Staal Magazine
-
Upload
gertjan-harberink -
Category
Documents
-
view
236 -
download
0
description
Transcript of Staal Magazine
JA
AR
GA
NG
20
09
01
PA
GIN
A2
PA
GIN
A4
Wat krijg je als twee zelfstandige copywriters, een grafisch ontwerper, een fotografiedocent en een
beeldredacteur hun eigen staaltjes samensmelten tot een krachtig geheel? Voilá! Welkom in Staal.
Met Staal bieden we u een exclusief visitekaartje van 96 pagina’s. Want met dit magazine willen we laten
zien wat we samen in huis hebben aan creativiteit, kwaliteit en verbeeldings- en verwoordingskracht.
Deze keer doen we dat rond het thema ‘netwerken’. Een dankbaar onderwerp. Iedereen heeft ze,
iedereen doet ‘t. Zo vormen wijzelf een clubje van communicatieprofessionals-op-afstand en hebben
we dankbaar onze netwerken benut om dit magazine inhoud te geven. Verder is dit thema heerlijk om
in de meest brede (on)zin van het woord te benaderen. Dat hebben we dan ook gedaan! In woord en
beeld. En al zeggen we het zelf, het is een bijzonder, inspiratievol en knap Staaltje geworden.
We wensen u veel kijk- en leesgenot.
Dat Staal ook voor u een (be)waardevol magazine mag zijn.
WELKOM
06
NE
TWE
RK
EN
AN
NO
NU
10
FE
ITE
N U
IT D
E O
ND
ER
GR
ON
D
12
NE
TWE
RK
EN
MA
AR
DA
N N
ET
FF
AN
DE
RS
18
NE
TWE
RK
EN
IS
...
20
DE
PS
YCH
OLO
GIE
AC
HTE
R N
ETW
ER
KE
N
26
ON
S E
LFJ
E
28
GE
EN
BE
RE
IK
30
EL
EVA
TOR
PIT
CH
?
32
GE
EN
CO
UC
H P
OTA
TOS
A.U
.B.
42
GR
ATIS
AF
TE
HA
LE
N
44
EL
EVA
TOR
PIT
CH
?
46
NE
W E
NE
RG
Y N
ETW
OR
K
48
DE
RA
CE
OM
HE
T N
ET
56
EL
EVA
TOR
PIT
CH
?
58
EE
RS
TE H
UL
P B
IJ N
ETW
ER
KE
N
60
LUC
HTD
RU
K
70
NIE
UW
(N
ETW
ER
K)
TAL
EN
T
72
EL
EVA
TOR
PIT
CH
?
74
CO
LUM
N
76
KIJ
K &
LU
ISTE
R
80
TIJD
VO
OR
HE
RM
AN
S
82
FR
EE
YO
UR
MIN
D
86
NE
TWE
RK
EN
VO
OR
DU
MM
Y’S
88
NE
TWE
RK
EN
IS
HA
LE
N E
N B
RE
NG
EN
92
CH
ATB
OX
UIT
198
6
94
CO
LOF
ON
96
CO
NTA
CT
staLEN
Saneringsslag
Er vindt volgens Bullinga over een aantal jaren
een sanering plaats van standaarden, van
aanbieders en van functionaliteiten. Welke
functies voorzien echt in een fundamentele
behoefte van bezoekers en welke niet?
Bullinga zegt: “De slechten gaan eruit, de
goeden fuseren en domineren door reputatie.
Die sanering is onvermijdelijk, want als
consument zie je door de bomen het bos niet
meer. Ik krijg voortdurend uitnodigingen van
mensen voor de zoveelste nieuwe reputatiesite
of zakensite, met ook weer nieuw aan te
maken profielen. Ik kan nou nooit eens mijn
eigen unieke bronprofiel exporteren vanuit
mijn eigen dashboard. Afschuwelijk, ik negeer
al die verzoeken.”
Negeren is sowieso een hele goede methode,
vindt Bullinga. “Ik heb ongeveer twee minuten
een account gehad op Second Life, en wist toen
meteen: dit is niks. Ik heb zeer geamuseerd
de flauwekul gelezen die de media van elkaar
na-aapten en overschreven: ‘Fantastisch.
Onmisbaar. Moet je bij zijn’. Niet dus. Ik
heb ook mijn Hyvesprofiel verwijderd. Mijn
LinkedInprofiel houd ik voorlopig.”
Alleenheerser
In Nederland is Hyves eigenlijk de enige
noemenswaardige Nederlandse netwerk-
website. Blijft Hyves alleenheerser of komen
er meer?
Bullinga weet zeker dat er nieuwkomers
zullen opstaan. “En die vergroten dan weer de
keuzestress voor gewone consumenten. Het is
een virtuele dienst en voor virtuele diensten
geldt: de markt is hypercompetitief. Virtuele
diensten zijn redelijk makkelijk kopieerbaar,
zijn relatief moeilijk te beschermen en de
consument kan relatief makkelijk switchen van
aanbieder. Bovendien kunnen nieuwkomers
in een klap de voorsprong van bestaande
aanbieders ongedaan maken. Reputatie,
merk en branding zijn essentieel voor virtueel
overleven, maar ja, ga er maar aan staan.”
Inderdaad, ga er maar aan staan. Overleven,
dat is iets waarover MySpace Nederland kan
meepraten. In februari 2008 gaf MySpace in
Amsterdam het startschot voor de Nederlandse
versie van de netwerksite. Met wereldwijd meer
dan 245 miljoen leden zette ze de aanval in op
Hyves, dat momenteel met meer dan zeven
miljoen leden een succes is in Nederland. In
oktober, acht maanden na oprichting, ging
het echter al mis. “Er zijn nu in totaal zo’n 650
duizend Nederlanders actief op het netwerk.
Marcel Groenewegen creëerde in 2003 zijn eerste internet-profiel op de website Friendster.com. Tegenwoordig is hij te vinden op MySpace, Hyves, en LinkedIn.
Via het wereldwijde web is het makkelijk
zoeken naar vakgenoten, opdrachtgevers
en gesprekspartners. Er zijn ontelbaar veel
discussiefora, mailinglijsten, nieuwsgroepen,
communities en blogs waarop eenieder zijn
of haar ei kwijt kan. Ook heeft tegenwoordig
iedereen wel ergens op het internet een of
meerdere profielen staan. Populaire profiel-
websites zijn MSN, Hyves, MySpace en
Facebook. Voor de meer zakelijke contacten
zijn er websites zoals Plaxo, Naymez en
LinkedIn.
Spinnenweb
Volgens onderzoek van Alexa Internet, een
bedrijf dat informatie ter beschikking stelt
over andere websites, behoren MySpace (246
miljoen leden), Facebook (124 miljoen leden),
NetwerkenHet werkwoord ‘netwerken’ bestaat misschien al net zo lang als het eerste woordenboek uit de zestiende eeuw, maar betekent nog steeds hetzelfde. Alleen de manier waarop er vorm aan wordt gegeven is in de loop der tijd veranderd. Netwerken speelt zich vandaag de dag voor een groot deel af op het internet.
Habbo (100 miljoen leden), Friendster (80
miljoen leden) en Orkut (67 miljoen leden)
tot de grootste sociale netwerken op het
internet. De vraag is natuurlijk hoeveel van die
miljoenen leden ook daadwerkelijk gebruik
maken van hun profiel. De nieuwigheid is
er snel van af. Veel sociale netwerksites
tellen weliswaar miljoenen geregistreerden,
maar hoeveel profielen staan onder de
spinnenwebben langs de digitale snelweg? “Er
is een hoop spinnenweb”, zegt trendwatcher
Marcel Bullinga. Volgens hem blijven deze
netwerkwebsites niet lang aantrekkelijk.
“We moeten goed beseffen dat we in het
kinderschoenentijdperk van social networking
zitten. Dat betekent: veel nieuwsgierigen in
het begin die een hype en enorme aantallen
bezoekers veroorzaken.”
Marcel GroenewegenVeertienElf Media
PA
GIN
A0
8
zijn niet communistisch, ze evolueren vrij en
ongestuurd, net als in het normale westerse
leven. Dat verandert niet. Vrijwel alle heden-
daagse media worden meer geregeerd door
consumenten. Merken verliezen hierdoor vaker
controle. Ze moeten daarmee accepteren dat
hun toekomstige rol die van facilitator is.” In
gewoon Nederlands: de consument doet zijn
ding en het merk mag hier een beetje mee
helpen.
Toekomst
Over de toekomst van de netwerkwebsites zegt
Ingmar de Lange: “Wat je gaat krijgen is dat
er steeds meer subwebsites zullen ontstaan.
Hyves is heel algemeen. Er zullen meer niches
komen. Meer zakelijke websites bijvoorbeeld.”
De Lange is van mening dat Hyves zich niet
zomaar aan de kant laat schuiven. “Maar
alles kan natuurlijk. Kijk maar naar Altavista
en Yahoo, die hebben uiteindelijk ook verloren
van Google. Er zullen in ieder geval minder
websites overblijven. Dat lost een groot deel
van de keuzestress op. De consument is moe
van al die uitnodigingen om lid te worden van
weer een netwerkwebsite.”
Als het aan Bullinga ligt stoppen we met
denken in termen van websites. “In 2020 geldt:
website is uit, dashboard is in. We gaan toe
naar het user centric model, waarbij je niet
langer naar tig sites surft en daar tig identieke
gegevens net iets anders achterlaat. Nee,
het omgekeerde gaat gelden: de bedrijven
komen naar jou toe, naar jouw dashboard, en
mogen daarin schrijven als jij het ze toestaat.
Dat global personal dashboard is een soort
persoonlijke internetpagina, maar dan veilig.
Daar zitten al je dossiers in: woon-, patiënt-,
kind-, uitkeringsdossier, noem maar op. En
natuurlijk vooral ook al je identiteiten, sub-
identiteiten, deelidentiteiten en profielen. Het
is de moeder van jouw unieke, exporteerbare
bronprofiel.”
Eén ding is zeker: social networking voorziet
in een fundamentele behoefte. Wat die be-
hoefte precies is, zijn we op dit moment
aan het ontdekken. Maar er is wel degelijk
een onderscheid tussen concept en bedrijf.
Zoeken blijft, Google blijft niet - of wel. Social
networking blijft, MySpace blijft niet - of wel.
De betekenis van het werkwoord ‘netwerken’
blijft bestaan, de manier waarop er vorm aan
wordt gegeven zal waarschijnlijk altijd blijven
veranderen.
Netwerken volgens de Dikke Van Dale: ‘het creëren, uitbouwen en onderhouden van sociale contacten om informatie te verkrijgen waar men in zijn beroep of carrière zijn voordeel mee kan doen’.
Het bedrijf heeft echter tot een koerswijziging
besloten”, zei Derek Fehmers van MySpace
Nederland op 23 oktober 2008 op de website
van Entertainment Business. Hij reageerde op
het nieuws dat het Nederlandse kantoor van
MySpace werd opgedoekt. “De site gaat zich
meer richten op de sociale netwerkfuncties.
Die genereren meer paginabezoeken, blijkt
uit onderzoek. Het bedrijf stopt daarom
grotendeels met het aanwerven van lokale
content voor de Nederlandse editie van de
site.” Derek Fehmers noemde de beslissing
logisch. “We wisten van tevoren dat Nederland
een moeilijke markt was. Wij belandden er
vrij laat en hadden te maken met een grote
tegenstander waar moeilijk tegenop te
boksen viel.” Het beheer van de Nederlandse
editie van de website gebeurt voortaan vanuit
Berlijn. Voorlopig blijft Hyves de nummer één
van Nederland. Voor nu.
Merken
Wat kunnen bedrijven nu met sociale netwerken
als Hyves en MySpace? “Het vrijblijvende gaat
er vanaf op het moment dat social networking
deel uitmaakt van je business model”, zegt
Bullinga. “Om nieuwe werknemers te zoeken,
om teamvergaderingen te houden, om glo-
bale ketenpartners te vinden, en natuurlijk
om te innoveren. Op het moment dat je de
gekwalificeerde massa inzet voor het oplossen
van jouw problemen – een nieuw soort
verf, excellente maar goedkope foto’s van
amateurfotografen – dan ben je heel slim bezig
als bedrijf.”
Veel bedrijven creëren en beheren hiervoor
communities – een groep netwerkprofielen,
gekoppeld op basis van één thema of merk. Zo
willen ze zien wat er leeft bij de consument.
“Merken willen onderdeel worden van het
dagelijks leven van de consument. Het internet
heeft de noodzaak hiertoe versterkt”, zegt
merkstrateeg Ingmar de Lange. Maar het
antwoord op de vraag wat je als merk met
online communities moet doen, heeft volgens
hem paradoxaal genoeg weinig te maken
met communities. De Lange vraagt zich af:
“Is je merk klaar voor een wereld waar de
consument steeds meer macht heeft? Want
als je een beetje zoekt, zie je dat er rond de
thema’s die je merk wilt claimen al uitgebreide
communities zijn. Niet alleen op Hyves, maar
ook op vele andere websites met sociale
elementen. Het merk moet de codes en rituelen
van de gemeenschap begrijpen en snappen wat
het moet doen om een plekje te verdienen.”
