5 jaar bouwen aan Opleiden in de School in het
Rotterdamse voortgezet onderwijs
Samenscholing
.nu
Samenscholing.nu
Een duaal opleidingsconcept voor de Rotterdamse context
Samenscholing.nu is een samenwerkingsverband tussen drie Rotterdamse schoolbesturen VO
(BOOR, LMC, CVO) en de tweedegraads lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam.
� Overzichtsboek Samenscholing.nu
InleIdIng 5
1: OpleIdIngScOncept 6
�: cuRRIculum 1�
3: BegeleIdIng 18
4: de leeROmgevIng �4
5: peRSOneelSBeleId 30
6: StuRIng 36
7: FInancIën 4�
SamenvattIng 46
cOlOFOn 48
InhOudSOpgave
3
Het project Samenscholing.nu is 5 jaar geleden opgericht met twee doelen: een nieuwe, duale opleidingsstructuur voor tweedegraads leraren ontwik-kelen in Rotterdam en afgestudeerde docenten binden aan het Rotterdamse onderwijsveld. Uniek aan het project is dat duale studenten al tijdens hun opleiding in dienst van een school komen. Dat schept – letterlijk - een directe band tussen school, student en opleiding. De school wordt medever-antwoordelijk voor het opleiden van de student.
Iedere klas die het zonder bevoegde docent moet
stellen, is er één te veel. Gelukkig valt de werkelijke
situatie in Rotterdam nog mee ten opzichte van de
verwachtingen enkele jaren geleden. Duaal opleiden
alléén kan het toenemende lerarentekort echter niet
oplossen. Er wordt ook naar andere maatregelen
gezocht; het terugdringen van de uitval in het eerste
jaar van de opleidingen bijvoorbeeld. De Hogeschool
Rotterdam werkt hier aan onder de noemer ‘Studie-
succes’. De gemeente Rotterdam geeft leraren
voorrang bij het vinden van een woning; ook dat is
een maatregel die helpt.
Maar daarnaast is het van groot belang studenten
toe te rusten voor de pittige uitdaging waar zij in
Rotterdam voor staan. Het duale traject van Samen-
scholing.nu laat studenten in een vroeg stadium
kennismaken met het echte werk. De praktijk is de
beste leerschool voor deze studenten. Zij worden
al door de wol geverfd als ze nog in opleiding zijn.
Praktijkervaring, de reflectie daarop plus het theore-
tische deel van de opleiding staan in dienst van hun
leerproces. Neem daarbij de intensieve begeleiding
en je hebt alle ingrediënten voor een kwalitatief
hoogwaardige opleiding. En de kwaliteit van de leraar
is rechtevenredig met de kwaliteit van het onderwijs.
Op dit moment zitten er ruim 120 studenten in het
duale traject. De studenten die gestart zijn in 2005
zijn bijna klaar en hebben reeds een vaste aanstelling.
Er stroomt heel wat water door de Maas – om het
maar eens op z’n Rotterdams te zeggen – voordat
een project van deze omvang is ingebed in bestaande
structuren. Dat dát is gelukt, is de werkelijke winst
van dit project. Want nu staat er een structuur, stevig
verankerd in het Rotterdamse onderwijsveld, die elk
jaar opnieuw en elk jaar meer vruchten af zal werpen.
Daarvan ben ik overtuigd.
De afgelopen jaren heeft de gemeente Rotterdam
geïnvesteerd in het project Samenscholing.nu. We
staan nu aan het begin van een nieuwe Rotterdamse
Onderwijs Beleid-periode (ROB2). Goede en gekwa-
lificeerde leraren voor de klas blijven een speerpunt.
Want uiteindelijk gaat het erom dat ieder kind zijn
talenten maximaal kan ontwikkelen. En uiteraard
dragen docenten daar aan bij.
Leonard Geluk
Wethouder Jeugd, Onderwijs en Samenleving
gemeente Rotterdam
vOORwOORd
In het najaar van 2003 sloegen de Rotterdamse schoolbesturen BOOR, CVO, LMC en de lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam de handen ineen om een oplossing te vinden voor het dreigende lerarentekort in Rotterdam én voor de groeiende kloof tussen lerarenopleiding en onderwijs-praktijk.
De belangrijkste uitdaging was hoe mensen te boeien
voor en te binden aan het Rotterdamse onder-
wijsveld. Het onderwijs kampt landelijk met een
imagoprobleem. Bovendien gaat de huidige generatie
leerkrachten tussen nu en tien jaar massaal met
pensioen. Dat levert een uitstroom van docenten op
die groter is dan de instroom. In Rotterdam komt daar
nog een ander probleem bij: docenten die hier hun
opleiding volgen, kiezen na diplomering vaak voor
een baan elders. Lesgeven in Rotterdam blijkt niet zo
populair. De grootstedelijke problematiek is op alle
fronten heftig in Rotterdam. Dat is ook merkbaar op
de scholen en vergt veel van docenten. Zij hebben
relatief veel te maken met bijvoorbeeld taalachter-
stand, sociaal-maatschappelijke problematiek, drop
outs en spijbelgedrag.
Leerlingen van nu leren anders dan twintig jaar
geleden. Zij staan in een dynamische samenleving
waarin veranderingen elkaar razendsnel opvolgen.
Kennis heeft binnen die context een andere rol
gekregen. Sociale vaardigheden en tal van compe-
tenties worden belangrijker. Het onderwijs moet daar
op inspelen. De traditionele manier van lesgeven
sluit niet altijd meer aan bij de belevingswereld van
jongeren. Dit vraagt van de lerarenopleidingen een
investering in nieuwe opleidingsvormen.
Hoe te bouwen aan een opleiding die past bij deze
tijd en bij de Rotterdamse context en tegelijkertijd
docenten bindt aan deze stad? Het antwoord is
gevonden in een duaal competentiegericht oplei-
dingsconcept - Samenscholing.nu - waarbij scholen
en opleiding nauw met elkaar samenwerken.
Uitgangspunt is om studenten vanaf het eerste jaar
intensief kennis te laten maken met de diversiteit van
de onderwijspraktijk in Rotterdam.
Samenscholing.nu is niet volgens een blauwdruk-
model geïmplementeerd in de opleidingspraktijk.
Er is gekozen voor een geleidelijke ontwikkeling
langs de weg van het voortschrijdend inzicht waarbij
opleidingsscholen en lerarenopleiding vijf jaar lang
intensief samen hebben gepionierd. Dat heeft behalve
de spreekwoordelijke bloed, zweet en tranen een
degelijke basis opgeleverd voor een hoogwaardige,
duale lerarenopleiding. Plus een samenwerkings-
structuur tussen scholen, schoolbesturen en leraren-
opleiding die staat als een huis. Dit boekje geeft een
impressie van de ontwikkeling van Samenscholing.nu
over de periode 2004 – 2009.
Op 17 juni 2009 is de projectfase van Samenscholing.nu
officieel afgesloten en heeft de opleiding een structurele
plek binnen het aanbod van de lerarenopleiding van de
Hogeschool Rotterdam gekregen.
‘van de docenten die wel in
Rotterdam blijven, weten we dat
ze het juist heel boeiend en dyna-
misch vinden om hier les te geven.
er gebeurt van alles. het negatieve
beeld van lesgeven in Rotterdam
klopt dus niet met de werkelijkheid.
wim littooij, bestuursvoorzitter cvO en
voorzitter van de stuurgroep Samenscho-
ling.nu, Informatiebulletin (startkrant)
1/�005
5
InleIdIng
6 Overzichtsboek Samenscholing.nu
7
1 OpleIdIngScOncept
‘Ik vInd het BelangRIjk leeRlIngen uIt te dagen In de
leS dOOR veRSchIllende leSvORmen aan te BIeden. en ze
mOeten BIj mIj altIjd engelS pRaten. leeRlIngen leRen
veel van elkaaR en dOOR veRSchIllende weRkvORmen te
geBRuIken hOuden ze de aandacht eRBIj. het leSgeven
gIng mIj vanaF het eeRSte jaaR al gemakkelIjk aF.
InmIddelS heB Ik echt mIjn eIgen StIjl gevOnden.´
jennIFeR geRRItSen, lIO-Student engelS
duaal: meer tijd in de school Samenscholing.nu is een duaal opleidingstraject. Dat
betekent dat studenten meer dan 40 procent van hun
opleidingstijd doorbrengen op de opleidingsschool.
Een intensieve kennismaking met de Rotterdamse
onderwijspraktijk is van meet af aan het belangrijkste
uitgangspunt geweest. Niet eerst op afstand een vak
leren om er pas na diplomering achter te komen of dit
wel echt is wat je wilde, maar direct voor de leeuwen
om aan den lijve te ervaren wat er van een docent
gevraagd wordt. Al doende leren en jezelf ontwik-
kelen, is het credo.
Samenscholing.nu is doelbewust als competentie-
gerichte opleiding vormgegeven. Lesgeven is niet
primair excelleren in een vakgebied, het is excelleren
in het geven van onderwijs. Dat betekent dat een
docent naast vakinhoudelijke kennis over de noodza-
kelijke competenties moet beschikken om goed en
aansprekend onderwijs te bieden in uiteenlopende
situaties. De student leert daarnaast ook zijn eigen
persoonlijkheid in te zetten om als docent succesvol
te zijn. Continue reflectie op het handelen en de eigen
ontwikkeling zijn daarbij cruciaal.
Na een intensieve voorbereidingsperiode van circa vier
maanden, gaan de Samenscholing.nu-studenten de
praktijk in. Vanaf dat moment brengen ze wekelijks
een toenemend aantal leerwerkdagen door op de
opleidingsschool. Gedurende hun opleiding wisselen
ze ten minste drie keer van opleidingsschool. Ze
sluiten een arbeidsovereenkomst af met een van de
drie schoolbesturen en ontvangen salaris.
Rotterdamse contextStudenten van Samenscholing.nu worden klaar-
gestoomd voor de Rotterdamse onderwijspraktijk.
Tijdens hun opleiding leren zij functioneren in een
interculturele context, zij leren (complexe) zorgvragen
te herkennen,
‘Bij duaal opleiden zijn scholen en opleiding in toenemende mate
wederzijds van elkaar afhankelijk.’
hans van der moolen, directeur Instituut voor lerarenopleidingen hogeschool
Rotterdam en lid stuurgroep, bij de uitreiking van het werkboek, juni �008
1 OpleIdIngScOncept
Gedurende de vijf projectjaren van Samenscholing.nu is er veel losgewoeld en in beweging gezet. Eén constante factor heeft echter gedurende die jaren alles en iedereen bijeen gehouden en dat is het oplei-dingsconcept. Het concept heeft gedurende de projectjaren gewerkt als een kompas die te midden van alle discussies, afwegingen en zoektochten gericht bleef op de juiste koers.
