Intro Manu Claeys 15de horta infoavond ademloos straten-generaal oktober 2014
Bert Fermin en Davy Kastelein · 2016. 11. 6. · 3 Kastelein & van Straten 2011. 9 3. Werkwijze Om...
Transcript of Bert Fermin en Davy Kastelein · 2016. 11. 6. · 3 Kastelein & van Straten 2011. 9 3. Werkwijze Om...
Zutphense Archeologische Publicaties 85
Bert Fermin en Davy Kastelein
Archeologie van de Mars (2)Archeologisch onderzoek naar de 18e-eeuwse lijmerij, vestingwerken en watertoren langs de
Havenstraat in Zutphen.
2
3
Inhoud1. Projectgegevens 52. Inleiding 73. Werkwijze 94 Historische achtergrond 13
4.1 Middeleeuwen 134.2 Vestingwerken 144.3 Economische activiteit 184.4 De Tweede Wereldoorlog 21
5 Archeologische waarnemingen 255.1 Werkput 14 255.2 Werkput 15 285.3 Werkput 16 285.4 Werkput 17 29
5.4.1 Vondstmateriaal 325.5 Werkput 18 355.6 Werkput 19 365.7 Werkput 20 375.8 Werkput 21 375.9 Werkput 22 395.10 Werkput 23 405.11 Werkput 24 405.12 Werkput 25 425.13 Werkput 26 en 27 455.14 Werkput 28 47
6. Losse vondsten 496.1 Molensteen 496.2 Hijswiel 506.3 Losse vondsten explosievenonderzoek 51
7. De lijmerij 567.1 Historische achtergrond 577.2 Materiële cultuur 60
7.2.1 Aardewerk 607.2.2 Glas 627.2.3 Metaal 627.2.4 Bouwmateriaal 627.2.5 Synthese materiële cultuur 63
7.3 Beenderlijm 637.3.1 Productie 637.3.2 Botmateriaal 64
8 Conclusie 698.1 Samenvatting 698.2 Selectiebesluit plangebied Noorderhaven 70
9. Literatuur 73Zutphense Archeologische Publicaties 77Sporenlijst 81Vondstdeterminatielijst 97
4
5
1. Projectgegevens
Gemeente: ZutphenToponiem: De Mars, NoorderhavenProjectcode: NH2011, NH2012, NH2013Archis-onderzoeksnummer: 39602Archis-vondstmeldingsnummer: 418765Coördinaten:
210.079/ 462.228
210.094/ 462.187
210.171/ 462.219210.154/ 462.260
Periode van uitvoering: 30-11-2011 / 12-2-2011, 22 / 23-2-2012, 27-2-2013, 8-4-2013, 7-5, 2013, 27-5-2013, 9/11-6-2013.Opdrachtgever: Projectbureau de Mars, gemeente ZutphenUitvoerder: Gemeente Zutphen, afdeling Stadsbedrijven, team archeologie.Aantal uitgegeven putnummers: 14-27Aantal uitgegeven vondstnummers: 63-106Aantal uitgegeven spoornummers: 500-763Documentatie bevindt zich per 1 december 2013 in het Regionaal Archief Zutphen, Spiegelstraat 13-17, 7201 KA ZutphenVondstmateriaal bevindt zich per 1 december 2013 in het Gemeentelijk Depot voor Bodemvondsten, Dieserstraat 11, 7201 NA Zutphen
1. Ligging van het onderzoeksgebied.
6
200100
m0
X 210.520Y 462.600
X 209.680Y 462.000
Vestingkaart 1823gracht houtzaagvijver houtzagerij
IJsselvestingwal
lijmerijPlan slechting vestingwerken 1878houtzagerijlaatste fase grachtvijver
Zutphen F3 1952Noorderhaven
Ingemeten sporenkeermuur oude vestingwerkenvestingmuurvermoedelijke ligging vestingmuur
Situatietekening IJssel 1878gebouwhoutzagerijmuurwerk grachtlaatste fase gracht
Kadastrale minuut 1832gebouwhoutzagerij
Kadastrale minuut 1886gebouwhoutzagerijhoutzaagvijverkadewerken
2. Puttenkaart plangebied Noorderhaven (werkput 14-28).
3. Gegeorefereerde vestingwerken en andere structuren binnen het plangebied Noorderhaven (Van Straten 2009).
95
87
O verweg
3
Kerk
2
Nie
uws t
ads
ker k
ste e
g
33
1412
L ievevrouwe ns traa t
8
1
5a
3a
15
11a
7
541
68a
52
32
28a
33
15
21
25
27a
Ha lters tra at
22
20
8
11
4a
7
2
1
12
S chool
74 2
65
69
13
34
13a
22
16
Ni e
u wst
ad
31
23
4
13
L okens traa t
14
3
Gas thuis s traa t
9
10
10A
6
14A
42
Lokens traat
54
5
10
12
51
59
61a
2a
49
42
1
45
30
w.i.u.
10
20
25
K ruittoren
22
24t/m50
4
Norenburge rstraa t
9t/m25
29
31
10
16
37
5
51
N orenburgers traat
33
6
35
16
23
S tations plein
8
Ga sthuisstraat
Ba s
sero
ord
35
37
39
S tationsplein
26t/m56
S tation
25
71
73
Nie
uws t
ad
Ac htero
m
2
83
85a
77
85
53
51a
16
24
8
16W.I.U .
9
3
1
2
S ta tion sstr aat
57
Postkantoor
Molengracht
6163a-c69
Dreef
14
16
18
20
2
Havens tra
at
49
10a
12
47
6a 4a
4b
71
6 4
Ber
kepl
oor
s tr taa
t
6b
8
42t/m
16
2
24
10
35
N oorderhaven
8
6
C ontre
s carp
11
30
13
28
12a
10
w.i.u.
93
95
t/m
101
W.I.U .
S tations plein
Loo
i er ss tr a a
t
103
141
Park straa t
4
1
Dr eef
20a
6
Dr eef
35
2
6
10
28
4
Coe nenspa rkstra at
4
B olwerks weg
4
H avens traat
30
S tations plein
7
7
11
Co
e nen
spa
rkst
raa
t
13
17
25
27
Bolw
e r ks we
g
7
1
5
1
2
31
29
E ls horsts tra at
S cha mperdijks traa t
13
14
33
19
210400210100 210200 210300
210400210100 210200 210300
4624
0046
2100
4622
0046
2300
4625
00
209800
209800
209900
209900
210000
210000209700
209700
462400462500
462100462200
462300
14
15
1623
2118
2227
26
28
19
25
24 17
20
7
2. Inleiding
Van november 2011 tot juni 2013 is door het bureau archeologie van de gemeente Zutphen een inventariserend veldonderzoek in de vorm van proefsleuven uitgevoerd in het plangebied Noorderhaven te Zutphen. Dit onderzoek was een vervolg op het bureauonderzoek dat in 2009 en het proefsleuvenonderzoek dat in 2010 is uitgevoerd.1 Het plan Noorderhaven is één van de grootste onderdelen van het te herontwikkelen gebied de Mars. Er is voorzien in nieuwbouw van kantoren, winkels, een parkeergarage en vooral woningen. Daarnaast zal de oude Noorderhaven hersteld worden en wordt veel van de infrastructuur grondig herzien. Bij dergelijke bodemingrepen wordt de ondergrond flink geroerd en om te zorgen dat hierbij geen archeologische resten ongezien verloren gaan, is voor het hele plangebied een archeologisch onderzoek gestart dat is opgezet volgens de Archeologische Monumentenzorg (AMZ)-cyclus zoals dit in 2007 verplicht is gesteld. Het eerste deel van deze AMZ-cyclus, het bureauonderzoek, is in 2009 uitgevoerd. Vanwege de kans op het voorkomen van scheepsarcheologische resten in de ondergrond (het gebied herbergt een oude IJsselmeander), werd het bureauonderzoek uitgebreid met een geofysisch onderzoek met behulp van grondradar. Uit het bureauonderzoek en het grondradaronderzoek kwam naar voren dat in dit gebied de volgende zaken verwacht konden worden.
- Vestingwerken: Het gebied was sinds de 17e eeuw gelegen in de vestinggordel die de stad Zutphen omsloot. Deze besloeg in het begin van de 17e eeuw nog maar een klein deel van het gebied, maar vanaf ongeveer 1700 werd hier de Linie van Coehoorn aangelegd die dit gebied domineerde. Deze vesting werd in 1863 deels verlegd om ruimte te maken voor de aanleg van het station. Na het afschaffen van de Vestingwet in 1874 is begonnen met de ontmanteling hiervan. Dat er nog resten van deze linie in de grond aanwezig zijn, bleek al in de zomer van 2009, toen bij de sloop van een deel van de oude Reesinkpanden een zware muur te voorschijn kwam die deel uitmaakte van de Linie van Van Coehoorn.2
- Scheepswrakken. Zoals reeds voor aanvang van het onderzoek bekend was, heeft de IJssel tot het begin van de 15e eeuw over de huidige Mars gemeanderd. Hierdoor is de kans aanwezig dat er zich scheepswrakken in de ondergrond bevinden. Mededelingen uit de 19e eeuw maken melding van een mogelijk middeleeuws schip dat is opgegraven bij de aanleg van de nieuwe vestinggracht in 1863. Scheepswrakken zijn bijzonder lastig op te sporen en worden bijna altijd toevallig aangetroffen. Om dit te voorkomen is gekozen voor de enige, zij het gebrekkige methode die hiervoor voorhanden is: grondradaronderzoek. Bij dit onderzoek is een aantal verdachte anomalieën gedefinieerd die bij het proefsleuvenonderzoek zijn onderzocht. Naspeuren van deze anomalieën heeft echter geen resultaat opgeleverd.
1 Resp. Van Straten 2009 en Fermin & van Straten 2011. 2 Van Straten 2009 en Fermin & van Straten 2011.
8
Het proefsleuvenonderzoek heeft tot doel de aanwezigheid, gaafheid en informatiewaarde vast te stellen van de op grond van het bureauonderzoek en het grondradaronderzoek te verwachten resten in de bodem. Het proefsleuvenonderzoek moest gefaseerd worden uitgevoerd vanwege de beschikbaarheid van de deelterreinen (Reesink, Koelhuis De Landbouw en Structon) na de sloop van de opstallen. Ook moest een deel van het onderzoek volgend zijn op het explosievenonderzoek op het Reesinkterrein en de bodemsanering op het Structonterrein. Net als voor het eerder onderzochte deel van het Noorderhavengebied moet voor de nu onderzochte deelgebieden een selectiebesluit worden opgesteld. Welke archeologische resten zijn behoudenswaardig, naar welke resten moet nader onderzoek gedaan worden en welke terreindelen kunnen, eventueel op voorwaarden, vrijgegeven worden?
Het proefsleuvenonderzoek is uitgevoerd volgens de richtlijnen zoals deze beschreven staan in het Programma van Eisen (PvE) dat voorafgaande aan het proefsleuvenonderzoek is opgesteld.3 In dit PvE zijn naast eisen waaraan het onderzoek moet voldoen, ook onderzoeksvragen geformuleerd die dit onderzoek dient te beantwoorden. Deze onderzoeksvragen luiden als volgt:
Vestingwerken1. Wat is de morfologie en de exacte locatie van de vestingwerken? 2. Is er een fasering aan te brengen in de aangetroffen resten?3. Zijn er aanwijzingen voor reparaties in de aangetroffen delen?4. Zijn meer delen van de vestingwerken dan tot nu toe waargenomen
uitgevoerd in baksteen?5. Zo ja, wat is de datering en de functie van de aangetroffen bakstenen
resten? 6. Kan op basis van de gegevens die verkregen zijn bij onderhavig onderzoek
uitspraken worden gedaan over de functie van de eerder aangetroffen bakstenen resten waarvan de functie tot dusverre onbekend was?
Het middeleeuwse landschap7. Zijn er in de ondergrond nog resten van het middeleeuwse landschap
aanwezig? Zo ja, hoe manifesteren deze zich?8. Kan op basis van de aangetroffen resten iets worden gezegd over de
inrichting van het landschap?
Scheepsresten9. Zijn er in de ondergrond scheepsresten aanwezig en/of resten van
scheepsladingen?10. Wat is de aard omvang, datering en kwaliteit van deze resten?11. Is er een verband met de in 1863 aangetroffen scheepslading?
Fysische geografie12. Hoe is de geologische opbouw in het gebied?13. Wat betekent dit voor de archeologische verwachting van de omgeving?
3 Kastelein & van Straten 2011.
9
3. Werkwijze
Om de te hiervoor gestelde vragen te kunnen beantwoorden waren er voor november 2011 twee proefsleuven in het gebied gepland op de locaties die op figuur 2 te zien zijn. De sleuven (werkput 14 en 15) zijn aangelegd om de volgende zaken te onderzoeken:Het onderzoeksgebied is gelegen in het tracé van de laat-17e eeuwse contrescarpgracht. Deze heeft deel uit gemaakt van de vestinggordel die de stad omsloot. Daarnaast heeft een deel van het dubbele bastion dat in 1863 is gebouwd binnen het onderzoeksgebied gelegen (afb 59). In de ondergrond konden zich nog relicten van het middeleeuwse agrarische landschap bevinden. Totdat het terrein ingenomen werd door de vestingwerken was het terrein immers in gebruik als stadsweide. Tot slot bevinden zich hieronder nog de resten van de oude IJsselmeander. Er moest daarom bij het onderzoek rekening worden gehouden met het aantreffen van scheepsresten en scheepvaartgerelateerde zaken.
Omdat voorafgaand aan het onderzoek niet precies duidelijk was hoe de putten zouden komen te liggen, is niet gewerkt met een vantevoren uitgezet puttenplan. In plaats daarvan is er voor gekozen om de putten achteraf in te laten meten door een landmeetbedrijf, in dit geval Facto uit Deventer en RAAP b.v. uit Zutphen. Omdat er ten tijde van het onderzoek een munitieonderzoek plaats vond in het plangebied de Noorderhaven en de locatie van de proefsleuven door het vele puin niet voorafgaande aan het onderzoek onderzocht kon worden, heeft de opgraving deels plaatsgevonden onder OCE-begeleiding. Een ander deel van de opgraving vond plaats in het kader van een milieusanering.In verband met de grote diepte van de werkputten - op sommige plaatsen waren de werkputten meer dan 3,5 meter - zijn de profielen getrapt aangelegd. Van werkput 18, een lange profielsleuf, is één volledig lengteprofiel gedocumenteerd. Dit is deels gespiegeld gebeurd om dat bij aanleg van het profiel een deel van de oostzijde instortte voordat dit was vastgelegd. Vlakken en profielen zijn getekend (1:20) en gefotografeerd. Alle benodigde informatie om tot het beantwoorden van de onderzoeksvragen te komen kon uit de profielen en het vondstmateriaal worden afgeleid. De sporen zijn in het veld beschreven in de archeologische database ODILE.
Voorafgaand en tijdens het onderzoek bleek een aantal wijzigingen in het PvE noodzakelijk: sleuf 15 kon niet tot over de volledige lengte worden aangelegd. In de ondergrond bevonden zich nog funderingsresten van de onlangs gesloopte bebouwing. Onduidelijk was of deze in constructief opzicht nog een rol speelden om de belendende gebouwen stabiliteit te verlenen. Gezien het risico op beschadiging van de aangrenzende bebouwing is er van afgezien om funderingen weg te breken. Daarom is de uiteindelijke proefsleuf 13 meter lang geworden.
10
In februari 2012 werd een derde sleuf aangelegd. Deze kon pas in een tweede fase worden aangelegd omdat het ketenpark van de firma ArmaEx die het explosievenonderzoek uitvoerde tot die tijd op de plek stond. Doel van deze sleuf (werkput 16) was om na te gaan om er nog resten van de lijmerij aanwezig waren op deze plek.
In april is begonnen is met het handmatig uitzetten van een zoeksleuf (werkput 17) om de exacte locatie van het bruggenhoofd in de 19e-eeuwse vestingwal te bepalen. Basis hiervoor vormde een waarneming die reeds eerder gedaan was. Op grond van deze eerdere waarneming konden de resten van het bruggenhoofd vrij snel terug gevonden en blootgelegd worden. Nadien is haaks op het hart van het bruggenhoofd gezocht naar overblijfselen van de eigenlijke brug. In het veld bleek dat de recente verstoringen verband houdend met de onlangs gesloopte bebouwing tot grote diepte reikten waardoor enorme hoeveelheden grond moesten worden verzet. Toen een verdere uitbreiding van de put op een gegeven moment door een combinatie van instabiliteit van de bodem en enorme bergen stortgrond niet langer verantwoord was, is er voor gekozen om ongeveer 15 m verderop een brede zoeksleuf aan te leggen over de vermoede locatie van de eigenlijke brug (werkput 20). Op deze manier was het snel mogelijk om vast te stellen of er überhaupt nog constructieresten van de brug aanwezig waren of dat de gehele brug bij de ontmanteling van de vestingwerken verdwenen was.
Werkput 18 is een profielsleuf die haaks over het verloop van de laat 19e-eeuwse gracht aangelegd. Hierdoor kon de relatie worden vastgelegd tussen de laat 19e- eeuwse vestingwerken en de vroeg 18e-eeuwse linie van Van Coehoorn. Werkput 19 is uitgegraven in het kader van het explosievenonderzoek. De hierbij tevoorschijn gekomen kade van de Noorderhaven is schoongemaakt en gedocumenteerd.
