Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen...Een gefaseerde invoering van de verplichting voor de...
Transcript of Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen...Een gefaseerde invoering van de verplichting voor de...
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Brandveiligheid bij beheer van gebouwen
Technische principes van
detectie en blussystemen
Inspectie
Veel voorkomende problemen
Brandveiligheid bij beheer van gebouwen
ZIJN BRANDBLUSSERS VERPLICHT IN MIJN APPARTEMENTSGEBOUW?
De brandweer kan wel bepaalde verplichtingen opleggen inzake brandveiligheid voor oudere appartementsgebouwen.
Het aantal toestellen wordt bepaald door de afmetingen,
de toestand en het risico.
Het is belangrijk om je bij de keuze en het aantal goed te laten
begeleiden.
,
Brandveiligheid bij beheer van gebouwen
ZIJN BRANDBLUSSERS VERPLICHT IN MIJN APPARTEMENTSGEBOUW?
Mogelijks!
• Brandblusapparaten zijn wettelijk verplicht in elk appartements-gebouw dat na 1994 is gebouwd.
• De verplichting is niet van toepassing voor gebouwen die voor
1994 gebouwd zijn. • Behalve het bouwjaar speelt ook het aantal bouwlagen en de
oppervlakte een rol. • Telt uw gebouw hooguit 2 bouwlagen en is het kleiner dan 100
vierkante meter?
• Dan is een brandblusser niet verplicht !!!!
,
Brandveiligheid bij beheer van gebouwen
1. Rookmelders
2. Automatische branddetectiesystemen
3. Brandbestrijdingsmiddelen
4. Sprinklers
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
ROOKMELDERS
Rookmelders
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat staat er in het Rookmeldersdecreet?
Wat betekent "uitgerust zijn met voldoende rookmelders“
De gefaseerde invoering
Rookmelders
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
ROOKMELDERS ZIJN VERPLICHT IN WONINGEN OM CONFORM TE ZIJN
Op 1 januari 2013 is het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders in werking
getreden.
Ook het bijhorende uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering van
6 juli 2012 is dan van kracht geworden
Wat staat er in het Rookmeldersdecreet?
Wat betekent "uitgerust zijn met voldoende rookmelders“
De gefaseerde invoering:
Rookmelders
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WAT STAAT ER IN HET ROOKMELDERSDECREET?
� Alle huurwoningen waarvoor een huurcontract wordt afgesloten na 31
december 2012 moeten uitgerust zijn met voldoende rookmelders.
� Een gefaseerde invoering van de verplichting voor de bestaande
huurcontracten.
� Specifiek voor studentenwoningen: elke zelfstandige woning of kamer,
bestemd voor de huisvesting van studenten, moet daardoor op 1
oktober 2014 uitgerust zijn met een rookmelder.
De folder Rookmelders bevat informatie over de Vlaamse rookmeldersverplichtingen en
hoe je hieraan moet voldoen
Wat staat er in het Rookmeldersdecreet?
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WAT BETEKENT "UITGERUST ZIJN MET VOLDOENDE
ROOKMELDERS“
� Om aan de rookmeldersverplichtingen te voldoen moet de zelfstandige
woning (eengezinswoning, appartement of studio) of kamerwoning op
elke bouwlaag uitgerust zijn met minstens één rookmelder.
� In kamerwoningen moet bovendien elke kamer uitgerust zijn met een
rookmelder. De verplichting om in elke gemeenschappelijke keuken van
een kamer ook een rookmelder te voorzien is op 11 augustus 2013
weggevallen.
Wat betekent "uitgerust zijn met voldoende rookmelders"
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
DE ROOKMELDER:
� moet CE gemarkeerd zijn
� moet voldoen aan de norm NBN EN 14604
� moet reageren op de rookontwikkeling bij brand door het produceren
van een scherp geluidssignaal
� mag niet van het ionische type zijn
Bijkomende aanbevelingen over het type en de plaatsing van de
rookmelders vindt u in " Richtlijnen voor de aankoop en plaatsing van
rookmelders (585.52 KB)".
Wat betekent "uitgerust zijn met voldoende rookmelders"
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Voor verhuurders van sociale huurwoningen komt de gefaseerde invoering
voor bestaande huurcontracten hierop neer
De gefaseerde invoering
Ouderdom sociale huurwoning Vanaf wanneer geldt de
rookmeldersverplichting ?
Gebouwd voor 1950 1 januari 2014
Gebouwd tussen 1950 en 1969 1 januari 2015
Gebouwd tussen 1970 en 1979 1 januari 2016
Gebouwd vanaf 1980 1 januari 2017
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Voor verhuurders van private huurwoningen die als hoofdverblijfplaats
worden verhuurd komt de gefaseerde invoering voor bestaande
huurcontracten hierop neer:
De gefaseerde invoering
Ouderdom private huurwoning Vanaf wanneer geldt de
rookmeldersverplichting ?
Gebouwd voor 1945 1 januari 2016
Gebouwd vanaf 1945 1 januari 2019
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Beslissingsboom voor het toepassen van de gefaseerde invoering.
De burgemeester mag pas een conformiteitsattest afleveren als uit een
conformiteitsonderzoek blijkt dat voldaan is aan drie voorwaarden:
1. de woning scoort minder dan 15 strafpunten op het technisch verslag
van het conformiteitsonderzoek
2. de woning is niet onbewoonbaar
3. de woning voldoet aan de rookmeldersverplichtingen (rekening
houdende met de gefaseerde invoering)
Om u te helpen bij het beoordelen van die laatste voorwaarde, heeft Wonen-Vlaanderen
beslissingsboom (Voldoet de woning aan de rookmeldersverplichtingen?) (67.62 KB)
opgesteld.