Bedrijven hebben volgens De Lange dus weinig
controle over de communities. “Communities
PA
GIN
A1
2
Hotroad
Tra�ord
Tempors
LeonardStreet
Fashion Lane
Banner
Upper Linton
BrokebackLevi’s Court
Templar Circle
Shorditch Linton Centre
Stringer
Gate HillCorn Street
Channell
Kensington
CeCe’s Court
Regents Row
TurtleCourt
Hackney
Penn Street
Wenlock
Sheppard Steel
Lever Court
Bannarck
Purcell
Bunhill Fields
Charlston
Earls CourtHammersmith
Bookman
Tholbrook
Dean Steet
Terrace Circle
Stanton
Upper Govern
Mellrose
Leicester North
Harlow Hill
Bellington
Brooks
Brooks North
Hemmingway
Harlow
Lemon Grass
Lemon Grass
Heather Bridge
Haring
Dean Street
Harlow
12
21
4 3 2
2 3 4
4 5 63 2 1
Newton Palace
Goswell Circle
Woodbridge DocksEverton DockCapetownCopperhill
Williams Court
Washington Parc
Pall Mall East
Earlham Street
Holborn
St. James Parc
Macklin Street
Hideaway Hill
LesterTerrace
Waterloo Sunset
Oxford Cross
St. Thomasz
Pearly
Redcli�
Brompton
LowerRadisson
Mullgate
Bridgestone
Baywater
Bayswater
Lexington
Filters TipEdith Grove
Castle Hill
Reginald’s CourtCraven Hill
Westbourne Parc
EvertonBlacksmith
Addsion Road
Porcupine Tree
Humble Pies
Harveys
Cornhill
Leadenhall
Chestnust Tree
Essex Garden
Heyworth High
Penny Lane
Wharf Road
Lansdowne
Lehman Street
Midwark
Mansell Street
Gresham Hall
Philmore PlaceHoover CraftTemples
High
Lumber Jack
Chelsea Bridge
Harvard Lane
Queensway
BrundleNottingHillside
Paddington
Stanleys CrescentWarwick
Sheldrake
Kensington Parc
Cornwall Crescent
Stonebridge Crescent
PembridgeDuncan Square
Everglades
BroombridgePorc Street
Fairplay Hall
Hampton Hawkes Westbourne Grove
Marlebone
Tumblers Gate
Steel Street
Headdocks
Woodbridge North
Stamperton Bridge
Ringsroad
Tumbleweed
Cooperton Hammers End
Dovers Cross
Palace Gardens
Lonsdale Road
Kings Court
CourthamTerrace
AmoniaAvenue
GracelandCentral ParcHarrods
She�eldSteel
Heavens Gate
Princess Tides
ParcHill
Evenrude
Hallworth
Chepstow
GordensGate
Floral Parc
New OxfordBloomsbury
Shaftesbury
Shelton High
Lower March Orchard Road
Tupperware
Glasgow Parc
Gladstone
FarringdonBridge
CentralMarket
RussellStreet
TudorStreet
CromwellRoad Royal Opera
Millars Cross
AcresTerrace
Hamilton
City Transport by UndergroundThis diagram for Staal is an evolution of the original design conceived in 1931 by Harry Beck · Poster 01.09
ٸ
∏
∏
∏
∏
Square Circle
Evans
Sunn
Dover
Porchester Terrace
Bankers Lane
Curlington
Gloucester
Eastbourne Terrace
PembridgeVictoria
Princess Consort
ArlingtonNose Hill Forrester
Gumble Square Tower Lane
Baltic Circle
Corsham
Gere Street
Whitechappel RoadBathnell Green
Alexis Court
Basil Street
ShamrockHuddle
Murray Groove
St. Andrews
Groover Hill
Shamrock
West Wing East Road
Dunbridge
Dunbridge
Ward CentreHooter City
Columbia Road
Epic Lane
Kingsland
Wonders
Dexter
Elke zichzelf respecterende grote stad heeft er een. Onder de grond verborgen. Alleen bereikbaar via een trap naar beneden. De duistere ingang gemarkeerd door een grote ‘M’. De metro. Twintig dingen die u niet wist over deze ondergrondse netwerken.
De eerste metro ter wereld reed in Londen op 10 januari 1863 Deze metro werd getrokken door een stoomlocomotiefVanwege de schadelijke gassen stapte men in 1890 over op elektriciteitDe tweede metro reed in 1896 in Boedapest, de hoofdstad van HongarijeDe metro van Glasgow (1896) werd getrokken door een bovengrondse stoommachineDe Parijse métropolitain werd in 1900 geopendIn steden als Parijs, Montréal en Mexico-stad hebben de wagons rubberbandenIn Afrika noemen ze een metro ‘moltrein’ opvullingAnders dan in de rest van Engeland, noemen ze de wagons in Londen ‘cars’Met acht miljoen passagiers per dag is het metrostelsel van Moskou het drukste ter wereldHarry Beck ontwierp in 1931 de beroemde plattegrond van de Londense metroDe maximumsnelheid van een metrotrein varieert van 60 tot 100 km per uur
Het meest complexe metrostelsel bevindt zich in Tokyo
Londen heeft met 415 km de meeste rails liggen, New York volgt met 368 km
De kortste metrolijn ligt in het Oostenrijkse dorpje Serfaus en is 1.300 meter lang
In de Benelux zijn er drie steden met een metronetwerk: Rotterdam (1968), Brussel (1976) en Amsterdam (1977)
In 2008 opende Algerije in Algiers haar eerste metrolijn
In Dubai is een metronetwerk in aanbouw dat in 2009 gedeeltelijk operationeel zal zijn
Op metrolijnen in Tokyo, Osaka, Caïro en Teheran rijden wagons uitsluitend bestemd voor vrouwen
In de metro van Londen zijn ooit de volgende spullen achtergelaten: twee menselijke schedels, een boot van vier meter lang, een urn, een fles stierensperma, kunstgebitten, kunstogen, rolstoelen, een parkbankje, een grasmaaier, waterski’s, een buitenboordmotor, een trouwjurk en borstimplantaten
1 13
17
14
18
15
19
16
20
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
FEITEN UIT DEONDERGROND
Maak een foto rondom het thema ‘netwerk’. Hiermee moesten de studenten van de School voor Fotografie in Breda het doen. Ze kregen vier dagen de tijd. Geen voorwaarden over licht, perspectief of scherpte, maar geheel de vrijheid om het thema naar eigen inzicht te benaderen en verbeelden. Dat leverde een interessante en spannende mix van beelden op. Netwerken, zoals het óók kan.
PA
GIN
A1
4
12 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...
PA
GIN
A1
6
14 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...
PA
GIN
A1
8
16 NETWERKEN MAAR DAN NET FF ANDERS...
... jezelf insteken, omslaan, doorhalen en af laten glijden
netwerken is...
PA
GIN
A2
0
metM
Marko van HoogdalemmetM
psychologie
achter netwerken
DeWaarom is netwerken voor velen zo’n crime? Is daar überhaupt iets leuks van te maken? “Jazeker”, zeggen Anouk van der Laan en Martine van der Veen. Beiden studeerden in 2007 af aan de UvA als sociaal psycholoog met een Master-degree in Training. Als studieopdracht ontwikkelden zij een korte workshop over netwerken. En die geven ze nog steeds. “De mens plakt aan netwerken snel het etiket van ‘halen, hebben en moeten’. Terwijl je in werkelijkheid alleen iets wilt bieden, geven of tonen. Als je je daar bewust van bent, openbaart het netwerk zich als vanzelf.” P
AG
INA
22
met de korte termijn hebben te maken. Het
moment, het gesprek, de borrel. Alle positieve
woorden slaan op een - mogelijk - effect op
lange termijn. En precies daarin zit dan ook die
sociale drempel van netwerken”, wijst Anouk.
“Mensen voelen, bewust of onbewust, dat
netwerken nooit bij voorbaat resultaat oplevert.
Laat staan een beloning op korte termijn.
Daarom besluiten velen om thuis te blijven als
er zich een netwerkborrel aandient.”
Dubbel gunstig terug
Om netwerken leuk te houden is het de kunst
om je eigen doel, je hang naar beloning, te
parkeren. Martine: “Als je namelijk vanuit jezelf
redeneert, heb je de neiging om netwerken te
associëren met iets halen, iets krijgen van een
ander. Je vraagt hem of haar om een gunst, je
gebruikt de ander. Dat geeft niet alleen een heel
vervelend gevoel; die associatie is ook gewoon
vals. Dat beeld klopt niet met de werkelijkheid.
Je komt namelijk iets bréngen. Je biedt iets
aan. Je kennis, je kunde, je diensten. Zo
ervaart de ander dat ook graag. Een prettig
aanbod vindt niemand vervelend. En nu komt
het mooie: als mensen iets prettigs krijgen
aangeboden, zijn ze van nature geneigd om
de ander weer iets terug te geven. Misschien
niet direct, maar die neiging blijft wel hangen.
En vaak is die wederdienst nog groter dan de
eerste gunst ook! In de psychologie heet dat
het wederkerigheidprincipe.”
Een gesprek aangaan zonder een doel voor
ogen? We kunnen het wel, maar doen het te
weinig. Daarom laten Martine en Anouk de
workshopdeelnemers dat ervaren via korte
interviewopdrachtjes. Alleen maar vragen
stellen als: wat doe je? Waar ben je goed
in? Wat vind je leuk? “Iedereen vindt het
allereerst prettig als een ander belangstelling
en waardering toont”, zegt Anouk. “Veel
mensen vinden het zo normaal dat ze doen
waar ze goed in zijn, dat ze er zelf niet over
beginnen. Dan is het prettig als iemand
er naar vraagt. In feite bewijs je met zo’n
simpel gesprekje elkaar al een dienst. Als dat
gesprek vervolgens uitmondt in een ‘Wat leuk,
interessant. Zullen we nog eens samenkomen
om hier verder over te spreken?’, dan is een
nieuw lijntje van je netwerk gelegd. Misschien
geen lijntje naar een superbaan of megaklus.
Maar wat maakt dat uit? Je weet nooit of je
elkaar op een andere manier kunt bijstaan.”
Die uitspraak wordt bevestigd tijdens de
workshop. Als de deelnemers een oefening
krijgen waarbij ze visitekaartjes met de zin ‘Je
kunt mij altijd bellen als…’ zelf mogen invullen
“Door alleen nieuwe netwerkvaardigheden aan
te leren, neem je het gevoel van ‘moeten’ niet weg.”
“Het idee om een workshop over netwerken
te ontwikkelen, ontstond puur vanuit onszelf”,
vertellen Martine en Anouk. “We waren
bijna afgestudeerd en als nieuwkomers
op de arbeidsmarkt moesten ook wij gaan
netwerken, beseften we. Maar we kregen
alleen al van het woord netwerken een nare
smaak. Het voelt zo nep, zo geforceerd. Je
handje ophouden, jezelf verkopen. Je weet dat
netwerken nuttig is om kennis te vergaren,
om ingangen te krijgen. Maar bij de activiteit
zelf denk je: gedverdemme! Toen dachten we:
wat als we dat gevoel kunnen wegnemen? Hoe
maken we de associatie met netwerken wél
prettig? Want, zo werkt het in de psyche, als
je er vooraf van uitgaat dat iets zal meevallen,
ervaar je het ook sneller zo op het moment
zelf.”
Kunstje is kitsch
Er bestaan toch talloze handboekjes, trainingen
en seminars die je vertellen hoe je moet
netwerken? “Ja, vaak vol leerzame tips en trucs.
Waar vind je invloedrijke mensen? Hoe maak
je contact met ze? Hoe schud je een knappe
elevator pitch uit je mouw? Enzovoort. Maar de
valkuil is dat je dan enkel een truc leert. Je staat
een kunstje te verkopen in plaats van je eigen
kwaliteit. Terwijl het uiteindelijk toch op jezelf
moet neerkomen. Want, hoe strak je elevator
pitch ook is, je stapt nooit die lift uit met een
ondertekend contract. En het belangrijkste:
met enkel nieuwe netwerkmanieren neem je
het gevoel van ‘moeten’ niet weg. En dat is wat
mensen juist het ergst vinden.” De twee jonge
psycholoog-trainers richten hun workshop
daarom niet op vaardigheden, maar op een
beter bewustzijn.
Socio-hobbel
Het begint met een beter bewustzijn van je
eigen, bestaande ideeën en gevoelens over
netwerken. Daarom verzamelen Martine
en Anouk eerst de negatieve en positieve
associaties uit de deelnemersgroep. In het
negatieve rijtje prijken termen als: angst,
verlegenheid, vreemden aanspreken, slijmen.
Op het positieve lijstje staat bijvoorbeeld: meer
kennis, carrière, ontwikkeling, trots. “Wat dan
meteen opvalt is dat alle negatieve associaties
Martine van der Veen (links), sociaal psycholoog-trainer, en Anouk van der Laan, klinisch en sociaal psycholoog-trainer, ontwikkelden een workshop gericht op een beter bewustzijn van netwerken als sociale interactie.
Ik? Interessant? Goh, dank je.
sportmaatje met verstand van boekhouden en
zo’n oma die de lekkerste taarten bakt. Zie die
kwaliteiten maar eens via LinkedIn te vinden!”