Put 21 en 22 zijn aangelegd in het kader van de bodemsanering van het Structonterrein. De ondergrond was hier zwaar verontreinigd met onder meer diesel. Werken in beschermende kleding was dan ook verplicht. De profielen en het verloop van de vestinggracht in deze diepe putten zijn in februari 2013
4-6. Sfeerimpressies van de opgraving.
11
gedocumenteerd. In werkput 21 werd bovendien een stuk van de zijmuur van de coupure door de vestingwal uit 1863 gevonden.
Put 23 is een inmeting van een waterput die bij de explosievensanering tevoorschijn kwam in 2011, en waaraan later pas een los werkputnummer is toegekend.
In put 24 is op 7 mei 2013 een deel van de beer van de vestinggracht uit 1863 vrijgelegd en ingemeten. Delen van deze beer werden ook al bij de twee vorige onderzoeksfasen waargenomen.
In werkput 25 werden op 27 mei 2013 de resten van de 19e-eeuwse watertoren en bijbehorende waterput van de HSM en een stuk 19e-eeuws riool gedocumenteerd.
Van 9 tot 11 juni 2013 zijn twee lange parallelle proefsleuven (werkput 26 en 27) gegraven om de westzijde van het terrein te onderzoeken. In theorie zouden hier resten van de door Van Geelkercken getekende scheepswerf in de bodem aanwezig kunnen zijn. Deze werden echter niet aangetroffen. Wel werden resten van de 18e-eeuwse vestinggracht en –wal gevonden.
Tenslotte is werkput 28 een inmeting van 27 februari 2013 van muurwerk dat deel uitmaakte van het kolenpark van de Hollandse Spoorweg Maatschappij.
12
13
4 Historische achtergrond
4.1 MiddeleeuwenDe naam Mars4 betekent letterlijk moeras, maar kan ook drassig grasland betekenen. Het gaat inderdaad om een laag liggend gebied ten noorden van de stad dat gevormd is door een meander van de IJssel. Toch was het gebied goed toegankelijk. In de overstromingsgevoelige laagte waren parallel liggende stroomruggen aanwezig. Aan de oost- en noordzijde werd het gebied begrensd door de IJssel. In 1406-07 werd deze meander echter doorgestoken om verdere erosie van het gebied te voorkomen. Langs de IJssel werd dit land beschermd door de nieuw gebouwde Schamperdijk. De afgesneden meanderbocht verlandde echter niet meteen. Dat had te maken met de Berkel, die voor zijn waterafvoer van de oude hank gebruikmaakte. Deze rivier zorgde ervoor dat de vestinggrachten op een constant peil bleven. Tot aan de watermolens aan de Rozengracht/Molengracht was de rivier gestuwd en gecontroleerd. Nadat met behulp van Berkelwater de watermolens waren aangedreven, liep de Berkel de stad uit en kwam tot 1610 via het Olde Diep (de oude restgeul op de Mars) in de Polbeek en daarna in de IJssel. De geschiedenis van het Noorderhavengebied begon dus met de activiteit van twee rivieren; eerst de IJssel en daarna de Berkel. In 1863 werd bij het graven van een nieuwe vestinggracht achter het nieuwe station een complete scheepsvracht gevonden, bestaande uit honderden kannetjes uit het Rijnland. De kannen dateren uit de 14e eeuw, dus uit de tijd van voor het afsnijden van de meander. Vermoedelijk is hier een schip in de IJssel vergaan. De rivier de IJssel vormde een belangrijke verbinding tussen het Rijnland en de Noord- en Oostzee. Zutphen profiteerde enorm van die gunstige ligging en werd een actieve handelsstad en prominent lid van de Hanze.
4 Voor dit hoofdstuk is gebruikt gemaakt van bestaande teksten (H.A.C. Fermin & M. Groot-hedde) voor de expositie “Noorderhaven Zutphen, de stad in ontwikkeling” in het Stedelijk Museum Zutphen in 2013.
7. De Mars anno 1573 uit het Caertboeck van Thomas Wittenroos.
14
Scheepsbouw was ook één van de activiteiten die waarschijnlijk plaatsvonden in het Noorderhavengebied. Op 16e-eeuwse kaarten zien we dat er een klein wijkje lag aan de stadszijde van de Mars, even buiten de stadsmuren. De scheepjes die erbij getekend zijn, verkeren in verschillende stadia van opbouw, waaruit we voorzichtig kunnen concluderen dat zich hier een scheepswerf bevond.Het grootste deel van de Mars was echter in gebruik als stadsweide. De stad was eigenaar van het totale gebied. Burgers en instellingen konden waardelen kopen om hier hun runderen te laten grazen. Er werd door particulieren ook aan landaanwas gedaan door middel van kribben. Op één van deze stukken buitendijks land werd een baksteenoven gebouwd.Tot slot was er ook nog een minder vredig fenomeen te vinden: een executieplaats pal achter de Schamperdijk. De oudste directe aanwijzing daarvoor is een kaart van het beleg van Zutphen uit 1586. Hierop staan twee raden op palen afgebeeld waarop de veroordeelden na een pijnlijke dood tentoon gesteld werden. Op de oudste kaart van Zutphen (1560) zijn deze palen echter ook al afgebeeld, zonder raden. Op kaarten uit de 17e en 18e eeuw staan op deze locatie standaard galgen afgebeeld en zelfs in 1820 wordt er nog gesproken van de galg op de Nedermars – al was die toen waarschijnlijk al lang niet meer gebruikt. De galg stond dusdanig opgesteld dat hij goed zichtbaar was voor iedereen die per schip de stad in– of uitvoer.
4.2 VestingwerkenNadat Zutphen in Staatse handen was gekomen in 1591, werd het een frontierstad van de Republiek. De vestingwerken van de stad waren echter dringend aan vernieuwing toe vanwege de tot 1648 voortdurende Spaanse aanwezigheid in een deel van de graafschap Zutphen en Twente. De ommuring van de stad werd uitgebreid met een extra brede gracht, bolwerken en hoornwerken, uitgevoerd in Oud Hollands Stelsel. Door deze werken werd de afstand die een kanonskogel moest overbruggen aanzienlijk vergroot. Bovendien werd de verdedigingslinie
aan de buitenzijde voorzien van een aardlichaam, waardoor een kanonskogel weinig schade kon aanrichten aan de wallen. Eén van de drie hoornwerken van dit stelsel, al gebouwd in 1620-25, lag ongeveer onder het Koelhuis en één van de gebouwen van Reesink. Bij opgravingen rondom deze gebouwen is er niets van teruggevonden, omdat latere vestingwerken alle resten ervan hebben vergraven.
8. Vestingstad Zutphen in 1672 door Ial-liot (Parijs 1672). Linksonder het hoorn-werk op de Mars (noorden is links).
15
Ergens in de tweede helft van de 17e eeuw werd er op de Mars een gracht gegraven om de contrescarpwal heen. Deze is nog niet getekend op kaarten van o.a. Blaeu (1649), maar wel op die van Ialliot (1672) en De Wit (1698).
Een tweede, grote renovatie vond plaats in het eerste decennium van de 18e eeuw. De aanleiding hiervoor was het uitbreken van de Spaanse Successieoorlog, waarbij de Republiek (met stadhouder Willem III), Engeland en Brandenburg enerzijds en de Franse koning Lodewijk XIV anderzijds, tegenover elkaar kwamen te staan. Onder leiding van baron Menno van Coehoorn werd begonnen aan een forse uitbreiding van de vesting, uitgevoerd in Nieuw Nederlands Stelsel. Dit behelsde onder meer de bouw van reeksen lunetten aan de noordzijde van de stad, de bouw van een ravelijn en de aanleg van inundatiewerken.
De oude hoornwerken werden volledig afgebroken, met uitzondering van het zuidelijke hoornwerk. Dit hoornwerk werd gereviseerd, maar op dusdanige wijze dat er waarschijnlijk ook bijna geen steen op zijn plaats bleef.5 Het hoornwerk in het Noorderhavengebied werd vervangen door een nieuwe linie die bestond uit vier lunetten. Lunetten zijn driehoekige bastions die samen een zig-zagvormige linie vormen. De lunetten lagen aan de stadzijde aan de oude contrescarpgracht en aan de veldzijde was er nog een gracht. Uitzondering op dat laatste zijn de westelijke lunetten van de linie op de Mars die onder invloed van de IJssel stonden bij hoogwater. Deze lunetten zijn aan de stadzijde van de punt verstevigd met een bakstenen keermuur en lopen vervolgens geleidelijk af als een aardlichaam aan de veldzijde (glacis). Een doorsnede van zo’n lunet werd eerder al gedocumenteerd op de Mars.6 De oude havezate De Pol, aan de noordzijde van de Polbeek, werd in 1785 verbouwd tot Fort de Pol. Dit fort werd gedekt door twee redouten in het noorden van de Mars en de batterij Wellenberg aan de overzijde van de IJssel. Deze fortificaties moesten er voor zorgen dat de sluis van de Polbeek, waarmee de hele Mars onder water gezet kon worden, niet in vijandelijke handen kon vallen.
Een derde vestingbouwfase brak aan in 1861 toen men de aanleg van de spoorweg tussen Arnhem en Zwolle midden door de 17e-eeuwse vestigwerken en de Linie
5 Fermin, Groothedde & Krijnen 2008.6 Fermin & Van Straten 2011.
9. De lunetten van Van Coehoorn op de Mars in 1769 (A. van den Heuvel). Het kleine blokje binnen de linie stelt de lij-merij voor.
16
van Van Coehoorn heen plande. Voor dit plan werden in 1863 drie bastions van de 17e-eeuwse linie en vier lunetten van de linie van Van Coehoorn ontmanteld. Deze laatste linie werd een klein stukje noordelijker geheel opnieuw aangelegd, omdat het station zich wel binnen de vesting moest bevinden. Reeds 13 jaar later, in 1874 verloor dit nieuwe vestingwerk al weer haar betekenis met de ondertekening van de Vestingwet. Zutphen verloor in dat jaar vestingstatus en alle vestingwerken rond Zutphen, inclusief de gloednieuwe linie op de Mars, kwamen op de nominatie om gesloopt te worden.
Al in1862 had de gemeenteraad van Zutphen een verzoek ingediend bij koning Willem III om de vestingwerken rondom de stad te mogen ontmantelen. Reden voor dit verzoek was de verstikkende uitwerking op de economie en het gevaar voor de volkshuisvesting door de te grote bevolkingsdichtheid.7 Dat dit gevoel niet alleen leefde bij de gemeenteraad blijkt uit een verzoek met dezelfde strekking dat door een groep van 165 arbeiders werd ingediend, een jaar voordat het besluit over de afschaffing van de vestingwerken zou worden genomen.8 Ondanks het afwijzen van de verzoeken bereikte de gemeenteraad in 1863 in elk geval dat een deel van de vestingwerken verlegd mocht worden. Wel diende dit voor eigen rekening te geschieden.9 Ook het nu opgegraven deel maakte hier onderdeel van uit.
Als gevolg van ontwikkelingen in de militaire techniek met ondermeer de uitvinding van het dynamiet en de daaropvolgende ontwikkeling van de brisantgranaat bleek dat het oude type vestingstelsel niet meer voldeed. Zo viel tijdens de Frans-Duitse oorlog van 1871 de onneembaar geachte vesting
7 Delnoij, 2005, 184.8 Adresbeek Stad en Graafschap, 1873, 79-80.9 Delnoij, 2005, 184.
10. Ontwerp van de nieuwe vestingwerken van 1863 met plattegrond en doorsneden.
17
Verdun binnen de kortste keren in Duitse handen. Deze oorlog betekende indirect het einde van Zutphen als vestingstad. Na de afkondiging van de Vestingwet van 1874 zou het echter nog jaren duren voordat het Rijk en de gemeente het eens werden over de voorwaarden waarop delen van de vesting aan de gemeente overgedragen zouden worden. Na slepende onderhandelingen stemde de gemeenteraad uiteindelijk in met de overname van het overgrote deel van de gronden van de voormalige vesting Zutphen. Voor een bedrag van fl 86.300 verwierf de stad zich de mogelijkheid tot uitbreiding. Het slechten van de vestingwerken zou nog eens fl 90.000 gaan kosten. In hoog tempo werden vervolgens de vestingwerken ontmanteld. Voor het bruggenhoofd gold kennelijk dat het teveel werk was om dit volledig te slopen. De resten zijn afgebroken tot onder het maaiveld en vervolgens overbouwd. Tijdens de bouw van de loods die er tot een aantal jaren geleden stond, is een groot aantal funderingspalen de grond in gedraaid. Een van deze palen schampte de muur, die verder echter nagenoeg onbeschadigd bleef.
Een deel van de oude vestinggrachten werd omgetoverd tot een landschapspark, dat vernoemd werd naar de toenmalige burgemeester en steenfabrikant H.A.D. Coenen.De gedempte grachten zijn bijna overal nog aanwezig in de ondergrond. Bij archeologisch onderzoek in het Noorderhavengebied zijn diverse resten van vestingwerken aangetroffen, al zijn de wallen uiteraard afgetopt. Hoewel we de ligging van deze werken kennen van oud kaartmateriaal, zijn de details ervan vaak onbekend. Sommige delen van wallen bleken bijvoorbeeld voorzien te zijn van bakstenen muren op plekken waar dat niet van bekend was. Deze muren gaan meters diep de grond in en zijn bijzonder sterk. Deze resten worden in het nieuwe stadsdeel Noorderhaven opgenomen en zo veel mogelijk zichtbaar gemaakt. Vanuit het huidige perspectief is het onbegrijpelijk dat men alle vestingwerken voor veel geld heeft laten slopen. Men had ook buiten de vestinggordel kunnen bouwen. Dit gebeurde ook vanaf 1903 langs de Deventerweg en vanaf 1919 op
grote schaal: het Plan de Clerq, ofwel het Deventerwegkwartier.10 Hadden de vestingwerken nu nog bestaan,
10 Blom et al. 2002.
11. Teruggevonden schroefboorkop van een van de funderings-palen (DP01/C3) van het bijgebouw van Koelhuis De Land-bouw, dat op de resten van de oude vestingbrug was gebouwd.
12. Zutphen en vier andere “stedenmaagden” smeken Minister van Oorlog van Limburg Sti-rum hen te ontmantelen, hetgeen de minister op deze prent in de Nederlandsche Spectator 50 (1872) iets te letterlijk neemt...
18
dan was Zutphen nu een eersteklas toeristische trekpleister geweest met alle economische gevolgen van dien (dit laatste geldt overigens voor alle voormalige vestingsteden). De reden voor de sloop zal dan ook geweest zijn dat de grond die vrijkwam bij het slechten van de wallen en gedeeltelijk de grachten, toekwam aan de stad, en dus, in tegenstelling tot de omringende landen, in principe gratis was. Verder bezigde men rond 1874 kreten als “beknelling” door de vesting, waaruit een soort claustrofobie spreekt. Na de ontmanteling was er in ieder geval weer vrij uitzicht vanuit de stad. Tot ook buiten de vestinggrachten weer huizen gebouwd werden…
4.3 Economische activiteitIn de middeleeuwen werd op de Mars klei gestoken en stonden er baksteenovens die in handen waren van de stad zelf. De productie moet enorm geweest zijn. Stadsmuren, kerken en duizenden huizen zijn in de middeleeuwen in baksteen gebouwd.Behalve de baksteenproductie en de scheepsbouw waren ook de windmolens al vroeg van belang. Al zeker sinds de 16e eeuw bevond zich een wind-korenmolen net buiten de Marspoort en vlak bij de IJsselbrug. Deze molen bleef (in gewijzigde versie) bestaan tot in de 19e eeuw.
In of net vóór 1765 werd er een nieuwe windmolen gebouwd op een hoger liggende oeverwal nabij de Marsweg. Al vóór 1769 verrees een tweede windmolen vlakbij de eerste. Deze molens begonnen beide als zeemmolens (leerproductie). Rond 1815 werden beide molens door Lucas Binkhorst verbouwd tot oliemolen. In deze hoedanigheid functioneerden ze tot 1858. Toen werden ze gekocht door de gebroeders Hissink. De noordelijke molen werd gesloopt en vervangen door een windmolen die tras (cement) produceerde, de zuidelijke molen werd omgebouwd tot papiermolen. In die hoedanigheid bleef hij tot 1887 in bedrijf. In 1888 werd de molen vervolgens weer omgebouwd tot koren- en schorsmolen door dhr. H. ter Beek, die hem in 1895 ombouwde tot stoom-korenmolen. De laatste vermelding die we hebben van deze molen dateert uit 1908.In 1798 werd er nóg een molen gebouwd, net buiten de lunetten van Van Coehoorn. Het ging om een wind-zaagmolen met de naam De Zwaan.
13-14. Molens op de Mars. Links de molen van Hissink, rechts houtzaagmolen de Zwaan met op de achtergrond de spits van de Nieuwstadskerk. (coll. fam. Schutte).