De gefaseerde invoering
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
De gefaseerde invoering
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WAT ZIJN DE GEVOLGEN ALS ER NIET TIJDIG AAN DE
ROOKMELDERSVERPLICHTINGEN IS VOLDAAN?
In het kader van de administratieve procedure tot ongeschikt- en
onbewoonbaarverklaring (artikel 15 van de Vlaamse Wooncode) zal de
woningcontroleur enkel een opmerking maken op het technisch verslag
van het onderzoek van de woningkwaliteit.
Het ontbreken van (voldoende) rookmelders wordt dus niet gequoteerd en
zal bijgevolg op zich niet leiden tot een ongeschikt- en/of
onbewoonbaarheidsbesluit.
De gefaseerde invoering
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WAT ZIJN DE GEVOLGEN ALS ER NIET TIJDIG AAN DE
ROOKMELDERSVERPLICHTINGEN IS VOLDAAN?
Maar: als een woning niet voldoet aan de rookmeldersverplichtingen,
dan wordt ze in de regel als “niet-conform” beschouwd.
Als de verhuurder voor zo’n woning een conformiteitsattest
aanvraagt, zal hem dat worden geweigerd.
Bovendien riskeert men dan de sancties die vermeld zijn in Titel III, Hoofdstuk V, van de Vlaamse Wooncode
(nl. verplichting om werken uit te voeren of indien nodig te herbestemmen of te slopen en strafrechtelijke handhaving).
De gefaseerde invoering
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Richtlijnen Voor De Aankoop En Plaatsing Van Rookmelders
585.52 KB)
Beslissingsboom (Voldoet De Woning Aan De Rookmelders-verplichtingen?)
(67.62 KB)
Documenten
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Automatische Branddetectiesystemen
Automatische Branddetectiesystemen
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
1,- INSTALLATIEREGELS
- Basisregels- Bijkomende eisen
2,- INSPECTIES EN CONTROLES
- Initiële gelijkvormigheidsinspecties van de installaties
- Controles en periodieke verificaties
3,- VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
-Voorschriften voor de persoon die voor de bewaking van het centraal
aanwijsbord is aangesteld.
- Maatregelen te nemen als gevolg van een buitengebruikstelling of bij inwerkstelling van de installatie als gevolg van een brand.
Automatische Branddetectiesystemen
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BASISREGELS
Alle installaties zijn uitgevoerd overeenkomstig de norm NBN S21-100 en zijn addenda.
“Opvatting van algemene installaties voor branddetectie door puntdetector” -In de laatste versie.-
De gebruikte systemen alsook de onderneming die de automatische branddetectie-installatie uitvoert en onderhoudt moeten worden gecertificeerd door een
certificatie-instelling die EN45011 geaccrediteerd is door BELAC of erkend door
deze laatste.
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BIJKOMENDE EISEN
De hierna vermelde ruimten vallen ook onder het begrip “lokalen”
zoals opgenomen in de norm NBN S21-100
en dienen ook bewaakt te worden door de automatische brandetectie- installatie
INSTALLATIEREGELS
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
- kokers van liften en goederenliften,
- transport- of overbrengingsschachten,
- tunnels, overdekte binnenpleinen, overdekte en aan de zijkanten
- gesloten loopbruggen,
- klimatisatie-, verluchtings- of ventillatie-installaties,
- transportleidingen voor brandbare materialen en de collectoren ervan;
- kabelschachten of -goten,
- lokalen en vaste installaties van alle aard zoals:
- droogovens, eesten,
- spuitcabines,
- Koelkamers of vrieskamers,
- galerijen en kuilen onder machines
- (niet limitatief):
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
KEUZEN VAN DE DETECTOREN
De keuze van het type van detectoren moet voor ieder geval afzonderlijk
worden bestudeerd en aangepast aan het type van waarschijnlijke vuurhaard.
Hierbij moet onder meer rekening worden gehouden met:
- de aard van de behandelde of opgeslagen materialen,
- de snelheid van uitbreiding van de vuurhaard,
- de kenmerken van de verbranding: rook, vlammen, gassen of warmte die
kunnen ontwikkeld worden in geval van brand.
Soms kan een combinatie van verschillende types van detectoren vereist zijn
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
KEUZEN VAN DE DETECTOREN (2)
Als, in een bijzonder geval, een brand zich snel kan ontwikkelen of als de
rechtstreekse en/of onrechtstreekse verliezen als gevolg van een brand zeer
groot kunnen zijn
Is een detectie installatie Slechts van nut wanneer ze gekoppeld is aan een
automatische blusinstallatie.
Bijvoorbeeld in serverruimte
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
MILIEUOMSTANDIGHEDEN
Activiteiten die storingen kunnen teweegbrengen waardoor ontijdig alarm kan ontstaan, moeten voorafgaandelijk door de leverancier van de installatie bestudeerd worden.
INSTALLATIEREGELS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
PLAATSBEPALING VAN HET CENTRAAL AANWIJSBORD
Het lokaal waar het centraal aanwijsbord zich bevindt, moet uitgerust zijn met tenminste
2 C02-blustoestellen met 1/2 bluseenheid
die het BENOR-ANPI merkteken voor gelijkvormigheid dragen
INSPECTIES EN CONTROLES
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
INITIËLE GELIJKVORMIGHEIDSINSPECTIE VAN DE INSTALLATIE
Voor de automatische branddetectie-installatie moet een
goedkeuringsverslag opgesteld worden door een door BELAC geaccrediteerde inspectie-instelling
die besluit dat de installatiegelijkvormig is aan de huidige voorschriften
INSPECTIES EN CONTROLES
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
CONTROLES EN PERIODIEKE VERIFICATIES
Alle hierna vermelde acties moeten opgenomen worden in het gebeurtenissen- enonderhoudsboekje van de installatie
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Materiaal voor
brandbestrijding en veiligheidssignalisatie
Een praktische toepassing
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Materiaal voor brandbestrijding,
wat moet ik voorzien ?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Toestellen
Voor de toepassing van deze presentatie verstaat men onder niet-automatische brandblustoestellen (N.A.B.) het volgende
brandbestrijdingsmateriaal:
• de handsnelblussers en de niet-draagbare mobiele blustoestellen,
• de brandhaspels met vormvaste slang,
• de gewapende binnenhydranten.
