Concertfolder 'Droom & Verlangen'
-
Upload
chantal-boosten -
Category
Documents
-
view
227 -
download
1
description
Transcript of Concertfolder 'Droom & Verlangen'
25 april Venlo26 april Heerlen 27 april Maastricht
Günter Neuhold dirigent Ronald Brautigam piano
Volg ons op:
seizoen 2012 2013 | www.limburgssymfonieorkest.nl
Droom & Verlangen& Verlangen
Droom & Verlangen
Günter Neuhold dirigent | Ronald Brautigam piano
Fauré (1845-1924)
Shylock: Nocturne voor strijkers (1889)
Chopin (1810-1849)
Pianoconcert nr. 2 (1830)
1. Maestoso
2. Larghetto
3. Allegro vivace
Pauze
Bizet (1838-1875)
L’Arlésienne Suite nr. 1 (1872)
1. Ouverture
2. Prelude
3. Minuetto
4. Adagietto
5. Carillon
Bizet (1838-1875)
Symfonie nr. 1 (1855)
1. Allegro vivo
2. Adagio
3. Scherzo. Allegro vivace - Trio 3. Scherzo. Allegro vivace - Trio
4. Allegro vivace
Shylock Nocturne (1889)
‘Mager talentje,’ oordeelde Gabriel Fauré als het om zijn kwaliteiten als componist voor het
theater ging. Is wel zeer schamper. Zijn grote opera Pénélope is prachtig en met zijn to-
neelmuziek voor Maeterlincks Pelleás et Mélissande schreef hij één van zijn beroemdste
werken. Maar bescheiden of niet, als het om theatermuziek ging had Fauré wel vastom-
lijnde ideeën: ‘Bij dit genre toont de muziek zich niet, zoals bij opera, in zijn volle glorie, de
dramatische handeling volgend op de voet. Ze stelt zich er tevreden mee de actie te becom-
mentariëren, de gevoelens van de personages op te roepen en hun expressie te vergroten,
en de charme van de scènes uit te breiden naar een ander niveau.’
In 1889 kreeg hij de opdracht voor het Théâtre de l’Odéon in Parijs muziek te schrijven bij
het stuk Shylock van Edmond Haraucourt. Een vrije bewerking van Shakespeare’s De koop-
man van Venetië. In de nocturne hieruit illustreert Fauré met gevoelige strijkersklanken de
liefdesscène tussen Jessica en Lorenzo in een tuin. ‘Ik zocht naar een muzikale frase met
een zekere pregnantie, zoals het Venetiaanse maanlicht,’ zei Fauré. Nadat Shylock met suc-
ces 56 keer was opgevoerd, begon de nocturne los van het toneelstuk een eigen leven. Een
van Fauré’s mooiste partituurtjes, speelde het orkest van het Parijse conservatorium hem
ook bij de begrafenis van de componist op 4 november 1924.
Stephen Westra
Gabriel Fauré
Pianoconcert nr. 2 (1830)
Chopin was een wonderkind dat op 8-jarige leeftijd concerten gaf met eigen kleine piano-
stukjes van een bijzondere en oorspronkelijke klankkleur, van een ongewone charme. In
1830 ging hij naar Parijs om daar als vrijwillige banneling zijn leven te blijven. Want kort
na zijn vertrek uit Polen werd zijn land door de russen ingelijfd, zijn vaderland was voor
hem verloren en een eindeloos heimwee werd zijn deel. Hij is de incarnatie van het Poolse
volkswezen, de Poolse dans en het lied. Daar is een Franse toon aan toegevoegd, de gratie,
vooral de amour en de noblesse van het Franse ras. De piano was zijn domein, nooit schreef
hij iets waaraan de piano niet debet was; daarvan kende hij elk teer en heroïsch geheim,
daarop deed hij de verrukkelijkste technische en mentale vondsten. Daarvoor schreef de
dichter Chopin zijn meesterwerken van pianistische kleinkunst. Hij componeerde het ene
liefdeslied na het andere en heel zijn leven was ‘een ballade van de liefde en de dood’. Van
de liefde omdat zijn kunst ten eerste het gemoed der vrouwen raakte, van de dood door zijn
eeuwig heimwee en de sluier van zijn ziekte.