19
In 1877 werd deze molen omgebouwd tot stoom-zaagmolen. In 1891 werd hij afgebroken, waarna op deze locatie in 1901 de arbeidershuisjes van de Voormars werden gebouwd.Een andere belangrijke laat 18e-eeuwse industrie was de lijmerij. Deze werd binnen de lunetten van Van Coehoorn gesticht door Huibert de Haas, ergens tussen 1765 en 1769. Zijn grootvader produceerde al beenderlijm bij een leerlooierij aan de Beekstraat. De nieuwe vestiging werd waarschijnlijk buiten de stad gevestigd omdat een dergelijke industrie een ontzettende stank verspreidde. De lijmerij moest in 1863 het veld ruimen voor de nieuw te bouwen vestinglinie. De naam lijmerij bleef in de volksmond nog lang in gebruik, zonder dat men nog wist waar de naam op sloeg. Zo werden de weiden en later de vijvers in het Coenenspark aangeduid als Lemmerië. De geschiedenis van de lijmerij wordt verder besproken in hoofdstuk 7.Ongeveer op de locatie van de vestinggracht uit 1863 werd een haven gepland: de Noorderhaven. Deze werd echter pas gegraven in 1881-82. De combinatie van een haven en een station moest een stevige impuls geven aan de Zutphense economie. De noordoostzijde van het industriegebied werd oorspronkelijk begrensd door het Coenenspark. Dit fraaie landschapspark met zijn waterpartijen werd echter langzaam opgeslokt door de economische vooruitgang. Eerst door de uitbreiding van de veemarkt, later door onder meer de panden van Reesink. In 1932 hield het park op te bestaan.
15. Het Stationsgebied en de Mars in 1901 (Van Etteger), met onder meer het Coenenspark, de veemarkt en de Noorderhaven ten noorden van het spoor. Ten noorden van de haven bevindt zich de zeepfabriek, ten zuiden ervan de broodfabriek.
20
Eén van de eerste industrieën was de Zeepfabriek van Albers. Deze bestond al minimaal sinds 1865, maar werd in 1895 naar de Noorderhaven verplaatst. Na 1934 werd hier zeemleer geproduceerd. Een ander bedrijf was de Zutphense Broodfabriek, die een vergunning kreeg in 1884. Het bedrijf herbergde behalve een broodfabriek ook een stoom-korenmolen met meerdere steenkoppels. Van deze relatief kleine molenstenen is er één bewaard gebleven (paragraaf 6.1). Diverse Zutphense handelsbedrijven hadden aan de Noorderhaven pakhuizen. Het pakhuis Noorderhaven 13 uit 1908 is daar een mooi voorbeeld van, dat bovendien behouden is gebleven. Grootste onder de bedrijven was echter Reesink. Dit bedrijf was in 1786 al opgericht als smederij. In 1897 verkaste het bedrijf, dat gespecialiseerd was in steenkool en ijzerwaren vanuit de Spittaalstraat en Warnsveld richting de Noorderhaven. Het bedrijf had op den duur tal van panden aan de Noorderhaven gebouwd en opgekocht. In 1921 werd een enorme bedrijfshal van 60 x 68 meter gebouwd, bestaande uit twee hergebruikte Duitse vliegtuighangars uit de Eerste Wereldoorlog. Het meest markant was het pakhuis dat architect W. van Tijen in de stijl van Het Nieuwe Bouwen ontwierp in 1930. Het was tot de sloop in 2007 de blikvanger aan de IJssel. Je hield van het gebouw of je haatte het. Van Tijen noemde het pakhuis echter zijn ‘Grote Stenen Dochter’. In 1936 ontwierp Van Tijen ook nog een modern kantoorgebouw met een opvallend transparante glazen gevel. Reesink werd de grootste werkgever in Zutphen.
16-17. De Noorder-haven rond 1960.
21
Ook de Gasfabriek bood veel werkgelegenheid. In 1905 verhuisde het van de IJsselkade naar de Mars. Tegelijk met de bouw ervan werd de Gasfabriekhaven aangelegd. Deze haven werd in 1926 nog verlengd met de Spoorweghaven om het overslagbedrijf Spieker & Elferink te faciliteren. De komst van aardgas luidde in 1958 het einde van de Gasfabriek in. Ten noorden van de Noorderhaven waren onder meer papierhandel Ubbens, de fruit- en groenteveiling, het overslagbedrijf Spieker & Elferink, het slachthuis bij de veemarkt en houthandel Denneboom gevestigd.Eén van de laatste gebouwen uit deze periode, die zijn overgebleven, is koelhuis De Landbouw. In dit gebouw, dat in 1921 werd opgeleverd, werden boter en andere levensmiddelen gekoeld. Met de aanleg van het Twentekanaal in de jaren ’30 werd de Mars uiteindelijk ook aangesloten op het achterland in het oosten. Dat wil overigens niet zeggen dat de Mars tot aan het kanaal volgebouwd was. Tot de jaren vijftig bestond meer dan de helft van de Mars nog uit weilanden en eigenlijk werd er pas na de Tweede Wereldoorlog werkelijk gebruik gemaakt van het kanaal.De industrialisering van de Mars ging gepaard met de bouw van arbeiderswijkjes. De eerste werd in de jaren ‘80 van de 19e eeuw gebouwd bij de papiermolen van Hissink en stond bekend als het Rooie Dorp. Tien jaar later werden ook bij de voormalige zaagmolen de Zwaan drie blokken arbeiderswoningen gebouwd door de Zutphense Spaarbankvereniging: de Voormars. In 1920 werd dit complex uitgebreid met nog twee blokken. Een laatste vooroorlogs wijkje verscheen op de Achtermars. Het was een voorbeeld van Het Nieuwe Bouwen, maar de woningen stonden ook wel bekend als “paardenstallen”. In de wijkjes waren ook zaken als een kappers, een groenteboer en een kruidenier aanwezig. Tot slot werden er nog enige villa’s gebouwd voor directeuren van de bedrijven op de Mars.11 Verschil van stand moest er blijven!
4.4 De Tweede WereldoorlogHet Noorderhavengebied is de Tweede Wereldoorlog niet zonder kleerscheuren doorgekomen.12 Op 10 mei 1940 werd de IJsselbrug door het Nederlandse leger opgeblazen om de Duitse opmars te vertragen, hetgeen, zoals we nu weten, weinig heeft mogen baten. Rond de Noorderhaven resulteerde dit in de nodige gesneuvelde ruiten. Later werd de brug over de Spoorhaven door de Duitsers opgeblazen. Dit was vooral lastig, omdat de verbinding tussen de Voor- en Achtermars hiermee wegviel. Zeer bekend onder Zutphenaren is het
11 o.a. Gravesteijn 2010.12 Gravesteijn 2010.
18-19. De resultaten van het geallieerde bombardement op een Duits munitietransport op 28 september 1944.
22
bombardement van een munitietransport op het spoorwegemplacement. Deze trein was op weg naar het front in Arnhem en werd op 28 september 1944 door geallieerde vliegtuigen getroffen. Een gigantische explosie was het gevolg. Er was schade in de stad, op de Mars en zelfs in de Hoven. Op de Mars werd het overslagbedrijf Spieker en Elferink flink beschadigd. De kracht was zelfs zó groot dat een complete wagon terechtkwam in de tuin van de directeur van de gasfabriek, op een kilometer afstand van het emplacement. Bij het geallieerde bombardement op de IJsselbrug op 14 oktober 1944 vielen ook bommen op de Havenstraat en de Coenensparkstraat. Het nieuwe kantoorgebouw van Reesink kreeg voltreffers maar de betonconstructie bleef staan. Ook het pakhuis uit 1930 liep zware schade op. Van Tijens betonconstructies bleken inderdaad bestand tegen bomexplosies, zoals hij zelf ook beweerde toen hij zijn betonconstructies met dunne vulwanden van baksteen en kozijnen moest verantwoorden. De wanden werden weggeblazen maar de constructie bleef overeind. Schuilkelders waren er bij de gasfabriek, het terrein van Juweline, het Duitse afweergeschut in het Rooie Dorp en bij de betonfabriek van Wesselink aan de Contrescarp. Wesselink zat in het verzet. Hij zorgde voor onderduikadressen en runde een pilotenlijn. Onder zijn bedrijf bevonden zich tevens een wapenarsenaal en zendapparatuur. Aan dezelfde straat zat ook de Wehrmachtbakkerij in één van de panden van Reesink.Tijdens de bevrijding kreeg het Noorderhavengebied voor het laatst te maken met oorlogsgeweld: vanuit de Hoven werden de Canadese tanks in de buurt van de Noorderhaven beschoten door de Duitsers. Op 11 en 12 april werd er zelfs iemand op de Mars ontvoerd door Duitsers die waren overgestoken vanuit de Hoven. Na de bevrijding namen Canadese militairen intrek in de villa naast de zeep/zeemleerfabriek en het naastgelegen pakhuis van Burgers papier. Het bevrijdingsfeest werd gevierd in de Wehrmachtbakkerij.De oorlog heeft in het Noorderhavengebied ook mensenlevens gekost. Tijdens de oorlog zijn zes joodse mensen gedeporteerd en vermoord, allen afkomstig uit de Havenstraat. Drie mensen lieten het leven tijdens een bombardement en één verzetsman werd gefusilleerd. Verzetsstrijder Jan Heijenk liep een dag na de bevrijding van Zutphen, op 9 april, tijdens het wachtlopen bij het Koelhuis op een landmijn en overleed nog diezelfde avond. Hij kreeg in 2012 een straatnaam in het Waterkwartier.In het kader van de nieuwbouwplannen in het Noorderhavengebied, is het terrein in 2012 uitvoerig onderzocht op munitie en explosieven die tijdens
20. Duitse FLAK-stelling in De Hoven die uitkeek op de IJssel en de Mars (juli 1944).
23
het bombardement van het spoorwegemplacement op het terrein terecht zijn gekomen. Het hele terrein werd afgegraven en de grond werd gezeefd. Toch werden slechts enkele granaten gevonden, alsmede een Duitse en een Engelse raketmotor. De laatste is waarschijnlijk afkomstig van één van de raketten die vanuit een Brits toestel zijn afgevuurd op de transporttrein. Het meeste materiaal bleek al in 1945 geruimd te zijn. Het is echter goed denkbaar dat veel munitie werd gedumpt in de Noorderhaven, en de havenbedding is nog niet gesaneerd. We zullen nog tot in de verre toekomst met de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog geconfronteerd worden.
In Zutphen stond industrialisering vóór de oorlog niet erg hoog op het prioriteitenlijstje. Men wilde liever gegoede burgerij aantrekken dan arbeiders. Dat deed men onder andere door het bouwen van wijken ‘op stand’. Geld werd vooral verdiend met handel en dan met name de houthandel. De echte bloei van de Mars als industriegebied kwam pas in de jaren vijftig tot stand. Er werden extra havens aangelegd, zoals de Industriehaven in 1958. Pas toen liep het industrieterrein door tot aan het Twentekanaal. Grote bedrijven werden aangetrokken naast de al bestaande industrieën. Zo vestigden zich hier het Zweedse bedrijf Svenska Metallverken, textielbedrijven als Sturka, Lovable en Wiegrinck & Koch (later Juweline Tricot), bedrijven die gerelateerd zijn aan drukkerijen, zoals Thieme, Tesink, Wöhrmann en Ubbens en het vleesverwerkende bedrijf De Man van de Knakworst. Het Noorderhavengebied was vóór de oorlog al volgebouwd. Toch stonden ook hier de ontwikkelingen niet stil. De oorlogsschade werd hersteld en de kantoren van Reesink en Koelhuis De Landbouw kregen in 1947 een facelift. De treinremise bij de brug werd gesloopt en vervangen door een nieuwe remise en de markante 19e-eeuwse watertoren werd afgebroken. Tot 2012 heeft Structon hier de treinen onderhouden. De firma H.J. Reesink & Co. won steeds meer terrein en nam ook oude pakhuizen van andere firma’s in gebruik. Op het Koelhuis De Landbouw na was de volledige bebouwing tussen de Schamperdijk en de Overweg en tussen de Noorderhaven en de Havenstraat in handen van de firma Reesink. Hendrik-Jan de Tuinman werd een landelijk bekend icoon van Reesink. Uiteindelijk zou dit bedrijf, dat het Noorderhavengebied meer dan 100 jaar lang domineerde, in 2005 verhuizen naar Apeldoorn. Een andere belangrijke speler was de Industriële Maatschappij Zutphen (IMZ), bijgenaamd de Koperkeet vanwege de verwerking van koper.Een van de grootste problemen voor de industrialisatie van Zutphen was
21. De Man van de Knakworst aan de Pollaan.
24
de toegankelijkheid. Aanvankelijk was transport over water natuurlijk het belangrijkste. In 1966 echter dienden alle rivierdijken op Deltahoogte gebracht te worden. Ook de Schamperdijk werd door Rijkswaterstaat opgehoogd. De riviergemeenten waren verantwoordelijk voor de uitvoering en kosten van de ophoging van de havenkades. Omdat dit een zeer kostbare aangelegenheid was, besloot de gemeente Zutphen de havens te dempen en een andere, modernere weg in te slaan. Men zette in op transport over de weg. Men ging er vanuit dat Zutphen spoedig zou worden aangesloten op het snelwegennet. Hoewel daar wel een start mee is gemaakt (A48-N348), is dit echter nooit van de grond gekomen. De snelwegen A1 en A50 kwamen bij Deventer en Apeldoorn te liggen. Ook de HSL-lijn via Zutphen richting Duitsland is er nooit gekomen. De Noorderhaven, de Gasfabriekhaven en de Spoorhaven werden tussen 1968 en 1972 gedempt. Slechts de Houthaven bleef over, maar speelde geen economische rol. Het werd uiteindelijk een museumhaven voor historische binnenvaartschepen. Het dempen van de havens zorgde ervoor dat de bereikbaarheid van het industriegebied De Mars volledig was aangewezen op enkele slecht bereikbare toegangswegen over en onder het spoor door. Het was een belangrijke reden voor het vertrek van Reesink naar Apeldoorn, naar een vestiging langs de snelwegen A1 en A50. Hoewel er op dit moment in het Noorderhavengebied weinig bedrijven meer zijn, is er nog steeds genoeg bedrijvigheid te vinden. De kaalslag die ontstaan is met het vertrek van de firma Reesink, biedt mogelijkheden om een stadsdeel te creëren waar wonen, recreatie en ondernemen samengaan. De broodfabriek uit 1887, een pakhuis uit 1908, het koelhuis uit 1921 en de restanten van de vestingwerken blijven behouden als herinneringen aan het militaire en industriële verleden van dit nieuwe stadsdeel.
25
5 Archeologische waarnemingen
5.1 Werkput 14Sleuf 14 is een 37 meter lange sleuf die tot doel had om een dwarsdoorsnede door de contrescarpgracht en het 19e eeuwse bolwerk te krijgen. Het land tussen de lunetten en de contrescarpgracht behoorde tot de lijmerij en de bleek (zie afbeelding 24). Daarnaast bestond er een zeer geringe mogelijkheid dat in de diepere ondergrond nog scheepsresten of daarmee verband houdende resten zouden kunnen worden aangetroffen.De sleuf had een gemiddelde diepte van ca. 2,80 meter met een uitschieter naar 3,60 meter. Dieper graven was geen optie vanwege grondwater. Een belangrijke constatering is dat de sleuf niet haaks op de vesting staat, waardoor de waargenomen hellingshoeken iets kleiner zijn dan in het echt, en de gedocumenteerde lengtes van de doorsneden iets langer zijn dan op de tekening van de vesting in 1888.In het profiel is een duidelijke tweedeling aanwezig. In het noorden van de sleuf zien we het talud van de veldzijde van de 17e-eeuwse contrescarpgracht onder een hoek van ca. 25 graden oplopen. Eenmaal “aan wal” is het oude loopoppervlak herkenbaar als de bovenzijde van een ca. 12 cm dikke donkere laag. In en net onder deze lagen werden enkele schapenbotten aangetroffen, maar helaas slechts zeer weinig aardewerk: twee verweerde roodbakkende scherven en een stuk van een gedraaide, geglazuurde Siegburger mineraalwaterkruik. Deze is ongeveer te dateren van 1750 tot 1850. Op het talud werd een ca. 20 cm dikke laag schapenbotten aangetroffen die te duiden is als afval van de lijmerij. Hierop wordt verder ingegaan in paragraaf 7.3. De schapenbotten lagen op het droge: waarschijnlijk lag het oorspronkelijke waterniveau in de gracht een eind onder het oude loopoppervlak.
8,00+
6,00+
ZN
22. Het westprofiel van werkput 14. In lichtgeel de oude ri-viersedimenten. In groen het oude loopoppervlak binnen de lunetten van Van Coehoorn en de aanzet van de bijbehorende binnengracht. Deze laag bevat zeer veel schapenbotten: afval van de 18e-eeuwse lijmerij (donkergroen: bijna puur bot). In lichtblauw de demping en ophoging uit 1863, en in lichtgrijs 20e-eeuwse ophogingen.
26
95
87
Overweg
3
Kerk
2
N ieuws ta ds kerks tee g
33
1412
Lievevrou
we
nstraat
8
1 5a
3a
15
11a
7
541
68a
52
32
28a
33
15
21
25
27a
Ha
lterstraat
22
20
8
11
4a
7
2
1
12
School
742
65
69
13
34
13a
22
16
N ie uws ta d
3123
4
13
Loke nstr aa
t
14
3
Gasthuisstraat
9
10
10A
6
14A
42
Lokens traat
54
5
10
12
51
59 61a
2a
49
42
1
45
30
w.i.u
.
