XKEVEK Tusseü/V - Tussen Vecht en Eem · • Bevorderen van de belangstelling voor en de kennis...

36
1‘ K /- \XKEVEK Tusseü/V ■Str ■ ' -' if r x : . Vf/ft/sru" ,.Sy M ts tïtf**** ' r ti'. i_ x :m * X -*•. psfiÉF#\ * « \ S ilo c A 5 S « S & liw %' »4 * V' 'iv --• ■ S \.’ . g& t ■**’ '*: K IM’ i iönOi l"ï:«lip v •» ^*«ÈÉ J wVT t/**^P#*" '^m m :I Jb>r0yï W?M I mm -.i- mr

Transcript of XKEVEK Tusseü/V - Tussen Vecht en Eem · • Bevorderen van de belangstelling voor en de kennis...

1 ‘ K / -\ X K E V E K

Tusseü/V

■Str ■ ' -'if r x: . V f/f t/s ru ",.Sy

M t s■ tïtf**** ' r ti'. i_

x : m* X -*•. p s f iÉ F # \

* « \ S i l oc A 5 S «

S & liw% ' »4 * V' 'iv --• ■S \ . ’ .

g& t ■**’'*:K IM ’i

iönOi

l"ï:«lipv •» ^ * « È É

J w VTt /**^P#*"

'^ m m : IJb>r0yï

W?M

I

m m

- . i -

m r

Stichting ’Tussen Vecht en Eem’

Doelstellingen

• Bevorderen van de belangstelling voor en de kennisvan het Gooi en omgeving in historisch perspectief.

• Het behoud van waardevolle terreinen, gebouwen ofvoorwerpen in deze regio.

• Het bevorderen van samenwerking tussen organisatiesdie zich met het bovenstaande bezighouden.

Hoe bereikt TVE haar doelstellingen

• TVE geeft, tezamen met de Vereniging van Vriendenvan het Gooi, een 4x per jaar verschijnend tijdschriftuit.

• TVE geeft ook andere publicaties uit, zoals historischewandel- en fietsfolders en bereidt een serie publicatiesvoor: de ’Gooise Historische Reeks’.

• TVE onderneemt allerlei acties om cultuur- of natuur­historisch waardevolle zaken te behouden.

• Iedere 10e van de maand een informele bijeenkomst inde Turfloods te Naarden, de z.g.n. ’tiende kout’.

• Jaarlijkse Open dag.• Tentoonstellingen, lezingen, bijeenkomsten, excursies.• Jaarlijkse Cursus Gooise Historie.• Steun bij historisch onderzoek, studie en activiteiten.• TVE streeft naar het totstandkomen van een Streek­

archief en Streekmuseum.

Organisatie

Binnen het Algemeen Bestuur (AB) van TVE zijn ca. 25lokale en regionale organisaties op historisch enaanverwant gebied vertegenwoordigd. Voorts kent hetAB leden die daarin op persoonlijke titel zitting hebben.Uit en door het AB is een Dagelijks Bestuur gekozen datop dit moment uit 5 personen bestaat.

Historie

TVE is opgericht op 22 mei 1970. TVE vormt echter infeite de voortzetting van de in 1934 opgerichte Stichting’Museum voor het Gooi en omstreken’, later Verenigingvan Vrienden van het Goois Museum, welke in 1969werd opgeheven en waarvan de bezittingen zijn onder­gebracht in de historische afdeling van het CultureelCentrum de Vaart in Hilversum.

Dagelijks bestuur

voorzitterMr. W.G.M. Cerutti, J.P. Coenstraat 77, 1215 KPHilversum, 035-19471secretarisMr. D.C.J. Bakker, Brinklaan 18b, 1404 ET Bussum,02159-12846penningmeesterK. Kool, Jagerspad 31, 1251 ZW Laren, 02153-15680ledenE. A.M. Scheltema-Vriesendorp, Turfpoortstraat 39,1411 EE Naarden, 02159-43610H.E.W. Kwak, Statenlaan 32, 1405 EX Bussum02159-35692

Activiteitencommissie

voorzitterH.E.W. Kwak, Statenlaan 32, 1405 EX Bussum,02159-35692ledenC. van Aggelen, Siriusstraat 24, 1223 AN HilversumF. van Boetzelaer, Biesboschstraat 63, 1078 MPAmsterdam, 020-768343E.A.M. Scheltema-Vriesendorp, Turfpoortstraat 39, 1411EE Naarden, 02159-43610

TVE-bijeenkomst

Iedere tiende van de maand een informele bijeenkomstvoor leden én belangstellenden in de wijnboutique enbistro De Turfloods, Nieuwe Haven 33, Naarden, vanaf20.00 uur, de z.g.n. ’tiende kout’.

Losse nummers

Tot 1983 zijn van het TVE-tijdschrift 64 nrs. verschenen,met in totaal ca. 400 artikelen, 2275 blz. en 500illustraties. Vele nummers zijn nog verkrijgbaar. Prijsf 4,- (voor normale nummers) en f 10,- voor specialenummers (meer dan 100 blz.); (excl. portokosten).Bestellen bij de penningmeester K. Kool, 02153-15680.

Lidmaatschap

U kunt zich als donateur van TVE aanmelden doorovermaking van minimaal f 17,50 op rek.nr. 47.62.75.199Amro-Bank Laren (gironr. van de bank 32750) t.n.v.TVE. Nieuwe donateurs ontvangen alle in het kalender­jaar dat men lid wordt verschenen nummers gratis.

Werkgebied

Het werkgebied van TVE omvat het Gooi, de Noorde­lijke Vechtstreek en het Oostelijk randgebied en beslaatde gemeenten: Baarn, Blaricum, Bussum, Eemnes, ’s-Graveland, Hilversum, Huizen, Laren, Loosdrecht.Muiden, Naarden, Nederhorst den Berg, Nigtevecht enWeesp.

Ie jaargang nr. 4, december 1983.

Tijdschrift van de Stichting

Tussen Vecht & Eemen van de Vereniging van

Vrienden van het Gooi

n . ■:' _1T'

mmmos*

WMMikmm

n ' 'k x T 'f \ * » T 2

mm‘ V

Ü Ü ;./: ii

« i t »

INHOUD

263 M. W. Jolles, Het Hoogt van ’t Kruis270 G.L. de Boer, De geschiedenis van de Kei

van Laren273 J. Salomons, Pastoor Nanning278 W.K. Kraak, Natuurnachtboek280 P. W. de Lange, Oude Landbouwgronden

in het Gooi

281 Literatuurboekbesprekingen - uit de tijdschriften -nieuwe uitgaven

284 Actualiteiten285 Activiteiten van de Vereniging van286 Vrienden van het Gooi288 TVE activiteiten289 Varia

REDACTIEVoorzitterDr. A.C.J. de Vrankrijker, Const. Huygenslaan 30,1401 AN Bussum, 02159-13278SecretarisE.A.M. Scheltema-Vriesendorp, Turfpoortstraat 39,1411 EE Naarden, 02159-43610LedenMr. J.E. Brikkenaar van Dijk, Nw. Hilversumseweg 8,1406 TE Bussum, 02159-31248J. Daams, Zuidsingel 23, 1241 EH Kortenhoef, 035-60601Mr. M.W. Jolles, Larixlaan 10, 1213 SZ Hilversum,035-14227Dr. A.J. Kölker, Jan Steenstraat 41,2162 BM Lisse,023-163360 (kantoor)Dr. W.K. Kraak, Wielewaallaan 38, 1403 BZ Bussum,02159-15725E. E. van Mensch, JHB Koekkoekstraat 26, 1214 ADHilversum, 035-234913F. Renou, Nw. Bussummerweg 83a, 1272 CE Huizen,02152-58601

Alle copy s.v.p. toezenden aan redactiesecretariaat,Turfpoortstraat 39,1411 EE Naarden, 02159-43610

Dit tijdschrift wil verleden, heden en toekomst van hetGooi e.o. in al zijn facetten belichten, vooral met alsinvalshoeken het historisch perspectief en natuur, milieu,landschap en ruimtelijke ordening.Het tijdschrift verschijnt sedert 1983 als gecombineerdeuitgave van de Stichting Tussen Vecht en Eem (TVE) ende Vereniging van Vrienden van het Gooi (VVG). Het is eenvoortzetting van enerzijds het tijdschrift van TVE datsedert mei 1970 verschijnt en waarvan tot eind 1982 64nrs. gepubliceerd waren en anderzijds van het informatie­bulletin van de Vrienden waarvan sedert 1970 29 nrs.verschenen waren.

Oplage van dit nummer van het TVE/VVG-tijdschrift: 5400 exemplaren.

© TV E/V V G 1983. Gedeeltelijk overnemen van artike­len slechts onder uitdrukkelijke bronvermelding. Voorgeheel overnemen s.v.p. contact opnemen met redactie­secretariaat.

Druk: Spieghelprint, Gooilandseweg 14, 1406 LLBussum, 02159-14074.

262

H et H oogt van ’t Kruis

M. W. Jolles

Toen we nog lagere schoolkinderen waren,konden onze ouders ons geen feestelijkeruitjes bezorgen dan op Zaterdagavond eenwandeling naar het Hof van Holland,wanneer de fanfare in de muziektent er vlaktegenover op de Brink aan het spelen was, en- bij voorkeur in het voorjaar - na het eteneen avondwandeling naar het Hoogt van ’tKruis.Mijn herinneringen zijn sterk onderbelicht,zodat ik niet veel zie, maar horen en ruikendoe ik des te meer. Het Hoogt van ’t Kruiswas toen nog nauwelijks bebouwd, al stonder stellig wel een enkel huis of was een anderin aanbouw. Maar ik ruik nog het eikenhak­hout en de kamperfoelie, die ’s avonds zosterk geuren konden. Ik hoor nog denachtegalen die op dat ogenblik hun trillersoefenden om even later het volle lied in tezetten. Merkwaardig is dat ik dwars er door

heen de kikkers hoor! Even verder is immershet Wasmeer. Vandaar konden er op stilleavonden opeens vlagen kikkergekwaak over­waaien, zo luid en opdringerig dat de armenachtegalen bijna uit het concert verdrevenwerden.Maar de meest blijvende herinnering is hetweer ondergaan van het avontuur. Het wasallemaal onbekend gebied daar en als mijnvader er niet bij geweest was had niemandvan ons zich op dat uur in de schemerigebosjes gewaagd, hoe mooi de nachtegalenook zongen!Op het hoogste punt lag het ’chalet’ dat nogiets extra romantisch had. In wat voor staathet zich toen bevond weet ik niet meer, hetwas stellig bewoond, maar we mochten toch -of deden het!? - naar het balkon klimmen omover de bosjes, het bouwland en dekorenvelden naar het dorp te kijken waar de

Chalet Hoogt van 't Kruis.

M. i. S:f.

PSpi?Hilce-raum H ö ö g t v a n K ru is

mmm

:V :. 1 ; N - '

263

toren van de Vitus recht voor ons stond. Oftoen nog ’s-Graveland en de Loosdrechtseplassen vandaar zichtbaar waren vertelt mijnherinnering niet meer. De wandeling door dediep uitgesneden Holleweg besloot dan hetavontuur, dat gelukkig altijd goed afliep!

Andere herinneringen vertellen meer en gaanverder terug. Daar is allereerst Professor J. A.de Rijk, die in 1905 zijn ’Wandelingen doorGooi- en Eemland en Omstreken’ publi­ceerde. Eerst grijpt hij terug naar hetreusachtige overblijfsel van de eertijds oor­spronkelijke wouden, het Gooyerbosch, datzich uitstrekte tot waar thans Eindegooi, deZwarte Berg, Eloorneboeg, het Hoogt van ’tKruis en het Loosdrechtse Bosch liggen. Ditbos zou dan in het begin van de vrijheidsoor­log tegen Spanje vernield en gesloopt zijn.Dan komt hij op zijn wandeling door devervallen holle weg, die verrukkelijke gezichts­punten geeft en waar we één der meestgolvende, glooiende streken van de Hi/ver-sumse akkergronden, Diependaal geheeten,overzien. Zo bereikt hij het Hoogt van 't Kruis,eene hoogte vermoedelijk aldus geheeten naareen in den vroegen voortijd daar aanwezigkruis, waarvan zelfs de herinnering verlorenging. Voor de bewering, dat zich aan deze plekeene oude legende zou hechten, zijn geenduidelijke gronden aan te voeren. Weer evenverder geniet hij van een fraai panorama,rechts Nieuw- en Oud Loosdrecht, geflankeerddoor de Loosdrechtse plassen; vóór ons Utrechtmet zijn statigen Dom, terwijl daartusschen detoren van Westbroek zijn spits in de wolkenverheft.Dit uitzicht kan men ook vandaag noggenieten, al is het dan niet meer zo volledigals toen Professor de Rijk er van genoot.Vanaf het hoogste punt van de hei, evenvóórdat de bomen van de Hoorneboeg te veeluitzicht wegnemen, ziet men de slankekerktoren van Nieuw Loosdrecht boven debomen van ’Zonnestraal’ uitsteken, maar inplaats van de statige Dom die verscholenblijft, prikken de schoorstenen van deelectrische centrale bij Maarssen, samen metdie van de nu weldra gesloten Demkafabrieken de lucht in. En waarlijk, misschien

slechts dank zij enige verbeeldingskracht,schuin achter het vliegveldje glinstert eenzilveren streep die niet anders dan een stukvan de Loosdrechtse plassen kan zijn.

Maar hoe zit ’t nu met die oude legende,waarvoor geen deugdelijke gronden zijn aante voeren? Al te deugdelijke legenden houdenop legende te zijn, heb ik altijd gedacht. Voorwie dus van ondeugdelijke verhalen houdt,hier is dan wat er gebeurd zou zijn!We moeten terug naar de tijd waarin hetverhaal van Ferdinand Huyck speelt. Jacobvan Lennep laat hem, nog vol van debekoorlijke Henriette Blaek, al terugwande­lend, bij Laren uitkijken over het golvendeterrein van Blaricum, de beide Eemnessen,Soest, Baarn en Amersfoort, over de blauwezee, de grauwe heide en de Stichtse bergen.Verder wandelend, nu al in de buurt vanNaarden, wordt hij overvallen door eenberuchte roversbende onder leiding van eenzekere ’Zwarte Piet’ en de bosjes ingesleurd,naar hij verwacht om uitgeschud en danvermoord te worden. En stellig zou hij deschone Henriette nooit terug gezien hebben,ware de reddende engel in de persoon van de’Kapitein’ niet tussen beide gekomen. Nudan, de in deze buurten opererende ’ZwartePiet’ en zijn trawanten, met wie we nethebben kennis gemaakt, zou ook het Hoogtvan ’t Kruis tot zijn arbeidsterrein hebbengemaakt. Met dit verschil dat de moordwaaraan onze goede Ferdinand Huyckontkomt, daar wèl zou hebben plaats gehad.Ter herinnering aan dat lugubere feit zou danop de hoogte daar in de buurt een kruisgeplaatst zijn.Een tweede lezing welke inderdaad toch welwaarschijnlijker, maar zeker ook aanvecht­baar is, houdt ’t er op dat ongeveer op hethoogste punt twee wegen elkaar kruisten. Ditwaren de Eikbosserweg, die naar het oude,nu verdwenen Gooier Bos voerde en de oudeUtrechtseweg, de tegenwoordige Hilvertsweg,die elkaar bij de hoogte ontmoetten. Door denaam 'Hoogt van ’t Kruis’ konden de oudeHilversummers zich oriënteren en duidelijkde plaats aangeven.

