Skofv jaarverslag 2013

SKOFV Jaarverslag2013

StichtingKatholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe

2013

Skofv cover 13-06-2014 13:42 Pagina 2

Onder de Stichting Katholiek OnderwijsFlevoland en Veluwe ressorteren 27 scholen voor primair onderwijs

Bezoekadres: Meentweg 148224 BP Lelystad

Postadres: Postbus 6088200 AP Lelystad

e-mail: [email protected]: 0320 225040


STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2013 3

InhoudsopgaveVoorwoord

1. Inleiding 5

2. Missie en Visie 62.1. Missie en Visie van de SKOFV 62.1.1. Visie 62.2. Het strategisch beleid 72.3. Verantwoordingrelatie 7

3. Organisatie 83.1. Samenstelling 93.2. Directeurenberaad 93.3. Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad 103.4. Scholen 113.5. Code goed bestuur 123.6. Raad van Toezicht 123.7. Samenwerkingsverbanden 123.8. De interne en horizontale verantwoording 133.9. Klachten 14

4. Personeel 154.1. Integraal Personeelsbeleid 154.2. Akke & Demi 154.3. Opleiding Leidinggeven 1 164.4. Mobiliteit 164.5. Personeelsbestand 164.6. Beoordelen/ gesprekkencyclus 174.7. ARBO 174.8. Quickscan Welzijn medewerkers 174.9. Ziekteverzuim 17

5. Onderwijs 185.1. Kwaliteitszorg (intern en extern) 185.2. Passend Onderwijs 185.3. Inspectiebezoeken 195.4. Bestuursoverzicht opbrengsten 205.5. ICT Onderwijs 215.6. Toekomstige ontwikkelingen onderwijskwaliteit 21

6. Identiteit 22

7. Materiële zaken en huisvesting 24

8. Financiën 258.1. Algemene ontwikkeling 258.2. Balans per 31-12-2013 268.2.1 Materiele Vaste Activa 278.2.2 Vorderingen 278.2.3. Liquide middelen 278.3.3 Voorzieningen 278.3.3.1. Voorzieningen jubilea 278.3.3.2. Voorzieningen bijzondere personele verplichtingen 278.3.3.3. Voorzieningen preventief onderhoud 278.3. Vermogenspositie 278.3.1. Beoordeling vermogensbeheer 278.3.2 Beoordeling budgetbeheer 278.4. Exploitatieresultaat 288.4.1 Baten 298.4.2 Lasten 298.5. Financiële baten en lasten 30

9. Continuïteitsparagraaf 319.1. Algemeen 31

Gegevensset 32Personele bezetting en leerlingaantallen 32

9.1.1 Kengetallen 32De meerjarenbegroting 33

9.2 Overige rapportages 36Interne risicobeheersings- en controlesysteem 36

9.3. Conclusie uit het toetsingskader 39Rapportage toezichthoudend orgaan 39

SKOFV jaarverslag 2013 13-06-2014 13:59 Pagina 3

STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 20134

Voorwoord

G oed onderwijs vraagt om afstemming, waarbij gekeken wordt naar de leerbehoeftesvan de leerlingen. We noemen dit passend onderwijs. Bij die afstemming willen wede leerling als belangrijkste 'bron' benutten. De leerling wordt daarmee meer

eigenaar (en verantwoordelijk) van zijn eigen leerroute. Dit vraagt een andere rol en houdingvan leerkrachten en directies. Dit zal een belangrijk thema worden voor de komende jaren.Het thema ‘eigenaarschap’ en professionele ruimte heeft het afgelopen jaar ook op hetniveau van bestuur en directies een centrale rol gespeeld.

Waar je eigenaar van bent, voel je verantwoordelijkheid voor. Als het gaat om het geheel,om de totale stichting, moet een directeur er eigenlijk last van hebben als het bij een collegaminder goed gaat. Het is dan vanzelfsprekend dat je elkaar op zoekt. Want in de praktijkgaat het natuurlijk niet op elke school altijd even goed. Uit onderzoek blijkt dat een lerende onderzoekende houding de schoolorganisatie en hetonderwijsproces beter maken. Wat is dan logischer dan met collega's te sparren over dekwaliteit van je school, van het onderwijs…?Afgelopen jaar vormde eigenaarschap op verschillende manieren en momenten eenbelangrijk thema in onze organisatie. Eigenaarschap moet niet gezien worden als een doelop zichzelf. Eigenaarschap is een uitdrukking van betrokkenheid en professionaliteit. Eenonmisbare voorwaarde voor kwalitatief goed onderwijs.Voor de SKOFV, een stichting met 27 scholen, een kleurrijk palet aan schoolconcepten,regiospreiding over Flevoland en Veluwe, stuit betrokkenheid en samenwerking op zijn minstop hele praktische belemmeringen. Toch blijken die praktische bezwaren meestal niet deenige reden om gezamenlijke verantwoordelijkheid en eigenaarschap in de weg te staan. In een bestuurlijke visitatie, die wij gefaciliteerd door de PO-Raad lieten uitvoeren, heeft hetCollege van Bestuur dit thema “eigenaarschap in de SKOFV” laten onderzoeken. Voor de directies blijkt de eigen school heel vanzelfsprekend prioriteit numero 1.

De mate waarin vervolgens samenwerking, ervaringen delen en collectief leren met collega'sgezocht en benut wordt, dat verschilt aanzienlijk. Het blijkt de kunst om een balans te vindentussen autonomie en ruimte voor ontwikkeling van de eigen school naast gedeeldeverantwoordelijkheid voor de kwaliteitsontwikkeling van SKOFV als geheel. Met andere woorden,waar draagt collectief leren bij aan de ontwikkeling van individuele scholen en van individuelemedewerkers.

Met diverse initiatieven en acties geven we ruimte aan professionele ontwikkeling en probereneigenaarschap te veroorzaken. Een aantal voorbeelden: Werken met actieteams is inmiddels een goed ingeburgerde werkwijzein scholen en op SKOFV niveau. In die teams krijgt (school)beleidsontwikkeling vorm en zie jebetrokkenheid ontstaan. Met het collegiale visitatieteam profiteren we van de rijke veelzijdigekennis en ervaring binnen ons directieteam. Het team draagt bij aan onderzoek vanschoolontwikkeling en ondersteunt directies. In de intervisiegroepen is het elkaar de spiegelvoorhouden een leerzaam werkvorm.Binnen de SKOFV academie Akke & Demi is een expertiseteam van start gegaan en zetten deverschillende specialisten hun expertise in voor alle SKOFV scholen. Samen met collega's nadenken over het vak, informeel leren door werkbezoeken te brengen aan interessante onderwijsinnovaties, gebeurt intensief binnen Akke & Demi. Zowel in decursusbijeenkomsten als tijdens de zogenaamde broedplaatsen treffen leerkrachten elkaar alscollega en bezinnen zich op hun vak.Eigenaarschap ontstaat in onze ogen door de ontmoeting, de professionele uitwisseling metcollega's en de wens om te leren. Tenslotte is ieders verbondenheid aan het vak en deprofessionele ruimte die er is om dat vak naar eigen inzicht vorm te geven de uitdaging waar we elke dag voor staan. Onderwijs maak je niet alleen, onderwijs ontwerp je samen envoortdurend.



1. Inleiding

De Stichting Katholiek Onderwijs

Flevoland Veluwe (SKOFV) is een

onderwijsorganisatie, die

opgericht is op 24 juni 1997,

ontstaan vanuit diverse

bestuurlijke schaalvergrotings-

processen midden en eind jaren

negentig van de vorige eeuw.

O p dit moment bestaat de SKOFVuit 27 scholen voor primaironderwijs verspreid over

Flevoland en op de Veluwe. Op allescholen streven betrokken professionelemedewerkers er naar om een veilige enstimulerende omgeving te creëren waarinkinderen optimaal kunnen presteren.Tegelijkertijd hebben scholen huneigenheid. Ze spelen in op de wijk waarinze staan en de behoeften van de leerlingen. We willen graag in onderlingesamenwerking bereiken dat elke schoolbinnen ons verband het beste uit zichzelfhaalt.

Naar meer kwaliteit en verbinding! In de huidige beleidsperiode (2011-2014)kijken we naar onze maatschappelijkeopdracht om de leerlingen te begeleidennaar een zelfstandig functioneren in eensteeds sneller veranderende samenleving.We proberen ons onderwijsaanbod steedsbeter af te stemmen op de onderwijs-behoeften voor die leerling, zodat eenieder binnen zijn eigen mogelijkheden toteen optimale ontwikkeling kan komen. Deonderwijsprestaties willen wij verbeterendoor het versterken van het pedagogischen didactisch handelen van leerkrachten enhet verder professionaliseren van deorganisatie. Ook willen we ouders alseducatief partner betrekken bij deontwikkeling van de leerlingen.

Onze positie als maatschappelijkeonderwijsonderneming willen wijversterken door het benoemen en hetuitdragen van onze kernwaarden.

In 2013 viel de aandacht en beleidsvormingbinnen de daarvoor ingerichte actieteamsmet name op de volgende onderwerpen: • HRM-beleidsontwikkeling • Schoolgrootte • Doelmatigheid van bestedingen • Positionering en profilering • Passend Onderwijs

Het duurzaamheidsteam houdt zich vooralbezig met het verstevigen van deonderwijskwaliteit binnen de Stichting.

De volgende onderwerpen ontwikkelenzich verder: • Leerkrachtvaardigheden• Collegiale visitatie/ collegiaal leren• Begeleiding van (startende) directies • Verbetertrajecten/ ontwikkeltrajecten

scholen

Drie projecten worden aangestuurd doorprojectleiders. De uitvoering van deprojecten wordt begeleid doorklankbordgroepen.

Te weten: • Onderwijsinnovatie ICT • Akke & Demi: SKOFV academie• Expertise team

Dit jaarverslag bestaat uit eenbestuursverslag en een jaarrekening engaat over kalenderjaar 2013. 1


2.1 MissieDe SKOFV ziet het als haar missie omvanuit haar lokale maatschappelijkeverantwoordelijkheid onderwijs en vormingaan te bieden aan kinderen in debasisschoolleeftijd. Hierbij legt zij hetaccent op de harmonische ontwikkelingvan ieder kind, met bijzondere aandachtvoor sociaal-emotionele vaardigheden,eigen verantwoordelijkheid en creativiteit.De Stichting doet dit alles vanuit deKatholieke grondslag. We werken vanuiteen grote betrokkenheid aan optimale talentontwikkeling, actieve pluriformiteit ineen sterke verbinding met de samenlevingom leerlingen te laten ontwikkelen totnieuwsgierige en toekomstgerichteburgers.

SKOFV heeft de volgende ambities: • Op alle niveaus wordt opbrengstgericht

gewerkt • Iedere school werkt gericht aan school-

ontwikkeling en kwaliteitsverbetering • Op alle scholen is de onderwijskwaliteit

goed • De school biedt maatwerk voor de

leerlingen: afstemming op deonderwijsbehoefte van de leerling

• De Stichting beschikt over voldoende engoed gekwalificeerde medewerkers

• De directeuren voelen zich eigenaar vande SKOFV

• De interne bedrijfsvoering is op orde, wehebben goed zicht op alleresultaatgebieden

• De SKOFV scholen worden door oudersen leerlingen, medewerkers en inspectieals goed gewaardeerd

2.1.1 Visie Onze visie is het verzorgen en faciliterenvan onderwijs en ontwikkeling van hogekwaliteit en daarover verantwoordingafleggen, het centrale thema voor dekomende jaren.

We leggen daarover verantwoording afdoor:

1. Te werken met prestatie-indicatorenop bestuurs-en schoolniveau Op bestuur- en schoolniveau is eenset aan prestatie-indicatorenvastgesteld. De set op schoolniveaukan aangevuld worden met specifiekeindicatoren voor die specifiekeschool, gericht op hetonderwijskundig concept en depopulatie. Tijdens de zelf-evaluatiegeeft de school aan wat de stand ismet betrekking tot het realiseren vandoelstellingen bij de verschillendeprestatie indicatoren. In het nieuwe schoolplan geeft dedirectie van de school aan wanneer en

op welke wijze de doelstellingenworden gerealiseerd.

2. Iedere school werkt gericht aan school-ontwikkeling en kwaliteitsverbeteringIedere school heeft een eigen gezicht.Dat is goed en moet zo blijven. Wewillen geen uniforme scholen. Welmoeten alle scholen herkenbaar zijndoor het feit dat zij zich laten leidendoor de missie en de visie van onzeorganisatie. Zij hebben weliswaar eeneigen missie, maar deze zal ingebed zijnin de missie van de SKOFV. De scholenhebben vrijheid van handelen binnen dekaders van het SKOFV beleid. Dezelfstandigheid van scholen is altijdrelatief. Het College van Bestuur (CvB) isen blijft verantwoordelijk. Het CvB geeftde scholen ruimte, maar is en blijftaanspreekbaar op haar verantwoordelijk-heden. Ook als deze namens het CvBworden uitgeoefend.

Bij het streven naar zelfstandige scholenpast een systematisch, uitdagende en

2. Missie envisie


2


We willen ons profileren als een modernearbeidsorganisatie. Een krachtig integraalpersoneelsbeleid is voorwaardelijk om tekomen tot scholen die daaraan voldoen. Ineen moderne arbeidsorganisatie wordende personeelsleden goed beloond engewaardeerd. Er is sprake van eenuitdagende werkomgeving en goede arbeidsomstandigheden. Personeelsledenkunnen goed samenwerken met collega's,ontvangen goede leiding in de organisatieen maken een persoonlijke ontwikkelingdoor. De stichting biedt mogelijkhedenvoor een gevarieerde loopbaan. Ombovenstaande zaken te realiseren zullenhet CvB en de directies een krachtigIntegraal Personeelsbeleid (IPB) voeren.

De inspanningen zijn gericht opkwantitatieve en kwalitatievedoelstellingen. Het CvB zal, daar waarmogelijk en zinvol, in samenwerking metdaarvoor in aanmerking komendestrategische partners, initiatievenontplooien die zijn gericht op hetprofessionaliseren van de medewerkers.Waar dat nodig is zullen we doelgroepen-beleid hanteren.

5. De directeuren voelen zich eigenaar vande SKOFV Het CvB wil de samenwerking tussenscholen stimuleren en processen in gangzetten en in beweging houden, gerichtop samenwerken, kennis delen en hetelkaar ondersteunen. We willen daarbijoptimaal gebruik maken van demeerwaarde van de schaalgrootte.

6. De interne bedrijfsvoering is op orde.We hebben goed zicht op alleresultaatgebiedenEr is een duidelijke cyclus van planning &control en er wordt planmatig gewerkt(Plan-Do-Check-Act). • De primaire en secundaire processen

(op school- en bestuursniveau) zijneenduidig beschreven

• De begrotingen zijn realistisch • De realisatie is conform de begroting• Er is een meerjarenbegroting en er is

een liquiditeitsbegroting • Er is een cultuur van kostenbewustzijn.

7. Iedere school meet systematisch detevredenheid van ouders, leerlingen enmedewerkers Eén keer per vier jaar wordt eenmedewerkerstevredenheidsonderzoekop bestuursniveau uitgevoerd. Dit istevens de nulmeting voor het nieuwestrategisch beleidsplan. Dit onderzoekheeft in september 2010 plaats-gevonden. Tenminste één keer per tweejaar wordt er een tevredenheids-onderzoek onder ouders en leerlingenuitgevoerd.

8. De SKOFV anticipeert op verdere groeivan de stichting We investeren in huisvesting om verderegroei mogelijk te maken, zowel inbestaande kernen en wijken als innieuwe wijken. Groei staat altijd in relatietot het realiseren van de doelstellingenvan de organisatie.

