LOSLATEN Ammy van Bedaf MSc · LOSLATEN Ammy van Bedaf MSc [email protected] 06-53 65 13 59 meld je...
Transcript of LOSLATEN Ammy van Bedaf MSc · LOSLATEN Ammy van Bedaf MSc [email protected] 06-53 65 13 59 meld je...
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
1
Hoofdstuk 10 Asymmetrie in partnerrelatie met Autisme Spectrum Stoornis (ASS)
Dit is het tiende hoofdstuk dat ik schrijf in het kader van een boek over Loslaten.
Het doel van het boek is een integraal kader te schetsen van alles wat met loslaten te maken
heeft: patronen van een emotioneel ongezonde opvoeding, gevoelens versus emoties,
herinneringen, rollen die we aannemen, de functie van pijn/verdriet/onrust, gevolgen voor je
partnerkeuze en voor je relatie(s), gevolgen voor je gespreksvoering en je communicatie,
gevolgen voor de omgang met je kinderen, wat je er zelf aan kunt doen om alsnog jezelf
emotioneel op te voeden en hoe een emotioneel gezonde opvoeding eruit zou kunnen zien.
Zodra een hoofdstuk af is plaats ik het op mijn website, zodat je het gratis en vrijblijvend kunt
downloaden.
Zodra ik alle hoofdstukken af heb, zal ik alle hoofdstukken alsnog aanpassen en redigeren en
in een boek uitbrengen.
Dit boek Loslaten.Nu zal dan tevens voor een normale prijs beschikbaar komen.
Je kunt daarom kiezen: of je downloadt een enkel hoofdstuk, of een paar of alle hoofdstukken
gratis, en/of je wacht tot het in een geredigeerde en aangepaste vorm in een boek
beschikbaar komt.
Tweewekelijks schrijf ik op mijn blog een artikel over een relevant onderwerp met betrekking
tot loslaten.
Als je geabonneerd bent op mijn tweewekelijkse eZine Loslaten, word je vanzelf geïnformeerd
wanneer een volgend hoofdstuk af is en door jou gratis gedownload kan worden. Ook hoor je
wanneer het boek klaar is en hoe en voor welk bedrag dat kan worden aangeschaft.
Je kunt je gratis en geheel vrijblijvend abonneren op mijn wekelijkse eZine Loslaten. Je kunt
dan ook een gratis mini-eBook over loslaten downloaden. Aanmelden doe je door op mijn
website www.loslaten.nu (rechts bovenin in het kader dat je op de Homepage ziet) je
voornaam en je e-mailadres in te vullen. Jouw privacy wordt gewaarborgd en afmelding is
eenvoudig.
Hoofdstuk 10.
Mensen die in hun jeugd affectief verwaarloosd zijn, voelen zich eerder
aangetrokken tot iemand die een stoornis heeft uit het autisme-
spectrumstoornis, waaronder onder andere autisme en Asperger worden
gerekend. Vandaar dit en het volgende hoofdstuk, dat specifiek over het
hebben van een relatie met iemand met Asperger gaat.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
2
In hoeverre is er sprake van asymmetrie in een partnerrelatie waar
een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) een rol speelt?
1. Promotieonderzoek van Hester Lever naar welke problemen in relaties
waar autisme een rol speelt worden ervaren, om deze echtparen hulp te
bieden. blz 2
2. Wat is autisme? blz 4
3. Wat zijn de kenmerken van Autisme Spectrum Stoornis (ASS)? blz 5
4. Wat zijn de verschillen in de verschijningsvorm bij mannen en vrouwen
met een ASS? blz 10
5. Wat zijn de voor- en nadelen van een diagnose? blz 11 6. Gevoelens van rouw als je beseft dat je partner ‘anders’ is. blz 12
7. Resultaten van het onderzoek van Hester Lever. blz 14
8. Hoe ziet de balans van geven en ontvangen eruit? blz 20
9. Waarom moet je er voor oppassen zelf diagnoses op iemand te plakken?
blz 26
10. Praktische tips voor communicatie tussen partners. blz 32
© copyright Ammy van Bedaf, Loslaten.Nu 2014. Wil je dit artikel gebruiken in een
tijdschrift, nieuwsbrief of op een website? Dat kan, zolang je de hierna gegeven “ informatieregels “
overneemt, met een werkende link naar mijn website: “ Door Ammy van Bedaf. Ga naar
http://www.loslaten.nu/ voor het aanvragen van het gratis mini-eBook over loslaten ‘8 Manieren om
te stoppen met piekeren en malen en om weer rust in je hoofd te krijgen’. “
1.
Promotieonderzoek van Hester Lever naar welke problemen in relaties waar
autisme een rol speelt worden ervaren, om deze echtparen hulp te bieden
Hester Lever heeft onderzocht in hoeverre er sprake is van asymmetrie in een
partnerrelatie waar een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) een rol speelt. De
informatie hieronder is uit haar proefschrift (mei 2012). Hester Lever deed dit
onderzoek als een soort vervolgonderzoek van het in mei 2009 door
Heusinkveld afgeronde onderzoek met als titel: ‘Asperger in relatie’.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
3
Heusinkveld kwam tot de eindconclusie dat contextueel werken met echtparen
waar Asperger een rol speelt alleen mogelijk is wanneer de hulpverlener
gedegen kennis heeft van de feiten van Asperger. Daarnaast concludeert zij dat
er weinig ervaring is opgedaan door contextueel therapeuten die werken met
echtparen met deze problematiek.
Bij een presentatie van haar onderzoek onder contextueel therapeuten kwam
de vraag naar voren in hoeverre er sprake is van asymmetrie in een
partnerrelatie waar een Autisme Spectrum Stoornis (ASS) een rol speelt. Dit
vormde voor Hester Lever de aanleiding voor haar promotieonderzoek.
Op grond van mijn in mijn praktijk opgedane ervaring hebben mensen die niet
een emotioneel gezonde jeugd hebben gehad, in hun jeugd ouders gehad die
een ongelijkwaardige relatie hadden, waarbij de ene ouder een dominante(re)
rol had en de andere ouder een ondergeschikte(re) rol had.
Mensen die emotionele pijn en onrust in hun relatie ervaren hebben ook
een ongelijkwaardige relatie. Zij kopiëren hierin onbewust hun ouders, door,
onbedoeld, ook een ongelijkwaardige relatie aan te gaan. Zoals in een eerder
hoofdstuk werd aangegeven doen we onze partnerkeuze, onbewust, op grond
van compensatie voor vroeger niet vervulde emotionele behoeften. We zoeken
een partner bij wie we onze patronen van vroeger kunnen herhalen.
Het is dan naar mijn mening ook niet verbazingwekkend dat mensen die
in hun jeugd affectief verwaarloosd en emotioneel misbruikt zijn, zich
aangetrokken voelen tot iemand met een Autisme Spectrum Stoornis.
In dit hoofdstuk geef ik de onderzoeksresultaten van Hester Lever weer aan de
hand van haar onderzoeksvragen:
1. Welke problemen worden door non-AS partners (de partner van iemand
met ASS) ervaren in deze relatie?
2. Leidt het gemis aan emotionele wederkerigheid tot lichamelijke en
psychische klachten?
3. Hoe kan het gedachtegoed van Nagy een bijdrage leveren aan het
evenwicht in een relatie waar ASS een rol speelt?
De informatie uit dit hoofdstuk is uit het promotieonderzoek van Hester Lever,
tenzij ik anders aangeef.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
4
Het proefschrift is makkelijk te downloaden door te googelen op ‘Hester Lever
proefschrift’. Dan kom je vanzelf op haar website, waar je makkelijk de link
vindt van haar proefschrift.
2.
Wat is autisme?
Omdat autisme zich op heel verschillende manieren en in verschillende
gradaties kan manifesteren, is autisme een stoornis die lastig te omschrijven is.
Vandaar dat er vaak wordt gesproken van autisme-spectrumstoornis (ASS).
Naast klassiek autisme worden ook Asperger en PDD-NOS (Pervasieve
Development Disorder-Not Otherwise Specified) tot ASS gerekend.
Autisme is een ontwikkelingsstoornis in de hersenen.
De hersenen van autisten verwerken informatie anders. Ook worden de
waarnemingen via de zintuigen anders verwerkt, vaak als losse fragmenten. De
verbanden tussen de waarnemingen die voor anderen zo vanzelfsprekend zijn,
ontbreken. Anders gezegd: er zitten draadjes los, de verbinding tussen de
hersenhelften is beperkt, de informatie maakt grote omwegen en daardoor is
er een vertraagde reactie: de zogenaamde schakeltijd.
Autisme kan niet worden genezen. Wel kan men door middel van
psychotherapie beter met deze beperking leren omgaan.
Positieve kenmerken van mensen met autisme zijn dat ze doorgaans een goed
geheugen en een sterk inzicht hebben, dat ze een sterk logisch en analytisch
vermogen hebben, dat ze punctueel, eerlijk en vaak trouw zijn en dat het harde
werkers zijn en dat hen geen detail ontgaat.
Deze positieve kwaliteiten raken makkelijk ondergesneeuwd omdat de
kwaliteiten van mensen met autisme niet liggen op het sociale vlak.
Eén van de moeilijkheden bij het hebben van autisme is het zich niet of heel
moeilijk kunnen verplaatsen in anderen. Als zijzelf de betreffende emotie niet
kennen, hebben ze grote moeite om zich een voorstelling te maken van wat
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
5
een ander bezighoudt. Soms hebben ze de neiging de gevoelens van anderen te
ontkennen omdat deze voor hen zo ongeloofwaardig overkomen.
Bij mensen met een ASS is het vermogen om hun eigen innerlijk te begrijpen
beperkt, evenals het begrijpen van het innerlijk van een ander of het begrijpen
dat een ander iets over jouw innerlijk kan weten.
Iemand met een ASS heeft moeite met het overzicht, met het overzien
van het geheel, met het zien van de omgeving als één geheel met alles wat zich
daar in afspeelt, inclusief personen en communicatie en het hieraan de juiste
betekenis geven (Baren & Cohen, 1997). Ze hebben moeite met de vaardigheid
tot flexibiliteit, plannen en zelfaansturing: welke taken komen er na elkaar en
hoe moet ik ze uitvoeren (Ozonoff, 1995).
3.
Wat zijn de kenmerken van Autisme Spectrum Stoornis (ASS)?