• de brandkranen,
• de bovengrondse hydranten
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
HANDSNELBLUSSERS
EN
NIET-DRAAGBARE MOBIELE
BRANDBLUSTOESTELLEN
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
CECECECE----CERTIFICATIECERTIFICATIECERTIFICATIECERTIFICATIE VAN DE VAN DE VAN DE VAN DE BLUSSERSBLUSSERSBLUSSERSBLUSSERS
De blussers dragen de CE-markering die bevestigd dat ze onderworpen
werden aan de druktesten die voorzien zijn in de PED-richtlijn. De CE-
markering is geen indicator van de blusdoeltreffendheid van de
brandblustoestellen.
Om CE gemarkeerd te worden, moeten de handsnelblussers conform de
Europese normenreeks EN3 door een bij de Europese Commissie
genotificeerde organisme voor de richtlijn 97/23/CE betreffende
drukapparatuur gecertificeerd zijn.
De niet-draagbare mobiele toestellen moeten conform de Europese norm EN
1866 door een bij de Europese Commissie genotificeerde organisme voor de
richtlijn 97/23/CE betreffende drukapparatuur gecertificeerd zijn.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GOEDKEURING VAN HET PRESTATIEVERMOGEN VAN DE BLUSTOESTELLEN
Handsnelblussers
Het blusvermogen van elk type van toestel moet getest worden in
overeenstemming met de Europese normenreeks EN3 door een certificatie-
organisme geaccrediteerd voor dit domein door BELAC of een buitenlands
accreditatieinstelling die deel uitmaakt van de MLA van de EA
Niet-draagbare mobiele brandblustoestellen
Het blusvermogen van van elk type van toestel moet getest worden in
overeenstemming met de Europese norm EN 1866 door een certificatie-
instelling geaccrediteerd voor dit domein door BELAC of een buitenlands
accreditatie-organisme die deel uitmaakt van de MLA van de EA.
Elke wijziging aan een type van brandblustoestel, goedgekeurd conform de
bepalingen van 2.2, moet kenbaar gemaakt worden aan de certificatie-
instelling die uitspraak doet over de bevestiging of de intrekking van de
certificatie.
.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
.MARKETING VAN DE BLUSTOESTELLEN
De blustoestellen met de volgende markeringen beantwoorden aan de
voorgeschreven criteria:
•CE: conformiteit met de PED-richtlijn (garantie van mechanische
weerstand)
•BENOR: conformiteit met de Belgische normen
•ANPI: conformiteit van het blusvermogen
ANPI publiceert een lijst van handsnelblussers en niet-draagbare mobiele
brandblustoestellen die beantwoorden aan de voorgeschreven criteria.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse A : Vaste Stoffen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse B : Brandbare Vloeistoffen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse C : Brandbare Gassen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse D : Brandbare metalen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse E : Elektriciteitsbranden
Elektrische apparatuur onder spanning (max. 1000V)
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 1 : bepalen van de brandrisico’s
Klasse F : Brandbare vetten
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Vertrek vanuit de vuurdriehoek, wat moet mijn blusmiddel
doen ?
Doen
dalen ?Verdrijven, afsluiten ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
BLUSDEKEN
Een blusdeken is een doek uit niet of
zeer slecht brandbaar materiaal.
Door een deken over een vuurhaard te
leggen, wordt deze afgesloten van de
lucht en dooft de brand.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
SCHUIMBLUSSER
Gevuld met water en schuimvormendproduct.
AFFFOf
Schuim voor vetbranden (klasse F)
Werkt afkoelend en sluit de O2 af.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
POEDERBLUSSER
Gevuld met poeder voor branden klasse
ABC
BC
D
Dekt af en sluit zo de O2 af, anti katalyse
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Blusgas
Bv. gevuld met CO2 verdrijft de O2 en
koelt af.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 2 : bepalen van het blusmiddel
Wat zijn de mogelijkheden ?
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Hoeveel snelblussers zijn er nodig ? Bluseenheid
Het vermogen van een snelblusser om een brand te blussen wordt uitgedrukt in "bluseenheden“
minimaal aantal "bluseenheden" op per gebouw:
één bluseenheid per 150 m² te beschermen oppervlakteminimum van twee bluseenheden per constructieniveau.
Het aantal bluseenheden van een brandblusser kan je terugvinden op het etiket van de brandblusser.
Opgepast : is een minimum : advies brandweer inwinnen uitvoeren risicoanalyse .
De beveiliging wordt verstrekt voor de gevaarlijke zones volgens de specificatiesvan de verzekeraar
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Hoeveel snelblussers zijn er nodig ?
Als gevaarlijke zones worden onder andere beschouwd, die
• Welke, voor de fabricagebehoeften, ontvlambare vloeistoffen met een vlampunt lager dan of
gelijk aan 55°C, producten met ontvlambare oplosmiddelen en brandbare gassen bevatten;• Waar, zelfs bijkomstig, hout mechanisch bewerkt wordt;• Waar verven, vernissen, lakken, emails, inkten of andere producten met ontvlambare
oplosmiddelen worden toegepast;• Waar plastische stoffen, gegolfd of gewafeld papier, golfkarton, stro, allerlei vezels voor de
verpakking aanwezig zijn, met inbegrip van de lokalen die met deze stoffen verpakte producten bevatten ;
• Welke droogplaatsen, polymeriseertoestellen, ovens en andere toestellen bevatten die tot meer dan 30°C verwarmd worden en brandbare producten behandelen.
