Tien nachten zonder slaap
description
Transcript of Tien nachten zonder slaap
pagina 1
4-*//&(,4*/60/)*23.&&1
+*)-(,4*/’5/)*. "%$ #$!
pagina 2
Mijn eerste digital
e bundel
met een bloemlezing ui
t mijn
verzameling van vijfminuten g
edichten
die ik in de loop
van de tijd dagel
ijks
schrijf op versch
illende internetsit
es
Tien gedichten,
voor mensen, net als ik,
die inslapen moeilijk
vinden.
4-*/ /&(,4*/60/)*2 3.&&1
Ivo Mod is een pseudoniem.De realiteit doet niets toe aan de waarde van het gedicht.Alle werken zijn eigendom van Ivo Mod en mogen niet zonder zijn toestem-ming elders gepubliceerd worden.
Ik hoop dat hetwerk je bevalt
pagina 3
De nacht 05Slaapwakker 06Omerta 08Guano 10Grauwvuur 12Even doodgaan 14cachoeira cascata véu de noiva 16afscheid van meer dan een vriend 18Raven 20Lommerte 22
pagina 4
pagina 5
De nacht
de nacht waaddezich doorheen mijn geestzijn donkerte had me gedektopdat rust kon heersenin mijn drukke kop
dromen als bloemenontsponnen zich vrijwaardoor kleur en hoopals invasievan verademingzich konden nestelenin mijn woelige sop
pagina 6
slaapwakker
regenbooggewijshervinden zonlichtschervenprismakleurendoorheen het gelode glaswaarin stof zich meester maaktvan het lichtzinnige dansendat de verbeelding tartwaardoor dwaalsporen geeuwennaar de mens die aandachtig veegtmet zanderige stofjesonweerstaanbaar gefacineerdhet attente overvallenddoor een slaap die dromerig waakt
pagina 7
pagina 8
omertAtoen ik haar zwijgenvolgde met mijn vingerlangzaam duwend trekkendvan links naar rechts,merkte ik dat mijn afdrukdie rimpelde in ringenvan afgesleten velhaar omertà verbrakwaardoorin schijnheilige onnozelheidroodbloedvloeiendhaar onheil mij vloekendin de doeken deed
pagina 9
en samen met mijn onschuldnagelde aan een kruisdat ik nooit dragen zou
gebukt onder haar tranenging ik mee ten onderomdat haar zwijgen meer zeidan wat ik ooit sprak
pagina 10
guano
als een vederbol die zich verbijttussen gekrijs dat echootmet de golfslagwaarin je kreet om meerverloren gaatin het geroezenmoesvan de velenverbonden aan hetzelfde klifvan onwezenlijk alleenwaarmee met één nageltrekje fijne onkreukbareals een kous laddertvan teen tot kruis
pagina 11
zodat ik je kan tekenenmet de houtskoolvan je as dat bij mij achterbleef
je teerlijvige ondanks de grote bekdie je wijdbreeds trektzodat dat ene niet bij je buurmaar bij jezelf resteloos verzadigdvan dat ene alleenklevend als guano in mij nest
pagina 12
grauwvuur
grauwvuur woedt diep jagendonder hetgeen donkerzwart wemeltin het onbekwameterwijl hitte brandtop puinhopengegraven door het falen
die weet hoest verassende ergenisniets zeggendomdat dwaasheid steeds weer wint
pagina 13
pagina 14
Even doodgaan
hij stond aan de brugkeek naar het waterdat trok en ringelde kringen steeds wijderzijn gedachten kleiner
even doodgaan, eventjes maardonkerte hapt terwijl lucht ontbreektgeen mens die ziet en voelt wat gebeurteven doodgaan geen mens die hierom maalt
hij stond aan de brugkeek naar het waterdat trok en ringelde kringen steeds wijderzijn gedachten kleiner
pagina 15
een schaduw spiegelt watervan gezichten die hij kentvrienden van lang geledenspringen voor hem in, geen mens is echt,alleen er zijn er altijd die er staan
zon klaart denken doorbreekt zijn enge strophij zet zijn ene voet na de andereniet te veel in een keerterug op weg uitkijkend naar meer
pagina 16
