek en de voertuigefficiëntie. Zo kunnen
transporteurs gebruik maken van TomTom
software die de versnellingsbak aanstuurt en
die er op basis van verzamelde data voor zorgt
dat tijdig wordt geanticipeerd op naderende
verkeerslichten, kruisingen of hellingen. En
onder de naam OptiDrive biedt TomTom voor
de vrachtwagen- en leasemarkt een ‘driver
coach’ programma aan dat de chauffeur onder-
weg direct aanwijzingen geeft om te komen tot
een zuiniger en veiliger rijstijl.
Bij dit soort innovatieve software, in combinatie met geavanceerde
digitale kaarten, lijkt de stap naar zelfsturende auto’s niet ver weg.
Goddijn denkt dat er juridisch nog wel een paar flinke hobbels zijn te
nemen, maar dat het technisch een kwestie van nog enkele jaren is
voordat de bestuurder zelf passagier wordt. Met zeer nauwkeurige
apparatuur, camera’s, radar en sensoren is TomTom op dit moment
bezig kaarten te vervaardigen met een dusdanige mate van precisie die
het mogelijk maakt om auto’s automatisch van A naar B te sturen. “Dat
doen we samen met de auto-industrie, onder andere in een partnership
met VW. Daar liggen grote
uitdagingen, want een 99
procent goede kaart is in dit
geval niet genoeg. Mijn
inschatting is dat rond 2020
de eerste auto’s te koop
zullen zijn die langere tijd
op een snelweg zullen
kunnen rijden zonder
menselijke tussenkomst.
Waarschijnlijk kunnen
auto’s over vijf jaar auto -
matisch hun weg vinden
over de Autoroute naar
Zuid-Frankrijk.”
‘Wij zijn in staat verkeersstromen dynamisch te sturen’.
De TomTom OptiDrive zorgt voor een zuiniger en veiliger rijstijl.
13
Onderlinge communicatie tussen fiets, auto en
de weg moet zo ongevallen vermijden.
TNO heeft hoge verwachtingen van de com-
municerende intelligente fiets. Aan het project,
dat deel uit maakt van het Europese partner-
ship VRUITS (ITS applications for Vulnerable
Road Users), is ruim een jaar gewerkt, vertelt
Esra van Dam, Scientist Innovator bij TNO
Helmond. In de proefopstelling bleek het
concept volgens haar prima te functioneren.
Hoe groot de effecten zijn op de verkeersvei-
ligheid zal pas in een later stadium van het
project duidelijk worden. Dat het kan leiden
tot een substantiële daling van het aantal fiets-
ongelukken lijkt evident.
Kwetsbare verkeersdeelnemers“Doel van het Europese VRUITS project is”,
zegt Van Dam, “om Intelligente Transport
Systemen te ontwikkelen voor kwetsbare
verkeersdeelnemers. Nederland neemt daarbij
de veiligheid van fietsers voor zijn rekening.
Er bestaat inmiddels wel allerlei detectieappa-
ratuur, maar die kan lang niet altijd voorkomen
dat automobilisten fietsers in onoverzichtelijke
situaties op tijd waarnemen. TNO heeft
daarom onderzocht welke oplossingen er zijn
Auto’s gaan met fietsen communiceren en vice versa
Intelligente Transport Systemen (ITS), smart mobility en coöperatieve veiligheidssystemen etc. In deautowereld zijn deze begrippen inmiddels volledig ingeburgerd. Maar hoe zit het met de fiets? TNOheeft tijdens de afgelopen Automotive Week in Helmond een prototype van een communicerendeslimme fiets gedemonstreerd. Deze fiets is voorzien van een computer en tal van sensoren die er voorzorgen dat de berijder een waar-schuwing krijgt zodra, oponoverzichtelijke kruispunten,een gevaarlijke situatie dreigt teontstaan. Ook de automobilistkrijgt bij een naderende fietsereen signaal. Indien nodig remtde auto vanzelf.
Fiets wordt smart bike
Esra van Dam: ‘Zodra het systeem ‘dedicated’ is, kan het waarschijnlijk onzichtbaar in de accu van de fiets worden verwerkt.’
GO!
14
om zowel de fietser als de automobilist tijdig te waarschuwen nog voor-
dat de fietser überhaupt zichtbaar is.”
Trillende handvattenBelangrijk onderdeel van het systeem is een zogeheten
Road Side Unit, een communicatiekastje met een radar en
een computer dat ergens op een kruispunt is opgesteld. De radar
detecteert de fietser en stuurt auto’s die zijn uitgerust met een commu-
nicatiesetje zodra ze in de buurt komen een signaal dat er een fietser
nadert met een bepaalde snelheid. Op dat moment berekent de auto
direct of er mogelijk een gevaarlijke situatie gaat ontstaan. Is dat het
geval dan stuurt de auto een waarschuwingsbericht naar de fietser. Die
ziet dat op het display op het stuur en voelt dat aan het trillen van de
handvatten. Van Dam: “beide partijen kunnen vervolgens tot actie
overgaan. En negeert de
automobilist het waar-
schuwingssignaal, dan
remt de auto automatisch.”
Integratie in accuDe fiets zelf is in deze
pilotfase nog uitgerust met
een aantal sensoren en een
computerkastje achterop
de bagagedrager dat communiceert met naderende
auto’s. “Alles ziet er nog vrij robuust en relatief groot
uit”, erkent Van Dam. “Dat heeft ook te maken met het
feit dat in dit experimenteerstadium nog niet exact is
uitgekristalliseerd wat de systemen precies wel en niet
moeten kunnen. Op dit moment moeten ze nog alles
kunnen. Het is straks een kwestie van het geheel te
verfijnen en het maken van de juiste keuzes. Zodra het
systeem ‘dedicated’ is, dan kan het waarschijnlijk
moeiteloos en onzichtbaar in de accu van de fiets
worden verwerkt.”
Maatschappelijke acceptatieDe komst van de smart bike lijkt dus een kwestie van
tijd. De technische implementatie zal geen problemen
opleveren. De kosten zullen, er van uitgaande dat
primair e-bikes er mee zullen worden uitgerust, waar-
schijnlijk erg meevallen. Voorlopige schattingen gaan
uit van 100 tot 200 euro per fiets. Rest de vraag of de
consument zit te wachten op deze nieuwe ontwikke-
ling. Van Dam: “TNO Human Factor in Soesterberg is
bezig de functionaliteit en de maatschappelijke
acceptatie van de slimme fiets in kaart te brengen en te
inventariseren hoeveel mensen er gebruik van willen
maken, wat de veiligheidswinst is etc. Die evaluatie
moet eind dit jaar bekend zijn.”
Voor het inbouwen van de noodzakelijke apparatuur in
auto’s ziet zij in ieder geval weinig belemmeringen.
“Die maken voor de communicatie gebruik van de
Europese ITS G5 standaard. Er is dus voor autofabrikanten weinig
beletsel om dit Nederlandse concept in de toekomst in te bouwen.
Sterker nog, er liggen wat dat betreft interessante kansen om het op
Europese schaal toe te passen. Fietsveiligheid houdt immers niet op
bij de grens.”
‘Als de automobilist het waarschuwingssignaal negeert, dan remt de auto automatisch.”
