ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023...ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023 0 ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023...
Transcript of ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023...ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023 0 ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023...
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
0
ONDERSTEUNINGSPLAN
2019-2023
(vastgesteld 17 december 2018)
Postadres: Karel Doormanlaan 64,
Email: [email protected]
Website: www.swvno-overijssel.nl
Bestuursnr.: 41885
KvK: 5072364
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
1
Indeling Ondersteuningsplan:
1. Voorwoord blz. 2
2. Inleiding blz. 3
3. Samenvatting blz. 4
4. Hoe is het Ondersteuningsplan tot stand gekomen blz. 6
5. Indeling en Uitgangspunten Ondersteuningsplan blz. 7
6. Organisatie blz. 8
7. Missie en visie blz. 9
8. Toewijzing VSO, PrO, Rebound blz. 10
9. Ambitie en Doelen 2019-2023 blz. 11
10. Kwaliteitsbeleid blz. 21
11. Financiën blz. 23
Bijlagen
1. Op Overeenstemmingsgericht Overleg (OOGO)
2. Samenstelling Algemeen- en Dagelijks Bestuur per januari 2019
3. Statuten St. Regionaal SWV vo NO Overijssel
4. Handleiding Commissie van Advisering en Toewijzing 2018/2019
5. Eindrapport Visitatie
6. Verantwoordingsformat
7. Informatieverwerking en Privacy beleid (IBP)
-versie DB 12/12/2018 √
-versie AB 17/12/2018 √
-versie OPR 15/01/2019 √
-versie OOGO √
-versie inspectie √
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
2
1. Voorwoord
Voor u ligt het Ondersteuningsplan passend onderwijs voor de periode augustus 2019 tot augustus 2023 van het samenwerkingsverband passend onderwijs 23.07 Noord-Oost Overijssel.
Het samenwerkingsverband (SWV) stelt zich, conform artikel 17a, WVO, ten doel een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen binnen en tussen de scholen te realiseren en wel zodanig dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en leerlingen die extra ondersteuning behoeven een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen.
Uitgangspunt voor het opstellen van het Ondersteuningsplan, was het Ondersteuningsplan 2014 t/m 2018. In november 2017 heeft de directeur van het SWV de eerste voorbereidende gesprekken gevoerd met een extern deskundige over de inhoud van het nieuwe ondersteuningsplan (OP). Van januari t/m maart 2018 zijn hierover gesprekken gevoerd met functionarissen vanuit de scholen en andere betrokkenen. In deze periode is de (nieuwe) informatie en de procesgang voortdurend besproken met de ondersteuningsplanraad (OPR). In april 2018 is er een themabijeenkomst georganiseerd met de zorgcoördinatoren van het VO en is informatie gedeeld met het SWV po. Vanwege de keuze om de zorgvuldig gevolgde procedure te blijven volgen bij het opstellen van het OP in combinatie met agenda technische problemen om met de gemeenten Hardenberg en Ommen OOGO te kunnen voeren is in het algemeen bestuur besloten een verlengingsaanvraag van het oude ondersteuningsplan bij de inspectie in te dienen. In juni 2018 heeft de OPR instemming verleent voor de verlengingsaanvraag van het OP 2014-2018. Hierna is het verzoek tot verlenging OP 2014-2018 voor 1 jaar ingediend bij inspectie en gehonoreerd. In december 2018 heeft het DB het OP vastgesteld, waarna het AB op 17 december het ondersteuningsplan heeft goedgekeurd. Op 15 januari 2019 heeft de OPR ingestemd met het ondersteuningsplan. Het OOGO met de gemeenten Hardenberg en Ommen heeft op 25 maart 2019 plaats gevonden. Jan Winters MEM Voorzitter algemeen bestuur.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
3
2. Inleiding
De scholen in het SWV vo NO Overijssel werken vanuit de visie dat passend onderwijs zoveel als
mogelijk in de nabijheid van de leerlingen georganiseerd moet worden.
Passend onderwijs wordt in de eerste plaats geboden op school, door de docenten. Het onderwijs is ‘de
brug over het ravijn van het nu’. Op weg naar een mooie gediplomeerde of anderszins passende
toekomst. De brug is wankel, maar ook sterk. En met goede ondersteuning kunnen de meeste kinderen
via de brug de overkant halen. Niet iedereen kan over de brug. Sommigen leerlingen vallen er af of
dreigen er af te vallen. Ze hebben andere of meer ondersteuning nodig, die op de brug (nog) niet wordt
geboden. Hoe kunnen we (het onderwijs op) de brug versterken?
Goed onderwijs gaat over omgaan met verschillen, over kinderen activeren tijdens het leerproces en het
organiseren van de ondersteuning. Daarbij komt veel op docenten af. Als scholen en docenten de wens
tot passend onderwijs (de leerlingen een diploma bezorgen of voorbereiden op een plaats in de
maatschappij / aan de overkant van de brug brengen) als uitgangpunt hebben, kan dat lukken.
Docenten nemen binnen de scholen van het SWV daarvoor hun verantwoordelijkheid en ze staan er niet
alleen voor. Er is ondersteuning van verschillende kanten. Van de zorgcoördinator of de orthopedagoog.
Van andere ondersteuners. Niet omdat dat moet, maar omdat de docent dat zelf wil; passend onderwijs
voor de leerling willen realiseren. Via een sterke brug.
Onderwijs kan verbeteren door de docenten toe te rusten. Door ze hun eigen verantwoordelijkheid te
laten ervaren. Door ze middelen in handen te geven om hun verantwoordelijkheid waar te maken. Het
realiseren van passend onderwijs lukt als er de wens is om iedereen welkom te heten in de school en
docenten en leidinggevenden daarvoor de verantwoordelijkheid nemen en zo het vertrouwen van
leerling, school en maatschappij afdwingen. Maar zelfs dan halen niet alle leerlingen het einde van de
brug.
Gelukkig hangt er onder de brug een vangnet. Niemand verdwijnt in de diepte. Het vangnet is er voor
iedereen die niet via de brug aan de overkant kan komen. Via het vangnet kun je alsnog naar de
overkant klauteren. Het vangnet bestaat uit verschillende onderwijs en jeugdhulpverlenings-
voorzieningen. Het vangnet is samengesteld uit onderwijs dat bij de individuele leerling past, dat
aansluit bij onderwijsbehoeftes.
Hoe meer kinderen over de brug kunnen hoe beter het is. De scholen en het SWV hebben de
gezamenlijke verantwoordelijkheid om de leerlingen over de brug te helpen.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
4
3. Samenvatting
Ambitie:
Voor alle leerlingen in het Voortgezet Onderwijs in de regio NO Overijssel een passende onderwijsplaats
realiseren met als het nodig is passende ondersteuning vanuit het onderwijs en/of de
jeugdhulpverlening .
Een maximale kans op maximale ontwikkeling!
DOELEN:
I. Realiseren van passende onderwijsplaatsen voor leerlingen in de regio met daarbij zoveel als
mogelijk in het regulier voortgezet onderwijs een diplomagericht onderwijsaanbod of
voorbereiding op een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt
II. Herdefiniëring van de samenwerking tussen onderwijs en gemeenten en in samenhang een visie
en uitvoeringsprogramma ontwikkelen en tot uitvoering brengen
III. Stimuleren van de ontwikkeling van extra ondersteuningsmogelijkheden voor leerlingen die
zoveel als mogelijk aansluit bij de verschillende ambities van scholen in Passend Onderwijs
Om deze doelen te bereiken ontwikkelt het SWV verschillende activiteiten om daarmee de aangesloten
scholen te ondersteunen of te faciliteren. Bij de beschrijving van de programma’s wordt er van
uitgegaan dat de kwaliteit van de basisondersteuning van de scholen op orde is. Het is aan de
deelnemende scholen van het SWV om deze voortdurend te meten en verder te ontwikkelen. De
inspectie houdt toezicht op de kwaliteit van deze basisondersteuning. De verantwoordelijkheid voor
deelname en uitvoering van de programma’s binnen de scholen of het participeren in het delen van
kennis en ervaring ligt bij de scholen. De activiteiten van het SWV voor de komende periode worden
onderverdeeld in een zevental programma’s.
De beschreven programma’s staan niet los van elkaar maar hebben in de uitvoering raakvlakken. Goede
coördinatie en afstemming bij de uitvoering (regie) vanuit het SWV is noodzakelijk (zie voor de
uitwerking van de programma’s hoofdstuk 7: Ambitie en Doelen 2019-2023).
