Schakel in Succes nr. 5 – december 2014
description
Transcript of Schakel in Succes nr. 5 – december 2014
december 2014
05
schakelin succesvoor ondernemers in de tuinbouw,
akkerbouw en veehouderij
Simon Alberda:
“Grond ruilen met akkerbouwer: we worden er allebei beter van”
Succesvol pionieren met SOLIQ PaGina 16 - 17
Plaatsspecifiek bekalken met taakkaartenPaGina 20-21
Ruwvoer telenPaGina 8 - 11
In dit nummer
50 jaar proefboerderij Laverdonk 3
Jongerendag 2015 4
Werken bij agrifirm 6
Ruwvoer telen 8
Varkenshouder optimaliseert bedrijfsvoering 14
Succesvol pionieren met SOLiQ 16
aaltjes bestrijden met de Veris bodemscan 20
Bodem in balans door Bemestingsnavigator 21
Samenspel 24
‘Scherp zijn op voersaldo’ 12
Agrifirm lanceerde onlangs Ruwvoer Totaal®.
Een totaalconcept voor de (rund)veehouderij,
waarbij de kennis van Agrifirm Exlan, Agrifirm
Feed en Agrifirm Plant gebundeld is. Met die
bundeling wordt de Agrifirm-kennis op het
gebied van bodem, bemesting, gewassen, oogst
en diervoeding bij elkaar gebracht. Om daarmee
opbrengsten en kwaliteit van voedergewassen
op een veel hoger niveau te brengen.
Ruwvoer Totaal® is een uniek concept waar de
kracht van de samenwerking tussen de bedrijven
binnen de Agrifirm Group wordt ingezet ten
behoeve van onze klanten. Agrifirm is daarmee
het enige Nederlandse bedrijf dat kennis van
plant én veehouderij zo dicht bij elkaar brengt.
Een combinatie waarmee voor de klanten steeds
meer synergie wordt gecreëerd.
Deze combinatie blijft ook in de toekomst
gehandhaafd. De Agrifirm-Ledenraad heeft
namelijk de nieuwe strategie goedgekeurd,
waarbij deze unieke combinatie van plantaardige
en veehouderij activiteiten tot hoeksteen van de
Agrifirm-strategie is aangewezen.
Deze kracht van samenwerking staat in dienst
van onze klanten/leden. Hun succes staat voorop,
mede mogelijk gemaakt door Agrifirm!
Ton Lomanvoorzitter hoofddirectie Agrifirm Group
Soja oogst 2014 5
’De kunst van bemesten’ 18
Plaatsspecifiek bekalken 22
De kracht van samenwerking
schakel in succes december 20142
50 jaar geleden startte proefboerderij
Laverdonk met onderzoek in de
veevoeding en -houderij. Grote
vernieuwingen werden eerst in de
stallen uitgetest, waarna de praktijk
het met gerust hart kon toepassen.
na 50 jaar zijn de stallen op proef-
boerderij Laverdonk in Heeswijk Dinther
nog steeds een belangrijk onderdeel van
het agrifirm innovation Center. En het
bewijs dat agrifirm veel waarde hecht
aan onderzoek en innovatie gericht op
de (veehouderij) leden/klanten.
Laverdonk vervult een grote rol bij de
vertaling van de resultaten naar de
praktische toepassing. Voor de akker- en
tuinbouw zijn onderzoek en innovatie
geconcentreerd binnen agrifirm Plant.
Om het 50-jarige jubileum te
vieren ontvangt elke veehouderijklant
een jubileumgids. Een gids met een
terugblik, een tijdsbalk met de mooie
resultaten uit de praktijk en een blik
op toekomstgericht onderzoek.
De jubileumgids is toegevoegd aan
deze Schakel in Succes.
Proefboerderij Laverdonk
Al 50 jaar onderzoek in veehouderij
Agrifirm Group op EuroTier Agrifirm was voor het eerst aanwezig en actief
op EuroTier in Hannover; de grootste Europese
veehouderijbeurs in Europa. De aandacht voor de
kwaliteitsproducten uit de land- en tuinbouw, via de
‘mede mogelijk maken’-campagne, viel op en kreeg
waardering.
schakel in succes december 2014 3
Thema Jongerendag: ‘Limits of risk’De Agrifirm Jongerendag 2015 vindt
plaats op woensdag 7 januari. Het
thema is ‘Limits of Risk’, oftewel
risicomanagement. Johan Barendregt,
voorzitter van de Jongerenraad, vertelt
waarom de Jongerendag ook in 2015
de moeite waard is.
WAAROm zOu Ik, ALS JOnGE OnDERnEmER,
nAAR DE JOnGEREnDAG kOmEn?
“Het onderwerp, risicomanagement,
is actueler dan ooit. Bedrijven worden
steeds groter, en daarmee groeien ook
de risico’s. Daarnaast is het helaas zo
dat in veel sectoren de prijzen onder
druk staan. Juist als de marges krimpen,
is het belangrijk om je risico’s inzich-
telijk te hebben en te beheersen.”
HOE zIET HET PROGRAmmA ERuIT?
“We hebben erg leuke en boeiende
sprekers gevonden, die risicomanage-
ment op een verrassende manier onder
de aandacht brengen. Cees Maas, van
DCa, weet bijvoorbeeld alles van het
afdekken van risico’s en grip houden
op de markt. Godert Tegelberg, COO
Pork van ViOn, weet als geen ander
hoe je in een moeilijke markt omgaat
met ondernemersrisico’s en het tij
kunt keren als de omstandigheden
Voorzitter Jongerenraad aan het woord
fosfaat bevat (Fertraat). Met de installatie
wordt extra verwerkingscapaciteit voor
ruim 200.000 kg fosfaat gerealiseerd.
Het Mestinvesteringsfonds is een
samenwerking van 24 voerbedrijven,
waaronder agrifirm, die met achter-
gestelde leningen de ontwikkeling van
voldoende mestverwerkingsprojecten
ondersteunt. Het fonds heeft meer dan
80 aanvragen ontvangen.
technologie om met behulp van infra-
rood panelen de dikke fractie van de
mest te hygiëniseren. De dikke fractie
kan daarna worden geëxporteerd.
Kumac heeft ruime ervaring met de
verwerking van mest. Met de bestaande
installatie in Deurne wordt sinds 2007
varkensmest gescheiden in een dikke
fractie (Fertex), en een stikstof/
kali-concentraat dat nagenoeg geen
Het mestinvesteringsfonds steunt de
investering van kumac in een mestver-
werkingsinstallatie. Het is het derde
project dat dit jaar wordt afgerond.
Daarmee is een totale verwerkings-
capaciteit gerealiseerd voor 430.000
kilo fosfaat.
De investering ondersteunt bestaande
technologie van Kumac, namelijk de
KANS OF RISICO?Hoe ver wil jij gaan als jonge ondernemer bij het nemen van risico’s? Of denk je vooral in kansen? De land- en tuinbouw kent vele uitdagingen: de kapitaals-verstrekking, het investeringsrendement, de oogstonzekerheid, noem maar op. Het nemen of juist vermijden van risico’s staat centraal op de Agrifirm Jongerendag 2015. Kom luisteren naar hoe onder meer Nederlands meest succesvolle bergbeklimster Katja Staartjes en ‘ramp ondernemer’ Frank Krake omgaan met de ‘limits of risk’. In deze wereld van onzekerheden is één ding zeker: je zult een boeiende dag beleven! Ga voor meer info en je aanmelding naar www.agrifirm.com/jongerendag #limitsofrisk facebook.com/agrifirm Schakel in succes
WAAR ZET JIJ OP IN?
AGRIFIRM JONGERENDAG 2015LIMITS OF RISK
7 januari 2015 van 09.45 - 15.30 uur, Schouwburg en Congrescentrum Orpheus Apeldoorn
tegen zitten. Daarnaast komt er een
inspirerende collega-ondernemer aan
het woord, die om zijn bedrijf te kunnen
starten, in het diepe moest springen.
Ook hebben we sprekers uit andere
sectoren. Frank Krake schreef het
boek De rampondernemer. Hij kreeg
als ondernemer te maken met alle
tegenslag die je je voor kunt stellen.”