Het concert in f-mineur verlangt van de speler nog groter virtuositeit dan het eerste con-
cert, waarmede het in vele opzichten sterk verwant is. Ook hierin is de piano dominerend,
het orkest is bijna voortdurend aanvulling, het geeft de speler na zijn technische climaxen
even respijt, en verder is het een spel van ‘wachtwoorden’, waarna de pianist met nieuwe
solopassages, al dan niet begeleidend, begint. Een andere overeenkomst is de opvallende
gelijkenis van de beide hoofdthema’s. Chopin speelde zijn Tweede pianoconcert het liefst,
waarschijnlijk omdat het hem herinnerde aan een jeugdliefde voor een medestudente aan
het conservatorium te Warschau, die hem tot het scheppen van dit werk inspireerde. Bijna
vanzelfsprekend is het larghetto een nocturne, zoals het middendeel in de concerten van
Mendelssohn een Lied ohne Worte is; het zijn immers de kenmerkende lyrische stukken
van beide meesters. Deze nocturne is wel bijzonder mooi. De droomsfeer wordt in het mid-
den even onderbroken door een hartstochtelijk recitatief, maar ze keert terug met het weke
beginthema, dat met fijne Chopin-arabesken is versierd. Het derde deel is een briljant rondo
(rondedans = refrein) in een snel walstempo met een, geheel in romantische trant, zeer
virtuoze afsluiting.
Frédéric Chopin
L’Arlésienne Suite nr. 1 (1872)
Het drama van Alphonse Daudet, L´Arlésienne, speelt in de Provence in de omgeving van
de stad Arles, bekend om haar vele schone vrouwen. Het verhaal is oorspronkelijk verteld
in Daudets Lettres de mon Moulin. Het is de tragische geschiedenis van de liefde tussen
de boerenzoon Frédéric en het mooie, verleidelijke maar canailleuze meisje uit Arles, waar-
over vijf bedrijven lang worden gesproken maar die niet voor het voetlicht komt. Hij wordt
gedwongen haar op te geven, maar vlak voor de bruiloft met een ander meisje pleegt hij
zelfmoord.
Op verzoek van de schrijver componeerde Bizet hierbij de toneelmuziek bestaande uit 24
fragmenten, waaruit later hij zelf of zijn nabestaanden twee suites van telkens vier stukken
voor orkestgebruik hebben gelicht.
Eerste Arlésienne-suite
De prelude is niet origineel maar ontleend aan een volkslied uit de Provence, Marche de
Turenne, verder een door de saxofoon gespeelde melodie L´Innocent en een heftig slot dat
het verlangen moet uitdrukken van Frédéric naar zijn onwaardige geliefde. Het eerste me-
nuet is vast niet voor een hofdans geschreven met die doedelzakachtige effecten in het
trio. Het adagietto heeft betrekking op een ontmoetingsscène in het stuk; een fijn lyrisch
fragment, een korte meditatie. Carillon, het voorspel tot het vierde tafereel, is een composi-
torisch meesterstuk. Zestig maten lang klinkt een klokmotief in de hoorns als een ´basso
continuo´, een ononderbroken toonfiguur. In het toneelspel is het de muzikale achtergrond
van een vrolijk volksfeest, de verloving van Frédéric. Tegen dat klokmotief gebruikt Bizet in
de bovenstemmen melodieën uit de Provence.
Georges Bizet
Symfonie nr. 1 (1855)
Op 17-jarige leeftijd schreef hij zijn Eerste symfonie, voor zijn jeugd een buitengewone pres-
tatie. Het werk is sedert het ontstaan in de Parijse conservatoriumbibliotheek opgeborgen
geweest. De dirigent Felix Weingartner bracht er pas in 1937 te Basel de eerste uitvoering
van. De waarde van deze symfonie ligt niet in een grote uitdrukkingsmacht, dat is van een
17-jarige ook niet te verwachten. Het is een fris en origineel werk van Franse geest, dat
men niet met de rijpe en rijke kunst der Weense klassieken mag vergelijken. De artistieke
betekenis berust op haar makelij, op de klassieke vorm en de vlotte opzet in de speelse
trant van Rossini. Ze is de vrucht van een jonge sterke muziekgeest, die plezier heeft in
een onbevangen welgeordend tonenspel. De vier delen vormen een klinkend pleidooi voor
de maker. In de eerste kloeke satz vallen enige solistische hoornmotieven op. Het lang-
zame deel heeft een weemoedige grondtoon, er komt een romantische hobosolo in voor en
een groots opgezet fugato. Deel drie is geheel gericht naar het klassieke menuet met een
doedelzaktrio, een soort boerendansmuziek. Het vierde tenslotte is een snelle en kokette
finale met vele en vlugge noten.