PROGRAMMA 1: Versterken van de positie van de docent in Passend Onderwijs ➢ Het faciliteren van de scholen in het structureel ontwikkelen van kennis en vaardigheden
bij schoolteams en individuele docenten in het omgaan met verschillen waardoor docenten beter in staat zijn op maat onderwijs- en ondersteuningstrajecten aan leerlingen te bieden
➢ Scholen ondersteunen bij de verdere inrichting van een onderwijs- en ondersteuningsomgeving waarin de (competente) docenten in staat zijn leerlingen met hun specifieke onderwijs- en ondersteuningsvraag te kunnen begeleiden
➢ Het stimuleren van een attitude verandering en daardoor beïnvloeding van de mindset van docenten mbt de pedagogische- en didactische inhoud van het beroep van docent
➢ Optimaliseren van de doorverwijzingsprocedures van lichte naar zware ondersteunings-voorzieningen in het SWV waardoor docenten worden ontlast
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
5
PROGRAMMA 2: De onderwijsondersteunende structuur ➢ Stimuleren / faciliteren van de ontwikkeling van school ondersteuningsmogelijkheden
door nieuwe aansprekende en effectieve vormen van samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulpverlening (zie ook programma 6)
➢ Stimuleren van de verbetering in de interne- en externe communicatie; intern- in de driehoek docent, mentor, zorgcoördinator, extern- in de afstemming tussen het basisonderwijs en het vo enerzijds en vo en vervolgonderwijs anderzijds
PROGRAMMA 3: Vernieuwende onderwijsconcepten in relatie met passend onderwijs ➢ Ondersteunen van de scholen in het creëren van passende onderwijsplaatsen voor
leerlingen bij de invoering van vernieuwende onderwijsconcepten binnen scholen ➢ Stimuleren van een verbreding en verspreiding van aanwezige expertise binnen en tussen
de scholen ➢ Inrichting onderwijsarrangementen vmbo / pro in het SWV
PROGRAMMA 4: Onderwijsondersteuning in de HAVO/VWO afdelingen ➢ Het ondersteunen van scholen in het realiseren van een helpende houding en gedrag bij
docenten tov Passend Onderwijs (zie ook programma 1) ➢ Verbreding van de ondersteuningsmogelijkheden voor leerlingen van HAVO en VWO
stimuleren met o.a. als resultaat vermindering afstroom leerlingen naar een lager niveau; speciale aandacht voor leerlingen met een stoornis in het autistisch spectrum
➢ Het ondersteunen van scholen bij de ontwikkeling van maatwerk begeleidingstrajecten voor meer- en hoogbegaafde leerlingen
PROGRAMMA 5: De positie van de zware ondersteuning in de regio ➢ Overdracht van de voorziening van De Ambelt per 1 augustus 2019 naar een
schoolorganisatie in de regio en in het SWV ➢ Het uitwerken van een scenario vso/vo in een uitvoeringsprogramma waarbij recht gedaan
wordt aan de verscheidenheid van schoolambities in Passend Onderwijs ➢ Ontwikkelen van een breder vso aanbod (pro-h/v) in de regio waardoor meer passende en
thuisnabije onderwijsplaatsen voor leerlingen in de regio worden gerealiseerd ➢ Bevorderen van de overdracht van expertise vso naar het (regulier) vo ➢ Samenvoeging van het lichte ondersteuningsaanbod “Rebound” met het zware
ondersteuningsarrangement van De Ambelt in de regio
PROGRAMMA 6: Samenwerking onderwijs / jeugdhulpverlening ➢ Opstellen van een uitvoeringsprogramma in de samenwerking onderwijs / jeugdzorg met
aandacht voor: - Preventie - Integraliteit - Van ‘vindplaats’ naar ‘uitgebreide werkplaats’ en ‘partner’ - Overzicht in het domein van jeugdhulp (beperken aanbieders)
➢ Instellen van samenwerkingspilots ➢ Doorbreken van budgetten onderwijs en jeugdzorg
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
6
PROGRAMMA 7: Herstructurering van de middelen ➢ Concretisering van het besluit tot invoeren verdeelsystematiek middelen LWOO op basis
populatiebekostiging 70% basis en 30% kader (bovenbouw) met toepassing van de interne verevening
➢ Bezinning op bekostigingssystematiek verwijzing vso (TLV’s) in combinatie met verdeelsleutel LWOO (november 2019) wat zal leiden tot →
➢ Herstructurering van de middelen Passend Onderwijs
4. Hoe is het ondersteuningsplan tot stand gekomen
Het voorliggend Ondersteuningsplan is het resultaat van een zorgvuldig verlopen proces. Bij het
opstellen zijn verschillende interne- en externe partijen betrokken. Ter voorbereiding op de
ontwikkeling van het plan zijn in de periode november /december 2017 door de directeur met een
externe adviseur gesprekken gevoerd. In de periode januari t/m maart 2018 zijn gesprekken gevoerd
met de 10 scholen van het Samenwerkingsverband in de kernen Dedemsvaart (1), Ommen (1) en
Hardenberg (2). Bij deze gesprekken waren uitgenodigd de directeuren van de scholen, teamleiders
verantwoordelijk voor de ondersteuning, de zorgcoördinatoren en betrokken docenten. Daarnaast was
per gesprek een vertegenwoordiger aanwezig van de Samen Doen Teams (wijkteams) en van de
bestuursdienst Ommen-Hardenberg. De schoolgesprekken werden geleid door een externe voorzitter.
Een notulist heeft verslag opgesteld van de gesprekken.
Met de OPR is tijdens het proces van de ontwikkeling van het Ondersteuningsplan in overleggen
voortdurend informatie gedeeld en besproken. De OPR is op de hoogte gesteld over lopende en
toekomstige beleidszaken van invloed op de inhoud van het op te stellen Ondersteuningsplan.
In april 2018 is in een thema bijeenkomst ‘Passend Onderwijs en het Ondersteuningsplan’ met alle
zorgcoördinatoren van het SWV georganiseerd waarin gezamenlijk is gesproken over de gewenste
ontwikkelingen in de scholen van het SWV en de positie van de coördinatoren.
Met alle verzamelde informatie is de notitie “Schets ontwikkelingen SWV 2307” opgesteld. Op 18 mei
2018 is een centrale bijeenkomst georganiseerd met verschillende schoolvertegenwoordigers
(directeuren, zorgcoördinatoren, docenten), het Dagelijks Bestuur, het Algemeen Bestuur, de
Ondersteuningsplanraad, vertegenwoordigers van de Samen Doen Teams (wijkteams) en
vertegenwoordigers van de bestuursdienst Ommen-Hardenberg. Onder meer aan de hand van de
resultaten van de schoolgesprekken, visitatietraject en informatie mbt de samenwerking onderwijs /
jeugdzorg is vervolgens gezamenlijk nagedacht over de gewenste toekomstige koers (doelen) van het
SWV, en daarbij over de noodzakelijke activiteiten. Op 15 oktober 2018 heeft een centrale sessie
plaatsgevonden mbt het dossier ‘overdracht Ambelt’. Uitkomsten van deze bespreking zijn tevens
relevant voor de activiteiten in het SWV voor de komende periode.
Op 12 december 2018 heeft het Dagelijks Bestuur het Ondersteuningsplan 2019-2023 besproken. Het
Algemeen Bestuur heeft in haar vergadering van 17 december 2018 het Ondersteuningsplan behandeld.
De OndersteuningsplanRaad heeft op 15 januari 2019 haar instemming verleend. Op 25 maart 2019
heeft OOGO plaatsgevonden met de bestuursdienst Ommen-Hardenberg.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
7
5. Indeling en Uitgangspunten ondersteuningsplan
Indeling Ondersteuningsplan
De activiteiten voortkomend uit het algemeen doel en de afgeleide doelen zijn omschreven in 7
verschillende programma’s.
In hoofdstuk 8 worden de “Doelen en ambities” van het SWV per programma verduidelijkt. De
programma’s met daarin verwoord de verschillende activiteiten hebben een directe link met de
schoolplannen. De jaarlijkse verantwoording van de aangesloten scholen naar het SWV zal daarop
gebaseerd zijn waardoor het SWV een beeld krijgt over de inzet van de middelen en de inhoudelijke
ontwikkeling van de ondersteuningsmogelijkheden op de scholen. Met deze informatie kan het SWV
zich verantwoorden.
In dit ondersteuningsplan wordt omschreven waar dit SWV in de ontwikkeling staat en waar we naar toe
willen in de komende periode. Ieder schooljaar zal na evaluaties op verschillende terreinen en gevoed
door onder meer visitaties een jaaractiviteitenplan worden opgesteld gericht op de omschreven
programma’s.