Deze opsomming is niet beperkend.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Hoeveel snelblussers zijn er nodig ?
Per niveau mag er willekeurig gekozen worden uit handsnelblussers
of niet-draagbare mobiele toestellen.
nochtans moet minstens de helft van de voor de beveiliging vereiste
bluseenheden door handsnelblussers geleverd worden.
.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Hoeveel snelblussers zijn er nodig ?
O2 afdekken? afkoelen?
Bluseenheid
Het aantal bluseenheden van een brandblusser kan je
terugvinden op het etiket van de brandblusser
1. blusmiddel + inhoud 2: aantal bluseenheden
2. gebruiksaanwijzing
3. geschikt voor brandklassen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Hoeveel snelblussers zijn er nodig ?
O2 afdekken? afkoelen?
Bluseenheden Te beschermen
oppervlakteSnelblusser
½ 75 m² CO2 – 5kg
1 150 m² Schuim 6 ltr.
Poeder ABC
6kg
1,5 225 m² schuim - 9 liter poeder
ABC - 9 kg poeder ABC
- 12 kg
8 schuim - 50 liter
10 poeder ABC - 50 kg
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 3 : bepalen van het blusmiddel
Blusvermogen van de brandblustoestellen
O2 afdekken? afkoelen?
Toegelatenbluseenheden Blusmiddel
Model-vuurhaard
Minimale leegloop- tijd
in seconden
Nominale hoeveelheid blusmiddel
in l. of kg.½ CO2 55 B 9 2
1
Verstoven water 21 A
12 6Verstoven water +
additief
21 A en 113 B
Poeder BC 113 B
Poeder ABC 21 A en 113 B
1 1/2
Verstoven water 34 A
15 9Verstoven water +
additief
34 A en 183 B
Poeder BC 183 B
Poeder ABC 34 A en 183 B
7 Verstoven water Cfr. EN 186650
10 Poeder BC Cfr. EN 1866 50
Poeder ABC Cfr. EN 1866
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 4 : waar en hoe ophangen ?
O2 afdekken? afkoelen?
•De blusmiddelen moeten op oordeelkundige plaatsen
worden aangebracht (doorgangen, centrale plaatsen, plaatsen met hoger brandgevaar).
•Alle handsnelblussers moeten worden opgehangen. Het handvat mag zich niet hoger dan 1,4 m boven de grond
bevinden.
•De blusmiddelen moeten steeds gemakkelijk bereikbaar
zijn.
•De blusmiddelen moeten gesignaleerd worden door middel van het juiste pictogram.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 5 : hoe signaleren ?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Stap 5 : hoe signaleren ?
O2 afdekken? afkoelen?
Signalisatie : hoe groot moet een pictogram zijn ?
De afmeting van de signalisatie is
afhankelijk van de leesafstand.
Om ervoor te zorgen
dat de afmeting van een pictogram zo
conform mogelijk de Europese Richtlijn
is, kunt u de afbeelding hiernaast als als
richtlijn gebruiken.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
In de praktijk wordt er een onderscheid gemaakt tussen
• Het visueel nagaan of een brandblustoestel nog in goede staat,
bruikbaar en bereikbaar is
• een volledige technische nazicht van een brandblustoestel
volgens een vastgelegd protocol
� waarbij men in- en uitwendige onderdelen onderzoekt,
� de staat ervan kan interpreteren en desgevallend vervangt
� de labels op het toestel kan vervangen of aanpassen
� opnieuw op waterdrukproef laat testen
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Het visueel nagaan of een brandblustoestel nog in goede staat,
bruikbaar en bereikbaar is wordt uitgevoerd door gelijk wie die
daartoe is aangesteld door de werkgever
een volledige technische nazicht van een brandblustoestel
volgens een vastgelegd protocol wordt door een werknemer van
een bevoegd extern bedrijf dat onderhoud doet van draagbare
brandblussers.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Art. 52.11 van het ARAB stelt dat :
het materiaal voor brandbestrijding geregeld door de werkgever,
zijn aangestelde of zijn afgevaardigde, onderzocht moet worden
(dat is visueel nagaan) of een brandblustoestel nog in goede
staat, bruikbaar en bereikbaar is.
De datum van deze onderzoekingen en de vaststellingen die
tijdens deze onderzoekingen werden gedaan worden in een
notitieboekje ingeschreven en ter beschikking gehouden van de
bevoegde overheid.
Van een technisch nazicht is hier geen sprake.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie
op de arbeidsplaatsen (B.S. 23.4.2014)
Bij ontstentenis van strengere voorschriften vanwege de fabrikant of de
installateur of voortvloeiend uit de regels van goed vakmanschap,
worden de beschermingsmiddelen tegen brand tenminste één keer per
jaar gecontroleerd.
Bovendien ziet de werkgever erop toe dat de beschermingsmiddelen
tegen brand door onderhoudsbeurten in goede staat voor gebruik
worden gehouden.
De controles en onderhoudsbeurten worden uitgevoerd overeenkomstig
de voorschriften van de fabrikant of de installateur.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Koninklijk besluit van 28 maart 2014 betreffende de brandpreventie
op de arbeidsplaatsen (B.S. 23.4.2014)
De data van de controles en onderhoudsbeurten bedoeld in dit artikel,
en de vaststellingen die er gedaan werden, moeten bewaard worden en
ter beschikking gehouden van het Comité en van de met het toezicht
belaste ambtenaren.
Er is dus geen vermelding van wie de controles of onderhoudsbeurten
moet uitvoeren
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Art. 10 en 11 van het KB Arbeidsmiddelen.
Die controles hebben tot doel te garanderen dat de veiligheids- en
gezondheidsvoorschriften worden nageleefd en deze verslechteringen tijdig
worden opgespoord en hersteld.