264

Op oude kaarten komt de naam Hoogt van 'tKruis reeds voor, maar ik heb hem nietkunnen vinden op kaarten ouder dan deKaart van Gooiland na de heide verdelingvan 1843, welke in facsimilevorm de omslagvan dit tijdschrift siert. De Holleweg, metDiependaal en het Hoogt van ’t Kruis, zijnerop weergegeven, evenals de Eikbosserweg,de Neuweg met het Hoorneboegsewegje ende Boschdrift. Tussen de Boschdrift en hetHoorneboegsewegje staat de naam ’Kolhorn’vermeld, die nog in de Kolhornsewegvoortleeft. Boschdrift en Eikbosserweg, beidenamen die herinneren aan het verdwenenGooyer Bosch, waarvan de noordkant hetEikenbosch werd genoemd, zulks in tegen­stelling tot de zuidzijde, die het Beukenboschschijnt geheten te hebben. Verderop ligt dez.g. Zwarte Berg, later Hoorneboeg, waarvande heuveltop in 1792 beplant werd. Destijds iser een jachthuis geweest met drie torens inoude stijl die voor een kasteelachtig uiterlijkzorgden. Het huis schijnt er in 1795 zoindrukwekkend uitgezien te hebben dat eenafdeling Franse ruiterij het nodig vond eentrompetter af te zenden om het kasteel op teeisen. De enige bezetting bestond uit een oudvrouwtje, de huisbewaarster.

Het Hoogt van ’t Kruis wordt aan dezuidzijde begrensd door de Zuiderheideweg,die het van de Hoorneboegsehei scheidt. Aande noordkant loopt de Diependaalselaan, dieruim een halve eeuw geleden - alweer in mijnherinnering - niet veel meer dan een, vaakmodderige, zandweg was, die vanaf deUtrechtseweg in westelijke richting omhoogliep. Met enkele flauwe bochten kruiste hij deEikbosserweg en de Hilvertsweg en hield danop bij de Bosdrift. Aan de rechterkant, vanbeneden uit gezien, dus ten noorden, lagen deprachtig golvende korenvelden in de zomer,vrijwel zover het oog reikte. Tussen het korenliep een smal paadje dat recht op de toren vande Vitus leek af te lopen. Dat paadje luistertnu naar de naam van de Pieter deHooghlaan! Links, aan de andere kant,begon de Holleweg, steil naar het Hoogtomhoog voerend. Ter weerskanten veeleikenhakhout, maar ook dennetjes en eiken

en beuken, de resten van eertijds veel gaverbos. De larixen zijn nu grotendeels verdwe­nen, behalve waar ze veel te dicht op elkaarstaan en zo weinig licht en lucht krijgen dat ergeen plezier meer aan is. Ook herinner ik meeen rij sparren van jewelste, echte ’klim-bomen’, maar die hebben de laatste oorlogniet overleefd en zijn in rook opgegaan.Hetzelfde lot heeft de meeste van devorstelijke beuken getroffen die eertijds deBeukenlaan tot een pronkstuk maakten.

De al enige keren genoemde Holleweg is eenvan de typische resten van het oude Gooi,helaas nu misbruikt door een stroom mensente paard die het bordje ’voetpad’ niet meerkunnen lezen. Wel leesbaar is nog het bord'fietspad’. Wie dat paadje naar boven traptondervindt aan den lijve één van de meestmarkante eigenschappen van het Hoogt van’t Kruis: de niveauverschillen. Die zijninderdaad heel uitgesproken, want over eenafstand van enkele honderden meters klimthet pad van zeg 3 meter boven N.A.P. totbijna 15 meter. Dan is de fietser op hetHoogt, en als hij nog even volhoudt en deEikenlaan oversteekt, vindt hij in het stukjetussen de Holledwarsweg, Eikenlaan enEikbosserweg het hoogste punt van hetHoogt van ’t Kruis, bijna 25 meter bovenN.A.P. Vandaar zakt het weer gauw af:doorrijdend naar de hei daalt ’t snel. Defietser doet er goed aan wat vaart te minderenwil hij niet riskeren over één van de velehonden die de wandelaar hier plegen tebegeleiden ten val te komen. De Zuiderheide­weg over het fietspad verder afdalend bereikthij bij de Utrechtseweg weer zijn uitgangs­niveau van omstreeks 3 meter.De hoogtelijnen die dit aangeven zijnprachtig getekend op de ’Hoogtekaart vanHilversum, ten opzichte van AmsterdamschPeil, voltooid 20 juli 1905’. Die kaart is laterdoor anderen gebruikt voor verschillendedoeleinden o.a. door de bekende hilversumseamateur historicus C. Boekschoten, die hemcopieerde en bewerkte en dateerde 18 mei1975. Ook Dr. de Vrankrijker voorzag dekaart van enige wetenswaardigheden, dooreen aantal bijenschansen aan te geven met

265

aantekening in wat voor staat ze in 1972 nogte vinden waren.Het is de moeite waard even dit te vermelden:de bijenschans in de tuin van het gelijknamigehuis aan de Sparrenlaan was in 1972 nog inde oorspronkelijke vorm terug te vinden en isdit bij mijn weten ook nu nog; resten van eenbijenschans waren te vinden iets opzij van deEikbosserweg ter hoogte van de aansluitingmet de Holledwarsweg, maar het merendeelis verdwenen; en een derde bijenschans is ooknu nog heel fraai te zien in de tuin van hetvroegere chalet, tegen het terrein van dehuidige gemeentekwekerij aan.Het is niet voor niets dat er bijen gehoudenwerden op het Hoogt van ’t Kruis! De heiwas vroeger waarschijnlijk gaver en rijkerdan de nogal vergraste resten die we nu nogover hebben, en in goede jaren zal er eenovervloed van heidehoning geoogst zijn. Enook overigens was er geen gebrek aan plantenen bloemen in het gebied. In het Hilversumsegedenkboek van 1924 staat een hooggestemdartikel over de schilderachtigste woestenij vanHilversum, de voormalige zandverstuivingenachter het zogenaamde ’Rooie dorp'. Langs deLoosdrechtseweg, vervolgt de schrijver vandat artikel, getuigen nog de knoestige beukenvan de wind die in dit onbetwiste gebied van heien zand heer en meester was. Maar deze idyllemoest wijken voor de spa. De echte wildenatuur slinkt rondom de plaats onzer inwoning.Het Hoogt van 't Kruis, goudgloeiend vanBrem, werd een villapark. Vormde niet pas 25jaar geleden de Koningsstraat de grens dergerege/de'bebouwing en zag men niet 's avondsden herder met zijn kudde langs de Boschdriflde Havenstraat binnen trekken, waar iederschaap zijn schuur kende, met de noodigemesthopen langs den weg geschaard. Maar erblijven nog intieme plekjes te over, stelt deauteur ons gerust.

Zelfs nu is er, voor wie het wil zien, veel tebewonderen, zoals iemand, in een eersteschrikreactie op het in 1982 gelanceerde planDiependaal, merkte toen hij een opsommingging maken van de rijkdom aan flora enfauna van het Hoogt van ’t Kruis. Die zoun.1. als gevolg van het ten uitvoer brengen van

het plan Diependaal schade lijden. Hij kwamtot 14 boomsoorten, waarbij natuurlijk desierheesters in de tuinen niet werden meege­teld. Verder 35 plantensoorten en zeker 40soorten vogels. Zeker 40, want het worden ereerder meer dan minder, nu de bontevliegenvanger het zo’n heerlijk gebied vindtdat er letterlijk om de ruimte gevochtenwordt en zelfs nestkastjes gekraakt worden.Geruststellend, eigenlijk, dat ook de dieren­wereld z’n moeilijkheden heeft en demensenwereld niet in de steek laat! Ook hetbosuiltje is weer terug sinds enkele jaren,zoals uit z’n soms lugubere nachtgeroep op temaken valt. Om ten slotte van de eekhoornmaar niet te spreken, die ’s winters het voervoor de vogeltjes oppeuzelt en niemand inzijn nabijheid duldt.

Niet altijd is het zo geweest. In veel vroegertijden was het Hoogt van ’t Kruis inhoofdzaak bouwland, weiland en bos. Hetwaren de boeren die de beplantingenaanlegden met eikenhoutwalletjes en bijen­schansen, om hun akkers te beschermen.Op het hoogste punt had de heer C.J.Temminck in de jaren zestig van de vorigeeeuw een stuk grond gekocht, naar ikontleend heb aan een artikeltje in ’Het Gooien Ommeland’ van 24 augustus 1951, dat mijwelwillend ter inzage werd gegeven door deheer J.G.W. Sluyk, wien ik hiervoorerkentelijk ben. Deze heer Temminck nu, diezijn gebied steeds verder wilde uitbreiden,kocht akker na akker van de boeren, welkeakkers in die dagen nog goedkoop waren.Voor enige honderden guldens kon men zichtoen reeds eigenaar van een akker noemen.Enkele boeren, onder wie een zekere boerKool, weigerden te verkopen, al lagen hungronden dan ook braak. Gedurende meerdan vijftig jaren heeft de heer Temminck zostukken en stukjes gekocht, tot hij eensluitend geheel verkreeg. Volgens een oudeboswachter had hij daarop bossen aangelegden behoorlijke diepspittingen ’s winters latenverrichten, wat tevens een vorm van werkver­schaffing was als de boeren waarschijnlijkweinig of niets te doen hadden. Ja, zelfs hadhij een kwekerijtje aangelegd van amerikaanse

266

eiken, beuken en berken. In 1870 Hethij op zijn terreinen een huis bouwen, dat inZwitserse stijl werd opgetrokken en inhoofdzaak bedoeld was als boswachters-woning of jachthuis. Een boerderij behoordebij het z.g. chalet. De eerste boswachter HeinVos was maar korte tijd bij de eigenaar indienst; hij werd opgevolgd door H.J.Lunneker, die tevens onbezoldigd rijksveld­wachter was.De heer Temminck trok ’s zomers van zijnwoning aan de Hoge Naarderweg naar hetchalet om daar te genieten van het panoramadat toen vele kijkers trok. Destijds was hetpanorama nog karakteristieker omdat men inde verte, verscholen tussen boomgroepen, decontouren van het dorp kon onderscheidenen aan de andere zijde een wondermooiuitzicht had op de Loosdrechtse plassen en deforse lijnen van de Domtoren. Later ver­huisde de heer Temminck van zijn villa aande Hoge Naarderweg naar de Utrechtseweg,waar hij een eigen villa had laten bouwen. Dithuis noemde hij eveneens het Hoogt van 'tKruis. Als ik goed zie zijn er dus nu driehuizen van die naam:- de bungalow op de plaats van het oudechalet,- het huis op de Utrechtseweg dat vroeger aande heer Temminck behoorde, en- het met riet gedekte huis aan het eind van dePlataanweg.Behalve van het panorama genieten ging deheer Temminck graag met vrienden jagen ophet Hoogt van ’t Kruis en omgeving. Na dejacht verenigde het gezelschap zich dan in de’Jachtzaak van het chalet, en mevrouw Vuyk.die tegenwoordig met haar man in debungalow woont, weet zich nog te herinnerendat zij als jong meisje, ter ere van het huwelijkvan één van haar vriendinnen, in die zelfde’jachtzaak een feest heeft meegevierd.Nadat de heer Temminck het huis niet meergebruikte heeft o.a. de familie de BruinePloos van Amstel - van Hengel het chaletbewoond. Maar in de loop van de jaren is hetin verval geraakt. Mevrouw A.M. vanLynden - de Bruine, gevraagd naar herinne­ringen aan de tijd dat zij met haar ouders inhet chalet woonde, schrijft enkele bijzonder­

heden welke te aardig zijn om de lezer teonthouden. Mijn ouders, schrijft zij, w oondenop de ba/converdieping, terwijl de Lunnekersbeneden woonden. Ik geloof dat de Lunnekersen mijn ouders slechts door een plankenvloergescheiden waren, zodat mijn ouders woorde­lijk konden verstaan wal er beneden gesprokenwerd. Dal was niet veel maar als de Lunnekersgasten hadden, was er toch enig vertier.Lunneker had kist van een ’open been' en als hijals gastheer vond dat de stiltes in hetgezelschap te lang werden, bood hij alsdivertissement aan: 'Mot je me been es zien?’en daar werd dan altijd met vee! animo opgereageerd. Maar ook in de conversatie stondLunneker zijn mannetje. Als het effect van hetbeen weer in zwijgen was verzand, sneedLunneker weer een nieuwe topic aan: 'Doof,stom, blinden gek, jae, jae dat is wat!’ Op dezeoorspronkelijke en opwekkende woorden werddan ook weer door de gasten instemmendgereageerd: 'Jae, jae, dat is wat.' Eindegesprek.

Lunniker met zijn vrouw Mientje.

I r.

267

Lange tijd heeft het chalet nog dienst gedaanals verblijf voor padvinders, tot het helemaalverviel en werd afgebroken. Dat was in 1949,maar enkele muren bleven behouden enwerden doorarchitekt Feberwee in hetnieuwe huis verwerkt. Wat nu als garagedienst doet was eertijds een landbouwschuur,wat nog zichtbaar is aan een luik destijdsgebruikt om het voer door naar binnen tebrengen.

We gaan nu een heel eind terug in de tijd,naar vóór de eerste wereldoorlog! Per briefvan 23 november 1910 bood notaris A. Perkhet gehele Hoogt van ’t Kruis-complex, groot56.50.13 hectaren, met uitzondering van hetdoor de heer Temminck bewoonde huis enafgeperkt terrein, namens de eigenaar aan degemeente te koop aan voor de som vanf270.000,- over te dragen vóór of op 1 mei1911. Op 29 november neemt de gemeente­raad van Hilversum, op voordracht van B. &W., het besluit om het aanbod te aanvaarden,behoudens goedkeuring door GedeputeerdeStaten van Noord-Holland. Vlug werk! G.S.werken wat minder vlug, maar komen toch alop 12 april 1911 tot het besluit hungoedkeuring aan de transactie te onthoudenomdat: het landgoed geenszins in de onmiddel­lijke nabijheid van de bebouw de kom dergemeente is gelegen, en dat dus meer dan zeergedeeltelijke bebouwing in de eerste tijd nietzai plaats hebben; omdat Hilversum geengemeente is die zich ten koste van zobelangrijke offers de eigendom van openbarerust- en wandelplaatsen behoort te verzekeren,en tenslotte omdat de w aarde op het ogenblikaanmerkelijk lager is dan f270.000,-.In de tussentijd was de hele Hilversumseburgerij in rep en roer gekomen. Er werd huisaan huis met lijsten rond gegaan: voor oftegen de koop? en het bleek dat heelHilversum tegen was! Niettemin kocht degemeente wat later een deel van de grondenvan de heer Temminck, en wel stukken aande westkant gelegen, tegen de huidigeEikbosserweg aan. Dit terrein is ook nu nogopenbaar terrein, de strook zuidelijk van deDiependaalselaan die met bomen en bosjesbedekt en vrij wandelgebied is.