Uitgangspunten ondersteuningsplan
In 2014 is het eerste Ondersteuningsplan Passend Onderwijs vastgesteld. Het SWV en de aangesloten
scholen ontwikkelen zich voortdurend. Scholen hebben zich in de afgelopen vier jaar ontwikkeld in het
bieden van passende onderwijsplaatsen voor leerlingen woonachtig in de regio. Het SWV is er voor de
aangesloten scholen en zal bij de ontwikkeling van de scholen aansluiten. De activiteiten zullen
veranderen maar de uitgangspunten van het SWV blijven overeind:
1. Voor iedere leerling die woonachtig is in de regio Noord Oost Overijssel (gem. Hardenberg en
Ommen) een passende onderwijsplaats bieden waardoor thuisnabije (op basis van afstand en/of
identiteit) oplossingen worden gerealiseerd.
2. Alle scholen voor VO bieden een brede basisondersteuning met goede extra ondersteuning
verwoord in de Schoolondersteuningsprofielen.
3. Op schoolniveau wordt de zorgplicht vormgegeven, waarbij een leerling die binnenkomt met een
beschreven ontwikkelingsperspectief de ondersteuning krijgt die nodig is.
4. Een commissie van advisering en toewijzing (CAT) beoordeelt de toelating van bao, sbo en so naar
het vso en van vso naar vo en geeft zo nodig een toelaatbaarheidsverklaring af.
5. De arrangementen worden zoveel mogelijk gerealiseerd door specialismen op de scholen. Daardoor
worden thuisnabije (op basis van afstand en/of identiteit) oplossingen gerealiseerd.
6. Ondersteuningsarrangementen voor docenten kunnen bij de onderlinge partners van het SWV
worden ingekocht. Dit is een verantwoordelijkheid van regulier en speciaal onderwijs samen,
kunnen per vo school verschillen en worden op maat aangeboden.
7. Bij aanzuigende werking naar een school met bepaald specialisme worden consequenties zoals
scheefgroei, door bestuur SWV via oplossingsgericht overleg, besproken. Dit kan betekenen dat er
extra middelen worden toegekend, maar dat hoeft niet.
8. Het SWV houdt zicht op de ontwikkeling van de scholen door het resultaat van de aangedragen
jaarlijkse schoolverantwoording.
9. Passend Onderwijs voor alle leerlingen kan niet zonder de ketenpartners. De scholen in het SWV
2307 werken nauw samen met de Samen Doen Teams. Deze samenwerking is essentieel.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
8
6. Organisatie
Stichting Regionaal Samenwerkingsverband vo NO Overijssel (2307)
De Stichting SWV vo NO Overijssel is in 2014 vormgegeven. Binnen het SWV zijn alle vo en vso
schoolbesturen in de gemeenten Hardenberg en Ommen aangesloten (zie bijlage voor overzicht
scholen). Het betreft de schoolbesturen van het Vechtdal College, Greijdanus College, De Nieuwe Veste,
Openbaar Onderwijs Zwolle, de Ambelt, Aquila en PrO Hardenberg; 10 schoollocaties voor voortgezet
en voortgezet speciaal onderwijs.
De belangrijkste opdracht van het SWV is passende onderwijsplaatsen voor alle leerlingen ingeschreven
op één van de scholen in de regio vorm te geven. Het SWV hanteert bij de verdeling van de financiële
middelen over de schoolbesturen het schoolmodel. Dat wil zeggen dat de middelen beschikbaar gesteld
door het ministerie aan het SWV na aftrek van de overheadkosten en kosten Rebound zoveel als
mogelijk direct overgemaakt worden aan de scholen om zo de scholen in staat te stellen aan de
zorgplicht voor de ingeschreven leerlingen inhoud te geven. Het SWV is van mening dat de scholen in
staat moeten worden gesteld Passend Onderwijs uit te voeren.
De Stichting SWV vo NO Overijssel is verantwoordelijk voor een centrale Rebound voorziening in
Hardenberg, (mede) voor de Reboundvoorziening in Ommen en een Expertisecentrum. 3 Docenten, 2
onderwijsassistenten, 1 psycho diagnostisch werker, 2 administratief medewerkers, 6 orthopedagogen
en een directeur hebben in totaal een (deeltijd) aanstelling bij het SWV van + 11,0 fte. In het
functiebouwwerk van de organisatie heeft de directeur van het SWV de eindverantwoordelijkheid. Voor
het arrangement Rebound en het Expertisecentrum zijn coördinatoren aangesteld.
Zowel de Rebound voorziening als het expertisecentrum leveren hoogwaardige en goed aansluitende
ondersteuning.
Bestuur en medezeggenschap
Interne bestuurlijke structuur en besluitvormingsprocedures
Scheiding bestuur en toezicht
Het SWV valt onder dezelfde regels als zelfstandige schoolbesturen als het gaat om de interne scheiding van bestuur en toezicht. De scheiding tussen bestuur en toezicht wordt gerealiseerd door de gekozen DB en AB constructie. DB leden hebben geen zitting in het AB en daarin evenmin stemrecht. Het schoolbestuur dat een DB lid afvaardigt, vaardigt tevens een AB lid af dat het stemrecht in het AB uitoefent. Het AB heeft een andere voorzitter dan het DB. Naar de mening van zowel het Dagelijks- als het Algemeen Bestuur voldoet de constructie voor het SWV vo NO Overijssel (Governance); deze is passend. De bestuurders zullen de landelijke ontwikkelingen en toekomstige wet- en regelgeving in deze volgen en mogelijke consequenties voor het toezicht op het SWV bespreken en tot nadere besluitvorming komen. De Besluitvorming
De Besluitvorming is geregeld in de Statuten van de Stichting.
Uitgangspunt voor de besluitvorming is het realiseren van een breed draagvlak voor besluiten van het SWV, waarbij aan de belangen van alle partijen zoveel mogelijk recht wordt gedaan.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
9
Medezeggenschap
De medezeggenschap binnen de stichting is geregeld in de MR van het SWV (zie statuten) en de
Ondersteuningsplanraad (OPR). De MR komt op afroep bij elkaar. De OPR bestaat uit
vertegenwoordigers van ouders en personeel van de aangesloten scholen. De OPR komt zes wekelijks bij
elkaar. Zij vergadert in aanwezigheid van de directeur van het SWV (toehoorder). Tweemaal per jaar is
er een vertegenwoordiger vanuit het Dagelijks Bestuur aanwezig (bij de behandeling van begroting en
jaarrekening).
7. Missie, visie
Het samenwerkingsverband stelt zich ten doel een samenhangend geheel van ondersteuningsvoorzieningen binnen en tussen de scholen te realiseren en wel zodanig dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doormaken en leerlingen die extra ondersteuning behoeven een zo passend mogelijke plaats in het onderwijs krijgen. Het bestuur van het SWV heeft de volgende missie en visie binnen Passend Onderwijs: Missie Binnen het SWV VO N.O. Overijssel bieden de scholen alle leerlingen van het SWV zo thuisnabij (op basis van afstand of identiteit) en zo optimaal en passend mogelijk onderwijs en ondersteuning. Het SWV is gezamenlijk verantwoordelijk voor een dekkend onderwijsaanbod in de regio. Visie op:
∙ Kerntaken
Het Samenwerkingsverband VO N.O. Overijssel heeft de wettelijke en maatschappelijke taak/plicht om er voor te zorgen dat elke leerling binnen het SWV een passende onderwijsplek heeft of krijgt. Dit vraagt van alle betrokkenen een onderlinge samenwerking die gebaseerd is op: Solidariteit, vertrouwen en gedeelde verantwoordelijkheid.
De scholen zorgen ervoor dat er doelmatig wordt omgegaan met de inzet van middelen, ingespeeld wordt op veranderingen en vernieuwingen en dat zij transparant zijn voor en open zijn naar alle betrokkenen wat betreft financiën, onderwijsaanbod en expertise.
∙ Verantwoordelijkheden van de scholen binnen ons SWV
Onderwijs De scholen in het Samenwerkingsverband NO-Overijssel 2307 baseren het dagelijks handelen op goed onderwijs, dat kwantitatief en kwalitatief zo optimaal mogelijk is vorm gegeven. Daarom geven de scholen onderwijs op maat door rekening te houden met het unieke van de leerling, de diversiteit aan leerlingenaanbod en de mogelijkheden en competenties van de leerling. De docenten bepalen op basis van hun competenties, daar waar mogelijk, zo veel mogelijk in samenspraak met de leerlingen, de inhoud van het onderwijs. De basis van het onderwijs op de scholen wordt bepaald door de kerndoelen van de basisvorming en wat wettelijk vereist is m.b.t. de diverse schoolprogramma’s.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
10
Ondersteuning Het ondersteuningsbeleid en de ondersteuningsstructuur binnen de scholen is effectief en efficiënt ingericht. Daardoor kunnen ontwikkelingsvragen snel worden gesignaleerd, waardoor er adequaat en handelingsgericht wordt opgetreden. Op alle scholen wordt basiszorg geboden dat voldoet aan de door het bestuur van het SWV vastgestelde criteria. Van de geboden extra zorg op de scholen en vormen van expertise kunnen alle leerlingen uit ons SWV doelmatig gebruik maken, zodat een dekkend ondersteuningsaanbod geboden wordt. Oudercontacten Binnen het SWV wordt op de scholen structureel gesproken met de ouders over de ontwikkeling van hun kind en over de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het welbevinden van alle betrokkenen binnen de schoolorganisaties. Dit overleg is, waar nodig, geformaliseerd in wettelijk verplichte organen.
