Welkom
Voorganger ds Kijzer organist dhr Nijmeijer
Thema: “Jezus hosanna Jezus”
VDD G 293 ¶ the roseWat de toekomst brengen moge,
Wat de toekomst brengen moge,mij geleidt des Heren hand;moedig sla ik dus de ogennaar het onbekende land.
Leer mij volgen zonder vragen;Vader, wat Gij doet is goed!
Leer mij slechts het heden dragenmet een rustig, kalme moed!
Heer, ik wil uw liefde loven,al begrijpt mijn ziel U niet.Zalig hij, die durft geloven,
ook wanneer het oog niet ziet.Schijnen mij uw wegen duister,zie, ik vraag U niet: waarom?Eenmaal zie ik al uw luister,
als ik in uw hemel kom!
Laat mij niet mijn lot beslissen:zo ik mocht, ik durfde niet.
Ach, hoe zou ik mij vergissen,als Gij mij de keuze liet!
Wil mij als een kind behandlen,dat alleen de weg niet vindt:
neem mijn hand in uwe handenen geleid mij als een kind.
Waar de weg mij brengen moge,aan des Vaders trouwe hand,
loop ik met gesloten ogennaar het onbekende land.
Welkom
Voorganger ds Kijzer organist dhr Nijmeijer
Thema: “Jezus hosanna Jezus”
P 2 – 1, 2Wat drijft de volken,
Psalm 2 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Straatsburg 1539 / Genève 1542
Psalm 2 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Straatsburg 1539 / Genève 1542
Psalm 2 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Straatsburg 1539 / Genève 1542
Psalm 2 (LvdK) t. K. Heeroma; m. Straatsburg 1539 / Genève 1542
Stil gebedVotum en groet
Ere zij de Vader en de ZoonEn de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,En van eeuwigheid tot
eeuwigheid.Amen.
* klein worden voor God* genade
* leefregel vanuit dankbaarheid G 7 – 1, 4
Het woord dat u ten leven riep (LB 316)
t. J. Wit; m. Genève 1551
Het woord dat u ten leven riep (LB 316)
t. J. Wit; m. Genève 1551
Het woord dat u ten leven riep (LB 316)
t. J. Wit; m. Genève 1551
Het woord dat u ten leven riep (LB 316)
t. J. Wit; m. Genève 1551
Gebed om de Geest bij de Schrift.
Dank U voor de wonderen
allen:
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Dank U voor de wond’ren (EL 426) t. & m. J. Visser
Wij gaan, tot straks!
P 81 – 1, 4, 8Jubelt God ter eer,
Psalm 81 (LvdK) t. W. Barnard; m. Genève 1562
Psalm 81 (LvdK) t. W. Barnard; m. Genève 1562
Psalm 81 (LvdK) t. W. Barnard; m. Genève 1562
“Jezus, hosanna Jezus”
Exodus 3 : 11 t/m 1511 Mozes zei: ‘Maar wie ben ik dat ik naar de farao zou gaan en de Israëlieten uit
Egypte zou leiden?’ 12 God antwoordde: ‘Ik zal bij je
zijn. En dit zal voor jou het teken zijn dat ik je heb
gestuurd:
als je het volk uit Egypte hebt weggeleid, zullen jullie God bij deze berg vereren.’13 Maar Mozes zei: ‘Stel dat ik naar de Israëlieten ga en tegen hen zeg dat de God van hun voorouders mij gestuurd heeft, en ze vragen: “Wat is de naam van die God?” Wat moet ik dan zeggen?’
14 Toen antwoordde God hem: ‘Ik ben die er zijn zal. Zeg
daarom tegen de Israëlieten: “IK ZAL ER ZIJN heeft mij naar
u toe gestuurd.”’ 15 Ook zei hij tegen Mozes: ‘Zeg tegen hen: “DeHEER heeft mij gestuurd,
de God van uw voorouders, de God van Abraham,
de God van Isaak en de God van Jakob. En hij heeft gezegd: ‘Zo wil ik voor altijd heten, met
die naam wil ik worden aangeroepen door alle komende generaties.’”
