Ouderen als actieve bouwers aan beleid
description
Transcript of Ouderen als actieve bouwers aan beleid
Ouderen als actieve bouwers aan beleid
Prof. Dr. D. VertéVakgroep Agogische Wetenschappen
Probleemstelling
Ouderen en politieke participatie- Invloed ouderen op politieke beleid is
gering- Beperkte toegang tot rechtstreekse
participatie- Politieke vernieuwing = verjonging
Maatschappelijke positie vs maatschappelijke participatie
Maatschappelijke positie– Uitsluiting van deelname (Verté 1996)– Bijsterveld (1991)
– Stereotype benadering van ouderen, gebaseerd op ouderdomsbeelden
» Bv beslissingen worden over de hoofden genomen– Walker (1995)
– Geen bewuste discriminatie, – Wel ten gevolge van het falen van de instellingen om
zich aan te passen aan de socio-demografische realiteit
Het pad effenen voor participatie
Aankomende ouderen zijn beter opgeleid– Dus meer participatie?
– Bijsterveld 1991– Cf Studies in VS, zal ook hier het politiek
engagement en de MS betrokkenheid dalen
Het pad effenen voor participatie
Hooghe (2000)– Senioren hechten meer belang aan
solidariteit, burgerzin en gezamenlijke inzet dan jongeren.
– Generatie-effect– Veel blootgesteld aan mogelijkheden
– Dus meer mogelijkheden
Het pad effenen voor participatie
Empowerment– Is een proces van bewustmaking en
ontwikkeling van capaciteiten dat leidt tot een grotere participatie en tot een grotere deelname aan de besluitvorming en uitvoering van het beleid (Diels 1999)
Voorwaarden politieke inspraak
Beleidsvoerders– Open bestuur– Knelpunt: men ziet dit vaak als een
uitholling van de eigen bevoegdheden
Onderzoeksmethode Data uit BAS, Belgian Ageing
Studies – 60+ – Aantal gemeenten > 100– Per gemeente representatieve
steekproef– (geslacht en leeftijd als stratificatie)
– Aantal deelnemers = 59977
Politieke participatie
Politieke interesse Politieke participatie Feitelijke invloed Seniorenadviesraden
Politieke interesse
geen 43%
wel 57%
Politieke interesse
Leeftijd
61,854,7
49,6
60_69j 70_79j 80+
Interesse in de politiek
Geslacht
64,6
50,7
man vrouw
Interesse in de politiek
Inkomen
45,953,1
65,374,3
80,4 81,777,4
500 - 999 € 1000 - 1499 € 1500 - 1999 € 2000 - 2499 € 2500 - 3999 € 4000 - 4999€ > 5000 €
Interesse in de politiek
Politieke participatie
Politieke interesse Lid politieke partij Feitelijke invloed Seniorenadviesraden
Lidmaatschap
9,4
90,6
Lid politieke partij
ja
neen
Leeftijd
10,19,2
7,8
60_69j 70_79j 80+
Lid politieke partij
Geslacht
12,1
7,1
man vrouw
Lid politieke partij
Opleiding
5,2 6,08,0
11,2 11,39,8
11,314,0
16,3 16,6
Lid politieke partij
Inkomen
6,78,6
11,2
14,416,0
17,1
11,4
500 - 999 € 1000 - 1499 € 1500 - 1999 € 2000 - 2499 € 2500 - 3999 € 4000 - 4999€ > 5000 €
Lid politieke partij
Politieke participatie
Politieke interesse Lid politieke partij Feitelijke invloed Seniorenadviesraden
Politieke participatie
Politieke interesse Lid politieke partij Feitelijke invloed Seniorenadviesraden
Seniorenadviesraden Resultaten uit (De Witte &
Verté, 2002)– Voorzitters:
– hoge leeftijd, vnl mannen, bezige bijen– Leden:
– Instroom hoger geschoolden– Eerst min 10j lid seniorenvereniging– Gebrekkige doorstroming naar de top– Cohesiegevoel voor “goede zaak”
– Weinig adviesverlening
Overzicht 1. Achtergrond Belgian Ageing Studies 2. Methodologie BAS 3. Enkele resultaten 4. Ouderenbeleid = lokaal verhaal 5. Conclusie
Achtergrond Belgian Ageing
Studies
1. Achtergrond België = 10e oudste land ter wereld
België Vlaams Gewest
Brussels H. Gewest
Waals Gewest
Totaal 60-plus 22,99% 24,11% 18,44% 22,41%
Totaal 80-plus 4,92% 4,98% 4,58% 4,92%
1. Achtergrond
België
1990 2010
Mannen 100+ 109 186
Vrouwen 100+ 437 1373
Totaal 100+ 546 1559
1. Achtergrond
1. Achtergrond
1. Achtergrond
1. Achtergrond Belang van buurt en nabijheid bij ouder
worden Paradox van buurtparticipatie
– Ouderen spenderen veel tijd in de buurt– Ouderen zijn één van de eerste groepen die genegeerd
worden wanneer het gaat over beslissingen, inspraak en participatie in de ‘constructie’ van de buurt
Versterken van empowerment– Ouderen erkennen als actoren in sociale verandering– Ouderen betrekken in de praktijk, in het werkveld, in beleid,
in onderzoek– Vooral belangrijk op lokaal niveau
2. Participatiedecreet Vlaams decreet 2004
– ‘De stimulering van een inclusief Vlaams ouderenbeleid en beleidsparticipatie van ouderen’
– Een beleid dat ouderen en hun positie in de toekomstige Vlaamse samenleving wil vatten
– Inclusief ouderenbeleid: Beleid dat in al zijn aspecten en samenhang aan de algemene en de specifieke behoeften van ouderen beantwoordt en de competenties van ouderen inschakelt
2. Participatiedecreet Doel
– Toegang van elke oudere tot de economische, sociale en culturele rechten te waarborgen
– Discriminatie en sociale uitsluiting op basis van leeftijd te voorkomen/verminderen
– Deelname van ouderen aan het uitstippelen, uitwerken en evalueren van dit beleid mogelijk te maken en te versterken.