‘Fietsveiligheidhoudt niet op bij
de grens’
15
Ook de (gewone) fiets en – onder een kleine groep - de scooter zijn
onder jongeren redelijk populair, in tegenstelling tot de e-bike.
Opmerkelijk is verder dat veel jongeren sceptisch zijn over autodelen
en zelfrijdende auto’s.
Ruim een jaar geleden besloot Goudappel Coffeng, adviesbureau op het
gebied van mobiliteit, samen met het op jongeren gespecialiseerde
adviesbureau Youngworks in kaart te brengen of de waardepatronen
van jongeren, zoals uit eerder Amerikaans onderzoek naar voren
kwam, aan het veranderen zijn en of zij minder waarde hechten aan
autobezit en aan de status die juist veel ouderen hieraan ontlenen. Na
het opstellen van een trend en expertanalyse en uitvoerige interviews
met zestig jongeren in zogeheten focusgroepen is vervolgens een
representatieve steekproef onder 1.500 jongeren in de leeftijd tussen de
15 en 25 jaar gehouden. Daarbij werden de respondenten ingedeeld in
een vijftal segmenten: de statusgerichte levensgenieter (28%); de
behoedzame soloreiziger (26%); de pragmatische beweger (21%); de
onbevangen verkeersdeelnemers (14%) en de onafhankelijke idealist
(11%). Het onderzoek is gefinancierd door de provincies Utrecht,
Noord-Brabant, Limburg, Overijssel, Gelderland, Zuid-Holland, de
gemeenten Amersfoort, Enschede en Brabant Stad (de vijf grote steden
in Brabant), de vier grote steden en de Stadsregio Amsterdam.
Statusgerichte levensgenieterVolgens Thomas Straatemeier, adviseur bij Goudappel Coffeng, blijkt
uit dit nieuwe onderzoek niet dat de emotionele voorkeur van jonge
Onderzoek jongeren en mobiliteit:
Autobezit onder jongeren zou minder vanzelf-sprekend zijn. Zij zouden meer geïnteresseerd zijn in 4G dan in vier wielen. Nieuw onderzoek,dat Goudappel Coffeng in samenwerking metYoungworks heeft uitgevoerd, weerspreekt dezeontwikkeling. Eén van de hoofdconclusies uit ditbinnenkort te verschijnen rapport luidt dat meerdan de helft van de jongeren het bezit van eenauto nog steeds als statusverhogend ziet. Driekwart van hen zegt zelfs op z’n dertigstezeker een auto te bezitten.
Auto en scooter statusverhogend;e-bike lui imago
Thomas Straatemeier: ‘Driekwart van de jongeren zegt op z’n dertigste zeker een auto te bezitten.
GO!
16
generaties verschuift naar autodelen en het OV en dat het hen weinig
uitmaakt hoe zij van A naar B komen. “Binnen het segment ‘de status-
gerichte levensgenieter’ wordt de auto nog altijd als een statussymbool
beschouwt. Jongeren in de categorie de ‘behoedzame soloreiziger’ zien
de auto vooral als een gebruiksmiddel en hechten bovendien veel
waarde aan de veiligheid van een auto en aan verkeersveiligheid.”
Meer dan 80 procent van alle ondervraagden, vervolgt Straatemeier,
heeft een positief beeld over de auto én de fiets. “Ongeveer 40 tot 50
procent geeft aan de auto vaker dan eenmaal per week te gebruiken als
bestuurder of passagier en 80 procent pakt de fiets meer dan een keer
per week.”
Opvallend zijn de positieve reacties op de stellingen die aan jongeren
werden voorgelegd met betrekking tot hun voorkeur voor de auto.
‘Een eigen auto bezitten staat voor vrijheid’, oordeelt 74 procent.
Driekwart (75%) verwacht op dertigjarige leeftijd beslist een auto te
bezitten. ‘In de auto kun je je eigen muziek draaien en je eigen ding
doen’, oordeelt 55 procent en 39 procent zegt ‘het liefst de auto te
pakken om ergens naar toe te gaan.’
Verder is ruim vier op de tien jongeren (43%) het eens met de stelling
dat ‘het uiterlijk van een auto veel zegt over iemands smaak en gevoel
voor stijl’.
17
HackersEveneens opmerkelijk is de scepsis en afwachtende houding van
jongeren als het gaat om zelfrijdende auto’s en autodelen. Straatemeier:
“Het leverde tijdens de interviewsessies veelzeggende reacties op als:
‘Er gaan veel ongelukken gebeuren met zelfrijdende auto’s. Hackers
gaan inbreken op die auto en dan wordt het heel gevaarlijk.’ Of: ‘Als er
een ongeluk gebeurt tussen twee zelfrijdende auto’s, wie is er dan
schuldig?’ Sommigen waren overigens wel positiever en reageerden
met: ‘Ik zou dan onderweg naar het werk de krant gaan lezen. En op de
terugweg naar huis slapen in de auto. Super relaxed.’
Dat de auto blijkbaar ook voor jongeren nog steeds een verlengstuk van
het eigen ego is, viel af te leiden uit opmerkingen als: ‘Ik geloof niet in
SnappCar. Mensen zijn bang dat hun shit kapot gaat’ en ‘Ik zou mijn
auto wel willen delen met vrienden, maar niet zomaar met vreemden.
Je weet nooit wie er in rijdt en wat hij met je auto doet.’
Imago e-bikeJongeren zijn zeer te spreken over de (gewone) fiets als vervoermiddel.
Een meerderheid (52%) vindt het heerlijk om op de fiets te zitten. Bijna
de helft (49%) geeft aan door onderweg te bewegen aan zijn of haar
gewicht te werken. Zij zijn echter kritisch over de elektrische fiets. Die
is in hun ogen pas een optie voor wie langer moet reizen, voor wie
gezondheidsproblemen heeft, maar vooral voor wie ouder is. De groot-
ste bezwaren van de e-bike zijn volgens jongeren de hoge kosten en het
oubollige luie imago.
De scooter is onder een relatief kleine groep jongeren daarentegen weer
redelijk populair, constateert Straatemeier. “Met de scooter kunnen zij
grote afstanden prima overbruggen in een korte reistijd. Ook is het een
vervoermiddel waar jongeren trots op zeggen te zijn. Nadelen zijn wel
de hoge aankoop en onderhoudskosten, het nood zakelijke brommer-
certificaat, de diefstalgevoeligheid, de onveiligheid en het feit dat een
brommer vaak snel kapot gaat. Een veelgehoorde opmerking is
‘waarom niet gelijk sparen voor een autorijbewijs?’”
GedragsbeïnvloedingMet dit onderzoek, besluit Straatemeier, krijgen de provincies en
gemeenten een hulpmiddel in handen om een gerichte gedragsbeïn-
vloeding in hun mobiliteitsbeleid te bewerkstelligen. “Zij kunnen,
afhankelijk van de in hun gebied aanwezige groepen jongeren,
trachtten hen te prikkelen tot het maken van andere mobiliteits -
keuzen. Of niet, want sommige groepen zijn, afhankelijk van wat je
wilt, veel makkelijker of veel moeilijker te beïnvloeden. Die kun je dan
op een bepaalde manier proberen te faciliteren. Een statusgerichte
levensgenieter krijg je immers niet zo snel in het OV. Maar die kun je
wel verleiden richting een elektrische auto. Terwijl iemand uit de
andere segmenten wellicht sneller is te bewegen om de fiets te pakken.