Gevoelens
Partners met een vorm van autisme kunnen vaak hun gevoelens niet uiten
en/of de gevoelens van hun partner niet begrijpen (Aston, 2009). Doordat
mensen met ASS een beperkt vermogen hebben om hun eigen innerlijk en het
innerlijk van een ander te begrijpen en een beperkt vermogen hebben om te
kunnen inzien dat een ander iets over jouw innerlijk kan weten, kan dit tot veel
problemen in de relatie leiden, zoals een totaal falende communicatie.
Hoe meer een non-AS partner de ASS partner onder druk zet om zijn gevoelens
te uiten, hoe meer hij mogelijk in zichzelf gaat keren en helemaal niets meer
zegt. Hierdoor kan de non-AS partner zich weer afgewezen voelen of denken
dat hij niet van haar houdt.
De ASS partner kan (met hulp) leren om woorden te geven aan gevoelens en
emoties. Ook is er een methode ontwikkeld om met kleuren en cijfers te
werken, waar het echtpaar zelf mee aan de slag kan of met hulp van een
therapeut.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
6
Communicatie
Communicatie is informatie uitwisselen.
Iedereen communiceert, al vanaf de geboorte. Met communicatie maak je
jouw wensen, mening en behoeftes duidelijk. Rosenberg (2012) geeft aan dat
de vier elementen van geweldloze communicatie zijn: waarneming, gevoel,
behoefte en verzoek.
Noot AvB: Een waarneming uitspreken is bijvoorbeeld: “Ik zie/merk dat
…..” Een gevoel uitspreken is bijvoorbeeld: “Ik voel me daardoor in het nauw
gedreven” of “Ik voel me dan in de steek gelaten.” Een behoefte uitspreken is
bijvoorbeeld: “Ik heb er behoefte aan als je dat van te voren zou zeggen.” En
een verzoek uitspreken is bijvoorbeeld: “Zou je me dit eerder kunnen laten
weten?” Een voorbeeld van geweldloze communicatie zou dan kunnen zijn:
“We hadden afgesproken dat we het niet te laat zouden maken (waarneming).
Ik ergerde me eraan (gevoel) dat je ons vertrek steeds uitstelde. Ik voelde me
op deze manier aan het lijntje gehouden (gevoel). Ik had liever gezien
(behoefte) dat je naar me toe was gekomen om even te overleggen. Ik zou
graag zien (verzoek) dat je je een volgende keer of aan onze afspraak houdt of
dat je naar me toe komt en het met me bespreekt.”
Noot AvB: Overigens wil dit niet zeggen dat in elke relatie waar de
communicatie ontbreekt of alles behalve soepel verloopt, sprake zou zijn van
een stoornis uit het autismespectrum. Een niet (soepel) verlopende
communicatie kan ook zijn oorsprong hebben in angsten (zoals bijvoorbeeld
verlatingsangst, angst voor afwijzing en dergelijke) en behoeften (zoals
bijvoorbeeld controlebehoefte of pleasegedrag en dergelijke). Bovendien kan
sprake zijn van zowel een stoornis uit het autismespectrum als patronen van
vroeger (angsten en behoeften), iets wat aannemelijk is omdat ten aanzien van
de huidige volwassenen met een stoornis uit het autismespectrum vroeger,
tijdens hun jeugd, nog niet duidelijk was dat het om een stoornis zou kunnen
gaan, waardoor deze kinderen een grotere kans liepen om zowel door hun
ouders en andere gezins- en familieleden als door klasgenootjes als vreemd of
onhandelbaar te worden bejegend.
Communicatie is in een relatie waar autisme een rol speelt bijna altijd
wel op de een of andere manier een struikelblok. Non-verbale communicatie
kan moeilijk zijn voor iemand met een ASS. Het kost hen moeite om
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
7
gezichtsuitdrukkingen en de toon waarop iets wordt gezegd, juist te
interpreteren. Dit kan tot veel misverstanden leiden. Hierdoor kan iets negatief
of letterlijk worden uitgelegd wat niet zo is bedoeld. Hier kun je soms aan
werken, samen als partners of met hulp.
Als je ASS partner overgevoelig is voor wat in zijn ogen als kritiek wordt
ervaren dan is het moeilijk om zelf te werken aan dit gedeelte van je relatie.
Een ASS partner kan soms makkelijker zaken aannemen van een ‘vreemde’.
Vaak zijn ze gepest of hadden problemen op school zonder dit te uiten
aan ouders of docenten. Een kind met een ASS kan deze opgekropte frustratie
en woede bij zijn ouders uiten omdat hij zich daar veilig voelt. Bij een
volwassene kan het gebeuren dat hij zich in een gesprek met een therapeut
heel welgemanierd gedraagt terwijl de partner op de terugweg de volle lading
krijgt omdat hij zich bij haar veilig voelt.
Het gevoel van afwijzing kan heel diep zitten. Soms zijn ze niet in staat
hun spijt te tonen en/of de ander te vergeven. Dit heeft te maken met het feit
dat ze zich moeilijk kunnen verplaatsen in de gedachten, gevoelens en
standpunten van anderen.
De Bruin (2004) geeft aan dat communicatie volledig is wanneer het de
volgende elementen bevat:
Wat: alles wat iemand moet uitvoeren (de taak)
Hoe: de wijze waarop hij het moet doen
Wanneer: wanneer start de taak en wanneer is deze klaar?
Waar: op welke plaats moet hij deze taak uitvoeren?
Wie: doet hij dit zelf? wat doet de ander?
Noot AvB: als je deze vijf elementen in je taalgebruik verwerkt, ben je voor
iedereen duidelijk, dus ook naar iemand met Asperger of naar een klein kind.
Helder taalgebruik komt niet alleen contacten met mensen met Asperger of
met kinderen ten goede, maar komt elke vorm van communicatie ten goede.
Intimiteit en seksualiteit
Seksualiteit is een vorm van communicatie. Dit hoeft in een partnerrelatie waar
autisme een rol speelt geen problemen te geven, maar vaak is dat wel het
geval.
Intimiteit is een behoefte om te delen en de behoefte aan affectie. Als
deze behoefte vervuld is, word je bevestigd in je eigenwaarde. Hénault (2006)
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
8
geeft aan dat intimiteit een gevoel is van saamhorigheid en verbintenis tussen
twee of meer mensen. Intimiteit is een vereiste in een succesvolle relatie.
Zowel mensen met als mensen zonder ASS verlangen allemaal naar
intimiteit in relaties. Mensen met ASS hebben min of meer dezelfde
verwachtingen van een intieme relatie als mensen zonder een ASS. In de
praktijk blijft het voor mensen met een ASS eerder een theoretisch besef; ze
herkennen die verwachtingen vaak niet in concrete situaties. Sommigen zijn
zich hier pijnlijk van bewust. Het lijkt alsof ze ongevoelig zijn, dat is niet zo. Je
kunt beter zeggen dat ze blind zijn voor wat de non-AS partner nodig heeft. De
non-AS partner zal dus aan moeten geven wat ze wil voor ondersteuning: een
luisterend oor, een knuffel, troost, of een praktische oplossing.
Seksualiteit binnen een ASS relatie kan heel goed zijn, maar kan ook
problemen geven. Er zijn verschillende soorten intimiteit:
Sociale intimiteit: heeft betrekking op het uitgaansleven. Het gaat
hierbij over samen dingen ondernemen, zoals samen naar de
bioscoop of op vakantie gaan. Op deze manier deel je leuke
ervaringen met elkaar, wat de sociale intimiteit verstevigt.
Emotionele intimiteit: het delen van emoties. Dit hoeft niet altijd
blijheid en geluk te betreffen maar kan evengoed om verdriet gaan,
bijvoorbeeld het verlies van een dierbare. Door dit verlies samen te
delen wordt de pijn verzacht en de onderlinge band versterkt.
Intellectuele intimiteit: gaat over het bespreken wat er in je omgaat.
Het is belangrijk om in een relatie je gevoelens naar buiten te kunnen
brengen. Dit kunnen zorgen zijn zoals over geld of over werk. Het kan
ook te maken hebben met dingen die jezelf betreffen.
Vaak voorkomende problemen ten aanzien van seksualiteit binnen een ASS
relatie:
Geen behoefte aan seksualiteit of alleen als het ‘nut’ heeft in verband
met een kinderwens.
Voorkeur voor masturbatie.
Seks kan uitgroeien tot een obsessie: er moet maximale perfectie en
optimale bevrediging worden bereikt. Sommige partners voelen zich
hierbij gebruikt, alsof er met hun wordt geëxperimenteerd.
Vast patroon: vaste dag, vaste plek, vaste houding.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
9
De non-AS partner ervaart geen connectie tussen de puur seksuele kant
van de relatie en de afwezige emotionele kant ervan. De ASS partner
daarentegen kan juist deze seksualiteit ervaren als bewijs van zijn
verlangen naar zijn partner. In dat geval kan de seksuele behoefte van de
non-AS partner wel worden vervuld maar niet de behoefte aan intimiteit.
Deze dynamiek komt regelmatig voor.
Een positief punt is dat mannen met een ASS op het gebied van seksualiteit
vaak bijzonder trouw zijn aan hun partner.
Door het onvermogen echter te begrijpen dat iemand anders
verschillend denkt dan hijzelf, kan dit er toe leiden dat de ASS partner vindt dat
zijn non-AS partner zin moet hebben om te vrijen omdat hij daar zelf zin in
heeft. Het kan ook andersom zijn en dat de ASS partner heel veel behoefte
heeft aan genegenheid. Hier ligt dan vaak angst en een behoefte aan
geruststelling aan ten grondslag.
Doordat mensen met autisme informatie anders verwerken , leren zij via
de omweg van het verstand en gaan ze op zoek naar ‘regels’ voor hoe je
verliefdheid en seksualiteit aanpakt. Dit maakt dat ze eenmaal geleerde regels
heel rigide kunnen toepassen, zonder gevoel voor een bepaalde situatie of
context. Zij missen vaak de subtiliteit die anderen leren in de omgang met
leeftijdsgenoten. Een consequentie daarvan is dat het beeld dat zij ontwikkelen
over seksualiteit of over verliefdheid, vertekenend kan zijn en bijvoorbeeld
volledig bepaald kan worden door een bepaalde favoriete televisieserie of film
over seksualiteit.
Wanneer de ASS partner geen of weinig behoefte heeft aan seksuele
intimiteit kan de non-AS partner zich afgewezen en onbemind voelen. Het is
goed dat ze dan beseft dat dit niet te maken heeft met een gebrek aan liefde
voor haar, maar dat dit vaak hoort bij het hebben van een ASS. Het begrip
liefde heeft voor een ASS partner vaak weinig of geen betekenis. Iemand met
autisme uit zijn liefde vaak meer op praktische wijze dan met liefdevolle
woorden of gebaren.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
10
4.
