Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor...

14
Tema 2 “ EL RESTAURANTE” 1

Transcript of Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor...

Page 2: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

VOCABULARIO

Onderstaande zinnen leer je van het Nederlands naar het Spaans. Het zijn allemaal zinnen die een klant in een restaurant zou kunnen gebruiken. Je moet ze zelf kunnen gebruiken dus het goed kunnen uitspreken is belangrijk.

Nederlands—Spaans:

Een tafel voor twee/drie personen graag.

Una mesa para dos/tres personas, por favor.

Ik heb een tafel gereserveerd voor twee personen.

He reservado una mesa para dos personas.

Goedendag / goedenavond. Mag ik de menukaart?

Buenos días / buenas tardes. La carta , por favor.

Honger hebben Tener hambreDorst hebben Tener sedVoor mij…. Para miIk wil Quiero Alsjeblieft Por favorVoor mij… de kip met rijst graag. Para mi, el pollo con arroz por favor.Ik wil graag een glas rode wijn / een biertje / water net / zonder koolzuur svp.

Quiero un vino tinto, / una cerveza, / agua con gas / agua sin gas por favor.

Wat is het menu van de dag? ¿Qué es el menú del día ?Wat zijn “albóndigas”? ¿Qué son “albóndigas”?Wat voor tapas heeft u? ¿Qué tiene de tapas? Ik ben vegetarisch. Soy vegetariano / vegetariana.Als voorgerecht De primeroAls hoofdgerecht De segundoAls nagerecht De postreIk ben allergisch voor… tomaten, vis , uien, noten

Soy alérgico / alérgica a los tomates, al pescado, a las cebollas. nueces

Ik wil graag … een flan / ijs / fruit svp. Quiero un flan / un helado / fruta, por favor.

Waar zijn de toiletten ? ¿Dónde están los servicios?Er is een probleem. Hay un problema.Het vlees is niet gaar. La carne no está bien cocida.De soep is koud. La sopa está fríaHet is erg lekker. ¡Está deliciosa !Mag ik de rekening alstublieft? La cuenta, por favor.

2

Page 3: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

3

Page 4: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

De volgende zinnen leer je van het Spaans naar het Nederlands. Het zijn zinnen die de ober of serveerster zal gebruiken. Het is dus belangrijk dat je de zinnen begrijpt en kan verstaan.

Spaans—Nederlands:

¿Has reservado una mesa? Heb je een tafel gereserveerd?

¿Para cuantas personas? Voor hoeveel personen?

¿Qué quieres (para) beber? Wat wil je drinken?

¿Has elegido? Heb je een keuze gemaakt?

Tenemos también un menú del día. We hebben ook een dagmenu.¿Todo bien? Alles in orde?¿Qué quieres de primero / de segundo / de postre?

Wat wil je als voorgerecht / hoofdgerecht / nagerecht?

¿ Necesitas / deseas algo más? Heb je verder nog iets nodig?

¿ Quieres un poco de pan ? Wil je wat brood?

¿ Te ha gustado, la comida? Heeft het eten gesmaakt?

Muchas gracias y hasta la próxima. Bedankt en tot ziens.

¿Quiéres pagar con tarjeta o al contado?

Wil je pinnen of contant betalen?

4

Page 5: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

Ejercicio 1

Om je voor te bereiden op het Taaldorp ga je een aantal opdrachten maken.

Je werkt op een Ipad, laptop of computer.

Stap 1: Ga naar www.bookwidgets.com/play

Stap 2: Voer de volgende code in: RCCRLV

Stap 3 : Klik op de onderste regel: Tap here.

Stap 4: Maak de opdrachten, veel succes en plezier.

Mucha suerte y que te diviertas.

Stap 5: Als je helemaal klaar bent, voer je je naam en e-mailadres in zodat je docent je resultaten kan bekijken.

5

Page 6: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

Voorbeelddialoog:

Dialoog

El camarero Tú

¡Buenas noches!¡Buenas noches! ¿Tienes una mesa parados personas?

¡Sí, claro! Siéntate por favor. Aquí tienesla carta. Tenemos también un menú del día.

¡Gracias señor!¿Qué deseas para beber?