Dit rapport biedt beleidsmakers hiervoor handvatten.”
‘Jongeren zijn sceptisch over de zelfrijdende auto en autodelen’.
‘Ruim 80 procent heefteen positief beeld over
auto én !ets’
RAI SOCIETY18
GO!
Tot en met 12 juli kunnen motorliefhebbers op de
ANWB Drivers Academy in Lelystad tijdens het evene-
ment ‘Ridestyle Kies je Fiets’ onbeperkt proefritten maken
op een motorfiets naar keuze. Dit initiatief van ANWB
Motor en Promotor, in samenwerking met afdeling
Gemotoriseerde Tweewielers van RAI Vereniging, heeft
primair tot doel om potentiële motorrijders die wel in het
bezit zijn van het rijbewijs A, maar nog geen motor heb-
ben, een duwtje in de rug te geven. Geïnteresseerden
kunnen de hele dag een nieuwe motorfiets uitproberen,
of zij nu beginners, heropstappers of zeer ervaren rijders
zijn. Ridestyle Kies je Fiets maakt geen onderscheid.
Tientallen motoren staan in Lelystad gereed voor een
lange proefrit of heropstaptraining. Volgens Gemma
Warmerdam, secretaris afdeling Gemotoriseerde
Tweewielers van RAI Vereniging, blijft de animo voor de actie, die nu het
vierde jaar in gaat, onverminderd groot. “Alleen al in de maanden april en mei
werden zo’n 400 proefritten gemaakt. Voor beginners een ideale mogelijkheid
om te ervaren wat voor hun de ideale machine is en voor heropstappers een
mooie manier op eventueel een opfriscursus te doen en zo veilig aan het
nieuwe motorseizoen te beginnen.”
Rutte: wel autohart, geen petrolheadNiemand minder dan premier Mark Rutte arri-
veerde op 16 april met loeiende sirene in een
oude politie Porsche 911 Targa om de 59e editie
van AutoRAI 2015 te openen. Hij bekende welis-
waar geen petrolhead te zijn die nauwgezet de
laatste modellen volgt, maar dat
hij de auto-industrie beslist een
warm hart toe draagt. Met veel
gevoel voor zelfspot zei de
minister-president privé te rij-
den ‘in een zeer recent model
Saab uit 2007 met 100.000
kilometer op de teller.’ “Die
wagen wordt”, voegde hij er
aan toe, “onderhouden door
Wim Kok. “Een betrouwbare
man en een uitstekende garage.
Maar er schijnen er meer te zijn
met die naam in Nederland.”
Hoe groot de affiniteit van
mensen is met auto’s onder-
streepte Rutte met de verwij-
zing naar een recent onderzoek van de ANWB.
Daar kwam uit naar voren dat een kwart van de
Nederlanders tegen de auto praat of de wagen
een schouderklopje geeft. Een op de zes geeft de
auto zelfs een koosnaam. De meest populaire zijn
koekblik of gebakje. Daarnaast wees hij op het
grote belang van de autosector voor de econo-
mie. De premier rekende voor dat er alleen al bij
autodealers 55.000 mensen werken. Verder zijn er
300 Nederlandse bedrijven wereldwijd actief met
het leveren van onderdelen,
waarmee nog eens 45.000
banen zijn gemoeid. Hij zei
dan ook het voorstel van
Steven van Eijck, voorzit-
ter RAI Vereniging, om als
mobiliteitsbranche en over-
heid meer samen te werken
en elkaar te versterken, met
beide handen aan te nemen.
Rutte sprak tenslotte de
hoop uit dat AutoRAI in de
toekomst met dezelfde fre-
quentie kan blijven plaatsvin-
den en dat ‘deze schitterende
industrie, wat hem betreft
mag bloeien als ooit tevoren.
Ongelimiteerd motorrijden
19
Petrouschka Werther (r), waar-
nemend directeur Klimaat, Lucht en
Geluid van het ministerie van I&M,
heeft tijdens AutoRAI 2015 het start-
schotgegeven voor de campagne
‘Kies de Beste band’ (www.kiesdebe-
steband.nl). Betere banden kunnen
volgens haar het autorijden goedko-
per, veiliger, stiller en schoner maken.
Wanneer automobilisten de ko -
mende jaren kiezen voor betere ban-
den, kan dat jaarlijks zorgen voor
tientallen minder verkeersdoden,
minder geluidshinder en een forse
CO2-reductie. “Betere banden bieden de automobilist het voordeel dat die
minder hoeft af te rekenen bij de pomp. Ook het milieu profiteert, omdat
auto’s dan zuiniger rijden en minder uitlaatgassen uitstoten”, aldus Werther.
Voor de meeste Nederlanders zijn banden echter nog een low interest pro-
duct. Doel van de campagne is om
Nederland bewuster te maken van
het belang van autobanden; de
bekendheid met het Europese ban-
denlabel en bandentesten van o.a. de
ANWB te vergroten en het belang
van een juiste bandenspanning en het
regelmatig controleren van banden
te verbeteren. Uit onderzoek is
namelijk gebleken dat meer dan zes-
tig procent van de automobilisten in
ons land met te zachte banden rijdt
en zeven procent zelfs met lekke
banden. De campagne ‘Kies de Beste
Band’ is een voorbeeld van modern milieubeleid waarbij
met vele partijen wordt samengewerkt, onder andere
met ANWB, BOVAG, RAI Vereniging, RecyBEM, NSG,
VACO, VNA, VNR en Band op Spanning.
Aftrap campagne ‘Kies de Beste band’
Groter kon het contrast bijna niet zijn. De vertegenwoordigers van de
Nederlandse hightech automotive maakindustrie kwamen tijdens de ‘Made
in Holland Tech-Day’ eind april op uitnodiging van Jaguar Landrover bijeen in
het stijlvolle en klassieke Motor Heritage Museum. Hét mekka voor liefheb-
bers van classic cars dat met bijna 300 voertuigen de erfenis van de indruk-
wekkende Britse auto-indus-
trie vertegenwoordigt. Doel
van deze Tech-Day’s, die
afdeling Autovak van RAI
Vereniging, verschillende
malen per jaar voor de
leden van het RAI Industry
Platform organiseert, is om
de Nederlandse expertise
van de automotive toeleve-
ranciers op het gebied van
voertuigtechnologie en
innovatief vermogen zo
breed mogelijk op het net-
vlies van OEM’s te krijgen.
Niet minder dan 24 gere-
nommeerde Nederlandse toeleveranciers waren in het Heritage museum
aanwezig om uitleg te geven en te demonstreren op welke manier zij een
bijdrage denken te leveren aan gewichtsbesparing, eco-efficiëntie, CO2-
reductie, het gebruik van nieuwe materialen en het toepassen van slimme
productiemethoden en technieken. Tot de keynote spekers behoorden
onder andere TomTom topman Harold Goddijn, Maurice Geraets van
NXP en hoogleraar Maarten Steinbuch van de TU Eindhoven. Zij gingen
uitgebreid in op wat
Nederland als hightech
automotive land allemaal te
bieden heeft. De Tech-Day
werd in stijl afgesloten met
een diner in het Heritage
Museum samen met het
management van Jaguar
Landrover én de plaatsver-
vangende Nederlandse
Ambassadeur en Handels-
attaché. Hierbij was tevens
Steven van Eijck (op de
foto rechts), algemeen
voorzitter van RAI Vereni-
ging aanwezig. Uiterst links
op de foto Dean Beard (Jaguar Landrover), geflankeerd door zijn collega
Ralf Speth en Eddy van der Vorst (voorzitter RAI Industry Platform).