8 Overzichtsboek Samenscholing.nu
om te gaan met (taal)achterstanden en bij te dragen
aan brede-schoolnetwerken. Het curriculum van
Samenscholing.nu is zoveel mogelijk afgestemd
op de Rotterdamse context met haar grootstede-
lijke karakter en sluit aan bij de uitkomsten van een
onderzoek naar het profiel van de Rotterdamse
docent. Rotterdamse scholen vormen de praktijk
voor de student. Gedurende hun vierjarige opleiding
maken de studenten intensief kennis met deze rijke en
gevarieerde leeromgeving.
diversiteit - kwaliteitDiversiteit is binnen het Samenscholing.nu-concept
een aspect van kwaliteit. Onderwijs is immers geen
eenheidsworst. Leerlingen maar ook docenten-in-
opleiding ontwikkelen zich op hun eigen manier,
afhankelijk van leeromgeving, leerstijl en persoon-
lijkheid. Het opleidingsconcept van Samenscholing.
nu is gebaseerd op maatwerk en vereist een hoge
mate van flexibiliteit. Zowel van alle betrokkenen als
van organisaties en structuren. De ontwikkeling van
de student vormt de rode draad waar begeleiding
en curriculum zich als het ware omheen plooien.
Uiteraard binnen landelijk gestelde normen en kaders.
Met het oog daarop zijn diverse instrumenten voor
begeleiding en evaluatie ontwikkeld: de leercyclus,
werken met een portfolio, een kennisstructuur en een
prestatieregister.
Flexibiliseren en verbinden Duaal opleiden is een complexe zaak. Er zijn verschil-
lende aspecten mee gemoeid die onderling nauw
met elkaar samenhangen. Ontwikkelingen op het ene
vlak hebben gevolgen voor ontwikkeling op andere
vlakken. Omgekeerd betekent stagnatie op het ene
vlak, stagnatie of scheefgroei van het hele proces. De
eerste projectjaren van Samenscholing.nu stonden
in het teken van het zichtbaar maken van deze
processen en hun onderlinge samenhang.
‘kinderen zijn gewend te werken met
hele snelle communicatiemiddelen.
ze msn-en, sms-en, speuren razend-
snel het internet af op informatie
die zij interessant vinden. ze zijn
gewend op drie schermen tegelijk
bezig te zijn en tussendoor nog even
te bellen of televisie te kijken. dan
is wat wij op school bieden wel erg
saai en traag.
christa thoolen, rector thorbecke vO en
lid stuurgroep Samenscholing.nu,
nieuwsbrief �/�005
�
1 OpleIdIngScOncept
10 Overzichtsboek Samenscholing.nu
Integraal werken aan alle aandachtsgebieden bleek
meermaals een zware inspanning voor alle betrok-
kenen. Vooral ook omdat ontwikkelen en uitvoeren
tegelijkertijd plaatsvonden. Er is behoefte aan duide-
lijke patronen en vaste routine om de waan van de
dag het hoofd te kunnen bieden. Dat verhoudt zich
slecht met het flexibiliseren, het losmaken van struc-
turen. En juist dát was nodig om ruimte te scheppen
voor het ontwerpen van deze nieuwe opleiding. Er
komen studenten op school. Wat moeten zij hier
gaan leren? Wie gaat hen begeleiden en hoe? Wat
heeft deze school hen te bieden? Hoe betalen we
dat? Pasklare oplossingen waren er niet. Scholen en
opleiding hadden elkaar nodig om een antwoord te
vinden op deze vragen en hun wederzijdse rol nader
te bepalen.
Structureel overleg, transparant werken, voort-
durende reflectie op de voortgang en een open,
proactieve houding van zowel projectmedewerkers
als van studenten - die allesbehalve in een gespreid
bedje terechtkwamen! – waren en zijn onmisbaar bij
dit project. Evenals de bereidheid gezamenlijk in het
diepe te duiken en verantwoordelijkheid te nemen
voor het welslagen van de missie.
Het resultaat is het volgende totaalplaatje:
curriculum
Begeleiding
leeromgeving
Financiën
Opleidingsconcept
Sturing
personeelsbeleid
‘we leven in een tijdperk waarin
het individu centraal staat en de
computer de grootste commu-
nicator dreigt te worden. taal-
armoede en sociale armoede
dreigen. dat los je niet op door
in de les naar de rug van de
leerling voor je te kijken. leer
ze samen te werken, samen te
zoeken. dat is heel belangrijk,
juist nu.’
wim littooij, bestuursvoorzitter
cvO en voorzitter van de stuurgroep
Samenscholing.nu;
nieuwsbrief � / �005
050�
11
1� Overzichtsboek Samenscholing.nu
13
� cuRRIculum
´dOOR mIjn leeFtIjd en eIgen kIndeRen (18 en �0 jaaR)
heB Ik de nOdIge eRvaRIng In het Omgaan met puBeRS.
OOk alS dOcent vInd Ik het BelangRIjk Om jOngeRen te
BegeleIden en klaaR te StOmen vOOR hun tOekOmStIge
ROl In de SamenlevIng. puBeRS zItten nOg een Beetje
tuSSen taFellaken en SeRvet. het zIjn nOg geen
vOlwaSSenen maaR ze zIjn OOk geen kInd meeR. een
laStIge levenSFaSe waaRIn veel geBeuRt, zOwel
mentaal alS FySIek. Ik vInd het een enORme uItdagIng
hun OntwIkkelIng In gOede Banen te leIden én ze vOOR
te BeReIden Op het veRvOlgOndeRwIjS.’
caROlIne Schenk, lIO-Student nedeRlandS
� cuRRIculum
De centrale vraag was: wat neem je mee in het curri-
culum? Met andere woorden: wat moeten docenten
beheersen voor een professionele beroepsuitoefening
en hoe laat je het curriculum optimaal aansluiten bij
de wensen van het onderwijsveld? De Dublin-descrip-
toren (die algemene HBO-competenties beschrijven)
en de landelijk geldende matrix (uitgangspunt in de
wet BiO) vormen het officiële kader maar bieden
onvoldoende houvast voor een concrete beschrijving
van het curriculum. Daarom hebben de Samen-
scholing.nu-scholen aan deze abstracte competenties
gedragsindicatoren toegevoegd (voorbeelden van
gewenst gedrag). Dit zijn echter geen pasklare, af te
vinken leerdoelen.
Bij de invulling van het curriculum speelt zowel de
Rotterdamse context als de wens tot vernieuwend
onderwijs een rol. Samenscholing.nu-studenten
moeten nu en in de toekomst een bijdrage kunnen
leveren aan de verdere ontwikkeling van het
onderwijs. In de laatste jaren van de opleiding
verdiept de student zich in de domeinen taal, zorg
of onderwijsontwikkeling. Een ander aspect van het
curriculum is dat studenten hun persoonlijkheid als
docent moeten kunnen ontwikkelen. Bij het geven
van onderwijs gaat het immers niet alleen om vakin-
houdelijke kennis en didactische vaardigheden maar
ook om het ten volle benutten van je kwaliteiten als
persoon.
De belangrijkste winst die er met het project Samen-
scholing.nu is geboekt, is de omslag in het curriculum
naar het docentschap. Samenscholing.nu leidt op
tot docenten die excelleren als docent en daarnaast
uitblinken in een bepaald vakgebied.
diversiteitDe deelnemende scholen aan Samenscholing.
nu leveren een divers onderwijsveld op. Tijdens
hun opleiding komen studenten in aanraking met
verschillende onderwijsvisies en scenario’s variërend
‘de samenwerking tussen vO-scholen en lerarenopleiding is heel
vruchtbaar. voorheen heerste toch een sfeer van ‘wij’ en ‘zij’. het is
goed om samen na te denken over wat studenten nodig hebben aan
kennis en ervaring. dat geeft meer evenwicht.’
claire Ohlenschlager, docent lerarenopleiding, productgroep engels,
nieuwsbrief �/�005
� cuRRIculum
Het curriculum van de Samenscholing.nu-student is van meet af aan een complexe kwestie geweest. De methode van competentiegericht leren gaat vooral uit van de leerbe-hoefte en de individuele ontwikkeling van de student zelf. Maar heeft hij dan aan het einde van de rit wel voldoende bagage die hem kwali-ficeert voor het docentschap? Hoe koppel je de ervaringen die studenten in de praktijk opdoen aan de kennis en competenties waarover ze moeten beschikken? En wat is hierbij het aandeel van de scholen en van de opleiding?
14 Overzichtsboek Samenscholing.nu
van redelijk traditioneel tot vernieuwend. De vraag
rijst dan; over welke tweedegraads beroepspraktijk
hebben we het eigenlijk? In het havo/vwo is er
bijvoorbeeld een meer kennisgerichte benadering,
binnen het vmbo is er juist een sterke pedago-
gische invalshoek. Het wettelijke kader geeft geen
mogelijkheid tot specialisatie maar leidt op tot een
algemene tweedegraadsbevoegdheid. Wel is het
mogelijk te differentiëren naar drie bestaande profile-
ringen: vakinhoudelijke verdieping, beroepspraktijk-
vorming of zorgontwikkeling.
Daarbij geldt de tweedegraadsbevoegdheid officieel
voor een bepaald vak terwijl de onderwijspraktijk
neigt naar een ontwikkeling richting leergebieden. In
dit licht is binnen Samenscholing.nu gekozen voor een
model waarbij studenten breed beginnen en in een
later stadium verdiepen tot een bepaald vakgebied/
profiel.
Rotterdams profielHet werd al eerder gezegd: onderwijs geven in
Rotterdam vraagt - naast het basisprofiel - om
specifieke kwaliteiten. Omgaan met een enorme
diversiteit aan allochtone groepen, continue aandacht
voor taalontwikkeling, relatief veel leerlingen in
het vmbo (en dan vooral in de lagere leerwegen),
voorkomen van vroegtijdige schooluitval… Kortom,
een opeenstapeling van grootstedelijke problematiek.
En tegelijkertijd een ongekende uitdaging voor het
onderwijs om alle leerlingen de kansen te geven die
ze verdienen. In deze setting zijn er drie specifieke
aandachtsvelden:
• zorg:
Iedere docent moet problemen kunnen signa-
leren en herkennen of deze van onderwijskundige
aard zijn of een andere oorzaak hebben. Scholen
moeten een visie ontwikkelen hoe om te gaan met
deze zorgkinderen; zelf zorg bieden of samen-
werking met zorgpartners?