Twee jaar na de afwijzende beschikking vanhet provinciale bestuur blijkt de situatieechter veranderd te zijn. In 1913 verscheen deCentrale Exploitatie Maatschappij ten tonele,welke kennelijk eigenaar van de gronden vande heer Temminck was geworden. Deze inAmsterdam gevestigde maatschappij - wijzouden nu de term projectontwikkelaar in demond nemen! - diende in genoemd jaar eenplan ter exploitatie van het Hoogt ’t Kruis bijde gemeente in, met het verzoek totverkaveling en bebouwing te mogen over­gaan. De gemeente was niet erg enthousiast.Tekenend is ook een kanttekening van detoenmalige gemeentearchitekt: bij inwilligingvan de aanvraag zal het uitzicht verlorengaan! In ieder geval werd het verzoekvoorlopig niet ingewilligd, want gedurende detwee volgende jaren zien we alleen maarenkele herhaalde verzoeken, zonder dat eriets gebeurde. Achter de schermen was ertoch wel wat gebeurd. Want een wandelaardie in het nummer van ’Buiten’ van 8november 1913 zijn hart lucht, beklaagt zichdat hij tijdens een prachtige herfstwandelingover het Hoogt van ’t Kruis als gevolg vaneen advertentie zijn goede stemming waskwijt geraakt. Die advertentie wekte op omvillaterreinen uit te zoeken op het Hoogt enopeens had hij begrepen dat: het liefdesliedvan den nachtegaal in het voorjaar vervangenzal worden door het onwelluidend autogetoeter,en het brutale licht van elektrische lampen zalhet lieflijke maanlicht verduisteren, zodatvriend Amor verschrikt op de vlucht zal gaan.

De Centrale Exploitatie Maatschappij liet heter dan ook niet bij zitten en vroeg begin 1916aan B. & W. de goedkeuring van het doorhaar ingediende plan van wegenaanleg tewillen bevorderen. Dat hielp. Op 2 maart1916 verleende de gemeente de gevraagdevergunning aan de maatschappij die toen,behalve een kantoor in Amsterdam, tevenskantoor hield aan de Utrechtseweg 50 teHilversum. Reeds het daarop volgende jaarwerd het aanleggen van basaltslagwegen ophet terrein ”t Hoogt van ’t Kruis’ aanbesteedmet alle bijbehorende werkzaamheden, onderde supervisie van de Directeur van Publieke

268

Werken, de heer W.M. Dudok. Al weer eenjaar later, juni 1918, blijkt uit de gemeentear­chieven, dat de betreffende terreinen van deCentrale Exploitatie Maatschappij in eigen­dom overgedragen zijn aan de N.V. CentraleGrondexploitatie Maatschappij ”t Hoogt van’t Kruis’, met alle daaraan verbonden rechtenen verplichtingen. Dat schijnt nog wel enigejuridische haken en ogen gehad te hebben,maar de zaak is rond gekomen. Demaatschappij bevestigde in een plechtige briefaan het gemeentebestuur dat het hun strevenzal zijn door een oordeelkundige exploitatie ditmooie terrein te maken tot een sieraad vanUwe Gemeente. De verdere ontwikkeling, debijzonderheden waarvan hier toch te verzouden voeren, is vrij geleidelijk geweest.Voor zover ik kon nagaan waren eromstreeks 1918 twee huizen op het Hoogtgebouwd - de beide witte gevels die nu nogtegenover elkaar staan - en is het slechts inkalm tempo tot de uitgifte van verderebouwterreinen gekomen. Zeker herinner ikme dat het, toen we in het begin van de jarentwintig door deze buurt wandelden, eenverboden en dus groot vermaak was om overde balken van in aanbouw zijnde huizen rondte klimmen. Nog in 1925 vroeg de bewonervan de ’Kruisheide’ aan de gemeente om devoetpaden in het Hoogt van ’t Kruis teverbeteren, vooral die aan het pleintje bij deLarixlaan. Toen was dus kennelijk nog nietalles helemaal op orde. Het heeft tot na delaatste oorlog geduurd om de laatste stukjesbouwgrond, zeker als die eigenlijk te kleinwaren om volgens de voorschriften voorbebouwing te mogen dienen, van een huis tevoorzien. Vrijwel het allerlaatste stadiumschijnt bereikt nu enkele jaren geleden tweeoude huizen - de z.g. Broekhuis huizen, watdetonerende witte villa’s met een plat dak -zijn afgebroken om voor drie moderne plaatste maken.

Toch moet ik nog van een latere ontwikke­ling gewag maken, al heeft die niet direct methet Hoogt van 't Kruis te maken. In 1981lanceerde de gemeente het al eerder genoem­de plan Diependaal, dat de plannenmakersverleid lijkt te hebben alle goede voornemens

overboord te zetten. Blijkt uit oudere stukkendat de gemeente steeds ervan overtuigd wasdat de sterke behoefte aan actieve en passieverecreatie in Hilversum de nog aanwezigestukken natuurterrein onmisbaar maakten, inhet plan Diependaal zou juist in het zuidenvan de gemeente op een klein gebied eenwoonagglomeratie verrijzen met een woon-dichtheid van 125 woningen per hectare. Enwel vlak ten zuiden van de Diependaalselaan,pal tegen het Hoogt van ’t Kruis aan! Degebruikelijke richtlijnen spreken van 30 tot 50woningen per hectare, en in 1979 had deStedebouwkundige Dienst nog de uitspraakgedaan dat meer dan 40 woningen perhectare tot verstening van het buitengebiedgaat leiden. Dat de dichtere bebouwing in dedorpskernen hoort en dat de bufferzonesnaar de buitengebieden zo dun mogelijkbebouwd moeten blijven was men ook evenvergeten.Maar ja, al in 1913 werd er, zoals we gezienhebben, geprotesteerd tegen het dreigendeverlies van natuurterrein, en ook de schrijverin het Hilversumse Gedenkboek van 1924nam geen blad voor de mond om zijngevoelens over verdwenen natuurschoonrond Hilversum te uiten. Moeten we danmaar zeggen dat het zo wel door zal gaan endat b.v. ook de weg over de Zuiderheide,welke de provinciale nota over het streekplanweer als mogelijkheid opvoert, er wel zalkomen? Of zal de lijn weer omgebogenworden, zoals de opstellers van het vooront­werp bestemmingsplan Hoorneboeg voor­zichtig proberen? Dan kunnen we misschiennog eens met de dichter Joannes Reddingiuszeggen wat hij in 1924 schreef: Jaren geledenwas 't ’Hoogt van 't Kruis' mijn geliefkoosdewandeling, waar ik vele van mijn gedichtenmocht vinden.

Het bovenstaande wit niets meer zijn dan het is: een watpersoonlijk gekleurde herinnering en stukjes geschiedenisvan het gebied zoals die daarbij aansluiten. Misschien zethet anderen aan hun herinnering o f kennis van de historieop papier zetten, zodat een meer volledige geschiedenis kanontstaan.

269

De geschiedenis van de Kei van Laren

G.L. de Boer

Aanleiding van dit verhaal is een bijdrage inT.V.E., jaargang 11, aflevering 3 vanseptember 1981. Op pagina 190 merkt de heerW.G.M. Cerutti in zijn artikel over deHilversumse kei op dat de geschiedenis vande Larense kei misschien wel eens door deHistorische Kring Laren uitgezocht zoukunnen worden. Welnu, ik heb de hand­schoen opgenomen en zie hier het resultaat.

Tienduizenden jaren geleden kwam in deijstijd met de gletsjers uit Scandinavië een kei,een zwerfsteen van Olso-graniet, die in hetGooi belandde en daar bleef rusten tot zijnontdekking.

Het was oktober 1930. Tussen Hilversum enBussum liep een klein smal paadje, hetZwarte wegje genaamd. Er was wel op tewandelen en men kon er bij droog weer ookgoed over fietsen, maar zwaarder verkeer wasniet mogelijk.Men wilde er een flinke brede weg aanleggen.Omdat het Zwartewegje laag lag en vaak ookdrassig was moest er van de zijkant van deweg grond worden weggehaald om deze op tehogen. Hiervoor werden vele bomen geveld.De grond werd met stoomblazende minia-tuurtreintjes verplaatst en naar de nieuweweg gebracht. Deze nieuwe weg zou dehedendaagse Lage Naarderweg worden.Door dat graven kwam ook een grotehoeveelheid zwerfkeien te voorschijn. Erwerd weinig aandacht geschonken aan diekeien. Alleen de grondwerkers, die het taludweer gelijk moesten maken vonden het lastigedingen, vooral die ’ene grote’, die stak eenheel eind boven het talud uit en die hebben zenaar beneden laten duikelen. Die ’ene grote’was de kei van Laren.

In die tijd, in 1930, was de heer P.B.J. Schiloo

De Kei aan het brinkje bij de Rijt te Laren.

directeur van de dienst Gemeentewerken inLaren. De heer Schiloo, geboren in Nijme­gen, had veel hart voor het dorp Laren. Hijvroeg toen enige zwerfkeien aan de eigena­resse, Stad en Lande van Gooiland, met debedoeling die op de Brink te plaatsen bij deaanplant van de nieuwe bomen. Stad enLande gaf echter geen toestemming en erkwam geen stenengroep op de Brink.In december 1936 verzocht de heer SchilooStad en Lande weer om een kei, maar nu omdeze als gedenkteken te plaatsen ter gelegen­heid van het huwelijk van prinses Juliana enprins Bernhard. Daar had Stad en Lande weloor naar en het verzoek werd toegestaan.

Op vrijdag 18 december werd de kei, die eengewicht heeft van ongeveer 6.500 kilo, 1.30meter hoog en 1.90 meter breed is naar Larenvervoerd. Het vervoer geschiedde met eenvrachtwagen van de fa. Hogenbirk uit Laren.

270

Chauffeur was de heer T.J.B. Daviena. Metveel moeite is de kei op de wagen getakeld enhet weiland uitgereden, want er mocht nietsbeschadigd worden aan hekken e.d.Het vervoer van de kei stond onder leidingvan de heer W. Hebing, steenhouwer teLaren. Hem was door de directeurGemeentewerken opgedragen de kei naar zijnwerkplaats aan de Molenweg 29 te latentransporteren zulks voorden prijs van f50,-totaal. In dit bedrag waren alle transportrisi­co’s begrepen, uitgezonderd eventuele schadeaan het weiland en het bij de steen aanwezigehekwerk.Ondertussen had de heer Schiloo ook nietstilgezeten. Hij had een ontwerp gemaakt vande kei met daarop een kroon, de letters J B ende datum 7 januari 1937. Dit ontwerp werdgestuurd aan de Dienst van H.K.H. PrinsesJuliana aan het Noordeinde in Den Haag.Op 24 december 1936 kwam het antwoordvan de kamerheer van H.K.H. PrinsesJuliana met de terugzending van de tekeningen het bericht: ...dal daartegen geenerleibedenkingen beslaan van aesthetischen, heral-dischen o f anderen aard. Er werd ook eenbriefkaart bijgesloten met de juiste afbeeldingvan de kroon.Nu kon de heer Hebing aan de slag. Hem wasopgedragen de steen te behakken zoals detekening aangaf met kroon, het monogramJ B en de datum tegen de prijs van f20,-.Toen de steen was behakt door de heerHebing, werd hij onder zijn leiding op eendoor Gemeentewerken beschikbaar gesteldecarrier naar het Brinkje bij de Rijt getrans­porteerd.

7 januari 1937.

Het was feest in Nederland, dus ook inLaren. De beide Larense muziekkorpsenbliezen ’s morgens om 8 uur de reveille enmaakten een muzikale wandeling door hetdorp. Om kwart over acht begonnen deSt. Jansklokken te luiden. Het feest wasbegonnen. Voorde kinderen gaf het GooischPoppentheater van mevrouw Testas-Beernink in de grote zaal van de R.K.Werkliedenvereniging een voorstelling en de

heer J. van Hensbergen gaf een filmvoorstel­ling over de verloving van prinses Juliana.Ook rond de kei was het feest. De bedoelingvan de officiële feestviering van deze dag wasook het planten van een gedenk-eik achter degeplaatste gedenksteen, de kei. Het Brinkjewas aardig versierd en toen omstreeks 2 uurde te planten eik op een met oranje versierdemallejan werd aangereden, stonden er hon­derden Laarders rondom het grasveld ge­schaard. Onder de aanwezigen waren o.a. deburgemeester en mevrouw Van Nispen totSevenaer, de beide wethouders, vele raadsle­den, Ir. J.J.F. Bartels voorzitter van hetOranje-Comité, de heer L. Roefs de gemeen­tesecretaris en de directeur van de dienstGemeentewerken de heer P.B.J. Schiloo.Nadat de boom geplant was, hield deburgemeester een enorme toespraak. Defeesten duurden tot in de kleine uurtjes en dekei had zijn vaste bestemming gekregen inLaren.

Zo kwam de kei in Laren. Hij lag er rustig teliggen tot 1941. De bezetter ontdekte de

271

Vervoer van de Kei in 1936.

G w t N;

gaan de herplaatsing van de herdenkingskei.De burgemeester had geen bezwaar en zokwam de kei op zijn oude plaats terug.De commissie van bevrijdingsfeesten werdlater de buurtvereniging ’De Kei’, ondervoorzitterschap van de heer A.J. Saul. Doordeze buurtvereniging werden verschillendeverzoeken gedaan om de kei in een watfleuriger omgeving te laten staan door erbloemen omheen te plaatsen. Er werden geenbloemen geplaatst. Wel werd de kei op eenvaste cementen voet geplaatst en werd eenkeien voetpad rondom de kei gelegd met eenuitloper naar de Torenlaan. Zo vond de keidan eindelijk rust en hopelijk zal hij daar noglang mogen staan.

BronnenD. Dc Boer - AmsterdamH. Timmerman - Museum Hofland - LarenB. Krijnen - LarenG. Koekkoek - LarenJ.J. Koekkoek - RaalteMevr. H.Th. Schiloo-Vogt - LarenMevr. L.v.d. Sande - SchilooGemeente Archief - LarenGooi-en Eemlander 1936/1937Laarder Courant De Bel 1936/1937De Telegraaf 1936Algemeen Handelsblad 1936Mevr. M. Daviena - Bieshaar

initialen J(uliana) en B(ernhard) en promptmoest de steen verdwijnen, anders werd hijopgeblazen. Groenteman J. Koekkoek heeftde kei toen, met hulp van enige buren naar degemeentewerf gebracht. En daar heeft hij de2e wereldoorlog doorgebracht. Na de oorlogwas er een Commissie lol organiseering derbevrijdingsfeesten in de buurt Jagerspad-Kerklaan-Rijt-Torenlaan-Veldweg-Naarder-straat en Brink.Deze commissie stond onder leiding van deheren J.J. Koekkoek, H. Ziel en J.A. Majoor.Zij deden het verzoek aan de burgemeesterom op maandag 27 en dinsdag 28 augustus1945 bevrijdingsfeesten te mogen organise­ren. En omdat het pleintje aan de Rijt hetcentrum zou zijn van de feestvreugde, leekhet ’t comité een wel zeer bijzondere gesteindien de burgemeester zou kunnen besluitenom aan deze feestelijkheden te laten vooraf-

272

Pastoor Nanning

./. Salomons

De reformatie bracht in de zestiende eeuwwel grote veranderingen tot stand maar wastoch niet van zodanig belang dat desamenleving in de steden en de dorpenernstig werd verstoord. Het is meer eenlangzaam proces geweest.In het jaar 1577 koos de stad Weesp de zijdevan de Prins van Oranje en maakte zich losvan Koning Filips II van Spanje. Een daadvan politieke strekking. Een maatregel diemen moet zien tegen de achtergrond vanhet Europees gebeuren. Of godsdienstigeoverwegingen ook een rol hebben gespeeldmag worden betwijfeld. Een volk, eenplaatselijke gemeenschap verandert niet zosnel van geestelijke overtuiging. Bovendien,in het dagelijkse leven, had men elkaarnodig. Roomskatholieke werkgevers had­den onder hun personeel enkele protestan­ten of ook wel omgekeerd, maar menzorgde er wel voor dat het maatschappe­lijke leven zijn gewone gang bleef gaan. Deprotestantisering van de bevolking liep nietzo hard van stapel. Dordrecht, in 1574 eenstad van 15000 zielen had slechts 570protestantse lidmaten, in Goes telde men in1578 slechts tien mensen van de nieuwe leeren in 1612. veertig jaar na de omwentelingwas in Rotterdam slechts 10% van debevolking protestants geworden.Hoe de situatie in Weesp is geweest is nietbekend maar wij weten wel dat deverhouding tussen rooms en niet rooms vrijgoed geweest is. Dat was zeer tot ongenoegenvan de Leidse professor Saravia, eenprotestants hoogleraar, een echte ijveraar diezich daarover bij de gemachtigden der Statenop bittere wijze beklaagde.Ook van Roomse zijde was men niet altijdeven gelukkig met deze goede verstand­houding. Dat blijkt uit de geschiedenis vanPastoor Nanning. Hij was pastoor in Weesp

Johannes Nanning

in de jaren 1715 tot 1718.Een latere pastoor, Gerardus Kok, heeft degeschiedenis van pastoor Nanning weerge­geven in zijn bijdrage ’Bijzonderhedenbetreffende de R.K. Statie te Weesp’.Voor 1715 werkte in deze stad een zeergewaardeerd zieleherder, pastoor Georgiusvan Campen, die op 28 Oktober van datjaar de ogen voorgoed sloot. Misschienhebben zijn gemeenteleden gemeend dat zijte weinig inspraak hadden in het beheer vande kerkelijke goederen en wilden zij uitpiëteit tegenover de sympathieke pastoor

273

fo g to a f tt» * * v* n n a o tiH A W » .