De resultaten van de controles moeten schriftelijk worden vastgelegd en ter
beschikking worden gehouden van de met het toezicht belaste ambtenaar.
Hier wordt niet gesteld wie de periodieke controle, periodieke proeven en/of
bijkomende controles moet uitvoeren, maar het resultaat ervan moet zijn dat ze
“door een adequaat onderhoud in zodanige staat worden gehouden dat zij
tijdens de gehele gebruiksduur voldoen aan de toepasselijke bepalingen”.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
In de ‘Voorschriften voor de niet-automatische brandblustoestellen‘
Voor wat betreft de handsnelblussers wordt verder gesteld:
Afgezien van de in 1.3 bedoelde periodieke driemaandelijkse verificatie, moet
de verzekerde alle brandblustoestellen en hun lading minstens eens per jaar
laten keuren door gespecialiseerde personen
Alle controles worden in een logboek opgenomen.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
De NBN S 21-050 : 2002
Schouwing en onderhoud van draagbare brandblussers, maakt een onderscheid
tussen het
‘onderhoud’, uitgevoerd door een ‘bevoegd persoon’ en de
‘schouwing’, uitgevoerd door de ‘verantwoordelijke persoon’.
.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
De NBN S 21-050 : 2002
Een bevoegd persoon (onderhoud) is een persoon in dienst of onder een
overeenkomst bij een bevoegd bedrijf die
• aantoonbaar beschikt over de nodige opleiding en ervaring
• toegang heeft tot het geschikte gereedschap, uitrusting, inlichtingen,
handleidingen
• kennis heeft van alle bijzondere werkwijzen opgegeven door de vervaardiger –
gebruiker van het merk van overeenkomstigheid -, die hem in staat stelt de
onderhoudswerkwijze beschreven in deze norm toe te passen.
• Een bevoegd bedrijf is een bedrijf voor het onderhoud van draagbare
brandblussers, erkend door de Landelijke goedkeuringsinstelling.
.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
De NBN S 21-050 : 2002
Een verantwoordelijke persoon (schouwing) is/zijn de perso(o)n(en)
verantwoordelijk voor de routine schouwingen en die het uit te voeren
onderhoud van de draagbare brandblussers voorziet.
Onderhoud (technisch nazicht) en schouwing (visuele controle) zijn dus twee
onderscheiden taken en die worden door twee ‘soorten’ personen uitgevoerd (in
het eerste geval een bevoegd persoon genoemd, in het tweede geval een
verantwoordelijke persoon genoemd
.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Over de schouwing door de verantwoordelijke persoon stelt de
De NBN S 21-050 : 2002
Indien nodig zal de verantwoordelijke persoon de gepaste maatregelen treffen om
de vastgestelde gebreken ongedaan te maken.
De hierboven beschreven schouwingen zullen minstens driemaandelijks
plaatsvinden. Het is zelfs wenselijk deze maandelijks uit te voeren.
Bij bijzondere omstandigheden is het mogelijk dat het aantal schouwingen moet
opgevoerd worden.”.
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Wat met het nazicht/keuren van brandblussers ?
O2 afdekken? afkoelen?
Certificatie van een bevoegd bedrijf staat eveneens in de NBN S 21-050
APRAGAZ staat in voor o.a. de certificatie voor onderhoudsbedrijven van
brandblusapparaten volgens NBN S 21-050
http://www.apragaz.com/website%20juillet%202009%20nl/frame- blusap.htm
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Doendalen ?Anti
Katalyse,mengverhouding?
O2 afdekken? afkoelen?
MUURHASPEL
Axiaal gevoed met water.
Haspels verplicht vanaf 01/12/2012 in alle
gebouwen > 500 m2
Voor 01/12/2012 : Haspels verplicht in
compartimenten > 500 m2 of op advies
Brandweer
Industriegebouwen GEEN haspels verplicht.
Is voor alle kantoorgebouwen van na juli 2012,
met een bruikbare oppervlakte van +500 m²
verplicht
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
Plaatsaanduiding van de toestellen
De toestellen moeten op een goed zichtbare manier aangeduid worden door
geschikte pictogrammen
De plaats van de brandhaspels moeten op plannen opgenomen worden.
Deze plannen moeten in voldoende aantal opgehangen worden
op goed zichtbare strategische plaatsten
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
O2 afdekken? afkoelen?
CE certificatie van de brandhaspels
De brandhaspels met vormvaste slang moeten de CE-markering dragen in
overeenstemming met de Bouwproducten Richtlijn (BPR) 305/2011.
Elk type van brandhaspel met vormvaste slang moet conform de
Europese norm EN 671-1 door een bij de Europese Commissie
genotificeerde organisme voor de BPR 305/011 gecertificeerd zijn.
Elke wijziging aan een type van brandhaspel, goedgekeurd conform de
bepalingen van 3.1.1, moet kenbaar gemaakt worden aan de certificatie-
instelling die uitspraak doet over de bevestiging of de intrekking van de
certificatie
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
Vereist aantal brandhaspels
Het vereiste aantal brandhaspels is zo, dat elk punt van het
beveiligde niveau door de waterstraal van ten minste
twee brandhaspels bereikbaar is,
met een minimum van twee per niveau.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
Watertoevoer
Met een mondstuk van Ø 6 mm of van Ø8 mm dient elke brandhaspel respectievelijk 34 l/min of 60 l/min.
In overeenstemming met de tabel 4 van de norm NBN EN 671-1, dit stemt overeen
met een minimale ingangsdruk van P = 0,4 Megapascal.
Dat debiet moet gegarandeerd kunnen worden gedurende ten minste 30 minuten.
De brandhaspels dienen tot aan de afsluitkraan van de haspels constant onder druk te
worden gehouden.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
O2 afdekken? afkoelen?
