Differentiëren, onderwijs passend...
Transcript of Differentiëren, onderwijs passend...
Differentiëren, onderwijs passend maken
Schoolpsychologencongres 2017
Otto de Loor ([email protected])
Differentiëren, onderwijs passend maken
Didactische, organisatorische en pedagogische kwaliteiten van leraren
Differentiëren, ruimte maken voor verschillen;
afstemmen op onderwijs- en begeleidings-
behoefte van leerlingen
Uw perspectief, als ondersteuner van docenten in het primaire
proces
Differentiëren, onderwijs passend maken
Waar kijk je naar?
Waar heb je het als leraar over met de leerling?
Hoe organiseer je het in de klas?
perspectieven
leraar
ondersteuner van de leraar
Het drielijnenmodel (Wal, Mooij & Wilde, 2011)
Van binnen naar buiten
Het drielijnenmodel (Wal, Mooij & Wilde, 2011)
Passend onderwijs
Preventieve aanpak in de
school i.p.v. curatieve aanpak
Groei van speciaal onderwijs
tegen gaan
Van buiten naar binnen
vraag
Neem een docent uit jouw werkpraktijk voor ogen waarvan jij zegt:
‘hij/zij is een goeie leraar’
Denk even na
noem een paar kenmerken van zijn/haar leraarschap
Basisbehoeften leerling
Relatie- met docent- met medeleerlingen- met leerstof
Competentie- versterken van geloof en plezier in eigen kunnen
- versterken van zelfvertrouwen “ik ben goed in …”- aanspreken op niveau
Autonomie- invloed op het leerproces
- keuzemogelijkheden- eigenheid inzetten
Deci & Ryan; Luc Stevens
Sterk verband tussen intrinsieke
motivatie en autonomie
Over de leerling…..
Weinig gemotiveerd om zelf aan de slag te gaan, verantwoordelijkheid te nemen, zich ‘autonoom’ op te stellen…..
Ze willen liever ‘controlling teachers’ (Flink,
Bogianno & Barret)
Echter…. Sterk verband tussen intrinsieke
motivatie en autonomie
De (autonome) leerling
Leerlingen willen gezien worden en het gevoel hebben autonome keuzes te kunnen maken.
Vraagt leeractiviteiten te richten op het leerproces, talentontwikkeling en regulatieve vaardigheden
Reflecteren en feedback geven
de pedagogische paradox
Waar kijk je dan naar?
Waar kijk je dan naar?
Kunnen
+
1 2
- + Willen
4 3
-
Kunnen
+
1 2
- + Willen
4 3
-
Je kunt een leerling ‘plaatsen’
Je kunt een leraar ‘plaatsen’
Je kunt jezelf ‘plaatsen’
Kunnen
+
Begeleiden Delegeren
- pamperen laissez faire + Willen
Coachen Sturen
uit contact (macht)
-
RELATIE
TAAK
Kunnen
+
Begeleiden Delegeren
- pamperen laissez faire + Willen
Coachen Sturen
uit contact (macht)
-
De 6 denk/reflectieniveaus van Dilts (Bateson)
1. Omgeving Hoe ziet mijn omgeving eruit, thuis en op het werk? (anderen, context….)
2. Gedrag Welk gedrag vertoon ik?
(Doen….)
3. Competenties Welke competenties heb ik?
(Kunnen…..)
4. Opvattingen Van welke waarden, normen, ideeën en theorieën ben ik overtuigd? (Vinden…)
5. Identiteit Wat kenmerkt mij als persoon (en professional)? (Willen…..)
6. Inspiratie Wat inspireert mij in mijn leven, school en werk? (Zijn……)
zinvol – betekenisvol (leren)
CONTEXT
reflectie OmgevingGedragCompetenties
OpvattingIdentiteitInspiratie expressie
INNERLIJKE ‘DRIVE’
Talent moet je (leren) ‘zien’ (herkennen, erkennen…)
kijken naar talent
Een paar vragen……in wat je doet (en laat zien):
Wat geeft jou energie?
Wat gaat jou moeiteloos af?
Denk je: dat kunnen anderen ook, daarin ben ik niet uniek. (maar dat is niet zo)
kijken naar talent
Luk Dewulfover talent…….
Wat zegt Luk DeWulf over ‘talent’?
Luk Dewulfover talent…….
Geeft energie, gaat schijnbaar moeiteloos
Anderen wijzen er op
‘ach, dat kan iedereen toch…’ denk je zelf
betrokkenheid op de persoon die jouw talent ziet
Talent & authenticiteit zijn verbonden
Zelfsturing, verantwoordelijkheid nemen, autonome keuze maken
Een paar vragen……in wat je doet (en laat zien):
Wat geeft jou energie?