8. Toewijzing VSO, PrO, Rebound
Wettelijke taak van het SWV in de toelaatbaarheid tot het voortgezet speciaal onderwijs en het
praktijkonderwijs en de aanwijzing voor Rebound
De wettelijke taak van het SWV namelijk het toekennen van toelaatbaarheidsverklaringen (TLV’s) voor het VSO en het PrO is belegd bij de Commissie van Advisering en Toewijzing (CAT). Daarnaast heeft de CAT een aantal andere taken.
1. Het afgeven van toelaatbaarheidsverklaringen voor VSO, en Praktijkonderwijs en Aanwijzingen
voor het arrangement Rebound
2. Het adviseren van scholen voor vso en vo bij de plaatsing van leerlingen van vso naar (regulier)
vo
3. Het gevraagd adviseren van de aangesloten scholen bij aanmeldingen en toelating van
leerlingen met een complexe ondersteuningsvraag
4. Monitoringsfunctie:
a. Centrale monitoring van de begeleiding van leerlingen met een extra ondersteuningsvraag
binnen het regulier vo;
b. Monitoring individuele toelaatbaarheidsverklaringen binnen het vso.
Opdracht Commissie van Advisering en Toewijzing: A. Stelt jaarlijks criteria op waarmee beoordeeld wordt of een leerling toegelaten kan worden tot
een van de vso scholen in of buiten het SWV.
B. Stelt jaarlijks een werkprocedure op aan de hand waarvan de commissie zijn werkzaamheden
kan uitvoeren.
C. Stelt jaarlijks criteria op aan de hand waarvan beoordeeld kan worden wanneer een leerling
vanuit het vso kan instromen in het (regulier) vo.
D. Stelt jaarlijks criteria op aan de hand waarvan beoordeeld kan worden wanneer een leerling
vanuit het vo toelaatbaar is tot het arrangement Rebound.
E. Hanteert landelijke vastgestelde criteria bij de beoordeling of voor leerlingen een
toelaatbaarheidsverklaring kan worden afgegeven voor het PrO
F. Stelt jaarlijks een werkprocedure op aan de hand waarvan de monitorfunctie kan worden
uitgevoerd.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
11
In het kader van de AVG wet werkt de CAT per januari 2018 met het beveiligde systeem ‘Kindkans’. Dit systeem biedt mogelijkheden voor andere beveiligde toepassingen in de scholen en in het SWV. In de komende periode wordt onderzocht welke effectief kunnen worden ingezet. Zie bijlage ‘Handleiding Commissie van Advisering en Toewijzing 2018/2019)’
9. Ambitie en Doelen 2019-2023
Ambitie:
Voor alle leerlingen in het Voortgezet Onderwijs in de regio NO Overijssel een passende onderwijsplaats
realiseren met als het nodig is passende ondersteuning vanuit het onderwijs en/of de
jeugdhulpverlening.
Schoolmodel
Bij de voorbereidingen en de ontwikkeling van het SWV is (en wordt) gesteld dat de schoolbesturen
zorgplichtig zijn en in staat moeten zijn deze taak zoveel als mogelijk uit te kunnen voeren. Het
gehanteerde schoolmodel betekent dat na aftrek van de kosten voor de plaatsing van de leerlingen op
de verschillende vso scholen, de kosten voor de beide reboundvoorzieningen en de organisatie van het
samenwerkingsverband het grootste gedeelte van het ondersteuningsbudget verdeeld wordt over de
scholen. Vanaf januari 2018 maakt het SWV gebruik van opting out voor LWOO. De verdeling van deze
“oude” LWOO gelden wordt op basis van populatiebekostiging in de verhouding 70% basis en 30% kader
(bovenbouw) verdeeld over de scholen.
Algemene Doelen:
I Ontwikkelen van de kwaliteit van passende onderwijsplaatsen voor leerlingen in de regio met
daarbij zoveel als mogelijk in het regulier voortgezet onderwijs een diplomagericht
onderwijsaanbod of voorbereiding op een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt
II Herdefiniëring van de samenwerking tussen onderwijs en gemeenten en in samenhang een
visie en uitvoeringsprogramma ontwikkelen en tot uitvoering brengen
III Stimuleren van de ontwikkeling van extra ondersteuningsmogelijkheden voor leerlingen die
zoveel als mogelijk aansluit bij de verschillende ambities in Passend Onderwijs.
Ad. I: Subdoelstellingen;
Ontwikkelen van de kwaliteit van passende onderwijsplaatsen (programma 1);
Het Samenwerkingsverband heeft een ondersteuningsaanbod beschikbaar voor scholen gericht op:
a. De positie van de docent in het onderwijsproces;
• Het ondersteunen van de scholen in het (verder) opstellen van beleid mbt het structureel
ontwikkelen van vaardigheden bij schoolteams en individuele docenten in het omgaan met
verschillen waardoor docenten beter in staat zijn op maat onderwijs- en begeleidingstrajecten
voor leerlingen aan te bieden.
• Het ondersteunen van scholen bij de verdere inrichting van een onderwijs- en
ondersteuningsomgeving waarin de competente docenten in staat zijn leerlingen met hun
specifieke onderwijs- en ondersteuningsvraag te kunnen begeleiden.
•
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
12
b. De onderwijsondersteunende structuur in het vo (programma 2);
• Stimuleren van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg waardoor nieuwe en
aansprekende vormen van samenwerking ontstaan (zie ook ad 2) relevant in de begeleiding van
leerlingen.
• Kwaliteitsontwikkeling in zowel de interne als externe communicatie: Intern: in de afstemming binnen de driehoek docent, mentor, zorgcoördinator/IB’er.
Extern: in de afstemming tussen het basisonderwijs en het voortgezet onderwijs en tussen het
voortgezet onderwijs en het vervolgonderwijs voor wat betreft de (warme) overdracht van
leerlingen met een extra ondersteuningsbehoefte. Voor de kwaliteitsontwikkeling van de
interne- en externe communicatie is verbetering van de afstemming met de ouders/verzorgers
aandachtspunt.
c. Vernieuwende onderwijsconcepten in relatie met passend onderwijs (programma 3);
• Ondersteunen van- en afstemmen met scholen mbt het invoeren van vernieuwende onderwijsconcepten in relatie met passende onderwijsplaatsen voor leerlingen
• Optimaliseren doorverwijzingsprocedures van lichte naar zware ondersteunings- voorzieningen.
• Inrichten van (maatwerk) arrangementen tussen het vmbo en het pro.
d. Onderwijsondersteuning in de HAVO/VWO afdelingen (programma 4);
• Scholen ondersteunen in het verminderen van de afstroom van HAVO/VWO leerlingen
• Ontwikkelen van maatwerk begeleidingstrajecten voor H/V leerlingen..
Het Samenwerkingsverband maakt een uitwerking voor:
• De positie van de zware ondersteuning in de regio (programma 5);
• Uitwerken van een scenario vo/vso in relatie met toekomstige positie vso De Ambelt Hardenberg waarbij recht gedaan wordt aan de verscheidenheid aan schoolvisies Passend Onderwijs inhoudelijk en in financiële gevolgen
• Het overdragen van de voorziening van De Ambelt naar de regio van het SWV waarbij aansluiting wordt gezocht bij een van de schoolorganisaties onder verantwoordelijkheid van het SWV.
• Ontwikkelen van een breder vso aanbod (pro-h/v) in de regio waardoor er meer passende onderwijsplaatsen voor leerlingen in de regio worden gecreëerd, zodanig dat maximaal 25% van de VSO leerlingen buiten de regio onderwijs ontvangt.
• Het bevorderen van de overdacht van expertise vso naar het vo.
• Het samenvoegen van het lichte Reboundarrangement en het zware ondersteunings-arrangement in de regio.
Ad II: Subdoelstellingen (programma 6);
Het bevorderen van samenwerkingsvormen tussen onderwijs en jeugdhulpverlening waardoor;
a. leerlingen adequater worden geholpen en daardoor beter / langer in staat zijn het
onderwijsleerproces te volgen.
b. docenten minder afstemmingstress ervaren en zij daardoor beter in staat zijn zich te
concentreren op de taken die zij in de school hebben.
c. integraal naar kinderen wordt gekeken met het oog op hun opvoeding en voorbereiding tot het
functioneren als volwaardig deelnemer van de maatschappij.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
13
d. preventiever kan worden geïntervenieerd waardoor ondersteuningsbehoefte zich niet verder
ontwikkelt en meer voorkomen wordt dat curatieve ondersteuning moet worden ingezet.
