Klopt en er zal worden opengedaan. (17de zondag door het jaar C)
description
Transcript of Klopt en er zal worden opengedaan. (17de zondag door het jaar C)
De mensen spreken woorden,vertalen veel verdriet.Zij wonen bij elkander,
verstaan elkaar toch niet.Ze zwoegen en ze dravenen zorgen dag en nacht.Ze roepen om genade
om wat hun angst verzacht.
De mensen hebben vrienden en wonen huis aan huis,ze kloppen bij elkander
maar vaak is niemand thuis.Maar God is onze Vader, Hij koestert en behoedt,vervult niet alle wensen
maar houdt zijn woord voorgoed.(naar Weemaes Marcel / Geef Vrede)
(Hofland – Van de Velde)
Eert God die onze Vader is;weest allen welgemoed.Looft Hem, gij zult in vrede zijn.Aanbidt al wat Hij doet.U, Heer, komt alle leven toeen wie of waar Gij zijt,U is de macht, U zingen wijdank voor uw heerlijkheid. 232
Lam Gods dat onze zonden draagt,neem deze lofzang aan.Gedenk ons in uw koninkrijk,want Jezus is uw naam.Gij die voor ons ten beste spreekt,Messias, onze Heer.O, ééngeboren Zoon van God,kom haastig tot ons weer.
(Oosterhuis/ 16° eeuw)
♂-♀De liefde kan vergeven,zij ziet de dingen groot;de liefde wil het levenen nooit of nooit de dood.
♀ De liefde weet van delende schat en het tekort,en zij verstaat te helenwat ziek en pijnlijk wordt.
♂ De liefde bouwt haar huizenmet kamers wijd en licht;de liefde wil de ruimteen doet geen deuren dicht.
♂-♀ De liefd' is niet afgunstigzij zingt geen bitter lied;de liefde is geduldigen zoekt zichzelve niet.
Pr.Ik geloof in God, mijn ongeziene Vader, mijn ongekende Moeder.
238
Al.Voor alle mensen heeft Hij deze wereld geschapen. Daarom neem ik geen genoegen met verdeling van mensen in rijken en armen, in machthebbers en verdrukten.
238
Pr.Ik geloof in God, die niemand toestaat zijn kinderen te behandelen als knechten.
238
Ik geloof in Jezus Messias.Alle mensen zijn Zijn broers en zusters. Daarom neem ik geen genoegen met de verdeling van mensen in eersterangs en tweederangs burgers.Zijn dood heeft alle mensen dezelfde vrijheid gebracht. Zijn opdracht is: je vrijheid met anderen te delen.
238
Pr.Ik geloof in Jezus Messias, die ons is voorgegaan in het bevrijden van elkaar en zo te bouwen aan Gods komend rijk.
238
Al.Ik geloof in de heilige Geest. Hij vuurt ons aan tot durf en fantasie. Daarom leg, ik mij niet neer bij wat in kerk en maatschappij ‘bestaande orde‘ heet.
238
Pr.Jezus’ Geest brengt vijanden ertoe elkaar te vergeven en vrede te sluiten.Zij geeft ons oog voor alwie zwak, verstoten en gebroken zijn.
238
Al.Ik geloof in de Heilige Geestdie ons bijeen waait tot mensen voor mensen, tot op vandaag.
238
(Taizé)
.
.
Bidt en het zal u ge - ge ven zijn
zoekt en gij zult het zien,
klopt en de deur zal voor u o - pen gaan.
(Pr.) Wij danken Jou, God, voor mensen die kunnen delen
om anderen een menswaardig bestaan te
geven,voor hen
die hun huis gastvrij openstellen.
Rond de tafel
(Al.) Wij danken Jou, God,voor mensen
die kunnen luisterennaar het leed van anderen,
die wonden genezen door de pijn te helpen dragen;
voor mensen die kunnen troosten.
(Pr.) Wij danken Jou, God,voor mensen
die rust en stilte brengen,die oog hebben
voor kleine dingen,die zich verheugen
in de grootheid van anderen.
(Al.) Wij danken Jou, God,voor mensen
die mild zijn in hun oordeel,die eerbied hebben voor het
leven,die hun hart openen
voor vergeving en verzoening,die zich spiegelen aan
de levenswijze van Jezus.
(Pr.) Geen andere zekerheid is ons gegeven, Heer God,
dan op weg te zijn naar Jou.
(Al.) Ons zoeken naar Jou maakt ons tot mensen onderweg.
Mensen die worden toegesproken
door Jezus, Jouw zoon,die de Weg,
de Waarheid en het Leven is.
[rechtstaan]
Pr. Toen Jezus die laatste avond met zijn vrienden aan tafel zat,
gaf Hij hun een heilig teken:…
En als wij straks eten van dit brooden drinken van deze beker,
tonen wij, hoe ook wij voortaan willen
leven:Hem achterna
(Al.) Wij bidden Jou, Heer God,stuur ons op weg
in de geest van Jezus, Jouw zoon:dat wij nieuwe wegen van goedheid
banen, wegen van onderlinge vrede en gerechtigheid;
dat wij het leven leefbaar makenen het puin ruimen van ons egoïsme.
(Pr.) Dat wij mensen zijndie het vuur van Jouw goedheid
brandend houden,en Jouw licht laten stralen
ook in de donkere momenten van ons leven.
(Al.) En dat wij zo elkaar durven zegenen,
op moeilijke en mooie momenten.Dat wij durven knielen,
om het stof van elkaars voeten te wassen,
als broers en zussen van elkaar,als kinderen van één en dezelfde
vader…
(Pet
er B
iesb
rouc
k)
(Taizé)
Zolang er mensen zijnis er nog tijd genoegom hem de hand te reikendie ons vergeving vroeg.
Zolang er mensen zijnis het nog niet te laatom hem de weg te wijzendie haast verloren gaat.
186
Zolang er mensen zijnweet al wie eenzaam is:er kan een morgen komenna nachten vol gemis.
Zolang er mensen zijnis niemand ooit te grootom anderen te reddenuit hulpeloze nood.
Zolang er mensen zijnhebben wij goede moedeen wereld op te bouwenwaar liefde leven doet.
God, die het leven schiep,laat het zo altijd zijnen wees herscheppend bij onszolang er mensen zijn. (Jon
geriu
s H
enk–
van
Erp
Ton
)