10
20
25
Kruittoren
22
24t/m50
4
Norenburgerstraat
9t/m25
29
31
10
16
37
5
51
Norenb
urgerstraat
33
6
35
16 23
Station
splein
8
Ga sthuiss tra a t
B as se roord
35
37
39
S tations plein
26t/m56
Station
25
71
73
N ie uws tad
Achte rom
2
83 85a
77
85
53
51a
16
24
8
16W
.I.U.
9
3
1
2
Stationsstraat
57
Postkantoor
Moleng
racht
6163a-c
69
Dreef
14
16
18
20
2
Ha venstraat
49
10a
12
47
6a4a 4b
71
64
Berke pl oor st rt aat
6b
8
42t/m
16 2
24
10
35
Noord
e rha v en
8
6
Contres car p
11
30
1328
12a
10
w.i.u
.
93
95t/m101
W.I.U
.
Stati on spl ei n
Looiersstraat
103
141
Parkstraat
4
1
Dreef
20a
6
Dreef
35
2 6
10
28
4
Coenensparkstraat
4
Bolw
erksweg
4
Hav enstra at
30
Stationsplein
7
7
11
Coenenspa rkstraa t
13
17
25
27
Bolwerksweg
7
1
5
1
2
3129
Els ho
r stst raat
Sc ha
mp
er dijk s tr a at
13
14
33
19
210400210100
210200210300
210400210100
210200210300
462400462100 462200 462300 462500
209800
209800
209900
209900
210000
210000209700
209700
462400 462500462100 462200 462300
14
15
1623
211822
27
26
28
19
25
2417
20
23. Puttenkaart van het plangebied (rode kader) vanaf werkput 14. De nummers 17, 23, 24, 25 en 28 geven losse baksteenstructuren weer. In de saneringsputten 21 en 22 is met een lijn de con-tour van de totale put weergegeven, terwijl de sterren de gedocumentereerde profielen weergeven. In blauw de Noorderhaven.Het noorden ligt Noorden rechts.
27
De rest van de waarneming van het profiel is te duiden als de demping van de 17e-eeuwse contrescarpgracht in 1863 plus de opbouw van de wal. Zelfs op een diepte van 2,80 m onder het maaiveld werd 19e-eeuws industrieel witbakkend aardewerk aangetroffen. Een andere kenmerkende vondst is die van een rood aardewerken deksel van de Zutphense pottenbakker Lodewijk Taminiau, die produceerde tussen 1836-1872.13 De scheiding tussen het dempingszand van de gracht en de opbouw van de wal is gedeeltelijk scherp, maar niet volledig. Op exact de hoogte van het oude maaiveld tot 1863 op ca. 6,10 m + NAP eindigen de meeste schuine vullagen, maar enkele lopen ook door in de walopbouw.Deze opbouw bestaat uit diverse lagen zand. Van de wal zelf is een niveau van één meter dik bewaard gebleven. Dit niveau bestaat uit diverse ladingen gestort zand. Het vondstmateriaal in dit pakket omvat naast een stuk van een laatmiddeleeuwse grijs aardewerken schaal dunne stelen van kleipijpen, industrieel witte borden en Europees porselein. Als complexdatering zou de bouwdatum van de wal, 1863 prima mogelijk zijn. In het zuiden zien we vijf meter van de aanzet van de wal. Dit was een talud met een zeer flauwe helling. Het steeg van 0 tot maximaal een halve tot ruim een meter in ca. 15 meter. De maximale dikte die in de sleuf is gemeten bedraagt 55 cm. Vervolgens begon de echte wal, waarvan het deel aan de stadzijde bestond uit een gedekte weg met een breedte van ca. 8 meter, op 4,50 meter boven het oude loopoppervlak uit de tijd van de lijmerij. De aanzet tot de gedekte weg was een talud onder een hoek van 35 graden. In de waarneming is dat ca. 32 graden doordat de sleuf niet haaks op de wal staat. De weg werd gedekt door de hoofdwal, die een breedte had van ca. 16 meter bij een maximale hoogte van 6,30 meter boven het oude maaiveld. Het talud vanaf de gedekte weg naar de hoofdwal bedroeg 40 graden, het talud naar de gracht toe 35 graden.
13 Groothedde & Bartels 2001, 173-236.
24. Op de kadastrale minuut van 1832 staat de lijmerij (rood) afgebeeld tussen de contrescarp-gracht (beneden) en de lunetwallen. Voor een beter beeld van de lunetten zelf, zie afbeelding 9.
28
De totale doorsnede van de wal inclusief gedekte weg bedroeg ca. 27 meter. Dit is ook de maat die is waargenomen voor de doorsnede van het wallichaam in het profiel. Gezien de schuine aansnijdingshoek zou dit echter meer moeten zijn. De walopbouw ontbreekt dan ook aan de noordzijde. Hiervoor zijn nog twee aanwijzingen. Ten eerste eindigde de vestingwal aan de veldzijde in een gracht, wat in het profiel niet het geval is. Ten tweede bevindt zich in het noordelijke deel van de wal een laag die een laat-20e-eeuwse tegel bevat, terwijl de wal al in het einde van de 19e eeuw is geslecht. Van dit deel van de wal, aan de zijde van de Noorderhaven, is slechts een laag van 40 cm bewaard gebleven, tegenover de eerder genoemde meter van de rest van de wal. Na de sloop van de vesting is het terrein genivelleerd en opgehoogd tot ca. 8,20 m NAP.
5.2 Werkput 15Sleuf 15 heeft een lengte van 13 meter en een maximale diepte van 3,5 meter. Sleuf 15 geeft een beduidend minder scherp beeld van de vestingopbouw dan sleuf 14. In het zuidelijke deel van de sleuf is de 19e-eeuwse opvulling van de 17e-eeuwse gracht nog herkenbaar De bovenkant van de dempingslagen ligt tussen de 5,88 en 6,13 m + NAP. Op de bodem van de opgravingssleuf zijn twee rechtopstaande stukken onbewerkt langhout waargenomen, die wellicht nog uit de (late?) gebruiksfase van de gracht dateren. De functie ervan is niet duidelijk, bij wijze van spreken zouden er visnetten aan vast geknoopt kunnen zijn (er zijn 19e-eeuwse foto’s van de Vispoortgracht waarop dit te zien is). Voor wat betreft de vestingwal van 1863 is de situatie vrij onduidelijk. Het profiel bevindt zich hier niet haaks op de vestingwal. De ophogingslagen maken een volledig chaotische indruk. Het hoogste punt van het wallichaam ligt waarschijnlijk op 7,68 M + NAP. In de sleuf is verder geen aardewerk aangetroffen. Wel zijn de jongste lagen herkenbaar aan het voorkomen van polystyreen en dergelijke.
5.3 Werkput 16Sleuf 16 heeft een lengte van 42 meter en een maximale diepte van 3,4 meter. Van het meest westelijke deel van de sleuf is het bovenste gedeelte niet gedocumenteerd omdat dit fysiek vrijwel onmogelijk was en de betreffende lagen bovendien duidelijk willekeurig gestorte grond representeren. Ondanks
25. Oostprofiel van werkput 15. In lichtblauw het 19e-eeuwse dempingsniveau van de 18e-eeuwse gracht. In lichtgrijs laat-20e-eeuwse ophogingen. In bruin een paal die is ingeslagen in de oude gracht.
8,00+
6,00+
N Z
29
dat het profiel getrapt en onder een hoek was aangelegd vonden er toch vele instortingen plaats vanwege het vele losse zand dat in de bovenste lagen aanwezig was.De diepste punten in het profiel reiken tot in de natuurlijke ondergrond. Op gemiddeld 5,70 m + NAP ligt de bovengrens van de zandige rivierafzettingen, die bestaan uit beige tot grijs zand met zeer uiteenlopende korrelgroottes. Dit zandpakket is op de plek van waarneming 40 cm dik en ligt op een pakket lichtblauwgrijze klei / leem.Op de natuurlijke zandlaag ligt de leeflaag uit de 18e-19e eeuw. Deze had in sleuf 14 een dikte van zo’n 12 cm. In sleuf 16 varieert de dikte ervan van 15 cm in het oosten (dicht bij sleuf 14) tot 40 cm in het westen. Dit pakket is opvallend lemig en is behalve aan de grijsbruine kleur vooral te herkennen aan de vele botten die hij bevat, alsmede door stukken baksteen, mortel en houtskool. De laag loopt door tot vlak bij de Parkstraat aan de westzijde. Daar wordt de laag doorsneden door de vestinggracht van 1863. Deze doorsnijdt de laag in een hoek van ca. 60 graden. De vulling bestaat hier bijna geheel uit puin, dat mogelijk afkomstig is van de gesloopte lijmerij. In de laatste ca. drie meter voor de gracht begint, lijkt de leeflaag echter al flink op zijn kop gezet te zijn. Het vondstmateriaal uit dit stuk sluit wel aan bij het vondstmateriaal uit de lijmerij-horizont. In de leeflaag zijn geen duidelijke grondsporen waargenomen. De enige uitzondering is een concentratie stuc die in de laag werd aangetroffen.
De lagen boven het lijmerijniveau zijn vrij lastig te duiden. Alleen in het oostelijke deel zijn schuine lagen zichtbaar die men zou verwachten bij een walopbouw. Dit pakket loopt van ca. 6,10 m + NAP tot 6,95 m + NAP. De aangetroffen hellingshoeken liggen tussen de 35 en 40 graden. Het gebruikte zand is licht van kleur en bevat leembrokken.
5.4 Werkput 17Sleuf 17 is een tamelijk grote opgravingsput waarbinnen de resten van het bruggenhoofd uit 1863 verwacht werden. De onregelmatige vorm van de put is het gevolg van de gevolgde zoekstrategie waarbij het blootleggen van de muurresten het belangrijkste doel was. De tijdens de opgraving aangetroffen muur was ca 26,5 m meter lang en
6,00+
8,00+
OW
26. Zuidprofiel van werkput 16. In lichtgeel de natuurlijke ondergrond. In groen de leeflaag van de lijmerij (18e eeuw). In blauw de 19e-eeuwse ophogingslagen en in lichtgrijs 20e-eeuwse ophogingen en kuilen.
30
aan de bovenzijde 1,0 m breed. De muur is geheel vervaardigd uit bakstenen van het formaat 21,5 x 10,5 x 5 cm en gemetseld in Portlandcement. Het steenformaat en de gebruikte specie zijn standaard voor de 2e helft van de 19e eeuw en later. Daarnaast zijn ook de overige stukken muurwerk die tot de vestingwerken van 1863 behoorden en tijdens diverse waarnemingen zijn aangetroffen, uit hetzelfde materiaal vervaardigd. Omdat de brug een eind boven het water moest liggen, namelijk even hoog als de weg die door de wal liep, is het bruggenhoofd een eind in de wal ingegraven, waardoor hij terugwijkt ten opzichte van de waterlijn van de rest van de wal.Tijdens het veldwerk is getracht om de onderzijde van het muurwerk te bereiken. Dit is als gevolg van het opkomend grondwater en de instabiele bodem
29. Het bruggenhoofd gezien vanaf het dak van het Koelhuis.
462150
210050
210050
210075
210075
4621
50
210025
210025
4621
7546
2200
462175462200
27-28. Bruggenhoofd op de kaart van 1878 (dikke lijn). In rood de contour van het aange-troffen muurwerk in vlak. N.B: op het oostelijke deel bevindt zich het Koelhuis.
31
helaas niet mogelijk gebleken. Het hoogste stuk muurwerk dat nog resteert is minimaal 3,20 meter hoog, maar ongetwijfeld kan deze maat flink naar boven worden bijgesteld.
30-36. Het muurwerk van het bruggenhoofd. Linksboven een overzicht richting oosten. Rechts-boven en midden links details (vlechting) van de afschuining. Rechtsmidden de landzijde die in de wal stak, met diverse verjongingen. Linksonder de bovenkant van de landzijde, afgestreken met Portlandcement. Rechtsonder het steile muurwerk aan de grachtkant.
32
Tamelijk in het oog springend is de vorm van het geheel. Het bouwsel is halve maanvormig met een afgeplatte zijde. De bolle kant wees de vestingwerken in en fungeerde als bruggenhoofd voor een ophaalbrug. De ophaalbrug en in het verlengde daarvan de vaste brug lagen haaks op het bruggenhoofd. Vermoedelijk waren beide in hout uitgevoerd. Dat was niet alleen goedkoop, maar in tijden van nood ook snel af te breken of in brand te steken.
Wat opviel aan het metselwerk was de hoge kwaliteit ervan. Tot onder de voormalige waterspiegel van de gracht is alles uitgevoerd in keurig zichtwerk met goed afgewerkte voegen van Portlandcement. Men moet niet vergeten dat het bouwwerk niet alleen een praktische functie als bruggenhoofd had, maar dat het tevens zal hebben gediend om indruk te maken. Het was immers een van de toegangspoorten tot de stad. De aanplempingslagen van de gracht bevatten slechts een beperkte hoeveelheid bouwmateriaal. Vrijwel al het materiaal uit de voormalige gracht dateert uit het laatste kwart van de 19e eeuw. Uitzondering vormen de isolatoren. De eerste discussie rondom het aanleggen van een elektriciteitsnet in Zutphen speelde al in 1898; in dat jaar gaf de gemeenteraad opdracht tot het houden van een wenselijkheidonderzoek naar het invoeren van een elektriciteitsnetwerk.14 Toch zou het nog tot 1919 duren voordat het gebied van de Noorderhaven voorzien werd van elektra. De isolatoren zijn dus ver na het dempen van de gracht in de bodem terecht gekomen, mogelijk pas tijdens de bouwwerkzaamheden in de jaren ’70. Omdat de vulling van de kuil waarin de isolatoren zaten, bestond uit hetzelfde materiaal waarmee de gracht is gedempt, is de kuil tijdens het graven niet opgemerkt. Daarnaast is een kleine hoeveelheid los baksteenpuin gevonden dat toe te wijzen valt aan een oudere fase van de vestingwerken.
5.4.1 VondstmateriaalAardewerkTijdens het onderzoek is een onderscheid gemaakt tussen materiaal dat van de gracht en van de landzijde afkomstig was. Uiteindelijk bleek het materiaal qua datering niet van elkaar te kunnen worden onderscheiden en is geen verder onderscheid meer gemaakt.
De meeste steengoedscherven zijn afkomstig van 19e eeuwse mineraalwater-flessen. Ook is de bodem van een grote 19e eeuwse voorraadkruik gevonden.Tot de categorie Europees porselein behoort de onderzijde van wat waarschijnlijk een kandelaar is geweest. Het standvlak, met opstaande rand is archeologisch compleet. De kaarsenhouder zelf is, op de aanzet na verdwenen. Het voorwerp is versierd met een blauw bloemmotief. Tijdens het onderzoek werd in de voormalige gracht een groot aantal isolatoren aangetroffen. Dergelijke isolatoren werden gebruikt om elektriciteitsleidingen af te schermen. Met name in de ons omringende landen worden deze nog op grote schaal gebruikt. In Nederland zien we ze tegenwoordig minder omdat hier de meeste elektriciteitsleidingen, met uitzondering van de hoogspanningsleidingen,
14 Verslag van den toestand der Gemeente Zutphen over het jaar 1919, p9.
33
ondergronds liggen. Voor de oorlog waren bovengrondse elektriciteitsleidingen echter de regel. De gevonden isolatoren stammen vermoedelijk van ná 1919. In dat jaar werd namelijk het besluit genomen om de Noorderhaven te voorzien van electriciteit.15
Naast praktische gebruiksvoorwerpen is ook een kop van een klein porseleinen beeldje gevonden. Het gaat om het hoofd van een klein vrouwenfiguurtje. Hoewel het exemplaar nu nagenoeg wit is, is het gevonden exemplaar beschilderd geweest. Op de oorbellen is nog een restje goudluster zichtbaar.
Zoals te verwachten in een laat 19e-eeuwse context is er veel industrieel wit aardewerk aangetroffen. Dit aardewerktype werd hoofdzakelijk gebruikt voor het vervaardigen van diepe borden en kommetjes. Het bodemfragment van één van de kommetjes, geproduceerd door de bekende Maastrichtse aardewerkfabrikant Petrus Regout, moet blijkens het bodemstempel vervaardigd zijn in 1893.16 Daarnaast is ondermeer een scherf gevonden met een semi-Chinees bloemmotief. Ook werd een wandfragment van een ondiep kommetje in boerenbont aangetroffen.
Ook witbakkend aardewerk komt in kleine hoeveelheden voor. Het gaat voornamelijk om randfragmenten van enkele groen geglazuurde potten en om de rand van een in Frechen vervaardigde pot. Het materiaal lijkt allemaal uit de tweede helft van de 19e eeuw te stammen.
In de sleuf is slechts één fragment roodbakkend aardewerk aangetroffen. Het gaat om een bodemfragment van een schotel met loodglazuur en met een ingekraste golflijn.
15 Verslag van den toestand der Gemeente Zutphen over het jaar 1919.16 Polling, 1997,12, 35.
37-41. Isolatoren in situ tegen het bruggenhoofd; gebruik van isolatoren aan de gevel van een huis en drie gevonden typen isolatoren.
42-43. Porseleinen poppen-kopje met goudluster en porse-leinen kandelaar(?).