Para mí un agua sin gas, por favor.¿Con hielo?

No, del tiempo, por favor.Aquí tienes.

Gracias.¿Has elegido la comida ya?

Sí, no tengo mucho hambre, entonces solo quiero un plato principal. Solomillo con patatas por favor.

¡Muy bien! ¿Como quieres el solomillo?¿Bien, medio o poco hecho?

Medio hecho por favor.¿Algo más?

No, nada más gracias.Aquí el solomillo. ¡Buen provecho!

Gracias¿Terminado? ¿Te ha gustado?

Sí, muy rico, gracias.¿Quieres un postre o un café?

¿Sí, tienes la carta de postres por favor?Aquí tienes

Gracias, voy a mirar.¿Has elegido ya?

Una pregunta. ¿La tarta de manzana es con nueces? Soy alérgico de nueces.

No, no hay nueces en la tarta.¡Muy bien! Entonces quiero una tarta de manzana con nata por favor y con dos cucharillas.

¡Bien elegido! Aquí tienes la tarta y las dos cucharillas. ¡Buen provecho!

La cuenta por favor.La cuenta para ti.

¡Muchos gracias y hasta la próxima vez!

6

Page 7: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

Ejercicio 2 Oefendialoog

Situatie:

Je bent met je ouders op vakantie in Spanje en jullie gaan uit eten in een restaurant.

Jij bent de enige die Spaans spreekt en daarom praat jij met de ober en bestelt ook voor de rest van de familie.

Ober / serveerster= Camarero

Klant= Cliente

Buenas tardes. ¿Has reservado? Goedenavond. Ja, ik heb een tafel voor 3 personen gereserveerd.

Esta mesa es para vosotros. Mag ik de kaart alstublieft?

¿Qué quieres beber? Ik wil graag een cola en voor mijn ouders een fles rode wijn.

¿Has elegido? Wat is het menu van de dag?

El menú del día es pollo con arroz. Ik ben allergisch voor kip.

Voor mijn ouders het menu van de dag en als nagerecht ijs.

En voor mij een hamburger met friet en ook ijs als nagerecht.

Buen provecho. Dankuwel.

Ober, er is een probleem. Het vlees is

7

Page 8: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

niet gaar.

Lo siento. Te traigo otra hamburguesa.

Dankuwel.

¿Necesitas algo más? Nee, bedankt.

De rekening graag.

Ejercicio 3 Escuchar

Mira el película y respuesta las preguntas

https://www.youtube.com/watch?v=pGTq-n2_Wc8

• Hoe vraagt het meisje de menukaart?

• Welk antwoord geeft de serveerster op de vraag ‘¿Cómo es el pollo?’ . Noem twee dingen.

• Wat neemt het meisje te drinken?

• Waarom wordt haar bord met kip weer meegenomen?

• Wat voor toetje wordt er aanbevolen door de serveerster?

• Welk toetje kiest het meisje?

• Wat vindt ze van het toetje?

• Hoe vraagt ze de rekening?

Hoe kun je de kaart ook anders vragen?

8

Page 9: Wikiwijs · Web viewIn onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier

Ejercicio 4 Evaluación

In onderstaand schema kun je lezen wat je allemaal moet kennen en kunnen voor het Taaldorp. Kruis aan wat je al wel / nog niet helemaal kent en kunt. Op deze manier zie je snel wat je nog eens moet herhalen.

ja nee

Ik kan zeggen dat ik een tafel heb gereserveerd.

Ik kan vragen om de kaart , het dagmenu en de rekening.

Ik kan iets te drinken bestellen.

Ik ken woorden voor verschillende drankjes, zoals cola, water etc.

Ik ken woorden die met “het restaurant” te maken hebben zoals lepel, mes, vork, tafel, toilet etc.

Ik ken de Spaanse woorden voor voorgerecht , hoofdgerecht en nagerecht.

Ik kan aangeven dat er iets niet goed is. Bijvoorbeeld dat het eten koud is, of niet gaar.

Ik begrijp de vragen die de ober aan mij stelt, zoals bijvoorbeeld: ¿Qué quieres beber? , ¿Qué quieres de postre? ¿Necesitas algo más? Etc.

9