Wat zijn de verschillen in de verschijningsvorm bij mannen en vrouwen met
een ASS?
De verschijningsvorm van autisme bij vrouwen verschilt van die van mannen.
Hans Asperger heeft alleen onderzoek gedaan bij mannen met een ASS.
In Engeland heeft Rudy Simone onderzoek gedaan naar AS (Autisme Stoornis)
bij vrouwen. De verschillen volgens Rudy Simone:
Vrouwen met AS hebben meestal iets meer uitdrukking in hun gezicht en
gedrag dan hun mannelijke tegenhangers.
Vrouwen met AS zijn meestal beter in spiegelen dan mannen.
Vrouwen met AS zullen ook obsessies hebben, maar die zijn niet zo
ondoorgrondelijk of ongebruikelijk als die van hun mannelijke
tegenhangers maar zijn vaak praktischer van aard.
Vrouwen met AS hebben eerder de neiging om over gevoelens en
emoties te praten dan mannen met AS.
Vrouwen met AS zullen veel minder vaak al vroeg correct
gediagnosticeerd worden omdat de criteria gebaseerd zijn op mannelijk
gedrag en mannelijke kenmerken. Ze zullen eerder de diagnose bipolaire
stoornis of manische depressiviteit krijgen, die zich vaak tegelijkertijd
met autisme/AS voordoet.
Lichamelijke gebaren en gedragingen wanneer ze zich gelukkig voelen,
zijn bij vrouwen met AS expressiever dan bij mannen met AS: wapperen
met de handen, klappen, zingen, op en neer springen, rondrennen,
dansen, huppelen.
Volwassen vrouwen met AS zijn geneigd zowel driftbuien als huilbuien te
krijgen, zelfs in het openbaar, soms over schijnbaar onbelangrijke dingen.
Vrouwen met AS kunnen een afkeer hebben van make-up en
gecompliceerde haar- en kledingstijlen.
Vrouwen met AS zijn over het algemeen beter in sociale omgang, in
kleine doses. Ze kunnen zelfs de indruk wekken dat ze er vaardig in zijn,
maar dat is dan een ‘toneelstuk’. Net als hun mannelijke tegenhangers
kunnen ze in sociale situaties dichtklappen wanneer ze overprikkeld
raken.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
11
5.
Wat zijn de voor- en nadelen van een diagnose?
Op een door Hester Lever bezochte themadag van de NVA (Ede, 2011) over
partnerrelatie waarin autisme een rol speelt, sprak Spek over de voor- en
nadelen van een diagnose. De nadelen die Spek benoemde zijn:
Een diagnose kan een wapen worden in een relatiestrijd die zich kan uiten in de
constatering dat één van de twee gehandicapt is, dat één niet volwaardig is,
dat er ongelijkheid tussen de partners is, dreigementen van scheiding of
verlating als er niet voor een diagnose wordt gegaan. Bij het wel of niet
beslissen voor een diagnose te gaan, moet men goed stil staan bij de impact
van een diagnose.
Een gestelde diagnose kan een grote impact hebben.
Na een diagnose heb je een geheel nieuw kader waar je alles in moet of kunt
plaatsen. Dat kan wel jaren duren. Daar moet wel de ruimte voor zijn en het
kan, als er in een gezin of relatie een drukke periode is, teveel zijn. Daarom is
de timing van een diagnose belangrijk.
Een diagnose verandert het beeld dat je van jezelf hebt onomkeerbaar.
Een echtpaar doet er goed aan zich de vraag te stellen of ze werkelijk willen
weten of en in welke mate autisme een rol zou kunnen spelen. Er kan ook
gekozen worden om het te laten voor wat het is.
Ik (AvB) ben het hiermee eens. Een diagnose mag naar mijn mening geen
doel op zich worden, maar hoogstens een middel, tot… Tot wat? Daar zou je
van te voren over moeten praten en het van te voren over eens moeten zijn. Te
vaak merk ik bij mijn klanten (en dan maakt het niet uit of het over een
diagnose van Asperger of autisme gaat of over een diagnose van borderline,
narcisme en dergelijke) dat onder de wens (‘eis’) een diagnose te laten stellen,
een machtsstrijd suddert en het gelijk willen hebben van de te diagnosticeren
partner dat diens gedrag niet deugde. In veel gevallen is het de partner niet om
een diagnose te doen maar om het gelijk te krijgen over het gedrag van de
ander. Daar is een diagnose niet voor bedoeld. De machtsstrijd die er ook al
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
12
was over de diagnosestelling, zal daarna worden voortgezet, waardoor de ASS-
partner niet bereid zal zijn zich in te spannen voor kleine mogelijke
verbeteringen.
Een diagnose heeft volgens mij alleen zin als het wordt ingezet om
verbetering te krijgen in de omgang met de partner en met de kinderen.
Er kan ook gekozen worden om het te laten voor wat het is.
Het echtpaar moet zich ook afvragen of er een goede reden is om te weten of
er sprake is van een ASS. Soms willen ouders een diagnose laten stellen voor de
kinderen wanneer er de vraag ligt of er sprake is van erfelijkheid of andersom
wanneer één van de kinderen is gediagnosticeerd en de vraag rijst of één van
de ouders ook een ASS heeft.
Een diagnose verandert ook de relatie. Voor de diagnose voelt iemand
met een ASS zich vaak anders; na een diagnose ben je anders. De wetenschap
heeft dan vastgesteld dat je anders bent. Dit kan positief uitwerken, maar ook
negatief in de zin dat degene met een ASS zich neerlegt bij zijn anders zijn en
zich daar nog meer mee conformeert.
Het voordeel van een diagnose is dat veel dingen die in een relatie gebeuren
een plaats kunnen krijgen. Je gaat begrijpen dat dingen niet gebeuren uit onwil,
maar uit onmacht, uit onvermogen. Je gaat begrijpen waarom je anders bent.
Na een diagnose en het begrijpen van de impact daarvan kan er herstel van het
gestoorde evenwicht in een relatie komen.
Autisme is een andere manier van informatieverwerking. Overprikkeling
is daarbij vaak een probleem. Wanneer iemand met een ASS werkt vanuit zijn
positieve, sterke eigenschappen dan valt het probleem van overprikkeling vaak
weg of geeft het minder problemen.
6.
Gevoelens van rouw als je beseft dat je partner ‘anders’ is
Het besef dat de relatie in bepaalde opzichten anders is, geeft rouw bij zowel
de ASS partner als de non-AS partner. Rouwen is dan het loslaten van bepaalde
verwachtingen en het zoeken hoe je je opnieuw en anders kunt verbinden met
je partner.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
13
Vansteenwegen (2005) noemt ‘de rouw van de gedroomde partner’: hoe
mensen ervaren en verwerken dat het beeld dat ze hadden van de persoon die
ze leerden kennen, bijgewerkt moet worden. Iedereen ziet zijn partner
namelijk in verschillende rollen en in verschillende situaties en beseft steeds
meer dat hij niet is zoals je aanvankelijk dacht. Dit accepteren is een echt
rouwproces. Vansteenwegen schrijft: ‘Rouw van de gedroomde partner naar
een ongedroomde maar werkelijke eenheid. Een relatie waarin het verschil niet
wordt genegeerd.’
De rouwarbeid in een partnerrelatie ASS vertoont veel overeenkomsten met
rouwarbeid wanneer een dierbare is overleden. Rouwen is werken, soms zo
hard werken dat je er moe van kunt zijn. Rouwarbeid geeft aan dat je zelf actief
iets kunt doen, wat helpend kan zijn bij de gevoelens van machteloosheid die
er kunnen zijn, zeker na het stellen van een diagnose. Rouwarbeid houdt in dat
ook anderen kunnen helpen: een hulpverlener, een pastor, lotgenoten en
mogelijke familie.
Keirse beschrijft vier rouwtaken van de non-AS partner:
Aanvaarden van de werkelijkheid van het verlies. Zeker na een diagnose
kan er een gevoel van onwerkelijkheid zijn. De realiteit van de impact van
de diagnose dringt niet door. Om met rouw te kunnen beginnen moet dit
verlies, of deze waarheid, eerst erkend worden.
Ervaren van de pijn van het verlies. Er is geen weg om de pijn heen. De
enige weg naar verwerken is recht door de pijn heen te gaan. Ik (AvB) wil
hier een kanttekening maken dat het naar mijn eigen ervaring niet nodig
is om ‘door de pijn heen te gaan’. Er is een andere manier om pijn toe te
laten, zonder door de pijn heen te gaan. In een later hoofdstuk, waarin ik
uitleg hoe je alsnog naar je gevoel kunt gaan, leg ik dat uit.
Aanpassen aan de omgeving: je leert vaardigheden en vindt oplossingen
voor het leven met een partner met beperkingen.
Een nieuwe plaats geven aan je partnerrelatie en opnieuw van het leven
leren houden. Niet voltooien van deze taak kan men het best
omschrijven als niet meer binden, niet meer houden van het leven en
van mensen.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
14
7.
Resultaten van het onderzoek van Hester Lever
In hoeverre is er sprake van asymmetrie in een partnerrelatie waar een
Autisme Spectrum Stoornis (ASS) een rol speelt?
De enquête werd afgenomen onder vrouwen (98%) of mannen (2%) die
vanwege partnergroepen of lotgenotengroepen bekend zijn bij de Vereniging
NVA, Vereniging Helpende Handen, Stichting dit Koningskind en organisatie Ins
en Auts. Er wordt voor deelname aan deze groepen niet geselecteerd op het
wel of niet hebben van een partner met diagnose of een vermoeden.
De enquête is onder 508 partners verspreid; er zijn 188 ingevulde enquêtes
teruggekomen, wat een respons van 37%. Noot AvB: 40% is een normaal
gemiddelde respons voor enquêtes.
66% van de respondenten (geënquêteerden) heeft een partner met een
diagnose.
In 94% van de gevallen ervoer de partner van iemand met ASS wel effect van
een diagnose op de kwaliteit van de relatie; 6% ervoer geen effect.
In 77% van de gevallen werd het effect van een diagnose als positief ervaren; in
23% als negatief.
95% van de respondenten met een diagnose ervoer beïnvloeding van de
psychische gezondheid door de relatie. Zonder diagnose ervoer 94% van de
respondenten beïnvloeding van de relatie op de psychische gezondheid.