“Geen succesverhaal, maar wel een
verhaal over doorzettingsvermogen
waar we allemaal van kunnen leren.
En om te laten zien dat risico’s niet
alleen bij ondernemers horen,
ontvangen we bergbeklimster Katja
Staartjes, die als eerste nederlandse
vrouw de top van de Mount Everest
bereikte.”
HOE kAn Ik mE AAnmELDEn?
Ga voor meer info over de Jongerendag
naar www.agrifirm.com/jongerendag.
Hier kun je je ook aanmelden.
Mestinvesteringsfonds steunt project Kumac
schakel in succes december 20144
Soja oogst 2014
Het Agrifirm Innovation Center (AIC)
onderzoekt in samenwerking met
Agrifirm Feed de mogelijkheden om
enkel Europese grondstoffen voor voer
te gebruiken. Hiermee speelt Agrifirm
in op de stijgende interesse voor
regionaal geteelde eiwitten.
Het gebruik van Europese grondstoffen
in plaats van overzeese eiwitten heeft
voordelen voor klimaat, bodem,
biodiversiteit en maatschappij.
Het brengt echter ook hogere kosten
met zich mee omdat niet op de
wereldmarkt kan worden ingekocht
Onderzoek agrifirm innovation Center
Jakob Bartelds uit Tweede Exloërmond oogst de eerste soja verbouwd door de Maatschap Bartelds. “We hebben geoogst op
4 oktober, als de combine normaal al in de winterstalling staat. De combine is uitgerust met autocontour, waarbij het maaibord
van 7,5 m breed aan beide kanten even hoog boven de grond blijft. Daarnaast heb ik het mes van de combine maximaal naar voren
geschoven, om te voorkomen dat peulen die open springen voor het maaibord vallen”, vertelt Bartelds. “De teelt en de oogst zijn
goed verlopen. De opbrengst lag net boven de 3 ton.” Bartelds levert de soja aan agrifirm.
Voer van Europese origineen omdat de nutritionele waarden
verschillen. Het aiC onderzoekt het
effect van enkel Europese grondstoffen
op het technische en financiële
resultaat van veehouders, om te
bepalen of deze richting toekomst
heeft.
schakel in succes december 2014 5
Een greep uit onze vacatures
> Verkoopmanager | Regio Zuidwest | agrifirm Feed
> medewerker BIm | apeldoorn | agrifirm Feed
> Junior Procestechnoloog | apeldoorn | agrifirm Feed
> nutritionist Varkens | apeldoorn | agrifirm Feed
> Verkoper | regio Midden-Brabant | abemec
> Verkoper | regio Zeeuws Vlaanderen | abemec
> Verkoper Services | Veghel | abemec
Kijk voor de functiebeschrijving en – eisen van deze en andere
actuele vacatures op www.agrifirm.com/werkenbijagrifirm
of volg ons op twitter @agrifirmjobs
Heb jij de ambitie om bij de beste werkgever* binnen de agrarische sector te werken?
En ben jij die enthousiaste HBO of WO student die op zoek is naar een interessante
stageopdracht, een uitdagend traineeship of die fantastische baan binnen de
agrarische sector? Dan zijn wij op zoek naar jou! Ontdek op 6 maart 2015 welke
mogelijkheden agrifirm jou te bieden heeft tijdens de eerste agrifirm ambitiedag
in het kantoor van agrifirm te apeldoorn.
Meer informatie, het programma en aanmeldformulier voor deze ambitiedag vind je
vanaf januari a.s. op onze website www.agrifirm.com/werkenbijagrifirm of volg ons
op twitter @agrifirmjobs.
*Top 20 meest aantrekkelijke werkgevers onder studenten 2014,
onderzoek uitgevoerd in opdracht van V-Focus.
Kom naar de Agrifirm Ambitiedag
Werken bij agrifirm?
schakel in succes december 20146
Hoe ziet de ideale jongveestal eruit?
Om een antwoord te geven op deze
vraag sloegen Agrifirm Exlan en
Agrifirm Feed de handen ineen. Het
resultaat: een basisontwerp voor een
stal die de opfok van jongvee naar een
hoger plan tilt.
“agrifirm Feed werkt met het concept
OPFOK24, een totaalaanpak voor een
optimale opfok. agrifirm Exlan heeft
een jongveestal ontwikkeld die aan-
sluit bij dit concept”, legt Bé Duitman,
specialist Jongvee bij agrifirm Feed, uit.
Deze stal is ingedeeld in compartimen-
ten voor de verschillende leeftijds-
groepen (0 - 14 dagen, 14 dagen –
4 maanden, 4 - 6 maanden, ouder
dan 6 maanden). Het deel waar de
jongste kalveren staan is mechanisch
geventileerd en goed geïsoleerd.
Verder is er een voerkeuken en een
hygiënesluis.
WERkPLEzIER
Johan de Lange, Senior adviseur be-
drijfsontwikkeling bij agrifirm Exlan:
“Een goede jongvee opfok resulteert in
robuuste vaarzen en een hogere levens-
productie. in het quotumloze tijdperk
telt iedere koeplaats. als veehouder wil
je vooral dat het goed loopt. Dat
verhoogt je werkplezier. De stal gaat
uit van de ideale situatie: wat heb je
nodig om de beste stal te bouwen. in
de praktijk gebruiken we dit ontwerp
als een uitgangspunt. Op basis hiervan
hebben we al meerdere stallen
gerealiseerd. Per stal hebben we wat
aanpassingen gedaan, zodat de stal
paste bij de wensen van de veehouder.
We kijken samen met de veehouder
naar de investeringsmogelijkheden
en de praktische uitvoerbaarheid.
Zo maken we een stal op maat die
exact past bij het bedrijf.”
kEnnIS BunDELEn
in het plan- en realisatietraject werken
agrifirm Exlan en agrifirm Feed nauw
samen, vertelt Duitman. “als specialist
Jongvee kom je regelmatig bij de
veehouder op het bedrijf en ken je
zijn wensen en werkwijze. Deze kennis
kunnen we gebruiken om de beste
stal te bouwen voor die specifieke
veehouder.” De Lange: “We bundelen
alle kennis die we binnen de agrifirm-
organisatie hebben om de stal te
bouwen. agrifirm Exlan begeleidt
de veehouder bijvoorbeeld bij het
ontwerp, met de aanvraag van de
Kennis bundelen voor ideale jongveestal
De ideale jongveestal volgens Agrifirm Feed en Agrifirm Exlan, met helemaal links het compartiment voor de jongste kalveren.
>
Bé Duitman
Specialist Jongvee
agrifirm Feed
Johan de Lange
Senior adviseur
Bedrijfsontwikkeling
agrifirm Exlan
vergunningen en het bouwtraject.
De jongveespecialist van agrifirm Feed
begeleidt de veehouder bij de keuzes van
de inrichting van de stal en helpt hem
de stal optimaal te gebruiken. Zo zijn
we allemaal een schakel in het traject.”
SnELLE TERuGVERDIEnTIJD
De kosten van de ideale jongveestal
bedragen zo’n 2000 tot 2500 euro
per dierplaats, vertelt De Lange.
“Deze kosten worden snel terug-
verdiend omdat een goed opgefokte
vaars al snel €600 per jaar extra
opbrengst geeft. Je moet vooral kijken
wat je er op termijn mee verdient.”
Duitman: “Het is een investering in
de toekomst van je bedrijf.”
schakel in succes december 2014 7
De succesvolle teelt van een gewas vraagt om een gezonde bodem, de juiste bemesting binnen de
kaders van de regelgeving en een goede oogst. Of het nu gaat om aardappels of uien, gras of maïs.
naarmate de ruwvoerteelt belangrijker wordt voor melkveehouders, liggen er steeds meer kansen
voor samenwerking tussen veehouders en akkerbouwers.
“Een veehouder weet vaak precies
hoeveel melk zijn koeien geven, maar
niet wat hij van zijn land haalt”, legt
Toine Heijmans, productmanager
Ruwvoermanagement bij agrifirm
Feed, uit. “Een akkerbouwer weet dat
wel. Logisch ook, voor de akkerbouwer
is de bodem zijn belangrijkste
productiemiddel. Daardoor is er in de
akkerbouw veel kennis beschikbaar
over bodem, bemesting, teelt en
oogst.” Heijmans verwacht dat deze
akkerbouwmatige kennis voor vee-
houders heel waardevol kan zijn om
de ruwvoeropbrengst te verhogen.