Multifunctioneel visitekaartje
Anouk en Martine ontwikkelden hun workshop
vanuit hun eigen, oorspronkelijke afkeer
tegen netwerken. Rest natuurlijk de vraag
wat zij er zélf mee zijn opgeschoten. “Ik durf
niet te beweren dat ik nu anders netwerk,
maar wel bewuster en plezieriger”, zegt
Martine. “Ik ben oprechter geïnteresseerd
in anderen, zij praten makkelijker en het
kost minder moeite om gemeenschappelijke
punten te vinden.” Anouk: “Ik volgde laatst een
vakcursus. Bij het intropraatje vertelde ik dat
ik, naast mijn vak als psycholoog-trainer, ook
theaterstukken regisseer. Vroeger liet ik dat
bewust achterwege. Niet relevant. Dácht ik. Nu
vertelde ik het wel, en daar is prompt een heel
leuk filmproject uitgerold.” De dames geven de
workshop ‘Netwerken, net samenwerken’ nog
steeds. Maar ook als u op zoek bent naar een
klinisch psycholoog, een hockeytrainster, een
pedagoog of een meester in de rechten, kunt
u bij Anouk of Martine terecht. Het netwerk
begint híer.
Marko van Hoogdalem kwam in contact met Anouk van der Laan en Martine van der Veen via zijn echtgenote Barbara Scheffer. Zij is partner bij Faber & Scheffer training, coaching en advies. Dit bureau werkt nauw samen met de UvA waar elk half jaar zo’n tien sociaal-psychologen hun Master-degree in Training halen. Faber & Scheffer biedt deze kersverse trainers de kans om hun studieopdracht (ontwikkel een workshop rond sociale interactie) toe te spitsen op ‘het echte bedrijfsleven’ en deze tijdens een relatiemiddag te presenteren. Fotograaf Ramses Singeling en Marko werkten voor hetzelfde communicatiebureau voordat beiden gingen freelancen. Leuk detail: Ramses is ook de singer-songwriter van de band Furlong. Wellicht gaat hij, dankzij deze productie, optreden in het Alkmaars cultureel centrum waar Anouk één van de kartrekkers is.
Meer weten over de workshop ‘Netwerken, net samenwerken’? Bel Faber & Scheffer, tel. 020-6232202.
en uitdelen, blijken in de IT-consultants,
loopbaancoaches en arbeidsbemiddelaars
ook ineens yogadocenten, hondentrainers,
muzikanten en hobbycateraars te schuilen.
Je bént je netwerk
Een andere psychologische drempel om te
netwerken is zelfonderschatting. ‘Ik heb niets
te bieden. Er is altijd iemand die meer voor
een ander kan betekenen dan ik’, denken
velen. “Typisch, want met zo’n opmerking van
bescheidenheid noem je juist een potentiële
kwaliteit van jezelf”, zegt Anouk. “Namelijk,
jij ként mensen met specifieke kwaliteiten die
anderen niet kennen. En jij bent degene die die
mensen met elkaar in contact kan brengen. Je
kunt dus je eigen kwaliteiten verlengen met de
kwaliteiten uit je naaste omgeving.” Tijdens
de workshop benadrukken de dames dan
ook de kracht van een SocioNetwerk, zoals
ze dat zelf noemen. “Daar zitten nog vaak
zóveel onverwachte mogelijkheden. Breng
de kwaliteiten van familieleden, kennissen,
buurtgenoten, teamgenoten, vrienden en de
vrienden-van-je-vrienden eens in kaart”, luidt
hun advies. “Dan zul je beseffen dat ze jou
eigenlijk overal voor kunnen bellen. Want jíj
hebt zo’n buurman die aan auto’s sleutelt, zo’n
“Netwerken berust op het wederkerigheidprincipe. Als jij iets aanbiedt, is de ander geneigd om
een wederdienst te doen. En die is vaak groter dan de eerste gunst.”
Maak eens een ‘E
lfje’
Een ‘Elfje’ is
een vingeroefening om met beperkingen in het schrijven om te gaan en toch
creatief te zijn. D
e opdracht is eenvoudig, le
uk en leerzaam. Maak een dichterlij
k
verhaaltje va
n exact 11 woorden volgens de strik
te opbouw:
1,
2, 3,
4, 5, 6,
7, 8, 9, 10,
11.
wijhier, samen
gebundeld in staalverrek, het is net
werken
PA
GIN
A2
8
metM
PA
GIN
A3
0
20 oktober, 17.07 uur , Rijen
PA
GIN
A3
2
elevator PitCh?Pluk van de Petteflet zei toch ook niks toen hij voor de top ging? metM
PA
GIN
A3
4
Couchsurfers zijn mensen die hun bank
beschikbaar stellen voor reizigers. Maar hoe
werkt het precies? Simpel, eerst ga je naar een
couchsurfwebsite en wordt lid. De bekendste is
Couchsurfing.com. Hier kun je op zoek gaan
naar slaapplekken in meer dan 230 landen.
Leden kunnen andere leden vragen om
overnachting of een slaapplek als beschikbaar
opgeven. Het project is een idee van de
Amerikaan Casey Fenton. Hij wilde in 2000
goedkoop reizen door IJsland, dus stuurde
hij 1500 willekeurige IJslandse studenten een
mail met de vraag of hij mocht blijven slapen.
Het werd een succes. In 2004 kwam de officiële
website.
Een andere website, Hospitalityclub.org, werkt
op dezelfde manier. De precieze afspraken
worden ook op deze website aan de leden
zelf overgelaten. Zo zijn sommigen bereid je
een rondleiding door de stad te geven of voor
je te koken. Gasten en hosts betalen elkaar
niet. Na het bezoek kun je commentaar op
de site achterlaten over je gast of host. Ook
Pasporta Servo, www.tejo.org, is een netwerk
met gastadressen. Om mee te doen moet
je de adressenlijst kopen die elk jaar wordt
bijgewerkt. En… je moet Esperanto leren.
Het aanmeldingsformulier is in Esperanto, de
adressenlijst is in Esperanto en alle gastheren
spreken Esperanto.
Al met al zijn er genoeg mogelijkheden om
goedkoop te reizen en nieuwe mensen en
landen te leren kennen. Maar hoe weet je
nu dat je niet bij een verkrachter belandt
of een dief in huis haalt? De achtergelaten
berichten van andere reizigers op iemands
profiel geven al wat inzicht. Daarnaast kan
op Couchsurfing.com elk lid ervoor kiezen
een verificatieprocedure te doorlopen. Het
profiel laat dan zien welk verificatieniveau
iemand heeft. Honderd procent veilig is het
natuurlijk nooit, maar daar maken de meeste
couchsurfers zich geen zorgen over.
Nee, de grootste nachtmerrie van de gastheren
is niet een bezoek van een crimineel. Erger
is iemand die niet alleen ’s nachts, maar ook
overdag op de bank blijft liggen: een couch
potato. Bibi Eckhardt (Nederland), Molote
Masilo (Zuid-Afrika), Carolina Disegna de
Souza (Brazilië) en Alejandra Vicencio (Chili)
zijn absoluut geen ‘bankaardappelen’. Zij
vertellen op de volgende pagina’s over hun
couchsurfervaringen
In december 2004 werd Marcel Groenewegen tijdens een avondje stappen in Tilburg voorgesteld aan Bibi Eckhardt en het klikte meteen. Tegenwoordig woont Bibi in Amsterdam en Marcel in Tilburg en zien ze elkaar niet vaak meer, maar de vriendschap is er nog steeds. Afgelopen zomer ging Bibi samen met een vriendin op reis. Ze had zich ingeschreven op Couchsurfing.com en maakte op die manier contact met mensen uit verschillende landen in Europa. Marcel volgde de reisavonturen op de weblog van Bibi. Voor dit artikel nam hij contact met haar op en schreef zich ook in op de website Couchsurfing.com. Via de site kwam hij in contact met Carolina, Alejandra en Moloto.
Geen couch poTAToS A.u.b.
Stel: je wilt wat van de wereld zien. Maar zo’n georganiseerde reis, waarbij je met honderden tegelijk in een bus wordt gepropt om van toeristenattractie naar toeristenattractie te rijden, is niets voor jou. Nee, als je écht van het land wilt proeven en de bewoners wilt leren kennen, dan moet je gaan couchsurfen.
Marcel GroenewegenVeertienElf Media
Hoe lang ben je al couchsurfer? “Sinds een jaar.”
Waarom ben je lid van Couchsurfing.com? “Ik
wilde op reis met een vriendin. Na het boeken van
goedkope tickets, leek het vinden van slaapplaatsen
ons ook handig bij het reizen. Couchsurfen
bleek een leuke oplossing.” Gebruik je naast
Couchsurfing.com nog andere netwerkwebsites?
“MySpace en Hyves.” Hoeveel couchsurfreisjes
heb je gemaakt? “Tot nu toe een grote reis van een
maand. We hebben gelogeerd in Stockholm, Milaan,
Rome, Istanbul en Basel. Ik heb een couchsurfer
op bezoek gehad: Matt, een filmstudent uit de VS.”
Wat was de leukste bank? “Onze hosts in Rome
waren meer dan geweldig. Twee superknappe
Italianen, die voor ons de beste limoncello, pizza,
pasta en Italiaans ijs haalden. En we mochten
achterop de Vespa door Rome. Onvergetelijk.”
Heb je weleens vervelende ervaringen gehad?
“Turkije was voor ons wat couchsurfen betreft
niet zo’n succes. De eerste host werd verliefd op
mijn vriendin, die vervolgens werd belaagd met
liefdesverklaringen. Toen we besloten dat we hier
niet van gediend waren en een andere host vonden,
bleek deze nogal handtastelijk. We zijn vervolgens
weer teruggegaan naar de eerste host. Dan maar
liefdesverklaringen aanhoren.” Heb je weleens een
couchsurfingromance meegemaakt? “Als ik geen
vriendje had gehad… Maar nee, we hebben ons
gedragen.” Waar ben je nog nooit geweest en wil
je graag naartoe? “Indonesië, Australië en Zuid-
Amerika. Ik heb veel connecties opgedaan tijdens
mijn couchsurftrip, ook in Australië. Die adressen
heb ik bewaard.” Wat heb je geleerd van het
couchsurfen? “Ik heb gezien dat er nog ontzettend
veel leuke en oprechte mensen zijn, of ze nou krap
bij kas zitten of niet.” Waarom zouden anderen
ook couchsurfers moeten worden? “Ik heb veel
bijzondere dingen meegemaakt en mooie plekken
gezien. Daarnaast is het de perfecte manier om low
budget te reizen.”
Naam: Bibi EckhardtWoonplaats: Amsterdam, Nederland
Leeftijd: 22
Studie: Sociologie en
Communicatiewetenschappen
Bank beschikbaar: Ja
Bezochte landen: Italië, Zweden,
Turkije en Zwitserland
PA
GIN
A3
8
Naam: Carolina Disegna de SouzaLeeftijd: 26
Woonplaats: Canoas, Brazilië
Studie: Psychologie
Bank beschikbaar: Ja
Bezochte landen: Engeland, Slovenië, Zwitserland,
Polen, Italië, Portugal, Spanje, Oostenrijk,
Kroatië, Tsjechië, Duitsland, Nederland,
België, Frankrijk en Amerika
Hoe lang ben je al een couchsurfer? “Sinds
december 2006.” Waarom ben je lid van
Couchsurfing.com? “De gedachte ‘de liefde
die je geeft is gelijk aan de liefde die je krijgt’
vind ik mooi. Het is ook een leuke manier
om gelijkgezinden te ontmoeten, waar je
ook bent. Couchsurfen geeft je het gevoel
dat je altijd een vriend kunt vinden, hoe ver
je ook van huis bent. Je maakt deel uit van
iets dat je het gevoel geeft dat je mensen
kunt vertrouwen en dat vrijgevigheid
nog bestaat in de wereld. Het is mooi dat
mensen met verschillende achtergronden
met elkaar kunnen omgaan als vrienden.”
Gebruik je nog meer netwerksites? “Ik ben
ook lid van Facebook en Orkut.” Hoeveel
couchsurfreizen heb je gemaakt? “Drie
reizen georganiseerd door couchsurfleden
en twaalf eigen reizen.” Wat is de mooiste
plek die je bezocht hebt? “New York.” Heb
je ook slechte ervaringen? “Niet echt.”
Heb je weleens een couchsurf-romance
meegemaakt? “Ja.” Waar wil je nog graag
naartoe? “Naar heel veel landen, maar
als ik er een moet kiezen: India.” Wat heb
je geleerd van het couchsurfen? “Ik heb
gezien hoe vrijgevig mensen kunnen zijn
naar mensen die ze nog nooit ontmoet
hebben. Ook heb ik geleerd dat er mensen
bestaan die hun droom leven en dat de
wereld kleiner is dan hij lijkt.” Waarom
moeten andere mensen gaan couchsurfen?
“Het is de beste manier om te ervaren hoe
het is ergens te zijn. Het is de beste manier
om te delen wat je weet en te leren wat je
nog niet weet. Je beleeft hoe je open kunt
staan voor nieuwe dingen.”
Naam: Molote MasiloLeeftijd: 29
Woonplaats: Johannesburg, Zuid-Afrika
Beroep: Manager
Bank beschikbaar: Ja
Bezochte landen: Brazilië, Frankrijk, Hong Kong,
Mauritius, Mozambique, Swaziland, Taiwan
Hoe lang ben je al een couchsurfer? “Een
jaar en drie maanden.” Waarom ben je
lid van Couchsurfing.com? “Ten eerste is
het een goedkope manier van rondreizen.