Hightech in Heritage Museum
20
GO!
eco-trends
Volvo Trucks claimt de eerste truck-fabrikant ter wereld te zijn die auto-matische voorwielaandrijving op allewielen aanbiedt voor bouwtrucks. Defunctie Automatic Traction Controlactiveert de aandrijving op de vooras
wanneer de tractie van de achter -wielen afneemt op een gladde ofzachte ondergrond.
“Veel chauffeurs schakelen de voorwielaan-
drijving of het sperdifferentieel al in, ruim
voordat ze op een moeilijk stuk terrein
komen om te voorkomen dat ze vast komen
te zitten. Volvo Automatic Traction Control
activeert de voorwielaandrijving tijdens het
rijden en slechts voor de korte tijd dat dit
echt nodig is”, zegt Jonas Odermalm, mana-
ger bij Volvo Trucks voor het bouwsegment.
Het resultaat is een betere wendbaarheid,
brandstofbesparing en minder slijtage aan de
truck.
“Automatic Traction Control volgens Ricard
Fritz, Vice President, Volvo Trucks Brand
opnieuw een voorbeeld van hoe innovatieve
technologie het werk eenvoudiger en
slimmer maakt. Zoals de Volvo I-Shift een
revolutie betekende voor de versnellingsbak,
vertrouwen we erop dat deze nieuwe
ontwikkeling hetzelfde zal doen voor de
aangedreven vooras.”
Volvo Automatic Traction Control is
beschikbaar op de Volvo FMX 4x4, 6x6 en
8x6-uitvoering.
Cleango en Swingo, zo luiden de
toepasselijke namen van de
superschone veegmachines
waarmee Aebi Schmidt de
diverse klanten, waaronder de
drie grootste gemeenten in
Nederland, bedient.
Uniek aan deze compacte veeg-
machines is dat ze al sinds 2014
worden uitgerust met Euro-6
motoren. Daarmee is opnieuw
een enorme stap gemaakt in het
voorkomen van schadelijke
emissies. Dat de lucht uit de uit-
laat zo schoon mogelijk is, is voor
gemeenten zeer belangrijk, aan-
gezien veegmachines vaak moe-
ten werken in gebieden waar veel
mensen op straat zijn. De plaat-
sing van de Euro-6 motor, met
het complexere uitlaatsysteem
met roetfilter en SCR-katalysator
(die stikstofverbindingen neutra-
liseert), was een grote uitdaging
voor de ontwikkelaars.
Aebi Schmidt is er in geslaagd
om de Euro-6 motor te integre-
ren in de bestaande machine,
zonder concessies te hoeven
doen aan de functionaliteiten,
volumes en afmetingen van de
veegmachines. Vuilcontainer,
watertank etc. zijn even groot als
die van de voorgaande uitvoerin-
gen en hetzelfde geldt voor de
buitenafmetingen.
Swingend schoon vegen
Brandstofbesparende Automatic Traction Control Volvo Trucks
Cleango 500 Euro-6.
Volvo bouwtruck met Automatic Traction Control.
21
Stille stadsdistributie met vrachtwagens voorzien van eenPIEK keur is zo langzamerhand een begrip in de logistiekewereld. Inmiddels is er een volgende professionaliserings-slag gemaakt met de introductie van een database metgecertificeerde voertuigen en een elektronische maniervan certificeren: www.piek-keur.nl
In 1999 startte de overheid met het programma PIEK voor dag rand-
distributie met stille voertuigen. Binnen strikte voorwaarden werd
het mogelijk om in de dagranden met stille voertuigen (minder dan
60dB(A); het geluid van een gesprek) winkels te bevoorraden. Al snel
pakte het bedrijfsleven dit initiatief op en kwam met een PIEK-keur
om de stille voertuigen en componenten te certificeren en herkenbaar
te maken. Nog later werd ook een certificaat voor zogenaamde
Quiettrucks toegevoegd, waarbij een scherpe
norm van 72dB(A) werd neergezet. PIEK-keur en
de initiatiefnemers CarrosserieNL, BMWT en
RAI Vereniging vonden de tijd rijp voor een vol-
gende stap: een elektronische en daardoor meer
betrouwbare wijze van certificeren in combinatie
met een openbaar toegankelijke database van voertuigen. Vanaf 1 mei
zijn daarin gecertificeerde voertuigen terug te vinden voor gebruikers,
handhavers en consumenten. Dit zal de transparantie en daarmee de
toegevoegde waarde van het keurmerk vergroten, en
dus ook de prikkel om de dagranddistributie beter te
benutten. Deze vorm van distributie kent bewezen
voordelen als veiliger (minder kwetsbare verkeersdeel-
nemers in de dagrand) en CO2-efficient (minder file).
Thermo King, fabrikant van temperatuurbeheersings systemenvoor diverse toepassingen, biedt detransportsector sinds kort de mogelijk-heid om koelsystemen van opleggersuit te rusten met het R-452A koude-middel van de volgende generatie.
Volgens de onderneming is de overstap naar de
zogeheten SLXe-units baanbrekend omdat deze
units dezelfde hoge prestaties leveren bij een
laag geluidsniveau, maar zijn ze beter voor het
milieu vanwege het lage aardopwarmingspo-
tentieel van het nieuwe koudemiddel.
De nieuwe SLXe-koelunits doen niet onder voor
het huidige programma en bieden hetzelfde
koelvermogen, dezelfde snelle verlaging van de
temperatuur en hetzelfde zuinige brandstof -
verbruik. Ook voldoen ze al aan de wetgeving
inzake F-gassen die in 2020 van kracht wordt.
Dankzij de condensors met microkanalen
kan bovendien worden volstaan met
een kleinere koudemiddelvulling en is
de kans op lekkage kleiner, waardoor de
koel units voor opleggers van Thermo
King nog minder impact op het milieu
hebben.
“Thermo King is de eerste fabrikant die
een product op de markt brengt waarmee
klanten zelf kunnen kiezen hoe en
wanneer zij de uitstoot van broeikasgassen
beperken,” stelt Dwight Gibson, adjunct-
directeur van Thermo King Europa, het
Midden-Oosten en Afrika. “Nu het
nieuwe koudemiddel R-452A verkrijgbaar
is in producten van Thermo King, bieden
wij onze klanten voor koeling in vracht-
wagens en opleggers de veiligste en meest
milieuvriendelijke oplossing die technisch
en commercieel gezien haalbaar is.”
Stille stadsdistributie PIEK maakt forse stap voorwaarts
SLXe-koelunit.
Koelunits Thermo King ‘koeler’ voor het milieu
PIEK gecertificeerde voertuigen nu zichtbaar in elektronische database.
22
GO!