“We onderscheiden eigenlijk vijf pijlers
die van belang zijn voor een optimale
ruwvoeropbrengst en benutting van
het ruwvoer: bodem, bemesting,
koe, gewas en oogst. al die factoren
moeten in orde zijn en vier van deze
vijf punten hebben duidelijke raak-
vlakken met de akkerbouw.”
Ruwvoer telen: weten wat je van je land haalt
BODEm
in heel veel gevallen is de bodem het
knelpunt. “De bodem is letterlijk en
figuurlijk de basis van een goede teelt
en daar kan heel veel mee mis gaan”,
stelt accountmanager Rob van de
Lindeloof van agrifirm Plant.
“Bodemgezondheid, bodemvrucht-
baarheid en bodemleven zijn allemaal
thema’s die van groot belang zijn voor
de uiteindelijke opbrengst. Veehouders
zullen zich daar verder in moeten
verdiepen. Daarnaast wordt de
mineralenefficiëntie een steeds
belangrijker thema. De strenger
Kennis delen en samenwerken
schakel in succes december 20148
“De bodem is letterlijk en figuurlijk de basis van een goede teelt.”
>
wordende bemestingsnormen, in
combinatie met de hoge ambities
die veehouders met hun land hebben,
vragen om een hoge mineralen-
efficiëntie.”
mETEn IS WETEn
Van de Lindeloof merkt dat veehouders
zoeken naar manieren om hun
ruwvoeropbrengst te optimaliseren.
“Principes die we in de akkerbouw
toepassen, kunnen hier zeker aan
bijdragen en bovendien zorgen voor
een betere mineralenefficiëntie.
in de akkerbouw zijn we bijvoorbeeld
heel ver met het toepassen van
satellietbeelden en GEO-informatie,
waarmee in de veehouderij ook grote
slagen kunnen worden gemaakt.”
als voorbeeld noemt Van de Lindeloof
de Veris bodemscan, die plaatsspecifiek
de pH van de bodem in kaart brengt,
om op basis daarvan gericht te kunnen
bemesten of bekalken. “Maïs is bij
uitstek een gewas dat heel gevoelig
is voor schommelingen in de pH, dus
hiermee bespaar je niet alleen op
kalk- of meststof, maar verhoog je
de opbrengst ook aanzienlijk.”
uITBESTEDEn
Door de akkerbouwmatige benadering
van de ruwvoerteelt ontstaan er ook
steeds meer kansen voor samen-
werking tussen akkerbouwers en
veehouders. “niet alle veehouders
kunnen of willen zich intensief bezig
houden met de teelt van hun ruwvoer”,
weet Heijmans. “Sommige veehouders
kiezen er bewust voor om zich voor
100 procent te richten op hun koeien
en de melk, en de ruwvoerteelt over
te laten aan een expert. Soms betekent
dat dat de veehouder het landwerk
uitbesteed aan een akkerbouwer, in
andere gevallen koopt de veehouder
het ruwvoer aan bij de akkerbouwer.”
LAnDRuIL
Een andere vorm van samenwerking
die voor beide partijen voordelen heeft,
is landruil. Een veel voorkomende
situatie is dat de akkerbouwer
(poot)aardappelen verbouwt op grond
van de veehouder en dat de veehouder
op zijn beurt gras of maïs teelt op
het bouwland van de akkerbouwer.
Een vergelijkbare situatie komt veel
voor in de bollenteelt, met telers die
land huren van andere ondernemers.
“Vanuit de akkerbouwer of teler bezien,
is landruil in de eerste plaats gunstig
voor de bodemvruchtbaarheid”, stelt
schakel in succes december 2014 9
Door een akkerbouw-matige benadering van de ruwvoerteelt ontstaan er kansen voor samenwerking tussen akkerbouwers en veehouders.
“We teelden altijd 1 op 3 consumptieaardappelen en tarwe,
maar dat bracht niet meer genoeg op. Zowel financieel als qua
uitdaging. ik besloot daarom pootaardappelen te gaan telen en
kwam toevalligerwijs in gesprek met een veehouder uit de buurt.
Hij stelde voor om land te ruilen. afgelopen jaar hebben we 18
hectare geruild, komend jaar 28 hectare. Eigenlijk huur ik grond
van hem en hij weer van mij, voor een marktconform bedrag.
Grond voor pootgoed is immers duurder dan voor gras. Op de
helft van mijn land staat nu gras. De veehouder bewerkt dat zelf
en na twee jaar ploegen we het weer onder. ik verwacht dat het
tweejarige gras en de rundveemest een gunstig effect hebben op
de onkruiddruk en de bewerkbaarheid. Daarnaast kunnen we nu
beiden zoveel mogelijk hectare telen van het gewas waar we het
mee moeten verdienen, zonder de grond uit te putten.”
‘Het gras heeft een gunstig effect op de bodem’
akkerbouwer Thomas Keur uit nagele
is bijvoorbeeld duurder om te huren
dan grasland. in ruil voor de waarde-
vollere grond, kan de akkerbouwer
dan extra plaatsingsruimte aan de
veehouder bieden, of meer grond in
de ruil inbrengen dan de veehouder.
Froklage: “Je moet elkaar daarin wel
kunnen vinden en het zo afspreken
dat beiden er voordeel van hebben.
Er is een wereld aan varianten mogelijk,
van het simpelweg verhuren van land
tot een intensievere samenwerking.”
Zeker in dat laatste geval is het van
belang om de voor- en nadelen voor
iedere ondernemer in beeld te brengen
en open met elkaar te bespreken.
De winst die voortvloeit uit de samen-
werking, zowel in euro’s als in arbeid
en ruimte in wetgeving, wordt zo
inzichtelijk. Froklage: “Het is belangrijk
om goede afspraken te maken waarbij
er voor beide partijen voldoende
voordeel te behalen is. Dan word je
er beiden beter van en dat is natuurlijk
altijd het doel van samenwerking.”
Van de Lindeloof. “De bodem heeft
baat bij teeltwisseling en zeker bij
gewassen als pootaardappelen is het
noodzakelijk om een rotatieschema
toe te passen. in de praktijk telen
veehouders binnen zo’n samenwerking
vooral maïs, maar ik zie juist voor gras
veel voordelen. Gras voegt veel meer
toe aan de bodem, qua organische stof
en bodemleven.” Voor veehouders is
een voordeel van landruil dat ze het
grasland met hoge regelmaat kunnen
vernieuwen en daardoor kunnen
profiteren van nieuwe, hoogproductieve
grasmengsels. Ook betekent het vaak,
afhankelijk van de gemaakte afspraken,
extra plaatsingsruimte voor de mest.
REGELGEVInG
Daarnaast kan landruil in sommige
gevallen een antwoord zijn op de eisen
die binnen het nieuwe GLB aan zowel
akkerbouwers als veehouders worden
gesteld. Dat zegt arnold Froklage,
adviseur Mestregelgeving bij agrifirm
Exlan. “akkerbouwers moeten bij-
voorbeeld voldoen aan de eisen voor
gewasdiversificatie. Dat betekent dat
ondernemers met meer dan 30 hectare
grond minimaal drie gewassen moeten
verbouwen. als dat niet in het bouw-
plan past, kan het een oplossing zijn
om op een deel van het areaal gras of
maïs te verbouwen. andersom hebben
melkveehouders minimaal 80 procent
grasland nodig om binnen de derogatie
te vallen. Landruil kan het dan mogelijk
maken om toch meer maïs te verbou-
wen.”
SuCCESVOL SAmEnWERkEn
Het ruilen van land kan ook nadelen,
of risico’s met zich meebrengen. Voor
een succesvolle samenwerking is het
van belang dat de ondernemers de
mogelijke voor- en nadelen vooraf
benoemen en afspreken wat men
van elkaar verwacht. Het is niet altijd
voor de hand liggend om één op één
grond te ruilen. Grond voor pootgoed
>
schakel in succes december 201410
“ik ruil ieder jaar grond met een akkerbouwer uit de buurt.
