Journaal III - 2011
-
Upload
westfriesgasthuis -
Category
Documents
-
view
229 -
download
0
description
Transcript of Journaal III - 2011
JournaalP e r s o n e e l s b l a d v a n h e t W e s t f r i e s g a s t h u i s
2 0 1 1
3
WestfriesgasthuisLoop(t)
Resultaatgericht beoordelen
Elektronisch voorschrijven (EVS):is dat veiliger?Lebby
Leerzaam en inspirerend werkbezoek aan Seattle
p a g i n a 3
p a g i n a 4
p a g i n a 5
p a g i n a 6
Westfriesgasthuis Loop(t)
Het Westfriesgasthuis bouwt aan de toekomstp a g i n a 8 - 1 3
Slank & Fit: Flexibiliseringp a g i n a 1 4
c o l o f o n
Journaal2
Verandering in de CAO Ziekenhuizen 2011 – 2014p a g i n a 1 5
Inhoud
Het hart op de juiste plaats
Unit techniek in beeld
Ontmoetingen
Puzzel
p a g i n a 1 7
p a g i n a 1 8
p a g i n a 1 9
p a g i n a 2 0
Symbiant, the day afterp a g i n a 1 6
Jaargang 25, nummer 3, 2011
Dit is een uitgave van het Westfriesgasthuis, Postbus 600, 1620 AR Hoorn, tel. 0229 - 257 257. Het Journaal heeft een oplage van 800 exemplaren en verschijnt 4 maal per jaar.
Redactie: Fred Beemsterboer, Emmie Bobeldijk, Judith van Druten, Tim de Haan, Chantal Hofenk, Irene Hoogstraten, Edy Klaassen, Marijke Jongert, René Nieuwenhuijse, Alexa Tjeenk Willink, Hilda Vleems, Philip Vriend en Francisca van Putten
Eindredactie: Spelvaut, taal & tekst Communicatie: Edy Klaassen Postbus 600 1620 AR Hoorn
E-mail adres: [email protected]
Vormgeving: Waldo Creative Concepts
Fotografie: Marcel Rob, Kees van Haastregt, Jessica van de Velden, Femke van Heerikhuizen (illustratie)
Puzzel: Marian Koopman
Druk: Grafiplan Nederland B.V.
Adreswijzigingen: afdeling communicatie, 3e etage oudbouw B1 317
Niets uit deze uitgave mag gereproduceerd worden zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.
Afgelopen zondag vond voor de zevende keer de Westfriesgasthuis Loop(t) plaats. Traditiegetrouw waren start en finish bij de
hoofdingang van het Westfriesgasthuis. Er was een kidsloop voor kinderen tussen de 6 en 9 jaar en voor kinderen tussen 10 en
12 jaar (beide minder dan 1 kilometer). Volwassenen konden kiezen tussen twee afstanden: 5 of 10 kilometer.
De opbrengst van 1000,- euro kwam geheel ten goede aan de stichting Topsport met zonder Handicap van Marije Smits.
g
Jongens 6-9 jaar
Plaats Tijd Naam
1 3,16 Yannick Brinkmann
2 3,26 Tom van der Schuit
3 4,09 Thijs Koel
Jongens 10-12 jaar
Plaats Tijd Naam
1 7,38 Justin Koster
2 7,43 Siebe Velez
3 8,01 Lucas Polderman
5 kilometer mannen
Plaats Tijd Naam
1 19,21 Ruud van Breukelen
2 21,01 Rens Dudink
3 21,17 Wout Visser
10 kilometer mannen
Plaats Tijd Naam
1 34,54 Koen Selie
2 36,17 Gerard Warnaar
3 36,43 Peter Bosgoed
Meisjes 6-9 jaar
Plaats Tijd Naam
1 4,28 Anna Groen
2 4,15 Isa Baardse
3 4,01 Carenza Koster
Meisjes 10-12-jaar
Plaats Tijd Naam
1 8,07 Maartje Kop
2 8,27 Maureen van der Haar
3 8,31 Eva Koel
5 kilometer vrouwen
Plaats Tijd Naam
1 23,35 Sylvia Bos
2 26,05 Annet Koomen
3 26,50 Janneke van Vuuren
10 kilometer vrouwen
Plaats Tijd Naam
1 45,00 Jacqueline Prins
2 45,45 Miriam Zuurbier
3 46,21 Monique Le Pansch-Pauw
3Journaal
Uitslagen en foto’s staan op www.westfriesgasthuis.nl
is dat veiliger?
Mazzel‘Wat zeg je me nou? Moeten we 6 ½ miljoen euro bezuinigen?’
‘Ja, rustig maar. Dat hoeft niet vandaag. Als het maar eind 2012 voor elkaar is.’
‘En hoe willen ze dat dan gaan doen?’
‘Kijk: als we onszelf vergelijken met andere ziekenhuizen…’
‘De benchmark!’
‘Ja, de benchmark…dan blijkt dat we meer personeel gebruiken voor hetzelfde werk én dat we meer kosten maken per DBC. De
opdracht is om met beide op het gemiddelde te komen.’
‘Dat klinkt niet onlogisch. Dus waar zit het addertje onder het gras?’
‘Nou, addertje? Uiteindelijk moeten we met 85 fte minder toe. Dat is 6 % van het personeelbestand. Me dunkt.’
‘En de dokters?’
‘Die gaan hard nadenken hoe zij hun DBC’s goedkoper kunnen maken. En misschien gaan ze wel een avondpoli draaien.’
‘O, gelukkig zijn ze solidair met de overige medewerkers. Want zij kwamen er toch ook niet goed uit in die benchmark?’
‘Nee klopt, maar dat ligt veel ingewikkelder: sommige gemiddelden zijn anders dan andere gemiddelden.’
‘O.’
‘Maar ja, bezuinigingen managen is heel moeilijk.’
‘Ja, en dus?’
‘Dus moeten er mensen bij.’
‘Er moeten mensen bij om te zorgen dat we met minder mensen toe kunnen?’
‘Daar komt het ongeveer op neer.’
‘O.’
‘Ja en door al die activiteiten lijkt de geplande nieuwbouw te groot te worden: er zijn minder bedden nodig.
Maar gelukkig hebben we dan wel genoeg kantoorruimte.’
‘Wat een mazzel!’
5Journaal
Elektronisch voorschrijven (EVS):
Wat houdt elektronisch voorschrijven (EVS) precies in?
Lennard: ‘EVS is het medicatieonderdeel van het Electronisch
Patienten Dossier (EPD). Iedereen die met het zorgproces
te maken heeft, heeft toegang tot deze medicatiegegevens.’
Wat zijn de voordelen van EVS?
‘Het is overzichtelijk, je kunt zien welke medicatie een patiënt
heeft gekregen en ook wanneer. Het is de meest actuele
informatie. Voorheen werkten artsen met geschreven recepten,
op bonnetjes, die soms onduidelijk en onvolledig waren.
De apothekersassistenten voerden het recept in en kregen
dan bewakingssignalen. Nu de arts de medicatieopdrachten
invoert, wordt hij/zij zelf direct geconfronteerd met een
‘let-op’ melding op het moment van voorschrijven. Het
betreft meldingen over een interactie, overdosering of
dubbelmedicatie. Ook zijn allergieën te achterhalen. Dit
betekent dat je eerder in het medicatieproces kunt bijsturen.
Dit werkt kwaliteitsbevorderend. Daarnaast toont EVS fouten
die vroeger niet te zien waren.’
Worden er nu minder medicatiefouten gemaakt?
‘Uit landelijke studies blijkt dat er een duidelijke verbetering
is van de medicatieveiligheid. Dat moet ook wel, want het
gaat om een bundeling van gegevens. Het programma heeft
een filterfunctie, alles wordt gecontroleerd en er worden veel
fouten gevangen. De ingevoerde medicatieopdrachten worden
vervolgens geaccordeerd door de apothekersassistenten
en geparafeerd door de apothekers. Daarnaast worden ook
andere fouten zichtbaar die vroeger lastig te meten waren.