• taal:
Elke docent is ook taaldocent. Naast taalgerichte
vakdidactiek gaat het om vakgerichte taaldidactiek.
Iedere docent draagt bij aan het ontwikkelen van
taalvaardigheid, uitdrukkingsvaardigheid en de
opbouw van een grote woordenschat.
• Onderwijsontwikkeling:
In een Rotterdamse setting worden er bijzonder
hoge eisen gesteld aan de brug die het onderwijs
moet slaan naar de leefwereld van kinderen. De
leefomgeving is de leeromgeving. De docent moet
zijn vak dichtbij de leerling kunnen brengen. Het
onderwijs is dialooggestuurd. Dat veronderstelt
didactische flexibiliteit en het vermogen zelf de
inhoud en de werkwijze van het onderwijs te
bepalen.
‘het prestatieregister helpt de duale
student om systematisch in de
school aan de opleiding te werken’.
Stephan Rothuizen, Begeleider op School
melanchthon, bij de uitreiking van het
werkboek, juni �008.
15
kwaliteit en ontwikkelingsvrijheidEen van de uitgangspunten van Samenscholing.
nu is dat de student zijn eigen ontwikkeling stuurt.
Tegelijkertijd garandeert het concept dat de opleiding
aan alle inhoudelijke kwaliteitseisen voldoet. Het
opleidingstraject is dan ook voor een groot deel
vraaggestuurd: de student bepaalt hoe en hoe snel hij
het traject doorloopt op weg naar een steeds betere
beheersing van de competenties. Dit doet de student
eerst onder begeleiding maar in toenemende mate
zelfstandig. Het opleidingstraject is voor een deel ook
aanbodgestuurd. Aanbodgestuurde activiteiten zijn
vooral kenniselementen binnen een bepaald vak- of
leergebied.
RolverdelingDe lerarenopleiding richt zich primair op de onder-
delen van het curriculum die behoren bij het vak- of
leergebied en de daarbij horende didactiek. De
opleidingsschool concentreert zich op het bieden van
een leeromgeving waarin de student de benodigde
competenties kan ontwikkelen en op de begeleiding
daarbij.
prestatiesDe lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam
en de deelnemende VO-scholen hebben vier jaar
lang intensief samengewerkt om het curriculum te
ontwikkelen. Deze langdurige samenwerking heeft
in belangrijke mate bijgedragen aan het dichten van
de kloof tussen opleiding en school of praktijk. Bij de
start van het project zijn er zes ontwikkelgroepen aan
de slag gegaan om het bestaande curriculum voor
duale studenten te bestuderen en met voorstellen te
komen waar dit aan te passen.
‘In alle situaties waarin we taal gebruiken, is het vak nederlands aan de
orde. je daar bewust van worden en letten op verschillen, levert al een
mooie prestatie op. wat voor taal gebruiken leerlingen onderling? hoe
spreken docenten met leerlingen? hoe spreken zij met elkaar? en kun je
vanuit die verschillen iets zeggen over de impact die taal heeft op rollen
en posities? zo’n prestatie heeft te maken met de omslag van student
naar docent.’
nelleke de puit, docent lerarenopleiding, productgroep nederlands,
nieuwsbrief �/�005
� cuRRIculum
16 Overzichtsboek Samenscholing.nu
Bezoek staatssecretarisOp 21 januari 2007 bezoekt staatsecretaris
Marja Van Bijsterveld het project samen-
scholing.nu op het Comenius College, een van
de 12 opleidingsscholen. Het is een bezoek
in het kader van het actieplan Leerkracht van
Nederland’ dat het ministerie van OCW in 2007
lanceerde om het dreigende lerarentekort aan
te pakken. Een dag later meldt de Volkskrant
dat de staatsecretaris wil dat hogescholen
vaker lerarenopleidingen aanbieden waarin
de student tijdens de opleiding al voor de klas
staat. Volgens van Bijsterveldt zijn studenten in
een duaal leertraject zekerder van zichzelf en
weten zij beter wat het vak inhoudt door de
ervaring die ze in de praktijk opdoen.
Vijf groepen richtten zich op de vakken: Nederlands,
Engels en Wiskunde, de leergebieden Mens & Natuur
en Mens & Maatschappij. Eén ontwikkelgroep richtte
zich op een nadere beschrijving van vakoverstijgende
competenties. Iedere ontwikkelgroep bestond uit
docenten van deelnemende VO-scholen en lerarenop-
leiding.
Daarnaast ontwikkelden de groepen competentiege-
richte opdrachten (prestaties) voor duale studenten.
Het resultaat – zo’n 320 prestaties – is geordend in
het prestatieregister www.prestatieregister.nl. Met
een prestatie kan de student de ontwikkeling van
zijn competenties sturen.Prestaties zijn gekoppeld
aan competenties. Zij vormen de brug tussen het
curriculum van de lerarenopleiding en de praktijk van
de opleidingsschool. Inmiddels wordt het prestatiere-
gister ook structureel ingezet bij andere opleidingsva-
rianten.
kennisstructuur in samenhangDe samenwerking in de productgroepen was dan wel
inspirerend, makkelijk was het niet. De deelnemers
vonden het lastig grip te krijgen op de kennisbasis
van de opleiding. Waar het met name aan ontbrak
was een structureel denkkader met een visie op het
vak- en leergebied en een inventaris van de daarbij
behorende kennis en vaardigheden. Een oplossing van
dit probleem is gevonden in het ontwikkelen van een
kennisstructuur uitgewerkt naar de verschillende vak/
leergebieden. Deze kennisstructuur is door Stichting
Leerplanontwikkeling (SLO) en de projectleiding van
Samenscholing.nu opgesteld in de vorm van kennis-
posters. Er zijn kennisposters voor Nederlands, Engels,
Wiskunde, Mens en Maatschappij en Mens en Natuur.
Er is een aparte kennisposter voor het docentschap,
met een uitwerking van de zeven competenties. Deze
competenties staan centraal in het curriculum van de
lerarenopleiding.
Als metafoor is gekozen voor portaalkranen in de
Rotterdamse containerhaven. Aan de kraan hangt
aan de ene kant de visie als contragewicht en aan de
andere kant containers met hoofddossiers, sleutelbe-
grippen en -vaardigheden. De posters worden door
zowel vakdocenten van de lerarenopleiding als van
de opleidingsscholen gebruikt. Is het niet als houvast
bij de optimalisatie van het curriculum dan wel om te
discussiëren over de inhoud.
17
‘er is een behoorlijke overlap
tussen de vakken en het is de
kunst die zichtbaar te maken en
daar wat mee te doen. uitein-
delijk leidt dat tot meer verdie-
ping en blijft er meer tijd over
voor projecten en andere werk-
vormen. zo kun je leerlingen
meer meegeven dan kennis.
maar je moet er wel voor waken
dat de huidige kennisdoelen
behouden blijven.’
monique taytelbaum, docent
comenius college, productgroep
mens & natuur, nieuwsbrief 3/�006
‘docenten zullen steeds vaker leer-
methoden zelf invullen en verder
ontwikkelen. het is de ontwikke-
ling van ‘lesgeven’ naar ‘onderwijs
maken.’
herman hermans, projectleiding,
nieuwsbrief �/�005
18 Overzichtsboek Samenscholing.nu
1�
3 BegeleIdIng
‘je Bent alS dOcent cOntInu BezIg veRSchIllende
ROllen aan te nemen. SOmS Ben je aan het OpvOeden, Op
andeRe mOmenten de OndeRwIjzeR en weeR Op andeRe
mOmenten een peRSOOn waaRmee gelachen OF gehuIld
kan wORden. tOch mOet je BIj al deze ROllen jezelF
BlIjven, een leeRlIng heeFt Snel genOeg dOOR OF je
het meent OF maaR een tOneelStukje OpvOeRt. jezelF
BlIjven BInnen het OndeRwIjS en tOch de leeRlIng In
veRSchIllende ROllen kunnen BenadeRen zal altIjd een
uItdagIng BlIjven.’
antOn nIeuwkOOp, lIO-Student geSchIedenIS
3 BegeleIdIng
Er is fors geïnvesteerd in een professionaliserings-
traject voor begeleiders. Zij hebben een trainings-
programma doorlopen waarbij ze een vergelijkbare
leercyclus doorlopen als de studenten die zij
begeleiden. Deelnemers leren bijvoorbeeld hoe te
werken met een Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP),
een leerwerkplan, een portfolio en hun reflecterend
vermogen effectief te mobiliseren.
Begeleidingsstructuur Begeleiding en de ontwikkeling van de student
kunnen niet los van elkaar gezien worden.
Uitgangspunt is immers dat de begeleiding zich om de
ontwikkeling van de student heen plooit. De student
stuurt zoveel mogelijk zijn eigen ontwikkeling -
binnen de kaders van de competenties - op weg naar
een zelfstandig opererende professional. Een docent
die zijn handelen kan verantwoorden en zichzelf kan
verbeteren.
Ontwikkeling vindt niet toevallig en in het wilde weg
plaats. Althans, niet alleen. De student stuurt zijn
ontwikkeling doelbewust naar een steeds hoger plan.
De leercyclus is daarbij een belangrijk instrument.
De leercyclus van de student bestaat grofweg uit
het opstellen van een leerwerkplan waarmee hij aan
zijn Persoonlijke OntwikkelingsPlan (POP) werkt,
de uitvoering van dat plan en de reflectie daarop.
De reflectie is uitermate belangrijk in het ontwik-
kelingsproces van de student en vindt op verschil-
lende abstractieniveaus plaats: van reflectie on the
spot (Wat gebeurt er hier en nu?) tot metareflectie
(Wat leer ik van die reflectie?). Elke stap vooruit in de
leercyclus roept weer nieuwe leervragen op. En dat
houdt het leerproces in beweging. De begeleiders
begeleiden de student bij de doelgerichtheid en
efficiëntie van zijn leerproces.
‘de ontwikkeling van docent naar coach is essentieel binnen Samen-
scholing.nu. Ook in het contact met de leerling worden docenten steeds
meer coach. met deze professionaliseringsslag kan die trend een
duwtje krijgen.’
jaap van der elst, opleider en trainer lerarenopleiding hogeschool Rotterdam,
nieuwsbrief april �006
3 BegeleIdIng
De professionaliteit van de begeleiding is een belangrijke waarborg voor de kwaliteit van duaal opleiden. Leraren-opleiding en opleidingsscholen dragen hierbij een gezamenlijke verantwoor-delijkheid. Gedurende de vijf project-jaren van Samenscholing.nu is er hard aan getrokken om heldere antwoorden te formuleren op de volgende vragen: Wie begeleidt de student bij wat? Wat moeten de begeleiders daarvoor in huis hebben? En, hoe verloopt de communicatie tussen de bij de begeleiding betrokken medewerkers? In de loop van het project zijn er bindende afspraken gemaakt over de structuur, de organisatie en de kwaliteit van de begeleiding en over de instrumenten die daarbij worden gebruikt.