De concretisering van de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulpverlening komt tot uiting door de
inrichting van gezamenlijke pilots en een nieuwe praktijk.
Ad III; Subdoelstellingen (programma 7);
Stimuleren van de ontwikkeling van extra ondersteuningsmogelijkheden voor leerlingen binnen alle
aangesloten scholen door:
a. het hanteren van een bekostigingssystematiek v(s)o die zoveel als mogelijk aansluit bij de
verschillende vo ambities in Passend Onderwijs
b. het hanteren van een bekostigingssystematiek LWOO (in opting out) die zoveel als mogelijk
aansluit bij de verschillende vo ambities in Passend Onderwijs
Speerpunten 2019-2023:
Het creëren van een aanbod op het:
• Versterken van de positie van de docent in Passend Onderwijs
• Het versterken van de onderwijsondersteunende structuur in de scholen
• Het verbreden van het aanbod van de school met het oog op het welbevinden van jongeren en
het verminderen van handelingsverlegenheid van ouders
• Stimuleren van het creëren van passende onderwijsplaatsen voor leerlingen binnen
vernieuwende onderwijsconcepten van de scholen
• Verbetering van de ondersteuningsmogelijkheden van HAVO en VWO afdelingen
Het realiseren van:
• Een herdefiniëring van de positie zware ondersteuning in de regio
• Het verbeteren van de samenwerking tussen onderwijs / jeugdhulpverlening
• Een herstructurering van de middelen Passend Onderwijs.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
14
Programma 1: Versterken van de positie van de docent in Passend Onderwijs
Passend Onderwijs valt of staat bij de aan- of afwezige kennis en vaardigheden van de docent in de
omgang met jongeren. Het SWV creëert een aanbod voor scholen waarmee zij desgewenst ondersteund
worden in het realiseren van structurele aandacht voor het ontwikkelen van kennis en vaardigheden bij
schoolteams en bij individuele docenten in het omgaan met verschillen. Daardoor zijn docenten beter in
staat op maat onderwijs-en ondersteuningstrajecten aan leerlingen te bieden. (Individuele) Coaching is
onderdeel van het aanbod, waardoor de opgedane kennis en vaardigheden beklijft. Door coaching van
individuele docenten wordt de ‘draagkracht’ van het gehele team (en van de gehele brug) versterkt.
In leernetwerken van docenten zal aan het principe ‘leren van elkaar’ uitvoering worden gegeven door
met name met elkaar in gesprek te gaan. Aandacht tijdens deze gesprekken voor:
- Delen van goede ervaringen in scholen
- Gerichtheid op werken in teams (ipv secties)
- Oplossingsgericht denken- en werken
- Het belang van de pedagogische component in het omgaan met leerlingen
- Regie en eigenaarschap bij de docent
- Vergroten van het zelfvertrouwen bij de docent
- Autonomie als uitgangspunt
- Didactische repertoire vergroten
In het SWV wordt het principe ‘leren van elkaar’ gehanteerd. In het SWV zal in de leernetwerken ruimte
zijn om ervaring en expertise met Passend Onderwijs in leerprocessen te delen. Het bestaande netwerk
van zorgcoördinatoren wordt gecontinueerd.
Scholen kunnen bijdragen aan de effectiviteit van de inzet van de docent op veel verschillende
manieren. Dit is een organisatorisch component in Passend Onderwijs waarbij de verantwoordelijk-heid
voor de uitvoering bij de aangesloten schoolbesturen ligt. Het Samenwerkingsverband zal
leernetwerkbijeenkomsten organiseren voor leidinggevenden om kennis en ervaringen te delen om
beter toegerust te zijn voor bovenstaande.
Docenten ervaren een zgn ‘afstemmingsstress’ in de diverse contacten met jeugdhulp-
verleningsinstanties. Door de inzet van de verschillende instanties in de komende periode te beperken
zullen docenten naar verwachting minder worden belast (zie ook programma 6).
Binnen de scholen van het SWV worden nieuwe mogelijkheden verkend voor het bieden van extra
ondersteuning aan leerlingen. Onderwijs- en begeleiding bieden in de context van de vertrouwde
leefomgeving van de school verdient de voorkeur. Een adequaat ingericht leerlingvolgsysteem geeft
inzicht in de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte van leerlingen en in de interventies die worden
ingezet. Echter wanneer blijkt dat de inzet van de reguliere school te kort schiet bij de begeleiding en de
ontwikkeling van leerlingen zal gekeken worden naar ondersteuning vanuit (scholen van) het
Samenwerkingsverband (middelen, mensen). Als dit geen soelaas biedt kan (tijdelijk) verwezen worden
naar andere voorzieningen. Deze verwijzing zal zo flexibel mogelijk plaatsvinden waardoor leerlingen zo
snel en verantwoord als mogelijk de begeleiding ontvangen op een andere, specialistische, voorziening
(zie ook programma 5).
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
15
Programma 2: De onderwijsondersteunende structuur
Alle scholen binnen het SWV hebben hun eigen interne expertise voorziening ontwikkeld waar
leerlingen en docenten een beroep op kunnen doen. Deze interne expertise punten zijn erop gericht om
leerlingen en docenten verder op weg te helpen binnen het kader van het onderwijs. De ontwikkeling
gaat verder. Met name doet zich de vraag voor hoe deze expertise in de klas bij de docent te krijgen.
Expertise vanuit het vso wordt eveneens succesvol ingezet. O.a. door bovenstaande ontwikkelingen is
het deelnamepercentage vso verminderd tot 2,9% (oktober 2017).
In de komende periode zal er met de jeugdhulp in de gemeenten Hardenberg en Ommen het gesprek
worden aangegaan met als ambitie:
- Meer duidelijkheid te krijgen over ‘onderwijs moet onderwijs blijven’ of te wel: welke
ontwikkelingen moet en kan de school doormaken met het oog op passende hulp en
ondersteuning voor jongeren en hun ouders.
- Preventie; voorkomen van jeugdhulp maar mocht jeugdhulp nodig zijn hoe organiseren we
dit gezamenlijk dan zo vroeg mogelijk.
- Van ‘vindplaats’ naar ‘partner’ met perspectief van de leerling centraal; daarbij loskomen
van bestaande structuren.
- Bij de uitwerking te komen tot nieuwe organisatorische- en financieringsprincipes.
- Te komen tot een eenvoudiger en meer overzichtelijk domein van jeugdhulp.
In de doorgaande ondersteuningslijn is een goede interne en externe communicatie van groot belang.
Bij de interne communicatie is de belangrijke driehoek docent, mentor en zorgcoördinator te
onderscheiden. Wie is waar verantwoordelijk voor en hoe kan de communicatie binnen de scholen
worden verbeterd tussen deze functionarissen met het oog op een goede afstemming in de onderwijs-
en ondersteuningsvraag van de leerling. Daarbij is van wezenlijk belang de afstemming en de
overeenstemming met de ouders/verzorgers. In de komende periode zal het SWV deze interne
communicatie in de scholen stimuleren.
Scholen hebben over het algemeen goede contacten met de aanleverende basisscholen (eindrapport
visitatietraject 2017). In de doorgaande lijn is het zaak deze goede contacten met de basisscholen te
onderhouden. In het kader van de opting out implementatie LWOO is er in oktober 2017 een kleine
werkgroep bao/vo gevraagd voorbereidingen te treffen tbv een goede dossieroverdracht van bao naar
vo. Vo scholen (en de leerlingen/ouders) hebben baat bij een goede overdracht om de leerlingen vanaf
het begin een goed onderwijs- en ondersteuningsaanbod te bieden. Met alleen een goede overdracht
van gegevens eind groep 8 basisschool zijn we er niet. Vroegtijdige onderkenning van de
ondersteuningsbehoefte van leerlingen in het basisonderwijs en een intensievere en langdurige
samenwerking tussen het basis- en voortgezet onderwijs is noodzakelijk om de doorgaande leer- en
ondersteuningslijn te optimaliseren. De werkgroep bao/vo zal de komende periode haar
werkzaamheden continueren met als doel de kwaliteitsontwikkeling van deze doorgaande onderwijs- en
ondersteuningslijn te stimuleren.