2.2. Het strategisch beleid Onze missie en visie wordt vertaald in hetStrategisch beleidsplan, waarin destrategische doelen vanuit een meerjarenperspectief beschreven staan.

In 2013 hebben we gewerkt met hetstrategisch beleid 'Ieder z'n talent, samenhet resultaat' (2011-2014). De strategischedoelen worden geoperationaliseerd in eenjaarlijks activiteitenplan. De uitgangs-punten van het strategisch beleid zijnmeetbaar en resultaatgericht.

2.3.Verantwoordingsrelatie Het CvB richt zich op de missie, de visie enhet beleid van de organisatie, waarbij hetCvB tevens voor uitvoering zorg draagt.Het CvB richt zich op de visie enstrategische doelen en op deschooldirecties die deels voor deuitvoering verantwoordelijk zijn.

effectieve manier van verantwoordingafleggen. Het betreft het afleggen vanverantwoording van de directeur aan hetCvB en van CvB aan de Raad van Toezicht(RvT). Op haar beurt leggen het CvB en deRvT verantwoording af aan de maatschap-pelijke omgeving. Het leiderschap dat hetCvB voor ogen staat, houdt in dat het CvBde directies de ruimte geeft om hunverantwoordelijkheid te nemen voor hetintegraal management op de school.Scholen maken het onderwijs en het CvBzorgt dat scholen dat kúnnen doen.

3. De school biedt maatwerk voor deleerlingen Op alle scholen wordt werk gemaakt vanpassend onderwijs. De leerstof wordtafgestemd op de onderwijsbehoeftenvan de leerlingen. De leerkrachtenhanteren het activerende directeinstructiemodel en er wordt gewerktvolgens de principes van hethandelingsgericht werken. De directievan de school is gericht op devaardigheden van de leerkracht.

4. De Stichting beschikt over voldoende engoedgekwalificeerde medewerkers We weten blijvend te beschikken overvoldoende en competente medewerkers.Dit willen we realiseren doormedewerkers te vinden, te binden en teboeien. Het proces van binden enboeien zal veelal verlopen via de school.Als werkgever zullen we actief bijdragenaan het bieden van een plezierige enuitdagende omgeving voor de SKOFVmedewerkers.


“Op alle scholenwordt werkgemaakt vanpassendonderwijs”.


Het organisatieschema ziet er als volgt uit:

D e professionele verantwoordingslijnis als volgt: De Stichting vormt hetbevoegd gezag over 27 katholieke

basisscholen in Flevoland en op de Veluwe.Het CvB houdt zich op hoofdlijnen bezigmet het ontwikkelen, vaststellen enevalueren van het strategisch enoperationeel beleid en de levens-beschouwelijke identiteit van de stichting.Het CvB heeft tevens tot taak om nieuweonderwijskundige ontwikkelingen,projecten er activiteiten te initiëren en aante sturen om hiermee de directeuren teondersteunen bij het realiseren van eenpluriform en kwalitatief hoogstaandonderwijsaanbod.

Het CvB legt vervolgens aan de RvT, hetpersoneel, de ouders, de inspectie en de

samenleving verantwoording af over demate waarin de vastgestelde doelstellingenzijn gehaald en over de besteding van demiddelen. In dit alles is het de taak van hetCvB om de RvT en overige belang-hebbenden goed en volledig teinformeren. We werken met een planningen control cyclus (PDCA-model). Het CvBbepaalt de kaders van de Stichting,middels de vaststelling van het meerjarenstrategisch en financieel beleid. Het CvBen de directeuren hebben binnen dezekaders hun taken en bevoegdheden zoalsdeze zijn omschreven in hetManagementstatuut. Het CvB is deleidinggevende van de directeuren en isrechtstreeks verantwoording schuldig aande RvT.

3. Organisatie

Er is gekozen voor het

bestuursmodel met een College

van Bestuur (CvB) en een Raad van

Toezicht (RvT).


3Extern toezicht

GMR

MR

STAF/OBM

verantwoordingnaar ouders en

belanghebbende

Intern toezicht: RvT

Directeuren

CvB

Team


3.2 DirecteurenberaadIn 2013 kwam het Directieberaad tien keerbij elkaar voor een directiedag in hetSKOFV kantoor. Ook de adjunct-directeuren waren daarbij welkom. Het programma was gevarieerd. Er werdenworkshops georganiseerd en incarrouselvorm werd informatieaangeboden. Sprekers werdenuitgenodigd die input leverden voordiscussies en standpuntbepaling. Er wasruimte voor het werken in actieteams en inleerkringen.

Tijdens de meeste Directieberaden stondeen thema centraal, zoals:Onderwijskundig leiderschap metworkshops over • Rekenen en wiskunde• Verbeteren van leesresultaten• Meerbegaafdheid

Personeelsbeleid en beoordelen met infoshops over • Mobiliteit • Beoordelingsgesprekken met

leerkrachten• Personeel en ontwikkeling met aandacht

voor de SKOFV academie (Akke & Demi) • Het expertiseteam• De gesprekkencyclus• Collegiale en bestuurlijke visitatie

Onderwijsinnovatie en ICT. MicrosoftNederland presenteerde het programma“Partners in learning for schools”. Intwee rondes konden workshops wordenbezocht

• Onderwijs in beweging met KinecT• Squla thuis en op school• Handelingsgericht werken in ParnasSys• Techniekonderwijs - Lego Mindstorms• Digital storytelling met de i-pad• Het werken met educatieve apps

Vitaliteit: personeel enverzuimpreventie. Na een lezing overbeïnvloedbaarheid van verzuim konden3 workshops worden gevolgd• De verzuimmanager• Vervanging• De duurzame leerkracht

Planning en control met• Evaluatie van het activiteitenplan 2013• Bespreking van de Jaarrekening 2012• Het Jaarplan 2014• De begroting 2014• Risicomanagement

Het Directieberaad adviseerde positief tenopzichte van het voornemen om degrondslag van de stichting te verbredenzodat ook het stichten van eenoecumenische school mogelijk wordt, daarwaar het aanbieden van katholiekonderwijs niet mogelijk is. Tevens werdpositief advies uitgebracht om,anticiperend op ontwikkelingen in hetonderwijs, de doelstelling van de stichtingbreder te formuleren zodat het aanbiedenvan kinderopvang vanaf 2,5 jaar ookmogelijk wordt. Dit heeft geleid tot eenstatutenwijziging.

“Een smalle kijk op onderwijs” was hetthema van het laatste Directieberaad van

3.1 Samenstelling

De Raad van Toezicht:

Het College van Bestuur:


Naam FunctieDhr. B.A.M. Brouwer VoorzitterDhr. N.L.J.J. Dusink (tot 11-2-'13) LidMw. M.B. Visser LidDhr. J. Janssens LidMw. E.M.A. Nijhuis Lid Dhr. R.E.F.M. Nijhof Lid Dhr. H.A. Voortman (vanaf 18-6-'13) LidDhr. E. Bosschaart (vanaf 18-6-'13) Lid

Naam FunctieMw. M. C.E. Eising ControllerMw. M.S. Heise Adviseur Onderwijs&OrganisatieMw. S.H.W. Kroon Adviseur HRM (Human ResourceManagement)Mw. K. van der Boom Adviseur HRMMw. L.K. Hoekstra Bovenschools Intern BegeleiderMw. A.M.T. Swart BestuurssecretaresseMw. T. Kerpershoek Administratief medewerker

Naam FunctieDhr. K.F. Oosterbaan VoorzitterMw. A.E.J.M. Verbeek Lid

Staf en administratieve ondersteuning Voor de dagelijkse bestuurlijke werkzaamheden en contacten zijn aangesteld:

De personele en financiële administratie wordt verzorgd door het Onderwijsbureau teMeppel.


3.3 GemeenschappelijkeMedezeggenschapsraadStond 2012 in het teken van het verkennenvan de mogelijkheden om te komen toteen kleinere, gekozen GMR, in 2013 werddit gerealiseerd.Na een periode van zorgvuldigebesluitvorming en verkiezingen ging deGMR 2.0 van start. Een 12 leden tellendeGMR werd ingericht met uit elk van de drieregio's (Almere, Lelystad/Dronten en deVeluwe) 4 gekozen leden waarvan 2 uit deoudergeleding en 2 uit depersoneelsgeleding. Afscheid werd genomen van de 27 ledentellende GMR en van de Kern-GMR. De GMR 2.0 trad aan: de kleinere gekozenGMR.

Elk lid zal zich speciaal verdiepen in eenaandachtsgebied en zal zijn/haar mede-GMR leden daarover gevraagd enongevraagd informeren en adviseren.

Verdeling aandachtsgebieden: financiën,onderwijs, communicatie, materiële zaken,identiteit en personeel.

Een goede communicatie met demedezeggenschapsraden van de SKOFVscholen heeft alle aandacht. Elk GMR lid is contactpersoon voor demedezeggenschapsraad van maximaal driescholen. Tenminste een maal per jaarbezoekt de contactpersoon de MRvergadering. Zowel de contactpersoon alsde MR hebben een haal- en brengplicht.Volgens de Wet Medezeggenschap opScholen (WMS) hebben de GMR leden

2013. Ontwikkelingspsycholoog EwaldVervaet leverde een bijdrage in dediscussie over goed onderwijs voorkleuters en pedagoog Luc Stevens sprakover “Terug naar de eigen motivatie”.In 2013 werden de directeuren bij toer-beurt in de gelegenheid gesteld om samenmet het CvB deel te nemen aan hetprogramma van CBE Kenniskring waaronderwijsprofessionals in discussie gaanmet de deelnemers over onderwerpen diein de samenleving spelen m.b.t. onderwijs.

Naast genoemde thema's nam onzeprojectleider ICT, de directies regelmatigmee in het proces van invoering van Office365 in de gehele organisatie. Dat zal in2014 zijn beslag krijgen. Verwacht wordtdat Office 365 zal werken als een"versneller" om met elkaar te komen toteen nog betere samenwerking en eenoptimale communicatie tussen allegeledingen binnen de stichting.Gerapporteerd werd over hetinventariserend onderzoek naar socialeomgangsvormen op de SKOFV scholen.Tevredenheidsonderzoeken werdenvoorbereid. Passend onderwijs en onder-steuningsplannen kregen alle aandacht.

Het werken in actieteams en in leerkringenwerd geëvalueerd. Besloten werd om hetwerken in de actieteams te continueren.Aan de opdracht aan het actieteam wordtzo mogelijk een onderzoeksvraaggekoppeld waardoor zowelbeleidsontwikkeling als het samen lerenvoldoende tot hun recht komen. Deleerkringen werden afgerond.



3.4 Scholenzitting in de GMR zonder last enruggespraak. Zij staan open voorstandpunten/meningen van de MR'en vanhun contactscholen en zullen diemeenemen in hun standpuntbepaling.De medezeggenschapsraad wordtgeïnformeerd via de SKOFV website. Deagenda, notulen en verderevergaderstukken voor de komende GMRvergadering worden op het interne deelvan de site geplaatst; de MR'en ontvangendaarvan een notificatie. Na elke GMRvergadering wordt een Nieuwsbriefuitgebracht waarin beknopt verslag van devergadering wordt gedaan.

In 2013 werden zes vergaderingen van deGemeenschappelijke Medenzeggen-schapsraad gehouden, waarvan de eerstevergaderingen nog in de oudesamenstelling.Naast de jaarlijks terugkerendeonderwerpen als de bovenschoolsebegroting, het activiteitenplan en hetbestuurlijk en financieel jaarverslag werdonder meer het beleid m.b.t. AndereSchooltijden, de Gesprekkencyclus en hetMobiliteitsbeleid besproken. Meerdere keren was het plan vooruitbreiding van de grondslag van destichting agendapunt, hetgeen geleidheeft tot een statutenwijziging. Deontwikkelingen rond Passend Onderwijskregen steeds de aandacht en ook deontwikkeling van de Akke & Demi werdgevolgd.

STICHTING KATHOLIEK ONDERWIJS FLEVOLAND EN VELUWE JAARVERSLAG 2013 1 1

Naam Plaats Directeur Website

De Loofhut Almere Mw. Y. Vlas www.deloofhut.nl

De Delta Almere Dhr. H.A. Bruins www.ikcdelta.nl

Panta Rhei Almere Dhr. F.A.T. van Oeffelt www.bspantarhei.nl

De Goede Herder Almere Mw. M. Verdoorn www.kbsdegoedeherder.nl

Crescendo Almere Dhr.. H. Niehot www.crescendo.nl

't Zonnewiel Almere Dhr. H. Brunen www.zonnewiel.nl

De Pirouette Almere Mw. R. van de Berg en dhr. S. van Dijk www.kbspirouette.nl

Het Kristal Almere Dhr. H. Hooiveld www.het-kristal.nl

De Lettertuin Almere Mw. D. de Vries www.kbslettertuin.nl

De Droomspiegel Almere Dhr. J. de Bruin www.droomspiegel.nl

De Korf Apeldoorn Mw. M. Zeman www.korf.apeldoorn-onderwijs.nl

De Wingerd Biddinghuizen Mw. G.C.M. Moerkens - Van Osta www.kbswingerd.nl

St. Gregorius Dronten Mw. I. Heijnen www.kbsgregorius.nl

De Zonnewijzer Dronten Mw. Y. Geelhoed www.kbszonnewijzer.nl

De Klimboom Dronten Dhr. R. Lindeboom www.kbsklimboom.nl

De Agnietenschool Elburg Dhr. E. Dekker www.agnietenschoolelburg.nl

Alfons Ariëns Harderwijk Dhr. J. Rappol www.alfonsariens.nl

Dominicus Savio Harderwijk Dhr. R. Bos www.dominicus-savio.nl

Laetare Lelystad Dhr. J.J.A.M. van den Berg www.laetare.nl

De Kring Lelystad Mw. I. Janssen www.dekring.net

De Toermalijn Lelystad Dhr. H. Vriend www.kbsdetoermalijn.nl

't Schrijverke Lelystad Dhr. M. Lensink www.schrijverke-lelystad.nl

De Lispeltuut Lelystad Dhr. J. C. W. M. Vos www.lispeltuut.nl

St.Franciscus Nunspeet Mw. K. Hemel www.franciscus-nunspeet.nl

Gabriëlschool Putten Dhr. T. Marselis www.gabriel-school.nl

De Golfslag Swifterbant Mw. M.J.E.M. Huybregts www.kbsgolfslag.nl

Jeanne d'Arc 't Harde Dhr. E. Dekker www.kbsjeannedarc.nl


3.5 Code goed bestuur De SKOFV volgt de Code Goed Bestuur.De Code Goed Bestuur is voor ons geendoel op zich. Goed bestuur draagt bij aangoed onderwijs voor ieder kind. En dat isuiteraard waar het om begonnen is. Goed bestuur is vooral een kwestie vangedrag en cultuur. De leden van de PO-Raad hebben op 21 januari 2010 de codevastgesteld als leidraad voor goed bestuurin het primair onderwijs. Vaststelling van decode vloeit direct voort uit debeleidsagenda van de PO-Raad 'Goedonderwijs voor ieder kind' (augustus 2009).De PO-Raad beschouwt het als een tekenvan kracht dat de leden deze code hebbenvastgesteld en willen gaan naleven. Wehebben de Code goed bestuur met allegeledingen besproken.

3.6 Raad van ToezichtDe 'Code Goed Bestuur' van de PO raad isde basis voor de werkzaamheden van deRaad van Toezicht. Belangrijke uitgangspunten voor dewerkzaamheden van de Raad van Toezichtzijn:• Scheiding van bestuur en intern toezicht• Strategische koers• Verantwoorde inrichting van de SKOFV

als organisatie • Maatschappelijke opdracht• Integriteit• Onafhankelijkheid

De Raad bestaat uit zeven externe,onafhankelijke leden die verschillendeexpertises inbrengen en elkaar goedaanvullen.