Hij teelt pootaardappelen op mijn grond, ik verbouw snijmaïs op
zijn land. Zo doen we het al jaren. ik heb 65 hectare grond en met
125 melkkoeien is dat voldoende, maar op deze manier kan ik
regelmatig mijn grasland vernieuwen en daardoor met de nieuwste
mengsels werken, die een veel hogere productie opleveren.
afgelopen jaar hebben we goede resultaten behaald met rode
klaver. Dat betekent voor de akkerbouwer een heel mooie
voorvrucht, voor mij een productief perceel zonder kunstmest.
ieder jaar zitten we samen om tafel om goede afspraken voor
dat jaar te maken. Komend jaar zijn er veranderingen in de
wetgeving, bijvoorbeeld de regelgeving rondom toeslagrechten
en mestverwerking. We moeten daardoor weer zoeken naar
een nieuw evenwicht, zodat ik bijvoorbeeld wel voldoende
plaatsingsruimte overhoud en de bodemvruchtbaarheid voor
beiden goed is. We moeten er wel allebei beter van worden.”
‘We worden er allebei beter van’
akkerbouwer Thomas Keur uit nagele Veehouder Simon alberda uit Dronrijp
De hoogste ruwvoeropbrengst
Door constant onderzoek, proeven en
praktijkervaring is er binnen agrifirm Exlan,
agrifirm Feed en agrifirm Plant veel kennis
aanwezig op het gebied van regelgeving,
teelt en voeding. in het nieuwe concept
Ruwvoer Totaal® bundelen de drie bedrij-
ven alle kennis die ze in huis hebben.
Dat maakt het mogelijk om factoren
als bodem, bemesting, gewas en oogst
perfect op elkaar af te stemmen voor een
hogere ruwvoeropbrengst en een betere
mineralenefficiëntie. Uitgangspunt is dat
de verschillende factoren elkaar allemaal
beïnvloeden en kunnen versterken, zoals
de pionnen op een schaakbord. De juiste
zetten zorgen voor de hoogste ruwvoer-
opbrengst.
schakel in succes december 2014 11
12 schakel in succes december 201412
2.0 zorgt ervoor dat wij een rantsoen
neer kunnen leggen aan het voerhek
dat exact aansluit bij de behoefte van
de koeien. Elke hap van elke koe is
hetzelfde, selectie wordt voorkomen.
De koeien krijgen een gelijke vertering
en dit resulteert in een betere voer-
efficiëntie.”
PuzzEL
De aanpak verschilt per bedrijf, legt
Oomen uit. “Je gaat vooral kijken naar
de signalen die je oppikt in de stal. is er
selectie aan het voerhek? Zijn koeien
aan het roeren of vissen. Hoe zit het
met de homogeniteit van de mest?
“ Elke hap van elke koe is hetzelfde”
De puntjes op de i zetten. Dat is de uitdaging van melkveehouder
Erik Van Grinsven. Het nieuwe concept Gemengd Voeren 2.0 van
Agrifirm Feed helpt hem om zijn bedrijf te optimaliseren.
‘ Scherp zijn op voersaldo’
Erik van Grinsven
is er een lage of juist een heel hoge
herkauwactiviteit? al deze gegevens
koppel je aan het rantsoen en de cijfers
die je verzameld hebt. Dat zijn allemaal
stukjes van de puzzel.”
mESSEn VERVAnGEn
Deze puzzelstukjes probeert Van
Grinsven op de juiste plaats te leggen.
Van Grinsven vertelt: “We zagen te
veel variatie in de mest en dan ga je
alles nalopen. ik had er nog nooit bij
stil gestaan, maar Cees kwam met de
tip: vervang de messen van de voer-
mengwagen. Ze leken wel scherp, maar
dat bleek niet zo te zijn. Het wisselen
van de messen heeft zeker resultaat
gehad, het voer is nu een mooier,
homogener mengsel.” naast de
nieuwe messen in de voermengwagen
besloot Van Grinsven ook het advies
van Oomen op te volgen om langer te
mengen. “Dit komt de homogeniteit
van het mengsel ook ten goede.”
DROGESTOF RuWVOER
Wat voor de veehouder ook een
belangrijke stap is geweest, is de
Erik van Grinsven heeft een melk -
vee bedrijf met 215 melkkoeien in
het Brabantse Sint Michielsgestel.
De melkveehouder is een man van
de cijfers: hij brengt veel aspecten
van zijn bedrijf in kaart en stuurt,
waar nodig, bij. Sinds een jaar of 6 is
hij al bezig met voerefficiëntie. Steeds
meer krijgt hij daar grip op. Eén van de
manieren om een hoge voerefficiëntie
te behalen, is een korte tussenkalftijd,
die nu 388 dagen is. Zijn voerefficiëntie
ligt inmiddels op 1,56. Van Grinsven:
“Met het verdwijnen van het melk-
quotum wordt het nog belangrijker
om scherp te zijn op je voersaldo.”
Van Grinsven werkt sinds juni vorig
jaar volgens de principes van Gemengd
Voeren 2.0. agrifirm Feed adviseur
Rundvee Cees Oomen legt uit wat dit
concept inhoudt. “Gemengd Voeren
< Erik van Grinsven
feed
> Vet 4,45 %
> Eiwit 3,68 %
> Gemiddelde levensproductie:
42.801 kg bij afvoer
> Totale voerkosten per 100 kg
meetmelk: 12,42
> Waarvan 7,60 krachtvoer en
bijproducten
> Voerefficiëntie: 1,56
> 215 melkkoeien
> 2.300.000 kg melk
> Hectare grond: 79
> Rollend jaargemiddelde: 10.518 kg
melk per koe
BEDRIJFSGEGEVEnS
Van Grinsven VOF
Erik en marian van Grinsven
schakel in succes december 2014 13
veranderen, zag de veehouder.
“Bij het voerhek zagen we kuilen in
het rantsoen. Het meel zakte uit het
mengsel en de koeien likten het meel
ertussen uit. Het gevolg: een wisselen-
de mestsamenstelling. De oplossing
was simpel: we hebben water toe-
gevoegd aan het voer, zodat het meel
meer plakte. Het resultaat was vrij snel
zichtbaar: de mest van de koeien werd
veel homogener. ik vind deze resultaten
heel opzienbarend. Het zijn simpele
dingen, maar het werkt wel!”
HOGER PLAn
Van Grinsven is tevreden met de resul-
taten, maar dat weerhoudt hem er niet
van om het nóg beter te willen doen.
“ik ben nu bezig met het optimaliseren
van het ruwvoer, de bodem verbeteren
voor een hogere opbrengst. Daar heb
ik de laatste tijd veel over geleerd en is
nog veel te leren. Er is nog veel winst te
behalen in het ruwvoer, in de kwaliteit
en de kwantiteit.” Oomen: “Dat klopt.
Een goede kuil is en blijft de basis
van een gezonde koe. Erik blijft altijd
zoeken naar hoe het nog beter kan.
Dat is zijn uitdaging.” “Het is relatief
gemakkelijk om iets op een hoger plan
te brengen, het is lastiger om iets op
een hoger plan te houden. Daar werk ik
elke dag aan”, sluit Van Grinsven af.
aanschaf van een drogestofmeter. “We
meten nu regelmatig het drogestofge-
halte van de maïs en de graskuil. als je
een kuil van 70 meter bemonstert,
neem je op slechts drie plaatsen een
monster. Dus dat houdt in dat op de
plaats waar je voert een grote afwijking
kan zitten. Dan ben je het rantsoen tot
drie cijfers achter de komma uit aan
het rekenen, terwijl het drogestof-
gehalte zomaar hele procenten af kan
wijken.”
HOmOGEnE mEST
naast de aanpassingen in de voer-
mengwagen en de droge stofmetingen,
moest er ook aan het voerhek wat
< Erik van Grinsven (l) en Agrifirm Feed adviseur Rundvee Cees Oomen beoordelen de mest.
mELkVEE
in september ging de Boer on Tour voor Young Dairy Farmers naar het zonnige
Engeland. Het thema was: ‘Hoe organiseer ik mijn bedrijf en waarin investeer
ik bij krappe marges?’. De dagverslagen en foto’s vindt u op
www.agrifirm.com/boerontour
GEITEn
Begin oktober gingen maar liefst 60 geitenhouders richting Engeland.