Gemiddeld werden er per respondent drie psychische aandoeningen
aangegeven. Hieronder volgen de aangegeven psychische klachten, met tussen
haakjes twee percentages: het eerste percentage staat voor ‘met diagnose’ en
het tweede percentage staat voor ‘zonder diagnose’.
Stress (84% / 69%)
Onbegrip (69% /66%)
Depressie (50% / 58%)
Sociale isolatie (40% / 47%)
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
15
Burn-out (41% / 31%)
Angst (25% / 27%)
Zelfverwaarlozing (22% / 20%)
Zelfmoordgedachten (13% / 13%)
Fobieën (4% / 3%)
Betere gezondheid (2% / 0%)
Noot AvB: Uit de resultaten blijkt dat ‘met diagnose’ de partners van iemand
met ASS meer stress en onbegrip ervaren. Omdat het een kwantitatief
onderzoek was kan niet worden opgemaakt waardoor dit werd veroorzaakt.
De ervaren beïnvloeding van de lichamelijke gezondheid leverde op dat 85%
van de respondenten met een ASS partner met een diagnose invloed ervoer
van de relatie op de eigen lichamelijke gezondheid; 15% niet.
Van de non-AS partners zonder een diagnose van de partner ervoer 86%
invloed van de relatie op de eigen lichamelijke gezondheid.
Gemiddeld werden er per respondent twee lichamelijke klachten aangegeven.
Hieronder volgen de aangegeven lichamelijke klachten, met tussen haakjes
twee percentages: het eerste percentage staat voor ‘met diagnose’ en het
tweede percentage staat voor ‘zonder diagnose’.
Uitputting (52% / 39%)
Slaapstoornissen (40% / 45%)
Veranderd gewicht ( 25% / 23%)
Spierproblemen (18% / 17%)
Chronische vermoeidheid (16% / 16%)
Eetstoornissen (15% / 17%)
Migraine (15% / 17%)
Immuniteitsziekte (6% / 11%)
Paniekaanvallen (10% / 16%)
Huidziekte (7% / 9%)
Fybromyalgie (8% / 5%)
Betere gezondheid (2% / 0%)
32% van de respondenten waarvan de partner een diagnose had, ervoer
balans; 68% niet.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
16
43% van de respondenten waarvan de partner geen diagnose had, ervoer
balans, 57% niet.
In totaal ervaart 36% wel een balans en 64% geen balans in de relatie.
De mate van tevredenheid van de relatie werd gemeten ten aanzien van
consensus, tevredenheid, cohesie en affectieve uitdrukking. Tussen haakjes
staat respectievelijk ‘wel diagnose’ en ‘geen diagnose maar wel een
vermoeden’.
Consensus (38% / 36%)
Tevredenheid (27% / 27%)
Cohesie (9% / 9%)
Affectieve uitdrukking (5% / 5%)
Er wordt dus zeer ontevreden op ‘consensus’ gescoord; en mild ontevreden op
tevredenheid’, ‘cohesie’ en ‘affectieve uitdrukking’. De totaalscore leidt in de
mate van ervaren tevredenheid tot de norm zeer ontevreden.
Er is geen significant verschil in mate van ervaren tevredenheid tussen de groep
met en zonder diagnose.
88% van de respondenten heeft kinderen; 12% heeft geen kinderen.
Van de 88% respondenten met kinderen is 68% ouder (of pleegouder of
stiefouder) van één of meer kinderen met een diagnose ASS en 32% van de
respondenten met kinderen is geen ouder van (een) gediagnosticeerd(e)
kind(eren).
Van deze laatste groep gaven diverse ouders wel vermoedens aan of ze
noemden lopende diagnostiektrajecten.
Partners van iemand met een ASS ervaren een onbalans in hun partnerrelatie
als partners, en daarnaast onbalans in de relatie als ouders, zeker wanneer één
of meer kinderen een beperking heeft.
Op de vraag of de respondent eraan denkt om verandering te brengen in de
vorm van samenleven met hun partner antwoordt 82% geen verandering te
brengen in de vorm van samenleven en 18% denkt wel verandering te brengen
in de vorm van samenleven. De vormen die gezocht worden zijn voornamelijk:
scheiden, LAT (Living Apart Together), gedeeltelijk apart wonen of de partner
opgenomen/beschermd/begeleid laten wonen.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
17
Conclusies:
Er werden gemiddeld ruim 3 psychische en 2 lichamelijke klachten per
respondent aangegeven.
Zij missen gemiddeld per respondent tussen de 13 en 14 van de
algemene, universele menselijke behoeften. Noot AvB: Hester Lever
geeft geen nadere uitleg over welke algemene universele menselijke
behoeften dat zijn. Ik vermoed dat ze doelt op menselijke behoeften als
aandacht, waardering, erkenning, bevestiging, troost, zorg, respect,
emotionele intimiteit, fysieke intimiteit, vertrouwen, wederkerigheid, en
dergelijke, maar ik kan hier alleen maar naar raden.
Een positief ervaren diagnose leidt gemiddeld niet tot grotere
tevredenheid in de relatie. Mogelijk ervaren de non-AS partners door de
diagnose wel een hogere kwaliteit van hun persoonlijke leven. Noot AvB:
Mogelijk omdat ze nu weten dat bijvoorbeeld autisme of Asperger een
rol speelt en daardoor weten dat het niet te maken heeft met onwil
maar met het niet kunnen.
De relatie wordt als asymmetrisch ervaren.
De mate van tevredenheid over de relatie is zeer ontevreden.
De arbeidsparticipatie van de respondenten ligt lager dan gemiddeld.
Van de respondenten is 41% de oudste in het gezin van herkomst.
Van de respondenten scoort 69% op wel HSP (High Sensitive Personality,
of te wel hoogsensitiviteit).
68% van de respondenten is naast partner van iemand met ASS ook
ouder van een kind met ASS.
Onder ‘Discussie’ concludeert Hester Lever: ‘De resultaten van de enquête
laten zien dat er lichamelijke en psychische klachten worden ervaren door het
missen van emotionele wederkerigheid in de relatie.’ Het is naar mijn (AvB)
mening aannemelijk dat je als partner van iemand met een ASS meer of eerder
lichamelijke en/of psychische klachten hebt dan dat je een partner zonder een
ASS zou hebben. Dat lijkt me evident.
Ik zou echter niet zonder meer haar conclusie willen ondersteunen dat
de klachten worden ervaren door het missen van emotionele wederkerigheid in
de relatie. Naar mijn mening zit er in de partner van iemand met (het
vermoeden van) een ASS, ook altijd een eigen aandeel wat terug te voeren is
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
18
tot de eigen jeugd met bijvoorbeeld patronen als affectieve verwaarlozing,
emotioneel misbruik en/of geestelijke mishandeling.
De invloed van deze patronen zijn nog niet als zodanig bekend. Vanuit de
partnerkeuze vanuit de eigen jeugd worden de patronen vanuit de eigen
opvoeding, die voor veel mensen een blinde vlek zijn, meegenomen in een
relatie, ook in een relatie met iemand met een (vermoeden van) een ASS.
Niet duidelijk is dan naar mijn mening in hoeverre de partners van
iemand met (het vermoeden van) een ASS, ook lichamelijke en/of psychische
klachten zouden ontwikkelen als ze niet deze relatie zouden hebben gehad met
iemand met (het vermoeden van) een ASS.
Naar mijn mening zouden ze zich, vanuit hun patronen van uit hun jeugd,
sowieso aangetrokken hebben gevoeld tot iemand bij wie ze hun patronen van
vroeger zouden hebben kunnen herhalen. Dit maakt dat de ASS partner niet de
oorzaak is van de lichamelijke en/of psychische klachten maar niet meer is dan
de trigger ervan. Vanuit de eigen patronen van vroeger zou namelijk sowieso,
onbewust, een partner uitgekozen worden die net zo emotioneel onbereikbaar
is als tijdens je jeugd je ouders voor jou waren.
‘Ook wordt er een groot gemis ervaren aan de universele algemene menselijke
behoeften’ aldus Hester Lever. Ook hiervoor geldt naar mijn mening dat dit
sowieso het geval zou zijn geweest, vanuit de patronen van de eigen jeugd van
de non-As partner.
Vanuit patronen van affectieve verwaarlozing, emotioneel misbruik en/of
geestelijke mishandeling wordt onbewust een partner uitgekozen bij wie men
de patronen van vroeger kan herhalen. Als dat een omgeving is geweest waarin
de ouders geen emotioneel veilige hechting met het kind kon aangaan en waar
niet over gevoelens werd gesproken, is de kans groot dat later, onbewust en
onbedoeld, een partner wordt gekozen bij wie die patronen kunnen worden
herhaald. Er is wel degelijk de behoefte tot meer intimiteit; echter zodra van
een partner oprechte aandacht, intimiteit en affiniteit en affectie zou geven, is
dat voor iemand die dat in de jeugd niet heeft gehad “benauwend” of
“beknellend” of “verstikkend”.
Het hebben van een partner met (het vermoeden van) een ASS, draagt
zeker bij aan de lichamelijke en psychische klachten en de asymmetrie in de
relatie; het is er naar mijn (AvB) mening niet de hele oorzaak van. De helft van
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
19
de oorzaak zit in de jeugd van de non-AS partner. Het is de helft wat maakte
dat ze zich tot iemand met (een vermoeden van) een ASS aangetrokken voelde.
Naar mijn mening is de kans groot dat degene die op iemand valt die later een
ASS blijkt te hebben, zich in het begin aangetrokken voelde door de ander
doordat die aandoenlijk of vertederend of op een bepaalde manier behoeftig
overkwam. Iemand die, ook zonder dat ze het zelf beseft, graag wil redden,
duikt dankbaar in deze redderrol, in de hoop de ander te kunnen veranderen.
Dit veranderen van de ander zal niet kunnen, zelfs niet als de ander geen
enkele stoornis heeft. Iemand kan alleen zichzelf veranderen en ook iemand
met het ASS kan alleen gedragsveranderingen aanleren, als hij dat zelf wil.
Hester Lever: De interactiecirkel die kan ontstaan is de volgende. De ene
partner zegt: “Ik kan me zo passief door zorgen laten omringen, omdat jij zo
verzorgend bent.” De andere partner zegt: “Ik kan zo verzorgend zijn, omdat jij
zo hulpbehoevend bent.”
In haar promotieonderzoek verwijst Hester Lever naar Catherine D. Nagy die
zegt (2008): ‘Over het algemeen kiezen wij partners met behoeften gelijkaardig
aan de onze’ (p.121).