De Raad van Toezicht heeft voor deuitvoering van haar taken een drietalcommissies gevormd: • Onderwijscommissie• Benoemingscommissie- en

remuneratiecommissie• Auditcommissie

3.7 Samenwerkingsverbanden Als gevolg van de geografischeuitgestrektheid van het gebied waaroverde SKOFV scholen zijn verspreid,participeert de SKOFV in zessamenwerkingsverbanden Weer SamenNaar School. Basisscholen en specialescholen voor basisonderwijs werken daarinsamen. • SLA-PO (Stichting Leerlingenzorg Almere

Primair Onderwijs) • Interzuilair Samenwerkingsverband

Dronten • Samenwerkingsverband Noord-Oost

Veluwe • Federatief Samenwerkingsverband Oost-

Veluwe • Interconfessioneel Samenwerkings-

verband LelystadIn 2011 fuseerde dit samenwerkings-verband met het Openbaar/BijzonderNeutraal SamenwerkingsverbandLelystad tot het SamenwerkingsverbandWSNS Lelystad

• Drieluik, Samenwerkingsverband WSNSHarderwijk

Weer Samen Naar School (WSNS)ondersteunt samenwerkingsverbandentussen basisscholen. Het doel hiervan is datkinderen met gedrags- of leerproblemen

zoveel mogelijk op gewone scholen leskrijgen. Het gaat bijvoorbeeld omleerlingen met ADHD, dyslexie of autisme.Of om hoogbegaafde leerlingen die extraaandacht nodig hebben. De organisatievan Weer Samen Naar School is geregeldin regionale samenwerkingsverbanden.Zo'n samenwerkingsverband bestaat uiteen aantal gewone basisscholen en 1 ofmeer scholen voor speciaal basisonderwijs.Ieder samenwerkingsverband heeft eenPermanente Commissie Leerlingenzorg.Deze commissie beoordeelt of het nodig isom een leerling in het speciaalbasisonderwijs te plaatsen. De WSNSsamenwerkingsverbanden worden in 2014vervangen door samenwerkingsverbandenvoor passend onderwijs. Sinds 2005 wordtgewerkt aan de invoering van een nieuw,efficiënt en effectief stelsel voor extraonderwijsondersteuning: het PassendOnderwijs. Alle scholen hebben eenschoolondersteuningsprofiel opgesteld enSKOFV heeft een bestuursanalyseopgesteld.

Het nieuwe stelsel moet aan de volgendevoorwaarden voldoen • Leerlingen krijgen zo goed mogelijk

onderwijs. Scholen krijgen een zorgplichtwaardoor leerlingen een zo goedmogelijk passend onderwijsaanbodkrijgen op de school van aanmelding ofop een andere school in de regio

• Ouders zijn betrokken bij hun kind opschool. Er is een werkbaar evenwichttussen wat ouders van de schoolverwachten en wat de school kan bieden



krijgt gedurende het jaar vorm. Het CvBheeft zes bijeenkomsten met de GMRbijgewoond. De GMR heeft opverschillende terreinen advies uitgebrachtof instemming gegeven aan nieuwebeleidsontwikkeling op stichtingsniveau(kwaliteitsbeleid, personeelsbeleid enfinancieel beleid).

Andere voorbeelden van de horizontaledialoog zijn:• Broedplaatsen (ontmoeting en inspiratie)• Rond een specifiek thema worden

directies of stakeholders uitgenodigdvoor een vergadering met de Raad vanToezicht

• Tevredenheidpeiling ondermedewerkers, ouders en leerlingen

• Bezoek van CvB aan de schoolteams• Sollicitatiecommissie betrekken bij

evaluatie functioneren directeur• Directiedagen (10 dagen per jaar)• Raad van Toezicht in contact brengen

met collega's RvT• Personeelsdag (dag van de leraar)• Collegiale visitatie

Vanuit de dialoog komt een verlangen naarboven om de professionele ruimteoptimaal te benutten voor het leveren vande gewenste kwaliteit. Nu wordt de televeren kwaliteit nog teveel ervaren alsopgelegd van buiten (inspectie) en

daarmee ontstaat er een gevoeldebeperking van die professionele ruimte. HetCvB is van mening dat een verdereoptimalisering van de huidige middelen(geld, inzet, instrumentarium) zal leiden tothet vasthouden van de bestaande kwaliteit.Excelleren vraagt echter een andere aanpak.Het nieuwe strategisch plan zal deze vraagmoeten beantwoorden.

In de komende beleidsperiode willen weonze stakeholders meer betrekken bij het opkoers houden van de organisatie (ofbijstelling waar nodig). Ook wil het CvB nogmeer met de medewerkers in gesprek.Tenslotte willen we met een nieuwe ICTomgeving (office 365 en sharepoint) deinterne communicatie verbeteren. In 2014worden beide omgevingengeïmplementeerd.

Actualiteit 2014.Het jaarverslag 2013 is het derde verslagjaarvan het strategisch beleidsplan (2011 - 2014).In de beleidsperiode (2011 - 2014) ligt denadruk op het versterken van de kwaliteitvan het onderwijs (opbrengstgericht werken)en het werken aan een gezamenlijkeverantwoordelijkheid voor de SKOFV. De gezamenlijke verantwoordelijkheid laatzich voelen, doordat de directies zichbetrokken weten bij de SKOFV. Dit was ookhet thema van de bestuurlijke visitatie. Op de scholen wordt constructief gewerktaan de kwaliteitsverbetering van hetonderwijsproces. Ook in 2014 en verder zal er volop aandachtzijn voor de bedrijfsvoering van de stichting.De realisatie van 2013 is beter dan begroot.

• De leerkrachten zijn goed toegerust. Zijkunnen omgaan met verschillen tussenleerlingen

• Scholen werken samen met jeugdzorgen gemeenten

In het nieuwe stelsel werken scholen samenin grote regionaal ingedeeldesamenwerkingsverbanden. De SKOFV- scholen vallen onder devolgende regio's voor Passend Onderwijs: • Almere (10 scholen) • Dronten/ Lelystad (10 scholen) • Zorgkoepel Noord Veluwe (Putten,

Harderwijk, Elburg, 't Harde, Nunspeet) • Apeldoorn (De Korf)

De besturen werken verder om afsprakente maken over de verdeling van middelenen de over de te bieden zorg aanleerlingen.

3.8 De Interne en horizontaleverantwoordingMet dit jaarverslag leggen wij - verticale -verantwoording af aan de overheid. Hetjaarverslag wordt ook gebruikt voor dehorizontale verantwoording. Het verslagwordt besproken met de Raad van Toezichten GemeenschappelijkeMedezeggenschapsraad. Na goedkeuringdoor de RvT wordt het verslag naar deketenpartners gestuurd en het wordt op dewebsite geplaatst. In februari en maarthebben we onze stakeholders gesproken.In deze bijeenkomsten heeft het bestuurzich verantwoord over 2013 en inputverzameld voor de nieuwe beleidsperiode.Het jaarverslag is daarbij een product vanhet afgelopen jaar. De horizontale dialoog



3.9 KlachtenSKOFV beleid aangaande afhandelingklachten: klachten van ouders of personeelworden, zo mogelijk op schoolniveauopgelost. Indien noodzakelijk wordt een contact-persoon van de school ingeschakeld. Dezecontactpersonen zijn opgeleid om klachtenop een juiste wijze te behandelen en waarnodig door te verwijzen naar de externevertrouwenspersoon. Als het niet lukt omop schoolniveau tot een oplossing tekomen dan wordt dat op bestuursniveauopnieuw geprobeerd. Het bestuur van deSKOFV heeft een klachtenregelingingesteld en is aangesloten bij deLandelijke Commissie voor Geschillen.Middels de klachtenregeling kunnen zowelouders/verzorgers als betrokkenen bezwaaraantekenen tegen gedragingen enbeslissingen van het schoolbestuur, dedirectie of personeelsleden.

Door klachten kunnen problemen wordengesignaleerd en opgelost. Klachten kunnenbijvoorbeeld betrekking hebben opbegeleiding en beoordeling van deleerlingen, seksuele intimidatie,discriminerend gedrag, geweld en pesten.

In 2013 heeft de SKOFV op bestuursniveauvijf klachten binnen gekregen. Dezeklachten waren verschillend van aard; • Pestgedrag op school (1) • Ongewenst gedrag (1)• Miscommunicatie tussen ouder en

school (1) • Handelingswijze school met betrekking

verzuim leerling (1) • Communicatie omtrent tweede locatie

(1)

Elke klacht die op het bestuurskantoorbinnenkomt nemen wij serieus en proberenhier direct op te reageren. We nementelefonisch contact op of we nodigen deklager uit voor een gesprek op hetbestuurskantoor. Door deze manier vanhandelen en een duidelijke communicatiehebben we in alle gevallen de weg naar deLandelijke klachtencommissie kunnenvoorkomen en de klacht gezamenlijkkunnen oplossen.

Voor alle scholen is bij de GGD Flevolandeen abonnement afgesloten: 'Voorkomingongewenste omgangsvormen (VKM)'. Zijkunnen de school en of de klagende partijondersteunen bij klachten omtrentongewenst gedrag. Bij GGD Flevoland iseen vertrouwenspersoon aangesloten. In2013 hebben meerdere scholen advies

Voor 2014 kunnen we een sluitendebegroting presenteren met middelen vanuithet herfstakkoord.

In 2014 maken we pas op de plaats t.a.v. debeleidsontwikkeling. De basis is op orde. In2014 zullen we met optimale inbreng vaninterne en externe belanghebbenden dekoers bepalen voor de nieuwe strategischebeleidsperiode.

Ook in 2014 werken we aan kwalitatief goedonderwijs voor alle leerlingen; dat is passendonderwijs. Het sturen op output mag nietdoorslaan. De belangrijkste kritischesuccesfactor is de passie, betrokkenheid enprofessionaliteit van de medewerkers. De SKOFV wil op alle niveaus eenprofessionele leergemeenschap zijn. We ziendeze houding terug in onze eigen academie(Akke & Demi), de actieteams, deopleidingsscholen en in de collegialevisitatie.

In 2013 is de bestuurlijke basis gelegd voorpassend onderwijs. De SKOFV participeert in 4 regio's. Ook in de scholen is er hardgewerkt aan de invoering van passendonderwijs. Denk hierbij aan hethandelingsgericht werken, de groepsplannen en het analyseren van detoetsen, zodat de leerstof kan aansluiten bijde onderwijsbehoefte van de leerling. In 2014 worden de bestuurlijke afsprakengeïmplementeerd. Alle scholen werkenkomend jaar aan het versterken van debasisondersteuning. In 2014 zal er ookduidelijkheid komen over de hiermeegepaard gaande financiële middelen.


“In 2013 is debestuurlijke basisgelegd voorpassend onderwijs.”

gevraagd bij GGD Flevoland. Advies werdgevraagd over bijvoorbeeld pestgedrag inde groep en communicatie met ouders.


H et personeelsbeleid is gericht ophet binden van inzetbaremedewerkers en het beter

begeleiden van niet (meer) inzetbaremedewerkers.

Met inachtneming van de gesignaleerdetrends en de te verwachtenmaatschappelijke ontwikkelingen is hetvoor SKOFV van belang een meerjarenvisie op personeelsbeleid te formuleren,gekoppeld aan de strategische doelen vande organisatie. Het uitgangspunt hierbij isduurzame inzetbaarheid van de individueleSKOFV medewerker. Met het formulerenvan een heldere, goed doordachte visie enkoers, is het mogelijk projecten enactiviteiten weg te zetten. Dit betekent datnieuwe ontwikkelingen worden getoetstaan de visie en hoe ze kunnen bijdragenaan de koers. Vanuit dit perspectief en op basis vanonderstaande gesignaleerde trends is deafgelopen jaren gekeken naar het belangvan levensfasegericht personeelsbeleid. De belangrijkste gesignaleerde trends zijn:• Vergrijzing en ontgroening • Snel toenemende digitalisering• Toenemende complexiteit• Meer pluriformiteit in het basisonderwijs • Grotere eigen verantwoordelijkheid

4.1 Integraal Personeelsbeleid(IPB)Vanuit een actieve rol van de directeurenbij het ontwikkelen van hetpersoneelsbeleid, waardoor de ideeën enervaringen beter benut worden en erdraagvlak ontstaat, is een inventarisatie

gemaakt van de wensen die er bij dedirecteuren zijn ten aanzien vanpersoneelsbeleid De speerpunten voor HRM zijn:• Gesprekkencyclus inclusief beoordelen• Mobiliteit• Functiemix• Taakbeleid• Verzuimbeleid

Gelet op de grootte van de thema's is hetactieteam gesplitst. Er zijn acht (adjunct-)directeuren betrokken bij het opstellen ende uitvoer van de actieplannen. Aan elkactieteam is een adviseur HRM verbonden.

4.2 Akke & DemiDe SKOFV heeft de missie een lerendeorganisatie te zijn. Het van en met elkaarleren binnen de organisatie is een absolutevereiste. De leerlingen van SKOFV wordensymbolisch in beeld gebracht door Akke &Demi, als keurmerk van de academie.Binnen de academie onderscheiden wij 6domeinen waar kennis wordt gedeeld entalenten worden gespot:1 Onderwijscafé (onder genot van een

hapje en drankje onderwijsthema's bespreken)

2 Innovatie en ontdekken (bijvoorbeeld bezoeken innovatieve scholen en concepten)

3 praktijk en theorie werkplaats (stage en workshops)

4 Professionalisering (scholing en coaching)

5 Expertiseteam (SKOFV talenten) 6 Grenzeloos (verder kijken dan de

eigen klas, buitenlandse reizen, etc.)

Vraag- en aanbod zullen op elkaar wordenafgestemd en de voorkeur ligt bij hetvraaggestuurd werken. Een van de resultaten van de academie ishet expertiseteam. Het SKOFV beleid iserop gericht om talenten en experts diewerkzaam zijn binnen de stichting ruimte tegeven om hun expertise te delen metanderen. Het expertiseteam is eenbundeling van bestaande en toekomstigeinitiatieven. Bij de start in 2013 zijn tienexperts actief binnen het expertiseteam.De aangeboden expertise betreft:(beeld)coaching, supervisie,gedragsspecialist, kindercoach, kinderyogaen psychomotorisch remedial teacher.

4. Personeel

De organisatie streeft naar een

duurzame optimale inzet van alle

medewerkers.


4


en leeftijd van toepassing. Specifiek voor directeuren en adjunct-directeuren is er aandacht voor demobiliteit op managementniveau. Door hetinventariseren van loopbaanwensen vandeze groep en door deze te koppelen aanpassende vacatures op andere scholen, iser in 2013 een directeur van schoolveranderd. Tijdens de 'speeddate middag' in aprilwaren veertien medewerkers, vanuit deverplichte en de vrijwillige mobiliteit enzeven scholen met een of meerderevacatures aanwezig. Negen medewerkerszijn per 1 augustus 2013 benoemd bij eenandere school.

4.5 PersoneelsbestandAan het eind van 2013 bestaat het totalepersoneelsbestand uit 588 werknemers.Ten opzichte van 2012 is dit een stijgingmet zes medewerkers. Het aantal fte(fulltime-equivalent ) is ten opzichte van2012 gedaald van 393,25 fte naar 389,76fte. Het aantal mannen dat werkzaam is bij deSKOFV is gestegen naar 78 mannen. Eind2012 was dit aantal 70 mannen. Op basisvan het landelijke percentage in 2012, is deverhouding tussen mannen en vrouwen diewerkzaam zijn in het basisonderwijsrespectievelijk 17,70% en 82,30%.

Bij de SKOFV is het percentage mannen en vrouwen in 2013, respectievelijk 13,30% en86,70%.