Ten tweede omdat je zo veel culturele
ervaringen opdoet dankzij vreemden. Elke
dag kom je mensen tegen die je niet kent,
door het couchsurfen kom je erachter dat
iedereen een verhaal heeft.” Gebruik je nog
meer netwerksites? “Nee, ik gebruik alleen
Couchsurfing.com.” Hoeveel couchsurf-
reizen heb je gemaakt? “Behalve de reizen
die ik door mijn eigen land heb gemaakt,
ben ik drie keer op couchtrip gegaan en
heb zeven verschillende landen bezocht. Ik
probeer zoveel mogelijk landen te bezoeken
en te leren van de inwoners. Op mijn beurt
vertel ik iedereen die maar wil luisteren
over mijn land: Zuid-Afrika.” Wat is de
mooiste plek die je bezocht hebt? “Brazilië
was schitterend. Ik heb daar leuke mensen
ontmoet en mooie dingen meegemaakt.”
Heb je ook slechte ervaringen? “Nog niet.”
Heb je weleens een couchsurf-romance
meegemaakt? “Ja.” Waar wil je nog
graag naartoe? “Ik wil nog naar heel veel
plaatsen, maar Argentinië staat bovenaan
mijn verlanglijstje. Binnenkort ga ik naar
Ierland, Nederland en Zwitserland. Daar
kijk ik echt naar uit.” Wat heb je geleerd
van het couchsurfen? “Dat de wereld veel
kleiner is dan je denkt.” Waarom moeten
andere mensen gaan couchsurfen? “Om
dezelfde redenen dat ík het ben gaan doen.
Je bespaart dankzij het couchsurfen een
heleboel geld. Daarnaast zijn de ervaringen
die je in de verschillende culturen opdoet
van onschatbare waarde. Dankzij de locals
kom je op de leukste plekken in hun stad.”
Hoe lang ben je al een couchsurfer?
“Bijna tweeënhalf jaar.” Waarom ben je lid van
Couchsurfing.com? “Het is een fantastisch
project. Je leert mensen en andere culturen
kennen. Het verrijkt je kijk op de wereld.”
Gebruik je nog meer netwerksites? “Ik
was ook lid van de Hospitality Club,
maar dat netwerk werkt niet zo goed als
Couchsurfing.com Nu maak ik alleen nog
gebruik van Couchsurfing.com.” Hoeveel
couchsurf-reizen heb je gemaakt? “Ik en mijn
vriend Paul hebben zes keer gecouchsurft.
We hebben meer dan dertig mensen een
slaapplek gegeven.” Wat is de mooiste
plek die je bezocht hebt? “New York is mijn
favoriete plek. Paul vindt alle plaatsen waar
we geweest zijn mooi.” Heb je ook slechte
ervaringen? “Er was eens een stelletje dat
alleen gebruik maakte van Couchsurfing.
com om goedkoop aan slaapplaatsen te
komen. Dat is niet waar couchsurfen voor
staat. Verder hebben we alleen hele goede
ervaringen.” Heb je weleens een couchsurf-
romance meegemaakt? “Nee.” Waar wil je
nog graag naartoe? “Alle landen in Azië.”
Wat heb je geleerd van het couchsurfen?
“Dat de wereld kleiner is dan je denkt en
dat globalisatie iets positiefs kan zijn. We
kunnen veranderingen verwezenlijken door
kleine dingen te doen in onze dorpen, steden
en landen. Ik heb geleerd dat er zoveel
mensen zijn die mijn ideeën over de wereld
en interpersoonlijke relaties delen. Ik heb
nog een lange weg te gaan wat betreft het
maken van vrienden en het ontdekken van
andere culturen.” Waarom moeten andere
mensen gaan couchsurfen? “Couchsurfing
moet voorbehouden blijven aan mensen
die geïnteresseerd zijn in het beleven en
delen van andere culturen. Het moet geen
manier worden om kosten op een reis te
besparen. Ik verwelkom iedereen die komt
voor harmonie en vriendschap.”
Naam: Alejandra VicencioLeeftijd: 33
Woonplaats: Santiago, Chili
Beroep: Lerares Spaans/Engels
Bank beschikbaar: Ja
Bezochte landen: Argentinië, Bolivia,
Canada, Brazilië, Ecuador, Nederland,
Peru, Spanje, Zwitserland, Engeland
PA
GIN
A4
4
Aangeboden: z.g.a.n. badeendje
01 Ballentent met ballen.
Deventer, 2 oktober 2008
02 1 ongewassen schapenvacht.
Limmen, 25 februari 2008
03 2 gitaarhoezen en 1 mandolienhoes.
Arnhem, 3 januari 2007
04 Skeelers met een luchtje. Maat onbekend.
Elst, 6 september 2008
05 Oud Hollands donkereiken spinnewiel.
Nijmegen, 22 april 2008
06 2 gezonde maanvissen en zoenvissen.
Amsterdam, 29 juli 2007
07 Z.g.a.n. ‘travestietenrokje’.
Amsterdam, 2 oktober 2008
08 Haardhout, wel boom ff omzagen.
Abbekerk, 16 augustus 2008
09 Flippoverzameling, 5 mappen vol.
Groningen, 18 december 2007
10 Gratis feedback over je relatie.
Nijmegen, 8 november 2006
Op het internet is van alles te doen en te vinden. Wie een lift nodig heeft, kan via Carpooldate.nl een reisgenoot vinden. Voor wie goed-koop op vakantie wil, zijn er talloze sites waarop je tijdelijk van huis kunt ruilen. En zit je krap bij kas? Op Boober.nl kun je geld lenen bij een particulier, zonder tussenkomst van een bank. Er is op het web echter ook een hoop voor niets te krijgen. Wat bieden mensen er voor rariteiten aan? Staal selecteerde op Gratisaftehalen.nl de tien leukste weggevertjes. Van maanvissen tot flippo’s.
PA
GIN
A4
6
metM
PA
GIN
A4
8
Tate Modern in Londen is het Britse nationale museum voor internationale moderne kunst. Samen
met Tate Britain, Tate Liverpool en Tate St. Ives vormt het museum een expositienetwerk onder de
naam ‘Tate Gallery’. Tate Modern is ondergebracht in een voormalige elektriciteitscentrale die het
elektriciteitsnet van Londen voorzag van stroom. Voor de renovatie van het immense gebouw was
ruim 3.750 ton staal nodig.
NEW ENERGY NETWORK
Meike Remmers is een trouwe kijker van BNN – onder andere De Lama’s en Ranking the Stars - en hoorde zo van de ledenwerfcampagne van de omroep. Voor Staal verdiepte zij zich ook in campagnes van LLiNK en MAX.
Wie: MAXStart campagne: 27 maart 2008Slogan: “Max blijft… als u dat wilt!”Benodigd aantal leden: 150.000Stand van zaken: 143.000 (17 oktober 2008)Bekende gezichten: Loretta Schrijver, Edwin Rutten, Martine van Os
Wie: LLiNKStart campagne: 19 mei 2008Slogan: “Red de groenste omroep. Word LLiNK!”Benodigd aantal leden: 150.000Stand van zaken: 76.000 (17 oktober 2008)Bekende gezichten: Floortje Dessing, Chris Zegers, Femke Halsema, Bart van der Weide, Daryl van Wouw, Tycho Gernandt
Wie: BNNStart campagne: 2 september 2008Slogan: “Koop dit, word lid”Benodigd aantal leden: - Stand van zaken: naar schatting 226.000Bekende gezichten: Sophie Hilbrand, Eddy Zoey, Filemon Wesselink, Patrick Lodiers
Komend jaar zijn er weer uitzendvergunningen te vergeven in medialand voor de periode 2010 - 2015. Dat betekent dat de publieke omroepen de jacht op leden hebben geopend. Met pakkende slogans, catchy songs en een scala aan BN’ers hopen ze zoveel mogelijk zieltjes te winnen. Staal maakte een rondje langs drie kandidaten.
de raCe om het netMeike RemmersVeertienElf Media
PA
GIN
A5
0
De huidige Mediawet maakt onderscheid tussen A-omroepen en B-omroepen. Voor de A-status geldt een ledental van 300.000, voor de B-status zijn 150.000 leden vereist. In het nieuwe systeem, waarmee het ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap vorig jaar heeft ingestemd, zal een glijdende schaal worden gehanteerd. Hoe meer leden, hoe meer budget. Het ledental wordt eens in de vijf jaar vastgesteld. Voor omroep LLiNK en omroep MAX is het erop of eronder; zij moeten in april 2009 150.000 leden kunnen overleggen aan het Commissariaat van de Media, anders gaat de stekker eruit.
de hort oPSinds het begin van de ledenwerfcampagne
in maart 2008 heeft MAX al duizenden nieuwe
leden bij kunnen schrijven. Dat is voor een
groot deel te danken aan vrijwilligers die
zichzelf aanmelden als ledenwerver. Zij
struinen markten, braderieën, buurthuizen
en beurzen af; plekken waar potentiële leden
samenkomen. Voor de fanatiekelingen die door
hun aanmeldingsformulieren heen zijn, zijn er
op de website eenvoudig nieuwe te downloaden.
Invullen, opsturen, klaar! Als dank krijgt de
ledenwerver een cadeau, zoals een dvd van
Andre Rieu of een cd van John Denver.
Er zijn ook bescheidener manieren om bij te
dragen. ‘Alle hulp groot of klein is welkom en
verplicht u tot niets’, zijn de bemoedigende
woorden op de website. Zo zijn er eveneens
posters te downloaden om voor het raam
te hangen en kun je er buttons en stickers
bestellen. Mechiel Blokland geeft toe verbaasd
te zijn over de massale reacties, maar licht het
succes van de campagne als volgt toe: “We
hebben een hele trouwe achterban die zich
graag inzet voor omroep MAX. Ze vinden het leuk
om te doen. Onze leden zijn niet opgegroeid met
internet en een verstandhouding op afstand.
Ze geven de voorkeur aan een persoonlijke
benadering.” Toch wil hij ook benadrukken dat
de radio- en tv-spotjes hun werk goed gedaan
hebben. “Een campagne bestaat grotendeels
uit veel herhaling. Mensen zien een spotje op
tv, lezen het in de krant, komen MAX tegen
op evenementen en beseffen dan dat ze toch
willen dat MAX blijft en beslissen dan om lid te
worden.”
vergrijzingOm de campagnes van LLiNK en BNN is MAX
totaal niet bezorgd. “Die vissen uit een andere
vijver.” Integendeel; door de toenemende
vergrijzing ziet omroep MAX haar doelgroep
alleen maar groeien. Daardoor beginnen
nu ook de gevestigde omroepen ouderen te
‘ontdekken’. Maar ook dat mag de pret niet
drukken. “Als eerste moet je een kwalitatief
goed product aanbieden. Het blijkt dat dat wel
goed zit, anders zou onze campagne niet zo
succesvol zijn.”
“MAX werd in het begin uitgelachen en niemand dacht dat het ons zou lukken.” Aan het woord is Mechiel Blokland van de afdeling Promotie van omroep MAX. De omroep voor vijftigplussers, sinds 2005 in de lucht, heeft het vereiste ledental van 150.000 al bijna binnen. “We hebben iedereen verbaasd!”
to the maXAls initiatiefnemer Jan Slagter in 2002 omroep-
vereniging MAX opricht, wordt er niet echt
enthousiast gereageerd. Eerdere pogingen
om een ouderenomroep van de grond te
krijgen, mislukten. Vijftigplussers zouden
minder actief en minder productief zijn, zo
werd er volgens MAX verondersteld. De groep
vijftigplussers is echter de grootste groep in
ons land en vormt daarmee een belangrijk
potentieel kijkerspubliek. Door de continue
verjongingsdrang van andere omroepen was
er voor deze groep te weinig op de buis. MAX
sprong in dit gat – met succes.
aCtie!Omroep LLiNK maakt programma’s omtrent
milieu, dierenwelzijn en mensenrechten en wil
kijkers en luisteraars inspireren, motiveren en
activeren. Nu moet ze dus zelf aan de bak. Om
de omroep steviger op de kaart te zetten werd
eerder al Floortje Dessing als presentatrice
aangetrokken. De ledenwerfcampagne die
in mei van dit jaar van start ging, bestaat
onder andere uit advertenties, banners,
promotieteams, stands op festivals en spotjes
op tv en radio. “Ik ben LLiNK. Jij toch ook?”,
vragen Floortje’s blauwe ogen.
filmPjeDe groenste omroep gelooft in ‘praktisch
idealisme’ – iedereen in de wereld is met
elkaar verbonden en kan daarom een bijdrage
leveren aan een duurzame wereld – en brengt
dat in haar ledenwerfcampagne ook in de
praktijk. Voor elk nieuw lid gaat er twee euro in
een fonds. Uit dat fonds werd onder andere de
winnaar van de filmpjesactie beloond. Diana
Vergeer licht toe: “We krijgen regelmatig
mailtjes of telefoontjes van mensen die
nog wel een project of goed doel kennen
waarvan ze zeggen, dat is iets voor LLiNK!