Anders is het gesteld met de overdracht van VO naar het MBO. Sinds de invoering van Passend
Onderwijs stromen steeds meer leerlingen met een forse ondersteuningsvraag het MBO binnen. 60%
van de scholen in het SWV hebben geen beleid op het gebied van dossieroverdracht vo-mbo
(eindrapport visitatietraject 2017). Het SWV vo NO Overijssel participeert in het VSV SWV IJssel-Vecht. In
dit kader zijn er tijdens het cursusjaar 2017/2018 tussen de scholen van het SWV en het Alfa College,
vestiging Hardenberg, gesprekken en bijeenkomsten gestart met als doel te komen tot verbetering van
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
16
de aansluiting. Tijdens cursusjaar 2017/2018 zijn orthopedagogen van het expertisecentrum NO
Overijssel bij de (verlengde) intake van leerlingen op het Alfa College betrokken. Ook voor de komende
periode blijven de orthopedagogen van het SWV betrokken bij deze intake. Daarnaast worden er
komende periode initiatieven ontplooid om te komen tot beleidsvorming op de vo scholen in het kader
van een doorlopende leer- en ondersteuningslijn tussen het vo en met name de MBO vestiging van het
Alfa College (maar ook ander MBO).
Programma 3: Vernieuwende onderwijsconcepten in relatie met passend onderwijs
Scholen in het SWV zijn zich aan het heroriënteren en stellen zich de vraag: “Past ons onderwijsconcept
nog bij de wijze waarop de leerlingen informatie tot zich nemen en leren”? Het ontwerpen en tot
uitvoering brengen van nieuwe onderwijsconcepten biedt kansen voor het aanbieden van ‘op maat’
trajecten. Daarbij is het bevorderen van het pedagogisch klimaat essentieel voor leerlingen met extra
ondersteuningsbehoeftes. Bij de ontwikkeling en uitvoering van Passend Onderwijs aansluiting vinden
bij deze vernieuwende onderwijsconcepten is een uitdaging waarmee o.a. het pedagogisch klimaat in de
scholen kan worden bevorderd.
Bij de uitvoering van Passend Onderwijs wordt door de scholen van het SWV steeds meer over de grens
van de school gekeken. Transparantie in schoolontwikkelingen naar elkaar zorgt ervoor dat er geleerd
wordt van elkaar. Voorbeeld van dit leren van elkaar is de uitvoering van de visitaties in kalenderjaar
2017 in het kader van het kwaliteitsbeleid van het SWV. In de komende periode wil het SWV stimuleren
dat scholen naar elkaar toe transparant in good practise zijn met als doel ‘de gezamenlijke brug
versterken’.
Inmiddels wordt in een tweetal projecten praktisch ervaring gedeeld. De integratieklas is inmiddels een
vorm van regulier onderwijs waarin Boslust (vso) en het Vechtdal College locatie Dedemsvaart
samenwerken voor leerlingen met beperkte ontwikkelingsmogelijkheden. De leerlingen staan
ingeschreven op de vso school en volgen gedeeltelijk onderwijs en begeleiding op de vo-school.
Expertise wordt op deze wijze op maat aangeboden. Daarnaast volgen de bovenbouw leerlingen van de
locatie van de Ambelt Hardenberg praktijk lessen op de vestiging van het Vechtdal College. Deze
samenwerkingsvormen biedt leerlingen met een zware ondersteuningsvraag kansen. Tevens is er sprake
van delen van expertise (vso/vo). De genoemde integratieklas en de samenwerking tussen Ambelt en
het Vechtdal College worden in de komende periode gecontinueerd. Interessant in deze is de uitwerking
van het inclusief beleid dat Greijdanus Hardenberg beoogt; de school heeft als uitgangspunt 98% van de
leerlingen een onderwijstraject te bieden.
Bij de evaluatie van het Ondersteuningsplan 2014-2018 blijkt dat er een groep leerlingen vanuit het vo
laat (klas 3/4) verwezen wordt naar het PrO. In de periode mei t/m december 2018 is een werkgroep
belast met het onderzoek naar mogelijkheden van scenario’s tussen het pro en het overige voortgezet
onderwijs. Per 1 augustus 2019 worden maatwerktrajecten pro/vo aangeboden.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
17
Programma 4: Onderwijsondersteuning HAVO/VWO
Bij de start van Passend Onderwijs in het SWV vo NO Overijssel was de aandacht vooral gericht op de
onderwijs- en ondersteuningsbehoeftes van VMBO en PrO leerlingen. De verdeelsystematiek van de
middelen voor lichte ondersteuning bracht dit mede met zich mee. Er was minder aandacht voor de
ondersteuningsvragen van leerlingen en docenten op het HAVO/VWO. Dit is veranderd en binnen het
SWV wordt de ontwikkeling van de ondersteuning op de HAVO/VWO afdelingen gestimuleerd.
Nog te vaak stromen leerlingen binnen het HAVO/VWO onderwijs met ondersteuningsvragen af naar
een lager leerniveau. Het is de vraag of dit in alle gevallen de beste oplossing is. Te vaak wordt na
afstroom geen oplossing van de problematiek gesignaleerd; er wordt onvoldoende aangesloten bij de
onderwijs- en ondersteuningsbehoefte van de leerling en de motivatie van de leerling om te leren
neemt af. Door onderwijs- en ondersteuningsaanbod meer aan te laten sluiten bij de werkelijke vraag
van deze leerlingen wil het SWV scholen ondersteunen om deze afstroom te voorkomen. Daarvoor zal
het SWV met de scholen kengetallen verzamelen en gerichte acties uitzetten. De actie heeft een nauwe
relatie met programma 3; “Vernieuwende onderwijsconcepten in relatie met passend onderwijs”.
Het Samenwerkingsverband levert hierop een ondersteuningsaanbod dat desgewenst door scholen kan
worden ingezet. Dit aanbod heeft de volgende kenmerken:
Bij de ontwikkeling van Passend Onderwijs in het H/V deel van de school worden docenten nauwer
betrokken. De mindset van docenten m.b.t. passend onderwijs zal veranderen. De essentie is dat de
onderwijsbehoeften van de leerling daadwerkelijk door de docent centraal wordt gesteld ook door de
docent werkzaam op de H/V afdeling. De vraag die daarbij gesteld kan worden is hoe de docent dit
centraal zetten van de onderwijsbehoefte van de leerling ziet. En gelijktijdig de vraag wat dat voor het
vak dat de docent geeft zegt. Voor de mogelijke onderwerpen waar gezamenlijk het gesprek over
aangegaan kan worden wordt verwezen naar de beschrijving van programma 1.
Meer- en hoogbegaafdheid;
Een werkgroep in het SWV bestaande uit experts vo aangevuld met een orthopedagoog gespecialiseerd
in meer- en hoogbegaafdheid gaat onderzoeken in welke vorm meer- en hoogbegaafde leerlingen
binnen de scholen extra ondersteund kunnen worden. Daarbij wordt gedacht aan de ontwikkeling van
een gezamenlijk expertisepunt, dan wel een expertisegroep waarvan scholen gebruik kunnen maken bij
de vormgeving van passend onderwijs aan deze leerlingen. In het cursusjaar 2018/2019 wordt deze
onderzoeksvraag verder uitgewerkt. Vervolgens wordt tijdens de volgende cursusjaren van het
Ondersteuningsplan het resultaat van het onderzoek geconcretiseerd in acties opgenomen in de
jaaractiviteiten waarbij de scholen in hun initiatieven op dit gebied worden ondersteund.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
18
Programma 5: De positie van de zware ondersteuning in de regio
In 2016 heeft de Ambelt zijn Strategische Koers uiteen gezet in ‘Ambelt Kiest Koers’. In dit strategisch
plan geeft de Ambelt aan de (v)so vestigingen over te willen dragen naar de regio. Voor de locatie van
de Ambelt in Hardenberg is dit tot nu toe niet gelukt (december 2018). Het bestuur van het SWV is met
het Openbaar Onderwijs Zwolle waar de Ambelt op dit moment is ondergebracht de afgelopen periode
in overleg geweest om een en ander te concretiseren. Tijdens het cursusjaar 2018/2019 zal de
overdracht worden geëffectueerd.
In het cursusjaar 2017/2018 heeft het bestuur van het SWV een werkgroep de opdracht gegeven te
onderzoeken welke arrangementen mogelijk zijn tussen het voortgezet speciaal onderwijs en het
(regulier) voortgezet onderwijs, in het gehele spectrum van het vo, en gevraagd met aanbevelingen te
komen. Het Dagelijks Bestuur heeft de werkgroep “Inhoud” gevraagd met een concrete uitwerking te
komen van mogelijke scenario’s. In maart 2018 heeft de werkgroep de uitwerking van de opdracht
gepresenteerd. De keuze voor de uitwerking van een mogelijke scenario staat in directe relatie met de
toekomstige positie van de locatie van de Ambelt in Hardenberg. De uitwerking van één van de
scenario’s zal worden opgepakt nadat de locatie van de Ambelt Hardenberg daadwerkelijk is
ondergebracht bij één van de schoolorganisaties van het SWV. Het uitvoeringsprogramma van het
gekozen scenario vso/vo zal zoveel mogelijk aansluiten bij de verschillende schoolvisies op Passend
Onderwijs.