4.3 Opleiding Leidinggeven 1In maart is de geaccrediteerde post hboopleiding 'Leidinggeven I' gestart. Dedeelnemers zijn afkomstig vanuit het traject'oriëntatie op management' welke in 2012heeft plaatsgevonden. De opleiding isonderverdeeld in zes modules en wordt in2014 afgerond met werkplekopdrachten eneen onderzoek presentatie. De elfdeelnemers worden vanuit het bestuurgefaciliteerd om deel te nemen aan hetgehele opleidingstraject.

4.4 Mobiliteit Strategisch personeelsbeleid en duurzameinzetbaarheid van medewerkers zijn vangroot belang voor een gezond enkwalitatief goed personeelsbestand,waarbij “het kind” centraal staat. Het gaater immers om, de leerlingen kwalitatief zogoed mogelijk onderwijs te geven. Vanuitde wet BIO en vanuit het IPB is mobiliteitgeen luxe, maar een basis van goedwerkgeverschap. Mobiliteitsbeleid is eenvan de HRM instrumenten die hangt aanbovengenoemde thema's. Mobiliteit isgeen doel op zich, maar een middel vooreen goede personeelsopbouw binnen de(school) organisatie. Levensfasebewustpersoneelsbeleid, loopbaanbeleid,aanstellingsbeleid, kwaliteitsbeleid,scholingsbeleid en ontslagbeleid zijn directverbonden aan mobiliteit. Op basis vanevaluatie heeft het actieteam HRM hetbeleidsdocument herschreven. Met ingangvan schooljaar 2013-2014 is het nieuwemobiliteitsbeleid van kracht. Voorverplichte mobiliteit is hetafspiegelingsprincipe op functiecategorie


De fte's zijn als volgt verdeeld naar functie:

Functies Aantal fteDirectie 41,67OOP 23,3OP 324,76

In nevenstaande grafiek is de verdeling vanfte naar leeftijdscategorie weergegeven.

vrouw man Totaal aantal fte Percentage SKOFV Percentage primairmedewerkers vrouw man onderwijs landeijk

vrouw man2010 512 79 591 413,42 86,63% 13,37% 83,20% 16,80%2011 507 73 580 398,87 87,41% 12,59% 86,00% 14,00%2012 512 70 582 393,25 88,00% 12,00% 82,30% 17,70%2013 510 78 588 389,76 86,70% 13,30%


is een belangrijk middel om de kwaliteitvan medewerkers te monitoren,persoonlijke en professionele ontwikkelingte stimuleren en de promotie van goedeleerkrachten naar LB op alle SKOFVscholen uniform te onderbouwen.De SBL-competenties voor leerkrachten ende NSA competenties voor directeuren ende overeengekomen resultaatafspraken uithet doelstellingsgesprek zijn de basis voorhet beoordelen van het functioneren vanmedewerkers en voor het realiseren van deonderwijskwaliteit.De opdracht voor het actieteam HRMbetreft nu: de voortgang monitoren van degesprekkencyclus, verdere uitwerking vande resultaten van inzet van devaardigheidsmeter en onderzoek naarmogelijkheden voor andere competentie-metingen. Het beoogde resultaat is eengoede planmatige gesprekkencyclus,gedragen en uitgevoerd door alle SKOFVscholen met duidelijke kaders omtrent debeleidsvrijheid voor de scholen.

4.7 ARBORisico-inventarisatie en Evaluatie (RI&E); Het creëren van goede arbeidsomstandig-heden is van belang om mensen gezonden gemotiveerd te houden. Een van deinstrumenten die bijdraagt aan goedewerkomstandigheden is de RI&E. Middelseen vragenlijst vanuit de Arbomeesterworden mogelijke knelpuntengeïnventariseerd. Hieruit volgt een planvan aanpak om de aanwezige knelpuntenop te lossen. Eind 2012 is gestart met deafname van de RI&E. De conclusie vanuitde bestuursanalyse is, dat op een groot

aantal scholen, in meer of mindere mate,veel dezelfde knelpunten geconstateerdzijn. Veelal liggen deze knelpunten opbeleidsmatig terrein. De aanwezigeknelpunten op schoolniveau wordenopgepakt.

4.8 Quickscan WelzijnmedewerkersIn 2013 is vanuit de Arbomeester deQuickScan Welzijn medewerkers uitgezet.Enkele punten die hieruit naar vorenkwamen, zijn:• Er wordt onvoldoende gedaan om de

werkdruk binnen de perken te houden• Medewerkers voelen zich vaak overbelast• Het werk legt veel beslag op de vrije tijdOp schoolniveau heeft dit in team-vergaderingen een vervolg gekregen. Opstichtingsniveau heeft het actieteam HRMin haar actieplan een aantal activiteiten opdit gebied opgenomen.

In januari 2014 vindt op alle scholen hetvierjaarlijkse medewerkerstevreden-heidsonderzoek plaats. Tevens wordt ookop iedere school het ouder- enleerlingtevredenheidsonderzoek gedaan.

4.9 Ziekteverzuim Het ziekteverzuimpercentage geeft aanwelk deel van de arbeidscapaciteit in eenbepaalde periode wegens ziekteverzuimverloren is gegaan. Het ziekteverzuim is in2013 gedaald naar 5,26% ten opzichte van5,74% in 2012. Hiermee ligt SKOFV onderhet landelijke gemiddelde van 6,50%(voorlopige cijfers 2012, bron: De StichtingVervangingsfonds en Bedrijfsgezondheids-

zorg voor het Onderwijs, VfPf). In 2013 is54,3% van de medewerkers niet ziekgeweest.

Vanaf schooljaar 2011-2012 worden, viaSLIM Personeelsbemiddeling,invalmedewerkers ingezet. Deze mensenbehoren tot de zogenaamde losse pool enworden ingezet ter vervanging van devaste medewerkers. Regelmatig vinden erevaluatiegesprekken plaats met SLIMPersoneelsbemiddeling. Input hiervoorwordt onder andere aangeleverd door dedirecteuren van de scholen. Uit dezegesprekken komt naar voren dat desamenwerking goed en naar tevredenheidverloopt.

4.6 Beoordelen/ gesprekkencyclusDe gesprekkencyclus wordt op de scholentoegepast. Op de scholen is gestart metde doelstellingsgesprekken als onderdeelvan de gesprekkencyclus. Alle directeurenzullen daarbij met regelmaat deVaardigheidsmeter afnemen, de gemaakteontwikkelafspraken volgen en hetscholingsbeleid afstemmen op deresultaten van de Vaardigheidsmeter. Deplaats van de Vaardigheidsmeter isopgenomen in het Integraal Personeels-beleid, vanuit het beleid van degesprekkencyclus. In november 2013 is de herijking envereenvoudiging van de bestaandegesprekkencyclus evenals hetbeoordelingskader vastgesteld. Een goeduitgevoerde gesprekkencyclus is vancruciaal belang voor de groei, ontwikkelingen ambitie van de medewerkers en deorganisatie. Het voeren van de formele gesprekken, alsonderdeel van het totale personeelsbeleid,



W e willen kinderen leren om hunkansen te ontdekken en hun wegte vinden in de maatschappij van

hun toekomst. Dat vraagt veel kwaliteit vanleerkrachten en de directie. Ontwikkelingenop school worden op de voet gevolgd. Westreven naar onderwijs op maat binnen demogelijkheden van schoolorganisatie enpersonele competenties van teamleden.Maatschappelijke ontwikkelingen wordenvertaald in het handelen van leerkrachten enhet geven van onderwijs. Visie op onderwijsis belangrijk om goede keuzes te maken.We stimuleren een goed pedagogischklimaat, waarin naast sociale veiligheid,ieder kind wordt gestimuleerd tot uitdagingen ambitie.

We willen het onderwijsaanbod afstemmenop de onderwijsbehoeften van de leerling,zodat eenieder binnen zijn eigen mogelijk-heden tot een optimale ontwikkeling kankomen. Alle scholen hebben hun huidigeschoolplan hierop gebaseerd. We vindendat goede communicatie tussen allebetrokkenen de kwaliteit in de scholenwaarborgt. De manier om zicht te houdenop het leveren van de gewensteopbrengsten en de voortdurendeverbetering daarvan is vastgelegd in onskwaliteitszorgsysteem. Hiermee houdendirectie en het CvB overzicht over alles water binnen de school moet gebeuren. Dedirecteur heeft inzicht op alleresultaatgebieden en kan daardoorplanmatig werken aan verbetering. Ook ishij goed voorbereid wanneer ouders of deinspectie vragen stellen over de kwaliteitvan het onderwijs.

5.1 Kwaliteitszorg (intern enextern)Het kwaliteitszorgsysteem van SKOFV gaater van uit dat de processen binnen deorganisatie met elkaar samenhangen endus ook samen de resultaten ofopbrengsten van de organisatie opleveren.Een goed systeem voor kwaliteitszorg isvoorwaardelijk om goede kwaliteit televeren. We hebben binnen de SKOFV gekozenvoor het INK-model (INK staat voorInstituut Nederlandse Kwaliteit). Dit modelsluit goed aan bij hoe onzeschoolorganisaties functioneren; er wordtgewerkt aan resultaten en om dat tebereiken levert de school een inspanning.Een sterk punt van dit model is dat hetbijdraagt aan het inzichtelijk en logischbeschrijven van de samenhang tussen deverschillende processen.

Het kwaliteitszorgsysteem richt zich hierbijniet alleen op het 'product', maareveneens en vooral op het 'proces' dathieraan voorafgaat. Ieder binnen onzeorganisatie draagt een gedeeldeverantwoordelijkheid voor het bereiken vande voorgestelde prestatie-indicatoren.

5.2 Passend OnderwijsDe kwaliteit van ons onderwijs en dekwaliteit van zorg voor onze leerlingenliggen in elkaars verlengde. Afgelopen jaaris het handelingsgericht werken binnen deSKOFV steeds meer geïntegreerd in dedagelijkse praktijk. Door deze inzet vanleerkrachten, interne begeleiders endirecties, zullen steeds meer kinderen van

5. Onderwijs

We verbeteren voortdurend de

kwaliteit van onze activiteiten en

investeren daartoe in onderwijs,

personeel, relaties en faciliteiten.


5


Met HGW streven wij naar een planmatigeen cyclische werkwijze waarbij leerkrachten,intern begeleiders, directieleden enexterne begeleiders de volgendeuitgangspunten toepassen:

• Onderwijs- en opvoedbehoeften van hetkind staan centraal

• Het gaat om wisselwerking enafstemming tussen kind, onderwijs enopvoeding

• Leerkracht en ouders doen ertoe: wathebben zij nodig om een kind te kunnenbieden wat het nodig heeft in onderwijsen opvoeding

• Positieve aspecten van het kind,onderwijs en opvoeding zijn cruciaal

• We werken constructief met elkaarsamen, binnen de school, maar ookbovenschools en in samenwerking tussenonderwijs en zorg

• We werken doelgericht en evaluerensystematisch

• We werken systematisch en transparant,dat wil zeggen, het is een ieder duidelijkwie wat doet, waarom, wanneer en hoe

Doelstelling • SKOFV heeft de ambitie om met de

andere besturen binnen desamenwerkingsverbanden een dekkenden sluitend aanbod vanonderwijsarrangementen te realiseren inde regio door op constructieve enactieve wijze samen te werken.Desgevraagd kunnen de partners in deregio deze ambitie bevestigen

• Het onderwijsaanbod op de scholen isvan goede kwaliteit. Met deze goede

basiskwaliteit kan voor minimaal 96% vande leerlingen een goedonderwijsaanbod op de eigen schoolgerealiseerd worden

• Elke school heeft haar aanbodvastgelegd in het ondersteuningsprofiel.Iedere school met een basisarrangementis in staat om breed basisaanbod terealiseren. Dit is vastgelegd in hetondersteuningsprofiel van de school

• 80% (werken naar 100%) van onzescholen heeft een passend aanbod voorexcellente en hoogbegaafde leerlingen

5.3 InspectiebezoekenEen andere manier om kwaliteit te toetsenzijn de inspectiebezoeken van hetministerie van onderwijs, waarbij gekekenwordt naar de kwaliteit van de school ende naleving van weten regelgeving. Alsuit dit bezoek naar voren komt datbovenstaande zaken geen risico's vormenwordt de school onder basistoezichtgeplaatst en is er geen noodzaak voorverder toezicht. In 2013 hebben erverschillende inspectiebezoekenplaatsgevonden.

Kwaliteit bieden en behouden staatcentraal binnen onze scholen. Scholenhebben een grote verbetering laten zien inhet analyseren van hun resultaten. Scholenmaken twee keer per jaar een opbrengstenanalyse. Met dezeopbrengstanalyse bespreken we deresultaten van de school met de directeur en de intern begeleider(s) van deschool. Tussen- en eindresultaten wordenbovenschools systematisch gevolgd en er

volgt een rapportage naar het CvB. Vanuitdeze rapportage signaleren we vroegtijdigde eventuele risico's binnen onze scholen.Wanneer wij deze risico's signaleren zullenwe met de scholen een verbeterplanopstellen waaruit plannen van aanpakrollen, zodat de kwaliteit snel weerverbeterd kan worden.

De volgende scholen werden bezocht of ervond een ander onderzoek plaats:• De Delta: onderzoek leerling-telling• De Loofhut: Onderzoek

kwaliteitsverbetering, basistoezicht vanaf23 oktober 2013

• De Droomspiegel: Kwaliteitsonderzoek,handhaving basisarrangement

• De Wingerd: vier jaarlijks onderzoek,handhaving basisarrangement

• De Klimboom: vierjaarlijks onderzoek enthemaonderzoek: onderwijskundigleiderschap, handhavingbasisarrangement

onze scholen ´onderwijs op maat´ krijgen.Kinderen met specifieke onderwijs-behoeften krijgen speciale zorg enbegeleiding wanneer het reguliere aanbodniet toereikend is. Aanbod en doelen voordeze kinderen worden in eenontwikkelingsperspectief beschreven.

Passend Onderwijs wordt ook vormgegeven in de verschillende samen-werkingsverbanden. Scholen ontwikkelenzorgprofielen en bieden gezamenlijk eendekkend aanbod van onderwijs, zorg enopvang. Scholen hebben eenschoolondersteuningsprofiel opgesteld enhet bestuur heeft een bestuursanalyseopgesteld. Dit omdat het bestuur hetbelangrijk vindt om goed zicht te hebbenop de mogelijkheden, grenzen en ambitiesvan de eigen scholen m.b.t. de uitvoeringvan passend onderwijs. Wij hebben ervoorgekozen om de scholen zelf eenbelangrijke rol te geven in het schrijven vande eigen ondersteuningsprofielen.Eigenaarschap over het eigenondersteuningsprofiel en draagvlak voorhet eigen profiel zijn in het proces vantotstandkoming belangrijke waarden.

Handelingsgericht werken (HGW) wil dekwaliteit van het onderwijs en debegeleiding voor alle leerlingenverbeteren. Het geeft invulling aanadaptief onderwijs en doeltreffendeleerlingbegeleiding, zodat een school methaar team effectief kan omgaan met deverschillen tussen leerlingen. Hierbij staathet handelen van de leerkracht centraal.