Met de campagne ‘Verander de Wereld met
een filmpje’ konden de mensen geld winnen
voor hun goede doel door zelf een filmpje te
maken.” Iedereen kon meedoen, alleen leden
mochten stemmen.
goede doelenBehalve deze actie gaan er ook mailings uit naar
oud-leden met de vraag of zij hun lidmaatschap
willen herzien, en worden leden benaderd om
nieuwe leden aan te dragen. Daarnaast werkt
LLiNK slim samen met diverse goede doelen
en NGO’s, zoals Plan Nederland, De Windunie
en Greenchoice. LLiNK adverteert in hun
bladen want “daar zitten de mensen die in
onze doelgroep vallen.”
Met de steun van onder andere Nellie Frijda,
Tim Krabbé, Barbara de Loor en Daryl van
Wouw en toepasselijk getitelde programma’s
als ‘Moveyourass’ en ‘Aanpakken en wegwezen’
is LLiNK, geheel in lijn met haar idealistische
insteek, vol vertrouwen de grens van 150.000
te zullen bereiken.
‘De kleinste omroep met de grootste idealen’ wacht de komende tijd haar grootste uitdaging. In een paar maanden tijd moet zij haar ledental bijna verdubbelen. Op de redactie zijn ze optimistisch gestemd. “Vergeleken met een paar maanden geleden, is het de laatste tijd heel hard gegaan”, aldus woordvoerster Diana Vergeer.
druk druk drukBarts Neverending Network is de laatste jaren
veel in het nieuws. De omroep trok de aandacht
met de rel rondom de pornofilm Deep Throat,
werd uitverkozen tot mediabedrijf van het
jaar en sleepte de vermelding ‘coolste merk’
van het jaar in de wacht. De Grote Donorshow
kreeg een Emmy Award en de Lama’s wonnen
de Gouden Televizier-ring. Met de Nationale
BNN-test vierde de omroep eind oktober haar
tienjarig bestaan. Het brutaalste jongetje van
de klas heeft het er maar druk mee.
“Het is een erg intensieve campagne,” geeft
Chiel de Leeuw, Marketing Coördinator toe.
“Jongeren worden niet snel ergens lid van.”
Toch zegt hij niet ontevreden te zijn. Over
exacte cijfers wil hij echter niets kwijt. “Dat
maken we pas ergens in april bekend. We
kunnen daar nu geen eenduidig antwoord op
geven,” aldus De Leeuw.
nk sPijkerbroekhangenZoals we van BNN gewend zijn, gaat de cam-
pagne gepaard met opzienbarende acties.
Zo serveerden Filemon en Sophie onbijtjes in
de file op de A2 en waren Nicolette en Jasmine
in Tilburg voor het Nederlands Kampioenschap
Spijkerbroekhangen. Eerder al ‘kaapte’ BNN
het Veronica Magazine en zette de inhoud van
het blad naar haar hand. “Héél BNN is aan het
werk om de campagne onder de aandacht te
brengen”, benadrukt De Leeuw. “Dat is het
typische karakter van deze campagne.”
lust for lifeBNN wil te allen tijde herkenbaar zijn in wat
ze doet, en probeert dat te bereiken door haar
onderwerpkeuze, haar taalgebruik en een
onconventionele aanpak. Ook probeert de
omroep altijd het ‘BNN-gevoel’ uit te stralen:
brutaal, eigenwijs, uitdagend, recht voor z’n
raap en optimistisch. De Leeuw: “Vooral dat
laatste is kenmerkend voor de invalshoek van
deze campagne. Het is vrolijk en het heeft een
lust for life feeling. Het campagneliedje blijft
in je hoofd hangen en we hopen dat mensen
daardoor ook de boodschap oppakken.”
De Lama’s Decorkippen, een BNN-bierboot of Spuiten & Slikken massageolie: het zijn een paar voorbeelden van zogenaamde ‘aanbrengcadeautjes’ van BNN. BNN startte in september de actie ‘Koop dit, word lid’, want de zender wil doorgroeien en vernieuwen. Meer leden = meer zendtijd = minder ouwelullenprogramma’s, zo redeneert BNN.
bnn te kooPBNN, de meest eigenwijze omroep van
Nederland, richt zich exclusief op jongeren
en stelt dat er voor deze doelgroep te weinig
op tv is. Bovendien loopt de omroep met een
hoop nieuwe ideeën en formats waar gezien
de beperkte zendtijd geen ruimte voor is.
Om nieuwe leden binnen te halen, kunnen ze
een symbolisch stukje BNN kopen. Voorzitter
Patrick Lodiers biedt zijn moeder te koop aan,
Filemon Wesselink doet zijn nier in de verkoop.
“Dit doen we om te laten zien hoe ver we willen
gaan voor nieuwe leden”, aldus Lodiers op de
aftrap van de campagne. Daarnaast zijn er ook
een heleboel échte cadeaus te koop. Voor maar
5,73 euro heb je al een Lama’s Decorkip of een
programmadraaiboek, inclusief een eenjarig
lidmaatschap.
ik hooPte oP seks, maar ik kreeg alleen maar meer
PA
GIN
A5
8
metM
Titel: LeT’s connecT!
Geef je carrière of bedrijf vleugels
door succesvol te netwerken
Auteur: Jan Vermeiren
Uitgeverij: Pearson Education
ISBN: 978-90-430-1509-7
Via maximaal zes andere mensen heb je
7.629.394.531.250 contacten. Een eigen-
aardig maar interessant feit uit het
boek ‘Let’s connect!’ van de Belg Jan
Vermeiren. Daarmee wil hij de lezer
bewustmaken van de grote hoeveelheid
kansen die er zijn om contacten te
leggen. Zijn boek over succesvol
netwerken, dat vooral van toepassing is
op de zakelijke omgeving, is niet alleen
zeer inzichtelijk en lekker leesbaar,
maar vooral ook heel herkenbaar. ‘Ik kan
het zelf wel’, ‘ik wil niemand lastigvallen’ of
‘ze hebben waarschijnlijk toch geen tijd’ zijn
van die voorbeelden die iedereen herkent. Het
belangrijkste inzicht uit ‘Let’s Connect!’ is dat
netwerken niet alleen een kwestie van nemen
is, maar ook van geven. Met herkenbare
praktijkvoorbeelden en ‘netwerksuccestips’
- ‘onthoud namen’ en ‘hoe een gesprek te
voeren met meneer HP (Hoge Piet) - neemt
Vermeiren je bij de hand en neemt hij de
negatieve gevoelswaarde van het woord
‘netwerken’ weg. Maar bovenal laat het boek
zien dat netwerken leuk is.
Titel: IedeReen
Hoe digitale netwerken onze contacten,
samenwerking en organisaties veranderen
Auteur: Clay Shirky
Uitgeverij: Business Contact
ISBN: 978-90-470-0080-8
‘Iedereen’ van Clay Shirky is een ware
eyeopener voor iedereen die zich regelmatig
op het web begeeft. Allerlei sites maken het
tegenwoordig mogelijk om foto’s te delen,
discussies te voeren, online bijeenkomsten te
houden en gelijkgestemden te vinden. Shirky
vraagt zich af wat dat betekent; voor onszelf,
onze samenwerking en onze organisaties
en instituties. Ons standaardantwoord op
het coördineren van groepen, zo schrijft
hij, is het samenbrengen van mensen in
organisaties. Dat kost tijd, moeite en geld.
Met nieuwe open source technologieën
gaan deze transactiekosten drastisch
omlaag. Groepsvorming wordt makkelijker
en zelforganisatie - de zogenaamde ‘post-
management organisatie’ - heeft volgens
Shirky de toekomst. Hij licht deze stellingname
zeer helder en overtuigend toe. Met grappige
voorbeelden over een zeemeerminnenparade
in New York en zijn koppige uncle Howard
die de lokale krant in Richmond bestiert is
‘Iedereen’ boeiend van begin tot eind.
Netwerken moet makkelijk zijn, netwerken moet efficiënt zijn, netwerken moet leuk zijn… Maar wie denkt dat netwerken is voorbehouden aan een select groepje natuurlijke praters of ijverige verkopers heeft het mis. Iedereen kan netwerken – iedereen hééft een netwerk. Er verschenen talloze boeken rondom dit thema. Wilt u meer lezen? Staal maakte een kleine selectie.
Voor de aspirant-netwerker of de beginneling is er ‘Netwerken
werkt’ van loopbaancoach Rob van Eeden. Het boek draait om
het vinden van de juiste baan, en hoe je netwerk je daarbij kan
helpen. Volgens Van Eeden kun je je kans op werk verdriedubbelen,
mits je maar lef toont. Netwerken, zo benadrukt hij, is een activiteit, een
werkwoord, een bezigheid. En iedereen, jong en oud, kan het. Met praktische
oefeningen, tips en voorbeeldjes probeert Van Eeden succesvol de angst voor netwerken
weg te nemen. Het vele gebruik van beeldspraak en metaforen - ‘netwerken is als zweefvliegen,
netwerken is vlinderen’ - is meestal verhelderend, maar bij vlagen ook vervelend. Dat neemt niet weg
dat na het lezen van dit boek het triomfantelijke gevoel van ja-ook-ik-kan-het! het meeste bijblijft.
Met een open mind en de juiste instelling kom je al heel ver.
EErste hulp bij netwerken
Titel: neTweRken weRkT
op weg naar de baan die je wilt
Auteur: Rob van Eeden
Uitgeverij: Het Spectrum
ISBN: 978-90-274-6578-8
PA
GIN
A6
0
Op de weg, te water of per spoor; de verkeersnetwerken in Nederland slibben in rap tempo dicht. Hoe hard we ons ook van A naar Beter proberen te dotteren. Als je nog ergens ruimte zoekt, kun je alleen nog de lucht in. Hoewel, zelfs daar geldt niet ‘the sky is the limit’. Dat blijkt wel uit een -virtuele- vlucht langs luchtverkeersleider Martin Jans en KLM-piloot Jeroen Siewe. Zij tonen juist in de beperkingen hun meesterschap.
Marko van HoogdalemmetM
Marko van Hoogdalems vader was tot zijn pensioen luchtverkeersleider bij Eurocontrol. Hij regelde via een bevriende oud-verkeersleider van Maastricht Airport het contact met Martin Jans. Overigens bleek toen dat Martin en Marko jaren geleden tegenover elkaar hebben gestaan tijdens een volleybaltoernooi. Piloot Jeroen Siewe is een buurman van Marko. Jeroen en Martin kennen elkaar niet persoonlijk, maar ze hebben onmiskenbaar radiocontact met elkaar gehad. Freelance fotograaf Wim Bos en Marko werden een kleine tien jaar geleden voor het eerst aan elkaar gekoppeld voor een artikel. Sindsdien deden zij diverse co-producties in woord en beeld, met name voor een Belgisch bedrijfsmagazine.
PA
GIN
A6
2
Martin: “Twintig jaar geleden verwerkte Schiphol zo’n driehonderd vluchten per dag. Nu is onze
dagcapaciteit, bij normale omstandigheden, dertien- tot veertienhonderd starts en landingen. Dat
gebeurt niet netjes verspreid over vierentwintig uur, hoor. Zo’n negentig procent van al dat verkeer
speelt zich af tussen zeven uur ’s ochtends en tien uur ’s avonds. Met pieken van zo’n 125 starts en
landingen per uur. We handelen dat af met zes tot acht verkeersleiders op de toren. Want alleen al op
het stukje tussen de gate en het luchtruim hebben piloten contact met minstens vijf van ons.”
Martin: “Schiphol beschikt over zes banen in uiteenlopende richtingen. In tegenstelling tot vele andere
vliegvelden kunnen wij de vliegers dus letterlijk tegen elke wind in laten starten of landen. Voor een
vlieger is het belangrijk om tegen de wind in te landen. Veiligheid gaat boven alles. Daarom zijn en
blijven de windrichting en –sterkte de zwaarstwegende factoren bij het openstellen of sluiten van banen.
Als er echter niet of nauwelijks wind staat, bepaalt de politiek de baankeuze om de geluidshinder zo
laag mogelijk te houden. Zo werken we tegenwoordig met de ‘Alderstafel’. Dat is een soort overleg op
hoog niveau die voorschrijft welke banen we dan primair moeten gebruiken, hoeveel en welke type
vliegtuigen op welke uren welkom zijn en welke aan- en uitvliegroutes wij moeten aanhouden.”
Jeroen: “Met vliegen gaat het er niet om hoeveel ruimte er is, maar hoeveel je kríjgt. Dat begint
al met vergunningen. Je hebt er al een nodig om überhaupt de lucht in te mogen. Dan heb je nog
landingsrechten, overvliegtoestemmingen, vrachtvergunningen… Elk luchtruim of -haven heeft zo
z’n belangen en bepalingen. Soms kom je heel vreemde beperkingen tegen. We mogen bijvoorbeeld
wel met een passagierstoestel over Rusland naar Almaty in Kazachstan vliegen, maar met een
vrachttoestel niet. Dan moeten we via Turkije; een omweg van zeker anderhalf uur. En zo is er ook
boven China lucht zat, maar de ruimte beperkt. Politieke of militaire belangen spelen vaak een grote
rol, maar het hangt ook eenvoudigweg af van hoeveel verkeer de luchthavens aankunnen.”