RAI vintage
Postzegels RAI VerenigingDe hier afgedrukte postzegels zijn een kleine greep uit het overstelpende aanbod van zegels uit de gehele wereld die een relatie
hebben met mobiliteit. Twee ervan (rechts) zijn speciaal uitgegeven door de toenmalige PTT Post ter gelegenheid van het honderd -
jarig bestaan van RAI Vereniging in 1993. Ze zijn met de hand ingeplakt en gestempeld in de jubileumuitgave ‘Voertuigen van de
verbeelding.’ De waarden zijn 70 en 80 cent en de officiële datum van uitgifte 5 januari 1993. De ontwerpen zijn van de hand van
Anthon Beeke. De zegel van 70 cent toont het typisch Nederlandse fietsgebruik. Op de zegel van 80 cent is vooral beweging uitge-
drukt, waarbij gebruik is gemaakt van de in 1912 gemaakte foto van de beroemd geworden amateurfotograaf Jacques-Henri Lartique.
23
In deze rubriek laten we personen aan het woord diebetrokken zijn bij of werkzaam in de mobiliteitswereld.Dit keer Fanny Verhauwaert, directeur van Thermo KingTransportkoeling.
uitgesproken
Wat is uw favoriete vervoermiddel?
Zakelijk en privé rijd ik in een Audi A5; een fijne en degelijke auto. Voor
mijn werk ben ik vaak in het buitenland te vinden, hiervoor is vliegen
heel geschikt.
Wat vindt u van het mobiliteitsbeleid in Nederland?
Ik ben optimistisch over het huidige beleid. Het kabinet heeft in de
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte een beleid opgesteld dat
gebaseerd is op drie pijlers: de concurrentiekracht vergroten, de bereik-
baarheid verbeteren en zorgen voor een leefbare en veilige omge-
ving. De economische positie van Nederland en de infrastructuur
nemen een prominente plaats in beslag, terwijl dit moet passen in een
duurzame en verantwoorde leefomgeving. Duurzaamheid is de kern
van het Nederlandse mobiliteitsbeleid.
Wat zou u als eerste veranderen als u het voor het zeggen had?
Een verplicht PIEK-keurmerk voor beroepschauffeurs in het gecon -
ditioneerde transport-segment invoeren. Onze PIEK-gecertificeerde
koelmachines voldoen aan de strengste geluidsnormen en zijn de stilste
in hun segment. De chauffeur vervult echter ook een belangrijke rol.
Een verplicht PIEK-keurmerk voor beroepschauffeurs moet er op toe
zien dat chauffeurs weten hoe ze het product optimaal kunnen gebrui-
ken waardoor het product/voertuig stil blijft.
Vindt u dat het kabinet voldoende aandacht schenkt aan vervoers -
alternatieven, zoals de bus, de fiets of gemotoriseerde tweewielers?
De laatste jaren heeft het kabinet flink geïnvesteerd in de toe -
gankelijkheid van het openbaar vervoer en de fietsveiligheid. Mede
hierdoor behoort Nederland tot de Europese top, als het gaat om
mobiliteit en infrastructuur. Een opportuniteit voor Nederland is om
meer te investeren op het gebied van alternatieve brandstoffen. De
overheid zou zich bijvoorbeeld meer moeten inzetten voor lng of
cryogene koudemiddelen bij koelmachines.
Zou u zelf bereid zijn tenminste 1 keer per week de auto voor het
werk te laten staan?
Ja, met plezier, mits een goede planning en flexibele alternatieven dit
mogelijk maken.
Met welke politicus zou u wel eens van gedachten willen wisselen?
Ik kom oorspronkelijk uit Gent in België, een stad die sinds vele jaren
goed werk levert rond mobiliteit in de stad. Een uitwisseling van ideeën
met de huidige burgemeester, Daniël Termont, omtrent zijn visie en
het concretiseren van het huidige mobiliteitsplan lijkt mij zeer boeiend.
Hoe ziet het Nederlandse verkeersbeeld er over tien jaar uit?
Hoe wij ons verplaatsen zal onder invloed van onder andere techno -
logische, demografische, economische, culturele en klimatologische
ontwikkelingen, steeds veranderen. Eén van de trends die vandaag al
actueel is, is dat het autobezit zal afnemen en men meer gebruik van
een auto zal maken wanneer men die nodig heeft. Daarnaast is de
technologie voor een zelfrijdende auto in volle ontwikkeling. De vraag
en research naar alternatieve brandstoffen is zeer actueel. Momenteel
zijn er veel verschillende denkrichtingen en is de toekomst nog niet
duidelijk, maar dat het Nederlandse verkeersbeeld er binnen 10 jaar
anders uitziet, is een feit.
Fanny Verhauwaerter zou een verplicht PIEK-keurmerkvoor beroepschau!eurs moeten komen
24
GO!
MARKTANALYsE
De provincies verwachten dit jaar ruim 1,4 miljard euro uit te geven aan de
aanleg en onderhoud van wegen. Dat is bijna 10 procent meer dan in 2014
en zelfs 65 procent meer dan in 2011, zo meldt het CBS. De uitgaven voor
wegen lopen per provincie sterk uit-
een. Zo verwacht Gelderland in 2015
bijna 600 miljoen euro aan wegbe-
heer te besteden. De begrote
uitgaven voor wegen in
Drenthe komen daarentegen
met 11 miljoen fors lager uit.
De hogere uitgaven van
Gelderland zijn onder meer
bestemd voor groot onder-
houd van het eigen wegennet
(A15, A1 en knooppunt Hoe-
velaken) en voor de ontsluiting
van landelijke gebieden. De
uitgaven aan wegen zijn sterk
afhankelijk van de maatregelen
die provincies nemen om de
verkeersveiligheid te verbeteren, maar ook van het soort weg (enkel-
of meerbaansweg), de soort ondergrond (stevige zandgrond of slappe
veengrond) en het aantal kilometers weg per provincie.
Provincies geven meer uit aan wegen
De productie van personenauto’s in de wereld is vorig jaar, mede dankzij
de aanhoudend goed presterende Chinese en Amerikaanse automark-
ten met 3,6 procent toegenomen tot 77,3 miljoen eenheden. Terwijl
Europa met een matige plus van 3,6 procent wat achterbleef
kwamen Noord-Amerika
en China en respectieve-
lijk groeicijfers van 5,2 en
13,2 procent goed op
stoom. Vooral de sterke
binnenlandse Chinese
vraag naar auto’s - van de
18,6 miljoen geprodu-
ceerde voertuigen wer-
den er 17,8 miljoen in
eigen land verkocht -
vormde de motor achter
het herstel van de mondiale autoproductie. Tegelijkertijd onderstre-
pen de Chinese cijfers dat het land, anders dan bijvoorbeeld Zuid-
Korea en Japan, een verwaarloosbare rol speelt als het gaat om de export
van auto’s. Het is echter niet zo zeer de vraag of de Volksrepubliek op dit
gebied een cruciale rol gaat spelen, maar wanneer.
China grootste autoproducent
Mondiale autoproductie (in mln stuks)
2014 2013Totaal 77,255 74,557w.v.West- Europa 11,901 11,488Oost- Europa 5,216 5,211Noord- Amerika 16,937 16,097Azië 37,382 35,262w.o. China 18,620 16,447Zuid- Amerika 3,570 4,249
Provinciale uitgaven aanwegen (in mln euro)
Totaal 1.430
w.v.