34
KleipijpenEen trechtervormig exemplaar is voorzien van de initialen PAV op de zijkant van de ketel. Pijpen met deze initialen zijn afkomstig uit West–Nederland. Ze dateren uit het eerste kwart van de 18e eeuw.17 Van iets jonger datum stamt het overblijfsel van een ovoïde kleipijp. Het gaat om een pijp met de initialen VK met daarboven een kroon. Vermoedelijk werden deze pijpen in Gouda geproduceerd. Ze dateren uit de periode 1730-1750. Veel recenter is het fragment van een kleipijp van de firma Jan Prince & Cie. Dit in Gouda gevestigde bedrijf heeft van 1865 tot 1898 kleipijpen geproduceerd.
GlasVooral in de vulling van de voormalige gracht is veel glas aangetroffen. Het gaat hoofdzakelijk om fragmenten van contactvorm wijnflessen met een hoge ziel en een lange slanke hals, zogenaamde ladies legs. Van een ander type is een achtkantig flesje van blank glas met een hoogte van ca. 15 cm. Alleen van de hals ontbreekt een klein fragment. Een tweede flesje dat eveneens van blank glas was vervaardigd is zeskantig en is minimaal 10 cm hoog geweest. De hals is op de aanzet na verdwenen. Ook dit zijn contactvormflesjes.
MetaalRond het bruggenhoofd is slechts een geringe hoeveelheid metaal gevonden. Een van de vondsten betreft een accijnslood voor vlees. Het type zegellood, voorzien van de tekst ACC(ijns) No 71, werd gebruikt tussen 1850 en 1925. Daarnaast zijn er nog twee accijnsloodjes no. 350 gevonden waarvan op één van beide op de andere zijde nog duidelijk de Nederlandse leeuw zichtbaar is, en een loodje no. 375. Twee andere loodjes waren geheel onleesbaar.Een opvallend voorwerp is een sierornament van een onbekend voorwerp, mogelijk van een spiegel. Het gaat om een driehoekig object met gebogen zijden en een opgewerkt gestileerd bladmotief . Munten zijn nauwelijks gevonden. Het onderzoek heeft één exemplaar opgeleverd, een Willemscent uit 1825.
17 De letterzetting wijkt af van pijpen met de lettersPVA (Pieter van Asperen, 1684-1718).
44-48. Kleipijp met de intialen PAV; twee contactvormflesjes; een sierornament van messing en een 19e-eeuws vleesloodje.
35
5.5 Werkput 18Sleuf 18 is een 19 meter lange sleuf om een dwarsdoorsnede door de 19e-eeuwse vestingwal en de resten van de voormalige gracht te verkrijgen. De sleuf had een gemiddelde diepte van ca. 3 meter. Dieper graven was vanwege het instortingsgevaar (spoelzand onder grondwaterniveau) niet verantwoord.In het profiel is goed te zien dat de contrescarpgracht is opgevuld met de wal van de vesting uit 1863. De wallagen duiken hier weg tot onder het niveau van het natuurlijke zand zoals dit zichtbaar was in het meest oostelijke deel van de sleuf. De top van het natuurlijke zand werd aangetroffen op een hoogte van 5,25 m + NAP. Hierop lag nog het restant van de oude contrescarpwal van de Linie van Van Coehoorn. Deze lagen wijken qua hoek af van de lagen van het latere wallichaam. De oudere lagen hebben een hellingshoek van ongeveer 40 graden, die van het wallichaam van het contrescarp een hoek van 30 graden. Een hoek van 40 graden wijst er op dat de sleuf de oude wal vrijwel haaks moet hebben aangesneden. Het materiaal van de wal bevatte ondermeer wat bouwpuin en kalkmortelresten.Op de overgang van de 19e eeuwse vestingwal en de latere demping van de vestinggracht is een duidelijke overgang zichtbaar in de vorm van een laag op het oude oppervlak liggende bakstenen. Er zat geen verband in de stenen, bovendien waren ze niet gevoegd. Mogelijk zijn de bakstenen als sloopafval op het talud terecht gekomen. Er bestaat echter ook een andere verklaring. Hoewel een bekleding met losse bakstenen raar lijkt, werd in werkput 8 eveneens een dergelijke bakstenen bekleding van de contrescarpwal aangetroffen.18 De onderlinge samenhang tussen de bakstenen was daar alleen waarneembaar in een vlak.Het schamele vondstmateriaal uit deze sleuf is vrijwel allemaal afkomstig uit de 19e-eeuwse vestingfase.In het noordelijke deel van de sleuf werd een schuine gelaagdheid aangetroffen in de demping van de 19e-eeuwse grachtfase. Het gaat om tamelijk schoon, vaak los zand met enkele fragmenten bouwpuin. Boven de 7,20 m + NAP was nagenoeg alles verstoord c.q. opgehoogd door latere bouw- en sloopwerkzaamheden. Het reeds genoemde natuurlijke zand bestond volledig uit IJsselsedimenten zonder enig spoor van latere bodemvorming. Een eventueel oud loopniveau is door de gracht volledig vergraven.
18 Fermin & Van Straten 2011, p. 41.
49. Profiel door werkput 18. In lichtgeel de ongeroerde grond, in groen de 18e-eeuwse vestingwal met bakstenen bekleding (rood). In blauw de 19e-eeuwse vullagen en in grijs de 20e-eeuwse op-hogingen.
7,00+
5,00+
N Z
36
5.6 Werkput 19Sleuf 19 is feitelijk een sleuf die is aangelegd voor de sanering van munitie. Hierbij kwam een deel van het zuidelijke talud van de Noorderhaven aan het licht. Dit talud is opgebouwd uit horizontaal liggende basaltzuilen die op elkaar gestapeld liggen en die samen een schuine wand vormen. Het vrij liggende stuk wand is verder schoongemaakt en gefotografeerd en vervolgens met behulp van GPS ingemeten. Vergelijk ook met foto 16.
50-51. Compositiefoto van het oostprofiel van werkput 18. Daaronder een detail van de baksteenlaag op het waltalud.
52-53. Links de oude kademuur van de Noorder-haven, opgebouwd uit basaltzuiltjes. Op de achter-grond het Koelhuis en de Nieuwstadskerk. Beneden een detail van de kademuur.
37
5.7 Werkput 20Sleuf 20 betreft een zoeksleuf om vast te stellen of er in de ondergrond nog resten van de brug aanwezig waren. Het gaat om een werkput van ca. 15 meter lang en 7 meter breed. Het diepste punt lag op ongeveer 4 meter beneden het huidige maaiveld. Tijdens de aanleg is echter geen spoor van de brug aangetroffen. Tot een diepte van ongeveer 3,80 onder het maaiveld was uitsluitend sprake van recente verstoringen van de onlangs gesloopte bebouwing. Gezien het verstoorde karakter van de bodem en het feitelijk verkennend karakter van de sleuf is ervan afgezien om profielen te documenteren.
5.8 Werkput 21Sleuf 21 is een brede saneringsput langs het spoor. Ter plekke bleek een grote hoeveelheid diesel gelekt te zijn, die jarenlang langzaam in de bodem gesijpeld is. Van deze zeer grote put is alleen het zuidprofiel gedocumenteerd. De totale lengte bedraagt 24 meter. Omdat de saneringsput getrapt is gegraven, is besloten alleen het onderste deel, met een duidelijke stratigrafie, te documenteren. De maximale hoogte van dit gedocumenteerde deel is 2,5 meter.Binnen dit deel is een duidelijke tweedeling waarneembaar. Het onderste gedeelte bestaat uit deels vlakke, deels schuine lagen. Binnen de lagen zelf is vaak ook een schuine gelaagdheid aanwezig. De sedimenten bestaan uit grindig zand, grof zand, middelgrof zand en kleiig zand, dat lichtgrijs tot grijs van kleur is. Het gaat hier duidelijk om oude IJsselsedimenten. De schuine gelaagdheid komt ook weer terug in het sedimentenpakket als totaal. De bovenkant van deze natuurlijke lagen loopt op richting IJssel. In het oosten ligt de bovenkant op 5,54 m + NAP, en loopt in westelijke richting geleidelijk op naar 6,35 m + NAP. Deze variatie komen we tegen in alle putten op de Mars. Vrijwel zeker hebben we hier te maken met oeverwallen. Deze zijn ook zichtbaar op oud kaartmateriaal.19 Deze oeverwallen werden ook gebruikt, bijvoorbeeld als basis voor de 18e-eeuwse oliemolens.20 In het midden van het profiel is te zien dat deze oeverwal op de flank is doorsneden door een kuil. Omdat de saneringput “panklaar” was aangeleverd, is niet te zien of het hier gaat om een aangesneden sloot of om een kuil, maar het meest waarschijnlijk is het eerste. Deze ingraving is opgevuld met lemig zand en stadsgrond. Deze laatste is kleiig, bevat zeer veel houtskool en bot en zowel middeleeuwse als 17e-eeuwse scherven. Mogelijk is deze gracht of kuil dicht geworpen tijdens de bouw van de vestinglinie van Menno van Coehoorn. Het niveau is op het lage gedeelte, naast de oeverwal, afgedekt door een maximaal 40 cm dikke, grijze, ijzerhoudende kleilaag. Die is op zijn beurt weer
19 Zie bv. Grote historische atlas van Nederland 1830-1855.20 Zie bv. kaart Van den Heuvel 1769.
6,00 +
4,00+
O W
54. Zuidprofiel van werkput 21. In geel IJsselsedimenten, in groen 18e-eeuwse niveaus en in grijs 19e-eeuwse ophogingen.
38
afgedekt door een 8 cm dikke venige laag die schelpen van zoetwaterslakken en zoetwatermosselen bevat. Het is duidelijk dat dit lage stuk, dat tot de vestingbouw van Van Coehoorn behoorde, nog regelmatig overstroomde. Ook op de oeverwal zelf vinden we kleiig zand. Op het hoogste deel is deze laag donker en bevat hij 18e-eeuwse pijpensteeltjes. De bovenkant van dit pakket ligt op ca. 7,00 m + NAP. Boven deze lagen vinden we alleen nog dikke 19e-eeuwse ophogingen. Het 19e-eeuwse loopoppervlak lag in ca. 1870 op ca. 8,20 m + NAP. In dit bovenste pakket werd redelijk wat 19e-eeuws materiaal aangetroffen, waaronder een industrieel wit kommetje met blauwe decoratie met een soort Indisch landschapje en het blindmerk William Tell (1850-‘80), een industrieel witte kom met een fontein in rode print, een industrieel witte plooischotel, een industrieel wit kopje met korenbloemen, een industrieel wit bord met parelrand, een Frechens wit bord, een Westerwaldse steengoedkom, steengoedkruiken uit Stadtlohn / Vreden, een gevlamde mineraalwaterfles uit Siegburg, een “Frankfurter” kachelpan (van Taminiau uit Zutphen?), een Nederrijns slibversierd rood bordje en een laat 18e-eeuwse rekenpenning. Globaal dateert dit complex uit de periode 1840-1860, dus conform de verwachting, de jaren net voor de aanleg van het station en de nieuwe vesting in 1863.In de saneringsput 21 werd een groot muurbrok (S 691) aangetroffen. Deels lag dit in situ, de rest lag in twee stukken op de stort. Het gaat om een sterk gebogen stuk waarvan acht steenlagen bewaard zijn gebleven. Bij iedere steenlaag versprong dit stuk. Op het bovenste niveau bedroeg de breedte 1,30 meter, onderaan 2,15 meter. De onderkant van het muurblok ligt op ca. 8,75 m + NAP, de bovenkant op ca. 8,20 m + NAP. Het gebruikte steenformaat is 22,5 x 10,5 x 5,5 cm.De muur moet op stratigrafische gronden horen bij de vesting van 1863. Op de kaart van de vesting uit 1878 (afb. 27) is het stuk dan ook moeiteloos terug te vinden. In sleuf 17 werd het bruggenhoofd al teruggevonden. De weg die over de gracht liep kwam midden op de courtine aan en liep daar door de vestingwal heen. Deze coupure door de vestingwal moest uiteraard gesteund worden om te voorkomen dat de aarde zich over de lager liggende weg heen zou storten. Dit gebeurde door middel van een bakstenen muur. Het nu gevonden stuk is de buiging aan de westkant. De oostelijke tegenhanger is niet aangetroffen.
55. Zuidprofiel van werkput 21 met op de achtergrond o.a. het ROC-gebouw en de Sint-Walbur-giskerk. In het profiel is een oeverwal van de IJssel te zien.
39
Mogelijk is deze geruimd bij de aanleg van een grote betonnen poer, iets ten oosten van dit stuk. Deze poer heeft waarschijnlijk iets te maken met Structon, al is niet duidelijk wat precies. Uit deze waarneming komt overigens ook naar voren dat de huidige Havenstraat iets naar het noorden verlegd is ten opzichte van het tracé van 1863. Deze weg was dus de voorganger van de Havenstraat, die er parallel aan loopt (de Havenstraat is uiteraard pas aangelegd met de bouw van de Noorderhaven).
5.9 Werkput 22In deze sleuf werd een overstekend contrescarp van de vesting van Van Coehoorn aangesneden, waarvan de oostelijke oever in noordoostelijke richting door de put liep. Langs de oever werden resten van een planken beschoeiing van de bijbehorende gracht gevonden, die echter niet verder onderzocht zijn. De gracht is volgestort met onder meer bouwpuin. Tussen dit puin bevonden zich bakstenen, ijsselsteentjes, dakpannen, leisteen en opvallend veel faiencetegels uit de 17e en 18e eeuw. Het enige stuk aardewerk is de bodem van een steengoedkannetje uit de 18e eeuw. De gracht zal kort na 1863 gedempt zijn. De bovenkant van de natuurlijke sedimenten bevindt zich hier rond de 6,20 m + NAP.
56-57. Muurwerk dat de wal moest stutten in de coupure door de 19e-eeuwse vestingwal. Deels was dit muurwerk al gesloopt tijdens de sanering (los blok). Rechts het betreffende muurwerk in relatie tot het Koelhuis.
7,00+
5,00+
NZ
58. Profiel door werkput 22. In geel IJsselsediment, in blauw 19e-eeuwse grachtvulling, in grijs 20e-eeuwse ophoging.
40
5.10 Werkput 23Tijdens het zeven van grond voor het explosievenonderzoek werd een losstaande bakstenen waterput aangetroffen. Deze put heeft een buitendiameter van 1,40 meter. De put is niet opgevuld en is onderin nog watervoerend. De diepte is onbekend. De schacht heeft onderin geen perfect ronde doorsnede maar lijkt wat samengedrukt te zijn alvorens de mortel uithardde. De koepel is er secundair opgemetseld en is verstevigd met vier ribben. Uit deze fase is ook de loden leiding die vanuit het grondwater door de putschacht naar de pomp liep. De schacht is opgebouwd uit stenen van 20 x 10 x 5 cm, de koepel uit stenen van 21 x 10,5 x 5 cm. Of de twee fasen echt een tijdsverschil uitdrukken of dat de koepel bijvoorbeeld door een andere metselaar op de put is gezet, is niet na te gaan.Wanneer de locatie van de put geplot wordt op de kaart van de vesting van 1863, blijkt dat hij gesitueerd moet worden op het oostelijke bastion.
5.11 Werkput 24Sleuf 24 is een voortzetting van sleuf 9 van de tweede fase van het onderzoek. Ook in 2009 werd al een stuk van de onderzochte muur waargenomen. Sleuf 24 komt eigenlijk voort uit een concrete vraag: hoever loopt deze muur in noordelijke richting door en hoe is hij inpasbaar in de nieuw aan te leggen doorgang van de Noorderhaven. Deze muur is een waterstaatkundig werk dat gerelateerd is aan de vesting van 1863. De muur begint bij de vestingwal en beschermde deze tegen het IJsselwater. Vervolgens sloot het de vestinggracht ten noorden van de wal af van de IJssel. Net ten noorden was er aan deze muur ook nog een kribbe vast gebouwd die in de IJssel stak. Hiervan is echter niets teruggevonden omdat de huidige IJsseldijk er overheen ligt. Ook van het noordelijkste stuk van de muur is niets teruggevonden omdat de huidige dijk hier een bochtje maakt en de muur overdekt. Bovendien is de meest noordelijke punt gesloopt voor de bouw van
59-61. Locatie van de waterput binnen het 19e-eeuwse bastion (rode stip); Blik in de waterput (met de oorspronkelijke loden leiding) en aanblik van de buitenzijde.
41
de Noorderhaven. De muur is terug te vinden op het vestingplan uit 1863 en de kaart van Leemans uit 1878.
In 2013 is de muur over een lengte van 37 meter vrijgelegd. Het gaat om het gedeelte tussen beide naarbinnen stekende delen waartussen de vestinggracht lag (breedte 15 meter) en 10 meter van de muur ten noorden daarvan. De naarbinnen stekende muren hebben een breedte van een meter. De zuidelijke poot steekt 2,30 meter uit en maakt vervolgens een knik naar het noorden, waarmee hij de vestingwal volgde. Aan het uiteinde loopt hij schuin naarbeneden weg. De noordelijke poot steekt 3,6 meter uit en loopt daarna schuin naarbeneden. Aan de grachtkant van de muur bevindt zich een gedekte weg die is afgestreken met Portlandcement. Dit pad is 90 cm breed. Aan de grachtzijde was dit pad afgebakend met een 10 cm breed opstaand randje. Aan de IJsselzijde was er een gewelfde rand naar de aansluiting van het hoger liggende deel van de muur. Dit stuk muur is afgetopt voor de aanleg van de dijk. Ook het randje aan de grachtkant is afgebroken. Op de plek waar de gedekte weg aan de zuidelijke poot grenst, is een afgeschuind gedeelte aanwezig met een breedte van 1,5 meter. Wellicht was dit de locatie van waaruit men, om wat voor reden dan ook, te water kon gaan in de gracht. Misschien was er ook wel een trapje. Naast het afgeschuinde deel bevindt zich namelijk een 20 cm breed gedeelte dat is afgebroken en waar misschien een soort leuning heeft gezeten. Een ander opvallend fenomeen vormen de ijzeren pinnen die aan de grachtzijde boven de waterlijn aanwezig waren. Deze forse ijzeren pinnen bevinden zich over de gehele lengte van het grachtgedeelte om de 1,9 à 2 meter. Ze zijn niet scherp.De functie ervan is niet geheel duidelijk. Misschien dienden ze ter bevestiging van een stootbalk.