‘Als we niet loyaal willen zijn aan een tekortschietende ouder omdat we ons
tekortgedaan voelen, riskeren we indirect loyaal te zijn tegenover hem door
een partner te kiezen die dezelfde tekortkomingen heeft. Hier is het niet de
herhaling van gedrag dat onze loyaliteit kenmerkt, we zijn indirect loyaal aan
onze ouders omdat we hun beeld hoog houden door onze relationele keuzes’
(p. 180).
Ik (AvB) kijk hier iets anders naar. In tegenstelling tot Nagy, die zegt dat
we uit loyaliteit naar onze ouders een partner kiezen met dezelfde
tekortkomingen als onze ouders, is het naar mijn mening vaker zo dat we de
tekortkomingen van onze ouders juist willen voorkomen, maar dat we niet
doorhebben dat we ze onbewust weer herhalen, omdat die van ons er net
weer even anders uitzien. Dat zijn dan naar mijn mening andere uitingsvormen
van dezelfde onderliggende patronen. Er vindt dan zowel compensatie als
projectie plaats. Als je zelf emotioneel misbruikt bent, doe je dat zelf ook weer
bij je eigen kinderen; het ziet er alleen anders uit als bij jouw eigen ouders.
Daarom ben je je er niet van bewust, net zo min als jouw ouders er van bewust
waren dat ze het bij jou deden, omdat zij het ook weer anders deden dan hún
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
20
ouders. Ook jouw ouders wilden hun ouders niet kopiëren; toch is dat op
aspecten gebeurd, zonder dat ze daar erg in hadden.
Bovendien spelen er twee mechanismen tegelijkertijd een rol: enerzijds
wordt compensatie gezocht voor wat we als kind tekort gekomen zijn aan
aandacht, waardering en dergelijke. Anderzijds doen we dat op een manier die
we deels van onze ouders overnemen, of waarvan we juist het
tegenovergestelde laten zien, om te voorkomen dat we onze ouders kopiëren.
Ook het tegenovergestelde is compensatiegedrag.
Nagy: ‘Een partner kiezen die dezelfde eigenschappen heeft als die van de
ouder is niet noodzakelijk een bewijs van loyaliteit. Het is dikwijls
herhalingsdrang. Om de traumatische situaties uit onze kindertijd die we
passief ondergingen niet te herhalen, brengen we ons actief in deze
traumatische situaties. Dan weten we wat we verwachten kunnen en hebben
geen reden om angstig te zijn’ (p.182).
We herhalen onbewust patronen van vroeger, omdat dat ons bekend
voorkomt.
Uit het onderzoek van Hester Lever blijkt dat 55% van de respondenten die
buitenshuis werken een baan in de zorg of in het onderwijs heeft, degenen die
wel in de zorg/onderwijs hébben gewerkt of onbetaald werkzaam in de
zorg/onderwijs niet meegerekend.
8.
Hoe ziet de balans van geven en ontvangen eruit?
Hester Lever geeft aan dat in een ASS-non-AS relatie vaak sprake is van een
verschil in communicatie dat kan leiden tot veel misverstanden. Dit kan tot
gevolg hebben dat de ASS partner besluit niet meer te communiceren en dat
de non-AS partner dat uitlegt als onwil en het ervaart als afwijzing of als gebrek
aan liefde. Daarmee kan een vicieuze cirkel ontstaan waarbij de ASS partner
denkt dat de non-AS partner boos is, zich vervolgens nog meer terugtrekt in de
communicatie en de non-AS partner dat vervolgens weer uitlegt als afwijzing.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
21
Dat de non-AS partner dergelijke misverstanden als afwijzing en als niet serieus
genomen worden ervaart, vindt naar mijn (AvB) mening zijn oorsprong in de
jeugd van affectieve verwaarlozing van de non-AS partner.
Hester Lever stelt de vraag: Hoe ziet de balans van de non-AS partner eruit? Als
mogelijke invullingen oppert ze: Heeft zij het nodig of nodig gehad om te
zorgen? Te zorgen voor de zorg die er in haar jeugd mogelijk niet voldoende is
geweest? Is zij daarom verliefd geworden op een man die (onbewust) op zoek
was naar een moederlijk, verzorgend type? Wat ligt ten grondslag aan dit
mogelijk complementaire (noot: aanvullende) karakter van de relatie? Zijn er in
de relatie patronen die in eerste instantie helpend waren, maar nu niet langer
heelmakend zijn? Wat ligt er mogelijk aan haar opofferende, wegcijferende,
altruïstische houding ten grondslag?
Noot AvB: Op grond van mijn ervaringen met mensen met een ASS-
partner voelden zij zich aangetrokken tot het “onhandige”, het “klunzige”, het
“vertederende”, het “aandoenlijke” of het “hulpbehoevende” in de ASS-
partner. Zijn konden hem hierdoor “helpen”, “redden”, “verzorgen” of “zorgen
voor” de ander. Deze behoefte tot helpen, redden of verzorgen was te
herleiden tot een jeugd met emotioneel misbruik, dat wil zeggen een jeugd
waarin men als kind te doen had gehad met een van de ouders.
Hester Lever: En een stap verder: wat ligt er aan de mogelijk niet voldoende
zorg ten grondslag? Mogelijk een vorm van verwaarlozing, emotionele
armoede, misbruik, alcoholverslaving van een ouder? Werd er daarom gezocht
naar een man die vriendelijk, betrouwbaar en kwetsbaar overkwam? Hoe ziet
haar hechting eruit? Hoe haar angsten en afweermechanismen?
Begon dit huwelijk al met een hypotheek?
Is de non-AS partner niet alleen partner van maar ook moeder van?’
Uit het onderzoek van Hester Lever blijkt dat van de non-AS partners 41%
oudste is. Hester Lever: ‘Hoe zag het gezin van herkomst eruit van deze non-AS
partner) Heeft zij gezorgd / moeten zorgen voor jongere broertjes en/of zusjes?
Is zij daarin gezien en erkend? Heeft het oudste zijn een invloed gehad op haar
verantwoordelijkheidsgevoel, op het ontwikkelen van moederlijke gevoelens?
Is het daarom voor haar moeilijk de verantwoording daar te laten waar hij
hoort? Ook tegenover haar ASS-partner? Durft en kan zij op eigen grond staan
passend binnen de pathologie (noot: ziekteleer, bestudeert het ontstaan en
verloop van ziektes)? Binnen de pathologie in haar partnerrelatie en gezin?
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
22
Heeft zij de mogelijke collusie (noot: bedrieglijke verstandhouding) (nog)
nodig? Een pathologie die in de haarvaren van haar gezin zit?’
Recht tot destructie
Nagy beziet de diverse vormen van afwijkend gedrag en psychische problemen
steeds in het licht van het recht tot destructie (Van den Eerenbeemt & Oele,
1991). Een voorbeeld is de man die zijn kinderen mishandelt, zich daar niet erg
schuldig over voelt en vroeger zelf door zijn vader is verwaarloosd en geslagen.
Het ontbreken van schuldgevoelens zou een gevolg zijn van onzichtbare
loyaliteit: als de man zijn eigen kinderen beter zou behandelen, zou hij
daarmee niet loyaal zijn aan zijn eigen vader (Boszormenyi-Nagy et al., 1991).
Uit klantgesprekken merk ik (AvB) dat deze veronderstelde loyaliteit het gevolg
is van het nooit hebben toegelaten van het eigen verdriet als kind tijdens de in
de jeugd ondergane mishandeling. Zolang het eigen kind ook weer geslagen
wordt, hoeft niet te worden toegegeven hoe emotioneel pijnlijk deze klappen
van de eigen vader was. Om de waarheid over de eigen vader maar niet onder
ogen te hoeven zien, wordt ook het eigen kind weer geslagen.
Ik (AvB) citeer uit Klinische psychologie, Theorieën en psychopathology (Van der
Molen, Perreijn en Van den Hout, 1997, p. 324): ‘Sommige mensen die zelf in
hun jeugd te weinig zorg van hun ouders hebben gekregen, proberen het
gemiste alsnog te krijgen van hun partner of kind. Zij dwingen hun kind
bijvoorbeeld steeds een zorgende rol. In een dergelijke situatie moet het kind
de ouder steeds emotionele steun bieden, terwijl het weinig steun terugkrijgt.
Ouder en kind hebben als het ware van rol gewisseld; het kind wordt
gedwongen de ‘ouder’ van de ouder te zijn.’
Het is naar mijn (AvB) mening dit in de eigen jeugd ondergane emotioneel
misbruik wat iemand later vatbaar en gevoelig maakt een relatie aan te gaan
met iemand die aandoenlijk overkomt en waarvan je denkt dat je die zou
kunnen helpen. Zo iemand als bijvoorbeeld een ASS-partner.
Ik vervolg weer uit het promotieonderzoek van Hester Lever: ‘De non-AS
partner heeft in haar geschiedenis mogelijk destructief recht opgelopen door
allerlei mogelijke factoren zoals misbruik, alcoholverslaving van een ouder,
emotionele verwaarlozing, niet gezien worden, parentificatie (noot: het op zich
nemen van de ouderrol door een kind, in situaties waarin de ouder (s) dit niet
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
23
wil of niet kan) en vele andere mogelijkheden. Daarnaast kan zij in een
partnerrelatie met autisme destructief recht oplopen omdat zij meer geeft /
meer moet geven dan ontvangt en hierin geen erkenning krijgt en hierin niet
gezien en gehoord wordt.
Nagy (2008, p 435) zegt dat vanuit therapeutisch oogpunt destructief
gerechtigde mensen twee basisinterventies nodig hebben, namelijk:
1. Billijke erkenning van hun slachtoffering in het verleden en
2. De eis gepaste aandacht te besteden aan en rekening te houden met de
wijze waarop zij in hun omgangspatronen anderen uitbuiten en
slachtofferen.’
De non-AS partner heeft naar mijn (AvB) mening onvoldoende tot niet door in
hoeverre ze een even groot aandeel heeft in de relatie als haar ASS partner. De
uitingsvormen van de patronen uit haar jeugd zien er alleen anders uit. Het is
naar mijn mening dan ook vanuit de ontkenning van de eigen rol dat vaak op
een diagnose wordt aangestuurd van de veronderstelde ASS partner, omdat
hiermee het aandeel van de veronderstelde ASS partner zou worden
aangetoond. Dit is dus niet het geval. In tegendeel: op zich verandert er dan
nog niets.
Hester Lever geeft aan dat naast de essentiële erkenning gezocht moet worden
hoe pathologische patronen mogen veranderen in meer helende, gevende en
verbindende patronen. Het gaat er om het destructief recht te veranderen in
constructief recht. Het koppel of de non-AS partner kan uit de slachtofferrol
komen naar acceptatie en wederzijds erkennen.