�0 Overzichtsboek Samenscholing.nu
portfolioDe student legt de bewijsstukken van zijn ontwik-
keling vast in een portfolio. Bewijsstukken zijn bijvoor-
beeld verslagen, lessenseries, foto’s en powerpoint
presentaties. Er zijn twee soorten portfolio’s. Het
ontwikkelingsportfolio is een verzameling van relevant
materiaal dat de student heeft gebruikt of gemaakt
en dat zijn ontwikkeling zichtbaar maakt. De student
bouwt aan dit portfolio in samenspraak met zijn
begeleiders op de school en in de opleiding.
Het assessmentportfolio is een selectie uit het ontwik-
kelingsportfolio. Hiermee toont de student aan
welke concrete groei hij heeft doorgemaakt in de
beheersing van zijn competenties. Het gaat hierbij per
definitie om integrale groei. Bij competent handelen
zijn vrijwel altijd meerdere competenties in het spel,
naast vaardigheden, kennis en houding. Het assess-
mentportfolio is een instrument bij de formele beoor-
deling van de ontwikkeling van de student.
de rolverdelingIn de loop van het project zijn er vijf begeleidings-
functies ontwikkeld en deze zijn in de praktijk nader
uitgekristalliseerd. Vanuit de opleiding heeft de
student te maken met de:
• Begeleider in School (BiS)
Iedere student heeft een BiS op de opleiding.
En aan iedere deelnemende school is een BiS
verbonden die structureel overlegt met de student
en zijn coach. De BiS geeft de student individuele
begeleiding en begeleiding in de tutorgroep en
stelt samen met de student het POP op.
• docenten van de helpdesk
Een speciale rol is weggelegd voor de helpdesk van
de lerarenopleiding: hier kan de student terecht
met concrete vragen over vakinhoud en vakdi-
dactiek.
• Regiomanager
Deze bewaakt de kwaliteit van de begeleiding in
een cluster van opleidingsscholen en wordt daarin
bijgestaan door een team van Begeleiders in
School (BiS).
vanuit de school heeft de student te maken met de:
• werkplekcoach
Iedere student heeft een werkplekcoach op school.
Deze ondersteunt de student bij het vertalen van
het POP naar een leerwerkplan, bij de uitvoering
daarvan en bij de reflectie daarop.
• Begeleider op School (BoS) De BoS stuurt alle werkplekcoaches op de school
aan en onderhoudt de relatie met de BiS en regio-
manager van de lerarenopleiding.
‘voor een professionele begeleiding
moeten docenten opnieuw nadenken
over hun eigen competenties.’
wim littooij, voorzitter cvO, Rotterdam, bij
de uitreiking van het werkboek, juni �008
�1
Belangrijk is dat de bij de begeleiding betrokken
medewerkers niet in het luchtledige opereren. De
functies en werkzaamheden moeten stevig zijn
ingebed in zowel het beleid als de organisatie van de
scholen en lerarenopleiding. Samen opleiden betekent
samen verantwoordelijkheid nemen in het begeleiden
van de student. Dat vraagt ook om heldere commu-
nicatielijnen tussen alle betrokkenen en structureel
overleg.
kwaliteit en professionaliseringBegeleiding van studenten is een vak apart. Het is
daarom van belang dat een medewerker bewust
kiest voor deze (neven)functie en zich kwalificeert als
coach. School en opleiding investeren samen in de
kwaliteit van de begeleiding en hebben competen-
tiebeschrijvingen voor de verschillende begeleiders
ontwikkeld.
Met de start van Samenscholing.nu is de lerarenop-
leiding een trainingsprogramma voor coaches gestart.
De training is opgezet analoog aan het leerproces
van de student. Gedurende de training leren de
begeleiders coachingsvaardigheden. Hierbij komen
verschillende aspecten van het coachen aan de orde:
Hoe leer ik een student reflecteren? Hoe daag ik hem
uit? Hoe ga ik om met weerstand? Hoe creëer ik een
effectieve leeromgeving? Hoe bied ik de student
voldoende veiligheid? Belangrijk is dat begeleiders
leren inzien wanneer werksituaties leermomenten zijn
en hoe deze optimaal te benutten. Studenten moeten
daarbij de ruimte krijgen om hun eigen manier te
vinden. In het onderwijs kun je dezelfde dingen
immers op verschillende manieren goed doen. Dat
vraagt een hoge mate van flexibiliteit van de coach.
Daarnaast maakt de coach intensief kennis met
begeleidingsinstrumenten zoals de leercyclus, het
portfolio en het prestatieregister. Ook leert de
begeleider hoe het traject van Samenscholing.nu en
de begeleidingssystematiek in elkaar zit.
‘ de coach moet natuurlijk van
de hoed en de rand weten als
het over het portfolio gaat. hij
kijkt mee met de student en
moet er ook akkoord op geven.
we zijn samen verantwoordelijk
voor dit opleidingstraject. wel
denk ik dat de lerarenopleiding
een voortrekkersrol heeft als
het om de begeleiding bij het
portfolio gaat. wij zijn per slot
eindverantwoordelijk voor de
kwaliteit van de opleiding. daar
worden we ook op afgerekend.’
peter la Fleur, ambassadeur (tegen-
woordig regiomanager Rotterdam)
lerarenopleiding; hogeschool
Rotterdam nieuwsbrief 1/�007
3 BegeleIdIng
�� Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘dat niet alles vooraf in detail
is uitgewerkt maar dat je gaat
bijstellen als je ergens tegenaan
loopt, past bij het uitgangspunt
van competentiegericht leren;
een uitgangspunt dat tevens voor
de begeleiders geldt. de lerende
is eigenaar van zijn leerproces.
teveel willen regelen staat haaks
op de cultuur van Samenscho-
ling.nu.’
gert kruit, begeleider op school (BoS)
bij het citycollege St. Franciscus;
nieuwsbrief 1/�007
�4 Overzichtsboek Samenscholing.nu
�5
4 de leeROmgevIng
´het cOntact met de leeRlIng en het zORgen vOOR een
gOede, veIlIge en gezellIge SFeeR Op SchOOl. dat zIjn
vOOR mIj de BelangRIjkSte aSpecten van het dOcentenvak.
zOwel tIjdenS alS BuIten de leSSen IS het cOntact met de
leeRlIng BelangRIjk. en het maakt nIet uIt OF het daaRBIj
OveR de leS, OveR aaRdRIjkSkunde, OveR pROBlemen
OF juISt Om een gezellIg kletSpRaatje gaat. een gOed
cOntact met je leeRlIngen IS de eeRSte, cRucIale Stap
naaR een gOede dOcent. BIj mIj gaat dat vanzelF Omdat Ik
écht geïnteReSSeeRd Ben Ik mIjn leeRlIngen. het
dOcentSchap IS een Beetje mIjn ´ROepIng´.
annIka wIjnBeRgen, lIO-Student aaRdRIjkSkunde
4 de leeROmgevIng
Scholen zijn in ontwikkelingHet onderwijs is in ontwikkeling en scholen ontwik-
kelen op hun eigen wijze en in hun eigen tempo mee.
Onderwijsvernieuwing kent daardoor vele verschij-
ningsvormen. Dat is ook duidelijk zichtbaar bij de
VO-scholen die participeren in het Samenscholing.
nu-traject. Voor de studenten biedt de grote variatie
aan leeromgevingen een rijke voedingsbodem voor
hun ontwikkeling tot docent. Tegelijkertijd is het lastig
om grip te krijgen op deze variatie, om verschillen te
kunnen herkennen als manifestaties van een ontwik-
keling die in grote lijnen op vrijwel alle scholen
plaatsvindt.
De ambitie van Samenscholing.nu is om studenten
op te leiden voor het onderwijs van morgen. Zij
moeten niet alleen adequaat leren functioneren in
het hier en nu maar ook basiskwaliteiten ontwik-
kelen om bij te dragen aan het continue proces van
onderwijsvernieuwing. In het begin zijn de studenten
waarschijnlijk vooral gericht op de dagelijkse onder-
wijsactiviteiten en zich nog niet bewust van het
grotere geheel. Gaandeweg moeten zij echter leren
zien welke ontwikkelingen schuil gaan achter die
dagelijkse schoolpraktijk en welke inzichten, overwe-
gingen en keuzes daar aan ten grondslag liggen.
Om de studenten te helpen verschillende aspecten
van schoolontwikkeling te herkennen, is er binnen
het project Samenscholing.nu een referentiekader
ontwikkeld waarmee studenten verschillen tussen
opleidingsscholen kunnen typeren.
ReferentiekaderDe vier scenario’s die door de Taakgroep Vernieuwing
Basisvorming in 2003 zijn beschreven, geven enig
houvast. In de praktijk is er echter vaak sprake van
een mix van scenario-onderdelen en dat maakt het
voor studenten weer lastig grip te krijgen op het
ontwikkelingsproces in de school. Ter verduidelijking
van de scenario’s zijn er twee bewegingen te onder-
scheiden waarlangs schoolontwikkeling plaatsvindt:
‘de verschillen tussen scholen worden groter. uit die diversiteit aan
schoolcontexten haalt de student rijke leerervaringen.’
willem vonk, rector citycollege St. Franciscus en lid stuurgroep, bij de uitreiking van
het werkboek juni �008
4 de leeROmgevIng
Samenscholing.nu slaat een brug tussen onderwijspraktijk en opleiding. Bij duaal leren is de praktijk immers een essentieel onderdeel van de opleiding. Het principe van duaal opleiden berust dan ook op the best of both worlds waarbij VO-scholen en lerarenopleiding vanuit hun eigen kracht samenwerken. De vraag is echter hoe de VO-school - waar de core bussiness het opleiden van leerlingen voor vervolgonderwijs is - een leerplek wordt waar studenten zich effectief kunnen ontwikkelen tot bekwame docenten? Hoe bereidt de opleiding studenten voor op de grote variatie aan Rotterdamse schoolcon-texten? Hoe leert de student verschillen in de leeromgeving herkennen en benutten? En - last but not least - hoe verhouden VO-scholen en leraren-opleiding zich als de werkplek een leerplek wordt voor studenten?