5.4 Bestuursoverzicht: midden (M)- en eindopbrengsten(E) 2013/ resultaten Eindtoets2013

Rood: indien de gemiddelde vaardigheidsscore onder de inspectienorm ligt

Groen: voldoende volgens inspectienorm

TL: technisch lezenBL: Begrijpend lezenRek&Wis: Rekenen en Wiskunde


Brinnr. School TL. TL. TL. TL. BL. Rek&Wis Rek&Wis Rek&Wis Rek&Wis BL.8 Rek&Wis8 EindM3 E3 M4 E4 M6 M4 E4 M6 E6 Cito

201300DZ Agnietenschool

04OV Jeanne d´Arc

06QC Gabrielschool

06YX De Korf

07UG St. Franciscus

09MF Alfons Ariens

10HB Dominicus Savio

10PT De Wingerd

11EO Golfslag

12QK Panta Rhei

12XI De Kring

13DH De Toermalijn

13IP ´t Schrijverke

13IU De Loofhut

23BZ De Zonnewijzer

23EY Crescendo

23ZU Het Zonnewiel

24UN De Lettertuin

25KF De Klimboom

25KU De Pirouette

26PW Het Kristal

27TZ Lispeltuut

29UB De Droomspiegel

12QA Laetare

13NU De Goede Herder

12HU De Delta

09XI St. Gregorius

Een school moet het onderwijs aanbiedendat leerlingen nodig hebben, zodatleerlingen zich kunnen ontwikkelen enzoveel mogelijk leren. Ieder jaar bekijkt deinspectie bij alle scholen met basistoezichtof er aanwijzingen zijn dat een schoolonvoldoende kwaliteit levert. In 2013hebben al onze scholen hunbasisarrangement behouden. Dit betekentdat de inspectie geen aanwijzingen heeftdat er belangrijke tekortkomingen zijn inde kwaliteit van ons onderwijs. In hetbestuursoverzicht zijn niet alle opbrengstenvoldoende volgens de inspectienorm. Ditgeeft echter niet aan dat leerlingenonvoldoende ontwikkelen. Door demanagementgesprekken monitoren we deopbrengsten per school en houden zoleerling-en schoolontwikkeling in de gaten,om tijdig te verbeteren daar waar nodig is.In ons aanbod van de Akke & Demi zullenwij onze scholing toespitsen op deverbetering hiervan.


Productresultaten 2013• Alle scholen hebben een ICT beleidsplan • Er is een eenduidige infrastructuur voor

het merendeel van de scholen • Tenminste vijf scholen (20%) zijn

voorlopers op het gebied van MMO • Het CvB zet Multi Media in bij het

verspreiden van informatie

5.6 Toekomstige ontwikkelingenonderwijskwaliteit In de afgelopen jaren heeft de nadrukgelegen op het inrichten van eeninstrumentarium om kwaliteitszorg in descholen te implementeren. In de komendeperiode zullen we - naast het actueelhouden van het instrumentarium - de focusmeer verleggen naar het bevorderen vaneen meer opbrengstgerichte cultuur. Methet versterken van de opbrengstgerichtecultuur in de school willen we voorkomendat de onderwijskwaliteit op een schoolvan onvoldoende niveau wordt. Om dekwaliteit van ons onderwijs verder teverbeteren zullen de scholen gerichtaandacht besteden aan de pedagogischeen didactische vaardigheden van deleerkrachten.

Doelstelling • Op alle scholen wordt de

Vaardigheidsmeter voor leerkrachtenafgenomen

• Op alle scholen wordt gewerkt aan hetversterken van het handelingsgerichtwerken

• Iedere school heeft schoolspecifiekemeetbare doelen geformuleerd voor hetbeoordelen van de leerling-prestaties

• Alle scholen hebben eenbasisarrangement toegekend door deinspectie

• 80% van de scholen stimuleert de oudersals 'educatief' partner (100% in 2015)

• Op alle scholen wordt dekwaliteitsmonitor gebruikt. De monitor isondersteunend aan het proces van Plan-Do-Check-Act. Het levert een bijdrageaan de evaluatie en borging van beleid.Het gebruik wordt voorlopig ingezetvoor 11/2 jaar. In mei 2014 zullen we nuten noodzaak van de monitor evalueren.

5.5 ICT Onderwijs ICT speelt een steeds dominantere rol inde samenleving. Er zijn maar weinigaspecten in de samenleving die niet op deeen of andere manier verweven zijn metICT. Het gaat hierbij veel verder dansimpelweg automatiseren van activiteiten.In toenemende mate grijpt ICT in op decontext waarin mensen leven en werken.

Op bestuursniveau hebben wij ICT beleidontwikkeld. In december 2011 is er eeneerste aanzet gemaakt met het opstellenvan een Projectplan OnderwijsinnovatieMultimediale Educatie. Het projectplanbestaat uit vier fasen. De onderleggersvoor dit projectplan zijn: het huidigestrategisch beleidsplan, notitie CvB overICT op stichtingsniveau en het Manifestvan de PO Raad 'in tien jaar naar de top'.

In 2013 is gewerkt aan de volgendeprocessen:• De SKOFV heeft een visie op Multi

Mediaal Onderwijs (MMO) • De scholen worden maximaal

ondersteund bij de verdere ontwikkelingbij het profileren op het terrein vanMMO

• De infrastructuur maakt het eenvoudiguitwisselen van kennis en productenmogelijk

• De infrastructuur bevordert deonderlinge samenwerking encommunicatie

• Beschikbare kennis wordt actief gedeeld



OntwikkelingenIn het schooljaar 2011-2012 heeft deidentiteitsbegeleidster in opdracht van hetbestuur met alle directies een diepgaandreflectiegesprek gevoerd over de invullingvan de katholieke identiteit en de wijzewaarop de directeur leiding geeft aan datproces. De reflectiegesprekken leverdeninzichten voor de directie over de staat vanidentiteit en een perspectief op de nabijetoekomst. Daarnaast bieden ze een schataan informatie over de ontwikkelingen dieplaatsvinden binnen de stichting waar hetgaat om de katholieke identiteit. Er issprake van ongelijktijdige processen instads-, en plattelandsomgevingen, er wordtgezocht naar een invulling die bij detijdsgeest past. De identiteitsbegeleidster:mw. Jacqueline Huizinga, heeft deinformatie verwerkt in een uitvoerigrapport; van het Oude en het Nieuwe land. In nauw overleg met het College vanBestuur, is toegewerkt naar een presentatievan het rapport in het directieberaad van11 december 2012. Van meet af aan isbesloten deze bijeenkomst van hetdirectieberaad een bezinnend karakter tegeven.

Begin 2013 heeft het College van Bestuurbesloten dat identiteit en vragen ombegeleiding daarbij eenverantwoordelijkheid is van elkeschooldirectie. In het voorjaar van 2013 is inhet directieberaad in een korte rondetafelsessie aandacht besteed aan het themaIdentiteit. Van deze sessie is een verslaggemaakt. Vanuit de bestaande contactenheeft mw. Huizinga de begeleidingsvragen

die er lagen zo goed mogelijk getracht inte vullen. Deze vragen betroffen de Delta,de Droomspiegel, de Loofhut enCrescendo. Ook heeft zij gehoor gegevenaan het verzoek om een studieochtend opde Kring in Lelystad.

In de maanden maart en april zijn allescholen telefonisch benaderd enuitgenodigd hun begeleidingsvragen bijde identiteit kenbaar te maken. Enkelescholen zijn ingegaan op het aanbod tot

een nader gesprek; De Wingerd, deFranciscusschool, de Droomspiegel. Dezescholen zijn bezocht. Uit de telefoonrondeblijkt voorts dat er op meerdere scholenlatente vragen zijn, die men wil gaanbeantwoorden in de nieuweschoolplanperiode. “Als ik zover ben, of alsik vragen heb, weet ik jullie te vinden”. Verder is er in het aanbod van de Akke &Demi scholing van leerkrachten op hetgebied van Identiteit opgenomen.

6. Identiteit


6


CrescendoOok Crescendo doet rond de feestdageneen beroep op de identiteitsbegeleidingvoor materiaal en ideeën rond vieringen.Mw. Jacqueline Huizinga reikt dan per mailgericht ideeën en materialen aan.

De Goede HerderVoor de invulling van het vak godsdienstlevensbeschouwing maakt de GoedeHerder gebruik van de methode Trefwoord.De methode past gezien de populatie vande leerlingen uitstekend bij de school,maar wat minder bij de katholiekeidentiteit. De methode biedt structuur,helderheid en geeft de kinderen op eengoede manier waarden en normen mee.Op verzoek reikt mw. Jacqueline Huizingagerichte informatie en een schematischewerkwijze aan, waarmee het materiaal vanTrefwoord goed is in te passen in dekatholieke sfeer waarmee de school deadvent en veertigdagentijd, Kerstmis enPasen wil beleven.

Voorts ontvingen alle scholen die werkenmet Trefwoord:• Ouderbrieven bij elk thema• Een advent en kerstproject ontwikkeld

door collega's van het onderwijsbureau• Een lesbrief bij gelegenheid van het

terugtreden van Paus Benedictus XVI enhet daaropvolgende conclaaf

Enkele voorbeelden van identiteits-begeleiding vanuit de scholen

De DeltaIn elke ontmoeting deelt de directeur vande Delta, dhr. Harry Bruins zijn zorgen omde voortgang van identiteit met mw.Jacqueline Huizinga, identiteitsbegeleidster.De voortgang wordt bedreigd doordat dekennis van, en betrokkenheid bij dekatholieke traditie zienderogen teruglooptbij leerkrachten. Op de Delta wordt hetopgepakt. De eerste teambijeenkomst iseen mix van informatie en bezinning op dekatholiek, christelijke najaarsfeesten vanFranciscus tot en met Driekoningen.

De Kring Tijdens een studieochtend op 2 april heefthet team gekeken naar hun eigenbetrokkenheid bij de school en dekatholieke identiteit. Dan blijkt dat er veelverbinding is met de warme en betrokkensfeer die de school wil uitstralen. Deze sfeerwordt in de vieringen versterkt. De vieringendragen een algemeen christelijk karakter,zonder dat ze al te zwaar bijbels wordeningevuld. Wel wordt er waarde gehecht aanhet vertellen van het Bijbelverhaal en deoorspronkelijke betekenis van het feest(Pasen en Kerstmis).

Wel is er in het najaar en in het voorjaarmailcontact geweest over de vieringen vanKerst en Pasen. Er is om tips, ideeën enmateriaal gevraagd voor de vieringen. Beidekeren heeft mw. Jacqueline Huizinga gerichtmateriaal verzameld en aan de schooltoegestuurd.



H et Onderwijsbureau te Meppelverzorgt in opdracht van destichting de materiële zaken en

huisvesting. Een maal per jaar bespreken dedirecties tijdens de managementgesprekkende knelpunten in de huisvesting en deeventuele wensen waarna actie wordtondernomen. Voor het onderhoud van descholen is een meerjarenonder-houdsplanning opgesteld. Nieuw- enverbouwtrajecten worden gevolgd enbegeleid.

Iedere school ziet er aantrekkelijk en goedonderhouden uit.Het streven is om elk jaar één school op teknappen, zo mogelijk in samenwerking metde gemeente. In 2013 was er echter geen ruimte om eenvan de scholen hiervoor een financiëleimpuls te geven. Wel werden diverseonderhoudsactiviteiten uitgevoerd:Zo werden bij de Dominicus Savio en bijLaetare gevelkozijnen vervangen; bij AlfonsAriens werd de dakbedekking vervangen enbij De Loofhut de plafonds en verlichting.Op De Lettertuin werd nieuwevloerbedekking gelegd.

Er waren ook bouwactiviteiten:• Bij de Kring in Lelystad werd een

semipermanent lokaal gerealiseerd• In de wijk Drielanden in Harderwijk is de

bouw gestart van de dependance vanAlfons Ariens.Na oplevering zullen de leerlingen die nugehuisvest zijn in de Wijde Blik daarheenverhuizen.

• Basisschool De Wingerd startte hetschooljaar 2013-2014 in het nieuweEducatief Centrum in Biddinghuizen

• Er worden plannen ontwikkeld vooringrijpende renovatie van deGabrielschool in Putten

SKOFV kiest voor een uitdagende

en goed geoutilleerde

leeromgeving.


7. Materiële zaken en huisvesting

7


I n onze bestuurlijke organisatie wordtdoor de gehele organisatie integraalbeleid ontwikkeld. Hierbij vindt

afstemming plaats tussen de diverseorganisatielagen, waarbij taken enbevoegdheden zo laag mogelijk in deorganisatie worden gelegd vanuit hetprincipe "decentraal wat kan, centraal watmoet".Op basis van deze filosofie is deorganisatie en de taakverdeling tussen deRaad van Toezicht, College van Bestuur ende schooldirecteuren vorm gegeven.De verdeling van de taken, bevoegdhedenen verantwoordelijkheden zijn omschrevenin de beschrijving van de bestuurlijkeinrichting van SKOFV.

8.1 Algemene OntwikkelingSKOFV in leerlingen:

De personele bekostiging vanuit hetministerie is gebaseerd op de teldatum per1 oktober en geldt voor het daaropvolgende schooljaar (t-1-systematiek). Bij deverdeling van middelen hanteert SKOFVintern de T-systematiek.

Het totale leerlingenaantal is tussen 1-10-2012 en 1-10-2013 toegenomen met 22 leerlingen. Er zijn grote verschillen teconstateren tussen de afzonderlijke scholen.Per 1-10-2013 waren er 12 (2012: 11)

scholen met afnemende leerlingen-aantallen, 4 (2012: 11) scholen metgelijkblijvende aantallen en 5 (2012: 5)scholen met een groeiend aantalleerlingen.

Op bestuursniveau heeft SKOFVgroeitellingen vanaf 1-1-2013.

8. Financiën

Ons financieel beleid is gericht op

continuïteit, waarbij het geven van

kwalitatief goed onderwijs leidend

is. De continuïteit wordt

gewaarborgd door het vormen

van adequate reserves en

voorzieningen en het realiseren

van sluitende begrotingen en

exploitaties


8 01-10- 01-10- 01-10- 01-10- 01-10-2009 2010 2011 2012 2013

Leerlingen 4 tm 7 jaar 3.320 3.314 3.326 3.295 3.397Leerlingen 8 jaar en ouder 3.417 3.469 3.435 3.508 3.428Totaal aantal leerlingen SKOFV 6.737 6.783 6.761 6.803 6.825

“Het totaleleerlingenaantal istussen 1-10-2012 en1-10 -2013toegenomen met 22 leerlingen.”


8.2 Balans per 31-12-2013


BALANS PER 31 DECEMBER

ACTIVA 2013 2012

Materiele Vaste Activa

Inventaris en apparatuur 3.404.863 3.104.225

Leermiddelen 972.498 930.479

4.377.361 4.034.704

TOTAAL VASTE ACTIVA 4.377.361 4.034.704

Financiële vaste activa 1.667.578 1.775.589

Liquide middelen 6.647.456 5.501.427

Vlottende activa 8.315.034 7.277.016

TOTAAL ACTIVA 12.692.395 11.311.720

PASSIVA

Eigen vermogen

Algemene reserve 5.658.896 5.749.486

Bestemmingsreserve publiek 1.400.879

Bestemmingsreserve privaat 1.013.589 1.043.947

8.073.364 6.793.433

Voorzieningen 1.732.499 1.457.785

1.732.499 1.457.785

Kortlopende schulden 2.886.532 3.060.502

2.886.532 3.060.502

TOTAAL PASSIVA 12.692.395 11.311.720


het personeel in geval van 25 jarig en 40jarig dienstverband. De voorziening wordtopgebouwd voor personeel dat langer dan10 jaar in dienst is. Daarbij wordt rekeninggehouden met een blijfkans van hetpersoneel. De dotatie in 2013 is € 47.476.De dotatie aan de voorziening spaarfondsbedraagt in 2013 € 2.100.