Mooie bedrijven en een goede sfeer in de groep maakte het een zeer
geslaagde Boer on Tour Geit. Bekijk de reisverslagen en alle foto’s op
www.agrifirm.com/boerontourgeit
Boer on Tour naar Engeland
schakel in succes december 201414
In de afgelopen maanden nam vleesvarkenshouder
Joop Langelaan uit Luttelgeest zijn hele bedrijfsvoering onder
de loep. Het leverde hem een beter technisch en financieel
resultaat en meer werkplezier op.
‘ Het loopt beter en ik heb er veel meer plezier in’
Bedrijfsvoering doorgelicht
eindelijk op afgerekend”, legt agrifirm
Feed adviseur Varkens Frank Spiekker
uit. Samen met Spiekker besloot
Langelaan de schouders eronder te
zetten en gestructureerd te werken
aan het verbeteren van de resultaten.
RuST
Om de rust bij de varkens terug te
brengen, begonnen ze met het
aan passen van de instellingen van
de computergestuurde droogvoer-
installatie (cdi). “Frank heeft het zo
ingesteld dat de computer om 9.30
gaat voeren. ik controleer de varkens
altijd om half zes ’s ochtends en dan
moet er overal nog voer in de bakken
zitten. Ze zitten dus maximaal een paar
uur zonder voer en dat brengt veel
meer rust in de stal”, vertelt Langelaan.
is er veel meer rust in de stal en het
loopt gewoon beter.”
AuTOFOm
De belangrijkste aanleiding voor de
optimalisatieslag waren de autoFOM
punten, die iets achterbleven bij het
streven. “De scores lagen structureel
onder de 100 en dat moest hier
gewoon beter kunnen. Joop levert zijn
varkens in Duitsland en daar vragen ze
toch wat luxere varkens. Dat bepalen
ze met autoFOM, daar word je uit-
Joop Langelaan heeft 1.200
vleesvarkens en 50 stuks melkvee.
De varkenstak van het bedrijf werd
in de afgelopen maanden compleet
doorgelicht en geoptimaliseerd. Van
de klimaat- en voerinstellingen tot het
drinkwater en het voer. Het resultaat
is een wereld van verschil, vindt Joop
Langelaan. “De varkens lopen minder
uiteen in groei en ze zijn gezonder.
Daardoor is de uitval lager en de
classificatie van de varkens, de
autoFOM punten, beter. Bovendien
< Joop Langelaan bij zijn vleesvarkens.
feed
schakel in succes december 2014 15
aan het water toe te voegen en in
plaats daarvan het zuur via het voer
toe te dienen. “We gebruiken nu de
Effect-lijn, waar extra zuren aan zijn
toegevoegd om salmonella goed onder
controle te krijgen. Dat hebben we ook
samen met de dierenarts besloten, in
Duitsland wordt salmonella hard
afgestraft.” als eindvoer krijgen de
varkens de Vleesvarken Robustior
Effect, een voer op basis van een nieuw
grondstof waarderingssysteem dat
rekening houdt met de behoeften van
vlees varkens boven de 75 kg. Dat zorgt
voor een hogere karkaskwaliteit met
minder spek op de varkens.
kLImAAT
Tot slot liepen Langelaan en Spiekker
het klimaat in de stal na. Ook daar
bleek nog wat te winnen. “We hebben
de onderdruk gemeten, de ventilatoren
nagemeten en de instellingen van de
klimaatcomputer nagelopen”, vertelt
Spiekker. “naar aanleiding daarvan
hebben we de inlaatventielen
veranderd om beter te kunnen
ventileren en tochtstrips om de deur
geplaatst. Dat was eigenlijk het laatste
puntje op de i.” Om de vinger aan de
pols te houden, zit Langelaan iedere
vier maanden om tafel met de veearts,
de handelaar en agrifirm. Spiekker
komt maandelijks op het bedrijf en
geeft tussentijds terugkoppeling over
de technische cijfers.
WERkPLEzIER
Beiden zijn tevreden met de stappen
die in de afgelopen maanden zijn gezet.
“Er is veel veranderd”, vindt Spiekker.
“De ondernemer en de stal zijn
het zelfde, de rest is bijgesteld. Het is
gewoon belangrijk om gestructureerd
te werken, bij de basis te beginnen en
dan kun je in korte tijd veel bereiken.”
De aanpak betaalt zich in de eerste
paar maanden al terug: de autoFOM-
scores stegen met gemiddeld 1,20
punten en stijgen nog steeds verder.
Bij een opbrengstprijs van € 1,40 is dit
een financieel voordeel van 4.47 per
plaats per jaar. Langelaan: “Het draait
beter en ik heb vooral veel meer plezier
in het werk.”
“Dat werkt prettiger, maar het is ook
beter voor het beenwerk en ik heb
daardoor minder uitval.” De cdi zelf
werd ook helemaal doorgelicht en
bleek heel goed te functioneren.
WATER En VOER
als tweede agendapunt stond het
drinkwater op de agenda. Hoewel
Langelaan leidingwater gebruikt,
was de waterkwaliteit niet optimaal.
Spiekker: “Water is het belangrijkste
nutriënt voor een varken, dat moet
goed zijn. We hebben een reinigings-
protocol opgesteld en op basis daarvan
de waterleidingen gereinigd. Joop had
zuur op het water staan, om salmonella
tegen te gaan, maar dat kwam niet ten
goede van de waterkwaliteit.”
Spiekker adviseerde daarom om niets
feed
< Joop Langelaan (r) met Agrifirm Feed adviseur Frank Spiekker.
schakel in succes december 201416
‘Hoge productie, lage voerconversie’
Succesvol pionieren met SOLiQ
technische cijfers. “Ze blijven veel beter
produceren en zitten goed in de veren.
De uitval is vanaf het begin laag. De
productie is hoog en de voerconversie
laag. Daarnaast wordt er veel minder
uitgesorteerd bij het pakstation.”
InVESTERInG
SOLiQ vergde voor Gielen een
investering van ongeveer een euro
per hen. “Dat heb ik nu, halverwege de
eerste ronde, al wel half terugverdiend.
Zoals het er nu uit ziet, heb ik het er
aan het einde van de ronde uit.” Bij 60
weken is de productie van 92,3% met
een cumulatieve voerconversie van 2,10.
“Het draait gewoon echt goed, daar zijn
wij ook heel blij mee”, lacht adviseur
Legpluimvee Jaap Temmermans. “Het
echte verschil zie je ongeveer vanaf
week 45. normaal komen dan de
eerste slijters. Deze ronde zag je dat
nauwelijks. De goede hennen doen
het net zo goed als altijd, de slechtere
hennen doen het veel beter. Het koppel
is uniformer en daardoor blijven de
gezondheid en de productie op peil.”
motoren in de voergoot. De capaciteit
van de motoren hield bij ons al niet
over en het vochtige voer is zwaarder.”
EERSTE RESuLTATEn
Het droge voer, een mengsel van
kernvoer, tarwe en kalksteen, komt op
de gebruikelijke manier de stal binnen.
aan het begin van de voergoot wordt
de vloeibare legmix toegediend en de
spiraal mengt dit samen tot een stevig,
vochtig mengsel. “ik merkte meteen
dat de kippen het beter vraten”, vertelt
Gielen. “Ze vinden het lekker en, zoals
de bedoeling was, vreten ze ook al
het voer op. niet alleen de lekkerste
deeltjes.” Halverwege de ronde, tevens
de eerste ronde met hennen van het
ras H&n Brown nick, kan Gielen de
eerste resultaten ook terugzien in de
Pluimveehouders Chiel en Eveline
Gielen uit Biddinghuizen zijn niet bang
om iets nieuws uit te proberen. Bij de
introductie van SOLIQ waren ze dan
ook de eersten die instapten.
“ik was altijd al geïnteresseerd in vochtig
voeren”, vertelt Chiel. “als kippen niet
selectief pikken, en met vochtig voer
kunnen ze dat niet, krijgen ze veel meer
nutriënten binnen. Dat is beter voor de
gezondheid, en dus voor de productie.”