�6 Overzichtsboek Samenscholing.nu
1. Het onderwijs verandert van kennisgericht naar
een combinatie van kennis en competentiegericht.
Naast kennis komt er steeds meer aandacht voor
(sociale) vaardigheden, praktische toepassingen,
meningen, morele overtuigingen en ervarings-
kennis.
2. Het onderwijs verschuift van aanbodgericht naar
vraaggericht. Er komen meer vraaggerichte onder-
wijsvormen waarbij de zelfstandigheid en eigen
verantwoordelijkheid van leerlingen gestimuleerd
wordt. Variatie in leeractiviteiten, nieuwe vormen
van begeleiding, leren buiten de school en in
verschillende groepen, zijn exponenten van vraag-
gericht onderwijs.
Deze bewegingen zijn trouwens ook kenmerkend
voor het opleidingsconcept van Samenscholing.nu.
Ook studenten worden competentiegericht opgeleid
met een sterke nadruk op het zelfsturende vermogen.
In het volgende schema kunnen aan de hand van
deze bewegingen die vier scenario’s worden ingepast.
Op basis van dit schema kun je vervolgens
kijken naar:
• Het programma van de leerling (van vakgericht tot
themaprojecten)
• Rol van de docent (van individueel tot in
teamverband)
• Groepering (van klassen tot diverse groepssamen-
stellingen)
• De tijd waarin wordt geleerd (van standaard
lesuren tot variabele lestijd)
• De plek waar wordt geleerd (van in de klas tot
buitenschools)
Gedurende hun opleiding maken de studenten kennis
met ten minste drie verschillende scholen/leeromge-
vingen.
‘een echte scenario 4-school is
melanchthon via in Rotterdam . we
willen studenten van Samenscho-
ling.nu zeker de kans geven een
jaar mee te draaien in deze unieke
omgeving. er wordt bij via niet
alleen gewerkt volgens de nieuwste
onderwijsmethoden, ook is alles
daarop ingericht. dus geen klaslo-
kalen meer maar volop ruimte om in
groepjes te werken, stilteplekken
om je te concentreren en een huis-
kamer om te ontspannen. kortom,
een inspirerende leeromgeving voor
iedere duale student.’
Stephan Rothuizen, Begeleider op School
melanchthon, nieuwsbrief april �007
�7
aanbodsturing
vraagsturing
klassiek kennisbegrip
Breed kennisbegrip
Scenario 1
Afstemming in de
vakken
Scenario 3
Ruimte voor
verschillen in
leergebieden
Scenario 2
Kennis en
vaardigheden in
projecten
Scenario 4
De leerling leert
zelf verantwoor-
delijk te nemen
Schema beweging en posities van schoolontwikkeling
projectenVeel opleidingsscholen binnen Samenscholing.nu
laten leerlingen een deel van de tijd in projecten
werken. Maar het ene project is het andere niet. De
manier waarop projecten zijn vormgegeven op een
school en zijn ingebed in de dagelijkse onderwijs-
praktijk verschilt van school tot school. Projecten zijn
daarom goede casussen om de schoolontwikkeling
mee te typeren. Leerlingen kunnen bijvoorbeeld
binnen het vak geschiedenis aandacht besteden aan
het project WOII onder begeleiding van de vakdocent.
Het kan ook dat een verticale leerlingengroep aan
thema’s werkt waarbij de grenzen tussen de vakken
verdwenen zijn en de begeleiding in handen is van
een docententeam. Om maar eens twee uitersten te
noemen.
4 de leeROmgevIng
�8 Overzichtsboek Samenscholing.nu
Blik op de schoolomgevingIn 2007 gaan de tweede- en derdejaars Samenscholing.nu-studenten aan de slag met de prestatie:
‘Breng je leeromgeving in beeld. De prestatie moet een kort filmpje opleveren over de ontwikkeling op
hun school. Doel is de student inzicht geven in de belangrijkste aspecten van schoolontwikkeling. Weken
werken de studenten aan het filmpje over hun leeromgeving. Ze volgen een workshop over schoolont-
wikkeling en een over filmtechniek. Ze schrijven een draaiboek en een kijkwijzer. Het resultaat toont een
enorme diversiteit aan leerplekken. Maar het is niet alleen het resultaat dat telt. Belangrijker blijkt het
proces dat de studenten doorlopen bij het maken van de film waarbij ze leren met een andere blik naar
hun school te kijken. Wat gebeurt er zoal op die school? Welke onzichtbare processen spelen zich achter
de schermen af? Hoe ervaren leerlingen hun school en hoe ziet de organisatie eruit vanuit het perspectief
van de docenten? Op 16 januari 2008 vindt de grand final plaats met een presentatie van 12 filmpjes in
een bomvolle zaal van Groothandelsgebouw. Een uniek moment in de geschiedenis van Samenscholing.
nu. Naast eerste-, tweede- en derdejaarsstudenten is een groot deel van de bij het project betrokken
medewerkers van de partij. Van coaches en tutoren tot schooldirecties en vertegenwoordigers van
schoolbesturen.
��
‘landelijk bestaat er geen overeen-
stemming over wat een scenario 3-
school is. vaste lessystemen maken
plaats voor flexibel onderwijs. langs
deze lijn ontwikkelen scholen zich a-
synchroon. dat wil zeggen, ze gaan
niet op alle fronten even snel. en
ze doen het allemaal op hun eigen
manier. dat levert dus die enorme
variatie aan verschijningsvormen op,
en dat zie je ook terug op de Samen-
scholing.nu-scholen.’
uit het onderzoek ‘stilstaan bij voortgang’,
nieuwsbrief april �007
Hoe het project er aan ‘de voorkant’ uitziet heeft ook
gevolgen voor hoe het aan ‘de achterkant’ is georga-
niseerd. Hoe werken docenten samen in projecten?
Hoe is het project georganiseerd in de school? Hoe
past het in het onderwijsprogramma?
de student als innovatorHet maakt niet uit in welke ontwikkelingsfase de
opleidingsschool precies zit, zolang de school maar
actief aan schoolontwikkeling werkt en hier bewust
en transparant mee om gaat. Het is voor de student
belangrijk om kennis te maken met de dynamiek
van schoolontwikkeling en in alle openheid vragen
te stellen over de keuzes die de school hierbij
maakt. De school wordt een opleidingsschool als
de student ruimte krijgt om ervaringen op te doen
met het ontwerpen, ontwikkelen en uitvoeren van
onderwijs. Het is daarom van belang dat de student
een volwaardige plaats als collega-in-opleiding heeft
binnen de schoolorganisatie.
De aanwezigheid van Samenscholing.nu-studenten
kan dan zelfs een impuls zijn voor de ontwikkeling van
de school. Immers, de komst van een aantal nieuwe
collega’s in opleiding brengt een hele schoolorga-
nisatie in beweging. Wat gaan ze doen, wie gaat
ze begeleiden, hoe organiseren we dat? Bovendien
komen de studenten gedurende hun opleiding in
aanraking met verschillende onderwijsvormen,
onderwijsinhoud en didactiek en nemen ze de nieuwe
ideeën mee in de school. Zij werken samen met
docenten aan het (her)ontwerpen en ontwikkelen van
onderwijs.
Dat alles is een extra prikkel voor opleidingsscholen.
Zo werken zij actief mee aan het opleiden van
docenten voor morgen.
De lerarenopleiding is hierbij een expertisecentrum die
de studenten voorbereidt op verschillende school-
contexten. Vanuit die rol is er aandacht voor school-
ontwikkeling, scenario’s, verschillende rollen van
docenten in verschillende onderwijsmodellen, werken
met diverse groepen, binnen verschillende leertijden
en op wisselende leerplekken.
30 Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘leeRlIngen IetS mee geven vOOR lateR, nIet alleen Op
het geBIed van nedeRlandS, maaR OOk In algemeen
maatSchappelIjke zIn. dát vInd Ik BelangRIjk. SchOlen
Spelen nu eenmaal een BelangRIjke ROl BIj de OpvOedIng
van kIndeRen en Ik hOOp daaR Op een pOSItIeve manIeR
aan BIj te dRagen en dat ze lateR nOg eenS met een lach
aan mIj teRug denken. Ik heB daaRBIj nOOIt het gevOel
gehad dat Ik een kunStje mOeSt leRen en dat uItvOeRen.
Ik handel vanuIt mIjn IntuïtIe en dat pakt altIjd gOed uIt.
ze zeggen wel eenS: wIe de SchOen paSt, tRekt hem aan. Ik
denk dat OndeRwIjS mIjn SchOen IS.’
SteFanIe pattIpeIluhu, lIO-Student nedeRlandS
31
5 peRSOneelSBeleId5 peRSOneelSBeleId
waarom meedoen?De vraag waarmee het allemaal begint is: waarom wil
de school een opleidingsschool zijn? De ervaring met
Samenscholing.nu leert dat er door de bank genomen
vier beweegredenen kunnen zijn:
1. een kwantitatieve behoefte. Vrijwel alle scholen
worstelen met een (dreigend) tekort aan bevoegd
personeel. In die context bekijken zij of en hoe
bepaalde onderwijstaken uitgevoerd kunnen
worden door (nog) niet bevoegde medewerkers.
Bijvoorbeeld door duale studenten.
2. een kwalitatieve behoefte. Door Samenscholing.
nu-studenten in huis te halen krijgt de school
invloed op de inhoud van de opleiding. De samen-
werking met de lerarenopleiding geeft scholen de
mogelijkheid die kwaliteiten kweken waaraan de
onderwijspraktijk behoefte heeft.
3. behoefte aan variatie: Door duale studenten in
huis te halen komt er meer differentiatie in de
leeftijdsopbouw van het docententeam. Maar dat
niet alleen: een duale student brengt frisse ideeën
mee en zorgt voor een innovatieve wind. Voor
veel scholen is dat een impuls om te werken aan
schoolontwikkeling.
4. behoefte aan diversiteit: Samenscholing.nu leidt
studenten op voor de Rotterdamse onderwijsmarkt
die een zeer divers karakter heeft. De studenten
maken uitgebreid kennis met deze diversiteit
en zijn aan het eind van de rit inzetbaar over de
volle breedte van het Rotterdamse onderwijsveld.
Bovendien kunnen de scholen tijdens de opleiding
onderzoeken of er een klik is met een bepaalde
student.
van school tot opleidingsschoolWil een school participeren in het opleidingstraject
van Samenscholing.nu dan vraagt dat om een
aanpassing binnen de personele organisatie. Niet
alleen om de studenten op een goede manier in te
passen maar ook om de student de begeleiding te
Samenscholing.nu. dat is werken en leren tegelijk en meteen het eerste
jaar gaan verdienen. en dat is ook een laptop krijgen. toch blijkt dat voor
geen van de studenten een reden te zijn om voor deze opleidingsvariant
te kiezen. wel is het een aardige bijkomstigheid.