8.3.3.2 Voorziening bijzonderepersonele verplichtingenIn verband met het eigenrisicodragerschapvoor de WGA (arbeidsongeschiktheid) enhet niet herverzekeren van dit risico is ereen voorziening gevormd voor deuitkeringen die per 31-12-2013 warentoegekend aan medewerkers. Gedurende10 jaar na toekenning zal de uitkeringworden verhaald op SKOFV. Op basis vandeze duur van de uitkering en de inschat-ting op verbetering van de arbeids-geschiktheid is berekend dat in 2013 € 288.000 aan deze voorziening gedoteerdmoet worden op basis van een overzichtvan de betreffende personeelsleden en deingeschatte “blijfkans”. In de begrotingwas hiervoor € 200.000 meegenomen.

8.3.3.3 Voorziening preventiefonderhoudDe voorziening preventief onderhoud isgebaseerd op het geplande onderhoudaan de schoolgebouwen. De dotatie wordtjaarlijks aan de hand van de meerjaren-onderhoudsbegrotingen bekeken. Dedotatie bedroeg in 2013 € 185.000, terwijler € 198.000 is onttrokken. De voorzieningis op stichtingsniveau toereikend.

8.3 VermogenspositieVan het resultaat van 2013 wordt eenbestemmingsreserve gevormd. Hetresultaat is ontstaan door de extra(incidentele) middelen uit hetherfstakkoord. De middelen zullen in 2014en 2015 besteed worden en dit resultaatzal dan ten laste van debestemmingsreserve worden gebracht.

We maken gebruik van het financieelbeoordelingskader dat wordt aanbevolendoor de Commissie VermogensbeheerOnderwijsinstellingen (Commissie Don),welke ook door het Ministerie vanOnderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW)als richtinggevend is aangemerkt.

8.3.1 BeoordelingvermogensbeheerDe kengetallen met betrekking tot hetVermogensbeheer geven inzicht in de matewaarin de Stichting in staat is aan haarverplichtingen op lange termijn te voldoen.Bovendien wordt een nieuwe kengetalgeïntroduceerd dat aangeeft of hetgeïnvesteerd vermogen efficiënt benutwordt (zogenaamde kapitalisatiefactor).

Een ander kengetal in dit kader is hetWeerstandsvermogen. Hierbij wordt heteigen vermogen minus materiële vasteactiva afgezet tegen de totale baten. Demateriële vaste activa, in de vorm vanleermiddelen, ICT en inventaris, zullen ineerste instantie niet te gelde (kunnen)worden gemaakt om aan de verplichtingente kunnen voldoen. In feite geeft hetweerstandsvermogen aan hoe lang door

geëxploiteerd kan worden als alle batenzouden wegvallen. De gewenste omvang isafhankelijk van het risicoprofiel van deorganisatie. Als absoluut minimum wordt5% gehanteerd.

SKOFV is solvabel als de solvabiliteit ligttussen de 25% en 50%. Voor dekapitalisatiefactor wordt als bovengrens35% gehanteerd voor grote besturen (>8 mln. omzet). De kapitalisatiefactor stijgtin 2013 door de toekenning van extramiddelen in december, waardoor de totalebaten en het balanstotaal (in de vorm vanliquide middelen) toegenomen zijn. In 2014en 2015 zullen deze middelen besteedworden, waardoor de kapitalisatiefactor zaldalen beneden de bovengrens.

8.3.2 Beoordeling budgetbeheerVoor de beoordeling van het budget-beheer wordt de rentabiliteit en liquiditeitin ogenschouw genomen. Deze ken-getallen geven aan of de Stichting in staatis aan haar korte termijn verplichtingen tevoldoen en in welke mate de baten enlasten met elkaar in evenwicht zijn.

8.2.1 Materiele Vaste activaIn 2013 is er € 4000 geïnvesteerd in eenverbouwing van een docentenkeuken, ininventaris en ICT apparatuur € 698.000 enin Onderwijsleerpakket € 257.000. Deafschrijvingskosten zijn een directeafgeleide hiervan. Door de forse investe-ringen zullen de afschrijvingskosten eengroter beslag leggen op de beschikbaremiddelen van de scholen. Dit is nodig omop termijn vervangingsinvesteringen tekunnen blijven doen.

8.2.2 VorderingenDe post heeft betrekking op de nog teontvangen bedragen van het MinisterieOCW en de afrekening met GemeenteLelystad inzake Laetare voor het vervangenvan kozijnen. De post overlopen de activawordt gevormd door nog te ontvangenrente over 2013 en de afrekening van SGA(St. Gewoon Anders).

8.2.3 Liquide middelenDe liquide middelen zijn met ruim € 1.100.000 toegenomen. Het positieveexploitatieresultaat (met name vanwege deextra gelden uit het herfstakkoord /onderwijsakkoord) is de belangrijksteoorzaak.

8.3.3 VoorzieningenDeze post bestaat uit personele voor-zieningen en een preventief onderhouds-voorziening.

8.3.3.1 Voorziening jubileaVanaf 2008 wordt er een voorzieningopgenomen voor de kosten van jubilea van


2013 2012Solvabiliteit 63.6% 60,1%Kapitalisatiefactor 37.9% 34,9%Kapitalisatiefactor excl. privaat vermogen 34,7% 31,5%Weerstandsvermogen 11,5% 8,9%

2013 2012Liquiditeit 2.88 2,38Rentabiliteit 4% 0%


SKOFV is liquide wanneer het kengetal vanliquiditeit ligt tussen 1,5 en 2. Derentabiliteit dient op termijn > 0% te zijn. In2013 is er een positief exploitatiesaldo,voornamelijk veroorzaakt door incidentelebaten. Daarmee voldoet ook derentabiliteit aan de norm.

Aan de hand van de kengetallen kanworden vastgesteld dat de financiëlepositie van de Stichting goed is.

SKOFV wenst reserves aan te houden diegebaseerd zijn op werkelijk risico'swaarmee zij geconfronteerd kan worden.Te denken valt daarbij onder andere aanreserves voor instabiliteit en/of onvolledigeindexatie van de bekostiging enarbeidsconflicten.

8.4 ExploitatieresultaatSKOFV heeft het kalenderjaar 2013 meteen positief exploitatieresultaat van € 1.280.000 afgesloten. Dit is € 1.280.000beter dan de begroting 2013.


EXPLOITATIERESULTAAT (X € 1000)

BATEN Realisatie Budget Realisatie

2013 2013 2012

Rijksbijdrage 30.768 29.043 29.341

Overige overheidsbijdrage

en subsidies 193 131 402

Overige baten 1.120 765 1.080

TOTAAL BATEN 32.081 29.939 30.823

LASTEN

Personeelslasten 25.445 24.585 25.449

Afschrijvingen 617 624 537

Huisvestingslasten 2.030 1.842 1.983

Overige lasten 2.778 2.968 2.928

TOTAAL LASTEN 30.870 30.019 30.897

Saldo baten en lasten 1.211 -80 -74

Saldo financiele bedrijfsvoering 69 80 102

Saldo buitengewone baten en lasten

TOTAAL RESULTAAT 1.280 0 28


Door groeitellingen en bijstellingen van denormbekostiging is er in totaal €140k meerontvangen dan begroot. De “nieuwe”bijzondere bekostiging professionaliseringschoolleiding (€ 70k) was niet begroot,maar voor het PAB budget is echter € 20kminder ontvangen dan begroot, dus levertdit een extra bate van € 50k.

Verder is er € 75k meer ontvangen voorverlofsubsidies lerarenbeurs, aanvullendebekostiging vreemdelingen en deimpulsregeling.De ontvangen baten uit de prestatiebox (€ 636k voor 2013) en € 53k meer danbegroot, worden niet ingezet voorstructurele uitgaven. Een deel van dezemiddelen worden toegekend aan descholen, die hiervoor een opgave doen vande inzet. Dit betreft uitgaven voor hetbehalen van de doelen uit hetbestuursakkoord, zoals scholing, trajectenouderbetrokkenheid, materialenhoogbegaafden e.d. Een deel van demiddelen uit de prestatiebox zijn bestemdvoor projecten op stichtingsniveau, zoalsde SKOFV academie, verbeteren enborgen van de onderwijskwaliteit enscholing Intern begeleiders.De overige overheidsbijdragen zijn € 62khoger dan begroot. Er zijn meer geldenontvangen van de gemeente voorschoolbegeleiding, VVE en subsidiegeldenuit de Onderwijsimpuls Almere.

De overige baten zijn € 355k hoger danbegroot. Dit is samengesteld uit meerdereposten o.a. huuropbrengsten, kampgelden,diverse doorberekeningen van te delen

kosten in de schoolexploitatie, maar metname uit extra bijdragen uitSamenwerkingsverbanden (€ 273k).Bovendien is er vanuit het belastingplan2014 een teruggaaf van de basispremieWAO-WGA van € 100k ontvangen, die nietbegroot was.

8.4.2 LastenDe totale lasten zijn ten opzichte van 2012nagenoeg gelijk. Ten opzichte van debegroting 2013 is er 2.8% meeruitgegeven. Zoals uit onderstaande grafiekblijkt bestaan de kosten in belangrijkemate uit personele kosten (82,4%). Voor hetoverige zijn de huisvestingslasten (6,6%) ende overige lasten (9%) substantieel.

Personele lastenDe personele lasten zijn € 859k hoger danbegroot, maar liggen nagenoeg op hetniveau van 2012.

De inzet van personeel is ongeveer 8 ftehoger dan begroot. Dit wordt veroorzaaktdoor het eerder opstarten vaninstroomgroepen, tussentijdse, nietvoorziene groei en niet opgelosteknelpunten. De daadwerkelijkesalariskosten hebben een overschrijdingvan € 374k. De totale overschrijding wordtmede veroorzaakt door extra kosten voor(tijdelijk) personeel op payroll basis(overschrijding €138k).

Vanaf 2012 wordt er een voorzieninggevormd voor de eigenrisicodragerschapvoor de WGA. In 2013 zijn er 3 medewerkers ingestroomd in de WGA,waardoor de voorziening opgehoogd moetworden, overschrijding van € 183k. In 2013is een verbeterde berekening gemaakt vande voorziening voor jubileumuitkeringen.Dit heeft geleid tot een niet begrotedotatie van € 47k.

Het UWV brengt WW-uitkeringen ten lastevan het schoolbestuur wanneer deze nietdoor het participatiefonds zijngeaccepteerd. De laatste jaren zijn dezeverrekeningen fors opgelopen. In 2013 zijnde jaren 2010 en 2011 afgerekend enhebben een extra kostenpost van € 92kopgeleverd.

De kosten voor vervanging bedroegen in2013 € 692k (minus uitkeringenvervangingsfonds tot 1-8-2013 en UWV) endit is € 171k meer dan begroot. Vanaf 1-8-2013 is SKOFV volledig eigenrisicodragervoor ziekte en rechtspositioneel verlofgeworden. Hiermee was in de begroting

8.4.1 BatenDe totale baten zijn in 2013 7,2% hoger danbegroot. De stijging van de baten tenopzichte van 2012 bedraagt ongeveer 4,1%.Zoals uit de grafiek blijkt is SKOFV inbelangrijke mate afhankelijk van deoverheid (ministerie en gemeente).

De Rijksbijdrage OCW is 1725k hoger danbegroot. De in november 2013 extra middelen,toegekend aan het Onderwijs vanuit hetNationaal Onderwijsakkoord en Herfst-akkoord, bedragen € 1400k. Deze middelenzijn toegekend via de Lumpsum en zijnincidenteel. Deels worden deze ingezet inde exploitatie van 2014 om de sterk geste-gen salariskosten (premies) te compenseren.De besteding van het restantbedrag zal nietingezet worden op structurele (personele)verplichtingen. Een voorstel voor bestem-ming van deze gelden zal in het eerstekwartaal van 2014 nader worden uitgewerkt.



overschrijding op de post huur, dagelijksonderhoud, schoonmaak en energie. Deuitgaven energie zijn grotendeelsgebaseerd op voorschotbedragen. In hetverslagjaar zijn er weinig afrekeningenontvangen. Afvalverwerking daarentegenheeft een onderschrijding van € 17k,gevolg van een centraal inkoopcontract,waarvan het grootste deel van de scholengebruik maakt. De overige zulleninstromen wanneer de lopende contracteneindigen.

De post Overige lasten is in totaliteitopzichte van 2012 met 5% afgenomen enten opzichte van de begroting is er eenonderschrijding van 6.4%, of € 160k.Met name de uitgaven op administratie enbeheer door o.a. een uitkering van hetresultaat 2012 van 't OB en de postprojecten, waarin de beleidsvoornemenszijn gekwantificeerd leveren eenonderschrijding op. Een aantal zijn insubsidies ondergebracht. Diverse postenoverschrijden de begroting o.a. juridischekosten, abonnementen, huishoudelijkeuitgaven en ict leermiddelen (€ 51K). Ookworden hier de (niet begrote) uitgaven tenlaste van subsidies geboekt (€ 90k) waareen even groot bedrag aan batentegenover staat.

8.5 Financiële baten en lastenHet treasurybeleid is conform het financieelbeleidsplan van SKOFV uitgevoerd. Hetbeleid is conform het voorschrift beleggenen belenen van het ministerie. Deovertollige liquiditeiten zijn op directopvraagbare (internet)spaarrekeningen

gezet, verdeeld over een viertal banken;ING-bank, ABN-AMRO, Rabobank enFrieslandbank (nu ook Rabobank). Derentepercentages van deposito's enspaarrekeningen zijn ultimo 2013 nogverder gedaald. Andere mogelijkheden dievoldoen aan de geldende regeling van hetMinisterie zijn er nauwelijks.

In 2012 is nader onderzocht of ermogelijkheden waren binnen de regelingbeleggen en belenen om overtolligeliquiditeiten voor langere termijn met meerrendement weg te zetten. Uiteindelijk isbesloten de huidige situatie tecontinueren.

Het gemiddeld gerealiseerd rendementbedraagt 1,3% in 2013. Dit heeftgeresulteerd in een rentebate van € 68kterwijl € 80k begroot was. Ten opzichte van2012 is dit een daling van 32%.

geen rekening gehouden. Dit heeft weleen premievoordeel opgeleverd, maardoor premieverhogingen van o.a.participatiefonds is dit voordeel voor eendeel weer teniet gedaan.

Op de overige personele lasten ennascholing is er een onderschrijding is van151k.

De afschrijvingslasten zijn gebaseerd opde gerealiseerde investeringen in 2013 enzijn ten opzichte van 2012 met 14,9%toegenomen. Deze zijn overigens welconform begroting 2013.

De huisvestingskosten zijn in totaliteit tenopzichte van 2012 toegenomen met 2,4%en ten opzichte van de begroting is er10,2% meer uitgegeven dan begroot, intotaal € 188k. Dit wordt voor het grootstegedeelte veroorzaakt door een



9.1 AlgemeenIn de voorgaande hoofdstukken is als eenrode draad aandacht besteed aan deambities en de maatregelen van de SKOFVdie nodig zijn voor een gezondebedrijfsvoering en professioneleorganisatie. Deze punten verdienen ook in2014 en 2015 nog de volle aandacht.Het College van Bestuur is van mening datde organisatie goed in control is. Viakwartaalrapportage houdt SKOFV zich eenspiegel voor en is de organisatie zichbewust van de gevolgen van actueleontwikkelingen en risico's. Het 'in control' zijn betreft allebeleidsonderdelen: organisatie, personeel,onderwijs, huisvesting en financiën.Daarmee is een belangrijke ambitie uit hetstrategisch beleidsplan gehaald: de basisop orde. We realiseren ons ook, dat dezebasis nog niet stabiel is. Een flink aantalscholen heeft een attendering van deinspectie (onvoldoende eindopbrengsten).De financiële realisatie van 2013 is positief,mede dankzij de extra middelen uit het'herfstakkoord'. In de komende periode is er ruimte voorverdieping en verbreding. Deze verdiepingen verbreding willen we ook terug zien inde ambities van scholen. De directiesbenutten de professionele ruimte encreëren deze ruimte ook in de eigenschool. De eigen kracht van de schoolwordt benut. Een aantal scholen is zichrond onderstaande thema's aan hetprofileren:

• High Performance Scholen• Integraal Kindcentrum

• Eigentijds, innovatief en digitaal • Passend Onderwijs en meer- en

hoogbegaafden• Pedagogisch klimaat

Ook willen we ons nadrukkelijker verbindenmet de omgeving. Ouders en anderebelanghebbenden. Enkele ontwikkelingenop dit terrein zijn:

• Educatief partnerschap met ouders• Digitaal portfolio en ouderportal

Tenslotte zullen we de inzet ten aanzienvan leren en ontwikkelen intensiveren.Ontwikkelingen op dit terrein hebbenbetrekking op:

• Door ontwikkelen van de SKOFVacademie: Akke & Demi

• Gesprekkencyclus en beoordelen• Opleiden in School (professionele

leergemeenschap, vierslag-leren, LC-leerkrachten en binden van nieuweinstroom, opleiden in de school)

• Scholing en training voor directies en IB-ers.