Over het algemeen wordt het inzichtelijker.’
Waar loop je tegenaan in de praktijk?
’In Nederland is het Westfriesgasthuis voorloper op dit
gebied, we gebruiken het al sinds 2009. De techniek ligt bij
Chipsoft en de verhouding tussen de techniek en de praktijk
loopt niet altijd even soepel. Individuele wensen kunnen niet
altijd worden verwezenlijkt, omdat de softwareleverancier
niet altijd op alle wensen van ieder ziekenhuis kan ingaan.’
Lennard houdt zich onder andere bezig met het zorgen voor
een meer gestructureerde manier van medicatiemeldingen
aan de arts. ‘Daar waar een kritische melding nodig is, dient
deze gemaakt te worden. Het krijgen van te veel meldingen
werkt averechts. Het streven is te werken naar de meest
optimale setting.’
De taak van de apotheek is het leveren van medicatie aan de juiste patiënt, op het juiste moment, met de juiste dosering. Wat draagt
het elektronisch voorschrijven hiertoe bij? We vragen het aan Lennard Sanders, ziekenhuisapotheker. Tekst: Irene Hoogstraten
g
Drieluik
Goed functionerende medewerkers zijn cruciaal voor de
prestatie van de organisatie. Het beoordelingssysteem is
gericht op het verbeteren van het functioneren, de prestatie,
de motivatie en de ontwikkeling van de medewerkers.
De resultaatgerichte functiebeschrijving met het
competentieprofiel en het functioneren in het afgelopen jaar
vormen de basis voor de beoordeling. ‘Het beoordelings-
systeem is een soort drieluik’ zegt Mark. ‘De cyclus start met
een planningsgesprek, waarin de leidinggevende met de
medewerker afspraken maakt over de te behalen resultaten
en de te ontwikkelen competenties voor het komende jaar.
Het is heel belangrijk dat de planningsafspraken SMART*
worden gemaakt. De gemaakte afspraken worden tussentijds
getoetst tijdens het voortgangsgesprek. Tot slot geeft de
leidinggevende tijdens het beoordelingsgesprek zijn of haar
oordeel over de behaalde resultaten.’
Meten
Beoordelen moet zo zuiver en objectief mogelijk gebeuren.
Het ziekenhuis geeft de afzonderlijke leidinggevenden de
vrijheid om de normering en de wijze van meten van de
afgesproken normen zelf vast te stellen. Maar hoe doe je dat
in de praktijk? Bianca zegt daarover: ‘Tijdens een werkoverleg
is door het team een lijst met ideeën uitgewerkt, waarna
de criteria waarop beoordeeld wordt en de manier hoe dit
vervolgens gemeten gaat worden is vastgesteld. Door dit met
elkaar te doen is het voor iedereen acceptabel.’
Als leidinggevende heb je niet altijd direct zicht op het
functioneren van de medewerkers. Hoe zorg je dan toch
dat je materiaal hebt waarop je de beoordeling baseert?
Ook daarover heeft Bianca samen met haar team afspraken
gemaakt. Daarbij is gekozen voor een vorm van intercollegiale
toetsing die met name gericht is op de vakinhoudelijke kant.
Ook wordt gevraagd naar ervaringen van de klanten. ‘De
informatie die ik hieruit krijg en mijn visie op wat ik met de
afdeling wil bereiken en de rol van de medewerker daarbij
vormen de input voor de beoordeling.’
De praktijk
In maart heeft Bianca de planningsgesprekken gevoerd
en zij is nu bezig met de voortgangsgesprekken. Bianca:
‘De medewerkers vinden het leuk om vanuit de klanten en
specialisten feedback te krijgen en daarmee een beeld te
krijgen van waar ze staan als professional. Maar schrikken
doen ze soms ook wanneer uit de feedback duidelijk wordt
dat een bepaald aspect achterblijft bij de verwachting.’
De opmerking van Mark, dat de gesprekken nu veel gerichter
zijn, wordt door Bianca beaamd. ‘Het beoordelingssysteem is
een tool om met z’n allen te verbeteren en sturing te geven
aan de ontwikkeling van de medewerkers en de organisatie.
Ik zie het ook als gereedschap waarmee ik de medewerkers
kan prikkelen en motiveren.’
*SMART afspraken zijn richtinggevend, sturen het gedrag van
de medewerker en de leidinggevende en geven bovendien
aan welke resultaten wanneer moeten worden bereikt.
Het Westfriesgasthuis gaat als een van de eerste algemene ziekenhuizen in Nederland werken met een beoordelingssysteem.
Mark Rekveld van de afdeling P&O legt uit hoe het systeem eruit ziet. Bianca Rijnders is al gestart met de beoordelingssystema-
tiek en we hebben gevraagd naar haar ervaringen en die van haar teammedewerkers van de buitenpoli’s. Tekst: Chantal Hofenk
beoordelenResultaatgericht
4 Journaal
Leerzaam inspirerend
Journaal6 7Journaal
Caroline: “In het Westfriesgasthuis is Lean Six Sigma
in het begin van 2010 geïntroduceerd als een manier om
geld te besparen. De methode zorgt ervoor dat je op een
projectmatige manier een plan oppakt, waarbij voornamelijk
gekeken wordt naar de financiële kant. Er is een aantal
mensen opgeleid tot ‘greenbelt’, om met andere ogen te
kijken naar onze plannen en projecten. Hoewel er de laatste
jaren - ook vanuit maatschappelijk oogpunt gezien - steeds
meer op deze manier gewerkt wordt, is een cijfermatige kijk
op zaken van oorsprong niet ‘des gezondheidszorgs’.”
Besparen
Lean Six Sigma blijkt echter meer in te houden dan het
opleveren van besparingen: “Het Lean deel gaat vooral om
het continu verbeteren. De menselijke kant van het project
eigenlijk. Het hoeft dus geen financiële winst op te leveren,
maar het moet voor de patiënt of de medewerker de dagelijkse
activiteiten of processen werkbaar en plezieriger maken. Zo
kan het bijvoorbeeld opleveren dat mensen met meer plezier
naar hun werk gaan, of efficiënter kunnen werken. Of dat een
patiënt meer aandacht krijgt, omdat er tijd vrij is gemaakt
door iets slimmer te doen.”
De reis naar Seattle is mede gefinancierd door Achmea, die
het belang van een goede uitvoering van Lean in organisaties
hiermee wil benadrukken. In het vliegtuig, met 30 andere
genodigden uit verschillende gezondheidsinstellingen, werd
het Caroline al snel duidelijk dat de andere genodigden al
meer met de Lean filosofie bezig zijn in hun ziekenhuis, dan
dat zij dat tot op heden deden: “Het is ontzettend interessant
om met vakgenoten uit diverse lagen van de gezondheidszorg
te praten over de mogelijkheden en om te horen wat zij al
hebben bewerkstelligd met behulp van Lean. Bij ons is John
degene die Lean denkt en ademt, hij is als Black Belt ook
nodig om een extra boost te geven aan Lean binnen ons
ziekenhuis.”
Liftfabrikant
Verrassend genoeg gaat de groep tijdens het bezoek niet bij
een andere zorginstelling kijken: “Dat zou je wel denken,
maar ik was ook verbaasd dat we tijdens de eerste dag
binnenstapten bij Genie, een fabrikant van materiaalliften.