In nieuwsbrief december �006
5 peRSOneelSBeleId
Een duale student is geen stagiair maar een medewerker met een (tijdelijk) arbeidscontract. De student moet geworven, geselecteerd en geplaatst worden. Dat confronteert de opleidingsschool met vragen als: wat hebben wij deze werknemer-student te bieden en wat mogen we van hem/haar verwachten? Welke taken kunnen we bij zo’n functie onderbrengen en zijn die wel leerzaam genoeg? Waar plaatsen we zo’n medewerker in ons functie-bouwwerk? En hoe organiseren we de begeleiding van deze collega’s-in-opleiding binnen ons personeels-beleid?
3� Overzichtsboek Samenscholing.nu
kunnen bieden die hij nodig heeft. Werken met duale
studenten vergt een professionele begeleidings-
structuur. Een opleidingsschool moet medewerkers
vrijmaken voor begeleidingstaken en ervoor zorgen
dat deze medewerkers kwalitatief zijn toegerust
voor het coachen van studenten. Het is belangrijk de
functies van student, coach en BoS te benoemen in
het functiebouwwerk. Op die manier zijn de taken
en functies geformaliseerd en dit dwingt de school
hier serieus mee om te gaan. Het invoeren van een
dergelijke vorm van functiedifferentiatie vergroot
bovendien de horizontale carrièremogelijkheden
binnen de school. Scholen die hun opleidingstaak op
deze manier integreren in het personeelsbeleid zetten
de aanwezige begeleidingscapaciteit vaak breder
in. Bijvoorbeeld voor het begeleiden van nieuwe
docenten of docenten die het moeilijk hebben.
Een aspect waar de school zeker ook rekening mee
moet houden, is dat er in het functiebouwwerk ruimte
is voor inschaling van duale studenten op verschil-
lende niveaus (bijvoorbeeld assisterend en basis). De
studenten groeien immers gedurende hun opleiding
in verantwoordelijkheid en zelfstandigheid. Het
prestatieregister biedt een goed houvast bij de vraag
welke taken de student in welke fase van zijn ontwik-
keling kan uitvoeren op de school. Het vinden van de
juiste balans tussen de student effectief inzetten als
werknemer en hem de ruimte en faciliteiten te bieden
om te leren, was voor de meeste scholen een hele
zoektocht. Gedeeltelijk is dat een aangelegenheid
waar elke school zijn eigen weg in moet vinden. Maar
het is ook belangrijk dat de deelnemende scholen
zich houden aan de algemene uitgangspunten van
de leerarbeidsovereenkomst, inschaling en overige
arbeidsvoorwaarden. Dat schept helderheid voor alle
betrokken partijen.
van werving tot benoemingDe VO-scholen spelen zelf een actieve rol in het
werven van potentiële kandidaten voor het oplei-
dingstraject van Samenscholing.nu. Zij kunnen in
eigen vijver vissen, wervingscampagnes initiëren en
hun eigen netwerken mobiliseren. Uiteraard heeft de
lerarenopleiding eveneens een belangrijke taak bij het
werven van nieuwe studenten.
‘de leerwerkovereenkomst en de
plek op de loonlijst zorgen ervoor
dat ik er bij hoor en ik de weder-
zijdse verantwoordelijkheden ken.’
Student wiskunde, bij uitreiking werkboek
juni �008
33
‘door de student in verschillende scholen te laten werken, wordt de
veelzijdigheid en de uitdagendheid van het (Rotterdamse) onderwijs
ervaren, zodat de student van meerdere markten thuis is.’
christa thoolen, rector thorbecke vO en lid stuurgroep, Rotterdam, bij de uitreiking
van het werkboek juni �008.
Studenten die kiezen voor de lerarenopleiding
doorlopen een introductieprogramma. Tijdens dit
programma maken zij kennis met het duale traject.
Geïnteresseerden stellen een cv op, schrijven een
motivatie en een zelfportret. Vervolgens worden zij al
dan niet geselecteerd voor het duale traject op basis
van een intakegesprek. Belangrijke selectiecriteria
zijn: communicatieve kwaliteiten, beheersing van de
Nederlandse taal, proactieve houding en voldoende
motivatie.
Samenscholing.nu is geen opleiding voor passieve
studenten die wachten op pasklare opdrachten.
Het hele traject vraagt om studenten die actief en
bewust bezig zijn met hun eigen ontwikkeling tot
docent. Ook is duidelijk geworden dat de belasting
van de Samenscholing.nu-student relatief hoog is ten
opzichte van de reguliere voltijdse opleiding. Deze
opleiding vraagt dus relatief veel van studenten. Daar
staat tegenover dat het rendement van de opleiding
relatief hoog is en de uitval relatief laag.
Na selectie volgt het matchen met een opleidings-
school. Een lastig proces omdat er diverse wensen
van verschillende partijen meewegen. Scholen en
studenten kunnen hun wensen kenbaar maken en
daarnaast gelden criteria als hoeveel coachkracht kan
de school bieden en hoeveel werkplekken heeft de
school. Een mogelijke match leidt tot een sollicitatie-
gesprek en, als de partijen dat overeenkomen, tot het
tekenen van een leerarbeidsovereenkomst.
Daarin staan de arbeidsvoorwaarden en rechten
en plichten van de duale student. Na diplomering
hebben de studenten een baangarantie bij een van de
drie deelnemende schoolbesturen.
5 peRSOneelSBeleId
34 Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘we hebben ontdekt dat veel
studenten het gevaar lopen
opgeslokt te worden door de
drukte van alledag en alleen
maar de dingen doen waar ze
toch al goed in zijn. Om dat te
voorkomen is een gedetail-
leerde leerlijn voor het docent-
schap en een online register
met leertaken (prestaties)
ontwikkeld. er staan nu ruim
300 prestaties in, bedacht in
samenwerking met de scholen
en de opleiding. door prestaties
uit te voeren die passen bij jouw
persoonlijke ontwikkelplan, kun
je aantonen hoever je bent in de
ontwikkeling van je competen-
ties. we hopen dat studenten
hiermee steeds meer in charge
komen van hun eigen ontwikke-
ling.’
luc Sluijsmans, projectleiding Samen-
scholing.nu, nieuwsbrief april �00�
36 Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘alS dOcent mOet je het natuuRlIjk leuk vInden Om met
menSen te weRken. plezIeR In je weRk, enthOuSIaSme
zIjn OnmISBaaR In dIt vak. maaR je mOet OOk duIdelIjk en
cOnSequent kunnen zIjn. je leeRlIngen laten zIen waaR de
gRenzen lIggen. en ze BInnen dIe gRenzen vRIjheId kunnen
geven. alS je dat allemaal BeheeRSt dan heB je alS dOcent
een SOlIde BaSIS. peRSOOnlIjk vOnd Ik het vRIj laStIg Om
dat OndeR de knIe te kRIjgen. weInIg menSen heBBen dat van
natuRe In huIS. je leeRt van je eRvaRIngen vOOR de klaS en
van de ReFlectIe daaROp. BInnen SamenSchOlIng.nu heB Ik
daaR RuImSchOOtS de gelegenheId tOe gehad.’
gIjSBeRt kRuIt, lIO-Student aaRdRIjkSkunde
37
6 StuRIng6 StuRIng
Het bijeenhouden van het netwerk van de drie school-
besturen en de lerarenopleiding van de Hogeschool
Rotterdam, bleek niet alleen lastig door de natuur-
lijke neiging om een eigen invulling te geven aan
dat wat overeengekomen is. Ook wisselingen in het
management in scholen en opleiding bemoeilijkte
het samen optrekken, zeker in het begin. Dat zijn
natuurlijk volstrekt logische gebeurtenissen in een
samenwerkingsstructuur van dergelijke omvang en
duur. Sturing bestaat voor een groot gedeelte uit het
steeds opnieuw samen vaststellen van de koers, in
contact blijven met elkaar, interpretaties toetsen en
iedereen steeds opnieuw ‘bij de les’ houden.
gesamtkunstwerkDe duale opleiding wordt verzorgd binnen een
netwerk van drie schoolbesturen BOOR, CVO en
LMC (met ieder een viertal deelnemende opleidings-
scholen) en de tweedegraads lerarenopleiding van de
Hogeschool Rotterdam. Dat is een bewuste keuze.
Het netwerk staat garant voor diversiteit, capaciteit,
investeringsvermogen, kwaliteit, richt zich op de
Rotterdamse onderwijssituatie en deelt het zelfde
belang: voldoende bevoegde en bekwame docenten
voor het VO in Rotterdam. Maar elk voordeel brengt
ook een nadeel mee, of liever een extra uitdaging:
de VO-scholen verschillen onderling sterk van elkaar
en de positie van de lerarenopleiding is anders dan
die van de scholen. De lerarenopleiding is immers
wettelijk eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van
de opleiding. Sturing is erop gericht dat scholen en
opleiding hun eigen rol en verantwoordelijkheid
vinden en nemen. Het gaat daarbij om de balans
tussen het genereren van betrokkenheid en het regis-
seren van een ‘Gesamtkunstwerk’.
Bij alle betrokken partijen hebben zich globaal drie
processen afgespeeld (die nog steeds gaande zijn):
een proces van vernieuwing, een organisatieproces en
een motivatieproces.
‘Samen Opleiden kan niet zonder een optimaal partnership tussen de
betrokken organisaties.’
Roel vijn, rector comenius college en lid stuurgroep, capelle a/d Ijssel bij uitgave
werkboek juni �008
6 StuRIng
Het sturen van een omvangrijk, meerjarig en complex project als Samenscholing.nu is geen eenvoudige klus. Dat zal niemand verbazen. Gedurende de vijf projectjaren bleek de grootste uitdaging te liggen in het gezamenlijk optrekken in een volhardend tempo en met eenzelfde doel voor ogen. Dat is gelukt dankzij de inspanning van alle betrokken partijen die, ondanks hun eigen perspectief en belang, de wil hadden om gericht te blijven op de gezamen-lijke doelstelling: het opzetten van een duaal opleidingstraject waarbij scholen en opleiding samen verant-woordelijkheid nemen.
38 Overzichtsboek Samenscholing.nu
De school is de eenheid van verandering. In de
praktijk zie je dat scholen zich in een verschillend
tempo ontwikkelen. Er moet in de aansturing ruimte
zijn voor deze verschillen, zolang iedereen maar op de
doelen georiënteerd blijven.