AAnPASSInGEn
Eind vorig jaar werd SOLiQ geïntrodu-
ceerd, net voor het einde van de ronde
bij Gielen. De pluimveehouders grepen
dat moment aan om het voersysteem
aan te passen, zodat ze de nieuwe
ronde begin dit jaar met SOLiQ konden
beginnen. “We hadden het geluk dat
we al een Bridolay voerspiraal hadden.
Die heb je ook wel echt nodig, met een
ketting gaat dit niet lukken. Er is een
pomp geïnstalleerd, een tank, het
bij behorende leidingwerk, de schakel-
kast en daarnaast, in ons geval, extra
< Chiel en Eveline Gielen.
“Halverwege de eerste ronde heb ik de investering al half terugverdiend.”
feed
Chiel en Eveline Gielen doen op
14 januari mee met de BOER&VOER
dagen van agrifirm Feed. Collega’s
kunnen dan terecht in Bidding-
huizen om het bedrijf en het SOLiQ
voersysteem met eigen ogen te
bekijken Daarnaast krijgen ze een
rondleiding op de productielocatie
van agrifirm Feed in Meppel.
Aanmelden kan via
www.agrifirm.com/
boerenvoerdagenlegpluimvee
SOLiQ in de praktijk zien?
schakel in succes december 2014 17
Bedrijfsgegevens
mts. Gielen-Dielissen
44.500 vrije uitloophennen
45 hectare akkerbouw
Resultaten 60 weken:
Uitvalpercentage cumm.: 2,35%
Ei per ophok hen: 251,3
Voederconversie cumm.: 2,10
Legpercentage: 92,7%
2e soort eieren: 3,7%
ondernemers bij wie dit past”, vindt
Temmermans. “SOLiQ is een systeem
voor de innovatieve pluimveehouder,
die echt het maximale uit zijn bedrijf
en uit zijn koppel wil halen. Hij moet
het niet erg vinden om daar dan wat
meer mee bezig te zijn. Die investering
betaalt zich terug, maar het moet bij je
passen.”
De foto’s zijn genomen voordat de
ophokplicht naar aanleiding van de
vogelgriepuitbraak van kracht werd.
PIOnIEREn
SOLiQ is een samenwerking van
agrifirm Feed, Bonda en Roxell.
Het voersysteem van Gielen werd
geïnstalleerd door Roxell-dealer
Smitsagro. Gielen “We waren natuurlijk
het eerste bedrijf, na de testbedrijven,
dus het is voor iedereen nog nieuw.
We hebben dan ook veel contact gehad
met Smitsagro en met agrifirm, zeker
in het begin. Het was in het begin een
beetje pionieren, maar dat vind ik ook
wel mooi.“ “Chiel en Eveline zijn echt
< Chiel Gielen (l) en adviseur Legpluimvee Jaap Temmermans.
arend en Janneke Hoekstra uit nijega schakelden twee jaar
geleden om van eenden naar vleeskuikens. in deze twee jaar is er
veel kennis opgedaan en de resultaten zijn steeds verder verbeterd.
De afgelopen ronde waren de kuikens op 36 dagen 2277 gram,
met een VC van 1.16. Een fantastisch resultaat.
agrifirm Feed, sector Vleespluimvee, heeft een taartactie voor
bedrijven die topresultaten behalen. arend en Janneke kregen
hun welverdiende taart uitgereikt door agrifirm Feed adviseur
Vleespluimvee Rein Ybema.
Taart voor een uitstekend resultaat
WAT mAAkT BEmESTEn zO
GECOmPLICEERD?
“Mede door de constant veranderende
wet- en regelgeving wordt bemesting
steeds complexer. Het is soms een hele
kunst om tot de optimale bemesting
te komen. Daarbij moet niet alleen
gekeken worden naar de situatie op
het bedrijf maar ook naar de vele
verschillende soorten meststoffen,
de verschillende toepassingstechnieken
en het toepassingstijdstip.”
WAT IS DE VISIE VAn AGRIFIRm OP
BEmESTEn?
“Bemesting moet altijd gericht zijn op
het beste resultaat. Het luistert heel
nauw om de bemesting zo uit te
voeren dat het gewas het beste uit de
verf kan komen. Dat vergt niet alleen
kennis van de teelten maar ook kennis
van producten en innovaties. Om de
kennis van bemesting en bemestings-
producten binnen agrifirm op een
hoog niveau te houden doen wij ieder
jaar veel eigen onderzoek. in 2014 zijn
er 25 proeven uitgevoerd in een grote
diversiteit van gewassen en op ver-
schillende grondsoorten. Specialisten
van agrifirm worden regelmatig
bij geschoold zodat zij beschikken over
up to date kennis waarmee zij in staat
zijn maatwerk advies te leveren, gericht
op specifieke bedrijfssituaties.”
BEHALVE kEnnIS, IS nATuuRLIJk OOk EEn
GOED ASSORTImEnT mESTSTOFFEn
nODIG. HOE WORDT DAT SAmEnGESTELD?
“We bieden bewust een breed palet
aan producten en diensten, om telers
optimaal te kunnen bedienen. Denk
naast korrelmeststoffen bijvoorbeeld
ook aan vloeibare meststoffen,
bladmeststoffen, bodemverbeteraars
en organische mest. nieuwe producten
worden pas opgenomen als in
literatuuronderzoek of in eigen proeven
in het veld is bewezen dat ze iets
Goed bemesten is niet altijd eenvoudig. Het is een kunst om de verschillende soorten meststoffen
in de juiste combinatie, op het juiste tijdstip en op de juiste manier toe te passen. met de nieuwe
website www.meststoffen.nl helpt Agrifirm telers om meer rendement uit hun meststoffen te
halen. Ton Stoorvogel (Productmanagement meststoffen) vertelt over de visie van Agrifirm op
bemesten.
‘ De kunst van bemesten’
www.meststoffen.nl
schakel in succes december 201418
plant
toe voegen. We kopen meststoffen
in bij een groot aantal producenten
en daarnaast maken wij onze eigen
productlijnen, zoals Top Mix, Grasmix
en Top Soil. Exclusief door agrifirm
ontwikkelde lijnen met extra
toe gevoegde waarde op het gebied
van kwaliteit, hogere opbrengst en
ge bruikersgemak. Producten waarmee
de teler meer uit zijn meststoffen kan
halen.”
HOE PAST DE WEBSITE mESTSTOFFEn.nL
BInnEn HET ASSORTImEnT VAn AGRIFIRm?
“Op de site staat ons volledige assorti-
ment, met technische gegevens van de
verschillende meststoffen en specifieke
bemestingsoplossingen per sector of
gewas. Daarnaast vindt u op deze site
het laatste nieuws over regelgeving,
aanbod van organische mest en wordt
er regelmatig aandacht besteed aan
resultaten uit onderzoek.”
Een optimale teelt start met een
goede vruchtbare bodem. De nieuwe
Top Soil calcium lijn van agrifirm Plant
is een op maat gemaakte bodem-
verbeteraar op basis van jonge
zeekalk. Een zeer snel werkende
kalksoort die makkelijk door de bodem
opgenomen wordt. Hierdoor is er
minder kans op uitspoeling van de
mineralen. Met Top Soil calcium blijft
de beschikbaarheid van nutriënten
in balans en stabiliseert de pH.
De bodemstructuur wordt hierdoor
onderhouden en de bewerkbaarheid
van de grond verbetert.
Haal meer uit uw bodem met Top Soil calcium
Hoogwaardige kuilfolie voor een optimale bescherming
Een goed ingekuild product vertegenwoordigt een grote waarde.
De besparing van een paar tientjes op een goedkopere folie weegt vaak niet op
tegen mogelijke beschadigingen en conserveringsverliezen. kies daarom voor
een hoogwaardige Excellent kuilfolie van Agrifirm.
Om de kwaliteit van het ingekuilde product te behouden, is het belangrijk
om de kuil luchtdicht af te dekken. Hiervoor kan onderfolie worden gebruikt.
Onderfolie is dun, soepel en trekt rondom het product, waardoor er minder
lucht in de kuil komt. Daaroverheen komt dan de kuilfolie.