2. Participatiedecreet Gecoordineerd en
samenhangend beleid– Nemen van maatregelen in de diverse
beleidsdomeinen– Coordinatie tussen beleidsdomeinen – Overleg en de coordinatie tussen de betrokken
actoren– Ondersteuning van de participatie van de
doelgroep (om dit beleid tot stand te brengen, dit beleid vorm te geven, dit beleid te evalueren)
3. Geschiedenis BAS 2002: ontwikkeling van het decreet
– Vlaamse gemeenten S.O.S. 2003: ontwikkeling van de studie
met een aantal partners– Totaalpakket om behoeften van 60+ te
meten– De bekomen data kunnen helpen bij het
opstellen van een ouderenbeleidsplan
3. Geschiedenis BAS
2004 -2005: – Pilot-studie in 11 West-Vlaamse
gemeenten 2005-2006
– Ook andere provincies stappen in het verhaal
4. Doelstellingen onderzoek1. Behoeften inschatten bij ouderen op
lokaal vlak2. Handvatten aanreiken voor lokaal beleid
– Aanzet geven tot een ouderenbeleidsplan– Evidence based policy
3. Ouderen activeren in functie van de constructie van de lokale samenleving
4. Ondersteuning bieden bij het creëren van Age-friendly steden en gemeenten
5. Partners onderzoek Onderzoek
– = constante samenwerking tussen:– Oudere vrijwilligers– Lokale stakeholders– Leden van ouderenadviesraden– Lokale overheden– Provinciale overheden– VUB (Agogische Wetenschappen) en
Hogent (Vesalius)
MethodologieBelgian Ageing
Studies
1. Partners VUB
– Wetenschappelijke begeleiding– Analyse
Provincie– Coordinatie veldwerk (onderzoeksbegeleiders)– Sociale planning
Gemeente– Dataverzameling (peers)– Input data in software
Oudere vrijwilligers
2. Vragenlijst Verschillende thema’s
– 72 vragen– Huisvesting, buurt, mobiliteit– Sociale netwerken, eenzaamheid– Gezondheid, zorg, vallen– Zingeving, ouderdomsbeeld– Psychologisch welbevinden,
onveiligheidsgevoelens– Cultuurparticipatie, verenigingsleven,
vrijwilligerswerk– Mediagebruik, internet – ….
3. Verwachtingen t.o.v. gemeente
–Steekproeftrekking met vervangadressen –Kopieën van de vragenlijsten–Blanco enveloppen om de ingevulde vragenlijsten terug te bezorgen
–Verzekering voor de enquêteurs–Legitimatiebewijs enquêteurs
3. Verwachtingen t.o.v. gemeente
–Briefwisseling (bv uitnodiging vergadering)
–Lokalen en koffie (vergaderingen)–Intikken data via meegeleverde software–Presentatie van de resultaten aan de participerende enquêteurs en organisaties, eventueel ook aan de gemeenteraad, pers en publiek
4. Peer-research
Methodiek gaat uit van het principe:
Onderzoek voor en door ouderen
4. Peer-research Dataverzamelingsmethode: Peer-onderzoek
– Komt voor in onderzoekstradities: – Participatief onderzoek
– Doelgroep zijn niet louter de respondenten, maar zijn mee onderzoeker
– Co-researchers– Actie onderzoek
– Niet zozeer de ontwikkeling van kennis/theorie staat centraal– De verandering van bestaande praktijken is het doel
– Overlappingen zijn steeds mogelijk– Peer onderzoek
– Nadruk op leeftijdsgenoten (of ‘soort’genoten) als co-researchers
– Onderzoek als tool voor empowerment
4. Peer-research Dataverzamelingsmethode: Peer-research
– Ouderen betrekken in elke stap van het onderzoek– Co-design van de vragenlijst– Dataverzameling– Evaluatie– Vertaling naar beleid
– Oudere vrijwilligers gaan langs bij de oudere respondenten en nodigen hen uit om deel te nemen aan het onderzoek– ‘postbode’– Hulp aanbieden als het nodig is/ indien wenselijk
4. Peer-research Voordelen
– Creëert gevoel van eigenaarschap– Bottom-up approach:
– Stimuleert politieke participatie en betrokkenheid van de doelgroep
– Verhoogt de visibiliteit van het onderzoek en ouderen– Peers ontwikkelen nieuwe skills, kennis, …
– Training– Praktijkervaring
– Hogere responsgraad– Tussen 65% en 85% in elke gemeente– Kwalitatief beter ingevulde vragenlijsten
4. Peer-research Valkuilen
– Tijdsintenstief – Peers hebben ook eigen ervaringen,
eigen verhalen, …– Emotionele ondersteuning
– Werken met vrijwilligers– Vrijwillig is niet vrijblijvend
5. Steekproef
Wie is er bevraagd?- Thuiswonende 60plussers- Proportioneel gestratificeerde steekproef
in elke gemeente - De verhoudingen binnen de bevolking
worden behouden in de steekproef- 3 leeftijdsklassen - Gender
– 60-69 mannen en vrouwen– 70-79 mannen en vrouwen– 80+ mannen en vrouwen
5. Steekproef
Wie is er bevraagd?- Steekproef wordt getrokken door de
gemeente- 3 steekproeven (2 reserven)
- VUB: wetenschappelijke ‘check’