Gelderland 589,3
Noord Brabant 184,5
Utrecht 124,2
Zuid-Holland 114,9
Zeeland 96,8
Limburg 67,1
Overijsse 65,4
Noord-Holland 63,0
Friesland 48,3
Flevoland 44,2
Groningen 21,9
Drenthe 10,8
Bron
: A.I.A
.
Bron
: CBS
25
Europese verko-pen dieselauto’s
2014Totaal 6.456.400w.v. in %Ierland 73,5Portugal 70,7Spanje 66,1Frankrijk 63,9Griekenland 63,8Belg/Lux 62,8Zweden 59,3Oostenrijk 56,8Italië 55,7Ver. Koninkrijk 50,1Noorwegen 48,8Nederland 27,1
Hoe meer er in een land wordt gefietst, des te
groter het aantal dodelijke fietsslachtoffers, zou-
den we denken. Toch lijkt dat causale verband er
niet te zijn, want uit cijfers van de Organisatie
voor Economische Samenwerking en Ontwikke-
ling (OESO) blijkt dat in Nederland per miljard
gereden fietskilometers jaarlijks het minste aantal
fietsdoden is te betreuren. Terwijl ons land met
884 fietskilometers per inwoner geldt als dé fiets-
kampioen in Europa. In bijvoorbeeld de V.S, waar
per inwoner slechts
47 kilometer per jaar
wordt gefietst, is het
aantal dodelijke
slachtoffers onder
fietsers bijna vier
maal zo hoog als in
Nederland.
Uitzonderingen zijn
er volgens de OESO
ook, want in een
land als Zuid-Korea
is het aantal fiets -
doden veel hoger
dan op basis van het
relatief grote aantal
fietskilometers ver-
wacht zou worden.
Een mogelijke ver -
klaring hiervoor is
dat de verschillende
verkeersdeelnemers
en transportmodali-
teiten in dat land
onvoldoende tijd hebben gehad om te kunnen
anticiperen op de snelle groei van het aantal fiet-
sers. Dat landen als Nederland en Denemarken
qua fietsmortaliteit in verhouding tot het aantal
fietskilometers bovengemiddeld gunstig scoren
heeft, zo stelt de OESO, eveneens te maken met
een goede (fiets)infrastructuur in combinatie met
een serieus en evenwichtig fietsbeleid.
Automobilist blijft diesel trouw
Fietskilometers per inwoner versus fietsdoden
Fietskm fietsdoden perper inw mrd fietskm
Nederland 884 10,7Denemarken 513 14,6Duitsland 368 15,2Zwitserland 261 18,4Finland 267 20,0Frankrijk 88 27,0Ver. Koninkrijk 75 28,1Korea 196 32,5Ver. Staten 47 44,0
Ondanks de sterk
gedaalde brandstofprijzen,
die de aanschaf van diesel-
auto’s versus de benzine
aangedreven variant in
theorie onaantrekkelijker
maakt, is de verkoop van zelfont-
branders in Europa in 2014 opnieuw met 4,5
procent gestegen tot ruim 6,4 miljoen exemplaren. Met een
nagenoeg onveranderd marktaandeel van 53,3 procent kiest
meer dan de helft van alle Europese autokopers dus voor diesel.
Blijkbaar zijn consumenten nog niet vergeten dat, in tijden van astrono-
misch hoge brandstofprijzen, zuinige diesels een belangrijke ‘firewall’ vormen tegen oplo-
pende autokosten. In veel EU-landen, zoals Spanje, Frankrijk, België/Luxemburg en Grieken-
land, ligt het dieselaandeel in de verkopen inmiddels ver boven de 60 procent. Tot de absolute
koplopers behoren Ierland en Portugal waar meer dan twee derde van de autokopers de
voorkeur geeft aan een dieselmotor. Nederland eindigde ook het afgelopen jaar als rode
lantaarndrager als laatste in het eindklassement met een dieselaandeel van 27 procent.
Nederland: meeste fietskilometers, minste fietsslachtoffers
Bron
: A.I.D
.Bron
: OESO
26
GO!
DE Stelling
Ook het goederenvervoermoet voor meer dan dehelft uit de lucht en van deweg. Al die investeringenmoeten leiden tot minderCO2-vervuiling, leefbaresteden en minder files.
Belinda Parmer, consultant
Wat is de overeenkomst tussen een tiener
op een schoolfeest en de maker van snelle
auto’s? Ze hebben allebei geen idee hoe ze
vrouwen moeten aanspreken.
Bron: FD
Hans Bakker, alg. dir. Amsterdam RAI
Een jaar of tien geleden hebben we de
focus verlegd naar internationale evene-
menten. Dat werpt nu zijn vruchten af.
Tien jaar geleden bestond een kwart van
onze agenda uit internationale evenemen-
ten, nu 70 procent. Onze afhankelijkheid
van de kleine Nederlandse markt is daar-
door afgenomen. Ook de komende jaren
lopen we al aardig vol. Tot 2019, 2020 ziet
het er veelbelovend uit.
Bron: Het Parool
Adrian van Hooydonk, senior vice-president BMW Group
Van BMW wordt als premiummerk steeds meer verwacht dat wij de
negatieve aspecten van de individuele mobiliteit oplossen. En daar
zijn we al een tijd mee bezig. Dat betekent dat er grote veranderingen
op komst zijn in de manier van aandrijving, in uitstoot, het gewicht
van de auto en ook de manier waarop auto’s geproduceerd worden.
Bron: FD
Melanie Schultz van Haegen, minister I&M
De samenleving zal straks volop profiteren van zelfrijdende auto’s en
voertuigen die in contact staan met elkaar, of met de weg. Zo kun je
vlotter doorrijden wanneer auto’s met elkaar kunnen communice-
ren. Ook kunnen ze de optimale snelheid en onderlinge afstand
afstemmen, zodat de wegcapaciteit beter wordt benut.
Bron: Automening
Wim van der Leegte, topman VDL Groep
We hebben al een aantal kwartalen een heel goede omzet en dat lijkt
zich dit jaar gewoon voort te zetten. We zijn van 1.600 mensen uitgebreid
tot 10.303 mensen. De helft komt voor rekening van Nedcar en de andere
helft was bij onze overige divisies. Vooral onze bedrijven die leveren aan
de semiconductor industrie, zoals ASML, hebben het erg druk. Wel is er
nog steeds een grote druk op de prijzen. Grote afnemers eisen kortin-
gen. Maar het maakt mij niet minder optimistisch. Ze zeggen wel eens
dat één zwaluw nog geen zomer maakt, maar bij ons is het al zomer.
Bron: Eindhovens Dagblad
Wim van de Camp,
Europarlementariër CDA
De provincie Noord-Brabant overweegt al
een experiment met buizenpost tussen
Tilburg en Eindhoven, dat zou zomaar het
eerste traject kunnen worden. De ontwik-
kelingen gaan snel. Utrecht is al hard op
weg een autovrije stad te worden,
de nieuwe burgemeester van Parijs wil
geen auto’s ouder dan 10 jaar in de stad.
Ontwikkelingen als 3D-printen maken
goederentransport helemaal overbodig,
omdat je niet langer producten van x naar
y moet brengen. Straks druk je in Rotter-
dam op een knop en rolt het product in
Milaan uit de printer.