De muur is uitgevoerd in een steenformaat van 21,5-22 x 10-11 x 5 cm met een tienlagenmaat van 57 cm. Bij de noordelijke poot werd op de hoofdmuur ook een blok met een steenformaat
62-65. Muurwerk van de beer tussen de IJssel en de 19e-eeuwse vesting-gracht. Richting resp. zuid, noord-west, zuidwest en noord. Op de derde foto is de afschuining te zien waar zich mogelijk een trapje bevond.
42
van 21,5 x 9,5 x 5,5 cm aangetroffen. Wellicht gaat het hier om een latere toevoeging of reparatie. Op de afgetopte hoofdmuur zijn voor de bouw van de dijk ook gootvormige betonelementen aangebracht.
5.12 Werkput 25Dit is de locatie van twee baksteenstructuren in de zuidwesthoek van het terrein.Deze twee structuren werden gevonden bij de sanering en zijn door de archeologische dienst alleen verder vrijgelegd en gedocumenteerd. Het gaat om de basis van een waterreservoir (watertoren) en een waterput.21 Beide maakten deel uit van het tractiepark van de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HSM), dat functioneerde náást het tractiepark van de Staats-Spoorwegen (SS). Beide maatschappijen fuseerden in 1921 tot de Nederlandse Spoorwegen (NS). De HSM maakte gebruik van het spoor in Zutphen sinds 15 mei 1876, toen de verbinding Amsterdam-Zutphen tot stand kwam. Het tractiepark van de HSM omvatte onder andere een halfronde locomotiefloods met zes sporen, in 1882 uitgebreid tot tien sporen (gesloten in 1916). Verder waren er een kolenpark,
21 Informatie is te vinden in de Inventaris van de bestekken van de Hollandsche ijzeren Spoorweg-Maatschappij (H.S.M.) 1857-1934 Leiden-Woerden 1872-1899, Utrechts archief.
66-68. Het deel van de beer dat in 2013 is vrijgelegd: plattegrond Eerder werd de rest van de muur al opgegraven. Linksonder de beer op een kaart uit 1878 (rode pijl). Rechtsonder is goed te zien dat er een weg lag op de landzijde van de beer: rechts op de foto is te zien dat de beer aan de IJsselzijde hoger was.
0 2 4m
N Z
43
een wasch- en badinrichting en een waterreservoir.22 Dit waterreservoir was een hoge toren die voorzien was van kantelen. Dergelijke torens waren noodzakelijk voor stoomlocomotieven: zonder water geen stoom. De toren heeft de oorlog overleefd en is pas begin jaren ‘50 gesloopt.De basis van de watertoren heeft op vlakniveau een doorsnede van 2,85 meter. Aan de basis zijn er echter ten minste twee verjongingen in het metselwerk waargenomen. De muurdikte bedraagt 22 cm: het gaat om een steensdikke muur (stenen 22 x 11 x 5 cm).Ter versteviging zijn echter trapeziumvormige ribben aangebracht aan de
22 Koolhof 2013, 3-6, Waldorp & van Meene 1992.
70. Het emplacement in 1905. Station en perrons in groen, gebouwen van de HSM (de halfronde loods en bijbehorende draaischijf, kolenpark en watertoren (geheel links) in oranje en gebouwen van de SS in blauw. Collectie NS, Waldorp & van de Meene 1992, Koolhof 2013.
69. Locatie van de watertoren en -put aan de Havenstraat.
watertoren
waterput
0 4m
HAV
ENST
RA
AT
44
binnenzijde, acht in totaal. Zowel binnen- als buitenzijde van de torenbasis zijn afgestreken met Portlandcement om het geheel waterdicht te maken. Van de weinige bekende en ongedetailleerde foto’s weten we dat de toren bovengronds niet was afgesmeerd aan de buitenzijde. In de basis is aan de westzijde een opening aangebracht van waaruit een gresbuis liep in de richting van de waterput. De waterput heeft een buitendiameter van 85 cm en een binnendiameter van 60 cm.Tegen het huidige spoor aan werd verder nog een parallel aan de IJssel lopend stuk van een bakstenen riool waargenomen. Dit had een vijfhoekige doorsnede met een doorgang van 21 x 21 cm.Bij de dijkvernieuwing in 2013 zijn alle resten van watertoren, put en riool gediepsloopt.
71-72. Links de met de kantelen bezette watertoren bij de vooroorlogse IJsselbrug, rechts de water-toren bij de latere IJsselbrug en de halfronde HSM-loods.
73-77. Boven de fundamenten van de watertoren (rechts detail).Links- en middenonder de waterput, rechtsonder een doorsnede door het gemetselde riool.
45
5.13 Werkput 26 en 27Deze sleuven zijn parallel aan elkaar gegraven in het zuidwestelijk deel van het onderzoeksgebied. Sleuf 26 meet 44 meter, sleuf 27 meet 55 meter. De maximale diepte van de sleuven is drie meter. De sleuven zijn omwille van de veiligheid getrapt gegraven. Het bovenste gedeelte is niet gedocumenteerd omdat dit alleen zeer recente ophogingslagen betreft. Beide sleuven doorkruisen de vestingwerken van Menno van Coehoorn. De gracht van deze vesting is in 1863 gedempt, toen een nieuwe linie werd gebouwd om plaats te maken voor het station. Zoals te verwachten is, komt het meeste vondstmateriaal uit de demping van de gracht. Dit materiaal is inderdaad typisch voor de periode waarin de gracht gedempt is. Zo vinden we veel scherven van roodbakkende kachelpannen, zwart mangaanglazuur op Frankforter potten, witbakkend aardewerk, Frechense witte borden, industrieel wit aardewerk en Stadtlohner steengoed. Aan kleipijpen vinden we een Isabé met merk TM gekroond, en ovoïde pijpen met de merken 30 gekroond, 65 gekroond, 75 gekroond, D gekroond.23 De meeste dateringen
23 TM: 1780-1960 (?W.F. Endenburg: 1856-1874); D: 1691-1898 (?J. Prince: 1861-1865); 30: 1741-1885 (?T. Kruisheer: 1832-1867); 65: 1729-1925 (?A. van Duijn: 1841-1882); 75: 1728-1867 (? J. van Zutphen: 1863-1867). Duco 2003.
WO
8,00+
6,00+
7,00+
5,00+
OW
78-79. Zuidprofiel van werkput 26 en noordprofiel van werkput 27. In geel de ongeroerde ondergrond, in groen de 18e-eeuwse vestingwal, in lichtblauw de 19e-eeuwse grachtvulling, in lichtgrijs de 20e-eeuwse ophogingslagen. Houtwerk in bruin, baksteen in rood. Om beide profielen te kunnen vergelijken dient één van beide ge-spiegeld te worden.
46
van merken lopen behoorlijk uiteen, maar de Isabé werd pas sinds ca. 1860 geproduceerd, en 75 gekroond werd niet meer na 1867 gebruikt. Hiermee zou het complex tussen 1860 en 1867 moeten dateren. Gezien de veronderstelde datering in 1864 (bouw nieuwe vestinglinie) klopt dit. De datering van de vestingwal op grond van aardewerk is een stuk lastiger omdat er veel minder materiaal voorhanden is, dat bovendien weinig diagnostisch is. Zo zijn er dunne pijpensteeltjes, een scherfje witte majolica, witte faience, een majolica- en een faiencetegel, een stukje van een Stadtlohner steengoedkruik en een scherf van een wijnfles. Wel is het zo dat geen van deze vondsten later dateren dan het begin van de 18e eeuw. Daarmee zijn de lagen van de wal (ca. 1706) op grond van vondstmateriaal stratigrafisch te onderscheiden van de lagen
81-86. Kleipijpen (merk 75 gekroond en TM gekroond), een holle knoop, een faiencetegel en majoli-categel uit werkput 26 en 27. Rechtsonder: paal uit de beschoeiing van gracht van de Linie van Van Coehoorn.
80. Het westelijke deel van sleuf 26. Hier zien we opmaat naar de gracht. Links is een deel van de houten beschoeiing te zien.
47
van de demping. In de grachtdemping werd ook het nodige hout gevonden. Het gaat om balken, palen, planken en summier bekapte stammen met lengtes van 0,8 tot 4,25 meter. De balken hebben consequent een dikte van 15 x 15 cm, de planken 15 x 3,5 cm. Sommige stukken hebben liplassen met nagels. Dit bouwhout heeft deel uitgemaakt van de beschoeiing van de 18e-eeuwse gracht. In werkput 26 werd een deel van de oorspronkelijke constructie in situ teruggevonden. Hier zien we een 90 cm lange aangepunte paal met een dikte van 15 x 15 cm waaraan een plank is genageld. Dit is gedaan door middel van een liplas die is vastgezet met twee forse nagels. De paal is dendrochronologisch gedateerd in 1514 +/- 8 jaar.24 Dit zou impliceren dat sloophout is gebruikt, hetgeen misschien ook de verschillende gebruikte lengten verklaart.
5.14 Werkput 28Over een lengte van 22,05 meter werd in deze put een muur gedocumenteerd. Het gaat om een steens dikke muur met stenen van 20,5 x 10 x 5 cm. Aan de westzijde maakt de muur een rechte hoek. Vier meter naarbinnen bevindt zich een halfsteens dwarsmuur. In de ruimte die zo ontstaat, bevindt zich verder een poer van 1,80 x 1,10 meter van dezelfde stenen. De muur kan geïnterpreteerd worden als een muur van het “kolenpark” van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschappij (HSM). Hier werden met andere woorden kolen opgeslagen voor de 19e- en vroeg 20e-eeuwse stoomtreinen. Waarschijnlijk is de muur gebouwd tussen 1901 en 1905.
24. Pressler 2014, gebaseerd op 43 kernringen en geen spinthout, volgens Gelderse curve.
87-88. Muurwerk van het kolenpark van de HSM. Op de achtergrond het tankstation bij de oude IJsselbrug. Het kolenpark wordt op de kaart van 1905 (zie afb. 69) aangeduid met de oranje balk.
48
49
6. Losse vondsten
6.1 Molensteen Op de puinstort van het terrein werd een molensteen gevonden. Navraag leerde dat de steen afkomstig was uit de voormalige broodfabriek.De steen is vervaardigd uit tefriet (“blauwe steen”). De diameter van de steen is 90 cm, de dikte 14,5 cm. De steen heeft vier aangrijppunten voor de rijn (molensteenijzer) die hem met de spil verbindt. Dat duidt erop dat het gaat om een loper: een ligger ontbeert dergelijke gaten. Het scherpsel is een waaierscherpsel: het gaat dus om een korenmolensteen. Het formaat is opvallend klein: 11 palm. Een diameter van 12 palm (100cm) geldt als het kleinste formaat molensteen. Daarbij is de dikte opvallend. Deze moet voor een loper minimaal 25 cm zijn (15 voor een ligger). Met andere woorden: dit is geen normale molensteen. Daar komt bij dat de molens op de Mars niet gebruikt werden om graan te malen. Molen de Zwaan, die er het dichtst bij lag, was een zaagmolen. De andere twee molens, die iets verderop lagen, begonnen als oliemolen en verwerden later tot een tras- en een papiermolen. Dit strookt met het idee dat de steen gebruikt werd in de broodfabriek, waar hij vlak in de buurt is gevonden. De broodfabriek dateert uit 1886 en functioneerde als zodanig tot ca. 1930. Over dit bedrijf is bijzonder weinig bekend. Van andere broodfabrieken (bv. Amsterdam
89-93. Beide zijden van de loper van één van de steenkoppels uit de broodfa-briek (derde foto).Linksonder de plaatsing van dergelijke stenen in een Amsterdamse stoombrood-fabriek. Rechtsonder de deegmakerij, ovens, ge-bouw en personeel van de Zutphense broodfabriek.
50
en Rotterdam) is bekend dat ze ook hun eigen meel produceerden.25 In het Verslag van den toestand der gemeente Zutphen over het jaar 1886 (p.124-125) lezen we dat de Zutphense broodfabriek inderdaad een combinatie was van een broodfabriek met een korenmolen. De korenmolen had een stoomketel van 10 p.k. en er waren op dat moment 9 mensen werkzaam in het bedrijf.
Overigens bevonden zich in Zutphen op dat moment nog twee andere meelfabrieken: de stoommeelfabriek en grutterijen van D.L. van Elk26 en van G.J.M. Oudenampsen. Waar deze fabrieken, met stoommachines van resp. 31 en 5 p.k. zich bevonden is ons op dit moment niet duidelijk. Van G.J.M. Oudenampsen werd in 2011 overigens een stempel gevonden in de Vispoortgracht. In de rapportage werd nog vermeld dat zijn beroep ons onbekend is….27
In tegenstelling tot wind- en watermolens zijn dergelijke stoommolens (voor zover wij weten) nergens meer in bedrijf en ook nergens meer te bezichtigen.28 Zeker is dat in stoommolens meerdere steenkoppels werden aangedreven door één koningsspil. Mogelijk ging dit gepaard met kleinere stenen.Aangezien de broodfabriek behouden blijft in de nieuwbouwplannen op de Mars, is het mogelijk om de molensteen te integreren in de renovatie van de panden.
6.2 HijswielOp dezelfde puinhoop werd ook een houten hijswiel met ijzeren geleidegaffels gevonden. Het wiel bevond zich nog aan de houten as met ijzeren uiteinden. Aan de as bevond zich een stalen kabel. Dit huis behoorde toe aan het gesloopte pakhuisje F9403. Dit gebouw is ergens tussen 1890 en 1900 gebouwd en werd later door de firma Reesink gebruikt. Het hijswiel zal tot de oorspronkelijke bouwfase behoren.
25 Dergelijke fabrieken kwamen in het algemeen pas in de tweede helft van de 19e eeuw in zwang (Lintsen 1992).26 Van Elk produceerde behalve korenmeel ook lijnmeel, mosterd en cement.27 Fermin & Groothedde 2011, p. 99. Abusievelijk staat in deze rapportage de naam als Olde-nampsen gespeld.28 In Diksmuide is een nog bestaand bloemmolencomplex aangemerkt als industrieel erfgoed. Dit complex is de opvolger van een stoombloemmolen uit 1891 die echter WO I niet overleefd heeft. De huidige installatie wordt elektrisch aangedreven (Becuwe 2007).
94-95. Geleidegaffels in detail en het hijswiel als totaal.
51
6.3 Losse vondsten explosievenonderzoekDe directe aanleiding voor het explosievenonderzoek is gelegen in het feit dat er op 28 september 1944 een Duitse munitietrein gebombardeerd is ter hoogte van de Buitensociëteit (Coehoornsingel). De aanleiding hiervoor was dat de Duitsers na de slag om Arnhem munitie bleven aanvoeren over het spoor naar het front in Arnhem. Dit transport liep via Zutphen. De positie van een transport van 64 treinwagons vol munitie werd door het verzet doorgegeven aan de Engelsen. Deze bombardeerden het transport met bommenwerpers. De explosie was zó groot dat delen van de trein terechtkwamen op de Mars en er tot 2,5 km van de plaats delen van explosieven rondvlogen (zie afbeelding x en x). Het bombardement was weliswaar een tegenslag voor de Wehrmacht, maar het spoorwegennet functioneerde nog steeds. Op 14 oktober werd daarom gepoogd om de oude IJsselbrug te bombarderen (Operation Ramrod). Hoewel hierbij 81 Nederlanders, een onbekend aantal Duitsers en vele huizen sneuvelden, bleef de brug bruikbaar. De bevrijding van Zutphen volgde pas op 8 april 1945.
Op grond van de gigantische hoeveelheid munitie die op 28 september 1944 de lucht in is gegaan, werd vermoed dat er nog veel munitie aanwezig zou zijn op het terrein van de Mars langs het spoor. Dit bleek echter ontzettend mee te vallen. Hoewel er enkele projectielen als mortiergranaten werden gevonden, is
96-97. Het gesloopte pakhuisje waaruit het hijswiel afkomstig is (foto’s J.S. Krijnen).
98-99. Het rangeerterrein lag na het bombardement op het munitietransport (28 september 1944) bezaaid met (scherpe) Duitse mortiergranaten. Rechts de staart van een Engelse mortier-granaat.
52
dit zeker niet meer dan op een gemiddeld terrein. Er werd bijvoorbeeld een Duitse raket gevonden van een type waarvan al eerder exemplaren verzameld waren op het terrein. Of deze raket deel uitmaakte van het munitietransport is onbekend. Een motor van een Engelse raket (3 inch) is mogelijk ook te relateren aan het bombardement. Deze is van een type dat specifiek gebruikt werd voor doelen als treinen en werd afgevuurd door Typhoons.Het enige nog gevaarlijke projectiel werd gevonden in de vulling van de Noorderhaven. Deze was gedempt met zand dat afkomstig is uit Deventer. Het gaat om een 40 mm Bofors luchtdoelgranaat.