Jeroen: “Wereldwijd zie je enorme verschillen tussen mankracht, technische mogelijkheden en dus
capaciteit op de grond. In Rusland bestrijkt verhoudingsgewijs een handjevol verkeersleiders een
gigantisch gebied. Daar is het verkeer in lucht dan ook beperkt tot een paar stipjes op de radar. Een
schril contrast met bijvoorbeeld de Amerikaanse oost- en westkust, waar de radar zwart ziet van de
vliegtuigen. Daar hebben ze wel de mensen en faciliteiten. Daar kun je op sommige vliegvelden met
z’n drieën tegelijk starten of landen.”
Martin: “Veertienhonderd vluchten per dag, betekent veertienhonderd piloten die als eerste binnen
of weg willen zijn. Als ze het zelf zouden regelen, vechten ze elkaar de baan af, denk ik. De belangen
zijn groot. Wij zitten hier puur om alles zo veilig, zo eerlijk en liefst zo efficiënt mogelijk te sturen. Tot
vogelverjagers, sneeuwschuivers en vliegtuigslepers aan toe. En we zijn natuurlijk de aangewezen
regisseur bij noodgevallen. In geval van een ‘mayday’ is het banen vrij, al het verkeer in holding tot
nader order en alle ruimte voor de hulpdiensten én voor de mayday zelf, uiteraard.”
Martin: “Ik wil zoveel mogelijk meedenken met de vliegers. Als ik twee vluchten naar het oosten heb
waar minimaal twee minuten afstand tussen moet zitten, probeer ik bijvoorbeeld daartussen een
vlucht naar het westen te laten starten. Áls dat kan, tenminste. Ik moet ook rekening houden met
verschillende typen vliegtuigen, met verschillend gewicht en verschillend klimvermogen. Zo zit ik
steeds vooruit te puzzelen met het steeds wisselende aanbod.”
Jeroen: “De ingrepen om milieuhinder tegen te gaan, zijn typerend voor de politieke invloed op
Schiphol. Wij zien het terug in het soms onlogische baanaanbod. Dan moet je bijvoorbeeld een kwartier
taxiën naar de Polderbaan, terwijl je ziet dat andere geschikte banen leeg blijven. In Noord-Amerika
kan de luchtverkeersleiding zich nog volledig in dienst stellen van de vliegers. Wij vragen, zij bieden.
Hier gebeurt dat regelmatig andersom, omdat de verkeersleiders ook met andere belangen te maken
hebben. En die belangen staan vaak haaks op ons doel om zo snel mogelijk van A naar B te komen.”
Jeroen: “Veiligheid staat boven alles, natuurlijk. Maar verder draait het vooral om efficiency. Tijd
is geld. Daar is ons hele vliegplan op gebaseerd. Zo berekent onze navigatieafdeling vooraf al wat
voor ons de meest optimale ‘oceanic track’ is. Oceanic tracks zijn, zeg maar de transatlantische
snelwegen. Tussen Ierland en Canada lopen zes van die luchtwegen van elk vijf verdiepingen waar
vrijwel iedereen zich in colonnes doorheen perst. Je reserveert vooraf een plekje, maar als je je
‘slottijd’ mist, gaat je plek naar een ander. Dan moet je wachten tot er een nieuw gaatje vrijkomt. Of
je wordt doorverwezen naar een langere track of minder efficiënte vlieghoogte. Een beetje vertraging
op de grond kan in de lucht dus grotere gevolgen krijgen. De keuze om wel of niet te wachten op een
verlate passagier nemen we ook niet zomaar; dat gebeurt weloverwogen. Ook al is dat dan op grond
van het aantal te verliezen euro’s.”
Martin: “Het weer, dat is en blijft een bepalende factor. Extreem harde wind is bijvoorbeeld lastig,
omdat die ons dwingt tot het gebruik van één specifieke baan. Maar mist, dat is pas echt vervelend.
Want ondanks alle geavanceerde radarsystemen, werken we nog steeds met het blote oog. Vandaar
dat we in een toren zitten. Ik moet ook kunnen zíen of een vliegtuig daadwerkelijk van de baan af
is, voordat de volgende kan landen. Daarom, hoe beter het zicht, des te hoger onze capaciteit. Of
andersom. Dan maar geen tachtig vliegtuigen per uur, maar twintig. En de rest? Wachten of uitwijken.
Het is niet anders.”
Martin: “Dat ik steeds moet puzzelen met beperkingen? Ach, je kunt alles wel als beperking zien.
Zelfs de taal, want sommige Chinese piloten zijn echt moeilijk te verstaan. En nog niet zo heel lang
geleden kwamen hier zelfs vliegtuigen uit Rusland die steevast een tolk aan boord hadden. Serieus!
Maar dat soort dingen vind ik juist geweldig. Ik doe dit werk al twintig jaar en ik vind het nog steeds een
prachtvak. Zo dynamisch, elke dag weer! Kijk, daar, die Boeing 747 van KLM. Soms moet hij zijn take
off roll precies beginnen wanneer ik dat aangeef. Als ik de vlieger daar goed op voorbereid en ik zie na
mijn ‘clearance’ binnen een seconde vierhonderd ton aan het rollen gaan… dat is toch kicken?”
Jeroen: “Het weer en de brandstof, daar zitten wij eigenlijk constant mee te puzzelen. Een kwestie
van vooruitdenken, inschatten en anticiperen op lokale omstandigheden. Daarmee beginnen we al
vóór vertrek, want dan bepalen we hoeveel brandstof er meegaat. Maar ja, hoe groot is deze keer de
kans is dat we in Azië moeten omvliegen omdat het daar ‘hurricane season’ is? Verwachten ze mist
op Schiphol? Hoe ver is onze ‘alternate’, ofwel het vliegveld waarnaar we eventueel uitwijken? Hoe
onzekerder de situatie, hoe meer extra kerosine we meenemen. Soms moeten we zelfs passagiers
laten staan, omdat we hun gewicht aan brandstof nodig hebben. Immers, voor elke duizend kilo
brandstof moeten we bij wijze van spreken nog eens tweehonderd kilo extra meenemen om die
ballast te kunnen vervoeren. Het is aan ons de kunst om de marges veilig, maar zo klein mogelijk te
houden.”
Jeroen: “Hoe goed we alles ook incalculeren, er kan onderweg altijd iets gebeuren wat niet volgens
vliegplan verloopt. In Afrika kan het zomaar gebeuren dat het vliegveld volledig plat gaat door een
stroomstoring. Tja, dan hang je daar. Wat doen we? Maar die vraag speelt ook hier, als het gewoon
heel druk is. Blijven rondcirkelen tot er plek is? Dat kan een dure delay worden. Uitwijken dan? Dat
betekent een hoop gedoe voor passagiers en onszelf. En dat kost ook weer wat. Bij elke verandering
in het plan, wegen we oorzaak en gevolg tegen elkaar af. Maar niet te lang, want de brandstofklok
tikt door. Dat puzzelen met beperkingen… soms onder tijdsdruk, dat is mooi, man! Maar ik geniet
ook als we straks, na een superstrakke vlucht, de kist op de minuut en ton brandstof nauwkeurig op
Shanghai zetten.”
konInkLIjk neTweRkenDe in 1919 opgerichte ‘Koninklijke Luchtvaart Maatschappij’ is vooral actief als netwerkbedrijf. Sinds de fusie met Air France in 2004, onderhoudt de organisatie een wereldwijd netwerk volgens de zogenoemde ‘dual hub’-strategie, waarbij Parijs en Amsterdam fungeren als de belangrijkste transferluchthavens. Daarnaast maakt KLM deel uit van SkyTeam, een internationale alliantie van elf luchtvaartmaatschappijen. Dankzij dit netwerk heeft KLM toegang tot meer dan 800 bestemmingen in ruim 150 landen op zes continenten. In omzet is de Air France KLM Groep de grootste luchtvaartcombinatie ter wereld. In het boekjaar 2006-2007 vervoerde de KLM Groep ruim 23 miljoen passagiers, 657.022 ton vracht (samen met Air France Cargo) en verzorgde zij technisch onderhoud voor meer dan 100 luchtvaartmaatschappijen. In datzelfde jaar bestond de vloot van de KLM Groep uit 203 vliegtuigen en 33.002 medewerkers (fte). Meer informatie: www.klm.nl
jeroen siewe is sinds 1991 piloot bij kLM. de laatste jaren vliegt hij met Boeing 747’s afwisselend passagiers-, vracht- of combi-vluchten.
LucHTIG neTweRkenLuchtverkeersleiding Nederland (LVNL) is sinds 1923 verant-woordelijk voor het beheer van het civiele luchtruim boven Nederland. Naast de begeleiding van het luchtverkeer, verzorgt LVNL ook opleidingen, luchtvaartinlichtingen en beheert ze de technische systemen. De verkeersleidende taken zijn verdeeld in drie deelgebieden. Tower Control regisseert al het verkeer op en vlak boven de luchthaven. Dus de starts en landingen, maar ook het taxiën van en naar de gates, verslepen van vliegtuigen naar onderhoudshangars en andere ondersteunende diensten zoals brandweer of vogelverjagers. Approach Control begeleidt al het naderingsverkeer rond de luchthaven. Zij ‘brengen de kist recht voor de baan’. Deze verkeersleiders volgen de vliegtuigen op radar in een straal van ongeveer 60 kilometer rond het vliegveld en tot een hoogte van zo’n drie kilometer. Area Control is verantwoordelijk voor al het civiele luchtverkeer boven de rest van Nederland.
Martin jans werkt sinds 1989 bij LVnL schiphol. Hij werkt afwisselend als verkeersleider/supervisor voor Amsterdam Tower of Amsterdam Approach.
Guido van der kroef “Netwerken is onmisbaar
om mijn foto’s te krijgen waar ik ze hebben
wil. En net als bij fotografie moet ik daar mijn
eigen stijl in vinden. Mijn ‘eigen-wijze-netwerk’
dus.”
elfriede Bastiaansen “Ik vind het erg belangrijk
een netwerk met mijn ex-studiegenoten te
onderhouden, om geïnspireerd te blijven, maar
ook om opdrachten uit te wisselen. Door een
selectie van mijn foto’s op internet te plaatsen,
laat ik zien wat ik als fotograaf te bieden heb.”
Maj-Britta de Ruiter “Ik ben geboeid door veel
vormen van fotografie. Diversiteit in opdrachten
spreekt me aan. Ik zie het als een uitdaging om
precies dat beeld vast te leggen dat het beste
de sfeer weergeeft.”
els Baltjes [niet op de foto] “Nu ik klaar ben
met mijn studie aan de School voor Fotografie
wil ik mij gaan richten op de illustratieve
fotografie. Daarnaast wil ik me gaan toeleggen
op het maken van portretten en reportages.”
TalentP
AG
INA
72
NIEUW (NETWERK) Dit jaar studeerden acht fotografen af aan de School voor Fotografie in Breda. Een jaar lang
werkten ze aan hun portfolio’s en hun netwerk en waren ze elkaars steun en toeverlaat.
Nu zijn ze allround fotograaf en gaan ze aan de slag met betaalde opdrachten.
stephan neeten “Ik werk als freelance foto-
graaf naast mijn baan in de ICT. Binnenkort ga
ik emigreren naar Eldfjord, Noorwegen. Daar
wil ik in de zomermaanden fotoworkshops aan
toeristen gaan geven. Fotografie zal altijd een
belangrijke rol blijven spelen.”
colinda Boeren “Ik ben in januari 2008 als zelf-
standige begonnen. Met mijn website hoop ik
een duidelijk visitekaartje af te geven. Verder
is het nu vooral een kwestie van doorzetten.
Mond-op-mond reclame en de website
BredaVandaag.nl helpen mij daarbij.”
Bianca van den Broek-dijck “Mond-op-mond
reclame is de beste reclame die je kunt krijgen.
Geen dure advertenties, maar jezelf laten zien
met een mooie website en bij fotowedstrijden.
Zo werk je aan een breed, uitgebreid netwerk
waar leuke en gave opdrachten uit kunnen
komen.”
Anja van eersel “Ik heb een aardig netwerk
binnen verschillende disciplines. Toch blijf ik
mogelijkheden zoeken om mijn netwerk uit
te breiden. Ik heb een eigen website waarop
steeds meer gereageerd wordt, dus ik heb alle
vertrouwen in de toekomst.”
als eigen baas zit ik de hele rit tegen mezelf te lullenP
AG
INA
74
metM
ze het niet durven. Maar in mijn vak zijn de
stalen net zo belangrijk als in de winkel van
mijn ouders. Ik heb er altijd veel aan gedaan,
ook toen ik het woord ‘netwerken’ nog niet
kende. Ik heb altijd vakgenoten opgezocht om
samen nieuwe prikkelingen te krijgen. En toen
ik vanuit Amsterdam, waar ik hoofdredacteur
was van het opinieweekblad De Tijd, naar
Brabant ging voor diezelfde functie bij het
Brabants Dagblad, ben ik altijd contact blijven
houden met mijn vakgenoten in de Randstad.
Daar kwam het Brabantse netwerk weer bij.
Waarom al die drukte? Voor mijn gevoel blijf je
zo echt léven. Ik kan niet zonder mensen. En
ik hoop dan altijd maar dat ze ook niet zonder
mij kunnen
Maar mijn ouders hebben het woord ‘net-
werken’ nooit gekend. Dat hele complex van
stalen, vertegenwoordigers en importeurs
was hun wereld waarin zij door een veelheid
aan contacten het motto wilden waarmaken
dat op hun pakpapier stond: ‘Voordelig,
mààr kwaliteit!’ Onder manufacturiers was
zo’n netwerk met de stalen destijds al een
onderdeel van hun competitie: door de juiste
contacten het beter doen dan een ander.