CE certificatie van de brandhaspels
De brandhaspels met vormvaste slang moeten de CE-markering dragen in
overeenstemming met de Bouwproducten Richtlijn (BPR) 305/2011.
Elk type van brandhaspel met vormvaste slang moet conform de Europese
norm EN 671-1 door een bij de Europese Commissie genotificeerde
organisme voor de BPR 305/011 gecertificeerd zijn.
Elke wijziging aan een type van brandhaspel, goedgekeurd conform de
bepalingen van 3.1.1, moet kenbaar gemaakt worden aan de certificatie-
instelling die uitspraak doet over de bevestiging of de intrekking van de
certificatie
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
Periodieke keuring
Afgezien van de bedoelde keuring dient de verzekerde al zijn brandhaspels
ten minste eens per jaar in overeenstemming met
de norm NBN EN 671-3
door een bekwame onderneming laten controleren.
Alle controles worden in een logboek opgenomen.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BRANDHASPELS MET VORMVASTE SLANG
Certificatie
ANPI publiceert een lijst van brandhaspels die beantwoorden
aan de voorgeschreven criteria (www.anpi.be).
De Nationale Vereniging voor brand- en diefstalbestrijding is een vzw die is opgericht op initiatief van de
Belgische verzekeringsondernemingen, gegroepeerd in deBeroepsvereniging der
Verzekeringsondernemingen (Assuralia).Vandaag zijn de leden van ANPI, naast de verzekeraars, alle
industriële federaties en beroepsverenigingen die gesensibiliseerd zijn door de preventie van brand en diefstal. De overheid is er eveneens vertegenwoordigd.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GEWAPENDE BINNENHYDRANTEN
CE certificatie van de gewapende binnenhydranten
De binnen hydranten moeten de CE-markering dragen in overeenstemming
met de Bouwproducten Richtlijn (BPR) 305/2011.
Elk type van binnen hydrant met vormvaste slang moet conform de Europese
norm EN 671-2 door een bij de Europese Commissie genotificeerde organisme
voor de BPR 305/2011 gecertificeerd zijn.
Elke wijziging aan een type van brandhaspel, goedgekeurd conform de
bepalingen van 4.1.1, moet kenbaar gemaakt worden aan de certificatie-
instelling die uitspraak doet over de bevestiging of de intrekking van de
certificatie
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GEWAPENDE BINNENHYDRANTEN
Watertoevoer
Met een mondstuk van Ø 12 mm dient elke straalpijp 200 l/min te kunnen leveren gedurende ten minste 60 minuten.
De binnenhydranten dienen conform de norm NBN S 21-027 te worden opgezet.
De leidingen waarop de binnenhydranten aangesloten zijn, dienen tot
aan de afsluitkranen van de hydranten constant onder druk gehouden te
worden.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GEWAPENDE BINNENHYDRANTEN
Vereist aantal binnenhydranten
Het vereiste aantal binnenhydranten is zo,
dat elk punt van het beveiligde niveau door ten minste twee binnenhydranten bereikbaar is,
met een minimum van twee per niveau.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GEWAPENDE BINNENHYDRANTEN
Plaatsaanduiding van de toestellen
De toestellen moeten op een goed zichtbare manier aangeduid worden door geschikte pictogrammen.
De plaats van de binnenhydranten moeten op plannen opgenomen
worden. Deze plannen moeten in voldoende aantallen opgehangen worden op goed zichtbare strategische plaatsen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
GEWAPENDE BINNENHYDRANTEN
Periodieke keuring
Afgezien van de in 1.3 bedoelde keuring dient de verzekerde al zijn binnenhydranten ten minste eens per jaar in
overeenstemming met de norm NBN EN 671-3 door een bekwame
onderneming laten controleren.
Alle controles worden in een logboek opgenomen..
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BOVENGRONDSE HYDRANTEN
Conformiteit van de Bovengrondse hydranten
De bovengrondse hydranten moeten conform met de
norm NBN S 21-019 zijn.
..
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BOVENGRONDSE HYDRANTEN
Watertoevoer
• De installaties dienen overeenkomstig de norm NBN S 21-027 te worden opgezet.
• De bovengrondse hydranten van het type BM80 moeten 1000 l/min, die van het type BH100 2 x 1000 l/min kunnen leveren gedurende ten
minste 60 minuten.
• De leidingen waarop de bovengrondse hydranten aangesloten zijn,
dienen tot aan de afsluitkranen ervan constant onder druk te worden gehouden.
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BOVENGRONDSE HYDRANTEN
Vereist aantal bovengrondse hydranten
• De standplaats der bovengrondse hydranten en meteen hun aantal worden bepaald aan de hand van de ministeriële omzendbrief van 14 oktober 1975
betreffende de watervoorraden voor het blussen van branden.
• "In de nijverheids- en handelszones en op de plaatsen met een grote
bevolkingsdichtheid liggen de wateraansluitingen op een maximum afstand van 100 m van elkaar verwijderd.
• Elders zijn zij wegens de ligging van de voor brand te beveiligen gebouwen of inrichtingen zo verdeeld dat de afstand tussen de ingang van elk gebouw
of van elke inrichting en de dichtstbijzijnde hydrant niet meer dan 200 m bedraagt."
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BOVENGRONDSE HYDRANTEN
Vereist aantal bovengrondse hydranten
• De ondergrondse of de bovengrondse hydranten worden aangebracht op een horizontaal gemeten afstand van ten minste 0,60 m van de kant der
straten, wegen of doorgangen waarop voertuigen kunnen rijden en
parkeren.
• De toestellen moeten op een goed zichtbare manier aangeduid worden door geschikte pictogrammen
• De plaats van de bovengrondse hydranten moeten op plannen opgenomen worden. Deze plannen moeten in voldoende aantallen opgehangen worden
op goed zichtbare strategische plaatsen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandbestrijdingsmaterieel
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BOVENGRONDSE HYDRANTEN
Periodieke keuring
Afgezien van de in 1.3 bedoelde keuring dient de verzekerde al zijn
bovengrondse hydranten ten minste eens per door een gespecialiseerde onderneming laten controleren.