Maar we zijn ook bij Boeing geweest en bij Kaas Tailored, een
meubelfabriek met een ontzettend inspirerende directeur
die ons heeft uitgelegd wat de Lean filosofie nu eigenlijk
inhoudt en hoe hij deze toepast binnen zijn fabriek. Hij heeft
duidelijk gemaakt dat het management een heel belangrijke
en inspirerende rol heeft binnen de verbetercultuur. Dat
we geen andere zorginstelling hebben bezocht is juist wel
goed. Ga je daar kijken, dan ben je al snel geneigd dingen
te kopiëren, terwijl je juist moet kijken welke verbeteringen
er in jouw situatie werken. Het stimuleert mij in ieder geval
om goed na te denken over wat er voor ons het beste werkt.”
Bij Genie werd er veel met kleuren gewerkt verteld Caroline
verder: “Dat maakte de processen heel visueel. In een fabriek
gaat alles stapje voor stapje aan de lopende band. Als het
ergens spaak loopt wordt dat visueel gemaakt. Door oranje
als het snel weer op te lossen is, of door rood als het proces
daardoor stopgezet moet worden. Wij werken niet aan de
lopende band, maar ik besefte me wel dat we allemaal
schakels zijn die met elkaar verbonden zijn. Als er iemand
vastloopt, loopt het hele proces vast. Zo heeft het bijvoorbeeld
grote gevolgen voor de rest van het proces als een patiënt te
Tekst: Janine Klein, Spelvaut
laat op de OK verschijnt. Ook viel me op dat ze gebruik maken
van borden om problemen met elkaar te bespreken èn samen
op te lossen. Ik vond het heel indrukwekkend te zien dat
zij daar kennelijk het personeel bij alles betrekken. Ik ben
ontzettend geïnspireerd door wat dat met het groepsgevoel
doet. Door mensen meer inzage te geven in problemen en
resultaten kunnen ze ook beter anticiperen. In sommige
gevallen waren het echte eyeopeners voor me.”
Proeftuinen
“We hebben in Seattle al een plan van aanpak gemaakt
en besloten proeftuinen in te richten. Dat zijn voor nu mijn
afdeling chirurgie, maar ook urologie en gynaecologie. We
hebben inmiddels al vier sessies gehad om de medewerkers
van deze afdelingen te vertellen over onze reis en hen ook te
enthousiasmeren en inspireren om met Lean aan de slag te
gaan. We geven tips om dit aan te pakken, zoals bijv. het idee
over het visueel maken van de volgorde van mappen in een
kast. Om nog een voorbeeld te noemen: ik heb recent een
aantal nieuwe infuuspalen besteld voor mijn afdeling. Die
worden natuurlijk uitgeleend op het moment dat ze op een
andere afdeling nodig zijn. En dan verdwijnen ze. Het uitlenen
is niet erg, maar als je visueel kunt maken bij welke afdeling
ze eigenlijk horen, met bijv. een gekleurde paal, dan kunnen
ze na gebruik ook weer terug naar die afdeling.”
Hoe verder?
“We kunnen allemaal wel tientallen dingen bedenken die
voor verbetering vatbaar zijn. Dat maakt het ook wel weer
verwarrend, want waar begin je? We hebben besloten te
beginnen met iets kleins. Jessica heeft dat heel beeldend
uitgelegd: we beginnen met het bakken van een brood.
Daar heb je bakkerijen voor nodig. Die zijn nu gevonden
in gynaecologie, urologie en chirurgie. Daar gaan we nu
aan de slag en daar komen producten uit. En daar gaat het
lekker ruiken. Dan gaan mensen denken ‘hé, er gebeurt
daar iets, laat eens zien, hoe heb je dat gedaan?’ Daarmee
hopen we ook een inspiratiebron te worden voor anderen en
een voorbeeld te kunnen geven van hoe wij het aangepakt
hebben. Concreet: de voorbereiding van het spreekuur op
onze poli werd op drie verschillende tijdstippen door drie
verschillende mensen gedaan voor één spreekuur. Eigenlijk
heel inefficiënt. Heel veel controlemomenten, de helft van
de gegevens was er nog niet en je deed drie keer hetzelfde.
Nu zijn we begonnen met maximaal een halve dag vooraf
te beginnen met voorbereiden. Met complete gegevens. Ik
heb geen nulmeting gehouden, want we hebben het gewoon
ingevoerd, maar het levert ons, schat ik, zeker één tot
anderhalf uur per dag op.”
Leancultuur
Dat de drie gemotiveerd zijn terug gekomen uit Seattle,
blijkt wel aan de initiatieven die zij sindsdien hebben
genomen om voor Lean een groter draagvlak te creëren in het
ziekenhuis: “We werken in het ziekenhuis ook met Planetree,
een methodiek voor mensgerichte zorg. Planetree en Lean
versterken elkaar en werken niet naast, maar juist heel goed
mét elkaar. In beide gevallen gaat het om het inzetten van
een verbetertraject. Sommige medewerkers zien Lean als
‘het zoveelste nieuwe project dat vast de eindstreep niet gaat
halen’. Die mensen kun je laten zien welke voordelen Lean
allemaal heeft. Niet alleen voor de organisatie, maar juist
ook voor de patiënt en werknemer. Het gaat ook niet om het
project Lean of het project Planetree, het gaat om het constant
willen en kunnen verbeteren van jezelf, de processen, de
klantgerichte zorg. Lean is een cultuur die zal gaan leven
onder de mensen in het ziekenhuis, zodra men ziet wat voor
voordelen deze manier van werken heeft. De ‘verbetertrein’
komt langzaam op stoom. Wie ook wil instappen kan contact
opnemen met Irene Rood (secretaresse projectbureau).”
werkbezoek Seattleen
aan
Caroline Broersen: “Het gaat om het constant willen en kunnen verbeteren van jezelf”
Op het laatste moment werd Caroline Broersen, unithoofd chirurgie, meegevraagd voor een werkbezoek met betrekking tot Lean Six
Sigma in Seattle. Samen met John Verver, manager Projectbureau (en Master Blackbelt) en Jessica van der Velden, coördinator Plane-
tree, stapte zij begin juni in het vliegtuig om te zien hoe Lean in andere bedrijven is geïmplementeerd. Het werden bijzonder leerzame
dagen die haar inspireerden om bij terugkomst in het Westfriesgasthuis meer draagvlak te creëren voor deze unieke werkwijze en
stapsgewijs de verbeteringen door te voeren.
p
radiotherapeutisch
9Journaal
In het nieuwe centrum komt ook de uitgebreide oncologie-
polikliniek van het Wesfriesgasthuis. Eind volgend jaar
is het centrum in Hoorn klaar. Professionals van VUmc
behandelen patiënten vanaf dat moment ter plaatse, op
deze satellietlocatie. VUmc heeft internationale faam op
het gebied van onderzoek naar en behandeling van kanker.
Mensen met kanker zijn dus dichter bij huis verzekerd van de
zeer ruime en actuele kennis en ervaring van dit universitair
medische centrum.
Gespecialiseerde kennis
In het Hoornse centrum worden met behulp van radiotherapie,
ofwel ‘bestraling’, kankercellen bestreden. Deze therapie vindt
gemiddeld gedurende een periode van twee tot twaalf weken
plaats, waarbij mensen regelmatig moeten terugkomen. Voor
deze behandeling is de gespecialiseerde kennis nodig van
radiotherapeuten.
Geavanceerde apparatuur
De afdeling radiotherapie van VU medisch centrum heeft zes
bestralingstoestellen in Amsterdam en in de toekomst drie in
Hoorn. Op dit moment bezoeken wekelijks ongeveer zestig
nieuwe patiënten de afdeling in Amsterdam. De meesten van
hen wonen in Noord-Holland. Daarnaast komen er mensen
vanuit de rest van Nederland en zelfs uit het buitenland.
Ook op de nieuwe locatie in Hoorn zal de meest geavanceerde
apparatuur worden gebruikt. Patiënten kunnen ook
hier rekenen op de ervaren, zorgvuldige en betrokken
behandeling door gespecialiseerde radiotherapeuten. Deze
onderhouden bovendien nauwe contacten met specialisten
en verpleegkundigen uit het ‘eigen’ ziekenhuis van de patiënt
in de vorm van multidisciplinair overleg. Dit zorgt voor een
goede afstemming van de totale zorg.