De winkel van mijn ouders heb ik nooit
willen overnemen. Het leek me een vreselijk
vooruitzicht je hele leven te slijten op die
luttele vierkante meters vol geveinsde
dienstbaarheid. Maar er is één aspect dat de
traditionele winkelier gemeen heeft met de
journalist die ik geworden ben: veel contact
met mensen, met klanten, met leveranciers.
Mijn klanten zijn mijn lezers, mijn leveranciers
zorgen voor nieuws. Journalistiek is geen
vak voor bleue mensen, maar ook niet voor
schreeuwlelijken. Toch komen beide typen
voor. De schreeuwlelijken maken ons mooie
vak steeds hyperiger, de bleuen komen
in hun bedremmeldheid niet veel verder.
Beiden hebben geen serieus netwerk. De
schreeuwlijken niet omdat ze denken dat ze
alles zelf wel af kunnen, de bleuen niet omdat
‘Voordelig, mààr kwaliteit!’
stond op hun pakpapier.
Manufacturenwinkels bestaan nauwelijks
meer, en er zijn allang geen vertegen-
woordigers meer die langs de winkels
reizen met koffers vol staalkaarten. Op de
staalkaarten zaten stalen: kleine stukjes
stof, mooi afgeknipt met een kartelschaar.
Het waren staaltjes van de stoffen die de
manufacturier kon bestellen. Die staal-
kaarten waren het netwerk van mijn ouders:
achter op ieder lapje stof stonden naam en
telefoonnummer van de leverancier. Zo waren
er ook staalkaarten voor wol: plukjes breiwol
in alle leverbare kleuren. En mijn ouders
hadden dikke losbladige boeken vol met
knopen, vastgenaaid op karton. Alles wat ze
wilden inkopen was zo beschikbaar, je kon het
voelen, je kon eraan ruiken.
Tony van der Meulenoud-hoofdredacteur Brabants Dagblad
PA
GIN
A7
6
cOLuMN
SingleS / Div
Mother Love Bone, Pearl Jam, Soundgarden, Temple of the Dog, Alice
in Chains. De muziekscene uit Seattle vormde een hecht vlechtwerk
van (destijds) jonge bandjes met talloze onderlinge kruisverbanden.
Bandjes die ook nog eens ontzettend goed bleken te zijn. Samen
bepaalden ze een aantal jaren het gezicht van de rockmuziek. De
film Singles speelt zich af in het Seattle van de vroege jaren negentig
en is zonder meer de slechtste die regisseur Cameron Crowe ooit
gemaakt heeft. De bijbehorende soundtrack vormt een mooie
dwarsdoorsnede van de muziek uit die tijd. Het is een klassieker die
de tand des tijds nog steeds moeiteloos doorstaat. Verplichte kost!
Born to run / Bruce SpringSteen
Voor sommige artiesten is muziek maken net werken, voor andere
muzikanten is het een passie. Bruce Springsteen behoort al sinds
de vroege jaren zeventig tot de laatste categorie. Ter ere van de
verjaardag van zijn meesterwerk Born to run bracht Columbia drie
jaar geleden een 30th Anniversary Edition uit. Naast een boekje, een
documentaire en een geremasterde versie van Born to run bevat dit
lekkere doosje ook een adembenemende concertregistratie uit 1975.
Meer dan twee uur genieten van een jonge Springsteen-met-baard-
en-wollen-muts. Het concert werd later ook ‘los’ op CD uitgebracht.
KiJK & luiSter
MuZieK
PA
GIN
A7
8
Er zijn heel wat films die via-via wel terug te voeren zijn op het thema van dit magazine. Gertjan Harberink ging in z’n platenkast op zoek naar een paar lekkere staaltjes netwerkmuziek.
the Matrix / Div
De grimmige nummers van Marilyn Manson, Rammstein, Rob
Zombie, The Prodigy en Propellorheads vormen het perfecte
geluidslandschap voor het eerste deel van de Matrix trilogie.
Hoogtepunt is de afsluiter ‘Wake up’ van Rage Against The Machine
waarin RATM’s altijd boze frontman Zack de la Larocha zijn longen
lekker uit zijn lijf schreeuwt.
trainSpotting / Div
Übersoundtrack uit 1996. In tegenstelling tot wat de titel doet
vermoeden, heeft Trainspotting natuurlijk niets met het kijken naar
treinen te maken en juist alles met het zoeken naar mensen met
via-via-via connecties in Colombia. Absolute hoogtepunt is Iggy Pops
Lust for life. En luister zeker ook naar het hallucinante Born Slippy
van Underworld waar je ook zonder drank en drugs probleemloos
een rush van krijgt. Het nummer groeide uit tot het anthem van elke
feestende Brit. Verder veel moois van Pulp, Leftfield, Blur en Primal
Scream.
rattle anD huM / u2
Het omvangrijke adressenboekje van Bono Vox maakt dat U2 niet
alleen muzikaal maar ook maatschappelijk de meest invloedrijke
band ter wereld is. Hun klassieker Rattle and hum is behalve een
prachtige muziekfilm ook een loeigoed album. Opmerkelijke
combinatie van live- en studiotracks. Graag uw speciale aandacht
voor I still haven’t found what I’m looking for mét gospelkoor. En
natuurlijk voor het gastoptreden van blueslegende BB King in When
love comes to town. De kippenvelfactor van afsluiter All I want is you
is na 20 jaar nog altijd even hoog.
Gertjan HarberinkVeertienElf Media
Bourne trilogy (2002, 2004, 2007)
Killer met geheugenverlies neemt het in achtervolgingsthriller
op tegen moorddadig netwerk waar hij ooit deel van uitmaakte.
✶ ✶ ✶ ✶
War gaMeS (1983)
Lekkere film waarin piepjonge Matthew Broderick met zijn
analoge 14k-modempje bijna WOIII ontketent.
✶ ✶ ✶
BloW (2001)
Het waargebeurde verhaal over George Jung.
Vanwege zijn goede drugsconnecties voorzag hij in de jaren
zeventig bijna heel Amerika van cocaïne.
✶ ✶ ✶ ✶
loSt in tranSlation (2003)
Twee Amerikanen dwalen door Tokio. Ze begrijpen de stad niet.
De totaal verschillende personages raken bevriend vanwege
een gebrekkig netwerk.
✶ ✶ ✶ ✶
the net (1995)
Gedrocht uit de tijd dat internet nog eng en nieuw was.
Bijna wekelijks op tv. Kijk maar niet.
✶
netWorK (1976)
Heerlijke aanklacht tegen het gebrek aan ethische
normen in de televisiewereld. Vijf Oscars.
✶ ✶ ✶ ✶
contact (1997)
Piepjes uit het heelal blijken afkomstig van marsmannetjes
die contact zoeken. Tsss.
✶ ✶
the Matrix i, ii en iii (1999, 2003)
Het leven is een kunstmatig in stand gehouden illusie.
Aangenaam verpakt gedachte-experiment.
✶ ✶ ✶ ✶
the French connection (1971)
Gene Hackman schittert in klassieker die jarenlang de standaard
vormde op het gebied van auto-achtervolgingen.
✶ ✶ ✶ ✶
Gertjan Harberink en Marcel Groenewegen zetten de films op een rijtje die elke netwerker gezien moet hebben. Negen fijne, beetje fijne, en helemaal niet zo fijne films over netwerken in de aller, allerbreedste zin van het woord.
Gertjan Harberink en Marcel GroenewegenVeertienElf Media
PA
GIN
A8
2
“Tijd vormt de basis voor elke relatie.”
Willem Frederik Hermans
Mindmappen is een manier om grafisch je gedachten en ideeën te ordenen. Er zijn talloze programma’s
en sites die het mindmappen vergemakkelijken. Maar WoMiMa is anders. Na het inloggen kijk je
tegen een maagdelijk leeg scherm aan. Nadat je een eerste woord hebt ingetikt, ga je van start.
Je laat je gedachten de vrije loop en vult al je associaties in. Al bij het intikken van die associaties,
toont zich de kracht van WoMiMa. Want bij elke associatie komen er automatisch nieuwe associaties
in beeld die afkomstig zijn van anderen. Die associaties brengen je meteen op nieuwe ideeën. Wie
WoMiMa gebruikt in een brainstorm, krijgt dus al snel het gevoel dat er allerlei andere mensen aan
tafel zitten die meedenken.
Wijne – ondernemer – en Van Overveld – als natuurkundige verbonden aan de TU/e en werkzaam als
zelfstandig creatief business consultant – bedachten hun World Mind Map toen ze tijdens een autorit
filosofeerden over een manier om gedachten met elkaar te verbinden. “Eigenlijk filosofeerden we
over een programma waarmee we geluk meetbaar konden maken. Al doordenkend, bedachten we
hoe mooi het zou zijn om gedachten en associaties van mensen met elkaar te linken. Met internet en
databases zou het moeten kunnen – in theorie zou je zo een synthetisch superbrein kunnen maken.
Uiteindelijk leidde dit wilde idee tot WoMiMa. Ons streven is heel eenvoudig: we willen wereldkampioen
worden in het ontsluiten van gedachten en associaties.”
Soms kom je een geweldig idee tegen dat zo eenvoudig is dat je het zelf had moeten bedenken. World Mind Map, kortweg WoMiMa, van Karel Wijne en Kees van Overveld, is daar een sprekend voorbeeld van. WoMiMa is een online mindmaptool, die álle associaties van andere gebruikers bewaart en vervolgens weer beschikbaar stelt. Als je met WoMiMa brainstormt, denkt de rest van de wereld met je mee.
Gertjan HarberinkVeertienElf Media
PA
GIN
A8
4
Wat je nodig hebt voor jouw eigen mindmap zijn een pen en een vel papier. Het centrale onderwerp zet je in het midden van het vel. Onderwerpen die daaraan gelinkt zijn, zet je om het onderwerp heen. Waar nodig trek je lijntjes om een verbinding tussen twee woorden weer te geven. Door je gedachten en associaties op deze manier gestructureerd weer te geven, kun je snel hoofd- en bijzaken onderscheiden. Zo ontleed je de semantische omgeving van het onderwerp. Omdat je het probleem grafisch maakt nestelt het plaatje zich bovendien makkelijker in je hoofd. Mindmapping is dan ook voor allerlei doeleinden te gebruiken. Het meest voor de hand liggend is een creatieve brainstorm of een praktische inventarisatie. Maar ook boeken, colleges of presentaties laten zich al mindmappend prima samenvatten.
Probeer het zelf. www.womima.com
Kracht
De kracht van WoMiMa is de slimme com-
binatie van vernuftige techniek en menselijke
associaties. Tik bijvoorbeeld het woord ‘iPhone’
in en één van de associaties die de site geeft,
is het woord ‘uitverkocht’. Naast deze wel
heel menselijke associatie zie je ook meteen
woorden als ‘software’, ‘Apple’ en ‘3G’. We
voegen zelf nog eigen associaties als ‘mooi’
en ‘touchscreen’ toe. Als in Amsterdam,
Singapore of Melbourne iemand het woord
iPhone intikt, worden deze associaties straks
ook zichtbaar. Het is wel zo dat woorden vaker
door verschillende personen ingevoerd moeten
worden, alvorens ze ook in andere sessies voor
zullen komen. “Dat doen we om vervuiling te
voorkomen”, aldus Wijne.
De toepassingen van WoMiMa zijn legio.
Creatieve brainstorms verlopen veel sneller
omdat associaties van eerdere brainstorms
meegenomen worden. Wie in zijn eentje moet
brainstormen, vindt in WoMiMa een slim
meedenkmaatje. Wijne: “Het World Mind Map
zou ook bedrijven kunnen helpen om snel hun
imago in kaart te brengen. Je laat eenvoudig-
weg meerdere mensen online associëren op
je merk.” Inmiddels telt de database al ruim
17.000 Nederlandse woorden en zo’n 40.000
Engelse. Op termijn kunnen gebruikers hun
mindmap delen met andere gebruikers. Ook
wordt het mogelijk om mindmaps te bewaren
of met meerdere mensen in te loggen en samen
aan een mindmap te werken.
Het jaar van WoMiMa
Womima.com werd in de zomer van 2008
voorzichtig gelanceerd. Inmiddels is WoMiMa
1.5 uitgerold. Vooralsnog hebben Wijne en Van
Overveld weinig ruchtbaarheid aan hun tool
gegeven. Maar daar gaat verandering in komen.
Het jaar 2009 belooft het jaar van WoMiMa te
worden. Momenteel zijn ze bijvoorbeeld op zoek
naar agenten in het buitenland. “Kleine agentjes
die WomMiMa uitrollen en onderhouden.
Ondernemers die een lokale variant van
WoMiMa starten, kunnen rekenen op een zeer
aantrekkelijk percentage van de omzet die de
site opbrengt. Ook willen Wijne en Van Overveld
mindmaps combineren met afbeeldingen.