Het onderzoek van de werkgroep “Inhoud” (zie boven) heeft laten zien dat een grote groep vso
leerlingen buiten de regio van het SWV onderwijs krijgt aangeboden. De ambitie (en visie) van het SWV
is zoveel mogelijk passende onderwijsplaatsen (thuisnabij) in de regio te realiseren. In de komende
periode wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn en hoe deze verbreding van het vso aanbod in de
regio gerealiseerd kan worden. In het cursusjaar 2019/2020 zal het resultaat van het onderzoek worden
geconcretiseerd.
Binnen de samenwerking mbt de “integratieklas” en het samenwerkingsproject Vechtdal College / De
Ambelt wordt intensief samengewerkt tussen het regulier – en het vso onderwijs (zie programma 3).
Daarnaast zijn er inmiddels andere vormen van samenwerking tussen het vo en het vso. In de komende
periode worden initiatieven ondernomen om de expertise van het vso nog meer in te zetten voor de
ontwikkeling van passende onderwijsplaatsen op de reguliere vo scholen. Een en ander staat in nauwe
relatie met de toekomstige positie van de Ambelt in de regio en vervolgens de uitwerking van een
scenario vso/vo.
Onder verantwoordelijkheid van het SWV worden twee Reboundvoorzieningen georganiseerd. Een
variant in Ommen waar de organisatie in handen is van de Ommense scholen en een centrale variant
Rebound in Hardenberg. De leerlingen die naar deze laatste vorm van onderwijs- en ondersteuning
worden verwezen worden met instemming van de Commissie van Advisering en Toewijzing geplaatst
(zie bijlage; Handleiding commissie van Advisering en Toewijzing cursusjaar 2018/2019). Op jaarbasis
worden een 30 tal leerlingen vanuit de reguliere vo scholen tijdelijk verwezen naar deze voorziening. De
Reboundvoorziening wordt als een lichte vorm van onderwijs-en ondersteuning gezien. Echter wordt
gesignaleerd dat de ondersteuningsvraag opschuift naar de zwaardere vragen die ook in de dossiers vso
worden waargenomen. De populatie leerlingen vso/rebound verschilt steeds minder. De gevraagde
expertise lijkt in veel gevallen op elkaar. Een docent van de Rebound wordt in het cursusjaar 2018/2019
op detacheringsbasis ingezet op de Ambelt. Er zijn de afgelopen periode gesprekken opgestart om te
onderzoeken op welke basis beide voorzieningen in de nabije toekomst samen kunnen gaan. Dit in het
belang van concentratie en borging van expertise en (dus) in het belang van de leerlingen. In het
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
19
cursusjaar 2018/2019 wordt toegewerkt naar een gezamenlijke huisvesting Rebound/ Ambelt. Een en
ander heeft opnieuw een relatie met de toekomstige positie (en huisvesting) van de Ambelt en de
uitwerking van een scenario vso/vo.
Programma 6: Samenwerking onderwijs / jeugdhulpverlening
Eind 2017 is vanuit de scholen aangesloten bij het SWV en de gemeente Hardenberg het initiatief
genomen te komen tot het opstellen van een nieuwe visie op jeugdhulp. Het college van de gemeente
Hardenberg heeft daartoe in maart 2018 besloten en heeft daarnaast de opdracht gegeven tot
uitwerking van de visie in een uitvoeringsprogramma dat bestuurlijk draagvlak kent. De intentie is
uitgesproken de komende periode te komen tot een gezamenlijke financierring van pilots en nieuwe
werkwijzen vanuit het samenwerkingsverband / onderwijs en gemeente. De gemeente Ommen heeft
bovenstaande onderschreven.
Jongeren in Hardenberg een goede mogelijkheid tot ontwikkeling geven: Dat is de reden waarom
samenwerking tussen onderwijs, gemeente, jeugdgezondheidszorg en verschillende vormen van
jeugdhulp nodig is. Jongeren vormen samen de samenleving van de toekomst. Om dit goed te kunnen
doen moet er een context worden georganiseerd die minder noodzaak tot verwijzen oproept, waarin
meer preventief wordt gewerkt en waarin systemen integreren en professionals uit systemen meer gaan
samenwerken.
Vanuit het SWV vo NO-Overijssel is de wens met de gemeente gedeeld te komen tot daadwerkelijke
transformatie; om verder te gaan dan alleen het optimaliseren van samenwerken, maar juist nu stappen
te maken in de integratie van onderwijs, preventie en jeugdhulp. Daarbij spreekt het
samenwerkingsverband de intentie uit om, vanuit de wens tot doorlopende leerlijnen en preventie,
samen te werken met het samenwerkingsverband PO (Primair Onderwijs).
Gemeente en onderwijs hebben verschillende wettelijke doelstellingen. Het onderwijs heeft
doelstellingen rondom het bieden van onderwijs en de resultaten daarvan en heeft zorgplicht die
voortkomt uit het passend onderwijs. De gemeente heeft de wettelijke plicht om de
jeugdhulp/jeugdgezondheidszorg uit te voeren. Tegelijk hebben de gemeente en het onderwijs
nagenoeg dezelfde maatschappelijke doelstellingen; jongeren optimaal voorbereiden op het zijn van de
samenleving van de toekomst. Het spreekt voor zich dat de jeugdhulp een bijdrage kan leveren aan deze
maatschappelijke doelen door inzet in gezinnen (vanuit het perspectief van het brede sociale domein)
en behandeling van jongeren zodat bijvoorbeeld uitval van school, thuiszitten, afstroom wordt
voorkomen en dat jongeren een optimale voorbereiding krijgen op de toekomst en jongeren veilig en
gezond opgroeien.
Beoogd effect
• Ambitie: - De samenwerking tussen onderwijs en gemeenten opnieuw definiëren en in samenhang een
visie en uitvoeringsprogramma ontwikkelen op de jeugd (in VO) in Hardenberg/Ommen; - Het onderwijs, wijkteams, jeugdgezondheidszorg en jeugdhulp niet langer te beschouwen als
losse domeinen, maar te zien als één jeugddomein met daarbinnen gescheiden wettelijke verantwoordelijkheden;
- Samen te werken aan nieuwe vormen van preventie die verder gaan dan het aanbod van activiteiten op de school of het verplaatsen van jeugdhulp naar de school;
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
20
- Ontdekken van nieuwe financieringsvormen die uiteindelijk voor een beter en goedkoper aanbod zorgen.
-
• Visie SWV en de gemeente: - In Hardenberg/Ommen gaan alle jongeren in het VO naar school en krijgen daarin onderwijs van
hoge kwaliteit, zodat zij op die manier werken aan subjectivering, socialisering en worden voorbereid als leden van de samenleving van de toekomst. Scholen werken nauw samen met ouders en goede begeleiding. Omdat scholen alle jongeren en ouders in beeld hebben en jongeren op die plek signalen afgeven en het onderwijs een normaliserende omgeving is wordt gewerkt aan vormen van integratie met zorg voor jeugd. Jongeren met problemen ontvangen op tijd goede en effectieve vormen van hulp en ondersteuning als onderdeel van het gewone leven zodat ze veilig gezond en kansrijk opgroeien.
• De scholen in het SWV hebben de volgende wensen/ambities:
- het meer fundamentele gesprek (visie) te voeren over ‘onderwijs moet wel onderwijs blijven’, of
te wel: welke ontwikkelingen moet en kan de school doormaken met het oog op passende hulp
en ondersteuning voor jongeren en hun ouders.
- te komen tot meer preventie (dus het voorkomen van jeugdhulp), maar als jeugdhulp wel nodig
is dit zo vroeg mogelijk te doen (geen jeugdhulp als brandweer);
- te komen ‘van vindplaats’ naar ‘partner’, waarbij het perspectief van de leerling centraal staat;
loskomen van bestaande structuren (out of the box), jeugdhulp embedded in de school;
- te komen tot afspraken en richtingen die gelden voor diverse gemeenten (scholen hebben een
regiofunctie) en onafhankelijk van wijken;
- in alles het kind (de mens) te zien en aan die mens betekenis te geven door onderwijs eventueel
ondersteund vanuit de jeugdhulp;
- te komen tot nieuwe organisatorische principes en nieuwe financieringsprincipes;
- te komen tot een eenvoudiger en meer overzichtelijk domein van jeugdhulp.