“Jezus, hosanna Jezus”
Jozua 1 : 1-2 en 5 t/m 91 Na de dood van Mozes, de
dienaar van de HEER, zei de HEER tegen Jozua, de zoon
van Nun en de rechterhand van Mozes:2 ‘Nu mijn dienaar
Mozes is gestorven, moet jij je gereedmaken om met heel dit
volk de Jordaan over te trekken. Ga naar het land dat ik
het volk van Israël zal geven.
5 Zolang je leeft zal niemand tegen je kunnen standhouden. Zoals ik Mozes heb bijgestaan, zo zal ik ook jou bijstaan. Ik zal
niet van je zijde wijken en je niet verlaten. 6 Wees
vastberaden en standvastig, want jij moet dit volk leiden
wanneer ze het land veroveren dat ik hun zal geven,
zoals ik hun voorouders gezworen heb. 7 En houd je vóór alles vastberaden en
standvastig aan de wet waarin mijn dienaar Mozes je heeft onderwezen. Houd je daar
altijd aan en wijk er op geen enkele manier van af, opdat je
in alles wat je doet zult slagen. 8 Leg dat wetboek
geen moment terzijde
en verdiep je er dag en nacht in, opdat je je aan alles houdt
wat erin geschreven staat. Dan zal alles wat je onderneemt voorspoedig verlopen.9 Ik
gebied je dus: wees vastberaden en standvastig,
laat je door niets weerhouden of ontmoedigen, want waar je
ook gaat, deHEER, je God, staat je bij.’
“Jezus, hosanna Jezus”
P 116 – 66 de HEER beschermt de
eenvoudigen,machteloos was ik en hij
heeft mij bevrijd.
“Jezus, hosanna Jezus”
Lucas 1 : 26 t/m 3326 In de zesde maand zond God de engel Gabriël naar
de stad Nazaret in Galilea, 27 naar een meisje dat was uitgehuwelijkt aan een man die Jozef heette,
een afstammeling van David. Het meisje heette
Maria.
28 Gabriël ging haar huis binnen en zei: ‘Gegroet Maria, je bent begenadigd, de Heer is met je.’ 29 Ze schrok hevig bij het horen van zijn woorden en
vroeg zich af wat die begroeting te betekenen had.
30 Maar de engel zei tegen haar: ‘Wees niet bang, Maria,
God heeft je zijn gunst geschonken.31 Luister, je zult zwanger worden en een zoon baren, en je moet hem Jezus noemen. 32 Hij zal een groot man worden en Zoon van de
Allerhoogste worden genoemd,
en God, de Heer, zal hem de troon van zijn vader David
geven. 33 Tot in eeuwigheid zal hij koning zijn over het volk
van Jakob, en aan zijn koningschap zal geen einde
komen.’
“Jezus, hosanna Jezus”
Mattheus 21 : 6 t/m 96 De leerlingen gingen op weg en deden wat Jezus
hun had opgedragen. 7 Ze brachten de ezelin en het
veulen mee, legden er mantels op en lieten Jezus
daarop plaatsnemen.
8 Vanuit de menigte spreidden velen hun mantels op de weg uit, anderen braken twijgen
van de bomen en spreidden die uit op de weg. 9 De talloze
mensen die voor hem uit liepen en achter hem aan kwamen,
riepen luidkeels: ‘Hosanna voor de Zoon van David! Gezegend hij die komt in de naam van de
Heer. Hosanna in de hemel!’
“Jezus, hosanna Jezus”
G 446 – 1, 2, 3, 4O Jezus, hoe vertrouwd en goed
O Jezus, hoe vertrouwd en goed (LvdK 446) t. J. Newton; t. W. Barnard; m. A.R. Reinagle
O Jezus, hoe vertrouwd en goed (LvdK 446) t. J. Newton; t. W. Barnard; m. A.R. Reinagle
O Jezus, hoe vertrouwd en goed (LvdK 446) t. J. Newton; t. W. Barnard; m. A.R. Reinagle
O Jezus, hoe vertrouwd en goed (LvdK 446) t. J. Newton; t. W. Barnard; m. A.R. Reinagle
Dankgebed en voorbeden
collecte:1ste Jeugd
2de eigen gemeente
G 434 – 1, 2, 5Lof zij de Heer,
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Lof zij de Heer (LvdK 434) v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. J.A. Freylinghausen
Zegen,3 x amen
Top Related