Welkom
De patiënten van de andere twee ziekenhuizen die deelnemen
in Esperanz, het Waterlandziekenhuis en het Zaans Medisch
Centrum, zullen eveneens naar het nieuwe centrum gaan
in Hoorn. De intake en de nazorg vinden bij deze Esperanz-
partners plaats binnen het eigen ziekenhuis. Vanzelfsprekend
zijn ook patiënten vanuit andere ziekenhuizen voor
behandeling welkom in het centrum.
Volgens planning is het centrum eind 2012 klaar voor gebruik.
Remkes slaat eerste paal
Het Westfriesgasthuis en VU medisch centrum (VUmc) zijn op 29 juni gestart met de bouw van een geavanceerd radiotherapeutisch
centrum in Hoorn. Commissaris van de Koningin van Noord-Holland, de heer Remkes, sloeg de eerste paal voor het centrum. Hiermee
komt radiotherapeutische zorg voor mensen met kanker uit de hele Esperanz regio onder handbereik. Zo blijft hen vermoeiende reistijd
in een belastende periode bespaard. Tekst: redactie
8 Journaal
H e t W e s t f r i e s g a s t h u i s b o u w t a a n d e t o e k o m s t
pCentrum Hoorn
gangen
bestaand gebouw
verbouwing
nieuwbouw
Nieuwbouw:
De vrucht vanBinnenkort start de bouw van de nieuwe vleugel van het Westfriesgasthuis. Verschillende afdelingen zijn nauw betrokken geweest bij
de inrichting hiervan. We spraken met Coby Bilijam en Yolande Thomasse (kinderartsen) en Simon Opstal (unithoofd oncologie). Hoe
was het proces ernaartoe? En wat levert de nieuwbouw op?
Simon: ‘Eerst heeft een extern bureau adviezen gegeven
over de nieuwe verpleegafdelingen. Daarna is een
werkgroep gestart die heeft geïnventariseerd waaraan een
verpleegafdeling moet voldoen om tot een optimale inrichting
te komen van faciliteiten, personele organisatie en logistiek.’
Coby geeft aan: ‘Wij zijn vanaf het begin betrokken geweest
bij deze gesprekken, zo’n vier jaar geleden. Omdat de aanloop
naar de nieuwbouw lang duurde, en de samenstelling van de
werkgroep wel eens veranderde, was het soms frustrerend dat
wij steeds opnieuw ons verhaal moesten doen. Ook unithoofd
Ine de Jonge heeft hierin veel energie gestoken. Het had
efficiënter gekund. Gelukkig ging dit bij de inrichtingseisen
van de polikliniek soepeler. Het is geweldig dat in een tijd
van bezuinigingen de raad van bestuur het belang van deze
nieuwbouwsituatie ziet.’
Eerst werd gekozen om alle verpleegafdelingen identiek
te maken, behalve kind en jeugd en verloskunde, zodat
de bedden ‘uitwisselbaar‘ waren. Dit bleek niet handig,
en daarom is gekozen om per afdeling te kijken wat de
beste indeling is. Zo was het voor de afdeling oncologie
noodzakelijk om voor hematologiepatiënten een continue
overdruk te creëren, waarvoor gesluisde deurconstructies
nodig zijn.
De interne communicatie over de nieuwbouw kwam laat
op gang. Simon geeft aan dat de verschillende disciplines
uiteindelijk goed betrokken zijn bij de besluitvorming:
verpleegkundigen, fysiotherapeuten, infectiepreventie,
unithoofden, iedereen heeft zijn mening kunnen geven. En
natuurlijk is ook de cliëntenraad benaderd. ‘Maar’, geeft
Simon aan, ‘het is jammer dat deze partijen er redelijk laat
in het proces bij betrokken zijn. Hierdoor is tijd verloren
gegaan. Echter, het resultaat is mooi en iedereen die zijn
handtekening heeft gezet doet dat met een tevreden gevoel,
denk ik.’
Ook Coby benadrukt: ‘We zijn enthousiast! We krijgen straks
een afgesloten polikliniek en een ruime ontvangstruimte
voor alle leeftijdscategorieën. Om de efficiëntie en privacy
te bevorderen hebben we een ingaande en uitgaande balie
gecreëerd. We hebben rekening gehouden met de toenemende
vraag én eventuele interne opleidingsmogelijkheden. Wel
vinden we het jammer dat de speeltuin gaat verdwijnen.
Deze geeft, naast speelruimte, ook het aangezicht van de
binnenplaats een gemoedelijke uitstraling. Ook maken we
ons zorgen over de overgangsfase, omdat we met een groot
ruimtetekort kampen als de sloop start.’
Wat brengt de nieuwbouw de afdeling oncologie? Simon: ‘Wij
hadden graag alleen maar eenpersoonskamers gezien, maar
dat bleek slechts gedeeltelijk mogelijk. Waar mijn afdeling
erg blij mee is: er komen rooming-in kamers voor familie &
patiënt. Hoewel de uiteindelijke ruimte niet groter is dan nu,
zijn de kamers wel ruimer. Daarnaast komen er gesluisde
kamers voor hematologie.’
Met betrekking tot de uitkomst van wat wel en niet realiseerbaar
is zegt Yolande: ‘We zijn met name erg trots op het Moeder &
Kind centrum. Dit wordt écht een unicum in Noord-Holland met
kraamsuites, couveusesuites en kindergeneeskunde op één
afdeling. Hierdoor kunnen de bedden flexibel worden ingezet
waar de noodzaak is. En allemaal eenpersoonskamers. Ik
denk dat andere ziekenhuizen jaloers kunnen zijn op dit
concept.’
Tekst: Irene Hoogstraten-Kooiman
11JournaalJournaal10
veel overleg
H e t W e s t f r i e s g a s t h u i s b o u w t a a n d e t o e k o m s t
gangen
bestaand gebouw
verbouwing
nieuwbouw
De achtergrond om de opleiding voor SEH-verpleegkundige
te gaan volgen is divers. De meesten hebben een HBO-V
opleiding achter de rug, maar Marlies en Denise zijn
bijvoorbeeld ingestroomd via het MBO Werken & Leren traject
(BBL). Er leiden dus meer wegen naar het beroep van SEH-
verpleegkundige.
Op de vraag waarom ze doorstuderen voor SEH-verpleeg-
kundige antwoorden alle meiden nagenoeg hetzelfde. Denise
verwoordt het als volgt: “De SEH is het voorportaal van de
kliniek als geheel. Alle soorten patiënten komen er binnen en
dat maakt het afwisselend en aantrekkelijk. Het is ontzettend
leuk om enerzijds kleine traumatologie (botbreuken e.d.) en
anderzijds complexe pathologie (reanimatie) te behandelen.”
De studie om SEH-verpleegkundige te worden is zwaar, maar
leerzaam. Joset: “De lessen en toetsen op school vond ik
lastiger dan ik van tevoren had gedacht. In de praktijk is het
ook best pittig geweest. Het was soms moeilijk om je positie
te bepalen, omdat je aan de ene kant moet laten zien dat je
de verantwoordelijkheid durft te nemen en dingen zelfstandig
kunt uitvoeren en aan de andere kant moet je als leerling heel
goed je grenzen aangeven en soms ook dingen overlaten aan
anderen.”
Het is wel heel fijn dat iedereen in de klas bijzonder
gemotiveerd is. Anja vertelt: “De groep waar ik in zit komt uit
zeer diverse ziekenhuizen uit de regio. Het is heel leerzaam
om te horen hoe er elders op de SEH wordt gewerkt. En, ook
niet onbelangrijk, de sfeer op de werkvloer en op de opleiding
is goed! Iedereen is bereid om je te helpen en te begeleiden.”