SOORTEn FOLIE
in sommige gevallen is het bovendien raadzaam een kuilkleed of wand folie
te gebruiken. in het geval van een gronddek zorgt een kuilkleed over het folie
dat de grond niet van de kuil afglijdt. Ook voorkomt het beschadiging van de
kuilfolie. Bij een sleufsilo is het aan te raden om een wandfolie aan te brengen,
die de wanden van de sleufsilo beschermt tegen kuilzuren.
in december starten agrifirm Plant en agrifirm Feed de voorkoop van kuilfolie,
kuilkleden en zandslurven, tegen extra aantrekkelijke prijzen.
Wilt u bestellen of meer informatie? neem contact op met uw specialist of de
afdeling Verkooponder steuning 088 488 12 10.
Voorkoop
schakel in succes december 2014 19
“De Veris bodemscan geeft een gede-
tailleerd beeld van een perceel. Het
meet het organische stof percentage,
de pH-waarde en de EC waarde van de
bodem”, vertelt Hetty Regeer, project-
leider R&D van agrifirm Plant. “Op
basis van de scan maakt agrifirm Plant
perceelkaarten die de variatie van deze
variabelen in beeld brengt. De teler kan
dan gericht bodemmonsters laten
nemen en plaatsspecifiek de aaltjes-
populatie laten bepalen.”
VOORSPELLInG
agrifirm Plant teamleider bloembollen
klei Hans Kuper vertelt: “Met behulp
van de gegevens die we verzamelen
met de Veris bodemscan willen we een
techniek ontwikkelen die bijdraagt aan
het voorkomen van aaltjesschade in de
bollenteelt. Onze ervaring is dat de
mate van aantasting door aaltjes per
grondsoort verschilt.” Binnen een
perceel zijn zelfs grote verschillen
in aaltjesschade te meten. Dit heeft
onder andere te maken met een
variatie in het organische stof gehalte
van de bodem, de pH-waarde en de
textuur van de bodem. “als we de
verzamelde waarden over elkaar leggen
en dat koppelen aan de verschillende
bodemvariabelen, kunnen we in de
toekomst mogelijk een voorspelling
doen voor aaltjesschade”, vertelt Kuper.
”Deze voorspelling kun je dan koppelen
aan een advies”, aldus Regeer. “Dat kan
een bestrijdingsadvies zijn, of een teelt-
advies. Er kan bijvoorbeeld worden
gekozen voor een lelieras dat minder
gevoelig is voor aaltjes. Ook kan een
plaatsspecifieke behandeling met kalk
helpen om de pH-waarde van de grond
te verhogen.”
EEn OBJECTIEF BEELD
Een van de percelen waar agrifirm
Plant proefvelden had liggen, was het
perceel van Gert Veninga uit Hijken
(Dr). De teler is enthousiast over deel-
name aan de proeven. “al jaren zoeken
we naar manieren om aaltjesschade te
voorspellen. Het ontbrak ons nog aan
een manier om de bodem objectief in
beeld te brengen. Dat kan nu met de
Veris bodemscan. Mijn percelen zijn
behoorlijk bont, binnen de percelen
variëren pH-waarde, organische stof
en EC. Voor ons is het dus erg belangrijk
om de samenstelling van de grond te
vergelijken met het aantal aaltjes in de
bodem. Op basis daarvan kunnen we
het risico op aaltjesschade inschatten.
Het bestrijden van aaltjes wordt steeds
lastiger nu we bijvoorbeeld een middel
als Monam bijna niet meer kunnen
gebruiken. Dat maakt deze proeven
nog belangrijker dan dat we bij
aanvang al dachten.”
Vragen of meer informatie?
Neem contact op met uw specialist.
Aaltjes bestrijden met Veris bodemscan
Lelies zijn zeer gevoelig voor wortellesieaaltjes (Pratylenchus penetrans). Vorig jaar is Agrifirm Plant gestart met uitgebreide
proeven om aaltjesschade in lelies te voorkomen. De Veris bodemscan blijkt een zeer nuttig wapen in de strijd tegen aaltjesschade.
Proefvelden aangelegd
schakel in succes december 201420
< Gert Veninga (r) en Hans Kuper controleren de wortels van de bollen.
plant
schakel in succes december 2014 21
De Bemestingsnavigator meet meer-
dere keren per groeiseizoen of een
gewas over voldoende stikstof, kali en
magnesium kan beschikken voor een
optimale groei, opbrengst en kwaliteit.
De navigator voor prei is toe aan zijn
eerste evaluatieronde, vertelt Ronald
Hendriksen, specialist vollegronds-
groente van agrifirm Plant.
GEBREkSzIEkTEnVELD
“De Bemestingsnavigator Prei is
ontstaan uit onderzoeken van ons
gebreksziektenveld in Rolde (2013),
PPO prei onderzoek uit verleden en de
kali trappen proef agrifirm Plant (2014).
Dit jaar zijn zo’n 10 bedrijven gestart
met de navigator. na het introductie-
jaar hebben we de Bemestingsnaviga-
tor iets bijgeschaafd. De Bemestings-
navigator voert nu twee keer een
bodemanalyse uit. Vijf weken na plant
kijken we naar de bodemvoorraad, tien
weken na plant naar de bodem én de
plant: het groeistadium van de plant
en de gewenste oogstdatum.
Een andere aanpassing is het inzichtelijk
maken van het stikstofgehalte van de
bodem met twee cijfers: een cijfer
stikstof-nitraat en een stikstof-
ammonium cijfer. Deze werden bij
elkaar opgeteld, wat een vertekend
beeld kan geven. Zo wordt de navigator
verder doorontwikkeld.”
ASPERGES
De ontwikkeling van de navigator voor
asperges is nog in de beginfase, vertelt
Rolf van Dijck, specialist akkerbouw/
Vollegrondsgroenten. “Op het gebreks-
ziektenproefveld in Rolde , bij PPO
Kooijenburg, voert agrifirm Plant in
samenwerking met veredelingsbedrijf
Limgroup uit Horst een tweejarig
onderzoek uit in de aspergeteelt.
Daarnaast worden percelen van negen
aspergetelers gemonitord. Door de
planten nauwgezet te volgen, gaan we
elementengebreken sneller herkennen
en onderscheiden. We kunnen tevens
onderzoeken welk element effect heeft
op de groei van de asperge. De opzet
Bodem in balans door BemestingsNavigator
In 2013 heeft Agrifirm Plant bemestingsonderzoek gedaan in winterprei. Dit
resulteerde dit jaar in de introductie van de Bemestingsnavigator Prei. Ook voor
asperges ontwikkelt Agrifirm Plant samen met Altic een Bemestingsnavigator.
van de proeven zal iets anders zijn dan
bij prei, omdat het bij asperges om
een meerjarige teelt gaat. De eerste
groeifase na het planten van de kronen
is bepalend voor de ontwikkeling van
het gewas. Er zijn nog niet vaak proeven
geweest in de asperges, dus we komen
nu al tot veel interessante waarnemingen.
Die geven ons inzicht in de elementen die
van invloed zijn op wortelontwikkeling.
We willen gerichter sturen op deze
elementen voor behoud van productie,
en waar mogelijk zelfs de productie te
verhogen.”
EVEnWICHT
Voor een optimale groei van het gewas,
zowel prei als asperges, is het vooral
van belang dat alle elementen in de
bodem in evenwicht zijn, vervolgt
Van Dijck: “Elementen kunnen elkaar
onderdrukken, of bevorderen juist
de opname van elkaar. Dat moet je
zorgvuldig afstemmen. De Bemestings-
navigator is hierbij een zeer nuttige
tool.”
< Ronald Hendriksen (r) en Rolf van Dijck.
Gerwin Peters heeft een loonbedrijf in
Odiliapeel. Vorig jaar is hij gestart met
plaatsspecifiek bekalken. Hij vertelt
waarom: “We zijn in het bedrijf al
behoorlijk intensief bezig met GPS. niet
alleen met het recht sturen, maar ook
met het aansturen van verschillende
zaaimachines. Het werken met bodem-
kaarten en plaatsspecifiek bemesten
past daarom precies bij ons bedrijf.”