Aandacht voor de samenhang:
• Om bovenstaande visie vorm te geven zijn er een aantal aandachtspunten beschreven die een richting geven en leiden tot meer samenhang (doel) :
1. Een vernieuwende (integrale) opvatting over preventie;
2. Andere vormen van jeugdhulp;
3. Eerder oppakken van signalen;
4. Angst;
5. Thuisproblematiek;
6. Koppeling van ToelaatbaarheidsVerklaring (TLV) en indicatie;
7. Privacy en ouderbetrokkenheid
Een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers SWV, GGD en de gemeenten zijn belast met het
opstellen van het uitvoeringsprogramma. Dit uitvoeringsprogramma zal op korte termijn leiden tot o.a.
het initiëren van pilots binnen de scholen. Parallel aan het uitzetten van deze pilots zal een
projectorganisatie worden ingesteld waarbij een stuur- of regiegroep wordt geformeerd bestaande uit
bestuurders vanuit de gemeenten - en het onderwijs.
De uitvoering van dit programma heeft de komende periode prioriteit in het SWV.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
21
Programma 7: Herstructurering van de middelen
Bij de implementatie van opting out LWOO in dit SWV per januari 2018 is gekozen voor de
verdeelsystematiek 70% basis en 30% kader (gerekend naar aantallen leerlingen bovenbouw). Door een
gesignaleerde verschuiving van budgetten tussen scholen is gekozen voor een interne verevening. Het
effect van de gekozen verdeelsystematiek zal in november 2019 worden geëvalueerd.
Scholen hebben verschillende visies op Passend Onderwijs. Uitgangspunt van het SWV is dat scholen
deze visies zoveel mogelijk in de praktijk tot uitvoering kunnen brengen. Bij de (financiële) inrichting van
het SWV is (o.a.) gekozen voor aansluiting bij de landelijk gehanteerde financieringsvorm voor zware
ondersteuning waarbij de ondersteuningstoekenning door het SWV gekoppeld wordt aan de afgifte van
de TLV’s. Bij afgifte van een tlv wordt het bedrag dat daar voor staat direct door DUO van het budget
van het SWV afgestaan. De begrotingssystematiek van het SWV - schoolmodel - houdt in dat zoveel
mogelijk middelen doorgesluisd worden naar de schoolbesturen na aftrek van o.a. de zware bekostiging.
De vraag ligt nu voor of deze systematiek de inhoudelijke ontwikkeling van Passend Onderwijs op de
verschillende scholen voldoende bevorderd.
De oorspronkelijk gekozen verdeelsystematiek zal tijdens het cursusjaar 2019/2020 in bestuurlijk
overleg worden geëvalueerd om in combinatie met de “verdeelsystematiek LWOO” in het schooljaar
2020/2021 te komen tot een mogelijke herstructurering van de inzet van de gelden Passend Onderwijs.
10. Kwaliteitsbeleid
Alle scholen aangesloten bij het SWV vo NO Overijssel hebben hun eigen (onderwijs) kwaliteitsbeleid.
Het kwaliteitsbeleid van het SWV concentreert zich met name op de ondersteuning van de scholen als
geheel. Het kwaliteitsbeleid van het SWV verloopt cyclisch.
- In juni 2018 hebben de scholen hun Schoolondersteuningsprofielen geüpdatet. Alle scholen
maken gebruik van Perspectief op School. De SOP’s worden zowel op de eigen website of in het
schoolplan gepubliceerd als op de website van het SWV (www.swvno-overijssel.nl). De SOP’s
worden eens in de twee jaar geüpdatet.
- Gekoppeld aan de SOP’s en de jaaractiviteiten van het SWV worden jaarlijks gesprekken
gevoerd met de scholen om de actieplannen voor het komend jaar te bespreken. De inhoud van
de actieplannen van de scholen worden betrokken bij het opstellen van de jaaractiviteiten van
het SWV.
- In november/december van ieder jaar wordt door de scholen achteraf verantwoording afgelegd
over de besteding van de middelen. Daarvoor worden vaste indicatoren gehanteerd (zie bijlage ‘
Verantwoordingsdocument’).
- Aan deze verantwoordingsvraag wordt een gesprek met de school gekoppeld.
Tijdens het kalenderjaar 2017 is voor het eerst binnen alle scholen van het SWV een visitatietraject
doorlopen. Een twintigtal collega’s van de scholen zijn geschoold als visitator. Daardoor heeft het SWV
een kwaliteitsinstrument in handen die cyclisch ingezet kan worden. Aan het eind van de visitatie
worden scholen uitgenodigd een verbeterplan op te stellen. Alle verbeterplannen worden ter
beschikking gesteld aan het SWV. De opbrengsten van de schoolvisitaties worden gedeeld met elkaar
(motto: transparantie, ‘leren van elkaar’). Het kwaliteitsbeleid instrument ‘visitatie’ zal ieder schooljaar
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
22
worden ingezet. Voor cursusjaar 2019/2020 zal de visitatie zich richten op een nog te kiezen thema.
Voor cursusjaar 2020/2021 zal de visitatie opnieuw worden ingezet op de VMBO afdelingen. In
2021/2022 zal opnieuw een thema worden gekozen. De uitkomst van een visitatietraject wordt
betrokken bij het opstellen van de jaaractiviteiten van het SWV.
Bovenstaande activiteiten binnen het kwaliteitsbeleid geeft aan dat het SWV een goede samenwerking
tussen scholen van belang vindt, transparantie in ontwikkelingen en inzet en effect van middelen
noodzakelijk acht om te kunnen zorgen voor adequate ondersteuning voor leerlingen op langere
termijn.
De kwaliteit van ondersteuning is voor het SWV een belangrijk onderwerp. Zoals omschreven heeft dit
de achterliggende periode aandacht gekregen en zal dit ook in de toekomst blijvend aandacht vragen. In
de komende beleidsperiode zal er extra ingezet worden op monitoring, verantwoording en borging van
de kwaliteit, passend bij de verschillende rollen die partijen hebben in toezicht, bestuur en management
van het SWV. Doel daarbij is werken aan een samenhangend kwaliteitsbeleid waarmee het SWV in
control is en van daaruit zich verder kan ontwikkelen.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
23
11. Financiën
Het SWV vo NO Overijssel werkt met een meerjarenbegroting. De begroting 2018 laat zien dat het
directe bekostigingsbedrag van DUO (lichte ondersteuning, LWOO, PrO, zware ondersteuning en
verevening) een totaal bedrag genereert van € 8.712.868. Daarnaast komt er een bedrag binnen voor
o.a. subsidies, plaatsing van leerlingen Rebound en diensten expertisecentrum ter grootte van €
431.508. Ten goede aan de scholen komt door afdracht LWOO, PrO, VSO, de groeibekostiging (voor
VSO) en afdrachten aan schoolbesturen een totaalbedrag van € 8.202.700. Voor de lichte ondersteuning
Rebound, uitzetten visitaties, expertisecentrum en ‘bovenschoolse kosten bestuur/SWV’ is een bedrag
gemoeid van € 1.057.819,-
De begroting maakt duidelijk dat het schoolmodel gehanteerd wordt (afdrachten); de aangesloten
scholen moeten in staat worden gesteld passend onderwijs uit te kunnen voeren.
Risicoanalyse:
Eenmaal in een kalenderjaar (begroting) wordt een risicoanalyse uitgevoerd. Door deze structurele
analyse heeft het SWV permanent een overzicht van de actuele risico’s’ die worden gelopen.
De gesignaleerde risico’s die het SWV loopt kunnen samengevat worden in de volgende hoofditems:
Kwalitatief:
▪ Uitwerking van de beleidsuitspraken over kindnabijheid, het organiseren van het onderwijs;
▪ De solidariteit tussen de scholen;
▪ Het op orde krijgen van de onderwijskwaliteit.
ONDERSTEUNINGSPLAN 2019-2023
24
Kwantitatief:
▪ De ontwikkeling van de leerlingaantallen (eventuele krimp), zowel op totaalniveau van de scholen
als ook de ontwikkeling van het VSO, PrO en Rebound;
▪ De omzet van de dienst expertise.
Financieel:
▪ De positie van het personeel met name in het licht van de afnemende leerlingenaantallen;
▪ Oplossingen voor de ontoereikende huisvesting;
▪ Eventuele toenemende beroepen op de geschillencommissie;
▪ Eventueel omzet verlies van de dienst expertise.
• De overige risico’s kunnen grotendeels worden weggenomen door de gekozen begrotings-systematiek. Uit de risicoanalyse blijkt dat het eigen vermogen voldoende is om de eventuele gevolgen van de gesignaleerde risico’s op te vangen.
• Door actief te gaan sturen op risico’s, kunnen deze worden gemanaged. Zo kan door duidelijkheid te scheppen over de op termijn eventuele personele gevolgen door teruglopende leerlingaantallen en de gevolgen van de afnemende inkomsten van de deelnemende scholen meer zicht worden gekregen op de risico’s. Uiteraard moeten deze onderwerpen eerst goed worden verkend. Regelmatige evaluatie van de risicoanalyse maakt dus onderdeel uit van het actief risicomanagement dat het dagelijks bestuur voorstaat.