Sabine vult aan: “De opleiding is heel specifiek. Theorie en
praktijk komen samen. Je leert dingen waar je later in je werk
zeker wat mee gaat doen. De opleiding wordt gegeven door
enthousiaste mensen uit de praktijk die hun kennis graag op
jouw over brengen.”
Ellen stelt dat de studie wel veel tijd en energie kost, de
anderen zijn het daar volledig mee eens. Ook de examens
en het wachten op de uitslag geeft de nodige stress. Nancy
vult aan: “Tijdens de opleiding heb ik mijn sociale leven 18
maanden op een laag pitje moeten zetten om al mijn energie
in de opleiding te kunnen steken, maar het was meer dan de
moeite waard en ik ben trots het diploma behaald te hebben!
Ook het beroep van SEH-verpleegkundige heeft natuurlijk
minder leuke kanten. “Je komt toch wel regelmatig (verbale)
agressie tegen” zegt Marlies. “Je doet je best om iemand te
helpen en het enige wat je er voor terug krijgt is een snauw.
Gelukkig is het vaker andersom en zijn mensen wel heel
dankbaar voor wat je doet.”
Wat raden de meiden aan als je ook deze opleiding wil
volgen? In koor antwoorden ze: “Kom een dagje meelopen op
de SEH! Dan kan je zelf ervaren hoe het is.” Nienke voegt daar
aan toe: “Je moet je hoofd rustig kunnen houden in acute en
drukke situaties en je moet ervan houden dat je nooit weet
wat de dag je gaat brengen…”
In juli 2011 heeft de opleidingcommissie van het CZO de
opleiding tot Spoedeisende Hulp Verpleegkundige binnen
het Westfriesgasthuis opnieuw erkend voor de periode van
vijf jaar.
De SEH is volop in beweging en gaat in 2012 wederom nieuwe
leerling(en) werven. Ben je geïnteresseerd? Dan kun je voor
meer informatie contact opnemen met de SEH (7699).
Uiteraard kan je ook één of meer diensten meedraaien. Je
bent van harte welkom!
Voor de rubriek In Opleiding had ik het genoegen om maar liefst acht leerlingen van de opleiding tot SEH-verpleegkundige te in-
terviewen. Met hun verhalen had ik het hele Journaal wel kunnen vullen, maar ik moest mezelf helaas beperken tot één bladzijde.
Tekst: Edy Klaassen
SEH-verpleegkundige
Op de foto v.l.n.r. Achter: Anja Sijbrandij-Beliën, Nancy Brockhoff, Denise Sekuur,
Marlies Muurling Voor: Nienke Boogaard, Sabine Molenaar, Joset Vriend, Ellen Visser
Journaal12 13Journaal
Bianca RijndersWie is Bianca Rijnders en wat doet zij voor het Westfries-
gasthuis?
Bianca: ‘Ik ben sinds 1 januari 2011 vestigingsmanager van
de buitenpoli’s Enkhuizen en Heerhugowaard. De leukste job
in het Westfriesgasthuis.’
Bianca heeft haar sporen verdiend in het bedrijfsleven in een
managementfunctie. Toch had ze het gevoel dat zij in de zorg
iets kon betekenen en deed de opleiding voor fysiotherapie.
Met deze opleiding heeft ze bij diverse praktijken en in
de tweede lijn gewerkt om daarna weer als manager bij
een commercieel interventiebedrijf, op het gebied van
fysiotherapie, aan de slag te gaan.
Met deze ervaringen is zij nu begonnen als vestigingsmanager
bij het Westfriesgasthuis en reist zij verschillende keren per
week naar de buitenpoli’s en meestal eens per week naar
Hoorn. De dagelijkse zorg in Heerhugowaard en Enkhuizen is
in handen van twee senior assistenten: Lisette Hulst en Merlin
Swart. Merlin Swart is nog in opleiding voor senior assistent
voor de locatie Heerhugowaard, maar heeft regelmatig
intervisie met haar collega Lisette, in Enkhuizen. Merlin: ‘Het
is best spannend, maar ik leer veel op management gebied.
Ondanks het feit dat ik eerst alleen als functieassistent
werkzaam was en nu als senior assistent, voel ik mij erg
gesteund door mijn collega’s.’
Om de poli in Heerhugowaard en Enkhuizen goed te laten
functioneren is er een commerciële- en zorgkijk nodig voor
de beste dienstverlening. Bianca: ‘En dat maakt deze functie
juist zo leuk. Hoe komen we tot een goed bezochte en
innovatieve poli? Hiervoor is het noodzakelijk om veel te
netwerken met huisartsen én andere partijen. Je houdt de
vinger aan de pols bij de cliënt en probeert in kaart te brengen
wat de wensen zijn bij verwijzers én ketenpartners.’
Wat zijn de plannen voor de beide poli’s in de toekomst?
Bianca: ‘Ondertussen heb ik al meerdere buitenpoliklinieken
van andere ziekenhuizen bekeken en hieruit blijkt dat we als
Westfriesgasthuis op de goede weg zijn. De productie en het
aantal bezoekers in Heerhugowaard is groeiende. In Enkhuizen
zijn de veranderingen best groot. De medewerkers waren niet
gewend om flexibel te werken voor alle specialismen, maar
werken hier nu wel naar toe.’
Voor de nieuwbouw in Enkhuizen, waar de buitenpoli
onderdeel wordt van een GOED (Gezondheidscentra onder
één dak) is er nog veel werk te verrichten. De bouw aan
de Molenweg staat helaas nog even stil, maar dat wil niet
zeggen dat er niet druk aan gewerkt wordt. Overleggen
met alle betrokkenen zijn hier onderdeel van. Bianca: ‘Wil
je flexibiliseren dan zul je eerst moeten inventariseren
wat de wensen zijn. Wanneer dat duidelijk is kun je een
gezondheidscentrum bouwen dat daarop gericht is.’ Door
de vertraagde nieuwbouw zal er nog een interne verhuizing
in het Snouck van Loosen moet plaatsvinden. Deze is in
september gestart.
Bianca wil nog graag nog een compliment geven aan alle
medewerkers van de buitenpoli’s, omdat er ondanks de
afwezigheid van een unithoofd een productiegroei van 75%
gerealiseerd is.
Bij binnenkomst op het kantoor van Bianca Rijnders (vestigingsmanager buitenpoliklinieken) in Heerhugowaard valt mij meteen
een tekst op die bovenaan op het white board staat geschreven: ‘Als je altijd blijft doen wat je altijd deed, zal je altijd krijgen wat
je altijd kreeg’ Tekst: Hilda Vleems
In opleiding Even kennismaken:
Journaal14 15Journaal
Per 1 maart dit jaar hebben we een nieuwe CAO, die doorloopt
door tot maart 2014. Voorlopig is er dus even rust aan dit
front.
Vooraf eerst dit: in tegenstelling tot wat veel mensen denken,
mag het ziekenhuis niet afwijken van de CAO (art 2.2). Niet
naar beneden (logisch!), maar ook niet naar boven. Dus
betere voorwaarden mogen alleen als dat expliciet bij een
artikel in de CAO staat aangegeven.
We krijgen in stapjes loonsverhoging. Geen vetpot, maar beter
dan niks in deze onzekere tijden. Ook de eindejaarsuitkering
gaat in stapjes omhoog tot het niveau van een volledige 13e
maand. De pensioenpremie wordt 50 - 50.
Medewerkers van 58 jaar en ouder hoeven geen bereikbaar-
heidsdienst te draaien. Als zij dat wel blijven doen staat
er geen extra compensatie tegenover. De ontziebepaling
voor nachtdienst voor 57 jaar en ouder blijft gehandhaafd.
Als je nachtdiensten blijft draaien krijg je hiervoor 40 uur
compensatie.