Als in een te vroeg stadium wordt gewerkt aan de uitsluiting of beperking van
aansprakelijkheden, kan dit het gevoel van eenzaamheid vergroten bij de non-
AS partner. Soms is het nodig dat er eerst door de non-AS partner wordt
gewerkt aan verbinding met zichzelf (zelfwaardering), voor er verbinding kan
zijn met de partner.
Naar mijn (AvB) mening is dit nodig om het recht van destructie op te kunnen
geven.
Parentificatie
Hester Lever geeft aan dat een ASS partner vanuit zijn geschiedenis, beperking
en zelfbeeld een appèl kan doen op de zorgende taak van zijn non-AS partner.
Hij kan haar in een positie van zorgende ‘ouder’ plaatsen. Aan de andere kant
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
24
kan een non-AS partner, wanneer zij in haar geschiedenis veel heeft gegeven
wat niet ontvangen kon worden door bijvoorbeeld haar ouders, haar ‘schuld’
proberen in te lossen door heel veel te geven aan haar kinderen.
Die houding van heel veel geven kan ze ook tegenover haar ASS partner
innemen. Hij krijgt dan beperkt de ruimte om zijn verantwoordelijkheid op zich
te nemen en beperkt de ruimte om te geven, binnen zijn mogelijkheden. Hem
wordt niet of beperkt de ruimte gegeven om van betekenis te kunnen zijn.
Ook kan zij bovenmatig willen zorgen om te zorgen dat de zorg die er voor haar
niet is geweest in haar geschiedenis er alsnog is. Ook dat kan verstikkend
werken voor de ASS-partner. Ook kan de non-AS partner, wanneer zij teveel
verantwoordelijkheid heeft moeten dragen in haar jeugd, verlangen dat haar
ASS partner voor haar behoeften zorgt die zij heeft gemist. Zij parentificeert
dan haar partner (noot: plaatst haar partner dan in de ouderrol ten opzichte
van haarzelf).
Het destructief recht bij de non-AS partner kan zowel door het meer geven als
ontvangen ontstaan als door het zelf niet kunnen ontvangen.
Wanneer er kinderen zijn, waarvan er mogelijk één of meer ook een beperking
hebben, kunnen er ingewikkelde patronen ontstaan. De kinderen zonder
beperking kunnen (ongezien) zorgen voor hun broertje/zusje én voor de ouder
met beperking.
Een ouder die zichzelf niet goed kan afgrenzen kan ook zijn kind niet de
grenzen bieden die dat nodig heeft en dit kan leiden tot destructieve
parentificatie.
De mate van ‘gezondheid’ in de partnerrelatie heeft zeker zijn doorwerking in
de kinderen. Het kan voor de ASS partner moeilijk zijn zijn kinderen erkenning
te geven voor hun geven. Hij kan dit door zijn beperkte vermogen zich in een
ander te verplaatsen mogelijk beperkt zien. Terwijl kinderen van een ouder met
een beperking mantelzorger zijn.
AfDD of Casandra
Hester Lever besteedt in haar promotieonderzoek ook aandacht aan Affective
Deprivation Disorder (AfDD), ‘ook wel Cassandra genoemd, een verwijzing naar
een verhaal uit de Griekse mythologie van Apollo en Cassandra. AfDD staat
voor ‘gemis aan gevoel’. Het is de partner van de ASS-partner die AfDD of
Casandra kan ontwikkelen.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
25
De non-AS partner is namelijk vaak een gevoelig, zelfstandig en zorgzaam
iemand. Zij zoekt bij haar partner liefde en verbondenheid, maar ook
emotionele wederkerigheid. Dit is voor iedereen een essentiële menselijke
behoefte. Het ervaren gemis hiervan leidt tot lichamelijke en psychische
klachten.’
In Levers onderzoek bleek dat het ontbreken van deze essentiële emotionele
behoeften een groot gemis is voor veel respondenten: er wordt zeer
ontevreden op ‘Consensus’ gescoord en mild ontevreden op ‘Tevredenheid’,
‘Affectieve uitdrukking’ en ‘Cohesie’. ‘De totaalscore leidt in de mate van
ervaren tevredenheid tot de norm zeer ontevreden. Dit betekent dat er grote
problemen bestaan in deze relaties. De relatie wordt als asymmetrisch
ervaren.’
Deze asymmetrie wordt naar mijn (AvB) mening niet enkel en alleen door de
AS-partner veroorzaakt, maar ook door de behoeftecompensatie van de non-
AS partner die, vanuit haar jeugd, zich aangetrokken voelt tot iemand die zij
kan helpen en misschien wel redden en daarom aandoenlijk en hulpbehoevend
overkomt. Ook de emotionele onbereikbaarheid, waar later in de relatie zo’n
hinder van wordt ondervonden, is ook een behoefte vanuit de eigen jeugd. Ook
de non-AS partner zal een relatie met iemand die oprechte aandacht en
affiniteit en affectie biedt, niet aankunnen en als “te benauwend” en “te
verstikkend” ervaren. De ontstane asymmetrie is naar mijn mening
aanvankelijk de behoefte vanuit beiden.
Er is naar mijn (AvB) mening echter een verschil. Daar waar de ASS-
partner de afstandelijkheid door de stoornis heeft, heeft de non-AS partner
onbewust een emotioneel onbereikbare partner opgezocht vanuit haar jeugd
van affectieve verwaarlozing (vandaar het vallen op een afstandelijk iemand)
en emotioneel misbruik (vandaar de behoefte om iemand te helpen en
redden). Naar mijn mening zou de non-AS partner, vanuit de eigen jeugd,
sowieso op een emotioneel onbereikbare partner zijn gevallen. Alleen als dit
aspect wordt meegenomen is het naar mijn mening voor een non-AS partner
mogelijk om een tevredenstellend leven te leiden, met of zonder een ASS
partner. Als de non-AS partner zich hier geen rekenschap van geeft, bestaat de
kans dat ze een depressie of een burn-out ontwikkelt. Dit komt niet door haar
ASS partner, maar is een gevolg van haar jeugd. Haar ASS partner triggert
datgene wat er vanuit de jeugd bij de non-AS partner al zit.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
26
Een hieruit voortvloeiend verschil is dat de ASS partner zich niet kan
helen van zijn stoornis en dat de non-AS partner zichzelf wel kan helen van de
gevolgen van haar opvoeding. De non-AS partner kan zichzelf alsnog
emotioneel opvoeden en leren alsnog invulling te geven aan de vroeger niet
vervulde emotionele behoeften, die er wel degelijk zijn, maar waaraan, vanuit
de jeugd, niet geleerd is er invulling aan te geven.
9.
Waarom moet je er voor oppassen zelf diagnoses op iemand te plakken?
Veel mensen die te veel in hun relatie investeren, hebben de neiging de
oorzaak van hun situatie bij hun (ex-)partner te leggen, waarbij ze volledig
voorbij gaan aan hun eigen even grote aandeel.
Een van de uitingsvormen hiervan is dat men, niet gehinderd door enige kennis
van zaken en zonder dat er een formele diagnose door een deskundige en
daartoe opgeleide professional aan voorafgegaan is, de partner borderliner,
narcistisch, bipolair, autistisch of Asperger noemt.
“Ik ben er achter gekomen dat ik de ziekte van Cassandra-cadd heb. Mijn
vrouw is geen prater. Ik ging op internet zoeken: ‘autistisch’. Er viel geen
kwartje bij mij. Later heb ik het weer opgezocht en toen las ik: cadd. Dat is een
vorm dat je partner bent van iemand met Asperger of autisme. Toen viel het
kwartje. Mijn vrouw heeft bepaalde dingen van autisme: niet knuffelen,
communicatievormen zijn moeilijk. Toen ik het boek van Aston las, dacht ik: Dit
is het!”Ik snap dat als je een aantal kenmerken herkent, je denkt dat er sprake
is van Cassandra-cadd. Het probleem is echter dat autistisch gedrag uit veel
meer en ook uit specifieke kenmerken bestaat, naast de afstandelijkheid en de
emotionele onbereikbaarheid en het weinig communiceren van je vrouw. Dit
etiket van afstandelijkheid en dergelijke is op veel meer volwassenen van
toepassing; toch heeft maar een klein percentage daarvan een vorm van
autisme. De oorzaak van de afstandelijkheid, de emotionele onbereikbaarheid
en het weinig communiceren zit doorgaans in de jeugd: een jeugd met
affectieve verwaarlozing, emotioneel misbruik en/of geestelijke mishandeling.
Deze patronen uit de jeugd zijn voor de betrokkenen zelf nauwelijks of niet te
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
27
herkennen. Jouw vrouw is niet de oorzaak van jouw depressieve gevoelens,
jouw perfectionisme en jouw spanning. Ook hiervan zit de oorzaak in jouw
eigen jeugd.
“Ik herken mensen met psychische stoornissen.” Dat lijkt me
onwaarschijnlijk; je herkent je patronen van vroeger in andere mensen. Dit
heet projectie. Dat je hen aantrekt is niet hetzelfde als herkennen. Je trekt hen
aan en legt vervolgens de oorzaak bij jullie problemen, niet gehinderd door
enige kennis van zaken, bij de ander. Je bent niet in staat om mensen met
psychische stoornissen te herkennen, omdat je voor het diagnosticeren van
psychische aandoeningen en stoornissen opgeleid moet zijn en dat ben je niet.
Het valt me op hoe graag sommigen allerlei mensen om hen heen willen
voorzien van psychische etiketten. Het is maar goed dat daar speciaal
opgeleide mensen voor zijn: je moet er een speciale ‘aantekening’ voor halen
om te mogen diagnosticeren. Ook ik ben niet bevoegd tot diagnosticeren. Ik
heb het zelf daarom altijd over: ‘aspecten van…’, ‘het lijkt op…’ of: ‘het zou
mogelijk kunnen zijn…’ of ‘ik vermoed dat er sprake zou kunnen zijn van…’. Niet
gehinderd door enige kennis van zaken worden (ex-)partners voorzien van
psychische etiketten alsof het om een leeftijdsklasse gaat. Je zou zelf ook niet
willen dat iemand, niet gehinderd door enige kennis van zaken, zo over jou zou
praten. Ik vraag daarom namelijk altijd of er door een daartoe bevoegde
therapeut een diagnose is gesteld. Het antwoord is in 8 van de 10 gevallen:
Nee.
