Uitleg bijwoordelijke bepaling (bwb)

Je vindt de bijwoordelijke bepaling (bwb) door te vragen:wanneer?waar…? (mee, door, in, enz.)hoe…? (lang, groot, ver, enz.)

wel en niet zijn altijd bwb

Wat je overhoudt, is bwb (als je tenminste goed ontleed hebt!!)

In een zin kunnen veel bijwoordelijke bepalingen staan!!

voorbeelden

Hij heeft haar toen zien lopen.

toen is bwb (wanneer?).

Hij wilde niet, dat zij hem zou zien.

niet is bwb (altijd).

Let op! toen is een voegwoord in de zin: Toen hij haar zag lopen, scheen de zon!bwb: toen = op dat moment

voegwoord: toen = op het moment dat…

Al na een kwartier had zij het eerste hoofdstuk helemaal gelezen.

uitlegantwoord

bwb = al na een kwartier, helemaal

Al na een kwartier had zij het eerste hoofdstuk helemaal gelezen.

al na een kwartier is bwb (wanneer?).

helemaal is bwb (hoe ver?).

Staat in een vragende zin de persoonsvorm altijd vooraan?

uitlegantwoord

bwb = in een vragende zin, altijd en vooraan

Staat in een vragende zin de persoonsvorm altijd vooraan?

in een vragende zin is bwb (waarin?).

altijd is bwb (wanneer?).

vooraan is bwb (waar?).

Doe die deur eens even achter je dicht!

uitlegantwoord

bwb = eens, even, achter je

Doe die deur eens even achter je dicht!

eens is bwb (wanneer?).

even is bwb (hoe snel?).

achter je is bwb (waar?).

Had jij dit antwoord van haar verwacht?

uitlegantwoord

bwb = van haar

Had jij dit antwoord van haar verwacht?

van haar is bwb (waarvan? = van wie?).

Daar wordt op de deur geklopt!

uitlegantwoord

bwb = daar, op de deur

Daar wordt op de deur geklopt!

daar is bwb (waar?).

op de deur is bwb (waarop?).

Hadden ze me dat maar iets eerder verteld!

uitlegantwoord

bwb = maar, iets eerder

Hadden ze me dat maar iets eerder verteld!

maar is bwb (rest).

iets eerder is bwb (wanneer?).

Als je het mij vraagt, bedoelen ze precies hetzelfde.

uitlegantwoord

bwb = als je het mij vraagt

Als je het mij vraagt, bedoelen ze precies hetzelfde.

Als je het mij vraagt is bwb (wanneer?).

Toen ze die boom hadden omgezaagd, zagen ze pas, dat er een schat onder lag.

uitlegantwoord

bwb = pas en eronder

Toen ze die boom hadden omgezaagd, zagen ze pas, dat er een schat onder lag.

In de eerste zin staat geen bwb. (toen is een voegwoord en hoef je niet te benoemen)

In de tweede zin is pas bwb (rest).

eronder is in de derde zin bwb (waar?).

Het is gemeen, als je zonder bewijs zegt, dat zij het heeft gedaan.

uitlegantwoord

bwb = als je zonder bewijs zegt, zonder bewijs en -

Het is gemeen, als je zonder bewijs zegt, dat zij het heeft gedaan.

Als je zonder bewijs zegt is bwb (wanneer?).

zonder bewijs is in de tweede zin bwb (hoe?).

In de derde zin staat geen bwb.

In de vakantie zie je vaak, dat mensen naar het buitenland gaan, omdat het weer daar warmer is.

uitlegantwoord

bwb = in de vakantie, vaak, naar het buitenland en omdat het weer daar warmer is, daar

In de vakantie zie je vaak, dat mensen naar het buitenland gaan, omdat het weer daar warmer is.

zin 1: in de vakantie (wanneer?)

vaak (hoeveel?)

zin 2: naar het buitenland (waarheen?)

omdat het weer daar warmer is (waarom?)

zin 3: daar is bwb (waar?).

Zij blijven de hele vakantie in Nederland, omdat volgens het KNMI het hier ook warm wordt.

uitlegantwoord

bwb = de hele vakantie, in Nederland, omdat volgens het KNMI het hier ook warm wordt

en volgens het KNMI, hier, ook

Zij blijven de hele vakantie in Nederland, omdat volgens het KNMI het hier ook warm wordt.

zin 1: de hele vakantie (hoe lang?)

in Nederland (waar?)

omdat volgens het KNMI … wordt (waarom?)

zin 2: volgens het KNMI (rest)

hier (waar?)

ook (rest)

Als je daar je rijbewijs wilt verliezen, hoef je alleen maar dronken achter het stuur te gaan zitten.

uitlegantwoord

bwb = daar en alleen maar, dronken, achter het stuur

Als je daar je rijbewijs wilt verliezen, hoef je alleen maar dronken achter het stuur te gaan zitten.

zin 1: daar (waar?)

zin 2: als je daar je … verliezen (wanneer?)

alleen maar (rest)

dronken (hoe?)

achter het stuur (waar?)

Er wordt blindelings van uitgegaan, dat het waar is, wat ze daarover verteld hebben.

uitlegantwoord

bwb = blindelings, ervan en daarover

Er wordt blindelings van uitgegaan, dat het waar is, wat ze daarover verteld hebben.

zin 1: ervan (waarvan?)

blindelings (hoe?)

zin 2: geen bwb

zin 3: daarover (waarover?)

Wie dat heeft gezegd, is niet bekend, maar je kunt het wel raden.

uitlegantwoord

bwb = niet en wel

Wie dat heeft gezegd, is niet bekend, maar je kunt het wel raden.

zin 1: geen bwb

zin 2: niet (altijd)

zin 3: wel (altijd)

Wie je vertrouwt, vertel je het, maar dat lijkt me logisch.

uitlegantwoord

geen bwb

Wie je vertrouwt, vertel je het, maar dat lijkt me logisch.

Er zijn geen bwb, want je houdt niets over.

Wil je het meisje van wie je dit hebt gehoord, mijn hartelijke groeten doen?

uitlegantwoord

bwb = van wie

Wil je het meisje van wie je dit hebt gehoord, mijn hartelijke groeten doen?

van wie is bwb (waarvan? = van wie?).

Ik wou dat ik twee hondjes was, dan kon ik samen spelen.

uitlegantwoord

bwb = dan, samen

Ik wou dat ik twee hondjes was, dan kon ik samen spelen.

dan is bwb (wanneer?).

samen is bwb (hoe?).

einde