CyjiTKJUM •¥*■ **«& KLACHTMtmMKMAMKi O WM®*afr

M P C C L X X V I i r

vernomen had van de goede verstandhou­ding tussen rooms en niet rooms in Weespvroeg schriftelijk om inlichtingen. Hetstadsbestuur gaf een diplomatiek antwoorden schreef terug dat alle openbare betrek­kingen in handen van Hervormden waren:dat weliswaar niet alle ambtenaren getrouwter nachtmaal gingen, iets, wat ook doorvele andere Hervormden verwaarloosdwerd. maar dat toch allen hun eigenzitplaats hadden in de Grote Kerk en’sjaarlijks tenminste enige malen de preeken godsdienstoefeningen bijwoonden. Offi­cieel was het een eigen zitplaats hebben inde Grote Kerk voldoende om een functie inhet openbare leven te kunnen bekleden.

Gevelsteen aan de Middenstraat 18-20.

Van Campen die zaak niet aan de ordebrengen zolang hij leefde, nu echter moestmen maatregelen nemen voordat er eennieuwe pastoor kwam. Op de Zondag,daaraan volgende, 30 Oktober 1715, werder na het, door een hulppriester opgedragenmisoffer, om half twaalf een vergaderingbelegd, waar door 45 aanwezige kerkledenzes opzieners van kerk en armen werdenbenoemd. Daarvoor werden aangewezen:Cornelius van Drosthagen, Procureur enopenbaar notaris van Weesp, Bernardus vanden Broeck, schepen van Weesp, HillegartKramer, Thomas Gerritszn Populeus, Wil­lem Pieterse Koopmanschap, Frans JansznPeet.Waarschijnlijk behoorden zij tot de ge­goede stand en van de eerste twee weten wijzeker dat zij in Weesp een openbare functiebekleedden. In die jaren was de weg naaropenbare functies voor Rooms Katholie­ken nog gesloten maar Van Drosthagen enVan den Broeck en andere belangrijkefiguren hadden er deze mouw aan gepast,zij huurden ook zitplaatsen in de GroteKerk en woonden van tijd tot tijd deGereformeerde diensten bij.De Hoge Regering in Den Haag die

Na de bovenvermelde vergadering konden dezes opzieners rustig de komst van de nieuwepastoor afwachten. Hij kwam uit Leiden enzijn naam was: Joannes Nanning, oud 27jaar. Pastoor Kok zegt in zijn ’Bijzonderhe­den betreffende de R.K. Statie te Weesp inhet jaarboek voor Katholieken (1852)’ overhem:Aan een rijzige welgevormde gestalte, eenaangenaam en innemend gelaat waarop deernst en de deftigheid de jongheid opluisterden,met de statiepruik op het langwerpig gevormdehoofd, paarde hij. benevens bondige enalgemene kennisse een gezondheid van oordeelen zelfstandigheid van karakter, zoveel te meervermeldingswaardig, hoe meer de druk derheerschende kerk en de ontmoeting vanvoorname half-katholieke gemeentenaren aande ontwikkeling van zijn geprezen aanleg in deweg stonden.Het kwam hierop neer: Pastoor Nanning waseen krachtige persoonlijkheid die echter,mede door zijn jeugd, de soepelheid en dewijsheid miste om tactvol met zijn gemeente­leden om te gaan. Hij kwam dus spoedig inconflict met zijn kerkleden die openbareambten bekleedden en dus soms protestantsekerkdiensten bezochten. Die soepelheid en desamenwerking met gereformeerden was hemeen voortdurende ergernis en voor eenconsequent man als hij was, die geen bladvoor de mond kon nemen moest dat tothevige botsingen leiden. Bovendien merkte

274

hij reeds spoedig dat de weg tot het beheervan de kerkelijke goederen en de armen­gelden voor hem afgesloten was en dat dekerkmeesters eigenlijk de dienst uitmaakten.

Hij verzette zich daartegen op allerleimanieren maar de grote botsing kwam inDecember 1716. Toen stierf een Roomsgemeentelid, die een onecht kind had van eenprotestantse vrouw.Omdat de vader Rooms was meende PastoorNanning dat het kind in die leer moestworden opgevoed. Hij liet twee voogdenbenoemen en de kosten voor de opvoedingwilde hij laten betalen door de opzieners derarmen. Dat strookte niet met de opvattingvan de burgemeesters en die bevalen dat hetkind moest worden opgevoed in de gerefor­meerde leer in het Burgerweeshuis. Deburgemeesters hadden dat recht omdat er inhet zogenaamde ’Placaatboek’ een bepalingstond dat in gevallen van gemengde huwe­lijken de opvoeding protestants moest zijn.De roomse opzieners die deel uitmaakten vanhet stadsbestuur moesten wel toegeven en zobestond het dat een wees, van een Roomsevader, ten koste van de Roomse armen­

verzorging gereformeerd werd opgevoed.Dat nam Pastoor Nanning niet. Aan zulkehalve roomse opzieners had hij niets endaarom liet hij hun lastgeving vernietigen enwerden enkele, hem toegenegen personen, inde functie van kerkmeester aangesteld.Toen was de oorlog openlijk verklaard enkwam de zaak in de vergadering vanBurgemeesteren, Schout en Schepenen.Waarvan het volgende verslag.

Present, 7 volle Col/egie op den 17 Aug. 1718.Compareerde voor haer Ed. Achtb. de PriesterNanning van de Katholijcke Gemeente deeserStadt, welke is voorgedragen dat Burgemees­teren met groot bevreemding hebben gesien enbevonden, in de voorgaende notulen gehouden,dat hij heer Nanning niet heeft geobedieert deordre en resolutie van Burgemeesteren in haertijdt geordonneert en genomen, van sijnesending als Priester alhier open te leggen en tevertoonen; waerop deselve alsnog antwoordedeselve te moeten hebben verlegt o f verhoren:waerover haer Ed. Achtb. geordonneert hebbenden Priester Nanning buy ten te staen en bijhaer Ed. Achtb. daerover gedelibereert zijnde,zoo is met egale stemmen goedgevonden en

s .,•

Z im Z i f f f - " ' -------* ■ -

s_ !?“*

mmMI K f l B i

De voormalige schuilkerk aan de gedempte Achtergracht.

275

verstaen de onderstaende drie poinlen denvoornoemden Nanning Ie ordonneeren en voorte houden van het selve binnen vieren twintighuuren te hebben effectueeren en naer tekoomen, o f dat haer Ed. Achtb., zodanigeordere sullen stellen als sij sulle goetvinden tebehooren.Eerstelijck; soo is den Priester Nanning alsnoggeordonneert sijne sending binne de voor­noemde tijdt aen deese vergadering open teleggen en te vertoonen.Tweedelijck; dat deselve Nanning de oudeKerkmeesters sal moeten herstellen in haervoorige staet van regeeringh en dignitijdt, enDerdelijck; dat de kerkelijke goederen op eenzeer onordentelijcke wijze uit de Kerk gehaeltwederom sullen moeten worden ingebragt enovergeleverd aan de bovengenoemde Kerk-meesteren. Waerop den voorschr. PriesterNanning binnen gehaelt sijnde. 't selven isvoorgelesen en geordonneert nae te komenwaerop bij haer Ed. Achtb. geordonneert iscomparitie op morgen.Was ge tekent enz.

Pastoor Nanning verscheen niet de volgendedag. De vergadering wachtte. De bode Gerritvan Paddenburg werd er op uitgestuurd maarde dienstmaagd vertelde dat de pastoor destad uit was en de vroede vaderen kondenonverrichter zake weer naar huis gaan.De magistraat liet er toen geen gras meerover groeien en op 20 Augustus werden ineen voltallige vergadering de navolgendebeschuldigingen tegen Pastoor Nanninguitgesproken:1) hij had geweigerd zijn aanstelling totpastoor te tonen;2) hij had de kerkmeesters afgezet en doorandere vervangen;3) hij oefende gewetensdrang uit op zijngemeenteleden;4) hij zaaide onrust, niet alleen in dekerkelijke gemeente maar ook in de stad,waarbij hij openlijk te kennen gaf dat hetstadsbestuur zich niet te bemoeien had methet kerkelijke leven.

Het vonnis volgde en luidde, na eenbeschouwing over zijn doen en laten:

Alle welke saecke bij ons rijpelijk overwogenzijnde, hebben wij met goetvinden van den HeerDrossaert als Hooftofficier deeser stadt Weespgoetgevonden, verstaen en geordineert omdeselve Joannes Nanning ter saecke vanongehoorsaemheyt en zijn twistmakerij tusschede voorschr. Roomscatholijcke gemeente ver­weckt, onse Stadt en jurisdictie van Weesper-carspel te ontseggen en dat hij deselve binnende tijdt van seven eerstvolgende dagen salhebben te verlaten, met speciaal verbot omdaer wederom in te koomen, op pene vanstraffen als tegens zodanig overtreders van onsgebot en ordre bevonde zal worden geappliceertte moeten worden en waarvan de copije deeseronser resolutie hem zal strekke tot zijnenarigtinge om zig daerna te regu/eeren.Aldus gedaen en geresolveert op den Stadt-huyse deeser Stadt Weesp, Datum 20 Augustus1718.Present alle de Schout, Burgemeesteren en allede Schepenen. Ter ordonnantie van deselve.Getekend door Pieter Verviers, Secretaris.

Pastoor Nanning, zo wil de overlevering het,verliet op één der volgende dagen onze stadWeesp. Het stadsbestuur liet, toen demiskende pastoor langs het Aetsveld naarVinkeveen reisde, de klok luiden als honendeafscheidsgroet. Erg fijngevoelig was dat niet.Te Vinkeveen verbleef hij een tijdlang tenhuize van D. Court en in 1720 werd hijbenoemd tot pastoor te Bergen bij Alkmaar.Later ging hij naar Buitenveldert waar hij nogvele jaren zijn ambt heeft vervuld. Hijoverleed in 1761.Nanning was een goed spreker want zijnoverdenkingen werden in 1767 gedrukt en teLeuven uitgegeven. Onder zijn portret stondgedrukt:Geleerde Nanning, die zijn toevertrouwdeschaerenGeduurig mild vergastte op HemellekkernijDie met Prudentius den lo f der MartelaerenOp zuivre toon zong in 't koor der PoëzijEn om zijn vriendelijkheid en Godsvrucht werdgeprezenBlijft door de kunst geschetst, dus na zijn doodin wezen.

276

En wat gebeurde er, schrijft Pastoor Kok,met de drie belhamels die Nanning het meestgedwarsboomd hadden. Van Drosthagen, inleven Notaris en Procureur, overleed in 1718,enkele maanden na het vertrek van PastoorNanning. Hij was een rijk man en bijtestament werd bepaald dat zijn nalatenschapmoest worden beheerd door drie executeurs,waarvan twee de R.K. religie moestenaanhangen en één van een andere gezindtemoest zijn. Drosthagen gedacht ook detijdelijke priester van Weesp maar in hettestament was er bij gevoegd: mits hetNanning niet en is.Van den Broeck viel van het Roomse geloofaf en werd met zijn grote gezin protestant.De derde, Hillegart Kramer, verarmde totaalen kwijnde weg. Pastoor Kok kon nietnalaten ondeugend te vermelden: Digitus Dei.de vinger Gods.Pastoor Nanning was nog zeer jong toen hijzijn werk in Weesp begon en hij heeft in eenverkeerd gerichte geloofsijver en enthou­siasme de strijd opgenomen tegen plaatselijkegebruiken en tradities, nu eenmaal bestaandewetten, die hij als karakter- en temperament­vol man niet kon aanvaarden.Hij zal in zijn latere leven wel wat wijzergeworden zijn, het onderschrift bij zijnportret getuigt daarvan. Hier botste ook eente ver doorgedreven bemoeizucht van deoverheid, die de macht ook wilde uitstrekkennaar kerkelijke aangelegenheden op deonverzettelijke wil van een jonge priester diede kunst van de diplomatie nog moest leren.In ons hart hebben wij toch wel respect voormensen die zeker van hun gelijk, de openbaremening durven te weerstreven. Dat respectwillen wij echter ook niet onthouden aanCornelius van Drosthagen, de grote rivaal,die wijs en bezadigd, het stedelijke belang enhet belang van zijn kerk met elkaar inovereenstemming wilde brengen. Hij heeft destad op andere wijze veel goed gedaan. In deKorte Middenstraat lezen wij nog altijd opeen gevelsteen:

De voorzorg van DrosthagenVoor armen- Weez en MagenZij steeds bij 't NageslachtMet dankbaarheid herdacht.MDCCLXXVlll

277

Natuumachtboek

W.K. Kraak

Een oktobernacht in het Gooi. Telkenspasseert boven mij in de lucht een streepgeluid. Ook links of rechts, zwak hoorbaar,niet zichbaar. Dunne strepen in het donker.De ijle, langgerekte roep sie -h, sie -h vantrekkende lijsters. Maar het geluid dringt wèldoor. Als je je oren er maar voor open zet, alsje weet waar je op letten moet, want het isgoed te onderscheiden van andere geluiden,van het verkeer, van de mensen en hunwereld. En als je weet hoe en wanneerkoperwieken trekken. Niet in een dichtedrom zoals een troep kraanvogels of deluidruchtige V van ganzen. De koperwiekenpasseren meer verspreid, toch wel vóór, naastof achter elkaar op gehoorsafstand.Eigenlijk weet ik niet voor wie het hierbegonnen artikel bestemd is. Wanneer ik zelfzo iets door een ander opgedist krijg is mijnreaktie voorspelbaar ’dit ga ik niet lezen’.Vrijkomende tijd kan beter besteed wordenaan zelf naar buiten gaan. Sinds deschoolbanken is die lust onbedwingbaar.Wanneer ik zover in het verleden teruggablijkt dat er van alles waar te nemen was aanaktiviteit en geluid van vogels, zelfs in hethartje van een stad: kauwtjes nestmateriaalverzamelend, takken afbrekend uit een grotetreurwilg.Maar schrijven en je uiten is een andere zaak.Daar wil ik wel tijd aan spenderen. Waarom?Hoe zit dat nu? Laat een ander zulkehebbelijkheden eens uitpluizen.Het ophalen van herinneringen wordt verge­makkelijkt wanneer je over aantekeningenbeschikt, eventueel schetsjes of foto’s vanplaats en datum voorzien. Dat kan in de loopvan jaren een heel dossier worden, waarruimte voor nodig is en een systeem om ietsterug te vinden. Maar ook zonder diehulpmiddelen zie ik van allerlei uit een ververleden nog gedetailleerd voor me b.v. de

eerste ontmoeting met een buizerd. Hetenthousiasme voel ik nog en ik gooide mijnfiets tegen de grond omdat ik de rust niet hadhem tegen een boom te zetten.Nacht van 20 oktober 1983: laat thuis van eenvergadering van de Vrienden van het Gooi.Even wandelen in de tuin en op straat. Jadaar zijn de trekgeluiden; koperwieken.Ochtend van 21 oktober 1983: twee koper­wieken in mijn tuin laag in een struik noggeen halve meter boven de grond; de ene ineen uitgebloeide guldenroede, de andere ineen Thuja. Prachtig van dichtbij te bekijken.Ze lijken in de verte op een zanglijster, maarze zijn iets kleiner, ook de staart lijkt korter.Een opvallende koptekening: de helderelichte wenkbrauwstreep boven het oog en eenmeer gebogen witte streep onder langs dewang. Even fladdert de vogel en vliegt naareen andere struik: een mooie demonstratievan de onderkant van de vleugels; daarschittert de koperrode vlek van oksel tot polsin kontrast met het glanzend grijs op de restvan de vleugelonderkant. Het koperroodkleurt ook een deel van de flank. Deze partijblijft zichtbaar wanneer de vogel de vleugelsopgevouwen heeft. Overvliegende koperwie­ken - vooral bij laagstaande zon - gloeienwerkelijk door die twee rode vlekken onderde vleugels.