Veel tijd hebben de betrokkenen geïnvesteerd in het
motivatieproces en het organiseren van de samen-
werking. Terugkijkend is Samenscholing.nu ook een
aaneenschakeling geweest van themamiddagen,
bijeenkomsten, overlegvormen en bezoeken over en
weer.
Rollen en takenDe aansturing van Samenscholing.nu vond en vindt
plaats op drie niveaus:
Strategisch
Bij de start van het project is er een stuurgroep gefor-
meerd bestaande uit vertegenwoordigers van de drie
deelnemende schoolbesturen BOOR, CVO en LMC en
de lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam.
Leden van de stuurgroep zijn bestuursleden, de regio-
manager en rectoren/directies. Hun taak is het op
koers houden van het hele samenwerkingsverband.
Zij sturen op grote lijnen vanuit een langetermijn-
perspectief. De besluitvorming in de stuurgroep is
gebaseerd op gelijkwaardigheid van de vier partners.
De directies van deelnemende scholen voorzien de
stuurgroep van relevante informatie over het verloop
van het proces in de scholen, en de knelpunten en
kansen die zich voordoen.
De stuurgroep is tevens verantwoordelijk voor het
werven en beheren van de financiële middelen,
is gesprekspartner voor OC&W en de gemeente
Rotterdam en stuurt de projectleiding aan.
Een wat onderbelichte plek in de sturing is de laag
van de locatiedirecteuren. De deelnemende scholen
hebben bijna allemaal verschillende locaties die
min of meer als zelfstandige eenheden opereren. In
de praktijk bleek dat deze laag niet altijd tijdig en
voldoende geïnformeerd te zijn over relevante ontwik-
kelingen. Een punt van aandacht voor de toekomst,
want hun betrokkenheid is cruciaal voor de kwaliteit
van het samen opleiden.
‘Samenscholing.nu is uitgegroeid
tot een organieke structuur die met
de inzet van velen al vier jaar lang
draaiende wordt gehouden. daar
mogen we trots op zijn. en daar-
naast hebben we ook nog eens kans
gezien om een prestatieregister, een
Rotterdams docentenprofiel, een
nieuw curriculum en een uitgebreid
werkboek te ontwikkelen.’
wim littooij, bestuursvoorzitter cvO
en voorzitter van de stuurgroep
Samenscholing.nu, nieuwsbrief april �00�
3�
6 StuRIng
40 Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘Ik ben er trots op dat de drie
grote Rotterdamse schoolbe-
sturen en de lerarenopleiding
van de hogeschool Rotterdam
dit project gezamenlijk tot stand
hebben gebracht. In een klimaat
waarin de interbestuurlijke rela-
ties niet altijd optimaal zijn.
gelukkig zijn we met dit project
in staat geweest om op de inhoud
te gaan zitten.’
christa thoolen, rector thorbecke vO
en lid stuurgroep, nieuwsbrief april �00�
‘dit project heeft wel iets weg van een kluwen draad waarbij het onze rol
is om al die draadjes aan elkaar te knopen. we zijn voortdurend bezig
om ontwikkelingen, resultaten en mensen met elkaar te verbinden. ‘we
connect people’
Remy van kasteren, projectleiding; nieuwsbrief 4/�006
tactisch
Op tactisch niveau vormen de BoS en de BiS een
belangrijke schakel tussen de deelnemende VO-
scholen en de lerarenopleiding. In de scholen wordt
de opleiding meestal verzorgd door een docen-
tenteam dat verantwoordelijk is voor de coaching
van de studenten. De BoS heeft hierin een overkoe-
pelende functie en stuurt zowel het docententeam
als het studententeam aan. Het is belangrijk dat de
functie van BoS stevig verankerd is in de personele
organisatie van de school. Hetzelfde geldt voor de
BiS binnen de lerarenopleiding. Binnen de leraren-
opleiding wordt Samenscholing.nu uitgevoerd door
een projectgroep. Hierbinnen vervullen de BiS en de
regiomanager van Rotterdam een sleutelrol. De BiS
en de regiomanager zijn vanuit de opleiding frequent
aanwezig op de scholen.
Operationeel
De coaches en de studenten vormen de operationele
laag in de sturing van het project. Studenten sturen
hun eigen ontwikkeling. Eerst nog onder begeleiding
van de coach maar steeds meer onder eigen regie.
De coaches sturen zowel op de inhoudelijke kant als
op de proceskant van deze ontwikkeling. Uiteraard
spelen ook de betrokken vakdocenten hierbij een
belangrijke rol.
Spin in het webDe coördinatie over het hele project is vijf jaar lang in
handen geweest van de projectleiding en gedurende
deze tijd gericht geweest op de overdracht van
het spreekwoordelijke stokje aan de rechtmatige
eigenaren. De ervaring leert dat er een bindend
element moet zijn die het netwerk bijeen houdt en
de neuzen gericht houdt op het doel van de onder-
neming.
Nu het project overgaat in een reguliere opleidings-
structuur zal een coördinatieteam bestaande uit
leden van het scholenveld en de regiomanager van
de lerarenopleiding de algehele coördinatie op zich
nemen. De regiomanager onderhoudt vanuit de
lerarenopleiding de contacten met de deelnemende
VO-scholen in de regio Rotterdam-Rijnmond. Het
streven is dat er binnen deze regionale constructie op
een uniforme manier wordt gewerkt en dat kansen en
knelpunten regionaal worden opgepakt. Het coördi-
natieteam zal daarbij fungeren als spin in het web.
4� Overzichtsboek Samenscholing.nu
‘het BelangRIjkSte van het dOcentenvak? de leeRlIngen!
alS je gOed cOntact met de leeRlIngen heBt IS dIt echt de
leukSte Baan van de weReld. dan kRIjg je zOveel pOSItIeve
eneRgIe van hen. het kan natuuRlIjk OOk pRecIeS de
andeRe kant Op. SOmS kOm Ik echt dOOd thuIS. gelukkIg
hOeF Ik meeStal nIet veel mOeIte te dOen vOOR een gOed
cOntact, dat gaat autOmatISch. maaR StRuctuuR
aanhOuden In de leSSen en ORganISatORISche zaken gOed
Regelen... daaR kan Ik nOg een hOOp In BIjleRen’
tISa de jOng, lIO-Student maatSchappIjleeR
43
7 FInancIën7 FInancIën
kosten & batenMet de financiering van Samenscholing.nu zijn een
aantal kostenposten gemoeid:
de leerwerkvergoeding van de student
Studenten zijn gedeeltelijk werknemers op grond van
hun leerarbeidsovereenkomst. Zij hebben dus recht
op leerwerkvergoeding. De duale studenten worden
ingeschaald in de bestaande CAO. De inschaling - en
dus de betaling – veranderd met de groei van de
student naar meer zelfstandigheid en verantwoorde-
lijkheid. Duaal student is geen officiële functie in de
school en daarom wordt de student voor jaar 1, 2 en
3 ingeschaald als onderwijsassistent. Na het behalen
van het assessment LIO-bekwaam wordt de student
ingeschaald als LB.
de begeleidingsuren (de coaches)
De school zet docenten in als coach. Deze docenten
moeten ook worden bijgeschoold om hen toe te
rusten voor de veelal nieuwe taak. Bovendien moeten
de uren van de coach worden betaald.
de interne coördinatie in de school (de BoS)
In de loop van de tijd neemt het aantal studenten op
school toe. Ook het aantal coaches groeit daarmee
evenredig. Dat vergt binnen de school een interne
coördinatie in de vorm van een BoS. Ook de BoS-uren
moeten worden betaald.
de bijdrage aan de algehele coördinatie
(overhead)
Deelname aan het samenwerkingsverband vraagt
samenwerking en overleg. Het netwerk zelf moet
gecoördineerd worden. Aan de kosten daarvan
dragen alle partijen naar rato bij.
‘een jaarlijks terugkerende uitdaging was het rond krijgen van de finan-
ciering. dat heeft ons elk jaar weer veel hoofdbrekens, tijd en energie
gekost. en toch mogen we uiteindelijk niet klagen, want we hebben het
elk jaar voor elkaar gekregen.’
wim littooij, bestuursvoorzitter cvO en voorzitter van de stuurgroep
Samenscholing.nu, nieuwsbrief april �00�
7 FInancIën
Als het over geld gaat is de hamvraag natuurlijk: Wat kost het en wie betaalt dat? Wie betaalt het salaris van de studenten, de uren en het opleidingstraject van de coaches en wie de projectleiding? Wat betaalt de school zelf en wat komt voor rekening van de lerarenopleiding? Wat zijn de subsidiemogelijkheden en zijn gemeente en rijk bereidt om een duit in het zakje te doen? Gedurende de projectjaren 2004 - 2009 is het gelukt om de bulk van de (ontwikkel)kosten te dekken met subsidiegelden (€ 4,5 miljoen subsidie). Ook de scholen en opleiding investeerde flink in het project (€ 3,6 miljoen eigen inves-tering). Dan kon en kan want de aanwezigheid van leerwerkstudenten levert de school ook wat op.
44 Overzichtsboek Samenscholing.nu
Op basis van 10 studenten bedraagt de totale inves-
tering (leerwerkvergoeding studenten, coaching, inzet
BoS en overhead) circa € 90.000,-.
Een groot deel van het benodigde geld kwam
gedurende de looptijd van het project van OC&W
en van de gemeente Rotterdam. Nu deze subsidie
vanaf het schooljaar 2009-2010 wegvalt, is de vraag
veeleer: wat kost het, wat levert het op en wat
hebben we er voor over?
Op welke manier is de financiering van het opleiden
van duale studenten structureel betaalbaar door de
deelnemende partijen?
In april 2009 heeft staatssecretaris Van Bijster-
veldt een nieuwe regeling voor opleidingsscholen
gepubliceerd. De regeling houdt onder andere in
dat extra subsidiering voor opleiden in de school
(OidS) beschikbaar is onder bepaalde voorwaarden.
De aanvraag daarvoor is ingediend bij de NVAO. In
december 2009 valt de beslissing of het partnerschap
Samenscholing.nu structureel financiële onder-
steuning krijgt vanuit het rijk.
Ook is er een tegemoetkoming mogelijk voor oplei-
dingsscholen vanuit de subsidie risicoregeling 2008-
2011. Het Platform Onderwijsarbeidsmarkt Rotterdam
financiert op basis van 12 opleidingsscholen in de
regio Rotterdam en 125 studenten in 2009-2010 en
2010-2011 vanuit het plan Rotterdam boeit, bindt,
bouwt en borgt een aantal uren (zie: www.rbbbb.nl).