• Inzet van het expertiseteam.

9.Continuïteits-paragraaf


9


Personele bezetting in FTE (stand 31-12) 2013 2014* 2015* 2016*Management/Directie 41,7 40,9 41,1 41,1Onderwijzend personeel 324,8 323,7 315,8 295,4Overige medewerkers 23,3 21,9 19,7 19,7

* prognose

De meerjarenbegroting is opgesteldvoordat expliciet duidelijk is geworden hoede extra middelen uit het herfstakkoord2013 en het Onderwijsakkoord 2013besteed kunnen gaan worden.Voorzichtigheidshalve gaat het bestuurervan uit dat deze middelen nietgeoormerkt of structureel beschikbaarzullen komen. Bovendien is de financiëleimpact van Passend Onderwijs, zo het zichnu laat aanzien, behoorlijk. Demeerjarenbegrotingen van de

Almere en Lelystad de komende jaren nietzullen toenemen zullen deleerlingenaantallen verder afnemen.Wanneer de economie zich herstelt zullenwellicht de komende jaren nog nieuwescholen gesticht kunnen worden in metname Almere en Lelystad.

Door gebruik te maken vanprognosemodellen, zoals hetScenariomodel Primair Onderwijs, tekoppelen met de dagelijkse schoolpraktijkworden de ontwikkelingen inleerlingaantallen nauwkeurig gevolgd.

A GegevenssetPersonele bezetting en leerlingenaantallen

9.1.1 Kengetallen


Samenwerkingsverbanden (SKOFV maaktdeel uit van 4 Samenwerkingsverbanden)geven vooralsnog minder financiële ruimte,afgezet tegen de huidige LGF financiering.De afname van inzet personeel is dan ooknoodgedwongen gebaseerd op de huidigekennis en zal resulteren in afname vanpersoneel. Voor een deel wordt dit ookingegeven door de afname van 170leerlingen in 4 jaar tijd.

01-10-2013 01-10-2014 01-10-2015 01-10-2016 01-10-2017leerlingen 4 tm 7 jaar 3397 3436 3386 3338 3339Leerlingen 8 jaar en ouder 3428 3373 3349 3310 3316Totaal aantal leerlingen SKOFV 6825 6809 6735 6648 6655

Het Ministerie van OCW hanteert voor depersonele bekostiging het aantal leerlingenop teldatum 1-10-2012 voor het schooljaar2013-2014 (T-1 systematiek). SKOFV pastvoor de verdeling van de middelen echterde T-systematiek toe. De teldatum 1-10-2013 is de basis voor de begroting 2014.Voordeel hiervan is dat sneller gereageerdmoet worden op teruglopende

leerlingaantallen en er bij groei directsprake is van een (intern verrekende)passende bekostiging.

Door de grote geografische spreiding vande SKOFV zijn er gebieden met krimp(Veluwe en Gemeente Dronten) en groei(Almere, Lelystad en Harderwijk). Wanneerde bouwvolumes in groeisteden als


De MeerjarenbegrotingIn 2014 zal bewust een tekort in deexploitatie worden geaccepteerd. Deincidentele extra middelen die eind 2013zijn ontvangen uit het Herfstakkoord zullenvoor een groot deel in 2014 en een kleinerdeel in 2015 besteed worden. In de jaren2014 en 2015 zullen de liquide middelen endaarmee de besetmmingsreserve afnemen.

De mutaties in de materiele vaste activazijn gebaseerd op demeerjareninvesteringsbegrotingen en dedaarbij behorende afschrijvingslasten.

Vanaf 1-1-2015, zal naar verwachting, hetbuitenonderhoud overgeheveld wordennaar het bestuur. Daarom zal vanaf 1-1-2015 een voorziening voor ditbuitenonderhoud gevormd worden. Methet bedrag dat aan de lumpsum wordttoegevoegd en het bedrag uit de motievan Haersma-Buma, zal de voorzieningworden opgebouwd. De eerste MOP laatzien dat deze gelden in de eerste jarenvolledig nodig zijn om een redelijkevoorziening op te bouwen om aankomende onderhoudsverplichtingen tekunnen voldoen. Er zullen geen extramiddelen beschikbaar zijn om toe tevoegen aan de jaarlijkse materieleinstandhouding van de schoolexploitatie.De onderhoudsvoorziening vooronderhoud binnenkant is toereikend. Dezeis gebaseerd op een deugdelijke MOP. Dedotatie aan deze voorziening is afgestemdop de benodigde onttrekkingen.


BALANS

ACTIVA 2013 2014* 2015* 2016*

Vaste Activa

Immateriele Vaste Activa

Materiele Vaste Activa 4.377.361 4.782.000 4.619.000 4.601.000

Financiele vaste Activa

TOTAAL VASTE ACTIVA 4.377.361 4.782.000 4.619.000 4.601.000

Vlottende Activa 8.315.034 6.597.000 6.719.000 6.751.000

TOTAAL ACTIVA 12.692.395 11.379.000 11.338.000 11.352.000

PASSIVA

Eigen vermogen

Algemene reserve 5.658.896 5.813.000 5.608.418 5.458.836

Bestemmingsreserve publiek 1.400.879

Bestemmingsreserve privaat 1.013.589 1.048.000 1.048.000 1.048.000

Bestemmingsfonds publiek

Bestemmingsfonds privaat

Voorzieningen 1.732.499 1.457.000 1.620.582 1.784.164

Langlopende schulden

Kortlopende schulden 2.886.532 3.061.000 3.061.000 3.061.000

TOTAAL PASSIVA 12.692.395 11.379.000 11.338.000 11.352.000


De personele voorzieningen zullen jaarlijksworden bezien. De WGA-voorziening isafhankelijk van de instroom in de WGA.Daarbij zal in 2014 nog een beslissingworden genomen over heteigenrisicodragerschap in relatie tot hetWGA-flex deel. Deze zal dan gaan overvolledig eigenrisicodrager WGA-vast enWGA-flex of weer volledig verzekerd viahet UWV. In de meerjarenramingen isvooralsnog uitgegaan van volledigeigenrisicodragerschap.


Staat/Raming van Baten en Lasten (x €1000)

BATEN 2013 2014* 2015* 2016*

Rijksbijdrage 30.768 29.449 29.845 29.323

Overige overheidsbijdrage en

susidies 193 176 85 56

Overige baten 1.120 718 904 1.091

TOTAAL BATEN 32.081 30.343 30.834 30.470

LASTEN

Personeelslasten 25.445 25.304 24.889 24.600

Afschrijvingen 617 705 744 744

Huisvestingslasten 2.030 1.892 2.490 2.488

Overige lasten 2.778 3.732 2.832 2.701

TOTAAL LASTEN 30.870 31.633 30.955 30.533

Saldo baten en lasten 1.211 -1.290 -121 -63

Saldo financiele bedrijfsvoering 69 80 80 80

Saldo buitengewone baten en

lasten

TOTAAL RESULTAAT 1.280 -1.210 -41 17

Incidentele baten en lasten in

totaal resultaat


De incidentele middelen uit 2013 zullenbesteed worden in 2014, 2015 en 2016. Er zal een grillig verloop vanexploitatiesaldi gedurende de komendejaren zijn. Zo zal 2013 een groot positiefsaldo vertonen en 2014 en 2015 een tekort.

Deze incidentele middelen zullen o.a.worden ingezet voor compensatie van hetoorspronkelijk begrote tekort in 2014. Doorde extra gelden voor jonge leerkrachtenhoeft er geen inkrimping van personeel

plaats te vinden. Tevens worden dezemiddelen ingezet voor de ontwikkeling vaneen SharePointomgeving voor de geheleorganisatie en aanpassing van de websiteen logo. Om de ontwikkeling van ICT testimuleren zullen gedurende deschooljaren 2014-2015 en 2015-2016 de ICTambassadeurs op de scholen gefaciliteerdworden in tijd. Bovendien kunnen descholen over een bedrag van € 10.000 vrijbeschikken, echter niet omzetten instructurele verplichtingen.

De baten uit de prestatiebox zijnmeegenomen, maar worden in de lastenverantwoord. Per saldo zal dit geen invloedhebben op het resultaat.

Naar verwachting nemen de leerling-aantallen geleidelijk af. Medewerkershebben een bestuursaanstelling en zullenbij afvloeiing op de ene school geplaatstworden in vacatures op een andere school.Toch zal in totaliteit het personeelsbestandmoeten krimpen en wel voor 2015 8 fte envoor 2016 6 fte. Dit zal voornamelijk doornatuurlijk verloop en een flexibele schilworden opgevangen.

In deze meerjarenbegroting zijn de lastenniet geïndexeerd. In de personele lastenworden wel de periodieke verhogingen,maar geen CAO-verhogingenmeegenomen. Verhoging van bijvoorbeeld(pensioen)premies zijn ook nietmeegenomen.Jaarlijks moet wel rekening gehoudenmoeten worden met een algehelekostenstijging van de overige uitgaven van1,5 tot 2% (de baten zijn ook nietgeïndexeerd). De materiele bekostiging zalhierop worden aangepast, maar het ligtniet in de verwachting dat dit in gelijkemate zal zijn.

Bezuinigingen zijn vooralsnog alleengezocht in de personele component. SKOFV breidt haar activiteiten op hetgebied van centrale inkoop uit.Gezamenlijkheid lijkt financiële voordelenop te leveren. In 2012 is gestart met hetgezamenlijk inkopen van afvalinzameling.

In de meerjarenbegroting zijn de volgendeaannames gemaakt.

De baten zijn voorzichtig ingeschat. Er iseen voorzichtige indexatie meegenomen.De impulsregeling is gegarandeerd tot 1-8-2017. Vanaf 2015 worden extramiddelen verwacht voor “Onderhoudbuitenkant” waardoor de Rijksbijdrage zaltoenemen. De baten uit leerlinggebondenfinanciering vallen niet meer onder dezerubriek en worden overgeheveld naarOverige baten.

Op basis van concept meerjarenbegro-tingen van de SamenwerkingsverbandenPassend Onderwijs is een voorzichtigeaanname gemaakt van de baten waarvoorde zorg op scholen moet worden ingericht.De financiële consequenties van PassendOnderwijs zijn nog niet volledig bekend.De ontwikkelingen met betrekking totPassend Onderwijs worden nauwkeuriggevolgd. De SKOFV maakt deel uit van 4 samenwerkingsverbanden waarvan 3 temaken zullen krijgen met een negatievevereffening. Dit kan nog verdergaandeconsequenties hebben voor 2015 envolgende jaren.

In 2014 zal duidelijk worden of demiddelen uit Onderwijsakkoord enHerfstakkoord structureel en/of geoormerktbeschikbaar zullen komen.Terughoudendheid voor wat betreft destructurele inzet van deze middelen in dekomende jaren is meegenomen. In demeerjarenbegroting zijn deze nietmeegenomen.



Dit krijgt zijn beslag in 2013. Ook wordt in2013 het aanbestedingstraject voorschoonmaak uitgezet. Aangezien hetaandeel materiële kosten in het geheelmaar ongeveer 15% van de totale lastenbedraagt is het effect beperkt.

De risico's in de meerjarenbegroting zijnde aannames m.b.t. Passend Onderwijs ende bijstelling van de normen voorbekostiging. Ook het leerlingaantal is vancruciaal belang. Nu reeds blijkt dat door deeconomische recessie er minder kinderenworden geboren. Over 4 jaar betekent ditminder instroom. Hierop zal tijdiggeanticipeerd moeten worden. Het blijftonzeker in dit economisch en politiekeklimaat wat verder de gevolgen zijn voorhet Primair Onderwijs. De meerjaren-begrotingen zullen jaarlijks wordenaangescherpt met de dan bekendeontwikkelingen. De opgenomentaakstellingen voor 2014 tot en met 2016zullen, indien noodzakelijk, wordenaangepast.

9.2 Overige rapportages

Interne risicobeheersings- encontrolesysteemGoed bestuur zorgt voor een optimaleinzet van mensen en middelen en maaktdat onderwijskwaliteit, opbrengsten, goedwerkgeverschap en ouderparticipatie in hethandelen centraal staan. Daarbij moetaandacht zijn voor risico's enrisicobeheersing. Risico's kunnen namelijkde verwezenlijking van de door het bestuur


gestelde doelen bedreigen. Hoewel ervolop aandacht is voor de omgeving enrisicomanagement is het in de praktijk nieteenvoudig om tot een praktische invullingte komen. Het College van Bestuur van SKOFV heeftin haar activiteitenplan van 2013opgenomen om te komen tot een systeemvan risicobeheersing en beschrijving vanhet risicomanagement binnen SKOFV.Naast het toepassen van het instrumentvan de PO-raad heeft eind 2013 eeninterimcontrole op het bestuurskantoordoor de accountant plaats gevonden,waarbij de administratieve organisatie eninterne controle bekeken en beoordeeld is.Ook is het risicobeheersings- encontrolesysteem beoordeeld.De bevindingen hebben niet geleid totaanpassing van de administratieveorganisatie. Zij gaven een bevestiging vande aandachtspunten die al door deorganisatie bij de risicoinventarisatie warenonderkend.

“De meerjaren-begrotingen zullenjaarlijks wordenaangescherpt met de dan bekendeontwikkelingen.”


en waar mogelijk te beperken, teverzekeren, te vermijden of als het nietanders kan te accepteren. Er is gebruikgemaakt van het instrument van de PO-raad. Dit instrument doorloopt opgestructureerde wijze de diverse domeinen(Onderwijs en Identiteit, Personeel,Organisatie, PR & Communicatie,Huisvesting en Financiën) waar risico'skunnen ontstaan. De scan heeft tot doelhet in kaart brengen van risico's, ze tebeoordelen op kans en impact enzodoende een risicoprofiel van deinstelling op te stellen. Dit alles zonder algetroffen beheersmaatregelen inaanmerking te nemen. Pas dan is er zichtop de oorspronkelijke risico's. Daarna kanworden aangegeven welkebeheersmaatregelen zijn genomen en ofdeze risico's adequaat zijn afgedekt enwelke niet of onvoldoende. Debeheersmaatregelen kunnen wordenonderverdeeld in plan-do-check-actmaatregelen, zodat beoordeeld kanworden of de risicobeheersing evenwichtigen effectief is.Niet alle risico's hebben ook financiëlegevolgen, maar ook voor risico's metfinanciële gevolgen geldt dat men deeffecten van deze risico's eerst doorbeheersing probeert terug te dringen. Hetgevolg kan zijn dat er (extra) financiëlebuffers aangehouden dienen te worden.Daarmee ontstaat tevens eenonderbouwing van de hoogte van hetkapitaal. De omvang van de niet adequaatafgedekte risico's kan van invloed zijn ophet niveau van het benodigde kapitaal

(weerstandsvermogen) in de organisatie.De mate waarin dit niveau is bereikt heeftgevolgen voor de (meerjaren) begroting. Vanwege het belang van risico-management zal dit onderdeel uit gaanmaken van de Planning en Control cyclus.Iedere 4 jaar zal een volledig risicoscanworden gedaan, die tevens als input zaldienen voor de daaropvolgendestrategische planperiode.