Het aantal vakantie-uren wordt met 22 uur (naar rato) verlaagd
tot het wettelijk minimum van 144 uur. Deze uren komen er
als PLB-uren weer bij. De PLB-opbouw wordt daarmee 57 uur
per jaar.
Vakantie-uren moeten worden opgenomen vóór 1 juli van het
volgend jaar, anders vervallen ze. Uitbetalen mag niet. Dit is
geen CAO-regel, maar aangepaste wetgeving. PLB-opbouw
bij ziekte loopt de eerste 6 maanden door. Daarna stopt de
opbouw.
Per 1 januari 2012 geldt een nieuw begrip: de geconsigneerde
pauze. Als een medewerker tijdens de nachtdienst gedurende
de pauze beschikbaar moet blijven én niet van de werkplek af
mag, krijgt hij daarvoor een vergoeding van € 5,- per half uur.
Verder zijn er nog wat, vooral technische, aanpassingen voor
specifieke situaties. Voor vragen over (de toepassing van) de
CAO kun je bij P&O terecht.
Fred Beemsterboer
De vraag bij veel mensen leeft of het nu echt zo nodig is om te
bezuinigen. Theo Karsten legt uit: ‘We hebben als ziekenhuis
nu nog steeds goed gedraaid, omdat we een aantal meevallers
hebben gehad. Als we in de toekomst kijken, kunnen we die
meevallers niet meenemen. In de bedrijfsvoering is het beeld
ook minder gunstig. We liggen qua personeel boven de Trach-
pi benchmark1 . Dat we moeten bezuinigen is dus duidelijk
Door flexibilisering zetten we het personeel in als de
zorgvraag er ook is. Afdelingen met een hoge zorgzwaarte
kunnen worden geholpen door afdelingen die op dat moment
minder druk zijn. Als personeel effectief wordt ingezet moet
het (financiële) plaatje er beter uit zien.’ Theo (zelf ook
verpleegkundige) wil met dit verhaal met nadruk zeggen: ‘Het
mag niet ten koste gaan van de handen aan het bed!’ Daarom
is ook flexbureau InZ ingelicht, dat een grote rol vervult in het
zorgaanbod op maat.
De laatste jaren zijn er steeds meer specialismen ontstaan.
Op de afdelingen werken verpleegkundigen die door
specialistische opleidingen en/of jarenlange ervaring
kwaliteit bieden. Vooral deze verpleegkundigen zijn bang dat
de kwaliteit verloren gaat door de flexibilisering.Theo zegt
hierop: ‘Er wordt geld uitgetrokken voor opleidingen, o.a.
voor scholing voor de InZ-verpleegkundige.’ Cindy van bureau
InZ beaamt dat. Ze vertelt: ‘Op dit moment zijn er ongeveer
190 mensen ingeschreven, waarvan 85 verpleegkundigen.’
Afdelingen die tekort personeel hebben, krijgen vaak te
maken met de mensen van InZ. Er wordt naar gestreefd een
vaste groep InZetters per blok (beschouwend/snijdend) te
creëren. De scholing kan voor de (InZ) verpleegkundigen
zo ook gericht worden gegeven. Theo: ‘ Vast personeel dat
enthousiast en flexibel is, wordt daar sneller voor ingezet.’
Ook de verpleegkundigen van de pilotafdelingen hebben
geconstateerd dat flexibilisering mogelijk is, mits er een
hele goed organisatie achter staat en een basisbezetting
van 75% kan worden gegarandeerd van mensen die bekend
zijn met het specialisme en de eindverantwoording voor
patiënten kunnen dragen. Ook het snel voorhanden hebben
van InZetters is noodzakelijk. Tijdens de pilot is duidelijk
geworden dat eerste en tweede jaars leerlingen niet meer in
deze basisbezetting passen, waardoor er wordt gekeken naar
een andere opleidingsstructuur: ‘Meewerken op een afdeling
waar de kwaliteit moet worden gewaarborgd vereist inzicht
en kennis van zaken. Dat kan van eerste en tweedejaars
leerlingen nog niet worden verwacht.’
Bureau InZ brengt sinds 1 oktober een nieuw plan tot
uitvoering. Per dienst zijn er een aantal InZ- medewerkers
beschikbaar voor de snijdende en beschouwende afdelingen,
om de kwaliteit te waarborgen. Het dagelijkse overleg
met unithoofden is hierbij een belangrijk onderdeel van
de dag geworden. Onderling wordt er besproken waar de
werkdruk hoog is, of waar ziekmeldingen zijn, om tot een
oplossing te komen. Ook Cindy en Ilse zijn bij die overleggen
aanwezig, zodat ze waar nodig in kunnen springen. Een
positieve ontwikkeling, volgens de verpleegkundigen van de
pilotafdelingen: ‘Het lijkt of de teamhoofden nader tot elkaar
zijn gekomen en beter begrijpen wat er op de afdelingen
speelt.’
Tijdens de pilot is duidelijker geworden waar de pieken in
werklast zitten. De verpleegafdelingen zullen daarom zeker
meer gebruik gaan maken van InZetters voor korte diensten,
om piekmomenten op te vangen. ‘Gezamenlijk is tijdens
In mei van dit jaar was er al het een en ander over flexibilisering te lezen op intranet. Door de projectleider werd uiteen gezet wat
de reden en de bedoeling was van dit nieuwe beleid. Sindsdien hebben veel werknemers er mee te maken, zoals de projectleider,
Theo Karsten (coördinerend manager), Ilse de Vries (unithoofd Flexbureau inZ), Cindy Rinkel (intercedente InZ) en de verpleegkun-
digen op de pilotafdelingen. In dit artikel worden de verpleegkundigen vertegenwoordigd door Wendy van der Gragt (unithoofd
orthopedie) en Karin Zilver (unithoofd longafdeling). Tekst: Emmie Bobeldijk
Flexibilisering
teamoverleg gekeken naar de wijze waarop het basisrooster
het beste kan worden ingevuld binnen de kaders van de
opdracht. Verder kan er dan beter worden ingespeeld op het
vlinderen (vast personeel dat flexibel ingezet wordt voor de
kritieke afdelingen).’
De ervaring van Wendy en Karin is dat er bij de medewerkers
op de pilotafdelingen meer acceptatie is. Er heerst echter
nog wel veel onrust op de andere afdelingen. Er is nog veel
onduidelijkheid over hoe het verder gaat. Theo Karsten gaat
alle afdelingen langs om tijdens het teamoverleg te vertellen
wat het flexibiliseren inhoudt: ‘Er is voor gekozen dat niet
eerder te doen, omdat mijn verhaal beter overkomt nu veel
afdelingen al geroken hebben aan de nieuwe situatie.’
De verpleegkundigen denken dat, indien de samenwerking
goed is geregeld, je als afdeling ook meer risico durft te
nemen. Al is er ook zorg over de inzet van niet-patiënt
gebonden uren. De tijdsinvestering voor werkgroepjes en
aandachtsvelders, die ingezet worden om de kwaliteit en
afdelingsontwikkeling op niveau te houden, is de afgelopen
jaren enorm toegenomen. Duidelijk is dat dit niet op dezelfde
wijze kan doorgaan: ‘Daar moet dus nog een goede en
creatieve oplossing voor worden gevonden.’
Wendy en Karin en inZ willen van deze gelegenheid gebruik
maken om alle medewerkers van de pilotafdelingen en de
medewerkers van InZ te bedanken voor hun enorme inzet
tijdens de pilot.
Slank & Fit:
1 Deze benchmark is een vergelijking van veel ziekenhuizen (ca 50%) in Nederland
Verandering in de CAO Ziekenhuizen 2011 – 2014
Het hart
Journaal16 17Journaal
In deze rubriek schenken wij aandacht aan collega’s die, naast de werkzaamheden in ons Westfriesgasthuis, hun ervaring en deskun-
digheid elders in de wereld inzetten. Wie zijn zij en waar doen ze het voor? Het Journaal gaat op zoek en raakt in gesprek met Azem
Karimbeg, sinds mei 2010 werkzaam in de functie van internist bij het cluster MDL.