Alle controles worden en een logboek opgenomen
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
De problematiek van sprinklerinstallaties
bij nieuwe gebouwen.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Aanwezigheid van een SPRINKLERINSTALLLATIE
WETTELIJK
FEDERAAL /
REGIONAAL
Decreten,K.B –M.B
LOKAAL /
GEMEENTELIJK
VERSLAG
BRANDWEER
CONTRACTUEEL INTERN
VERZEKERAAR
Preventiedossier
CONTRACTANTEN
Contracten
MAATSCHAPPIJ
Lastenboek
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
� Wie legt op :
� ARAB
� Basis normen laag, middelhoge en hoge gebouwen
� Basis normen industriële gebouwen ( nieuwe)
� Bestaande industriële gebouwen
� Rustoorden voor bejaarden
� KB 17.05.2007 : Gesloten parkeergebouwen met
parkeerplaatsen voor LPG- voertuigen
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WETTELIJKE VERPLICHTINGEN
ARAB Art 52-2:
• In de winkels voor kleinhandel, (totale oppervlakte >= 2000 m² ) moeten de
verkooplokalen en de eraan belendende lokalen die als warenopslag dienen,
uitgerust zijn met een automatisch blussingsnet dat bestendig onder druk staat.
• Rond elke blussingskop moet een vrije ruimte va n minstens 60cm aanwezig zijn
ARAB Art 52-15 :
• Meubelwinkels waar de passieve veiligheid onvoldoende isO2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WETTELIJKE VERPLICHTINGEN
Bijlage 2, 3 en 4 bij het koninklijk besluit van 7 juli1994
zoals gewijzigd
bij koninklijke besluiten van 19 december1997
en
4 april 2003
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
COMPARTIMENTERING EN EVACUATIE
Oppervlakte van de compartimenten.
Lage, middelhoge en hoge gebouwen
Wat de gebouwen betreft, bedoeld in de bovenstaande alinea's, mag de oppervlakte
van een compartiment, naargelang het geval, groter zijn dan ofwel 2500 m2,
(ofwel 3500 m2 lage gebouwen), indien het uitgerust is met een automatische
blusinstallatie en een rook- en warmteafvoerinstallatie,die voldoen aan de normen
of aan de regels van goed vakmanschap terzake die erkend zijn door de Minister van
Binnenlandse Zaken, volgens de procedure en de voorwaarden die hij bepaalt
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
COMPARTIMENTERING EN EVACUATIE
Algemene regel
De hoogte van een compartiment stemt overeen met de hoogte van een bouwlaag.
De hoogte van een compartiment mag_ zich uitstrekken over verscheidene
Bouwlagen - (atrium) - op voorwaarde :
dat dit compartiment is uitgerust met een automatische blusinstallatie en een
rook- en warmteafvoerinstallatie, die voldoen aan de normen of aan de regels van
goed vakmanschap terzake die erkend zijn door de Minister van Binnenlandse Zaken,
volgens d.e procedure en de voorwaarden die hij bepaalt.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
VOORSCHRIFTEN VOOR SOMMIGE BOUWELEMENTEN
Lage & middelhoge en hoge gebouwen:
� De ruimte tussen het plafond en het vals plafond wordt onderbroken door de verlenging van alle verticale wanden die ten minste Ei 30 bezitten.
� lndien de ruimte tussen het plafond en het vals plafond niet is uitgerust met een automatische blusinstallatie, dient de ruimte derwijze
onderbroken te warden door verticale scheidingen met EI30 dat er ruimten
� ontstaan waarvan de horizontale projectie kan ingeschreven warden in een
vierkant van maximum 25 m zijde.
.
.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
HUISVUILAFVOER
Middelhoge en hoge gebouwen.
Lokaal voor de opslag van het huisvuil.
• Indien het lokaal gelegen is onder een stortkoker,
is het voorzien van een automatisch hydraulisch blussysteem
dat voldoet aan de normen of aan de
regels van goed vakmanschap terzake.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WINKEL- OF HANDELSCOMPLEX
Lage-, Middelhoge- en hoge gebouwen.
De scheidingswanden tussen de handelslokalen hebben Ei60 en lopen door in het eventuele vals plafond.
Dit voorschrift vervalt wanneer het winkel- of handelscomplex
Voorzien is van een automatisch hydraulisch blussysteem
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
COLLECTIEVE KEUKENS.
Lage-, Middelhoge- en hoge gebouwen.
De scheidingswanden tussen de handelslokalen hebben Ei60
en lopen door in het eventuele vals plafond.
Dit voorschrift vervalt wanneer het winkel- of handelscomplex Voorzien is van een automatisch hydraulisch blussysteem
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
UITRUSTING VAN DE GEBOUWEN
Lage-, Middelhoge- en hoge gebouwen.
Liften en goederenliften
In de schacht(en) mag geen enkele blusinrichting
met water opgesteld staan
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
ELEKTRISCHE LAAGSPANNINGSINSTALLATIES VOOR DRIJFKRACHT, VERLICHTING EN SIGNALISATIE. Lage-, Middelhoge- en hoge gebouwen.
• De elektrische leidingen die installaties of toestellen voeden die bij brand
absoluut in dienst moeten blijven, warden zodanig geplaatst dat de risico's
van algehele buitendienststelling gespreid zijn.•
• Op hun tracé tot aan het compartiment waar de installatie zich bevindt, hebben de elektrische leidingen een Rf 1h overeenkomstig addendum 3 van
de norm NBN 713-020.