Lijsterstrikken

In vroeger tijden werden de treklijsters in demaand oktober in ons land in grote aantallengevangen met lijsterstrikken. Een wredewandaad uit het verleden. Ik bewaar deherinnering aan een goede kennis van me, diein zijn jeugd (hij was geboren in 1886) ijverig’roodvluchters’ in strikken ving. Dat was inde omgeving van Assen. Hij vertelde er graagover. Hoe je zelf de strikken maakte van een

278

stevige, buigzame tak, hoe je van paardehaarde stroppen tot kleine lasso’s vlocht, hetgeheel optuigde met een versnapering (bessenb.v, van de lijsterbes). Dan ging je ’s avondsrond om de strikken op te hangen in struikenen bosjes, daar waar de koperwieken de trekgraag zouden onderbreken om na eentreknacht te fourageren. Maar vooral ookniet te goed zichtbaar voor je concurrenten!Je moest goed thuis zijn in je jachtterrein enelke plek feilloos kunnen terugvinden. Danging je op een ochtend vroeg je strikkenlangs, je spijbelde van school. Wee, wat eenwoede wanneer bleek dat concurrenten jevoor waren geweest en jouw buit gepikthadden of zo maar je strikken vernieldhadden. Dat betekende oorlog.Het kan verkeren. De strikkenzetter uitAssen kwam in het Gooi wonen. Hij wasinmiddels een fervent natuurbeschermergeworden. Daartoe had hij in zijn jeugd eenuitstekende opleiding genoten door intenskontakt met de natuur: geoefende zintuigen,verscherpte aandacht, een training om in hetveld op alles te letten en alles te onthouden.

In het Gooi

Wie het wil kan nog elk najaar de trek van dekoperwieken horen, ook in het Gooi. Erblijven hier ook wel exemplaren overwinte­ren. Die krijgen het moeilijk wanneer develden onder een sneeuwdek komen te liggen.Dan komen de vogels tot in de stadstuintjes.De sneeuw versterkt het kleureffect dankzijhet door een glinsterend sneeuwdek ver­strooide licht. Lijsters komen in het algemeenwanneer de gewone tafel onder de sneeuw ligtmeer dan ooit hun toevlucht nemen tot devruchten aan struiken en bomen, meidoorn,vuurdoorn, taxus en lijsterbes. Zo kun je eentijd lang een paar stamgasten in je tuinhebben.In het voorjaar is het spannend om weer ietsvan de koperwiektrek mee te maken. Wie hettreft kan op zonnige dagen wel eens eengroep in de bomen zien zitten die koorzangproduceert. Een echte vogelfanaat wil natuur­lijk verder meegaan naar Scandinavië ofLapland om de echte koperwiekzang te horen

in de vogelbruiloftsdagen voordat het broed-seizoen begint. Een reis naar Ijsland magook aanbevolen worden om de daarinheemse slag koperwieken. Maar het Gooibiedt al genoeg leuke dingen voor eenwandelaar die ogen en oren heeft om vogelste ontdekken.Mijn oude kennis de lijsterstrikkenzetterbekeek het Gooi met heel andere ogen daneen gewone wandelaar. Bij bosranden,houtsingels en verlaten veldjes konden zijnogen gaan glimmen en klonk het 'hier zou ikmijn lijsterstrikken zetten'. En dan zag je alsleek geen verschil met andere bosjes, singelsof veldjes. Oriënteerde hij zich in hetlandschap als een trekkende koperwiek? Mijinteresseert het nu te weten of in 't Gooivroeger strikkenzetters in de trekmaand vande koperwieken aktief zijn geweest. Hetleverde toch een zakcentje op voorde jeugdof een kleine bijverdienste voor volwassenen.In Nederland waren lijsters, leeuweriken envinken opgenomen als 'klein wild’ in de wetvan 6 maart 1852 'tot regeling der Jagt enVisscherij’. Deze wet trad op 1 juli van datjaar in werking. Opening en sluiting van dejachttijd jaarlijks te bepalen door Gedepu­teerde Staten.In de open tijd was vangen van lijsterstoegestaan 'met paardeharen strikken, mitsgesteld tenminste één el boven den grond’.De vogelwet van 1912 (trad in werking 1januari 1914) ging uit van meer algemenebescherming van vogels. Het was nuverboden leeuweriken en vinken voor con­sumptie te vangen. Aan strikken van lijsterswerd een eind gemaakt, wel pas na eenovergangstijd van vijfjaren, waarin jaarlijksde vangperiode ingekort werd.

279

Oude landbouwgronden in het Gooi

P. W. de Lange

Op zoek naar bronnen van de Gooisepraehistorie en historie viel mijn aandacht opmateriaal van de Stichting voor Bodemkarte-ring.Omstreeks 1945 is deze Stichting onderleiding van wijlen prof.dr. C.H. Edelmanbegonnen de samenstelling van de bodem vangeheel Nederland tot op een diepte van 1.20m. vast te leggen. Dat gebeurde aan de handvan een uitgebreid net van grondboringenmet een dichtheid van ca. één boring per 8hectare in het algemeen en in sommigegebieden meer. In de bebouwde kommen konmen uiteraard niet boren. ')Op de grijsdrukken van de topografischekaarten schaal 1:25000 zijn de gegevens vande boringen aangebracht.Fotocopiën van de kaartbladen 26C (Hui­zen), 31F (Loosdrecht) en 32A (Soestdijk)met de in rood aangebrachte boorgegevenszijn gedeponeerd bij het ArcheologischDocumentatiecentrum vande WerkgroepNardinclant van de A.W.N. (Tesselschade-laan 20, Hilversum).Kaartblad 32A (Bussum) ontbreekt, maar zalin dit verband nauwlijks van belang zijn. Hetgedeelte hoge grond, dat daarop voorkomt,zal praktisch wel bebouwde kom zijn. Degegevens over de dikte zijn uitgedrukt incentimeters. Bij uitzondering met één getal,maar meestal bij benadering bijvoorbeeld30-50 cm. Dikten beneden de 30 cm. trof ikniet aan, de grootste is 100 cm. Bij elkaarnoteerde ik ca. 120 waarnemingen op eentotaal van 209 boringen.

De bedoelde laag is in vroeger eeuwenontstaan; op zijn laatst ca. 100 jaar geleden,toen het gebruik van kunstmest de oudewerkwijze geheel verdrongen heeft. Dewaarnemingen zijn in onze eeuw gedaan. Inhet algemeen is het dus mogelijk dat de

betreffende percelen intussen vergraven zijnof op andere wijze verstoord. Bij nader inzienvalt dit - althans voor het Gooi - erg mee.Na de vestiging van een nederzetting zullende dichtstbijgelegen gronden het eerst incultuur gebracht zijn en de verderaf gelegenelater.2) Verwacht mag dan ook worden dat -in het algemeen - de dikte van een laagafneemt bij het toenemen van de afstand vanhet centrum. Dit verschijnsel doet zich nuonder andere voor ten noordwesten van debebouwde kom van Huizen. De beschouwdelaag zal daar dus in hoofdzaak ongeschondenbewaard zijn. Verder weten wij dat de dorpenlangs de noordoostkant van de hoge grondenindertijd gevestigd zijn op een hoogte van ca.5 m + AP en dat hun akkers aanvankelijkalleen aan de hoge kant zijn aangelegd.3)Aan de lage kant lagen aanvankelijk alleenmoerassen. Nu zien wij bij de dorpen Larenen Blaricum de dikte van bedoelde laag aande hoge kant van de bebouwde kom vrijweloveral duidelijk groter dan die aan de lagekant. Dat klopt dus ook vrij aardig.Ook is bekend, dat het grootste deel van ’sGraveland in het tweede kwart van de 17deeeuw afgezand is en tevens, dat voorzoverdaar later akkerbouw heeft plaats gehad,deze niet op de oude Gooise wijze gebeurde,maar met Amsterdams stadsvuil. Nietteminis op enkele punten daar een laag aangetrof­fen, die op de bedoelde gelijkt. Als datinderdaad dezelfde zou zijn, zou dat wijzenop heel oude en indertijd verlaten neder­zettingen. Want vóór de aanleg van debuitenplaatsen was dat terrein lang onbe­woond geweest. Zulke verlaten neder­zettingen kunnen ook elders herkendworden.Het vorige betreft alleen een globaal beeldvan de situatie. Voor meer bijzonderhedenzal men andere bronnen en hulpmiddelen te

280

baat moeten nemen. Maar daarbij zal ditmateriaal mede van nut kunnen zijn. In debebouwde kommen zijn waarnemingen inbouwputten en andere ingravingen vanbelang, maar ook eenvoudige boringen inplantsoenen, villaterreinen en mogelijk zelfsin achtertuintjes. In het algemeen is dit netvan boringen te wijd. Binnen veel korterafstand kunnen verschillen van belangvoorkomen.4)Tijdsbepalingen laat het materiaal in hetalgemeen niet toe. Zowel ten aanzien vanbegin en eind van de vorming van de laag, alsvan de duur daarvan. Wat dit laatste betreftis stellig niet van een bepaalde gemiddeldegroeisnelheid sprake. De feitelijke snelheidhangt van te veel factoren af. Bijvoorbeeldvan de toepassing van twee- en drieslagstelselof wel jaarlijks gebruik. Voor tijdsbepalingenzal men aangewezen zijn op archeologischonderzoek. Daarbij zal niet in jaren maar ineeuwen gerekend moeten worden.

Slotopmerkingen

Gegevens omtrent de dikte van de oudelandbouwgronden kunnen dus van nut zijnbij plaatselijk onderzoek op het gebied vanpraehistorie en historie. Dit doet vermoeden,dat gegevens omtrent de samenstelling van delaag, voorzover beschikbaar, daar mede metvrucht bij betrokken kunnen worden.

NOTEN1) Sinds enkele jaren zijn er ook wel bodemkarteringen

in bebouwde kommen verricht. O.a. te Haarlem.J.G.C. van Dam & F.A. Wopereis, Grond en groenin Haarlem. Groen 34, (197S) l.pl.

2) J.C. Pape. Oude bouwlandgronden in Nederland,Boor en Spade 18, (1972), 85

3) P.W. de Lange, Iets over de oudste geschiedenis vanhet Gooi tot ca. 1400. Tussen Vecht en Eem, jrg. 12(1982), p.212.

4) P.W. de Lange, Waarnemingen in de bouwput vande Hilvertshof. Tussen Vecht en Eem, jrg. 1(1970/1 ),p. 171.

Literatuur

Boekbespreking

De man achter Sil, over Cor P. Bruijn

Ruim honderd jaar geleden, op 17 mei 1883, werdCornelis Pieter Bruijn te Wormerveer geboren. AlsCor Bruijn, schrijver van vele jeugdboeken enromans, genoot hij algemene bekendheid.Minder bekend was hij als voorvechter voor deonderwijsvernieuwing, actief in nationale eninternationale organisaties, voornamelijk in deperiode tussen circa 1900 en 1935.Hij speelde echter niet alleen een belangrijke rolals pedagoog - vooral in het begin van onze eeuw -maar was nauw betrokken bij de toenmaligemaatschappelijke veranderingen, zoals het opko­mend socialisme, het antimilitairisme, de vrouwen­emancipatie (vrij huwelijk), de strijd om gelijkemaatschappelijke ontplooiingskansen voor ieder­een. een natuurlijke gezonde leefwijze (vegeta­risme, geheelonthouding, niet-roken. Rein LevenBeweging), zoals ook Frederik van Eeden, LeoTolstoy, Domela Nieuwenhuis, Professor vanRees, Felix Ortt en anderen die voorstonden.In 1905 leefde hij korte tijd in een commune metenkele idealistische kunstbroeders, en van 1906 tot1916 werd hij de stuwende kracht van deHumanitaire School, aanvankelijk bestemd voorkinderen van leden van de Kolonie Laren-Blaricum der Internationale Broederschap opTolstoyaanse grondslag, maar volop toegankelijkvoor kinderen van geestverwanten, waaronderveel kunstenaars. Er was nauw contact met deKolonie Walden van Van Eeden en veel aandachtvoor diens ideeën t.a.v. kleinschalige bedrijfjes,ontwikkeld in zijn Coöperatieve Vereniging voorGemeenschappelijk Grondbezit (1901). In dezeperiode was de Humanitaire School bekend bij deonderwijsvernieuwers over de gehele wereld, enhaar invloed bleek later voor velen beslissend voorhet leven te zijn geweest.

Dit voorjaar kwam een manuscript gereed van zijndochter Margreet Bruijn, die het hele door hemnagelaten archief doorwerkte en zodoende eenlevendig, met eigen herinneringen doorweven,levensverhaal kon schrijven. Om tot realisatie vande uitgave te komen werd een commissie vanaanbeveling samen gesteld uit:

Gem Bijlsma, jeugdbibliothecaresseSuus Freudenthal, Stichting JenaplanJaap ter Haar, oud-leerling van Cor Bruijn en

281

auteur-schilderAnton Korteweg, Nederlands LetterkundigMuseum en DocumentatiecentrumDick Reumer, Zaankanter en direkteur Neder­lands Bibliotheek en Lektuur CentrumMartin Ros, letterkundig criticusAn Rutgers van der Loeff, auteur

De voorlopige titel is: ’De man achter Sil’ - OverCor P.Bruijn als idealist, onderwijspionier enschrijver, 1883 - 1978. Omvang ca. 375 blz. Deprijs is afhankelijk van de oplage, geschat op ca.f29,-.Een uitgebreide enquête werd reeds rondgezondenaan kringen van het bibliotheekwezen, onderwijs,historische kringen, particulieren etc. Daaropwerd een zo grote positieve respons ontvangen datde tot standkoming van de uitgave wel zeker lijkt.Mocht U echter ook, geheel vrijblijvend, Uwbelangstelling willen tonen dan kunt U zich richtentot: Int. literatuur Bureau b.v. Postbus 10014, 1201DA Hilversum.