Azem, geboren in Suriname, vertelt dat hij tijdens zijn
opleiding aan de VU de kans kreeg vier maanden stage te
lopen in het Diakonessenhuis in Paramaribo. Deze kans
greep hij met beide handen aan, omdat hij graag wilde
ervaren hoe met beperkte middelen een adequaat beleid
geformuleerd kan worden. In Nederlandse ziekenhuizen is
een scala aan materialen voorhanden om te komen tot een
goede diagnostiek. In Suriname zijn niet alleen de middelen
beperkt, maar moet er vaak ook een afweging gemaakt
worden in verband met de eigen financiële bijdrage: óf de CT-
scan van opa betalen óf het schoolgeld voor het kind.
De ervaring in het Diakonessenhuis raakte Azem en hij voelde
zich al snel betrokken. Dit resulteerde erin dat hij al meerdere
malen een container vol meubilair uit herinrichtende
Nederlandse ziekenhuizen richting Diakonessenhuis heeft
laten verschepen.
Na een reumastage aan het VUMC verdiepte de betrokkenheid
met de ziekenhuizen in Suriname. Samen met Richard van Vugt,
reumatoloog VUMC, startte Azem een samenwerkingsverband
met meerdere Surinaamse ziekenhuizen, waarbij interne/
reumatologie clinics (=geaccrediteerde nascholingen) worden
gegeven.
‘Deze clinics maken onderdeel uit van een breder project
waarbij gestreefd wordt naar een verbeterde samenwerking
en collegiale uitwisseling tussen opleidingsziekenhuizen in
Nederland en Suriname die een belangrijke bijdrage vormen
voor de gezondheidszorg van Suriname en onze multiculturele
samenleving.
Door het grote verschil in het gezondheidszorgsysteem
bestaat de mogelijkheid om naar de (raciale) verschillen
tussen presentatie en behandeling van patiënten te kijken
met reumatische aandoeningen. Ook het voorkomen van
comorbiditeit zoals hypertensie, diabetes mellitus en hart- en
vaatziekten lijkt bij de Surinaamse populatie aanzienlijker
hoger te liggen. Bovendien zijn patiënten met verschillende
atypische infectieziekten, waarmee de Nederlandse
arts in toenemende mate wordt geconfronteerd in ruime
mate aanwezig voor demonstratie. Hierbij kwam ook de
multiresistente TBC (XDR-TBC) ter sprake, die een steeds
frequenter voorkomend en wereldwijd probleem vormt,
evenals de infectieziekte lepra. De laatste jaren worden
er in Nederland naar schatting tussen 5 en 10 nieuwe
lepragevallen per jaar vastgesteld. De besmettingen hebben
steeds in de tropen plaatsgevonden en worden, door de
lange incubatietijd, soms pas na jaren in Nederland ontdekt.
In Nederland zelf gedraagt de ziekte zich als een niet-
infectueuze importziekte: besmettingen in Nederland lijken
niet of nauwelijks voor te komen.’
Komend najaar zal Azem nogmaals vertrekken naar
Paramaribo, voor de eerste MDL Clinic te Suriname, in
hetzelfde format. Azem vertelt vol enthousiasme over
behaalde resultaten en geeft duidelijk aan dat hij niet alleen
iets wil betekenen als arts in een genezingsproces bij een
individuele patiënt, maar dat hij ook wil participeren aan de
ontwikkelingen in de gezondheidszorg op maatschappelijk
niveau. Bijdragen, in welke vorm dan ook, zijn wat hem
betreft altijd van harte welkom.
Tekst: Judith van Druten
op de juiste plaatsSymbiant,Op 1 april was de oprichting van Symbiant BV, het samenwerkingsverband tussen de pathologie-afdelingen van het Medisch Centrum
Alkmaar, Westfriesgasthuis en Zaans Medisch Centrum een feit. Via Zaandam en Alkmaar zijn ook het Waterland ziekenhuis, BovenIJ
ziekenhuis en het Gemini ziekenhuis aangesloten, zodat Symbiant een groot deel van de kop van Noord- Holland van pathologie-
diensten voorziet. Een verzorgingsgebied van iets minder dan een miljoen inwoners. De drie pathologie-afdelingen verblijven nog
steeds op hun oorspronkelijke locaties. Merken zij verandering? Ik sprak met Kathy van Hees, hoofd secretariaat in Hoorn.
‘We zijn nu een extern bedrijf binnen het Westfriesgasthuis. We
hebben een andere baas en verschillende praktische dingen,
zoals inkoop, lopen nu anders. Daarnaast is binnen Symbiant
een taakverdeling afgesproken: het ZMC is aanspreekpunt
voor de histologie (onderzoek aan weefsels) en het MCA
is aanspreekpunt voor cytologie (onderzoek aan cellen)
en secretariaat. Verder is het Symbiant-stafsecretariaat in
Alkmaar gevestigd. Maar het is nog steeds zo dat elke locatie
zoveel mogelijk voor het eigen ziekenhuis werkt.
Wel kunnen we makkelijker expertise van een andere locatie
inschakelen. Daarvoor is bijvoorbeeld een coupescanner
aangeschaft, waardoor het nu mogelijk is dat een analist of
patholoog van elders op afstand meekijkt en een oordeel kan
geven. Er wordt nu gewerkt aan het installeren van een eigen
Symbiant-server, zodat alle registratie en administratie in
één systeem kan worden gevoerd. Speciaal daarvoor is een
nieuwe glasvezelverbinding tussen de locaties aangelegd.
We werkten alle drie al met het pathologie-systeem PALGA,
maar we hebben gemerkt dat er toch verschil in de werkwijzen
van de drie locaties zat. Nu zijn we begonnen om alle
protocollen op elkaar af te stemmen. Dat vergt op elk niveau
het nodige overleg. Zowel voor pathologen, analisten als
secretariaat.
We hebben het idee dat we nu, meer dan tevoren, expertise
kunnen leveren. Nog steeds wordt af en toe materiaal
doorgestuurd naar een academisch ziekenhuis, maar omdat
we nu als grotere groep werken, kunnen we binnen Symbiant
meer (gespecialiseerde) kennis opbouwen. Verder kunnen we
ook gewoon meer aan, omdat we elkaar kunnen helpen. Als
een locatie een probleem heeft, door bijvoorbeeld ziekte, kan
iemand van een andere locatie bijspringen. Dat geldt zeker
ook als ergens een apparaat kapot gaat. Dan kan de productie
tijdelijk door een andere locatie worden overgenomen.
We merken dat we als Symbiant interessanter zijn voor
partijen dan voorheen, toen we elk afzonderlijk werkten. Dat
geldt zowel voor medewerkers, pathologen en analisten, als
voor andere ziekenhuizen die toenadering zoeken. Voorlopig
moeten we eerst als Symbiant een goede organisatie
neerzetten en een eenduidige werkwijze hanteren.
Het wenkend perspectief is dat we op termijn op één locatie
terecht komen. En met de moderne communicatietechnieken
hoeft afstand geen probleem meer te zijn. Dus ja, wie weet
gaan we in de toekomst ook onderzoek doen voor andere
ziekenhuizen binnen of zelfs buiten Nederland. Maar laten we
eerst maar de kwaliteit en service voor onze drie oprichters
waarmaken. Wij hebben er in elk geval plezier in en we
hebben er veel leuke collega’s bij gekregen.’
