Lentekriebels

20
LENTEKRIEBELS Voorjaarsbloemen

description

Lentekriebels. Voorjaarsbloemen. We gaan eens kijken naar verschillende soorten lentebloeiers. De bloemen die je tegenkomt in het voorjaar worden voorjaarsbloemen genoemd. In het “ Hallerbos ” heeft een fotograaf prachtige foto’s genomen van lentebloeiers. - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Lentekriebels

LENTEKRIEBELSVoorjaarsbloemen

We gaan eens kijken naar verschillende soorten lentebloeiers. De bloemen die je tegenkomt in het voorjaar worden voorjaarsbloemen genoemd.

In het “Hallerbos” heeft een fotograaf prachtige foto’s genomen van lentebloeiers. Klik op de link om eens een kijkje te nemen:

http://www.hallerbos.be/lentebloeiers-in-beeld/

NarcisDe narcis is een bolbloem.

Er zijn zo'n 35 soorten narcissen over de hele wereld. Narcissen kunnen verschillende kleuren krijgen, waaronder: roze, rood, oranje, zalm of wit. Het hart van deze bloem is oranje of rood. Er bestaan ook gevlekte narcissen.

Narcissen zijn voorjaarsbollen en hebben een koude rustperiode nodig. Narcissen in het wild kunnen zichzelf vermeerderen. Elk jaar komen er meer bloemetjes, waardoor er steeds meer narcissen komen in het wild. Een narcis kan zo'n 35 centimeter lang worden.Narcissus was een zeer knappe jongeman die door

de aanblik van zijn eigen spiegelbeeld in een meertje, zo verliefd werd op zichzelf, dat hij zich niet meer los kon maken van het urenlang staren naar

deze onbereikbare schoonheid en langzaam wegkwijnde. Uiteindelijk veranderde de wraakgodin Nemesis hem in een narcis. Het voorovergebogen hoofd van de narcis lijkt op het voorovergebogen

hoofd van Narcissus.

TulpDe tulp groeit op uit een bloembol.

Oorspronkelijk komt de tulp uit Iran, Kazakstan en Afghanistan. Nomaden hebben de tulp ontdekt in de tuinen van Iran. In Turkije werd de tulp een erg populaire voorjaarsbloem (ook werd de tulp een symbool voor de vruchtbaarheid.)

In 1562 kwam de tulp in Antwerpen. De eerste stad in Europa waar de tulp is geweest. In 1593 werden de eerste exemplaren in de winkel verkocht. De bostulp (tulipasylvestris) is de enige tulp die in Nederland in het wild groeit.

Vroegen droegen sultans een tulp op hun tulband als symbool. De naam van de tulp komt van het Perzische woord “tulipan” dat betekent tulband.

KrokusKrokus (Crocus) is een geslacht uit de lissenfamilie , dat 90 soorten omvat.

Hiervan is circa een derde deel herfstbloeier en twee derde lentebloeier,

De krokussen zijn vooral afkomstig uit de bergen rond de Middellandse Zee. Het grootste aantal soorten zijn afkomstig uit de Balkan en Klein-Azië.

HyacintDe hyacint  is een bolgewas uit de aspergefamilie. De plant is afkomstig uit het oostelijke Middellandse Zeegebied (Midden-Turkije tot Libanon). De soort bloeit in België buiten van maart tot mei. Een enkel bloempje wordt een nagel genoemd.

De bol heeft een doorsnede van 3–7 cm. De langwerpige bladeren zijn 15–35 cm lang en 1–3 cm breed. Ze groeien vanuit een bladrozet aan de voet van de plant. De centrale stengel draagt twee tot vijftig geurende bloemen en wordt 20–45 cm hoog. De bloeiperiode valt vroeg in het voorjaar.

SpeenkruidDe plant wordt tot 30 cm hoog en bloeit van maart tot mei. De hartvormige bladeren zitten aan het uiteinde van een lange bladsteel. De gele bloemen hebben acht tot twaalf kroonbladeren en drie groene kelkbladeren, een afwijking ten opzichte van de overige leden van de ranonkelfamilie. Bij slecht weer blijven de bloemen gesloten, bij zon spreidt de bloem zich wijd open. De planten vormen als het ware een "tapijt" dat vaak niet hoger is dan 10 cm. Na de bloei sterft het bovengrondse deel van de plant af, de ondergrondse knolletjes van enkele millimeters leng te blijven in leven voor het volgende jaar.