Wat gaat jou moeiteloos af?
Denk je: dat kunnen anderen ook, daarin ben ik niet uniek. (maar dat is niet zo)
wat vertellen anderen hierover aan jou?
kijken naar talent
Robbert Dijkgraaf
‘Ambitie is één en talent is twee.
Iedereen kan de potentie zien, maar ….
Autonomie vereist……….
Bron: Els & Talent, november 2011,
www.kriditatie.nl
Beheersen van executieve functies ofwel regulatieve vaardigheden
Definitie Peg Dawson & Richard Guare ©2010
“Executieve functies; hogere cognitieve functies die nodig zijn om activiteiten te plannen en te sturen, bijvoorbeeld taakinitiatie en doorzettingsvermogen, werkgeheugen, volgehouden aandacht, het monitoren van prestaties, onderdrukking van impulsen en doelgericht doorzettingsvermogen.”
Het fundament ontwikkelt zich gedurende de eerste 20 jaar
Elf executieve functies Vijf denkvaardigheden & zes om gedrag (bij) te sturen
Vaardigheden om gedrag (bij) te sturen
1. Reactie-inhibitie het vermogen de directe reactie even
'af te remmen' om na te kunnen denken.
2. Emotie-regulatie 3. Volgehouden aandacht 4. Taakinitiatie 5. Flexibiliteit 6. Doelgericht doorzettingsvermogen
Denkvaardigheden
7. Planning 8. Organisatie 9. Timemanagement 10. Werkgeheugen 11. Metacognitie
Welk gedrag wil je ontlokken?
1
docent waarneembaar actief
2
3
leerling
waarneembaar actief
1
docent waarneembaar actief
2
3
leerling
waarneembaar actief
docent is verantwoordelijk
vertellen, uitleggen
verduidelijken
demonstreren, illustreren
schematiseren
opdrachten geven
onderwijsleergesprek
1
gedeelde verantwoordelijkheid
leren zichtbaar maken
‘checken’ van leren
denkvragen stellen
onderwijsleergesprek
samenwerkingsvormen
Feedback organiseren
2
3
leerling is verantwoordelijk
zelfstandig werken
werken met werkschema’s/planners
samenwerken
docent begeleidt ‘op afstand’,
docent waarneembaar actief
leerling
waarneembaar actief
basiswerkvormen
Check in duo’s
Denken, delen, uitwisselen
Experts
……
Breinfoto. Wat doet interactie?
leerling leest
leerling luistert
leerling denkt na over woorden
leerling denkt en praat met anderen
Bron: Rita Carter (medisch journaliste) en Chris Frith (hoogleraar neural hermeneutics)
in Mapping the mind.
Lesstart:
‘De vorige les heb ik jullie verteld/…hebben we het gehad over….. En toen heb ik benadrukt dat……’
activeert het denken niet, maakt het niet zichtbaar
“Schrijf in stilte op wat de hoofdzaken van de vorige les waren en bedenk een voorbeeld waarbij je die kennis in de praktijk nodig hebt. Ik loop en lees. Vertel het daarna je buurman.”
activeert het denken wel, maakt het zichtbaar
docent is verantwoordelijk
vertellen, uitleggen
verduidelijken
demonstreren, illustreren
schematiseren
opdrachten geven
onderwijsleergesprek
1
gedeelde verantwoordelijkheid
leren zichtbaar maken
‘checken’ van leren
denkvragen stellen
onderwijsleergesprek
samenwerkingsvormen
Feedback organiseren
2
3
leerling is verantwoordelijk
zelfstandig werken
werken met werkschema’s/planners
samenwerken
docent begeleidt ‘op afstand’,
docent waarneembaar actief
leerling
waarneembaar actief
B - Basispprogramma
V V - Verdieping, verrijking op niveau
H V - Herhaling, verrijking
week 1 week 2 week 3 week 4 week 5 week 6
par 3.1 par. 3.2 par. 3.3 par. 3.4 par. 3 5 par. 3.8vr,1-5 vr.2,3,4 vr.1,3-5 vr. 1-3 vr.1,2,4,6 eindopdr.
Keuzetaak Keuzetaak Keuzetaak Keuzetaak
Keuzetaak Keuzetaak Keuzetaak
Par. 3.1
vr. 6,7
Essay
opdracht
par.3.4
vr. 6,7,8 Par.4.2
Opdr C
B
VV
HV
toets