BODEmkAARTEn
De bodemkaarten die Peters gebruikt,
zijn gemaakt met behulp van de Veris
bodemscan, een gezamenlijke
adviesdienst die is ontwikkeld
door agrometius en agrifirm Plant.
John albers, specialist loonwerk bij
agrifirm Plant, legt de werking van de
Veris bodemscan uit. “De bodemscan
meet onder andere het organische
stof gehalte en de pH-waarde van de
bodem. agrometius voert de bodem-
scan uit, in opdracht van de akker-
bouwer. De gegevens van de scan
verwerkt agrifirm Plant in digitale
kaarten, en wij gebruiken deze kaarten
om de teler te adviseren. De loonwerker
kan de taakkaarten gebruiken om
plaatsspecifiek te bekalken.”
BODEm OPTImALISEREn
Peters ziet veel voordelen in het
gebruik van de bodemkaarten en
de Veris bodemscan. “akkerbouwers
mogen steeds minder bemesten.
De bemesting die er wél op mag, moet
dan op het juiste moment komen en
vooral op de juiste plaats. Daarom is
het essentieel om je bodem goed in
kaart te hebben. Voorheen waren er
standaard adviezen voor het strooien
van kalk. Maar er zijn veel verschillen
binnen een perceel. Daar werd
helemaal geen rekening mee
gehouden.” albers vult hem aan:
“De pH waarde kan binnen een perceel
zelfs variëren van 6,8 tot 4,2. Dat is een
groot verschil. als je op een gedeelte
van het perceel waar de pH al 6 of
Plaatsspecifiek bekalken
‘Het is belangrijk om bodem in kaart te brengen’
De juiste bemesting op de juiste tijd en plek. Het wordt steeds
belangrijker voor akkerbouwers om hun bodem optimaal te
bemesten. Loonwerker Gerwin Peters weet dit als geen ander.
met behulp van bodemkaarten, gemaakt door de Veris bodem-
scan, voert Peters plaatsspecifieke bekalking uit.
plant
schakel in succes december 201422
< Loonwerker Gerwin Peters< Loonwerker Gerwin Peters (r) en John Albers, specialist loonwerk bij Agrifirm Plant.
houden.” Peters: “Je gaat uiteindelijk
voor het beste resultaat voor al je
gewassen. niet alleen nu, maar ook
voor de komende jaren. Bekalken doe
je tenslotte voor vier jaar, dus je moet
goed in beeld hebben wat je de komende
vier jaar gaat telen. De pH-waarde in je
perceel zakt ook ieder jaar, dit is iets
waar je alert op moet zijn.”
OPBREnGSTEn
“Met een plaatsspecifieke bekalking
kun je op een efficiënte manier
omgaan met kalk. Je bespaart kalk op
plekken waar de bodem het niet nodig
heeft en je geeft de bodem meer kalk
op plekken waar de pH-waarde laag is.
Plaatsspecifiek bemesten lijkt duur,
maar de kosten vallen reuze mee.
Vooral als je ziet wat het je potentieel
kan opleveren”, aldus Peters. “Grond is
schaars en duur”, vult de agrifirm Plant
hoger is, kalk gaat strooien, is dit
eigenlijk zinloos. Maar als de pH 4,2 is,
breng je met een standaard bemesting
nog te weinig kalk naar de bodem.
Plaatsspecificieke bekalking is dus een
uitstekende methode om je bodem en
de gewasopbrengsten te optimaliseren.”
WAnnEER uITVOEREn?
De Veris bodemscan kan het beste
uitgevoerd worden in de periode na
de oogst, zodat indien nodig in de
wintermaanden of in de lente nog een
kalkbemesting kan worden uitgevoerd.
De taakplannen, die binnen 6 weken
na de scan gereed zijn, worden volledig
afgestemd op het bouwplan van de
akkerbouwer. albers: “De suikerbieten-
teelt heeft bijvoorbeeld een hogere
pH-behoefte dan een aardappelteelt.
als er suikerbieten in het bouwplan
zitten, moet je hier rekening mee
specialist hem aan. “als je bedenkt
dat een te lage pH-waarde kan
leiden tot een opbrengstverlies van
20 procent, dan is wat mij betreft een
kalkbemesting niet meer dan logisch.”
Precieze cijfers over wat dan precies
die opbrengsten zouden zijn, hebben
de adviseur en loonwerker nog niet.
Daarvoor is het te vroeg, leggen ze uit.
Peters: “Dit is het eerste jaar dat we
ermee gewerkt hebben, we kunnen
nu nog niet heel veel zeggen over de
resultaten. Het duurt wel zo’n twee
jaar voordat we uit eigen ervaring
resultaten kunnen zien.” albers: “De
pH-waarde van de bodem komt wel
sneller op peil. We weten uit proeven
dat de juiste pH-waarde dé basis is
voor een goede gewasgroei.”
mEERWAARDE
Toch twijfelt Peters er niet aan dat de
resultaten goed zullen zijn. Peters: “als
je hiermee start moet je er vertrouwen
in hebben dat het meerwaarde heeft
voor de toekomst. Het is een investe-
ring in de toekomst die niet meteen tot
uitbetaling komt. Dat duurt wel enkele
jaren. Maar het is volgens mij ook geen
optie om maar gewoon verder te gaan
op de voet waarop we het al jaren heb-
ben gedaan. Dat is niet meer van deze
tijd. De technieken zijn er nu om het
allemaal beter en professioneler te doen.
Daar wil ik gebruik van maken, ook om
in de toekomst een stukje meerwaarde
te blijven bieden aan mijn klanten.”
Meer informatie over de mogelijkheden
om uw bodem te optimaliseren en de
Veris bodemscan inzetten? Neem dan
contact op met uw specialist.
plant
schakel in succes december 2014 23
schakel in succes is het relatiemagazine van agrifirm en verschijnt 6 keer per jaar. Redactie afdeling Communicatie agrifirm ([email protected]) Fotografie Marcel Bekken, ivo Hutten, Wim Roefs en agrifirm Concept en realisatie JEEn bureau voor communicatie Drukwerk Ten Brink, Meppel
ISSn 2211-5811
colofon
Samenspel Vincent van Gijtenbeek is sinds 2004 samen met zijn schoonvader eigenaar van Agrarisch Loonbedrijf m. konijn B.V. in
St. maartensvlotbrug. De ondernemer heeft zo’n 30 medewerkers in dienst. Het loonbedrijf werkt veel in de bloembollenverzorging en
teelt daarnaast, deels op contractbasis, bloembollen, eerste jaar plantuien, winterpeen en waspeen. Van Gijtenbeek heeft de afgelopen
jaren geïnvesteerd in machines die plaatsspecifiek bemesten,- strooien en - spuiten. Ook werkt hij sinds dit jaar met taakkaarten van de
Veris scan. De loonwerker wil zijn onderneming verder brengen, zijn resultaten én de resultaten van zijn klanten optimaliseren. Agrifirm
Plant teamleider bloembollen Ton Witte helpt hem daar bij. Witte komt nu zo’n drie jaar bij Van Gijtenbeek. Hij bezoekt het bedrijf één
keer in de twee weken. ze sparren over teeltverzorging, veranderingen op het gebied van mestwetgeving, het gbm-beleid en ze kijken
samen naar de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van precisielandbouw.
“ik bespreek de berekeningen altijd met agrifirm Exlan en arend, zodat hij overal
van op de hoogte is en zich met een gerust hart op zijn koeien kan richten.”
“ Het mestbeleid is complex en verandert continu. Wij zijn hier hele dagen mee bezig en kunnen er dus het maximale uithalen voor de veehouder.” Arnold Froklage adviseur mestregelgeving bij Agrifirm Exlan
Jan de Groot, adviseur Rundvee Agrifirm Feed
“Met Ton kan ik goed sparren. ik vind het mooi dat hij het resultaat
van de klant altijd voorop zet.”
Vincent van Gijtenbeek eigenaar Agrarisch Loonbedrijf M. Konijn B.V.
“Vincent investeert in nieuwe technieken en daarmee in de toekomst van zijn bedrijf.” Ton Witteteamleider bloembollen zand Agrifirm Plant