Materialen en moleculen. Moleculen Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen Moleculen bewegen ...
-
Upload
laura-peters -
Category
Documents
-
view
217 -
download
0
Transcript of Materialen en moleculen. Moleculen Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen Moleculen bewegen ...
Materialen en moleculen
Moleculen
Elke stof heeft zijn eigen soort moleculen Moleculen bewegen Er zit ruimte tussen moleculen In vaste stoffen bewegen moleculen rondom een
vaste plaats Hoe hoger de temperatuur, hoe sneller
moleculen bewegen Moleculen trekken elkaar aan
Cohesie en adhesie (1)
Cohesie: de kracht tussen moleculen van dezelfde soort
Adhesie: de kracht tussen moleculen van verschillende soorten
Cohesie en adhesie (2)
MeniscusBol: cohesie is groter dan adhesie
Moleculen zitten liever tegen elkaar aan dan tegen het glas
Hol: adhesie is groter dan cohesieMoleculen zitten liever het glas dan tegen elkaar
Capillaire werkingCapillair is een heel dun buisjeAdhesie tegen de zwaartekracht in!
Begrippen
Zuivere stof: één soort moleculen Mengsel: meerdere soorten moleculen
Homogeen mengsel: “netjes verdeeld”(zout in water opgelost)
Heterogeen mengsel: “klontjes bij elkaar” (fruitsap)
Oplossing: homogeen mengsel Diffusie: mengen zonder invloed van buitenaf
Aggregatietoestanden (1)
Aggregatietoestand is fase
De meeste stoffen komen voor in 3 fasenGasVloeistofVast
Aggregatietoestanden (2)
De overgangen tussen aggregatietoestanden heten ook wel faseovergangen
Aggregatietoestanden (3)
Als de temperatuur van de stof lager is dan het smeltpunt, is het een vaste stof
Als de temperatuur van de stof tussen het smeltpunt en het kookpunt in zit, is het een vloeistof
Als de temperatuur van de stof groter is dan het kookpunt, is het een gas
Smelten en koken (1)
Het smeltpunt is de temperatuur waarbij een stof smelt of stolt
Het kookpunt is de temperatuur waarbij een stof kookt
Smelten en koken (2)
Bij een mengsel is er een traject waarbij het mengsel smelt (het smelttraject of het stoltraject)
Bij een mengsel is er een traject waarbij het mengsel kookt (het kooktraject)
Smelten en koken (3)
Het begin van het smelttraject is smeltpunt van de stof die als eerste smelt
Het einde van het smelttraject is het smeltpunt van de stof die als laatste smelt
Smelten en koken (4)
Het begin van het kooktraject is kookpunt van de stof die als eerste kookt
Het einde van het kooktraject is het kookpunt van de stof die als laatste kookt
Smelten en koken (5)
Smelten en koken (6)
Op de vorige sheet was links een smeltpunt te zien, rechts een traject
Het smeltpunt zit bij 71oC
Het traject begint bij 125oC en eindigt bij 134oC
Stofeigenschappen
Kleur, geur, smaak zijn voor iedere stof anders
Smelt- en kookpunt zijn voor elke stof anders
Dichtheid is voor elke stof anders
Dichtheid
Symbool: ρ Eenheid: kg/m3
De massa per kubieke meter
V
m
1.000 kg/m3 = 1.000.000 g/m3 = 1.000 g/dm3 = 1 g/cm3
= 1.000 g/L = 1 kg/L
Dichtheid
Massa en volume zijn rechtevenredig
Als je een 2x zo zwaar stuk van hetzelfde materiaal pakt, is het 2x zo groot
Als je een voorwerp 2x zo groot maakt, is het 2x zo zwaar
Aggregatietoestanden (4)
T < Tsmelt Tsmelt < T < Tkook T > Tkook
Vaste stof Vloeistof Gas
Moleculen hebben minste ruimte nodig, volume is het kleinste
(zit er tussenin) Moleculen hebben meeste ruimte nodig, volume is het grootste
Massa is gelijk, dus dichtheid het grootste
(zit er tussenin) Massa is gelijk, dus dichtheid het kleinste
Onderdompelmethode (1)
Als je een voorwerp in het water gooit, duwt dat het water weg. Het duwt precies evenveel water weg hoe groot het voorwerp is
Het verschil in volume is dus dankzij het voorwerp, dat is dus het volume van het voorwerp
Onderdompelmethode (2)
Door het voorwerp te wegen, weet je de massa van het voorwerp
De dichtheid is dan te berekenen
Dichtheid van een vloeistof (1)
De massa van een vloeistof is te bepalen door een lege maatcilinder te wegen,
Als je daarna een maatcilinder met vloeistof weegt, weet je dat het verschil komt door de vloeistof
Dichtheid van een vloeistof (2)
Door de vloeistof in een maatcilinder te schenken, kun je het volume aflezen
De dichtheid is dan te berekenen
Dichtheid bepalen
Massa bepalen Volume bepalen
Vaste stof Wegen
Maatcilinder aflezen: het verschil tussen
maatcilinder met en maatcilinder zonder
voorwerp (onderdompelmethode)
Vloeistof
Wegen: het verschil tussen maatcilinder met en maatcilinder zonder
vloeistof
Maatcilinder aflezen
Zinken of drijven?
Is de dichtheid van het voorwerp kleiner dan de vloeistof, dan drijft het
Is de dichtheid van het voorwerp groter dan de vloeistof, dan zinkt het
Zijn de dichtheden gelijk, dan zweeft het voorwerp
Grootheden en SI-eenheden
Grootheid Symbool Eenheid Symbool
Massa m kilogram kg
Volume V kubieke meter m3
Dichtheid ρ kilogram per kubieke meter kg/m3