Het biedt jou iets om de ander een dergelijk etiket op te plakken, want dan
hoef je niet naar je eigen aandeel te kijken.
En al zou betrokkene die diagnose verdienen, dan nog gaat het erom dat je je
zelf dat gedrag hebt laten aanleunen. Als je dat niet verandert, zul je dat bij een
volgende partner weer herhalen; het ziet er dan alleen net weer even anders
uit. Jouw probleem ligt dus niet in de mogelijke diagnose van de ander; de
oplossing van jouw probleem ligt daar dus ook niet in. De oplossing van
datgene waar jij last van hebt, zit in het doorbreken van jouw eigen patronen
vanuit jouw jeugd.
“Hij heeft een neiging naar dat narcistische: ‘Ik ben centraal in de
wereld’. Hij komt arrogant over. Omdat hij zegt dat hij alles weet. Hij houdt
geen rekening met anderen.” Ook bij narcisme komen nog andere aspecten om
de hoek kijken, die veel specifieker zijn dan wat jij noemt. Dat wat je noemt is
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
28
op zich geen narcisme. Arrogantie en een gebrek aan empathie zijn slechts
twee van de negen aspecten van een narcistische persoonlijkheidsstoornis. Om
een narcistische persoonlijkheidsstoornis te hebben, moet aan minimaal vijf
van die negen aspecten worden voldaan. En dan nog kan dat alleen
gediagnosticeerd worden door een daartoe bevoegde hulpverlener. Je moet
namelijk specifieke opleidingen volgen om te kunnen en te mogen
diagnosticeren. K stelt zich centraal op binnen het gezin, “omdat alles om hem
moet draaien. Hij als hoofd van het gezin. Hij heeft gelijk.” Dit kan net zo goed
dominantie zijn. “Ja. Hij heeft me daar ook wel voor nodig.” Klopt, beiden
hebben jullie de ander nodig voor het in stand houden van je eigen gedrag.
Dominantie is niet een van de criteria van narcisme. Ik raad je aan om hem niet
meer jouw eigen etiketten (gebaseerd op aannames) op te plakken, want zo
lang je dat doet, gaat het niet over de inhoud. Een diagnosestelling zou voor
jou betekenen dat je gelijk hebt, zo van: Zie je wel, zijn gedrag verklaart alles.
Het komt door zijn gedrag. Je kunt je achter de diagnoses verschuilen en in je
slachtofferrol blijven hangen. Waar het echter om gaat is dat je ook zonder
diagnoses moet kijken naar zijn specifieke gedrag. Ook met een diagnose van
autisme en/of narcisme zijn jouw problemen namelijk helemaal niet opgelost.
Met zijn diagnoses krijg je nog geen gelijk, want dat heb je niet, omdat je 50%
aandeel hebt in de hele situatie en in de gebeurtenissen. Het gaat dus niet om
diagnosestellingen. Je wilt er mogelijk je gelijk aan ontlenen, maar dat is nou
net waar het niet om gaat. Waar het om gaat is dat jullie samen niet in staat
waren een gezonde emotionele communicatie met de ander aan te gaan. Jij
evenmin, terwijl er over jou geen aanname van diagnoses van autisme en/of
narcisme bestaat.
“N is zeer depressief.”Hij is niet als zodanig gediagnosticeerd en hij is het
ook niet voortdurend. “N. is stressgevoelig en heeft stemmingswisselingen, met
grote downs.” Ik ben niet opgeleid om te kunnen en te mogen diagnosticeren,
maar ik vraag me af of hij depressief is. Ik zou dat woord ook niet gebruiken als
hij niet als zodanig door een daartoe bevoegde hulpverlener is
gediagnosticeerd. Die downs worden bij hem getriggerd doordat hij zich niet
gezien voelt. “Jan wil heel veel bevestiging, dat het wel weer goed komt.” Zijn
“depressieve” gevoelens lijken getriggerd te worden door situaties waarin hij
zich niet serieus genomen voelt. Hij lijkt eerder sikkeneurig en chagrijnig dan
depressief.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
29
“Vorig jaar mei/juni las je voor het eerst over narcisme en ik ben gaan
googelen.” Je noemt heel veel mensen in jouw omgeving narcistisch: je
schoonmoeder, je beide ouders en je ex-man. Je ziet hun narcisme als
oplossing voor alles: je verklaart al hun gedrag door hun narcisme. Dan kun je
de oorzaak helemaal bij hen leggen. Als je je schoonmoeder narcist noemt
(“puur narcistisch”) vanwege haar claimende, dwingende gedrag, mag je jezelf
ook in het rijtje narcisten plaatsen, want jij vertoont ook claimend en dwingend
gedrag. De uitingsvormen ervan verschillen alleen. Je gebruikt het etiket
narcisme om de oorzaak van jouw ellende bij andere mensen te leggen. Ook
leg je de schuld bij je schoonmoeder. Zij is in het geheel geen partij in jullie
relatie. Dat kunnen alleen P. en jij zijn. Jij wilt via P. zijn moeder laten
veranderen, want dan is jouw probleem opgelost, denk je. Jouw probleem is
juist dat je de schuld bij andere mensen legt en dat je hen wilt veranderen. Je
kunt niet accepteren dat je niet met P’s moeder om kunt gaan en dat P. hierin
niet wil veranderen. Zolang je de oorzaak van jouw ellende bij andere mensen
blijft leggen, zul je je ongelukkig blijven voelen, zul je op de automatische piloot
blijven leven, zul je blijven malen, zal het gat steeds groter worden en zul je
geen doorbraak kunnen realiseren.
‘Heeft Y wel een depressie of hoort het bij haar arsenaal aan
verdedigingsmechanismen? Een van haar favoriete verwijten is dat ik geen
rekening hield met haar depressie.’Het maakt niet uit of Y wel of niet een
depressie heeft, of ze wel of niet autistisch zou zijn, of ze wel of niet een narcist
zou zijn, of ze wel of niet weetikveelwat zou zijn of hebben. Waar het om gaat
is het resultáát van haar gedrag…. Dáár heb jij last van, niet van haar diagnose.
Dus haar geweld, haar bedreigingen, haar intimidaties. En het maakt niet uit of
het onder de diagnose autisme of borderline of schizofrenie valt. Wat
verandert er voor jou door welke diagnose haar gedrag wordt veroorzaakt? Dat
is alleen voor Y interessant: het verandert jouw ondergeschiktheid aan haar
niet. Ze zal je van alles blijven verwijten, want zolang ze dat doet, hoeft ze niet
bij zichzelf te rade te gaan en hoeft ze niet met zich zelf aan de slag. Waar het
voor jouw herstel om gaat is dat jij je uit jullie machtsconflict haalt. Zij zal dat
niet doen.
“Volgens mij is hij psychopaat. Hij lijkt geen gevoel te hebben. Is
roekeloos, neemt risico’s ondanks dat mensen daaronder lijden.” Dat hij geen
gevoel lijkt te hebben baseer je op het feit dat als je verdriet had, hij daar niks
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
30
mee deed. Hij kon verder twee gezichten hebben, ook naar jou toe. “Hij kon
ontzettend lief zijn, niets is te gek, hij koopt alles voor je. Hij zegt ook: ‘Ik hou
van je. Je bent zo mooi’.” Hij palmt je dus in met cadeaus en met woorden. Wat
hij laat zien is ook ander gedrag. Dat andere krijg je erbij: het liegen en het
bedriegen. Ik weet niet of hij psychopathisch is, het kan heel goed zijn dat hij
het is. Waar het om gaat is dat jij je het gedrag dat je beschrijft, hebt laten
welgevallen. Dan maakt het niet uit of hij wel of niet psychopathisch is. Je hebt
last van onrust, gepieker, slapeloosheid en gevoelens van eenzaamheid, niet
omdat hij psychopaat is, maar omdat jij vanuit jouw eigen jeugdpatronen, je
zijn gedrag hebt laten welgevallen.
“Ik had gegoogeld op narcisme en bindingsangst. Ik dacht: Misschien ligt
het niet aan mij, als hij maar geholpen wordt.” Ik ga er vanuit dat beide
partners altijd evenveel, dus vijftig procent, aandeel hebben in hun relatie,
tenzij een van beiden niet volledig toerekeningsvatbaar is. Ook al is het zo dat
het gedrag van een van beide partners er erger uitziet, bijvoorbeeld door het
geweld of door bijvoorbeeld borderline-gedrag, dan nog kan dat alleen
doorgaan doordat de andere partner zich daarvoor leent. Het is niet het
probleem dat een partner bijvoorbeeld gewelddadig of narcistisch is of
borderliner heeft, want dan ga je gewoon weg. Het probleem is dus dat je niet
weg kunt van een (bijvoorbeeld) gewelddadige, of narcistische partner of van
een partner met borderline. Dát is het probleem. En de voedingsbron daarvan
zit in je jeugd.
“Is zijn narcisme nog te veranderen? Omdat ik met hem verder wil.” Het
is juist omdat je met hem verder wilt, dat je zo graag wilt dat zijn narcisme nog
te veranderen is. Narcisme is naar mijn mening niet aangeboren maar een
overlevingsmechanisme en een beschermingmaatregel vanuit de jeugd van de
narcist. In theorie zal narcisme wel te genezen zijn, juist omdat het niet iets
genetisch is en omdat het niet aangeboren is. In de praktijk zal het
onwaarschijnlijk zijn, omdat een narcist zichzelf juist miskend voelt en mede
daardoor de schuld bij anderen legt. Voor het veranderen van jezelf is het
nodig dat je inzicht wilt hebben van je eigen aandeel. Dat is wel het laatste wat
de narcist wil. Het heeft dan ook met jouw eigen verleden te maken dat je aan
een dood paard bleef trekken en dat je nu nog zou willen en dat je nu nog
hoopt dat hij gaat veranderen.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
31
Je zult het nu nog niet kunnen inzien, maar als je hersteld bent, zul je heel bij
zijn dat hij het heeft uitgemaakt, omdat je daar zelf niet toe in staat zou zijn
geweest. En het verbreken van jullie relatie was voor jou nodig om met jezelf
aan de slag te gaan. We hebben jammer genoeg een levenscrisis nodig om met
onszelf aan de slag te gaan.