6. Anno 2012?
Vlaanderen: 158 gemeenten – > 70.000 oudere respondenten– > 7.000 oudere vrijwilligers
Brussel Wallonië Nederland: 5 gemeenten Italië: 1 gemeente
7. In de praktijk Onderzoeksfase
– De enquêteur gaat op eigen tempo de vragenlijsten verspreiden en terug ophalen– Via vastgelegde methodiek
– De enquêteur biedt eventueel hulp bij het invullen van de vragenlijsten
– Na een maand evaluatiefase– Hoe verloopt het onderzoek– Problemen (onderzoek/enquêteur)– Vervangadressen
8. Wat na de BAS? Resultaten
– Evidence based policy– Benchmarking: Resultaten kunnen gesitueerd
worden t.o.v. Regionale en Vlaamse cijfers– Cijfers per gemeente worden bediscussieerd in
een aantal werkgroepen.– Professionals– Beleidsmakers– Ouderen
– Ontwikkelen van lokale actieplannen (ouderenbeleidsplannen, lokaal sociaal beleidsplan)
8. Wat na de BAS?– Betrekken van ouderen in onderzoek,
beleidsplanning, gemeenschapsvorming– Realiseren van social change in de
lokaliteit– Ouderen betrekken van A tot Z:
empowerment– Proces model van rekruteren, engageren,
motiveren van oudere vrijwilligers– Continue samenwerking tussen de
verschillende partners
8. Wat na de BAS? Gigantische dataset: mogelijkheid tot verscheidene
analyses– Voor thesissen– Voor doctoraten– Voor wetenschappelijke publicaties
– e.g. “Social Capital and Feelings of Unsafety in Later Life: A Study on the Influence of Social Ties, Place Attachment and Civic Participation on Perceived Safety in Belgium”
– e.g. “Social participation among older adults living in mediumsized cities in Belgium: the role of neighbourhood perceptions”
– Op zoek naar thematische samenwerkingen
8. Wat na de BAS? Trendonderzoek
– Brugge, Gent, Genk, …– Na 5 à 6 jaar een follow-up onderzoek– Wat is er veranderd? Evolutie in kaart brengen?
Aanvullend kwalitatief onderzoek– Baserend op kwantitatieve cijfers
– Purposeful selection– Selectie gemeenten– Vb: 2 gemeenten met de hoogste OG en 2 gemeenten met de laagste
– Extra aanvullend diepte-onderzoek naar context
Schaakmat of aan zet
Ouderenmonitor:
Actuele leefsituatie
Visie op ouderen
Ouderen schaakmat?– Ouderen als inactief– Op hun persoonlijke rust gesteld– Enkel gericht op hun familie– Geen interesse in politiek en beleid– Ouderen als passieve burgers– Consumenten
Visie op ouderen
Ouderen aan zet?– Actieve participatie van senioren bij
onderzoek en beleidsontwikkeling– Verhogen van kennis en betrokkenheid van senioren en beleidsvoerders– Lokaal ouderenbeleid planmatig organiseren
Discussie: hoe? - Beeldvorming - Actieve versus passieve participatie - lokaal inzetten - concreet en thematisch werken - niet te hoog inzetten - projectwerking
Discussie: hoe?
Seniorenraden: - advies en aansturing acties, geen socio- culturele activiteiten - gericht op actieve participatie - alle actoren betrekken - van praten naar doen - lokale netwerken versterken
Discussie: hoe?
Beleidsvoerders -samenleving: Volwaardige burgers - ouderen als partners zien - bereid zijn samen te werken - bereid zijn ouderen in te zetten