Tekst: Fred Beemsterboer
the day after
OntmoetingenUnit techniekTekst: Luuk van Loo, geestelijke verzorging
‘Vletterman. Weet u wat dat is?’ Ik laat het me vertellen. In
de Amsterdamse haven pendelde hij tussen wal en schip
en hielp bij het afmeren. Als een zeeschip met de hoofdstad
als bestemming IJmuiden naderde, ging bij hem in West-
Friesland de telefoon, stapte hij in z’n auto, reed naar een van
Amsterdamse havens, stapte in zijn vlet, voer naar het schip,
ving de tros op, voer ermee terug naar de wal en legde hem
om de bolder. Soms fungeerde hij op de brug van het schip
als een soort hulploods.
Voor een kleine ingreep was hij hier opgenomen, maar de
ene complicatie stapelde zich op de andere. Lang lag hij op
de ICU. Op chirurgie kwamen we met elkaar - nee, niet in
aanvaring - in aanraking. Hij was bang dat hij nooit meer zou
kunnen lopen en was soms heel somber over zijn toekomst.
Hij knapte wel wat op, maar toch…?
Vóór zijn werk in de haven had hij gevaren op de grote vaart.
Soms gebeurde het dat ze in zwaar weer terechtkwamen en
imponerende, huizenhoge golven zich op het schip stortten.
Maar het kwam er steeds weer doorheen.
Daar stonden we bij stil, bij deze ervaring. ‘Is dit nu misschien
met ú aan de hand? Grote diepten, dreigende golven, maar je
komt er doorheen?’
De man had lang geleden een christelijke opvoeding gehad,
maar die was hij kwijtgeraakt toen hij voor het ruime sop
koos. Ik probeer: ‘Al staat de zee al hol en hoog, en zweept de
storm ons voort…’ Ja, dat herkende hij. Het roept iets anders
bij hem op en hij begint te zingen: ‘Haven, haven, veilige
haven, mijn paradijs, eind van de reis. Ik koers gerust naar
dat veilige oord. Vrij is de kust en de loods is aan boord.’ Het
zijn flarden van oude liederen, die zo maar opduiken. Zo kun
je van het één op het ander komen.
Na drie maanden werd hij ontslagen uit het ziekenhuis, goed
gestemd en met goede moed om er doorheen te komen.
19Journaal 19
Marc Bron vervangt een lamp. De technisch medewerkers zijn verant-
woordelijk voor beheer, onderhoud en service. Per jaar behandelen zij
11.000(!) opdrachten, die variëren van het vervangen van een defecte
TL-buis tot het oplossen van alle voorkomende storingen van technisch
apparatuur en/of ondersteunende voorzieningen.
De bedrijfshulpverlening (BHV)
oefent met het opzetten van de
ZiROP-tent.
18 Journaal
Richard Balk legt uit hoe het noodaggregaat werkt. Wanneer er een stroomstoring
optreedt moet het noodaggregaat binnen luttele seconden de stroomvoorziening
hebben overgenomen. Omdat de noodstroomvoorziening van levensbelang kan
zijn, is het belangrijk dat het noodaggregaat goed getest wordt; dit gebeurt jaar-
lijks een paar keer tijdens de duurproef.
inbeeldDe technische dienst & gebouwbeheer (TD&G) met totaal 23 medewerkers, wordt geleid door Peter Streefkerk. TD&G heeft
verschillende disciplines te weten het bouwbureau (t.b.v. bestaande bouw), technisch specialisten, allround technisch mede-
werkers, BHV en beveiliging en commercieel vastgoed.
Peter Bosgoed van het Bouwbureau verzorgt de projectbegeleiding van interne verbouwingen vanaf het ont-
werp van de verbouwing tot en met de controle van uitgevoerde werkzaamheden. Het Bouwbureau zorgt er
voor dat de ruimtes voldoen aan de eisen van de gebruiker(s) en de huidige wetgeving . Daarnaast houdt het
Bouwbureau toezicht bij renovaties en beheert de overzichtsplattegronden en het ruimtebestand.
Jos Kok beheert de telefooncentrale. Alle nieuwe aansluitingen en wijzigingen
met betrekking tot telecom worden door Jos verwerkt in de centrale.
Vletterman
g
Journaal20
De oplossing van de puzzel voor 17 november sturen of mailen naar de redactie ([email protected]). De winnaar
ontvangt een cadeaubon. De oplossing van de vorige puzzel luidde: Speel geen mooi weer ook al is het zomer.
De winnares is M. Schipper uit Sijbekarspel.
Puzzel Horizontaal: 1 Met veel haar ter wereld gekomen (7 cryptisch) 7 Kinderkleding (7 cryptisch) 13 Broodbeleg 14 Strafwerktuig 15 Teer 16 Toilet 18 Watersport 20 Nadruk 22 Bedrijfsvorm 23 Boom 25 Onderdeel van een auto 28 Uitgeput 29 Sierspeld 31 Europeaan 32 Maand (afkorting) 33 Transactie 34 Verf 36 Ruimtevoertuig 38 Plaats in Noord-Holland 39 Opgooien 42 Cijns 43 Vak 45 Getal 47 Zoogdier 48 Eskimohut 49 Beroep 50 Vogel 52 Het doel treffend 54 Griekse godin 56 Lichtbundel 58 Plaats in België 60 Familielid (België) 64 Ieder 65 Raamvormige opening 67 Plaats in Gelderland 68 Vruchtbare plaats 70 Toiletartikel 71 Tijdrekening 73 Voornaamwoordelijk bijwoord 75 Dof 76 Koppeling tussen verschillende computersystemen 80 Wig 81 Bevruchtingsmethode 82 Streng 83 Jongensnaam 85 Opleiding (afkorting) 86 Ingebeeld meisje 87 Verdieping 88 Hoekje 90 Baas 93 Chemisch toestel
Verticaal: 1 Zwaarte 2 Kledingstuk 3 Zoogdier 4 God van de liefde 5 Idealist6 Moraal7 Arrogant9 Automerk10 Rivier in Nederland11 Makelaarsterm (afkorting)12 Omslag17 Kleine ruimte19 Steensoort21 Stuk hout22 Halsbont24 Drank26 Trots27 Goal28 Korte mededeling30 Herderslied33 Rangtelwoord35 Steen 37 Gedeelte van een toonbank38 Natuurgebied40 Opbrengst41 Land in Azië43 Vrouwelijk dier44 Keurgroep46 Hoogste gedeelte van een dak47 Drager van erfelijke eigenschappen53 Binnenvaartuig55 Zoogdier56 Sukkel57 Overschot58 Thuis59 Familielid61 Dom62 Konijn65 Ski’s66 Langzamer69 Streling70 Afdeling in het ziekenhuis72 Tennisterm74 Mager76 Inlichtingen78 Vogel79 Later82 Uitvoering bij het dressuur84 Raar aanwensel86 Deel van de bijbel (afkorting)89 Heilige (afkorting)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
13 14 15
16 17 18 19 20 21 22
23 24 25 26 27 28
29 30 31 32 33
34 35 36 37 38
39 40 41 42 43 44
45 46 47
48 49 50
51 52 53 54 55
56 57 58 59 60 61 62
63 64 65 66 67
68 69 70 71 72 73 74
75 76 77 78 79 80
81 82 83 84 85
86 87 88 89
90 91 92 93
19 76 10 92 5 44 50 89 41 50 67 45 7 21 23 86 5
6 10 6 74 64 77 16 4 84 53 59 33 12 25 12 60
41 74 64 66 6 48 44 59
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
13 14 15
16 17 18 19 20 21 22
23 24 25 26 27 28
29 30 31 32 33
34 35 36 37 38
39 40 41 42 43 44
45 46 47
48 49 50
51 52 53 54 55
56 57 58 59 60 61 62
63 64 65 66 67
68 69 70 71 72 73 74
75 76 77 78 79 80
81 82 83 84 85
86 87 88 89
90 91 92 93
19 76 10 92 5 44 50 89 41 50 67 45 7 21 23 86 5
6 10 6 74 64 77 16 4 84 53 59 33 12 25 12 60
41 74 64 66 6 48 44 59