‘Ik heb veel problemen met mijn partner. Hij heeft een bipolaire stoornis
en slikt zijn medicijnen. Op dit moment heb ik zoveel problemen dat ik er niet
meer uit kom. Hij wil absoluut niet over gevoelens, problemen of wat dan ook
praten en manipuleert (saboteert) onze communicatie zodat ik in totale
verwarring bent. Hij loopt al heel lang in de hulpverlening en ik word overal
buitengehouden. Overigens zegt hij dat hij zelf nergens last van heeft. Zijn
hoofd is heel druk en hij kan zich op dit moment slecht concentreren en slecht
dingen onthouden. Ook lijkt het dat hij het geweldig vindt dat ik hulp zoek of
dat ik emotioneel bent (want dat ben ik). Hij zoekt steeds mijn grenzen op.’ De
reden dat hij er niet met jou over wil praten hoeft niet met jou te maken te
hebben. Ook het feit dat hij niets met jou deelt over zijn hulpverlening hoeft
niets met jou te maken te hebben. Ik kan me indenken dat het voor jou fijn zou
zijn als hij dingen hierover met jou deelt. Daarnaast betreft het zijn eigen
autonomie om dit wel of niet te doen. Dat hij het geweldig vindt dat jij hulp
zoekt of dat jij emotioneel bent, kan komen doordat hij het dan bij jou neer kan
leggen, waarmee hij het van zichzelf afhaalt. Waar jij vervolgens weer gek van
wordt, waardoor je weer emotioneel wordt, enzovoorts. Jullie zitten in een
vicieuze cirkel. Waar het om gaat is wat alles wat je meemaakt met jóu doet.
Het is niet in eerste instantie het gedrag van jouw man wat jou problemen,
verdriet en emotionele pijn geeft; het is jouw onvermogen hiermee om te
gaan. De voedingsbron daarvan zit in jouw jeugd. Hij veroorzaakt niet jouw
problemen, verdriet en pijn, hij triggert datgene wat er al van vroeger zit. Al
zou zijn gedrag verwijtbaar zijn, dan nog heb je er ook een eigen aandeel in
doordat je het in stand houdt. Je houdt het in stand omdat het jou iets biedt. Je
kunt dit alleen veranderen door je eigen patronen van vroeger te veranderen.
En dat hij aangeeft geen last te hebben, klopt vanuit zijn zienswijze ook: hij
heeft geen emotionele pijn en verdriet; jij bent in zijn ogen degene die klaagt.
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
32
10.
Praktische tips voor communicatie tussen partners
Hester Lever noemt in Bijlage 3 van haar promotieonderzoek praktische tips en
belangrijke aandachtspunten voor de non-AS partner voor een gesprek. Zij
heeft dit gehaald uit literatuur van Maxine C. Aston en uit de praktijkervaring
van deskundigen op dit gebied.
Ga pas een gesprek aan met je AS-partner als je je eigen emoties weer
kunt beheersen;
Zorg voor een rustige en ontspannen sfeer;
Begin geen gesprek als een van beiden ergens naar toe moet, als hij een
tv programma zit te kijken of aan het computeren is, als jullie aan het
eten zijn of als jullie in de auto zitten;
Kom niet met een belangrijke boodschap als de kinderen of anderen een
beroep op je doen, of als jullie in een groter gezelschap zijn, zoals bij een
etentje of een uitje met vrienden;
Begin je boodschap met het noemen van de naam van je partner, wacht
dan en tel desnoods tot 10, herhaal dan zijn naam en begin dan pas met
het geven van de boodschap. Op deze manier geef je je partner de tijd
die hij nodig heeft om in zijn hoofd de overstap te maken van datgene
wat hij aan het doen is naar het ontvangen van een boodschap;
Voor veel ASS partners geldt: werk is werk en thuis is thuis. Bel je hem op
zijn werk om iets te bespreken (over thuis) dan kan dat lastig zijn. Geef in
zo’n geval veel schakeltijd en doe het alleen indien hoognodig;
Voor sommige partner is oogcontact moeilijk en kan dit zoveel prikkels
geven dat hij de boodschap niet meer kan ontvangen. Ga dan in een
hoek van 90 graden ten opzichte van elkaar zitten in plaats van
tegenover elkaar. Dan kan je partner zich beter richten op de boodschap.
Gedempt licht helpt ook hierbij;
Gebruik korte zinnen en hanteer ik-boodschappen: “Ik wil….”, “Ik vind
het fijn dat jij…. doet”, want dat doet me pijn”, enzovoorts;
Praat niet te snel, informatie wordt in detail verwerkt, stukje voor stukje;
Het helpt als je duidelijk zegt wat je bedoelt of wilt;
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
33
Geef voldoende tijd om te reageren; alles wordt langzaam opgenomen
en verwerkt;
Stel zoveel mogelijk gesloten vragen (vragen waar je met ja of nee op kan
antwoorden). Open vragen zijn ingewikkeld, omdat de essentie er
moeilijker uitgehaald kan worden; hiervoor moet je ook de non-verbale
signalen kunnen opvangen;
Wat vaak ook goed werkt is communiceren via mail of sms, omdat er dan
geen non-verbale prikkels bij zijn. Werken met lijstjes, post-its,
prikborden, brieven en de herinneringsfunctie op zijn mobiel kunnen ook
goed werken;
Geef elkaar feedback; ga na of jullie goed begrepen hebben wat de ander
bedoelt. Klopt de waarneming? Klopt de interpretatie? Het gebrek aan
feedback behoort tot de grootste struikelblokken van communicatie;
Als iets je pijn heeft gedaan, reageer daar dan direct of zo snel als
mogelijk/gepast is op, maar haal eerst een paar keer diep adem en wacht
totdat je het rustig, rationeel kunt verwoorden;
Haal geen oude koeien uit de sloot;
Hoe moeilijk de communicatie ook kan zijn: fysiek geweld mag niet
getolereerd worden! Fysiek geweld tast de relatie in haar kern aan;
Verbaal geweld kan pijnlijk en destructief zijn en langdurige psychische
effecten hebben. Hieronder vallen humor ten koste van een ander en
sarcastische opmerkingen. Ook dit mag niet getolereerd worden.
Praktische tips om AfDD of Casandra te voorkomen
Hester Lever geeft in Bijlage 4 van haar promotieonderzoek aan wat de non-AS
partner zelf kan doen om AfDD of Casandra te voorkomen. Ze heeft deze tips
uit literatuur van Maxine C. Aston en van praktijkervaring van deskundigen op
dit gebied.
Lever noemt naar mijn (AvB) mening dezelfde aspecten die van toepassing zijn
op mensen die door hun relatieverslaving te veel investeren in de liefde, omdat
ze hun hele ziel en zaligheid in de relatie stoppen en geen of nauwelijks een
eigen leven naast hun relatie opbouwen:
Afspreken met vriend(inn)en
Lid worden van een sportschool
Iets creatiefs gaan doen
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
34
Lid worden van een wandel-/hardloopclub
Regelmatig contact met lotgenoten (voor relatieverslaafden via de Robin
Norwood Zelfhulpgroepen)
Lid worden van een internet-praatgroep
Zichzelf leren verwennen, bijvoorbeeld met kapper/pedicure/massage
Vrienden op de koffie vragen
Zichzelf trakteren op iets leuks
Een dagboek bijhouden
Een studie en/of werk (betaald of onbetaald) waar je groei, ontwikkeling
en/of positieve energie uit kunt halen.
Hester Lever geeft aan dat wanneer het autisme of het Aspergesyndroom in de
relatie bespreekbaar is, de ASS partner ook de non-AS partner kan helpen AfDD
of Casandra te voorkomen. Lever noemt als voorbeelden:
Zijn partner bij het weggaan een zoen geven
Zijn partner begroeten als zij thuiskomt
Zijn partner begroeten als hij zelf thuiskomt
Elke dag iets aardigs tegen haar zeggen
Vragen of ze een knuffel wil als ze van streek is
Haar een knuffel geven voor ze gaat slapen
Haar hand vasthouden als ze gaan wandelen
Haar vragen hoe haar dag is geweest
Haar bellen als hij later thuis komt dan afgesproken
Haar zeggen dat hij van haar houdt, ook al heeft hij dat al eens gezegd
Een dagboek bijhouden
Haar een leuk sms-je sturen
Een lief briefje voor haar achterlaten.
Het volgende hoofdstuk gaat over: Wat is verliefdheid, liefde en houden van?
Hierin zal worden beschreven:
In hoeverre is verliefdheid een chemisch proces?
Waarom krijg je vlinders in je buik als je verliefd bent?
Kun je op je 80ste net zo verliefd zijn als op je 16de?
In hoeverre worden we beïnvloed door liedjes en films?
Wat is verliefdheid?
LOSLATEN www.loslaten.nu Ammy van Bedaf MSc
[email protected] 06-53 65 13 59 meld je op website aan voor gratis eZine
35
Waarom sluiten stabiliteit en impulsieve hartstocht elkaar uit?
Waarom verwarren mensen seks met liefde?
Het volgende hoofdstuk gaat over:
Als je een relatie hebt met iemand met (aspecten van) het
Aspergersyndroom
1. Wat zijn de aspecten van het Aspergersyndroom?
2. Hoe vaak komt het Aspergersyndroom voor, is het erfelijk en waarom
lijken er de laatste jaren meer mannen met Asperger te zijn?
3. Wanneer bestaat er een grotere kans dat je je aangetrokken voelt tot
iemand met het Aspergersyndroom?
4. Waartoe voelen partners zich bij een Asperger aangetrokken en wat kan
het tot een obsessieve liefde maken?
5. In hoeverre is het mogelijk om een naar omstandigheden tevreden.
stellende relatie te hebben met iemand met het Aspergersyndroom?
6. Wat zijn de aspecten die jouw aandacht verdienen in een relatie met
iemand met Asperger?
7. Welke overwegingen zouden een rol moeten spelen als je een diagnose
verlangt?
8. Als de emotionele pijn, de emotionele onrust en het piekeren blijven.
Ik help mensen die piekeren en malen om weer rust in hun hoofd te krijgen.
Ik doe dat middels een Eendaagse Coaching: een eenmalig gesprek van zes uur.
Op grond van jouw verhaal over zowel nu als over vroeger, kan ik zien welke
patronen van vroeger je nu nog, onbewust en onbedoeld, zelf in stand houdt.
Binnen een week na ons gesprek krijg je een zeer uitgebreide maatwerk
rapportage met daarin mijn bevindingen, met antwoord op al jouw vragen en
me de concrete handvatten hoe jij jouw patronen van vroeger kunt doorbreken
en hoe jij de nieuw opgedane inzichten in jouw gedrag kunt integreren.
De nazorg is levenslang: je kunt mij je leven lang vragen stellen.
Ga voor meer informatie naar mijn website www.loslaten.nu
19 februari 2014
Ammy van Bedaf