Georges Bizet
Günter Neuhold dirigentDe Oostenrijkse dirigent Günter Neuhold ronde in 1969 zijn studie aan het
Conservatorium van Graz af. Daarop volgde hij diverse masterclasses in Rome
met Franco Ferrara en in Wenen met Prof. Hans Swarowsky. Tussen 1972 en
1980 dirigeerde hij diverse Duitse operagezelschappen, waaronder in Hannover
en Dortmund. Neuhold won diverse prijzen, waaronder enkele in Italië waarna
zijn carrière een hoge vlucht nam. Vanaf deze periode is hij chef-dirigent
geweest bij diverse orkesten, waaronder het Orchestra Sinfonica ‘Arturo Tosca-
nini’, het Koninlijk Filharmonisch Orkest van Vlaanderen. Naast deze vaste
betrekking dirigeerde hij de meest uiteenlopende orkesten over de hele wereld,
waaronder in Europa, Azië en Zuid-Amerika. Nadat hij van 1995 tot 2002
artistiek directeur was bij het Theater der Freien Hansestadt Bremen, is hij sinds
2008 chef-dirigent van het Orquesta Sinfonica de Bilbao.
Lees de uitgebreide biografie op: www.dirigent.at
Ronald Brautigam pianoRonald Brautigam heeft in ruim dertig jaar een reputatie opgebouwd als een
van Nederlands meest toonaangevende en veelzijdige musici. Hij heeft een
unieke dubbelcarrière. Naast zijn reguliere concertpraktijk, waarin hij moderne
instrumenten bespeelt, ontwikkelde hij zich tot een vooraanstaand fortepianist.
Zijn interpretaties van de Weense klassieken op authentieke instrumenten
worden internationaal geroemd. Hij won vele prijzen waaronder de Nederland-
se Muziekprijs (1984) en de MIDEM Classical Award for best concerto recording
2010 voor zijn CD met Beethovens Pianoconcerten die hij opnam met het
Symfonie Orkest van Norrköping onder leiding van Andrew Parrott. Sinds
september 2011 is Ronald Brautigam verbonden als Professor aan de Musik-
Hochschule in Baze.
Lees de uitgebreide biografie op: www.ronaldbrautigam.com
Ga naar www.philharmoniezuidnederland.nl Word online fan en maak kans op unieke prijzen!
Herdenkingsconcert4 mei | St. Janskerk, Maastricht | 20.30 uur
Hans Leenders dirigent | Studium Chorale koor
Jo van den Booren The passion of our Lord Jesus christ according to St. John
Gé Reinders & LSO muziek die mij raaktGé Reinders zang en presentatie | Etienne Siebens dirigent
16 mei | Theater Heerlen, Heerlen | 20.00 uur
17 mei | Theater aan het Vrijthof, Maastricht | 20.00 uur
24 mei | TheaterHotel de Oranjerie, Roermond | 20.00 uur
25 mei | Stadsschouwburg Sittard-Geleen, Sittard | 20.00 uur
26 mei | Theater de Maaspoort | Venlo
Oet Limburg kump de meziek! Amateurs, professionals en liefh ebbers met elkaar verbonden door muziek
Limburg is muziek. Precies die liefde voor muziek brengt jong en oud bij elkaar. Ama-
teur, semiprofessionele en professionele muziekbeoefening zijn geen aparte werelden,
maar continu met elkaar verweven. Een goede samenwerking tussen professionals en
amateurs combineert het beste van twee werelden.
Vrijdag 10 mei | Koninklijke Harmonie Concordia Panningen
Locatie: DOK 6, Panningen | Tijdstip: 20.00 uur
Zaterdag 11 mei | Harmonie de Berggalm Klimmen
Locatie: De Borenburg, Voerendaal | Tijdstip: 20.00 uur
Zondag 12 mei | Harmonie Sub Matris Tutela Oostrum
Locatie: Schouwburg, Venray | Tijdstip: 12.00 uur
Vrijdag 14 juni | Koninklijke Harmonie Horst
Locatie: ’t Gasthoes, Horst | Tijdstip: 20.00 uur
Zaterdag 15 juni | Harmonie St. Agnes Bunde
Locatie: Dolmans Landscaping, Bunde | Tijdstip: 20.00 uur
Zondag 16 juni | Fanfare St. Willibordus, Stramproy
Locatie: De Zaal, Stamproy | Tijdstip: 15.00 uur
Donderdag 20 juni | Harmonie Eendracht Meijel
Locatie: D’n Binger, Meijel | Tijdstip: 20.00 uur
Vrijdag 21 juni | Harmonie St. Caecilia Hoensbroek
Locatie: Cultuurhuis, Heerlen | Tijdstip: 20.00 uur
Zondag 23 juni | Harmonie St. Cécile Eijsden
Locatie: Kasteel Eijsden, Eijsden | Tijdstip: 15.00 uur
Uw Limburgs Symfonie Orkest live!
MIT BLAOSMEZIEK!
Deze hafabra- concerten zijn mede mogelijk gemaakt door:
PASSIE!