Bij het explosievenonderzoek is een gigantische hoeveelheid zand gezeefd. Toch is de hoeveelheid losse vondsten die gedaan zijn uiterst gering te noemen. De oudste vondsten zijn fragmenten van middeleeuws aardewerk. Het oudste is een 13e-eeuwse protosteengoedkan met een bruine ijzerengobe. Uit het begin van de 14e eeuw stamt een Siegburger bijna-steengoedkan en uit de 15e eeuw een fragment van een Siegburger drinkschaaltje. Deze vondsten komen uit de toplaag bij het oostdeel van de Noorderhaven. Verder werd in werkput 14 een 14e-eeuwse grijs aardewerken kom gevonden in de 19e-eeuwse vestingwal. Deze wal is opgebouwd uit het zand dat uit de grachten is opgegraven. Werkput 16 leverde een fragment van een Siegburgerkan uit de late 15e eeuw op uit een 19e-eeuwse laag.
100-102. Engelse raketmotor.Links beschrijving van deze raket in een Duitse handleiding.
103-104. Bodems van drinkkannen. Links protosteengoed, rechts bijna-steengoed.
53
Ook in 2010 werd er al middeleeuws aardewerk gevonden op de Mars (Sleuf 6).29 Dit materiaal werd aangetroffen op de bovenkant van de IJsselafzettingen op ca. 4,80 m + NAP. Het meest waarschijnlijk is dat het materiaal gelinkt kan worden aan de bebouwing die in ca. 1560 wordt aangegeven in het zuidwestelijke deel van de Mars. Ofschoon deze kaart dateert van ná de afsluiting van de IJsselmeander in 1406-7, is het zeker niet ondenkbaar dat er toch sprake was van bebouwing op een oude oeverwal van de IJssel, aan wat toen nog de Veluwse kant was. De scheepslading complete steengoedkannen uit 1325-1350 die in 1863 werd gevonden bij het uitgraven van de (toen) nieuwe vestinggracht is dus van een geheel andere orde. Deze lading complete kannen is afkomstig uit de toenmalige rivierbedding.
Alle andere vondsten die bij het explosievenonderzoek zijn geborgen dateren uit de 19e en 20e eeuw. Hiertoe behoren glazen flesjes en potjes, waaronder een 19e-eeuws eau de cologneflesje van J.C. Boldoot uit Amsterdam en een potje van LIEVEGOED’S FABRIEKEN N.V. DE HOUTTUINEN AMSTERDAM. Bernhard C.J. Lievegoed (1905-1992) was onder meer antroposofisch psychotherapeut, pedagoog en hoogleraar sociale bedrijfskunde en was na de Tweede Wereldoorlog betrokken bij de sociale herstructurering van de Nederlandse industrie. Daar viel ook de oprichting van de inleggerij en maalindustrie de Houttuinen onder.
Onder het aardewerk vinden we een wit porseleinen kannetje uit een poppenserviesje en een zalfpotje van Westerwalds steengoed waar in blauwe kobaltverf de letters ABP zijn geschreven. Waar deze letters voor staan is niet
29 Fermin & Van Straten 2011, p.34-35.
105-109. Fles van Boldoot, pot van Lievegoed, melkkannetje van poppenserviesje, zalfpot van Westerwalds steengoed en mineraalwaterkruik van de Appolinaris Brunnen.
54
meer te achterhalen. Een cilindervormige mineraalwaterkruik draagt de tekst: APPOLINARIS BRUNNEN M W (Mineralwasser) GEORG KREUZBERG AHRBERG RHEINPREUSSEN. Deze bron wordt geëxploiteerd sinds 1852 en produceert nog steeds mineraalwater.
Een andere vondst is een gedenkpenning die als halssieraad gedragen kon worden. Op de voorzijde is koningin Wilhelmina afgebeeld, en aan de achterzijde het wapen van het koninkrijk der Nederlanden met de wapenspreuk je maintiendrai. Verder staat in het lint boven het wapen de tekst: ingehuldigd 6 sept. 1898.
Het materiaal is niet systematisch verzameld. Dit blijkt uit de hoeveelheid pijpenkoppen die op de lopende band is verzameld, en die de hoeveelheid normale aardewerkscherven disproportioneel overstijgt. In totaal zijn er 87 pijpenkoppen en één versierde steel verzameld. Als losse vondstgroep vormen deze pijpen echter wel een mooie steekproef voor het terrein. Wat het eerste opvalt is de late datering van de pijpen. Er is slechts één vroeg-17e-eeuwse pijp verzameld. Daarnaast is er 18e- en vooral 19e-eeuws materiaal.
110. Gedenkpenning inhuldiging koningin Wilhelmina (1898).
111-116. Diverse vormen van pijpen-koppen: porseleinen Stummels en aarde-werken doetel, ovoïde ketel en Isabé.
55
Ca. 29 exemplaren (trechtervormige tot slank-ovale ketels dateren uit de 18e eeuw en de rest uit de 19e eeuw. Bij deze laatste groep gaat het om bol-ovale ketels, Isabés, doetelketels en porseleinen pijpenkoppen. In deze laatste groep vinden we een kleine pijpenkop die deels bruin geglazuurd is en enkele grote pijpenkoppen. Deze zijn van het model Berliner Stummel30. De ketels hebben een korte steel die in een porseleinen zak werd gestoken.31 Om het geheel luchtdicht te krijgen werd kurk gebruikt. Aan de andere kant van de zak stak een lange houten steel. Dergelijke pijpen dateren uit het midden van de 19e eeuw.32 Eén Stummel is versierd met een geschilderd portret (helaas sterk beschadigd) en één exemplaar is beneden bruin.
Drie pijpenkoppen springen er uit: een slank-ovale ketel draagt het merk “zwijn” en een Gouds wapen. De pijp is rijk versierd. Aan de zijde die de roker niet ziet is een gekroonde leeuw met vrijheidshoed in de Hollandse tuin afgebeeld. Aan de zijkanten staan een adellijke heer met daaronder de letter V en een dame met daaronder de letter P afgebeeld met daaronder de tekst VIVAT ORANIE. Aan de zijde van de roker is echter een narrenkop afgebeeld. De combinatie van een narrenkop met de letters P en V en beide portretten duidt op een product van Jan Pieter Versluijs (1744-1803), maar het merk zwijn is vreemd, omdat hij het merk “lam onder boom” voerde. “Zwijn” werd op dat moment gevoerd door Lieve Pijl.33 De personen die afgebeeld zijn, zijn stadhouder Willem IV (1711-1751) en zijn vrouw Anna van Hannover (1709-1759). De pijp is dus te dateren tussen 1744 (begin productie Versluijs) en 1751 (dood Willem IV).Een ovale ketel draagt geen hiel meer. Deze rijk versierde pijp is bezaaid met vrijmetselaarssymbolen. Onder een oog in een piramide dat tussen maan en
30 Het woord Stummel betekent stompje en slaat op de korte stelen.31 Onlangs werden nog enkele van deze zakken gevonden in de voormalige vuilstort van de Jan Vermeerstraat.32 Van der Meulen 1986.33 Duco 2003, p. 129.
117-119. Linksboven: vier zijden van een pijp van Jan Pieter Versluijs met de portretten van Willem IV en Anna van Hannover en een leeuw met vrijheids-hoed, hielmerk zwijn. Daarnaast een pijp met sym-bolen van de Vrijmetselarij. Linksonder een Isabépijp van Van der Kleyn met de portretten van het in 1879 getrouwde koningspaar Willem III en Emma van Waldeck-Pyrmont.
56
zon staat, zien we onder meer een passer, een winkelhaak, een schietlood, een klos met draad en een troffel. Een banderol draagt de tekst VRY MACON (vrijmetselaar). De pijp is in Gouda vervaardigd door Klaas de Jong (1771-1803) of Adam Schouten (1784-1803) en droeg oorspronkelijk een molen als hielmerk. Een variant op deze pijp werd vervaardigd door Cornelis Jan van Leeuwen, maar draagt de tekst VRY MACEN.
Tot slot is er een Isabéketel die twee portretten draagt. Aan de ene zijde zien we het portret van koning Willem III en aan de andere zijde dat van Emma van Waldeck-Pyrmont. We weten dat de pijp in 1879 door Arie van der Kleyn werd vervaardigd ter gelegenheid van hun huwelijk.
57
7. De lijmerij
7.1 Historische achtergrondOp de kadastrale minuut van 1832 staat een lijmerij aangegeven. We zien een gebouw dat omgeven is door tuinen en een blekerij (perceel 24). De bijbehorende Oorspronkelijke Aanwijzende Tafel vermeldt dat het bijbehorende gebouw (huis) met een stuk tuin eigendom zijn van de gemeente Zutphen. Deze heeft het verpacht aan Wilbrink, de in Steenwijk woonachtige weduwe van Rutger Hendrik, voor een bedrag van 51 gulden per jaar. Overigens vermeldt de OAT de percelen onder de naam Lijmers. Dit is de meest exacte informatiebron over de lijmerij die we kennen. Opvallend genoeg zijn er verder vrijwel geen schriftelijke overleveringen bekend over deze lijmerij. Eén van de weinige schriftelijke overleveringen komt uit de Amsterdamse (!) Courant van 2 maart 1790. Het gaat om de verkoop van Een welgelegen lijmerij, met zijn Ap- en Dependentiën, benevens de Gereedschappen daar toe behorende, buiten de Marspoort der gezegde Stad (Zutphen), aan de Gragt gelegen.De verkoop ging via H. Mathheuszoon de Haas uit Zutphen en J.W.J. van
120. De lijmerij en bijbehorende grond op de kaart van 1832 met aan de zuidzijde de contres-carpgracht en aan de noordzijde de wallen van de lunetten. De lijmerij werd binnen de wallen omringd door een bleek (nr. 24). Buiten de lunetten zien we zaagmolen De Zwaan en aan de westzijde de IJssel.
58
Houten op de Nieuwezijds Achterburgwal in Amsterdam. Deze Huijbert de Haas was een kleinzoon van Huibert de Haas (gest. 1744). De naam van de in Deventer geboren grootvader Huibert de Haas duikt op in 1702 als hij met nog tien anderen een consortium opricht om de Bongerds- en Blauwe Molen aan de Molenbeek te pachten. Vier van deze elf mannen richtten er in 1719 een lijmfabriek op.34 Kleinzoon Huijbert de Haas (1743-1814) zal waarschijnlijk de stichter zijn van de lijmerij op de Mars. Of zijn vader Mattheus de Haas of zijn oom Huibert de Haas eigenaar bleven van de lijmerij in de stad is niet bekend, maar het kan niet anders dan dat kleinzoon Huijbert het vak goed moet hebben gekend voordat hij rond zijn 20e levensjaar een nieuwe lijmerij oprichtte.
Het lijkt overigens geen toeval te zijn dat “onze” lijmerij aan de noordzijde van de stad lag, aangezien de heersende windrichting zuidwestelijk is en lijmziederijen een enorme stank konden verspreiden. Dit komt bijvoorbeeld tot uitdrukking in een krantenartikel uit 20 mei 1868:
Mag zulk een toestand blijven, tot schande voor Nederland? Er waren weder klagten ingekomen over den last en de vuiligheid der lijmziederij te Zutphen. Men was algemeen van meening, dat daar er zo weinig tegen gedaan werd, wat gedaan kon worden, de inspecteur zou aandringen op het maken eener stedelijke verordening te Zutphen, waardoor de omliggende bewoners van den ondragelijken stank gevrijwaard worden.35
Toch waren er ook lijmziederijen middenin de stad. Aan de Berkel zaten aan de uiterste zuidoosthoek van de Nieuwstad (Beekstraat) drie leerlooierijen (Bisschop, Akkerman en Wolters). Uit een in de krant aangekondigde verkoop van één van deze bedrijven in 1868 blijkt dat tenminste één van deze bedrijven ook als lijmziederij actief was. Waarschijnlijk is dit de in 1719 reeds opgerichte lijmerij van onder andere Huibert de Haas. Een andere verkoop dateert uit 1813. Hier wordt gesproken van een leerlooierij en lijmziederij aan de Tengnagelshoek aan de Stadsbinnengracht Deze locatie is echter vreemd omdat hij nergens aan de Berkel of ander water grensde en waarschijnlijk wordt hier op één van de hierboven vermelde lijmziederijen gedoeld. De in het krantenartikel genoemde lijmziederij moet ook één van deze lijmziederijen zijn geweest, aangezien het artikel dateert van na de sluiting van de lijmerij op de Mars.
Men mag aannemen dat kleinzoon Huijbert de Haas geen vergunning kreeg om zijn nieuwe lijmerij ín de stad te beginnen vanwege de verlichte ideeën over stank en gezondheid. De bestaande bedrijven was men blijkbaar ook liever kwijt dan rijk. Daarnaast zal een nieuw bedrijfsterrein buiten de stad ook veel goedkoper zijn geweest. Na bijna 30 jaar verkoopt de Haas de lijmerij aan een onbekend iemand en mogelijk vestigt hij zich in 1803 aan de Rijkenhage (perceel F 1294), later uitgebreid met F 1295 aan de Oude Wand. Mogelijk, want de naam Hui(j)bert komt in de Zutphense familie de Haas veelvuldig voor (er is ook een Huijbert de Haas die leefde van1737-1829) en in 1832 wordt op het
34 Frijhoff 1989, p. 12035 Algemeen Handelsblad 20 mei 1868; Verslag van de bevindingen en handelingen van het geneeskundig Staatstoezicht in het jaar 1966-1867, p. 1624. Dank is verschuldigd aan Erik Lam-mers voor de nodige research.
59
betreffende perceel ook een Huijbert de Haas genoemd die omschreven wordt als rentenier. Huijbert van de lijmerij had geen kind met zijn voornaam. Een vreemd fenomeen is dat de in 1832 vermelde lijmerij is omgeven door een blekerij die gepacht werd door dezelfde eigenaar, de heer Wilbrink. De combinatie van kadaverlucht met fris gewassen goed doet ons tegenwoordig op zijn minst wat merkwaardig aan. Dit fenomeen kan (als we er van uitgaan dat de lijmerij als zodanig inderdaad nog in gebruik was in 1832) alleen verklaard worden uit het gebrek aan ruimte in de 19e-eeuwse stad. Om de kleding van de complete stadsbevolking na het wassen te kunnen bleken was een enorm areaal nodig. De middeleeuwse achtertuinen in de stad waren in de 19e eeuw meestal geheel volgebouwd met goedkope arbeiderswoningen.36 Reeds in de 17e eeuw bestond blijkens de kaart van Nicolaas van Geelkercken de gewoonte om de vestingzone als bleek te gebruiken (Martinetsingel).
De oudste afbeelding van de lijmerij vinden we waarschijnlijk op de kaart van A. van der Heuvel (1769).37 Hier staat exact op de plek van de lijmerij een klein gebouwtje aangegeven.Ook bij Hottinger (1773-1783) staat een blokje getekend tussen de contrescarpwal en de lunetten38, evenals op de kaart van J.H. Hottinger, G.F. Smedecken en J.L. Bercken (1779).39 De lijmerij ontbreekt echter op de kaarten van I. Tirion uit 174140 en A. Overdorp uit 1765.41
Ook het einde van de lijmerij lijkt op het kaartmateriaal goed te volgen. Op een militaire kaart waarvan de verkenning in 1844-46 werd uitgevoerd door G. Schuurman en de militaire kaart uit 1852 (verkenning 1844-46) staat de lijmerij nog ingetekend.42 Op de kaart van W.J.A. Huberts uit 1863 ontbreekt hij echter.43 Deze kaart is gemaakt in het jaar van de aanleg van de nieuwe vestingwal ten behoeve van de aanleg van het station. Uit georeferentie van diverse kaarten lijkt dan ook dat het gebouw gesloopt is voor de aanleg van de nieuwe vestinggracht. De vraag is alleen of het pand toen nog in gebruik was als lijmziederij. Deze vraag kan ontkennend beantwoord worden. In notulen van de gemeenteraad van Zutphen van 1834 wordt gesproken van de voormalige lijmerij.44 In het gemeenteraadsverslag over het jaar 1863 rept men namelijk over de thans verdwenen weide de Lijmerije. Het complex moet hoe dan ook voor 1863 gesloopt zijn voor de aanleg van de vesting. De situatie dat het alleen een weide is, kan kort bestaan hebben. Verbazingwekkend genoeg wordt er echter in
36 Vgl. bv. Den Braven, Fermin & Groothedde 2007, Groothedde & Krijnen 2011.37 Plan van Zutphen.38 Atlas topographique van Het Frontier des Yssels, Wedde en Westwoldingerland (Versfelt 2003), blad 73.39 Kaart van de Stad Zutphen en haare Environs.40 Grondteekening der stad Zutphen.41 Inundatie Plan van Zutphen.42 Grote historische atlas van Nederland, Oost-Nederland 1830-1855, 1990;Historische Atlas Ach-terhoek, Liemers Rijk van Nijmegen 2008; Historische stedenatlas van Nederland: Zutfen (Doornink-Hoogenraad), 1983.43 Plattegrond der stad Zutphen.44 RAZ 002: Index op notulen van de raad van de gemeente Zutphen over de periode 1816-1852.