cachoeira cascata véu denoiva
ontrolde het bos, diep mos als tapijtvan verwarring in desoriëntatiestammende bomen in herkenningwat ongezien angst boezemt biestals eerste melk afgetrokken wegdiepe kuilen verstopt onderstapels van dode bladerenwaar in het midden valkuilzakken zijn
regen druppels makendspattend als een mitraillettecachoeira cascata véu de noivaBraziliaanse watervallen doornatten
pagina 17
geen droogplekje op ons lijfbruidssluier doet ons dromenvan hoe wij samen zouden zijnverloren gelopen zichzelf kwijt
samen sterven doet geen pijnin een kleine doodtrekken wij elkaar bij de benenzoekend wie wij zijn
pagina 18
afscheid van meer dan eenvriend
Zoals ik mezelf zie in het doorschijnend spiegel-beeld in de rijdende wagon van de treinzie ik jou in de weerspiegeling van het lichtTerwijl de momenten van ons zijnwegf litsen als de kleuren van de regenboog
Liever was ik gebleven en was ik blijven staanmaar wat ons samenbracht zorgde ook voor hetafscheid de gedachten vormen alles tot een filmwaarin de f larden van een maar aan één kantopgevangen gesprek dat enkel de schone kantenvan het samenzijn belicht
Ik neem mijn indrukken met me mee, laat zemooi blijven "pluk ze niet", zoek niet meer dandat wat er was het was genoeg dank je
pagina 19
Dat je ging begrijp ikdat je je verhing, vergeef ik jemaar wat in je omging heb ik nooit beseft dathet je zo kwelde dat het brachttot je menselijk eind
Vergeef me dat ik die diepte niet in je zagdie eenzaamheid, die zware lastgraag had ik je helpen dragenal besef ik dat het mijn kruis niet was
ik mis je, al weet je het nietje bent voor mij nog steeds eener zijn geen woorden meer ...;enkel voelen, wat doet dit pijn ...
pagina 20
kraste de raaf maar in haarmytisch bestaan, zodat de dodenzich nog zouden herinnerenhoe hun miserie de glooing namdie men uitgehongerd,niet eens kon slenterenzonder te voelen hoe keihardde grond wel was
ebbenkleurig, mahoniegeurigkisten doden zich in de grondwaarover het rulle zandals korrels hun hemel sluit
een klein kind krast scherp ogenschijnlijkrespectloos raak, hetzelfdewat deze kleine had aangedaan
raven
pagina 21
krasten raven maar in het winters gewaaiwaardoor uilen in hun baltsende muizen vergeten, die ze achterlatenin het ballen van hun vertier
een nagel scheurde over het bordwaardoor kippevel toehoorders deed huiverenomdat het oorverdovende zelfs een dovemet afschuw deed grijpen, naar schelpenafgevroren door de kou
kraste de raaf nog maaren riep de uil maar zijn naamde wind zou even hard vriezenmaar onze zielerust was blijven staan
pagina 22
Lommerte
lommerte wandelt tussenschaduwvlekken van boom tot struikwaar een paardenbloem haar nootjes blaastblijven steeltjes meedeinend in haren hangenop speltonen van wat de windals verkoeling speelt
in menig teinten van groen strandtknibbelende moeheid van teen tot hielin schoenen, die wandelmoeverfrissing zoekenbij het bloemrijke liefelijkedat ook tijdens het bewonderen groeft
als tussenstap voor het verderebedient juli terrassenmaandalle lekkers als genoegdoening
Lommerte
pagina 23
voor het mooie dat paseerthet stooft zichzelf in passie omhultwant het natuurlijke, dat geen namaak wilenkel het eerlijke, dat zichzelf is, is genoeg
Lommerte wandelt tussen schaduwvlekkenverfrissend voor de zoveelste vorm van hittedie steeds weer vurig laaitbij menig mens-en-paar
pagina 24