In mei/juni 2013 hebben College vanBestuur en controller de risicoscan metbehulp van het instrument van de PO-Raad

ingevuld. De verschillende domeinen zijnafzonderlijk door een ieder ingevuld,omdat risicovoorkeur en risicotolerantievan invloed zijn op dit instrument. Deuitkomsten zijn besproken, met name opde risico's waar groteinterpretatieverschillen ontstonden.

Aangezien in 2013 de risico-inventarisatievoor de eerste maal is uitgevoerd, wordtdit beschouwd als een nul-meting en eeneerste aanzet tot bewustwording rondrisico's. Het pretendeert niet om volledigte zijn en zal in de loop van de tijd zeker

Wat is risicomanagementRisicomanagement bestaat uit het op eengestructureerde wijze identificeren,analyseren en beheersen van risico's. Hetgaat daarbij vooral om risico's die deverwezenlijking van strategische doelenkunnen belemmeren.

Risico = Kans x Gevolgen (impact)Het aantal risico's is enorm groot, maarniet ieder risico is van even groot belang.Het gaat in eerste instantie ook niet omrisico's die een verstorende invloed kunnenuitoefenen op de financiële prestaties vaneen instelling, en die door hun aard envoorspelbaarheid eerder hun dekkingmoeten vinden in een goedemeerjarenbegroting.Naast een instrument dat helpt bij hetidentificeren van risico's, bij hetaanbrengen van prioriteiten en bij hetbeoordelen van de toereikendheid vangetroffen beheersingsmaatregelen is ookde organisatiestructuur en de cultuur vanwezenlijk belang bij het welslagen vanrisicomanagement. Het moet er voorzorgen dat er maatregelen wordengetroffen die de kans van optreden of degevolgen van risico's op een gewenstewijze beïnvloeden. Risicomanagement iseen continu proces.

Risicomanagement binnen SKOFVNiet alleen vanwege de wettelijke plichteen risico-inventarisatie te maken en tebeschrijven, maar ook vanwege hetopzetten van een deugdelijkemeerjarenplanning is het van belang omde specifieke risico's van SKOFV te kennen



Het gaat dan om:1. Grote fluctuaties in leerlingenaantallen2. Financiële gevolgen van

arbeidsconflicten3. Instabiliteit in de bekostiging4. Onvolledige indexatie van de

bekostiging5. Restrisico's ( voortkomend uit een

deugdelijke risico-inventarisatie) waarbijvoor de eerste vier risico's alle moeite gedaan moet worden om de kans van optreden en de gevolgen direct of indirect te beïnvloeden

De omvang van de bufferliquiditeit moetpassen bij het risicoprofiel.De Commissie Don heeft normen bepaaldvoor de benodigde bufferliquiditeit. Ditbedrag kan worden verhoogd of verlaagdals de genoemde 5 risico's een duidelijkandere omvang hebben. Men spreekt vaneen toereikend beheersingsniveau wanneereen schoolbestuur voor meer dan 60% vande middelgrote en urgente risico'sadequate beheersingsmaatregelen heeftgetroffen. In dat geval kan volstaan wordenmet een door de commissie Dongeadviseerde bufferliquiditeit.

Budgetbeheer en financiële buffersSKOFVHet instrument van de PO-Raad geeftinzicht in het integraal risicoprofiel van onzeorganisatie. Er wordt hierbij vooral gekekennaar factoren die de doelstellingen van deorganisatie bedreigen en dus niet op deeerste plaats naar financiële risico's dierechtstreeks tegenvallers in de exploitatiekunnen veroorzaken.

aangescherpt en gecompleteerd worden.Het instrument heeft op gestructureerdewijze duidelijk gemaakt dat SKOFV eenbehoorlijk risicobeheersingsapparaat heeft,maar op onderdelen van de PDCA-cyclusaanscherping nodig heeft.

Uit deze scan is een overzicht gegenereerdvan risico's die niet of onvoldoende zijnafgedekt en waarvan de kans en impactdermate groot zijn datbeheersingsmaatregelen nodig zijn.

Budgetbeheer en financiële buffers bijrisicomanagementBudgetbeheer verwijst naar de capaciteitvan een onderwijsinstelling om tegenvallersop korte en middellange termijn op tevangen en de rol die financiële buffers bijdit alles kunnen en moeten spelen. Goedeliquiditeitsbegrotingen en meerjarigeexploitatie- en investeringsbegrotingen zijnvan groot belang. Zij maken duidelijk welkeinvloed investeringen enexploitatieresultaten hebben op deliquiditeit van de instelling.De aanwezigheid van financiële buffers mager niet toe leiden dat de beheersing vanrisico's niet ter hand wordt genomen.

Het aanleggen van buffers is alleen terechtvaardigen voor risico's die:• Niet op andere manieren beheersbaar

zijn• Niet of onvoldoende voorzien kunnen

worden• Een duidelijke financiële impact hebben



9.3 Conclusies uit hettoetsingskaderVanuit integraal risicoprofiel “benodigd enbeschikbaar kapitaal” lijkt dekapitaalbehoefte groter te zijn dat hetbeschikbare kapitaal (€ 1.1 mio). Hierbijwordt het private vermogen van € 1 miobuitenbeschouwing gelaten.De vervangingswaarde van de MaterieleVaste Activa is gesteld op 37% van detotale baten. Dit is gebaseerd op hetonderzoek naar de vermogenspositie vanhet primair onderwijs van PWC uit 2008. Inhet berekeningsmodel wordt daaromuitgegaan van een vervangingswaarde van€ 11.442.824, tenzij een goed uitgewerkteMJP andere uitgangspunten onderschrijft.Per 31-12-2012 is de totale aanschafwaardevan de Materiele Vaste Activa van SKOFVexcl. Gebouwen en terreinen € 4.886.680,- Op grond hiervan is er momenteel geensprake van een kapitaalbehoefte en zal ditvooralsnog geen consequenties hebbenvoor de meerjarenbegroting. Aan tebevelen is het verkrijgen van een beter(meerjaren) inzicht over de (toekomstige)

opbouw van de materiele vaste activa. Pasvanaf 2006 is er een activaregistratieopgezet, waarbij de reeds aanwezige activategen een bepaalde waarde zijnopgenomen. Deze is dan ook niet volledigen geeft niet de werkelijke aanschaf-/vervangingswaarde weer.Voor de transactiefunctie wordt eenbedrag ter hoogte van de kortlopendeschulden meegenomen. De kortlopendeschulden op balansdatum bestaan hoofd-zakelijk uit de afdracht aan de belasting-dienst over december, overige premies ende reservering vakantiegeld. Dit zijn maan-delijks cq jaarlijks terugkerende posten enzullen bij een sluitende begroting endaarbij behorende realisatie niet kunnenleiden tot een (onverwachte)kapitaalbehoefte.

Conclusie ten aanzien van dekapitaalbehoefte van SKOFV en devorming van extra buffers.Op grond van de risicoanalyse en deaanwezige financiële buffers is hetbeschikbare kapitaal van SKOFV

toereikend. De kengetallen vallen binnende gestelde signaleringsgrenzen.

9.2.2 Rapportage toezichthoudendorgaanDe Raad van Toezicht heeft voor deuitvoering van haar taken een drietalcommissies gevormd: • Onderwijscommissie• Benoemingscommissie- en

remuneratiecommissie• Auditcommissie

VooroverlegVoorafgaand aan de bijeenkomsten methet College van Bestuur houdt de Raadvan Toezicht een vooroverleg. Daarinworden door de leden van de Raad vanToezicht invalshoeken en eventueleopmerkingen op elkaar afgestemd. Hetvooroverleg is ook goed voor deteamvorming van de Raad van Toezicht. Devoltallige Raad van Toezicht en College vanBestuur zijn acht keer bijeen geweest, Bijelke vergadering met het College vanBestuur wordt gerapporteerd over devoortgang op de diverse beleidsterreinen(huisvesting, financiën, personele zaken(HRM), onderwijs, enzovoort). Daarnaastinformeren directies en stafleden de Raadvan Toezicht over tal van thematisch-inhoudelijke onderwerpen, zoals krimp,ziekteverzuim en preventie, de Akke &Demi en onderwijsinhoudelijke zaken. Ookgaven externe deskundigen op uitnodigingvan de Raad van Toezicht een toelichtingop bepaalde onderwerpen. De commissiesvan de Raad van Toezicht zijn een aantalkeren bijeen geweest.

Op basis van de scan blijkt dat wij 62%van de urgente en middelgrote risico'sadequaat hebben afgedekt. Volgens denormering van het instrument scoren wedaarmee voldoende (= > 60%).Met het “toetsingskader verantwoordingvan financiën” (=toetsingskader) kan definanciële positie van een instelling wordenbeoordeeld. Het risicomanagementmodelvan de PO-Raad geeft een advies of de inhet toetsingskader gehanteerde aannamesten aanzien van de benodigde buffer-liquiditeit ook van toepassing kunnen zijnvoor onze organisatie. Dit advies is geba-seerd op ons oordeel in hoeverre deimpact van een risico als dan niet op kortetermijn (< 1 jaar) tevens van financiële aardis. Op basis van de scan blijkt dat wij 100 % van de urgente en middelgroterisico's met een financiële impact opkorte termijn (< 1 jaar) adequaathebben afgedekt. (N= > 60%).

Conclusie:SKOFV organisatie beschikt over eenredelijk stelsel van operationelebeheersingsmaatregelen en voert eenredelijk risico-management. Deorganisatie beheerst de relevantemiddelgrote en urgente risico's die opkorte termijn zouden kunnen leiden tottegenvallers in de exploitatie. Voor hetbepalen van de omvang van debufferliquiditeit kunnen we daarmee dewaarden hanteren die hettoetsingskader hanteert (gelet opomvang organisatie).


“Op grond van de risicoanalyse en deaanwezige financiële buffers

is het beschikbare kapitaal van SKOFVtoereikend.”


Er is - zoals gebruikelijk - een gesprekgeweest met de externe accountant, vooreen toelichting op de jaarrekening, deaccountantsverklaring en de managementletter. Er heeft deels ter vervanging en deels teruitbreiding een wervings- en selectie-procedure plaatsgevonden voor tweenieuwe leden van de Raad van Toezicht. Inde loop van 2013 zijn twee nieuwe ledentoegetreden tot de Raad van Toezicht.Op enkele momenten in het jaar is eroverleg geweest tussen de voorzitter van deRaad van Toezicht en het College vanbestuur over lopende zaken. De SKOFV Flevoland en Veluwe is eenfinancieel stabiele organisatie, waarbij deRaad van Toezicht wel opmerkt dat altijdwaakzaamheid geboden is.

Verbreding grondslagEr is met het College van Bestuur ondermeer gesproken over het verruimen van degrondslag van SKOFV. Op basis van eenbrede consultatie is de grondslag formeelverruimd; daar waar het stichten van eenkatholieke school niet mogelijk is, wordt insamenwerking met het PC-onderwijsgestreefd naar het stichten van een schoolop oecumenische grondslag.

MonitorenDe Raad van Toezicht kan goed monitorenomdat er onder andere inzage is in deverslagen van bijvoorbeeld de GMR en hetDirectie Beraad. Hierdoor wordt duidelijk ofhet College van Bestuur voldoende grip opde organisatie heeft en hoe constructief hetoverlegklimaat in de organisatie is.

De leden van de Raad van Toezichtrouleren als het gaat om het jaarlijksbijwonen van een van de bijeenkomstenvan de GMR.

Een delegatie van de Raad van Toezichtheeft het gesprek tussen het College vanBestuur met de Onderwijsinspectiebijgewoond en heeft daar een uitermatepositieve indruk van gekregen. Het is debedoeling dat dit jaarlijks plaatsvindt.

Kwaliteit onderwijsIn elke vergadering met het College vanBestuur komen kwaliteitsaspecten terug opde agenda. De Raad van Toezicht ispositief dat in de SKOFV voortdurendwordt gewerkt aan het verbeteren van hetonderwijs, de kwaliteits- en zorgsystemenen bijbehorende registraties. Voor de Raadvan Toezicht is het soms lastig om vanafafstand grip op de kwaliteit te houden.Daarom volgt de Raad van Toezicht naastde verschillende interne verslagen ook deInspectierapportages. Het gaat eromduurzame resultaten te realiseren, waarbijde SKOFV als instelling het middel is omdat resultaat te bereiken.

Passend onderwijsOp het gebied van Passend onderwijsheeft de Raad van Toezicht een presentatiebijgewoond op basis van een SKOFV-brede enquête. In de vier regio´s wordtzoveel mogelijk gewerkt op basis vandezelfde uitgangspunten die de SKOFVFlevoland en Veluwe ook hanteert, namelijkeen goed en dekkend aanbod vanonderwijs, zorg en opvang.



onderwijsaanbod af te stemmen op deontwikkeling van het kind.

SchaalvoordeelMen heeft te maken met een complexeorganisatie van 27 scholen, diegebruikmaken van het schaalvoordeel vanSKOFV. De directeur van elke individueleschool is ook mede-eigenaar van de totaleSKOFV en kan toegevoegde waardeleveren aan zowel de eigen school als aande organisatie. De kracht van dedirecteuren is enorm gegroeid door dezeomslag. De resultaten van SKOFV als organisatiebewijzen dat het mogelijk is om te komentot een goede gezamenlijke aanpak,bijvoorbeeld als het gaat om zwakkescholen.

WerkgeverschapAls werkgever van het College van Bestuurvindt er jaarlijks een individueel gesprekplaats inzake het functioneren en beloning.Tevens is er een aanvang gemaakt met hetuniformeren van de arbeidsvoorwaardennaar de nieuwe cao PO Bestuurders.

Namens de Raad van ToezichtBen Brouwer, Voorzitter

VierslaglerenZeven schoolbesturen, waaronder deSKOFV, hebben de handen ineen geslagenbij het project Vierslagleren. De Raad vanToezicht heeft positief geadviseerd op hetproject om daarmee jonge leraren eenkans op de arbeidsmarkt te geven.

BijeenkomstenIn 2013 hebben enkele leden van de Raadvan Toezicht de Onderwijsdag in Almerebijgewoond, alsmede eenprofessionaliseringsbijeenkomst van hetOnderwijsbureau in Meppel over deidentiteit in het onderwijs. Ook was er eenbijeenkomst van de CBE Academia over dedigitale werkelijkheid in het onderwijs.

GemeenschapsdenkenDe Raad van Toezicht heeft ook stilgestaanbij de rol van het katholiek onderwijs in desamenleving. Volgens de Raad van Toezichtzit de kern van het katholiek onderwijsvooral in het gemeenschapsdenken. Hetgaat erom dat SKOFV duidelijk maakt datonderwijs op katholieke grondslag meer isdan alleen rekenen en taal.

Cito-toetsenVoor de Raad van Toezicht is niet hetinstrument Cito-toets belangrijk, het isslechts een middel. Het gaat er uiteindelijkom dat men als onderwijsorganisatieduidelijk kan maken welke kennis envaardigheden leerlingen hebbenopgedaan. De Raad van Toezicht is vanmening dat de toets (leerlingvolgsysteemen eindtoets) een belangrijk instrument isvoor de leerkracht om het



Meentweg 14, 8224 BP LelystadT (0320) 225 040

www.skofv.nl

Stichting Katholiek Onderwijs Flevoland en Veluwe


Skofv jaarverslag 2013

Documents

Transcript of Skofv jaarverslag 2013