Bijna dagelijks komen de twee ondernemers
op nieuwe toepassingen. “Ik heb altijd ideeën”,
lacht Wijne. “En met heel wat ideeën heb ik
daadwerkelijk wat gedaan. Dat varieert van een
site met Europese stockfotografie tot een online
kunstuitleen. Voor ik vijftig ben, wil ik één idee
gelanceerd hebben dat er écht toe doet”, lacht
Wijne. “Volgens mij is WoMiMa dat idee.”
Karel Wijne en Gertjan Harberink troffen elkaar jaren geleden op een Tilburgse squashbaan. Hoewel het aantal sportieve ontmoetingen zeer beperkt bleef, hielden ze contact. De lancering van World Mind Map was een goed excuus om weer eens contact met elkaar op te nemen. Kees van Overveld werkt aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e), het instituut waar Gertjan ook een aantal jaren vertoefde als redacteur van het universiteitsblad Cursor. Gertjan en Kees hebben elkaar daar overigens nooit getroffen.
Netwerken voor dummy’s
MAAK JE EIGEN PAPIEREN ‘PITCH’
Vul in, knip uit, maak mooie kleurkopieën en deel deze uit in de lift. metM
aangeBoDen (t.e.a.b.): Me, MySelF anD i - in originele staat!
MIJN NETWERK
Ik heb prettige connecties (m/v)
op het gebied van:
.....................................................................
.....................................................................
MIJN ARMOE
Het ontbreekt mij wel eens aan:
.......................................................
.......................................................
MEER MIJN (ÉN DIJN)??
Bel me: .......................................................
Of mail: .......................................................
MIJN CHARME
Mensen vinden mij lief als:
.....................................................................
.....................................................................
MIJN ‘TRY BEFORE I DIE’
.....................................................................
.....................................................................
.....................................................................
MIJN GOUD
Ik ben kampioen in:
.....................................................................
.....................................................................
MIJN IMAGO
Vergelijk mij met de merken:
.....................................................................
.....................................................................
PA
GIN
A8
8
Plak hier je pasfoto
naam: ........................................
...................................................
geboortejaar: ............................
MIJN TOPTIJDEN
Ik ben op mijn best:
tussen ......... en ........ uur
op ma / di / wo / do / vr / za / zo
in de regio: ...................................
MIJN IQ
Reeds in gebruik: ....... %
Ter beschikking: ....... %
MIJN PUKKELS
Ik ben allergisch voor:
..................................................
..................................................
Over netwerken zijn veel boeken geschreven.
Ook op het internet zijn talloze sites te
vinden die je vertellen hoe het werkt, wat
je moet doen en - vooral - wat je niet moet
doen. Iedereen kan het. Maar is dat ook zo?
Laten we eens beginnen bij het begin. Wat is
netwerken eigenlijk? Pauw: “Ik zou het willen
omschrijven als het systematisch aanboren,
leggen en onderhouden van formele en
informele contacten. Een netwerk is niet alleen
nuttig om als lobbyist te kunnen werken. Het
kan ook gericht zijn op het behalen van een
promotie of het verkrijgen van een baan. Het
is dus absoluut niet iets exclusiefs voor mijn
werk: iedereen doet het, ieder mens is een
netwerker. Het is ook absoluut niets nieuws
want dit gebeurt al eeuwen.”
Maar Ben Pauw doet het toch ook al heel lang.
Al in 1986 vestigde hij zich als professioneel
lobbyist, zo’n beetje de eerste van Nederland.
Ook in zijn allereerste baan bij het Nederlands
Christelijk Werkgeversverbond (NCW) moest
hij al lobbyen. Het Financieel Dagblad om-
schreef hem een paar jaar geleden als een der
‘Godfathers’ van de politieke lobby in Nederland.
Lobbyen, hoe werkt ‘t?, het standaardwerk dat
hij begin jaren negentig schreef met Wessel
Bennis en Rinus van Schendelen, is verplichte
literatuur voor iedereen die zich wil verdiepen
in het vak. Pauw: “Ik doe dit werk nog steeds
met veel plezier. Ik ben een generalist en
kan me daardoor met heel veel dingen
bezighouden. De afwisseling en het schaken
op meerdere borden tegelijk, dat spreekt me
aan.”
Diffuus
De maatschappij is sterk veranderd sinds
Pauw zijn eerste stappen in de arena zette.
De verschillen tussen nu en toen zijn groot,
beaamt hij. “Vroeger had je te maken met een
verzuilde samenleving. Als je iets of iemand
nodig had, haalde je dat uit je eigen zuil. Dat
was heel overzichtelijk. Tegenwoordig is dat
“Als het om netwerken gaat, kun je een aantal dingen leren.
Andere zaken zijn aangeboren.”
PA
GIN
A9
0
Lobbyen is een breed geaccepteerde activiteit. Ondernemingen, organisaties en instellingen beseffen dat het onmisbaar is om hun belangen te behartigen bij overheden en de politiek. Voor Mr. Ben Pauw is netwerken een tweede natuur geworden. Ideeën en tips van de meesterlobbyist zelf.
NEtWERkEN is halen en brengen Gertjan Harberink
VeertienElf Media
Heb je informatie die mogelijk bruikbaar is
voor een ander? Deel dat dan. Het is eigenlijk
heel makkelijk: als je openstaat voor anderen,
staan ze ook open voor jou, dat is gewoon een
mensending.”
Administratie
Het administreren van je netwerk is essentieel.
“Er komen mensen bij, er gaan mensen weg,
dat biedt altijd weer een uitdaging. Ambtenaren
wisselen regelmatig van plek. Dat soort dingen
moet je allemaal goed bijhouden. Een kwestie
van relatiemanagement en relatiebeheer.”
Een zorgvuldig opgebouwd adressenboekje is
goud waard. Pauw leent zijn boekje dan ook
niet zomaar uit aan anderen. “Daar ben ik
spaarzaam mee. Je moet er natuurlijk altijd
voor oppassen dat jouw netwerk niet verprutst
wordt door een ander, daar waken zij zelf ook
voor. Je moet eerst twee keer nadenken en
inschatten hoe zorgvuldig iemand met jouw
contact om zal gaan.”
Dit is een bewerking van een artikel dat
VeertienElf Media eerder schreef voor het blad
Focus, een uitgave van Van Spaendonck.“Oprechte belangstelling. Daar begint het mee.”
Politici zijn vaak goede netwerkers. “Politieke
partijen zijn ook netwerken. Politici bereiken
hun plek niet alleen op basis van geschiktheid
maar ook op basis van hun sociale vaardigheden.
Heel begrijpelijk natuurlijk, je vraagt niet aan
een kluizenaar om partijvoorzitter te worden.
Echte netwerkers? Dat zijn mensen als Elco
Brinkman, Yvonne van Rooy, Hans Rijnierse en
Agnes Jongerius. Zij doen het heel goed op dat
vlak.”
Echte interesse
Oprechte belangstelling voor de ander is
volgens Pauw het allerbelangrijkste. “Daar
begint het mee. Zodra iemand merkt dat je
niet oprecht geïnteresseerd in hem of haar
bent haakt diegene af. Wat je zeker niet moet
doen, is hijgerig achter iemand aanlopen in de
hoop even snel een succesje binnen te halen.
Kijk maar wat je zelf doet als je te maken hebt
met een colporteur die zijn voet tussen de deur
steekt. Precies.”
Wie een goed netwerk wil opbouwen, zal
daarin moeten investeren. En dat kost tijd.
“Het belangrijkste principe van netwerken
is halen en brengen. Het gaat niet alleen om
wat je uit het netwerk haalt, maar ook wat je
teruggeeft zonder dat je er zelf belang bij hebt.
veel diffuser. Netwerken ontstaan nu op basis
van heel andere zaken die mensen gemeen
hebben. Je doet er dus verstandig aan vast te
stellen wat je wilt bereiken, en welk netwerk
daarvoor het beste geschikt is. Je hoeft ook
niet iedereen te kennen. Achter iedere persoon
zitten weer andere netwerken. Zo kun je heel
veel mensen bereiken. Als je eenmaal een
contact gelegd hebt, merk je vanzelf dat er
misschien meer dwarsverbanden zijn.”
Volgens Pauw beschikken de betere net-
werkers over goede, natuurlijke, sociale
vaardigheden. Daarnaast moeten ze rekening
houden met geschreven en ongeschreven
‘regels’. “Netwerken vergt een aantal sociale
vaardigheden waar niet iedereen zonder meer
over beschikt. Dat is heel persoonsgebonden.
Ook je karakter speelt mee, en je lichaams-
houding. Al die zaken bepalen hoe je overkomt
op een ander. Als het om netwerken gaat,
kan ik je een aantal dingen leren, de rest is
aangeboren.”
PA
GIN
A9
4
Een klein groepje Limburgse pubers gebruikte rond 1986 dit soort schriftjes om met elkaar te ‘chatten’. Dat ging uiteraard minder snel dan in het digitale nu, maar zo’n papieren ‘box’ was minstens zo interactief en veel afwisselender en duurzamer. Want wie bewaart nu zijn internet-chats voor later?
cOLOFONTeksten Marcel Groenewegen, Gertjan Harberink, Marko van Hoogdalem, Tony van der Meulen en
Meike Remmers Vormgeving Chantal Creemers en Jan Willem Vis Beeldredactie Chantal Creemers,
Ilse Hunink en Saskia te Koppele Coördinatie Meike Remmers Fotografie Els Baltjes, Nanny Bennik,
Sabine Bison, Wim Bos, Bianca van den Broek - Dijck, Anja van Eersel, Jolien Holthuis, Ilse Hunink,
Annemarein Jaspars, Linda Joffer, Saskia te Koppele, Evelien Korte, Guido van der Kroef, Aad Meijer,
Luca Pertijs, Linda Raaphorst, Wilbert Rombouts, Maj-Britta de Ruiter, Martijn Sikking, Ramses
Singeling, Dorien Tendijck, Marleen Timmermans, Brigitte Vereijken, Coen van Walbeek en Sylvia
Weenink Met dank Martin Jans, Anouk van der Laan, Jeroen Siewe, Noortje Nijs en Martine van der
Veen Drukwerk Libertas B.V. Contact Staal, Postbus 3258, 5003 DG Tilburg, [email protected]
Wilt u ook in uw eigen netwerk wat Staal vlechten? Kijk voor een exemplaar op www.staalmagazine.nl
© pagina 49 en 50: MAX © pagina 49 en 52: LLiNK © pagina 49 en 54: BNN © foto’s graffiti: CC Factory Disclaimer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag in enige vorm of op enige wijze worden overgenomen of gepubliceerd zonder voorafgaande toestemming van de uitgevers.
Van links naar rechts: Marcel, Meike, Ilse, Gertjan, Marko, Saskia, Chantal, Jan WillemMarko van Hoogdalem en Chantal Creemers zijn twee jeugdvrienden die al in de jaren tachtig samenwerkten toen zij hun middelbare schoolkrant nieuw leven inbliezen. Marko leerde Gertjan Harberink in 2004 kennen tijdens een cursus scenarioschrijven in Amsterdam. Sindsdien werken de twee regelmatig samen aan uiteenlopende mediaproducties, meestal onder de vlag van VeertienElf Media. Ilse Hunink is mede-eigenaar van VeertienElf Media maar ook nog eens getrouwd met Gertjan. Zij ontmoetten elkaar ooit op de redactie van een krant, waar ze allebei stage liepen. Op de School van Journalistiek leerde Gertjan overigens Wijnand Nijs kennen, de partner van Saskia te Koppele. Zij is eigenaresse en hoofddocente van de School voor Fotografie, waar ook Ilse lesgeeft. Meike Remmers kwam in september 2008 bij VeertienElf Media via haar moeder, die bridge speelt met Ilse’s moeder. Vrijwel gelijk met Meike ging ook Marcel Groenewegen als tekstschrijver bij VeertienElf Media aan de slag, nadat Ilse en Gertjan voor zijn ‘sollicitatie-pitch’ vielen. Marcel kreeg van een oud-collega van Ilse de tip bij VeertienElf te solliciteren. Jan Willem Vis en Chantal Creemers kennen elkaar sinds de jaren negentig toen ze beiden werkzaam waren bij Sony Music. Jan Willem deed overigens voor een andere klus zaken met Jeroen van Ek, accountmanager bij drukkerij Libertas. En Jeroen was tijdens zijn militaire diensttijd weer het ‘slapie’ van… Weten? Lees dit stukje dan weer vanaf begin af aan.
CC Factory | Graphic Design & Paintings
Chantal Creemers
Sint Annastraat 40 . 1411 PJ Naarden (Vesting)
M 06 25 09 18 16
www.ccfactory.nl
metM | Copy, Concepts & Scripts
Marko van Hoogdalem
Sint Annastraat 49 . 1411 PG Naarden (Vesting)
M 06 52 30 11 01
www.metm.nl
School voor Fotografie
Saskia te Koppele
Dr. Struyckenstraat 100 . 4812 BH Breda
T 076 520 3200 . M 06 17 20 61 07
www.schoolvoorfotografie.nl
VeertienElf Media
Gertjan Harberink & Ilse Hunink
Kraaivenstraat 23-24 . 5048 AB Tilburg
T 013 544 93 55 . M 06 52 00 62 24
www.veertienelf.nl
cONtact
is een uitgave van CC Factory, metM,
School voor Fotografie en VeertienElf Media
www.staalmagazine.nl