Bron: AD/Rotterdams Dagblad
27GO!factorARIE STERKBehoedzaam stuurt Arie Sterk zijn Mercedes Benz 350 SL cabrio de garage uit. Onmiskenbaar klinkt onder de motorkap het roffelende geluid van
een achtcilinder. “Dat klopt”, vertelt Sterk die als eigenaar van Sterk Technisch Adviesbureau, zoals hij zelf zegt, “kostenbesparende apparatuur levert
voor bedrijfswagens en de industrie”.
“Deze 350 SL uit 1972 is namelijk de eerste serie uit dat bouwjaar met een achtpitter. In feite is het gewoon een 450 SL, maar omdat Mercedes nog
geen typeaanduiding had voor de achtcilinder uitvoering bleven ze in 1972 gemakshalve nog even vasthouden aan 350 SL om hem na dat jaar om te
dopen in 450 SL.” De belangrijkste aanleiding om tien jaar geleden tot de aanschaf van deze kloeke Duitser over te gaan vormde volgens hem het
onaantrekkelijke fiscale bijtellingsregime. “Ik wilde met mijn bedrijfsauto uitsluitend nog zakelijke kilometers rijden en deze privé gaan gebruiken.
Uiteindelijk ben ik mijn zakelijke auto toch nog steeds voor privédoeleinden blijven gebruiken, dus financieel voordeel heeft de hele exercitie niet
opgeleverd. Met uitzondering van de achteruitrijdbeveiliging en de later ingebouwde tripmaster is de wagen nog volledig origineel. O ja, en hij rijdt op
gas, om te voorkomen dat het optrekken gelijke tred houdt met het leegtrekken van je portemonnee. Qua innovatieve techniek en design is deze 350
SL nog behoorlijk up-to-date. Hij oogt, na bijna een halve eeuw, totaal niet oud of gedateerd. Als klassieker is de wagen eigenlijk te modern. Alleen het
openen en sluiten van het (nog) handbediende linnen kapje is veel gedoe. Voor je het weet ben je drijfnat.”
Slim voertuig vereist slimme weg
ben immers
Bijna iedereen heeft een smartphone en het aantal appswaarover men kan beschikken is nu al niet meer te over-zien. Deze ontwikkelingen in de informatie- en commu-nicatie technologie vinden ook hun weg naar de transport-sector waarbij de reiziger en vervoermiddelen (auto, fiets,etc.) worden volgestopt met elektronica waardoor we onsveiliger, schoner en efficiënter kunnen verplaatsen. Groteveranderingen tekenen zich af op de volgende gebieden:
• Inwinning van gegevens. Reizigers en voertuigen gevenaan waar ze zich (in tijd en ruimte) bevinden. Dezeinformatie verschaft (mogelijk gecombineerd met gege-vens uit andere bronnen) een nauwkeurig en gedetail-leerd inzicht in het verplaatsingspatroon van de reizigeren kan worden gebruikt voor een verbetering van deverkeersafwikkeling, maar ook voor verbetering van deverkeersveiligheid en de leefbaarheid.
• Geïnstrumenteerde voertuigen. In toenemende matezullen elektronische systemen de rijtaak ondersteunenen op termijn zullen systemen op de markt komen diede rijtaak volledig kunnen overnemen (automatisch rij-den). De invoering van automatisch rijden kan, gelet opde te behalen resultaten op het vlak van verkeersveilig-heid en beperking van emissies, niet vroeg genoeg wor-den ingevoerd. Maar er zijn nog veel hobbels te over-winnen bijv. toepassing in steden met veel gemengdverkeer, wat als het systeem wordt gehackt en wie isverantwoordelijk als er toch een ongeval plaatsvindt?
• Onderling communicerende voertuigen. Voertuigen enandere systeemcomponenten maken gebruik van Intel-ligente Transport Systemen (ITS) om onderling te com-municeren en informatie uit te wisselen. Deze commu-nicatie vindt plaats tussen voertuigen onderling (V2V),maar ook tussen voertuigen en infrastructuur (V2I), entussen allerlei andere componenten van het transport-systeem. Intensieve communicatie tussen voertuigenonderling en tussen voertuigen en de infrastructuur isessentieel voor de invoering van automatisch rijden.
28
Dankzij de uitgebreide informatie-inwinning en communi-catie wordt het ook mogelijk producten en diensten aan tebieden die zijn toegesneden op de vraag van de individuelereiziger. Een voorbeeld van zo’n dienst is dat iemand tijdens,maar ook voorafgaand aan de verplaatsing, adviezen krijgt dieafgestemd zijn op de individuele wensen. Een voorbeeld vanzo’n product is dat iemand niet meer zelf over een vervoer-middel hoeft te beschikken maar dat de benodigde vervoer-middelen (auto, fiets, ..) wordt gedeeld met anderen. Debehoefte aan parkeerruimte wordt daardoor drastischbeperkt.
We hebben het alleen nog maar over vervoermiddelen gehad,maar hoe zit het met de infrastructuur? Het is verleidelijk tedenken dat ‘slimme voertuigen’ een ‘slimme weg’ overbodigmaken. Maar die vlieger gaat niet op. De weg van de toekomstzal in staat moeten zijn om mee te denken met de gebruikerservan. Dat betekent o.a. dat de wegcapaciteit flexibel toege-wezen kan worden in functie van de kenmerken van het verplaatsingspatroon (een ochtendspits, een evenement, eenincident met omleiding, etc.). Maar de weggebruiker zal ookgewaarschuwd moeten worden als de weg glad is of (nogbeter) de weg treft proactief maatregelen om gladheid tevoorkomen.
Ik wil nog een kanttekening plaatsen. In het geschetste toekomstbeeld nemen technologische ontwikkelingen eenprominente plaats in, maar de praktijk wijst uit dat geslaagdeinnovaties een bredere insteek vragen. Het wordt pas een succes als de samenleving bereid is ook op organisatorisch,juridisch, economisch, en psychologisch/gedragsmatig vlakte veranderen. De nieuwe systemen kunnen ons echt helpen,maar dan zullen we wel bereid moeten zijn de samenlevingen daarmee ons gedrag een beetje aan te passen.
Prof. Ben Immers - TrafficQuest
29
‘De oude industrie’, ‘remmende partij’, achterblijvers’ en‘zij die niets willen’. Een kleine bloemlezing van waarde-oordelen die RAI Vereniging met regelmaat ten deel valt.Vaak gebeurt dit rond trajecten waarbij men door aan hetspreekwoordelijke gras te trekken hoopt dat dit daardoorsneller gaat groeien.
De benamingen worden dan doorgaans uitgesproken door partijen die
óf geen industrie verantwoordelijkheid hebben, óf zichzelf in een niche
begeven waarbinnen op beperkte schaal snel veranderingen kunnen
worden ingezet, maar waarvan de capaciteit nog onvoldoende is om
totale omslag te bewerkstelligen en faciliteren.
Recent heeft RAI Vereniging hiervan weer een
aantal voorbeelden mogen ervaren. “Onze leden
merken dat er in de wereld van OV-bussen in som-
mige gevallen op irreële eisen, irrelevante wensen
en gebrekkige technologische kennis wordt inge-
kocht”, zegt Cees Boutens. “Verbruik en uitstoot van schadelijke stoffen
door voertuigen wordt nog immer verward, waardoor er soms onnodig
complex wordt aanbesteed. Hierdoor vallen interessante aanbieders met
goede producten van de tafel.” Voor RAI Vereniging reden om nuance in
de discussie te bepleiten, onder meer via een brief aan Provinciale Staten.