‘na dit jaar stopt de subsidie vanuit
jeugd, Opvoeding en Samenleving
(jOS) van de gemeente Rotterdam.
vanaf �00�-�010 moet de opleiding
worden ingebed in de eigen school-
structuur. dat wordt echt de uitda-
ging van de deelnemende scholen.
als de projectfinanciering wegvalt,
moeten de scholen op zoek naar
andere geldstromen. de meeste
scholen kunnen het niet uit eigen
middelen betalen. Om nieuwe geld-
bronnen aan te boren is het van
belang dat het samenwerkingsver-
band stevig overeind blijft. duaal
opleiden staat hoog op de agenda
en er zijn middelen voor, dus er zijn
vast mogelijkheden voor externe
financiering.’
Ineke ginjaar, Stedelijk team jOS en advi-
seur over subsidie voor Samenscholing.nu,
nieuwsbrief december �008
45
de ervaringen van het project Samenscholing.nu in �004-�00�
Samenscholing.nu
Samenscholing.nu - een duaal opleidingsconcept
voor de Rotterdamse context - is een samenwerkings-
verband tussen drie Rotterdamse schoolbesturen VO
(BOOR, LMC, CVO) en de tweedegraads lerarenop-
leiding van de Hogeschool Rotterdam.
algemeen
Het project Samenscholing.nu investeerde in de
periode 2004-2009 samen met twaalf scholen
voor voortgezet onderwijs in een duale opleiding
voor tweedegraadsstudenten van de Hogeschool
Rotterdam. De lerarenopleiding en scholen werkten
intensief samen om het curriculum voor de duaal
student te flexibiliseren. Opleiding en scholen
brachten samen met de Stichting Leerplan Ontwik-
keling (SLO) de structuur van de kennisbasis in kaart.
Samen met het Ruud de Moor Centrum van de Open
Universiteit bouwen de opleiding en scholen aan een
digitaal register met kwalitatief goede leertaken voor
studenten die werken en leren in de school. In het
samenwerkingsverband professionaliseren docenten
zich tot vakcoach en Begeleider en Opleider op School
(BOS).
In juli 2009 is het project Samenscholing.nu onder
dezelfde naam over gegaan naar een structurele
structuur in de vorm van een partnerschap ‘Opleiden
in de School’.
Specificatie van de opbrengst
websites:
www.samenscholing.nu | www.prestatieregister.nl
Informatiebulletins:
juli 2005, oktober 2005, januari 2006, april 2006, juni
2006, oktober 2006, januari 2007, april 2007, juni
2007, december 2007, april 2008, december 2008 en
maart 2009
Boekjes:
Jaarlijkse folder: Samenscholing.nu, een uniek duaal
traject voor Rotterdam
Werkboek: met 7 werkdocumenten
Slotboekje: 5 jaar bouwen aan Opleiden in de School
in het Rotterdamse voorgezet onderwijs
artikel:
MESO Magazine 164, februari 2009: over de imple-
mentatie van Samenscholing.nu
landelijke presentaties:
VELON-congres november 2006
VO-raadcongres april 2008
VELOV-congres februari 2009
Samenscholing.nu in cijfers
- 371 personen zijn direct betrokkenen bij het
project (van student tot stuurgroeplid)
- 89 docenten hebben gewerkt in de rol van ontwik-
kelaar van het prestatieregister
- 7 stuurgroepleden hielden het project de
afgelopen vijf jaar op koers
- 14 docenten werken in de rol van BOS
- 112 docenten werken in de rol van coach
- 72 coaches zijn gecertificeerd als coach binnen
Samenscholing.nu
- 12 opleidingsscholen doen mee aan Samen-
scholing.nu
- 30 eerstejaars zijn nu in dienst van scholen
- 40 tweedejaars zijn nu in dienst van scholen
- 40 derdejaars zijn nu in dienst van scholen
- 13 vierdejaars zijn vanaf het nieuwe schooljaar in
vaste dienst van de opleidingscholen
- 54 stuurgroepvergaderingen vonden plaats
- 21 productgroepmiddagen
- 320 leertaken zijn ontwikkeld
- 16 studie- en themabijeenkomsten
- 29 begeleidingsgroepbijeenkomsten voor de
BIS/BOS/regiomanager
- 4 FTE per jaar extra inzet in de projectperiode
vanuit de lerarenopleiding met betrekking tot
Opleiden in de School in de regio Rotterdam
- € 8,1 miljoen aan totale projectkosten (€ 3,6
miljoen eigen investering, € 4,5 miljoen subsidie)
wat deed Samenscholing.nu ook alweer?
het samenwerkingsverband van scholen en
opleiding:
- gaf het concept Opleiden in de School in
Rotterdam handen en voeten in de periode
2004-2009
- stelde daarvoor een projectplan: ‘Samenwerken
met perspectief’ op
SamenvattIng
46 Overzichtsboek Samenscholing.nu
- ondertekende een convenant voor de periode
2004-2009
- schreef het visiestuk: de Grondslag van
Samenscholing.nu
- gaf het Rotterdamse profiel smoel
- implementeerde de leerwerkcyclus op 12 scholen
- stelde een eigen keurmerk op voor OidS van 21
kwaliteitskenmerken
- werkte de competenties en gedragsindicatoren
voor het docentschap uit
- bedacht het prestatieconcept om vraaggerichter te
kunnen werken
- werkte de assessmentprocedure uit
- zorgde ervoor dat het duale programma in de
studiegids werd opgenomen
- bracht de kennisbasis van de vak- en leergebieden
tweedegraadsgebied in kaart
- vulde een digitale database met leertaken
voor duale studenten en noemde het ‘het
prestatieregister’
- stelde leerlijnen voor het docentschap op om
studenten beter te volgen, te begeleiden en te
beoordelen
- stelde competentieprofielen op voor de coach, bos,
bis en regiomanager
- introduceerde de rol van de BIS in de scholen
- initieerde intervisiebijeenkomsten op school
- bracht de fase van schoolontwikkeling per
opleidingsschool in kaart
- liet studenten hun leeromgeving filmen en het
beeld delen met andere studenten
- legde een wervingsprocedure en selectie-
gesprekken vast
- ontwierp een matchingsprocedure
- schreef evaluatierapporten en projectplannen om
subsidie te ontvangen
- stelde onderzoeksvragen ten behoeve van het
structureel verankeren van OidS op
- sloot een projectuitvoeringsovereenkomst met een
transparante begroting en eindafrekening
- legde resultaten vast aan de hand van zeven
werkdocumenten
- deed een aanvraag om het samenwerkingsverband
van structureel geld te voorzien.
- verhoogde de opleidingskwaliteit- en capaciteit
van de twaalf VO-scholen
- intensiveerde de samenwerking tussen de leraren-
opleiding en het scholenveld
- zette acteurs in om zo de coaches te leren omgaan
met kritische situaties
- professionaliseerde docenten in begeleiden en
beoordelen van studenten
47
Stuurgroep
Wim Littooij, voorzitter stuurgroep Samenscholing.nu
Christa Thoolen, namens BOOR Bestuur Openbaar
Onderwijs Rotterdam
Roel Vijn, namens CVO Vereniging voor Christelijk
Voortgezet Onderwijs in Rotterdam
Willem Vonk, namens LMC het bestuur van
bijzondere of katholieke scholen in Rotterdam
Hans van der Moolen, directeur Instituut voor de
Lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam
Peter la Fleur, lid managementteam tweedegraads
lerarenopleiding van de Hogeschool Rotterdam
José Hofman, beleidsmedewerkster CVO, financieel
beheer
Opleidingsscholen Samenscholing.nu:
Calvijn
Citycollege St. Franciscus
Comenius College
Farelcollege
Libanon Lyceum
Melanchthon
Nieuw-Zuid
NOVA college
Thorbecke VO
Unie Noord
Wolfert van Borselen
Zuiderparkcollege
Begeleidings-, trainings- en ontwerpgroep
periode �004-�00�
Elles Meijer, Calvijn
Ger Matthijs, Citycollege St. Franciscus
Gert Kruit, Citycollege St. Franciscus
Jan Roelevink, Comenius College
Annie ten Cate, Farelcollege
Stephan Rothuizen, Melanchthon
Theo Groenendijk, Melanchthon
Bert de Boer, Nieuw Zuid
Marcel Boer, NOVA College
Carina Schlamp, Thorbecke VO
Tjeerd Braaksma, Unie Noord
Elly Hanse, Wolfert van Borselen
Taco Warmels, Zuiderparkcollege
Margreet ter Hofstede, Libanon Lyceum
Ans Sillen, Hogeschool Rotterdam
Claire Ohlenschlager, Hogeschool Rotterdam
Claudia Manetsgruber, Hogeschool Rotterdam
Cornelia Wallien, Hogeschool Rotterdam
Erik van Caem, Hogeschool Rotterdam
Gerdien Visser, Hogeschool Rotterdam
Inge Heere, Hogeschool Rotterdam
Jaap van Elst, Hogeschool Rotterdam
Janneke Verloop, Hogeschool Rotterdam
Jeanine Hoogerland, Hogeschool Rotterdam
Michel Panis, Hogeschool Rotterdam
Michèle Hollander, Hogeschool Rotterdam
Mirna van der Hoeven, Hogeschool Rotterdam
Nelleke de Puit, Hogeschool Rotterdam
Paul Cappendijk, Hogeschool Rotterdam
Peter la Fleur, Hogeschool Rotterdam
Vacek Broz, Hogeschool Rotterdam
projectleiding
Herman Hermans, RCSVO
Luc Sluijsmans, Diephuis & Van Kasteren
Remy van Kasteren, Diephuis & Van Kasteren
cOlOFOn
48 Overzichtsboek Samenscholing.nu
veel dank en succesde lijst met direct en indirect betrok-
kenen die in de afgelopen vijf jaar
hun steentje hebben bijdragen aan
het professioneel opleiden, bege-
leiden en beoordelen van studenten
van de lerarenopleiding is te lang
om hier te vermelden. de stuurgroep
en projectleiding bedanken dan ook
langs deze weg alle rectoren, loca-
tieleiders, productgroepleden, trai-
ners, BISSen en BOSSen, coaches
en uiteraard de studenten voor
hun inzet in de periode �004-�00�.
zij wensen alle betrokkenen veel
succes en wijsheid bij het verder
bouwen aan het Opleiden in de
School in het Rotterdamse voort-
gezet onderwijs.
Top Related