Luthers Bussum

M. Langelaar, 3 Eeuwen Lutheranisme inNaarden-Bussum, H. Poolman, Naarden, 1983,109 blz., f 12,50.

Het Lutherse kerkje aan de Mecklenburglaan inBussum bestaat dit jaar tachtig jaar. Aanleidingom in de kerk een tentoonstelling in te richten, diede maand november ’s zondags te bezichtigen was.Van de hand van drs. Mies Langelaar verscheenter ere van dit lustrum een boekje waarin degeschiedenis van de Lutherse Gemeente inNaarden-Bussum met veel details, namen en datawordt verteld. Na een korte inleiding over degeschiedenis van de Evangelisch Lutherse Kerk inNederland volgt een beschrijving van de periode1640 - 1900 van de Evangelisch LutherseGemeente te Naarden. Vervolgens wordt verteldhoe in 1901 door J.P. Dudok van Heel en L.A.Insinger het initiatief wordt genomen tot deoprichting van een eigen gemeente. In 1902 wordtde eerste dienst in Concordia voorgegaan door deWeesper dominé Bögeholz, op 12 april 1903 wordtde inwijdingsdienst gehouden van de nieuwe kerk(gebouwd door de Naardense aannemer Jurriensnaar een ontwerp van architect Nierop uitMaartensdijk. Het zou van 1903 tot 1912 duren toteen zelfstandige gemeente Naarden-Bussum zouontstaan. Na 1912 zet de groei gestadig door. In deverdere ontwikkeling tot 1983 toe wordt specialeaandacht besteed aan de mobilisatie en oorlogspe­riode. De grondige aanpak van het geheel en devele feiten en de goed geordende vorm van hetboekje maken dat het voor allen die in degeschiedenis van Naarden en vooral Bussumgeïnteresseerd zijn een welkome aanvullingbetekent.

Het Galgeveld. De stichting biologische werkgroep’t Gooi, te Bussum, zond ons dit degelijke rapport.Het Galgeveld in Naarden is één van de veleGooise terreinen die niet of nauwelijks biologischzijn onderzocht en toch een zekere waarde hebben.Omdat recentelijk is geopperd juist daar een(riool)slibstortplaats in te richten leek het destichting gewenst te wijzen op de aanzienlijkenatuurlijke waarde van dit stukje ’onland’, (aug. 83)

Uit de tijdschriften

Natuurbehoud, tijdschrift van de Vereniging totbehoud van natuurmonumenten in Nederland.Iedere keer treft de verzorgde verschijning van dit4 x per jaar uitkomende tijdschrift, terwijl deinhoud evenmin teleurstelt. Uit de veelheid vanartikelen boeit in het bijzonder het artikel’Snippers in de Wieden’, dat een goede indrukgeeft van het aankoopbeleid van de Vereniging.Prof. dr. V. Westhoff beschrijft ontstaan entoekomst van het tijdschrift ’De Levende Natuur’,voortgekomen uit een in 1892 door E. Heimansgeschreven boekje voor het lager onderwijs in dekennis van planten en dieren. In 1982 zag geenuitgever meer brood in de voortzetting van hetgelijknamige blad. ’De Levende Natuur’ wordt nuweer tot nieuw leven gewekt, en U verricht eengoede daad door zich te abonneren. (14e Jrg.83, nr.4)

Natuur en Milieu, maandblad van de gelijknamigestichting.Veel aandacht wordt gegeven aan het Internatio­naal Water Tribunaal, dat van 3 t/m 8 oktober1983 in Rotterdam heeft plaats gevonden. Verderdaarmee verband houdend artikelen over giftigslib en bagger en over de vergiftiging van deBrabantse Kempen als gevolg van de verschillendemetallurgische industrieën in de buurt, de meestennet over de grens in België. (7e jrg. 1983, nr. 9).

De ’grote vervuilers’ in ons land, Shell, Duphar,DSM, de een na de ander worden zij ’ontmaskerden ter verantwoording’geroepen. In dit nummermoet speciaal het staatsbedrijf DSM het ontgel­den. Het Gooi zorgt voor de instandhouding vande natuurwaarden in de Westbroekse Zodden. Hetartikel ’Kommeren kwel voor de WestbroekseZodden’ is interessant. Verder een alternatieveTroonrede, vanuit de milieuhoek gedacht, methelaas ook wat alternatief taalbegruik. (7e jrg1983, nr. 10).De otter, die vroeger vrijwel overal waar waterwas voorkwam, is nu een zeldzaam dier geworden.Hoewel de otter wettelijk beschermd is, is eenactief en vergaand beheer van zijn leefomgevingnodig om het dier in stand te houden.F.J. Leeuwenberg en drs. J. Veen schrijven eenboeiend verhaal over de otter in Nederland.Verder veel over ons milieu, van biogas totmilieusparend huishouden. (7e jrg., 1983, nr. 11).

282

Het Vogeljaar, uitgave van de gelijknamigestichting te Delft.

Uitgebreid onderzoek naar de purperreiger inNederland in de jaren 1980 t/m 1982. Depopulatie vertoont een scherp dalende lijn. Wil zijin stand blijven dan zal meer zorg nodig zijn voornestelgelegenheid. Van de kolonie in het Naarder-meer zijn de laatste jaren alleen schattingenbekend. (31e jrg. 1983, nr.4)

Informatie-bulletin van de Vereniging Vrienden vanEemland (oct. 1983)Het landinrichtingsplan ’Eemland’ geeft veelaandacht aan de weidevogelpopulatie, de kwel­zone tussen Soest en de Eem, en worstelt met deruilverkaveling. Het zal moeilijk zijn voor ditgebied een plan dat de belangen van de boeren envan het natuurbehoud op redelijke wijze inevenwicht houdt, aanvaard te krijgen. OpZaterdag 19 Mei 1984 wordt de vijfde Eemlanddaggehouden in de ’Borg’ te Soest.

Mens en Natuur, tijdschrift van het Instituut voorNatuurbeschermingseducatie (IVN)

Interessant o.m. in dit nummer de vraag wat tedoen met de uitkomst van de Brede IVN-Discussie.Er was en is geroezemoes rondom de natuur-gidsencursussen en veel cursusteams zijn inmiddelsal begonnen met een eigen vorm aan de cursus tegeven aan de hand van de genomen besluiten. Erkleefden kennelijk gebreken aan de opleiding vannatuurgidsen, en het accent wordt nu verschovenvan kennisgericht naar praktijk gericht leren.Het IVN is gezamenlijk aan het zoeken naar deeigen identiteit en begint daartoe aan de basis waaral het vrijwilligerswerk geschiedt. (34 jrg. 1983, nr. 3)

De Korhaan, (verenigingsorgaan van de Vogel-werkgroep het Gooi e.o.)Dankzij de aanschaf van 2 nieuwe typemachinesziet dit blad er nu een stuk aantrekkelijker uit. Hetgeeft veel wetenswaardigs voor vogelkenner en-liefhebber, zoals een uitvoerig verslag over debergeenden in het Gooi, broedgevallen in 1981 en1982. Aardig is een stukje over de tapuit, eenincidenteel broedgeval in Blaricum in 1983.(17e Jrg., 1983, nr. 5).

De Kleine Ratelaar, (contactblad voor Afd. Gooie.o. van het Instituut voor Natuurbeschermings­educatie).Naar het aantal geplande excursies en wandeling­en gemeten is het Gooi een zeer actieve afdeling, alblijkt het moeilijk om voldoende gidsen temobiliseren om alle activiteiten te begeleiden.Aardig artikel over onze bossen in de winter. (5eJrg. 1983, nr. 5).

Mens en Vogel, nationaal informatieblad voorstudie en bescherming van de Europese avifauna;Belgie.

In België blijft de jacht op vogels, hoewel in velegevallen verboden, een groot probleem. Dejachtbesluiten 1983-1984 zijn in juli j.1. gepubli­ceerd in het Belgisch Staatsblad, maar naast enkeleverbeteringen brachten ze een ’verbijsterendekaakslag’ aan de natuur- en vogelvrienden,doordat enkele soorten weer bejaagbaar worden.(2le jrg. 1983, nr. 3)

Nieuwe Uitgaven

Overzicht van de nieuwe uitgaven, samengestelddoor F. Renou, Nieuwe Bussummerweg 83a, 1272CE Huizen, tel. 02152-58601. Voor vermelding vannieuwe publicaties worden de gegevens gaarnetegemoet gezien aan dit zelfde adres.De met * gemerkte uitgaven zijn bij de boekhandelverkrijgbaar.

Koekoek, GerardLarense dorpspraat: dorpsvertellingen.Zaltbommel 1983; 216 blz. met afbn. geb. f24,50*

Kraak, dr W.K.Een eeuw koorzang.Het jubilerende koor van toonkunst Bussum1883-1983.36 blz. met afbn. nr. 17 in de serie 'Gooi en Vecht’Naarden 1983 f9,50

Kwantes, drs J.Architectuur onderzoek in Hilversum. Pleidooivoor behoud van karakteristiek.Artikel in Heemschut, juli/aug. 1983, no 7/8 blz.105-107 m.afbn.

Het Station van Hilversum.Bouwplaat met beschrijving.Uitg. Bouwplatenwerkplaats Delft, 1983 f9,75*

Huizer kalender 1984 met tekeningen vanH. Corduwener.Verkrijgbaar bij seer. Hist. Kring Huizen,Populierenlaantje 12, tel. 02152-51029, f26,-

Rondom Muiderberg.Grensgebied van polders, Zuiderzee en heuvelrugop oude kaarten uit de 16e tot en met de 19deeeuw.Catalogus bij een tentoonstelling op Muiderberggeorganiseerd van 29 juli tot 14 augustus 1983door het Comité Oud Muiderberg.30 blz.m.afbn.

Terlouw, L.A.Alternatieve onkruidbestrijding in de GemeenteHuizen.Art. in Groen - sept. 1983, blz. 292-297 met afbn.

283

Actualiteiten

Monumentenwacht en Naarden

Het stadhuis van Naarden, het voormaligeBurgerweeshuis en de Grote Kerk van Naardenzullen in het vervolg regelmatig gecontroleerdworden door de Monumentenwacht Noord-Holland. B&W van Naarden namen het besluiteen abonnement te nemen ten einde in detoekomst niet onverwacht voor grootscheepserestauraties te komen te staan.

Koepelgraven

Mevrouw M. Addink-Samplonius, gemeente-archeologe van Hilversum en J.W. Noordam vande Rijksdienst Oudheidkundig Bodemonderzoekhebben een rapport opgesteld over de zorgwek­kende toestand waarin de ca. 30 koepelgraven inhet Gooi verkeren. Er is naar aanleiding van ditrapport door het R.O.B. een meerjaren restauratie­plan opgesteld dat uitgevoerd zal worden door hetGoois Natuurreservaat.

Grote Kerk Naarden

In Naarden is een Gooise Culturele Kringopgericht met het doel meer musicale manifesta­ties te organiseren in de prachtige Grote Kerk. Op23 december zal er in dit verband een kerstconcertplaats vinden met medewerking van de Handelver-eniging en het Naardens Kamerorkest.

Huizer oorijzers

Een werkgroep van de Historische Kring Huizenheeft juwelier Meys bereid gevonden om gratis dezo beroemde Huizer oorijzers te dateren. Van de139 exemplaren die hij onder ogen kreeg was hetoudste uit 1827. Het oudste tot dan toe bekendewas uit 1843. Er waren enkele bij uit 1868, 1872 er1876. Verreweg de meeste uit de jaren 80 van dieeeuw en vervolgens exemplaren uit de periode1905-1907 en tenslotte uit 1912,1915 en 1921. Ermoeten zich nog veel meer oorijzers onder deHuizer bevolking bevinden.

Muiderslot

Per 1 december 1983 is het echtpaar Oosterbroek-Landzaat niet langer beheerder van het Muider­slot. De woning in het Poortgebouw die in 1968gereed kwam en door hen betrokken werd zal daneen nieuwe bewoner krijgen, wie is nog nietbekend. Het Muiderslot ontvangt zo’n 130.000

bezoekers per jaar die afkomen op het prachtiggerestaureerde uiterlijk, de authentiek 17e eeuwseinterieurs en de vele evenementen van hogekwaliteit.

Bestuurswisseling Stad en Lande Stichting

De heer H.P.C. van den Berg, oud-bestuurslid vanStad en Lande van Gooiland en één van deoprichters van de Stad en Lande Stichting, isvolgens rooster afgetreden als bestuurslid en per24 oktober benoemd als adviseur van de Stichting.

Cultuurprijs gemeente Hilversum

De cultuur-prijs van de gemeente Hilversum, ditjaar bestemd voor de vrije beeldende kunsten istoegekend aan Gerlof N. Zijlstra, directeur van degemeentelijke dienst voor de cultuur. Hij heeft inde 25 jaar dat hij in dienst was een groot aantalsculpturen van hoge kwaliteit voor de gemeenteverworven, terwijl door de enorme activiteit vanhet culturele centrum de Vaart zeer veel beeldendekunstenaars bekendheid verwierven.

Albertus Perk huis

De Stichting Pas Op in Hilversum heeft het langmet sloop bedreigde pand ’s-Gravelandseweg 41voor de symbolische som van f 1,- kunnen kopen.Dit kon door bemiddeling van de gemeente, diebovendien f 35.000,- beschikbaar stelde voor deurgentste reparaties. Voor de echte restauratiemaakten leerlingen van de Gooise M.T.S.opmetingstekeningen.

Uitbreiding gemeentehuis ’s-Graveland

Tegen de uitbreiding van het gemeentehuis van’s-Graveland zijn 21 bezwaarschriften ingediend,waaronder die van de Bond Heemschut, deVereniging tot bescherming van cultuur­monumenten in Nederland en de CurtevenneStichting.

'Beheersnota 1982 - 1987 vastgesteld'.

Een belangrijk besluit. Dat was de vaststellingvan de ’Beheersnota 1982 - 1987’ door hetAlgemeen Bestuur van de Stichting GooischNatuurreservaat in haar vergadering van 16november 1983.

Historische kalender

De burgemeester van 's-Graveland heeft uithanden van de voorzitter van de HistorischeKring ’s-Graveland, Kortenhoef en Ankeveeneen kalender ontvangen met tekeningen vanBram Arnoldus van mooie plekjes in deze driegemeenten. Een initiatief dat navolging vraagt!

284

Activiteiten van de Vereniging vanVrienden van het Gooi

1. Provinciale Toer-in 1983

In juni van dit jaar namen wij deel aan deProvinciale Toer-in 1983. welke onder het motto’Natuurlijk’ ditmaal in Naarden werd gehouden.Deze manifestatie verheugde zich in grotebelangstelling van velen uit Noord-Holland enelders, die op een aantal excursies, o.a. naar hetNaardermeer, van de mooie plekken van het Gooikonden genieten. In de Grote Kerk was eenpresentatie van het Gooi ingericht, waaraan ookde Vrienden meededen. Het daartoe gebruiktemateriaal van de Vrienden heeft nu in hetvoorportaal van de kerk een min of meerpermanente opstelling gevonden, welke de aan­dacht trekt van de vele bezoekers.