“Hierin legden we uit wat wel en niet kan, en welke investering nodig is
voor welk doel en welke kosten niet per se gemaakt hoeven te worden.
Wanneer een decentrale overheid inzet op lucht-
k waliteit, hoeft zij bijvoorbeeld geen technologische eisen te stellen
omdat iedere nieuwe bus met de komst van Euro VI schoon is gewor-
den”, vult Quirijn Teunissen aan. De reacties waren niet van de lucht.
“Dit terwijl we niet vóór of tegen welke technologie dan ook pleiten.
Het enige dat wij bepleiten is realisme in beleidsambities en inzetten op
maatregelen en eisen die daadwerkelijk bijdragen aan je beleidsdoe-
len.”Boutens noemt een ander voorbeeld: het traject rond de brandstof-
visie. “Op een gegeven moment zag je dat in de verschillende concept-
actieplannen aantallen voertuigen met specifieke nieuwe technologieën
als beleidsdoel werden genoemd, die zelfs op mondiale schaal niet in die
mate voor handen zijn. Wij pleiten dus voor realisme,
omdat we anders straks het verwijt krijgen dat de indu -
strie achterblijft. Helaas werkt realisme verwarrend.”
De mobiliteitsindustrie is onderdeel van de oplossing en
niet deel van het probleem. Iedereen kan dat elke dag
met eigen ogen zien: elektrisch rijden, rijden op water-
stof of groen gas, de brandschone Euro 6 en VI-technologie – allemaal
ontwikkelingen die op de tekentafels van de mobiliteitsindustrie zijn
geboren. Stuk voor stuk nodig, om de energiedoelstelling die we met z’n
allen hebben afgesproken te behalen. “We moeten alleen wel realistisch
blijven. Dat heeft niets met conservatisme te maken, maar juist met
fundamenteel bouwen aan een schone, zuinige, stille en veilige toekomst
van onze mobiliteit”, besluit Boutens.
Haagse wandelgangEN
‘Het enige dat wijbepleiten is realismein beleidsambities’
30
GO!
COMTRANS
8 t/m 12 september
Tentoonstelling voor trucks, bussen
en speciale voertuigen
Crocus-Expo, Moskou
Collectieve stand RAI Industrie
Platform op IAA
15 t/m 18 september
Frankfurt, Duitsland
IAA
15 t/m 27 september
Internationale autotentoonstelling
Frankfurt, Duitsland
EQUIP AUTO
13 t/m 17 oktober
Internationale vakbeurs voor de
aftermarket
Parijs, Frankrijk
BedrijfsautoRAI
20 t/m 23 oktober
Amsterdam RAI
Solutrans
19 t/m 23 november
Beurs voor carrosserieën, trailers,
bestelwagens en componenten
Eurexpo Lyon, Frankrijk
Mobiliteitskalender 2015/2016
Naast voertuigen, voertuiginrichting- en uit-
rusting, onderdelen en accessoires zal op de
beursvloer ook aandacht zijn voor de proces-
kant van (weg)transport en logistieke dienst-
verlening. Dit als opmaat voor de 2017-editie,
waarbij dit een nog grotere rol zal spelen. Zo
worden er diverse producten, diensten en
projecten in het kader van efficiency, kosten-
besparing, veiligheid en duurzaamheid aan
het bestaande aanbod toegevoegd. Denk hier-
bij aan alternatieve brandstoffen, boordcom-
puters, telematica, transportmanagement
systemen en rijtaakondersteuning, maar ook
praktische toepassingen van logistieke dienst-
verlening zoals intern transport, verpakking,
opslag, tracking & tracing en dossieradmini-
stratie.
De beursvloer van BedrijfsautoRAI 2015
wordt zodanig ingericht dat de bezoeker een
compleet overzicht krijgt van marktontwik-
kelingen in de sector. De truckmerken staan
verdeeld over de beursvloer, wat zorgt voor
een goede doorstroming van het publiek door
alle hallen en langs alle stands. De andere
segmenten staan ook verdeeld over de beurs,
zodat iedere deelnemer goed tot zijn recht
komt op BedrijfsautoRAI 2015.
Om de innovatiekracht en laatste ontwikke-
lingen binnen de sector een goed podium te
geven, is er op de beursvloer een speciaal
InnovationLAB gecreëerd. Ook RAI
Vereniging, Dinalog, BOVAG en Connekt
zijn hier nauw bij betrokken, evenals bij de
interactieve sessies in het bijbehorende
theater. Daarnaast kunnen bezoekers talrijke
live demonstraties bijwo-
nen, zowel op de beurs-
vloer als op het buiten -
terrein, of zelf achter het
stuur stappen.
EYE CATCHER
Tal van innovaties, bijvoorbeeld op gebied van efficiëntie en kostenbesparing, zijn te zien tijdens BedrijfsautoRAI 2015.
Het enthousiasme voor BedrijfsautoRAI 2015 (20 t/m 24 oktober) groeit met de week. Meer dan 80 belangrijke spelers hebben hun deelname aan hét nationale platform voor wegtransport en logistieke dienstverlening reedsbevestigd. Om de ontwikkelingen van de sector te onderstrepen, presenteertde vakbeurs een vernieuwde beurs- en segmentindeling, een betere routingvoor de bezoekers en is er volop aandacht voor innovaties en demonstraties.
BedrijfsautoRAI breidt uit
31
2016
Collectieve stand BAUMA
11 t/m 17 april
Collectieve stand op Bauma voor
leden Speciale Voertuigen en
Autovak RAI Vereniging
München, Duitsland
2 junislimmer stimuleren en eenvoudiger belasten, voorstel aan kabinet brede coalitie voor de toekomst
19 meiNationaal Fietscongres 2015 nadert. Collega @QuirijnRAI spreekt er over kansen fiets voor binnen-stedelijk vervoer
19 meiCO2-reductie bestelwagens loopt nu al voor op EU-doelstelling voor 2017
11 meiNiet bij ambities alleen, want overheid geeft beleid zelfrijdende auto’s nu ook handen en voeten
30 aprilRAI Vereniging waarschuwt voor onnodig hogekosten OV-busvervoer
30 aprilEU bereidt overgang naar geavanceerde (2e generatie) biobrandstof voor
14 aprilMotorfietsen en scooters dit weekend in de schijn-werpers bij ANWB Lentedagen
14 aprilOverheidsbeleid stedelijke bereikbaarheid inefficiënten inconsequent
9 aprilMinister Schultz voorziet kentekenplicht tractoren en landbouwvoertuigen per februari 2017
Tweets RAI Vereniging
@raivereniging
GO!ROUND
Op zaterdag 30 mei ging de traditionele
RAI Klassieker Rit weer van start. Zo’n
60 equipes,
bestaande uit relaties van RAI Verenigin
g,
verzamelden zich bij Kasteel Ophemert in
Ophemert voor een onvergetelijke rit langs de
mooiste plekjes van Nederland. Winnaars in het
algemeen klassement werden Ron Nieuwenhuizen
en Arnold Hoogenhout in een MG B Ro
adster
uit 1970.
Top Related