•• Deze vereisten zijn niet va n toepassing indien de werking va n de
installaties of toestellen verzekerd blijft zelfs bij het uitvallen van de energievoeding.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
ELEKTRISCHE LAAGSPANNINGSINSTALLATIES VOOR DRIJFKRACHT, VERLICHTING EN SIGNALISATIE.
Lage-, Middelhoge- en hoge gebouwen.
De bedoelde installaties of toestellen zijn :
a) de veiligheidsverlichting en eventueel de noodverlichting;b) de installaties voor melding, waarschuwing en alarm;
c) de installaties voor rookafvoer;d) de waterpompenvoor de brandbestrijding en eventueel de
ledigingspompen;
e) de Iiften:� bestemd voor de evacuatie van personen met beperkte mobiliteit
� bedoeld in punt 6.4.� met prioritaire oproep (hoge gebouwen)
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
INRICHTINGEN VOOR MELDING, WAARSCHUWING, ALARM EN BRANDBESTRIJDINGSMIDDELEN.
Deze inrichtingen worden bepaald op advies van de bevoegde brandweer.
� In de gebouwen zijn inrichtingen voor melding en brandbestrijdingverplicht
� De brandbestrijdingsmiddelen bestaan uit toestellen of installaties die al dan
niet automatisch zijn.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
WETTELIJKE VERPLICHTINGEN
O2 afdekken? afkoelen?
BASISNORM – BIJLAGE 6 -
INDUSTRIEGEBOUWEN
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BASISNORMEN – BIJLAGE 6
O2 afdekken? afkoelen?
Klasse gebouw Maximale oppervlakte van het compartiment
(zonder sprinklers)
Zonder sprinklers Met
sprinklers
A 25 000 150 000
B 10 000 60 000
C 5 000 5 000
Impact van bijlage 6: Industriele gebouwen
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BASISNORMEN – BIJLAGE 6
Impact van bijlage 6: Industriele gebouwen
lndien een compartiment uitgerust is met een
sprinklerinstallatie, wordt de RWA-installatie, in afwijking
van NBN S 21-208-1, automatisch bediend worden door
de alarmklep van de sprinklerinstallatie.
De werking van watermistsystemen en ESTR-sprinklers
kan door het starten van de rook- en warmteafvoer
nadelig worden beïnvloed.
De blusinstallaties genieten in dat geval de voorkeur,
zodat deze compartimenten niet dienen te worden
uitgerust met een RWA-installatie.
SPRINKLERS
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BASISNORMEN - BIJLAGE 6
Impact van bijlage 6 : Industriële gebouwen
Indien het compartiment uitgerust is met een sprinklerinstallatie volstaat een
bijkomende bluswatervoorraad (bovenop de watervoorraad van de sprinklerinstallatie)
van 150 m3/h of te 2500 I/min.
Als aanvulling op de watervoorraad van de sprinklerinstallatie
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BASISNORMEN - BIJLAGE 6
Impact van bijlage 6 : Industriële gebouwen
Het toezicht op de werking en de bediening van de verschillende actieve
brandbeveiliginginstallaties van het gebouw moet vanuit een centrale controle- en bedieningspost kunnen gebeuren.
De wanden die dit lokaal scheiden van de rest van het gebouw hebben minstens EI60
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
BESTAANDE INDUSTRIEGEBOUWEN
Sprinklers zijn verplicht indien geeist door de milieuvergunning .
� Afgifte va n de vergunning en analyse va n het dossier: gemeenten en/of provincies met advies va n de brandweerdienst (sinds de jaren 1990 op
basis van de gewestelijke voorwaarden (tal van gevallen);
� Technische voorschriften : hangt af van het advies maar de meeste zijn
EN 12845, NBN S 21-028 (oude installaties), voorschriften va n de verzekeraars CEA 4001 of BVVO (< 1995).
� Verantwoordelijke: Gewesten.
� In de meeste gevallen: sprinklers warden verplicht door de verzekerings-contracten
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
KB van 17 mei 2007
Koninklijkbesluit tot vaststelling van de maatregelen voor
de preventie van brand en ontploffing waaraan de gesloten parkeergebouwen moeten voldoen
om LPG voertuigen te parkeren.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
KB van 17 mei 2007
2.5. Automatische blusinstallatie
De automatische parkeergebouwen zijn uitgerust met een automatische
blusinstallatie volgens de norm NBN EN12845.
4. Onderhoud en controle.
4.1 Onderhoud
4.2.4. De uitbater zorgt ervoor dat de goede werkingvan de detectie-, alarm-,
mechanische verluchtings- en automatische blusinstallaties een keer per maand
nagekeken wordt.
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
Rustoorden voor bejaarden
Sprinklers zijn niet verplicht !
� In het Waals Gewest :
Afvallokaal : verplichte automatische hydraulische blusinstallatie. Wettekst : BWG 15.10.2009 - (nieuwe goedkeuring)
Verantwoordelijke: Ministerie van het Waals Gewest.
�Duitstalige Gemeenschap:
Afvallokaal : verplichte automatische hydraulische blusinstallatie. Wettekst : BDG 26.08.2008.
Verantwoordelijke: Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap
O2 afdekken? afkoelen?
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Maintenance en Inspecties
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Zo moet het zeker niet !
SPRINKLERS
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
AANDACHT INSPECTIEVERSLAGEN
Gevaar van onvoldoende kennis bij de gebruikers van inspectie
indienststellingen verslagen
BEPERKTE OPDRACHTEN ( GOEDE WERKING…)
Verslagen BUITEN accreditatie
…. Met als eind besluit ….
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwenTot slot !
O2 afdekken? afkoelen?
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Brandveiligheid bij het beheer van gebouwen
O2 afdekken? afkoelen?
Succes en hartelijk dank voor jullie aandacht!
Zijn er nog vragen ?
Ivo Van Assche
Kapitein
Technicus – brandvoorkoming
Hulpverleningszone “ Rand”