2. Het streekplan voor het Gooi en de Vechtstreek

De in gang gezette procedure van herziening vanhet streekplan gaat voort. De Vrienden warenpresent bij een vergadering op 5 juli j.1. van decommissie ruimtelijke ordening van het GewestGooi en Vechtstreek, bij welke gelegenheidoud-voorzitter Loggere en de huidige voorzitterhet standpunt van de verening kort toelichtten.Intussen ontvingen wij de door de provinciegebundelde reacties op de Nota MogelijkeOntwikkelingsrichtingen (MOR), waarlijk eenlijvig boekwerk!Aan de orde zijn nu hoorzittingen, waarop zij diein eerste instantie op de MOR-nota hebbengereageerd hun standpunt mondeling nog kunnentoelichten. Voor de Gooivrienden heeft dezezitting op 19 oktober j.1. plaats gevonden.Als deze ronde is afgelopen zal de commissie vanonderzoek uit de Provinciale Staten over de notaen over de resultaten van inspraak en onderzoekaan Gedeputeerde Staten verslag uitbrengen. Ditcollege zal dan een keuze doen met betrekking totde gewenste ruimtelijke ontwikkeling van het■Gooi en de Vechtstreek. Op basis van deze keuzezal na overleg met de gemeenten en het Gewesteen ontwerp-streekplan worden opgesteld. Ditontwerp zal naar verwachting in het najaar van1984 ter visie worden gelegd. Na de gebruikelijke

procedure is de vaststelling van het herzienestreekplan voorzien in mei 1985.

3. Warandepark

Zoals in het september nummer van dit tijdschriftgemeld, hebben G.S. hun goedkeuring aan hetbestemmingsplan "Partiële herziening Ooster-meent’ in juli van dit jaar onthouden. Hiermee ishet onbebouwd blijven van het vierde kwadrantop losse schroeven komen te staan.Hoewel wij in eerste instantie bij G.S. tegen hetplan in beroep waren gekomen omdat debetreffende herziening zich niet, conform RichtlijnIII van het Gewest Gooi en Vechtstreek, medeuitstrekte over het gebied waarin het z.g.Warandepark is gelegen, hebben wij thans eenberoepschrift bij dc Raad van State ingediend omalsnog goedkeuring van het plan te verkrijgen.Het onbebouwd laten van het vierde kwadrant,door het de bestemming ’agrarisch/natuurgebied’te geven is immers het belangrijkste doel van hetbestemmingsplan van Blaricum. Het is een doeldat door tallozen en zeker ook door onzevereniging als juist wordt beschouwd en hetbebouwen van het gebied zou op verschillendepunten voor het Gooi kwalijke gevolgen hebben.Intussen heeft de gemeente Blaricum aangekon-digd nu ernst te willen maken met hetvoorbereiden van een bestemmingsplan voor hetWarandegebied. Het is inderdaad de hoogste tijddat zulks gebeurt. Bepaalde beheersmaatregelenzouden veel kwaad kunnen voorkomen.De kwestie van de Verlengde Bergweg blijftonduidelijk! Verontrust zijn wij door het aange-kondigde voornemen van de gemeente op hetkruispunt van de Randweg-Oost en de VerlengdeBergweg verkeersregelinstallaties aan te leggen.Het tijdelijke karakter van de Verlengde Bergweglijkt wel aan een zeer rekbare interpretatieonderhevig. Daar komt nu de grenswijzigingtussen Huizen en Blaricum bij welke op 1 januarivan het volgend jaar zijn beslag zou moetenkrijgen. De gemeente Blaricum zou daardoor tothet inwoneraantal van vóór de realisering van deBijvanck (6000) terugvallen. De minister zegt dat

285

het bestuur van de gemeente Blaricum steedsgeweten heeft dat het een tijdelijke zaak zou zijndat een deel van de Oostermeent nog Blaricumsgrondgebied zou blijven en de gemeente dus methet terugvallen op het oude inwoneraantal steedsrekening heeft kunnen houden. Intussen merkt deminister ook op dat bebouwing van het vierdekwadrant niet nodig wordt geacht, voorlopigalthans niet! Ook de Verlengde Bergweg zou, naarhet inzicht van de minister, kunnen verdwijnen.

4. Wateronttrekking ten behoeve van het sportparkaan de Meerweg te Bussum

In deze zaak, waarin de gemeente Bussumvergunning had verleend tot grondwateronttrek­king ten behoeve van de beregening van desportvelden, hadden wij bezwaar aangetekend opgrond van de overweging dat, al stijgt op hetogenblik het grondwaterpeil in het Gooi weer, erook weer perioden van daling zullen voorkomen.Verder waren wij van oordeel dat er te weinigrekening gehouden was met de gevoelige gradiënt-zone ter plaatse en dat wateronttrekking in debuurt van de zoet/zoutwatergrens gevaarlijk is enin ieder geval in tijdsduur beperkt zou moetenworden.Bij brief van 11 juli 1983 deelde het provinciaalbestuur van N.H. ons mee besloten te hebben dedoor B&W verleende vergunning te handhaven.In dit verband wijzen wij nog even naar de in hetvorig nummer afgedrukte brief van de regionaleinspekteur van de Volksgezondheid voor deMilieuhygiëne, welke hij in verband met deZandzee-affaire aan het college van B. & W. vanBussum heeft gericht. Daarin spreekt de inspek­teur zijn bezorgdheid uit over het z.i. soms watmakkelijk omgaan met het verlenen van ontheffin­gen van de verordening bodem en grondwaterver-ontreiniging. Wij kunnen ons niet aan de indrukonttrekken dat hetzelfde opgemerkt had kunnenworden betreffende de grondwateronttrekking.

5. Deregulering van de milieuwetgeving

We zijn weereen nieuw woord rijk! We gaan aanhet dereguleren. De regering heeft in juni van ditjaareen actieprogramma inzake deregulering ophet terrein van de ruimtelijke ordening enmilieubeheer aan de Tweede Kamerleden aange­boden. Dit actieprogramma bevat een seriemaatregelen welke overwogen worden, in de eersteplaats om het bedrijfsleven van de noodzaak vanhet lastige aanvragen van een aantal vergunningenaf te helpen, en tevens om de looptijd van de

verschillende procedures te bekorten. Zo duurt hetbij een bestemmingsplan gemiddeld 26 maandenvanaf het ontwerp tot en met de goedkeuring doorG.S. Het streven is om dit tot maximaal 15maanden terug te brengen. Ook de duur van deKroonprocedures wil men bekorten, en in ditverband lazen wij met instemming dat afschaffingvan het Kroonberoep niet overwogen wordt. Maarals men dan wat verder leest dat, als organisatori­sche maatregelen en het stellen van termijnen nietgenoeg zouden helpen, dan toch weer zelfsafschaffing van het Kroonberoep zou moetenworden overwogen, dan wordt het ons wat bangom het hart!Deze zaak lijkt ons zo belangrijk dat wij in eenbrief aan enkele Kamerleden hun bijzondereaandacht voor dit punt hebben gevraagd en henop de bedenkelijke kanten van een dergelijkemaatregel hebben gewezen. Ook op een paarandere dingen hebben wij hen opmerkzaamgemaakt. Wij hebben daarbij op de voorgrondgesteld niet te willen treden in een beoordeling vande gevolgen van een verzachting van hetvergunningstelsel voor allerlei industriële proces­sen, als zijnde niet competent op dat gebied. Datmilieufederaties en vele anderen fel van leergetrokken zijn tegen de voorgestelde maatregelenop dit punt uit grote bezorgdheid voor de gevolgenvoor het milieu zal niemand verbazen.Dichter bij huis zijn wij gebleven door te wijzen opde eventuele versoepeling van de Wet Verontreini­ging Oppervlaktewateren en de Wet ChemischeAfvalstoffen, welke versoepeling ten koste vannatuurgebieden zou gaan. Te denken valt hierbijin onze eigen streek aan de beide Wasmeren en-recentelijk-aan de Zandzee.De geluidshinder is een ander punt dat deaandacht vraagt in een klein en dicht bevolktgebied als het Gooi. Vele autowegen stellen huneigen speciale problemen en de opstellers vanbestemmingsplannen dienen zich de akoustischegevolgen van een weg door het gebied goed terealiseren.Vele Bussummers zullen denken aan de model­vliegerij op de hei en veel bewoners van dezuidkant van Hilversum denken niet altijd metmilde gevoelens aan het vliegveld Loosdrecht!Rust en stilte in het Gooi worden ook hier steedskostbaardere goederen. Versnelling en vereenvou­diging van de procedures welke in de milieuwetge­ving zijn ingebouwd kunnen een zeer goede zaakzijn, maar ze mogen niet ten koste van het milieugaan. De behandeling van het actieprogramma inde Tweede Kamer zullen wij met aandacht volgen.

286

6. Bestemmingsplan LaegieskampZitting Raad van State ter behandeling van hetberoep tegen het besluit van G.S. van 24.4.79waarbij goedkeuring is onthouden aan hetbestemmingsplan ’Laegieskamp’ van de gemeenteHilversum.In 1977 maakten de Vrienden bezwaar bij B&Wvan Hilversum tegen het ontwerp van dit plan,o.m. omdat er teveel sportvelden zouden komenvlak bij het natuurgebied van de Laegieskamp, enwel op de oostelijke oever van de Karnemelkslootwelke oever bestemd is tot afschermend natuurge­bied tegen het Naardermeer, zoals ook in hetstreekplan aangegeven.Een jaar later ging de vereniging met dezelfdebezwaren in beroep bij G.S. tegen het bestem­mingsplan zoals toen vastgesteld door degemeenteraad van Hilversum. Inderdaad onthiel­den G.S. hun goedkeuring aan het plan, maarmet de motivering waren wij niet gelukkig.De beslissing van G.S. kwam n.1. hierop neer datnader onderzoek naar de geschatte behoefte aansportvelden, en naar de natuurwaarde van deLaegieskamp, nodig was en wees de zaak min ofmeer terug naar de lagere autoriteiten. Omdatvolgens ons een andere vraag nog veel belangrijkeris, n.1. of de bestemming van de bewuste strooklangs de Karnemelksloot. volgens het streekplan’natuurgebied', door Hilversum zo maar als’beperkt agrarisch bedrijf geïnterpreteerd mochtworden, tekenden wij beroep aan bij de Kroon.Deze zaak diende op 18 oktober j.1. De zitting,welke enige stof tot hilariteit opleverde, wasinderdaad een enigszins merkwaardige zaak, of,zoals één der staatsraden opmerkte ’een watonwezenlijke indruk' makend! Wat was n.1. hetgeval? Hilversum had geen beroep ingesteld,omdat de gemeente ook wel vond dat naderonderzoek naar de sportbehoefte nodig was.Bussum was geen partij, alleen maar belangheb­bend en belangstellend. De Vrienden en Leefmi­lieu waren het eens met onthouding van deprovinciale goedkeuring, maar wilden de motive­ring van de beslissing van G.S. anders gesteld zien,en de enige man met echt bezwaar was devertegenwoordiger van de bewoners van deHilversumse Meent, die nu al zes jaar lang om eenpaar tennisvelden smeken omdat het terreinoorspronkelijk voor sportaccommodatie bestemd,door Hilversum voor andere dingen gebruikt was.De vertegenwoordiger van het provinciale bestuurkwam te laat ter zitting als gevolg van het stiptwerken van het openbare vervoer!Zoals te verwachten legden de milieu-pleiters grotenadruk op de kwetsbaarheid van de aangrenzende

natuurgebieden (het Naardermeer) waarbij hetjammer was dat de eigenaar, de Vereniging totbehoud van Natuurmonumenten in Nederland,geen beroep had aangetekend. Zij vochten metklem de interpretatie van Hilversum aan: een stukgrond, dat op de bij het streekplan behorendekaart als bestemd tot natuurgebied staat aangege­ven, mag niet gebruikt worden voor de aanleg vansportvelden, wandelpaden en dergelijke. Juist opdit ogenblik, nu de Provinciale Staten met deherziening van het streekplan bezig zijn, welkeherziening onder andere gebaseerd is op deoverweging dat het huidige streekplan niet meerkan dienen als toetssteen voor bestemmingsplan­nen. zou zulks moeten vast staan of eens te meervastgesteld moeten worden. De huidige onzeker­heid werd, op een desbetreffende vraag, door éénvan de staatsraden bevestigd. Bij een beslissing alsde onderhavige van G.S.. zei hij, vindt toch altijdeen afweging van belangen plaats, waarbijeconomische, commerciële of andere het zonodigvan die van natuurbehoud kunnen winnen.Waarmee het drijfzand waarop de milieu­wetgeving is gebouwd weer eens te meer lijkt tezijn aangetoond!

Gezamenlijk TVE/VVG tijdschrift wordt voortgezet.De respons op de enquête is heel redelijk tenoemen, n.1. ca. 18%. Het aantal positieve reactiesis zeer groot (ca. 96%).De reacties over het gezamenlijke tijdschrift van deStichting Tussen Vecht en Eem (TVE) en deVereniging van Vrienden van het Gooi (VVG) zijndermate positief dat de besturen van de VVG envan TVE besloten hebben met het gecombineerdetijdschrift ook in de komende jaren voort te gaan,uiteraard binnen nader door de ledenvergaderingresp. het alg. bestuur te stellen financiële grenzen.Een volledig overzicht van alle reacties is bij deredactie verkrijgbaar.

Van het, in het voorjaar 1982, in eenoplaag van 5 000 exemplaren onderauspiciën van de Vereniging van Vriendenvan het Gooi verschenen boek: ’Het Gooi,bekeken en besproken’, zijn nog een paarhonderd exemplaren over, welke devereniging, gezien de nog steeds blijkendebelangstelling, van de uitgever heeftovergenomen. Ze zijn verkrijgbaar aan hetadministratieadres van de vereniging.Koningin Emmalaan 11 in Bussum, waarze afgehaald kunnen worden tegen de prijsvan f25,- per stuk._____________________

287

TVE-activiteiten

Historische dag Alkmaar

Door de sectie geschiedbeoefening van deCulturele Raad Noord-Holland werd op 10Oktober jl. een historische dag gehouden in hetCultureel centrum De Vest in Alkmaar. Velehistorische verenigingen uit de provincie warendaar vertegenwoordigd, die zich presenteerdenmet films, boekjes, folders enz. Ook TVE en dehistorische Kringen Weesp en Laren warendaarbij. Tot de sprekers van deze geslaagde dagbehoorde ook de penningmeester van TVE, dieeen uiteenzetting gaf over de Cursus GooiseHistorie.

Cursus Gooise Historie

In de periode van september 1982 tot april 1983werd door de Activiteiten Commissie van TVEeen cursus gegeven, die tot doel had iedereen, diebelangstelling voor lokale en/of regionale historieheeft, over de eerste drempel te helpen omzelfstandig onderzoek te gaan doen. De cursusbestond uit een serie inleidingen over te gebruikenbronnen en methoden voor dit onderzoek.Daarnaast werd aan de cursisten gevraagd om ingroepsverband een eenvoudig onderzoekje te gaanuitvoeren, waarbij kon worden gerekend op deinleiders voor assistentie.Hieronder willen wij vooral ingaan op de resul­taten van de werkgroepen. Eerst nog enige alge­mene opmerkingen. Hoewel het voor enkelecursus-deelnemers als een verrassing kwam dat ergewerkt moest worden, was het percentagedeelnemers aan de werkgroepen zeer hoog,nagenoeg iedereen nam deel aan een werkgroep.Ook het aantal deelnemers aan de cursus dat tothet eind toe actief bleef was opvallend hoog: 38van de 55 starters. Gestart werd met 10werkgroepen, zes daarvan zijn op enigerlei wijzetot een resultaat gekomen.Voornaamste struikelblok bij de werkgroepenbleek het tijdig en zinvol afbakenen van hetonderzoeksterrein. De neiging bestond, zeker inhet begin, om te veel hooi op de vork te nemen:alles is eigenlijk wel interessant.In vogelvlucht volgt nu een overzicht van deactiviteiten van de werkgroepen.