Wat heeft een bloem nodig om te groeien?

12

3

4

Kijk goed naar de nummertjes. Deze vier dingen heeft een bloem nodig.

De delen van een bloem

Bol of knol?Als je dit filmpje bekijkt weet je meteen wat het verschil is tussen een bol en een knol.

http://www.schooltv.nl/beeldbank/clip/20090423_vroegebloeiers01

Meervoud:

Bollen

Knollen

Snijdt nu zelf eens een bol en een knol doormidden. Wat zie je allemaal?

Wil je zelf het verschil zien tussen een bol en een knol? Dat kan! Pak een aardappel en een ui en volg de onderstaande vragen.

1.Bekijk de aardappel aan de buitenkant◦ Voelt de schil ruw of glad aan?◦ Zie je puntjes in de aardappel? (Dat worden ogen genoemd.)

2.Snijd de aardappel door◦ Heeft de binnenkant overal dezelfde kleur?◦ Is de schil dun of dik?◦ Voelt de binnenkant droog of nat?

3.Bekijk de ui aan de buitenkant◦ Voelt de schil ruw of glad aan?◦ Wat zie je aan de bovenkant?◦ Wat zie je aan de onderkant?

4.Snijd de ui van boven naar beneden door◦ Voel je al iets aan je ogen?◦ Wat dan?

5.Bekijk de binnenkant van de ui◦ Hoeveel lagen heeft de ui?◦ Wat zie je tussen de lagen zitten?

Hebben volgende bloemen of planten een bol of een knol?

Krokus – dahlia – sneeuwvlokje – narcis – tulp – begonia – aardappel – ui – lelie

Zoek het uit via volgende link: www.wikipedia.com

Buiten een bol of een knol kan een bloem ook een wortelstok hebben. Kijk maar is in je bundeltje hoe een wortelstok eruit ziet. De netel, het klein hoefblad, het meiklokje en de anemoon hebben allemaal een wortelstok.

Kan jij de juiste naam bij de bloem plaatsen? Kies uit: meiklokje, netel, anemoon en klein hoefblad.

anemoon

Meiklokje

Klein hoefblad

Netels

Eventjes ontspannen met een gedicht …

Kom vlug mee naar buiten

Kom toch eens gauw

De zon is zo licht

En de hemel zo blauw

De sneeuwklokjes komen

Al boven de grond

En overal fladderen er vogeltjes in het rond

Ze piepen zo vrolijk

Ze zingen zo blij

Hoera! Het is voorjaar!

De kou is voorbij!

De witte klokjes klingelen Zachtjes heen en weerHet is feest daar in mijn tuinZe groeien meer en meerDe bodem is nu rijk bedektMet een tapijt van wit, geel en blauwMaar bij bloemen hoort de zonDus lente kom maar gauw

Er bloeit een bloempjeLangs velden en dauw

Haar oog is als de hemelZo helder en zo blauwHet kent maar weinig

woordenHoe vriendelijk het ook ziet

‘t zegt altijd hetzelfde‘Vergeet mij niet’

Werk nu verder aan de andere oefeningen. ( Bestuiving moet je niet maken)

Hiervoor heb je de PowerPoint niet meer nodig.

Als je helemaal klaar bent, dan kan je je bundeltje verbeteren met behulp van volgende slides.

Groene pen en verbeteren maar!Opdracht 1:

Tulp – narcis – speenkruid – krokus – hyacint

Opdracht 2:

1. zon: warmte en licht

2. Lucht: zuurstof

3. Grond

4. Water

Opdracht 3:

1. Vruchtbeginsel

2. Kroonbladeren

3. Meeldraden met helmknoppen

4. Kelkbladeren

5. Stamper met stempel

Opdracht 4:

Knol: krokus, dahlia, begonia, aardappel

Bol: sneeuwvlokje, narcis, tulp, lelie en ui

Opdracht 5:

Hazelaar en klein hoefblad passen niet in het rijtje, omdat ze een wortelstok hebben.

Opdracht 6:

Fout 1: Na de bloei mag je de bollen uit de grond halen en ze bewaren tot in het najaar.

Doorstreep najaar en schrijf voorjaar

Fout 2: Een knol heeft geen rokken of schubben.

Doorstreep knol en schrijf bol.

Opdracht 7:

Pluisbol past niet in het rijtje.

Opdracht 8:

1. Katje

2. Knoppen

3. Lente

4. Bloem

5. Rokken

6. Bloembol

7. Speenkruid