Natuur/ boerenbedrijf.Deze werkgroep trachtte na te gaan op welke wijzede invloed van de mens, in eerste instantie hetboerenbedrijf, zich manifesteerde in een bepaaldafgebakend terrein. Gekozen werd voor het

Warandegebied bij Huizen. Uit de naam’Warande’ blijkt dat het hier een oorspronkelijkgepacht natuurlijk jachtgebied betreft. In de loopder tijd werd het gebied in cultuur gebracht enontwikkelde het zich in de richting van de meerrecente betekenis van het woord warande:wandelpark.De werkgroep bestudeerde diverse ontwikkelingenop flora en faunagebied, het bestuurlijke kader etc.Veel deel-onderzoek had reeds plaats gevonden.Er wordt gestreefd naar een compleet ensamenhangend beeld. De werkgroep zal in dekomende tijd haar werk afronden.Weesp.Een bescheiden werkgroepje heeft zich beziggehouden met de inventarisatie en beschrijvingvan de nu nog aanwezige gevelstenen in het stadjeWeesp. De werkgroep heeft de resultaten van haarwerk kunnen vastleggen in een boekje, dat voorbelangstellenden via de Historische Kring Weespis te bestellen.Een 'Vossen-jacht'De leden van de werkgroep die geïnteresseerd zijnin de genealogie bleken een gezamenlijke familie­naam bij de voorouders te hebben, te weten denaam Vos. Besloten werd de geschiedenis van defamilie Vos te gaan reconstrueren. Men is in 1600beland. Er woonde toen een familie Vos inHuizen. Nazaten van hen zijn te vinden inBlaricum en Eemnes, terwijl later ook elders in hetGooi en de Vechtstreek de naam Vos opdook.Wat als een werkgroep begon tijdens de cursusheeft inmiddels een permanent karakter gekregen.Ongetwijfeld zullen zij nog van zich laten horen.Indien U over enige informatie beschikt over eenfamilie Vos verzoeken wij U dat via TVE aan dezewerkgroep door te spelen.Gooiergraeht.Hoewel de Gooiergraeht volgens alle oudedocumenten rooit op de Dom van Utrecht, tonenvan ouds her alle kaarten diverse knikken enandere merkwaardige onregelmatigheden in hetverloop van deze grens. Voor een der werkgroepenwas dat aanleiding om nader onderzoek naar hetbestaande kaartmateriaal in te stellen. Tot eenconcreet resultaat is men nog niet gekomen, maarhet ligt in de bedoeling dit onderzoek op kortetermijn af te ronden.Kerken.Hoewel in eerste instantie het plan bestond zich opkerk-architectuur te richten, stuitten de leden vandeze werkgroep op het feit dat de historischeontwikkeling van de Doopsgezinde kerk teBussum nooit was beschreven. Vlak voordat het

288

oude archief naar Utrecht zou verhuizen wist menhier nog beslag op te leggen en het aan eennauwkeurig onderzoek te onderwerpen. Een hiaatin de aanwezige documentatie is ondermeer hetontbreken van het Notulenboek over de jaren 1924tot 1940. Indien U hieromtrent enige informatiezou kunnen verschaffen, wilt U zich dan tot hetbestuur van TVE wenden?Nieuwlichters.Belangwekkend onderzoek wordt nog steedsverricht door deze werkgroep. Hoewel hetonderzoek naar de activiteiten van de ’Internatio­nale Christen Broederschap’ te Blaricum dreigdete verzanden toen bleek dat er reeds veelwetenschappelijk onderzoek was ingesteld over ditonderwerp, werd een keerpunt bereikt toen bleekdat ooit een inventarisatie was opgezet naar dehuizen en hutten van deze broederschap, dieechter nooit was afgerond. In samenwerking metde Universiteit van Amsterdam wordt ditonderzoek nu voortgezet. Met belangstelling zienwe de resultaten tegemoet.

Al met al kijken we terug op een geslaagde cursus.Uit diverse reacties die wij ontvingen bleek telkensweer dat ons voornaamste doel, het enthousiastmaken voor het bezig zijn met historischmateriaal, bereikt werd. Ook deze winter zijn wijmet een nieuwe groep cursisten aan de slaggegaan. Wij hopen dat steeds meer mensen zullenontdekken op welke wijze zij plezier kunnenbeleven aan het ontdekken van historischeontwikkelingen in de streek waarin zij wonen.Ongetwijfeld zal dit weer bijdragen tot een groterewaardering voor die streek waarin wij wonen.

H.K.

Sloop station Hilversum

TVE is op 14 oktober 1983 in beroep gegaan bij deRaad van State tegen de beschikking van de raadvan de gemeente Hilversum van 15 september1983, waarin de raad het beroep van deNederlandse Spoorwegen tegen het besluit vanB&W van Hilversum van 14 december 1982 omhet Hilversumse station op de monumentenlijst teplaatsen gegrond verklaart. TVE is voor handha­ving van het station op de monumentenlijst entegen sloop en nieuwbouw.

Varia

Auteurs

G.L. de Boer (geb. 1933). Lid Historische KringLaren. Deed eerder historisch en genealogischonderzoek in Urk en Harderwijk.

Mr. M.W. Jolles (geb. 1910). Was lid van de Raadvan bestuur van de Nederlandse ReassurantieGroep N.V. te Amsterdam. Vanaf 1976 bestuurs­lid van de Vereniging van Vrienden van het Gooi,eerst als penningmeester, nu als secretaris. Lid vande redactie van het TVE/VVG-tijdschrift.

Dr. W.K. Kraak (geb. 1914). Classicus. Tot zijnpensionering leraar klassieke talen en conrectoraan het Nieuwe Lyceum te Hilversum. Van 1968tot 1972 was hij vice-voorzitter van de Verenigingvan Vrienden van het Gooi. Maakt thans deel uitde Raad van Advies. Ontving in 1974 heterelidmaatschap van deze Vereniging. Lid van deredactie van het TVE/VVG-tijdschrift.

Dr. P W. de Lange (geb. 1887). Promoveerde in1917 tot doctor in de Wis- en Natuurkunde aan deG.U. te Amsterdam. Hij was van 1920 tot 1949verbonden aan het Centraal Bureau voor deStatistiek. Na zijn pensionering vestigde hij zich in1954 te Hilversum. Vele publicaties over degeschiedenis van Hilversum.

Jac. Salomons (geb. 1908). Vestigde zich in 1954 teWeesp. Was jarenlang raadslid en publiceerderegelmatig over de geschiedenis van Weesp in deNieuwe Weesper Courant. Van zijn hand versche­nen De geschiedenis van een chocoladefabriek(1980), Schetsen uit de geschiedenis van Weesp(1982) en hij stelde een Prentenboek van Weesp enWeesperkarspel (1983) samen.

Verantwoording van de illustraties.

Collectie A.M. van Lynden-de Bruine,Dordrecht: 263, 268Foto collectie G. de Boer, Laren: 270, 271,272Foto G. Hols, DriemondColl. Gem. Archief Weesp: 273Foto collectie Mw. N. de Weerd, Weesp: 274,275

289

’N GOEIE BANK IS UWVERTROUWEN WAARD.

Bij ’n goeie bank moet u eropkunnen vertrouwen dat u snel, vriendelijken accuraat geholpen wordt. Dat er gewerktwordt tegen voordelige tarieven.De Bondsspaarbank is zo’n goeie bank.

Sterker nog. De Bondsspaarbankkan dankzij ’n uitgekiend computersysteem’t snelst werken.Bovendien is de Bondsspaarbank de enigebank waar ’t niet uitmaakt bij welk kantooru langs gaat.

En dat betekent dat u terecht kunt bij26 kantoren in ’t Gooi. Ons kantoor Hilvertshof inHilversum is zelfs op zaterdag geopend.

BONDSSPAARBANK 5

Verschenen/ V__/ \ ü i ƒ V <&i

\<

Van gaand enstaand w ant D eeinïD e Zeilvisserij voor en na deafsluiting van de Zuiderzee

Over de plaatsen Huizen en Bunschoten-SpakenburgOok deel 1 en 2 vindt u bij ons in voorraad

B o ek h an d e l LOSN a ssa u la a n 33tel. 14239 en 17678B u ssu m

B o ek h an d e l De ArkN ie u w s ta d 28tel. 12576W eesp

e m .18

Z Z & ó ^a u -i-c irié Z e -c /'ijitv e-n- Z 'C

. eZe- ?^c^ d

2 ZZa-i-e-n- rv.Z. - iZ&Zf&ort- 0 2-/S-3 <¥¥2? 4t

y« « {W-WXJf.Vtj

II

II D D n D ■ I ■

riy>frW )/ÏW / / /> / .

Rabobank Qstaat dicht bij u

Hier en in de andere duizenddorpen en steden van ons land

zijn in het verleden decoöperaties ontstaan die we

nu kortweg de Rabobank noemen.Daarom is de Rabobank van

oudsher overal diep geworteld.

Vereniging van Vrienden van het Gooi

Doelstellingen• In het Gooi en het omliggende gebied de leefbaarheid

en een goed milieubeheer bevorderen.• Een ruimtelijke ordening stimuleren waarbij wordt

gelet op de cultuur- en natuurwaarden van stad endorpen in het Gooi en het eigen karakter van hetlandschap.

• De in het Gooi inheemse flora en fauna beschermen.

Hoe bereikt de Vereniging haar doelstellingen.• Het bestuur volgt de ruimtelijke omwikkelingen in het

Gooi op de voet en maakt zonodig bezwaar tegen debestemmingsplannen of stelt alternatieven voor.

• De Vereniging werkt samen met en geeft in daartoegeëigende gevallen financiële steun aan organisatiesmet een verwant doel in het Gooi.

• Er is een door het bestuur ingestelde Gooise Natuur-wacht, welke tot taak heeft ontsiering en misbruik vande Gooise gronden tegen te gaan.

• Minstens twee maal per jaar worden ledenvergade­ringen gehouden, waarna een lezing met lichtbeeldenof discussie volgt.

• Ieder voorjaar wordt een reeks roeitochten op hetNaardermeer georganiseerd, terwijl zowel in voor- alsnajaar onder leiding van deskundige natuurwachterswandelingen worden gehouden.

• Tezamen met de Stichting 'Tussen Vecht en Eem' geeftde Vereniging een 4x per jaar verschijnend tijdschriftuit.

HistorieDe Vereniging werd in 1935 opgericht, oorspronkelijkwaar mogelijk, ter ondersteuning van het GooischNatuurreservaat. De Vereniging organiseerde in 1959 enin 1980 een Gooicongres, waar de problemen van hetGooi op bestuurlijk en wetenschappelijk niveau aan deorde werden gesteld. Het eerste congres gaf mede destoot tot het tot stand komen van het Gewest Gooiland,later uitgebreid tot het Gewest Gooi en Vechtstreek. DeVereniging gaf twee fotopockets uit over het Gooi (in1960 en 1967) en zij verleende financiële steun aan het totstand komen van de zgn. 'groene kaart' van het Gooi. In1982 werd onder haar auspicieën het ruim geïllustreerdeboek 'Het Gooi bekeken en besproken’ uitgegeven.

Ledenadministratie en excursiesJ.B. Mastbergen-Vlasveld, Kon Emmalaan 11, 1405 CJBussum, 02159-33895Aanmeldingen als lid aan bovenstaand adres. Minimumcontributie f 15,- per jaar. Nieuwe leden ontvangen deGooikaart gratis. Op vertoon van het bewijs vanlidmaatschap (het rechterstrookje van de accept-giro-kaart ter betaling van de jaarlijkse contributie) hebbenleden vrije toegang tot de volgende landgoederen, onderde voorwaarden die bij de ingang zijn aangegeven:'Bantam' aan de Fransekampweg te Bussum, 'De Beek’,aan de Oud-Blaricummerweg te Naarden. 'Oud Bussem’ingang Oud-Bussummerweg of Bikbergerweg te Huizen.'Boekesteyn' aan het Noordereind te 's-Graveland en'Oud Naarden’, in- en uitgang bij de boerderij 'OudNaarden' aan de Oud-Huizerweg te Huizen.

BestuurVoorzitterMr. J.E. Brikkenaar van Dijk, Nieuwe Hilversumseweg8, 1406 TE Bussum, 02159-31248Vice-voorzitterDrs. M. van Mierop-Kaayk, Sandtmannlaan 1,1412 GDNaarden,02159^45501SecretarisMr. M.W. Jolles, Larixlaan 10, 1213 SZ Hilversum035-14227PenningmeesterJ.G. Oost Lievense, Groot Hertoginnelaan 36, 1405 EEBussum, 02159-16313LedenJ.P. Dudok van Heel, Groot Hertoginnelaan 36a, 1405EE Bussum, 02159-12980Drs. H. van Goudoever, Jan Hamdorfflaan 18,1251NM Laren, 02159-82555H.C. Majoor, Henriëtte Roland Holst, Hof 5, 1251 TALaren, 02153-15575W.J.B. Nugteren, Papaverstraat 11, 1402 CV Bussum,02159-13145H.B. van Rijswijk de Jong, Lindelaan 12, 1405 AKBussum, 02159-12514Dr. A.M. Voute, van Lyndenlaan 8, 3768 MG Soest,02155-15573

Raad van AdviesDr. C. Cup, Spoorlaan 30. 1406 ST BussumDrs. H.W.E. Dieperink, Jagerspad 9, 1251 ZV Laren,02153-83615Dr. W.K. Kraak, Wielewaallaan 38, 1403 BZ Bussum02159-15725Ir. H.P. Loggere, Holleweg9, 1261 BW Blaricum,02153-87003Ir. A.D. du Mosch, Eslaan 17,1404 EE Bussum,02159-30704J.M. Soutendijk-Polderman, Melkweg 6, 1261 GVBlaricum, 02153-82395

Gooise NatuurwachtJ. Kamies, secretaris, Geyssendorferstraat 30, 1403 VZBussum ,02159-15995

SecretariaatsadresLarixlaan 10, 1213 SZ Hilversum, 035-14227

N.B. Verzoeke alle post voor de penningmeester of deledenadministratie en excursies rechtstreeks naar debetreffende adressen te zenden.

T I E X I I O V E X

cuds i'nddrm tcr

['an runs Hoddemtcr

?iVVV

dm Brreyen

T S , J P I1■'“SISI

^ 't4j&h s i Z s * » - , / li :s •■■■■.■'•-.■•■■■•

^ t/m l f y d ! r J . ■-"

. m is- f»«

IfeS1*^* gM2< etrmmvti

M u ^JS sg u m

■' . J 1 'W'm/'e ’ # » /y

'* • « . . ; If- ' “ 4 t - J - . 'V - .

/ / ,.y"*s?a! '

v S ^ f T - % 1.r r r / / .s' r / / /•;

i;./i

K A A R 1

G O O I L A N DNA d e H E I D E V E R D E E L I N G VAN 1 8 4 3 .

a a n w i jz e n d e

de s o o r t v a n b e b o u w in g e n a l l e v e r a n d e ­

r i n g e n l o t op g e m e ld t i j d s t i p

Met t o e s t e m m i n g v a n Zi jn e E x c e l l - ' d e n M i n i s t e ri n a n e i e n o p a a n v r a g e e n m e t m e d e w e r k i n g v a nA P e r k . A g e n t v a n h e t D o m e i n t e H i l v e r s u m . .... r .

Fervaardiyddeer de Landm eters van A et Kadaster

A . KLAT O O ST E M /O U T mm N . .VJSL BALLAS.