121. Kaart van Van der Heuvel (1769) met lijmerij tussen de lunetten.
60
1890-1891 gemeld dat er een kermis wordt gehouden op de weide de Lijmerij. Welk terrein hiermee precies bedoeld wordt is onduidelijk.Indien de lijmerij wel nog als zodanig in gebruik was, dan rijst de vraag of deze industrie na de sloop naar elders verplaatst werd. Met zekerheid bestond er dus in 1868 nog een lijmerij langs de Berkel (Molengracht) middenin de stad. Deze lijmerij was echter al ouder dan die op de Mars.Een eventuele kandidaat-opvolger zou Spruijt zijn. J. Spruijt & co. was een drukkerij en boekbinderij en gebruikte en produceerde lijm in de periode dat ze aan de Waterstraat gevestigd waren. Dat was vanaf 1901 of 1902. Daarvoor zat het bedrijf vanaf ca. 1875 aan de Kerksteeg 7, en dáárvoor aan de Dieserstraat (ca. 1871? tot 1873-74). J. Spruijt duikt echter al in 1863 op in de boeken als lithograaf in de Turfstraat. Daarnaast komt J. Spruijt en co. in 1879 op als stoelenmakerij. Ook meubelmakers gebruikten beenderlijm. Een relatie tussen Spruijt en de lijmerij op de Mars is echter niet hard te maken. Dat geldt ook voor uitgeverij Thieme. Dit bedrijf was sinds 1792 in Zutphen gevestigd. De kans is aanwezig dat Thieme zijn lijm betrok van de lijmerij. Er is echter geen aanwijzing dat Thieme ook zelf lijm produceerde. Dan zijn er nog W.C. Wansleven (geb. 1779 Anholt- 1860) en J.H.A. Wansleven (geb. 1812 Zutphen – 1897), beiden steendrukker, uitgever en boekhandelaar) en H.J. Mellink die begin 19e eeuw boekbinder was. Verder waren er in 1832 een behanger, zestien schoenmakers, een stucadoor, twee zadelmakers, twee hoedenmakers en mogelijk een instrumentmaker die gebruik gemaakt hebben van de producten van de lijmerijen.De lijmfabriek van de gebroeders Struyck, het latere Strucol, op het Hoornwerk, dateert pas uit ca. 1905.De resten van de lijmerij werden in 2012 opgegraven. De stratigrafie wordt beschreven in de hoofdstuk 5. Het gebouw zelf werd helaas vergraven voor de aanleg van de nieuwe vesting in 1863.
7.2 Materiële cultuur
7.2.1 AardewerkIn werkput 16 werd redelijk wat aardewerk gevonden in de “leeflaag” van de lijmerij. Hoe dichterbij het gebouw zelf, hoe meer materiaal er werd aangetroffen. Het meeste van dit materiaal past perfect in de veronderstelde gebruiksfase tussen ca. 1760 en 1863. De enige uitzonderingen vormen een scherf van een 14e-eeuwse Siegburger steengoedkan en een scherf van een grijs aardewerken kom, die eveneens uit de 14e of 15e eeuw dateert.Onder het contemporaine aardewerk vinden we de volgende categorieën:
SteengoedDe meeste steengoedscherven zijn afkomstig van kruiken uit Stadtlohn /Vreden. Een scherf onversierd Westerwald-steengoed zou eveneens van een kruik afkomstig kunnen zijn. Drie scherven behoren toe aan een Engels scratch blue-theekopje van industrieel steengoed. Dergelijke oorloze theekopjes met ingekraste en van blauw pigment voorziene versiering zijn typisch voor het einde van de 18e eeuw. Het archeologisch complete exemplaar heeft een hoogte van 39 mm en een diameter van 8 cm.
61
PorseleinVan de drie stukjes porselein die werden gevonden zijn er twee afkomstig van Chinese theekommetjes en één van een niet verder te specificeren wit Europees stuk.
FaienceFaience heeft een groot aandeel binnen het geheel, vergelijkbaar met roodbakkend aardewerk. Voor zover na te gaan betreft het alleen borden. De meeste scherven dragen blauwe decoratie, die zeer grof is aangebracht. Eén dunwandig bodemscherfje met fijn geschilderde blauwe decoratie behoort vermoedelijk toe aan een theeschoteltje.
Industrieel wit aardewerkDit aardewerktype komt voor in de vorm van diepe borden en kommetjes. Een bodemscherf van een dunwandig kommetje komt qua vorm overeen met het industriële steengoedkommetje. Twee scherven zijn handbeschilderd; de één in een semi-Chinese stijl en de ander is versierd met blauwe puntjes.
Witbakkend aardewerkDit aardewerk komt slechts in zeer geringe hoeveelheden voor en er zijn geen duidelijk te herkennen vormen. Het glazuur is groen of aan de buitenzijde bruin en aan de binnenzijde geel.
Industrieel zwart aardewerkHiervan is slechts één scherf gevonden. Mogelijk is het een deel van een kwispedoor of een theepotje.
Roodbakkend aardewerkDit is het meest voorkomende soort aardewerk op het terrein. Toch is het ook hier lastig om aan te geven om wat voor voorwerpen het oorspronkelijk ging. Herkenbaar zijn onder meer een grape met een scherpe wandknik en een bord. Een scherf met slibversiering aan de buitenzijde maakte waarschijnlijk deel uit van een pispot. Eveneens slibversierd zijn enkele scherven “vlekkengoed”, te dateren in het einde van de 18e eeuw. Tot slot is er nog van zwart mangaanglazuur voorziene Frankforterwaar dat waarschijnlijk afkomstig is uit de ovens van de Zutphense pottenbakkers Hasselman of Taminiau (1813-1872)
KleipijpenOfschoon er redelijk wat resten van kleipijpen zijn gevonden die te relateren zijn aan de lijmerij, zijn er slechts weinig fragmenten die leesbare merkjes dragen.
122. Theekommetje (scratch blue) van Engels steengoed.
62
Feitelijk zijn dit alleen het merk Both en een Franse lelie, die als merk alleen te dateren zijn tussen respectievelijk 1722-1898 en 1667-1925. De pijpvormen (wijd ovoïde en hielloze pijpen) passen voor zover na te gaan in de tweede helft van de 18e eeuw. Alleen een Duitse pijpsteel met de tekst IOH W STAUB dateert met zekerheid uit de 19e eeuw.
7.2.2 GlasBehalve het eerder genoemde vensterglas is er amper glaswerk gevonden. Voorbeelden zijn een stukje van een groene wijnfles en een stukje gebogen blank glas. In de laag boven de lijmerij werd een bodem van een kobaltblauw flesje met opgestoken ziel gevonden dat waarschijnlijk eveneens tot dit complex behoort.
7.2.3 MetaalIn de sleuf zijn grote aantallen ijzeren spijkers gevonden. Het zou kunnen dat deze deel uitmaakten van de houten droogschuren. Verder zijn er een messing gesp, een vingerhoed en een sterk gecorrodeerde duit gevonden. Er zijn twee kogels afkomstig uit dit niveau: een rond loden kogeltje van 9 mm en een loden kogel uit een 14 mm-patroon. Kogels met koperen hulzen werden al sinds de jaren dertig van de 19e eeuw gebruikt.
7.2.4 BouwmateriaalDe hoeveelheid baksteen die met name in de buurt van de voormalige lijmerij werd aangetroffen behoort vrijwel zeker toe aan dit gebouw. De gesamplede bakstenen zijn alle handgevormd. Het formaat schommelt nogal, maar ligt op 22-23 x 10-10,5 x 4-4,5 cm. Hiervoor geldt in Zutphen een datering tussen 1700 en 1850, hetgeen mooi past bij de veronderstelde bouwdatum rond 1760 van het gebouw. Stukken van golfpannen geven aan hoe de dakbedekking er uit heeft gezien.Onder de stucresten vallen enkele fraai geprofileerde stukken met ronde ribbels..
124-126. Gesp, kogel en vingerhoed uit het lijmerijniveau.
127. Geprofileerde stucresten uit de lijmerij.
123. Kleipijp van het merk Both.
63
Aannemend dat ook deze alleen aan de lijmerij kunnen toebehoren, moet dit gebouw toch enige allure gehad hebben. Het kan een aanwijzing zijn dat het gebouw tevens woonhuis was. Resten vensterglas zijn lichtgroen tot blank.
7.2.5 Synthese materiële cultuurHet vondstmateriaal van de lijmerij vormt een behoorlijk scherpe context, zowel in tijd als in plaats. Tussen de contrescarpgracht en de lunetten was dit immers de enige bebouwing. Uit het gevonden materiaal komt duidelijk het beeld naar voren dat er op de lijmerij niet alleen werd gewerkt, maar ook werd geleefd. Ten eerste geeft het fraai geprofileerde stucwerk aan dat het gebouw niet alleen een praktische functie had, maar toch ook mooi moest zijn van binnen. Behalve een open houten schuur moet er dus ook een stenen gebouw zijn geweest (wat ook het woord huis in de OAT van de minuut uit 1832 suggereert).Tabakspijpen kunnen ook tijdens het werk gebruikt kunnen zijn; misschien verdrongen ze de kadaverlucht. Bij theekommetjes kan men zich dat afvragen in de 18e-19e eeuw. Dergelijke voorwerpen lijken eerder in de huiskamer thuis te horen. Grapen tonen aan dat er gekookt werd en diepe borden dat er (soep) gegeten werd. Een scherf van een wijnfles is al helemaal niet te rijmen met het werk. Een (vermoedelijke) pispotscherf zal hebben toebehoord aan de nachtspiegel naast het bed. De vondst van een vingerhoedje tenslotte is ook moeilijk te rijmen met het ambacht van lijmzieder en zal mogelijk gebruikt zijn door de vrouw des huizes.
7.3 Beenderlijm
7.3.1 ProductieIn Nederland stonden in de 18e en 19e eeuw tientallen lijmziederijen. Dierlijke lijm werd onder meer gebruikt door meubelmakers, boekbinders, hoedenmakers, zadelmakers, instrumentenbouwers, schilders en behangers. Dergelijke lijm stond ook bekend als schrijnwerkerslijm45 of Vlaamse lijm.Dierlijke lijm kon gemaakt worden van bot, visresten, huiden, hoorn etc. Vislijm
45 Van Petersen & Zondervan 1972.
128-129. Links een lijmerij in Delft. De constructie van het gebouw verschilt niet we-zenlijk van die van het 18e-eeuwse gebouw op afbeelding 130. Wel is het opvallend dat er complete paardenschedels op de bottenhoop liggen. Boven: beenderlijm. De korrels moeten voor gebruik opgelost worden in water.
64
(en dan vooral van de zwemblazen van steuren) gold als de beste kwaliteit. Een speciale lijm was konijnen- of hazenvellen lijm. Om beenderlijm te produceren werd de voorkeur gegeven aan poten van magere, wat oudere dieren omdat deze weinig vet bevatten. Dit vet moest namelijk verwijderd worden door wassen en het toevoegen van een zwakke kalkloog. De botten werden vervolgens gedurende 3 tot 4 uur zachtjes gekookt in zo weinig mogelijk water, waarbij het belangrijk was dat het bot niet aanbrandde. Daarom werd vaak een ketel met dubbele bodem gebruikt. Daarna werd de inhoud van de ketel gefilterd door een vat met stro. Na filtratie werd het aftreksel in rechthoekige kistjes gegoten met een afmeting van 2 voet bij ½ voet bij 3-4 duim. Na stolling werden deze blokken met een koperdraad in plakken van maximaal een halve duim dik gesneden en (binnen) gedroogd. Lijm was duurder naarmate hij helderder was.46
In het Franse werk over lijmproductie uit 1771 wordt speciaal gerept over kalverpotenlijm als variant van Vlaamse lijm (die bestond uit een allegaartje van dierlijke producten, maar met beenderen als hoofdbestanddeel). 47
7.3.2 BotmateriaalHet productieafval komt het dichtste bij de essentie van de lijmerij en geeft concrete informatie over het werk dat hier werd uitgevoerd. Voor zover ons bekend, is nog nooit het botmateriaal van een
46 De Vries, v. Munster & v.d. Hey 1819, 162-170.47 Duhamel du Monceau 1771.
131. Basismateriaal voor lijm: schapen metapodia en enkele koeienteenkoten.
130. Impressie van een lijmerij (Duhamel du Monceau, 1771).
65
lijmerij beschreven.Dit materiaal werd in twee werkputten aangetroffen: in werkput 14 en werkput 16. Beide complexen worden afzonderlijk onder de loep genomen.
7.3.2.1 Werkput 14In werkput 14 werd een ca. 20 cm dikke laag aangetroffen op het binnentalud van de contrescarpwal. Deze aflopende laag bestond vrijwel geheel uit schapenbotten. Hiervan zijn drie tienliterzakken bemonsterd, zodat ook de kleine fractie aanwezig was. Het geheel is gezeefd over een maaswijdte van 2 mm. Onder het botmateriaal bevinden zich ook complete botten. Om zeker te weten dat het hier om schapen- en niet om geitenbotten gaat, is het materiaal vergeleken met het werk van Boesneck, Müller & Teichert 1964.Op de botten zijn geen hak- of snijsporen zichtbaar. De botten zijn dus waarschijnlijk allemaal in complete toestand gedumpt. Toch is het materiaal, zeker gezien de potentieel goede vondstomstandigheden, behoorlijk gefragmenteerd. Hierbij zal het koken van de botten zeker een rol hebben gespeeld. Bij slechts twee of drie botten is te zien dat ze aangebrand zijn. Beenderlijm is eveneens bekend onder de naam kooklijm.Vanwege de sterke fragmentatiegraad is het weinig zinvol om alle botsplinters in de monsters te tellen. Het gaat in totaal om vele honderden fragmenten. Voor de analyse zijn 169 botten geselecteerd: de delen met determineerbare gewrichten. De mediale delen van metapodia en kleinere gewrichtsstukken daarvan zijn niet meegenomen in de analyse.Wat als eerste opvalt is dat het vrijwel uitsluitend om schapenbotten gaat. Tussen de vele honderden fragmenten werden 5 of 6 (delen) van runderbotten gevonden. Dit zijn drie kleine fragmenten van een hoornpit, één splinter van een mediaal stuk metapodium dat waarschijnlijk van een rund is en een 1e en 2e phalange. In totaal is minder dan 1% van het botmateriaal afkomstig van rund.Bij de schapenbotten bestaat 100% van de botten uit metapodia. Daarvan zijn 89 metatarsi en 69 metacarpi geteld, maar ongetwijfeld is de werkelijke verhouding in het totaal 50:50.
Het botmateriaal is vrijwel allemaal afkomstig van volwassen dieren. Slechts 5 botten zijn herkend als afkomstig van lammeren. Dit getal moet echter wel
132-134. Schapenmetapodia. Links en midden: variatiebreedte in metatarsi en metacarpi; rechts juveniel en adult metacarpus.
66
worden bezien in relatie tot de in totaal 169 botten die voor het onderzoek nader zijn bekeken, omdat het bij mediale botfragmenten niet mogelijk is de leeftijd van het dier te schatten. De grootte van de geslachte schapen varieert. De complete metatarsi (n= 6) variëren in lengte van 135 tot 170 mm, met een gemiddelde van 154 mm. De enige complete metacarpus meet 155 mm.
7.3.2.2 Werkput 16Een tweede verzameling bot is afkomstig uit de “leeflaag” van de lijmerij in werkput 16. Een opvallend verschil met de eerder genoemde bottendump, die vrijwel geheel uit botten bestaat, is dat de vondstdichtheid vele malen lager is. Toch zijn uit deze laag ook vele tientallen botten geborgen. Deze botten zijn niet als monster gestoken, maar verzameld met de schep en troffel. Opvallend genoeg zijn bij deze handverzamelde collectie juist wel de kleinere botten gevonden. Bij de steekproef zijn ook botten uit gerelateerde lagen meegenomen omdat de vondsten zowel qua aardewerk als qua botmateriaal niet wezenlijk afweken van het materiaal uit de “leeflaag”. De kwaliteit van het botmateriaal lijkt gemiddeld beter te zijn dan de botten uit de dumpzone langs de gracht.
Ook in deze verzameling domineren schapenpoten. Van de goed determineerbare fragmenten (dus bv. niet de mediale delen van metapodia) zijn 36 metacarpi en 41 metatarsi verzameld. De metacarpi hebben lengtes tussen de 12 en 16 cm, de metatarsi tussen de 13 en 17 cm. Op een klein aantal daarvan zijn – in tegenstelling tot de eerste collectie- haksporen aangetroffen. Deze haksporen hebben het bot echter in geen enkel geval gebroken. Bij één metatarsus is sprake van een abces, voor het overige geven de botten de indruk toebehoord te hebben aan gezonde dieren. In alle gevallen gaat het om volwassen dieren. De enige uitzondering is een deel van het bekken, de femurkop en een deel van de tibia van een zeer jong dier, mogelijk een foetus. Het gaat hierbij overigens niet met zekerheid om een schaap. Zeer opvallend is dat in deze verzameling, in tegenstelling tot de verzameling uit werkput 14, ook andere schapenbotten aanwezig zijn. Zo zijn hier ook de eerste, tweede en derde phalangen (tenen) aangetroffen en een deel van de hand- en voetwortelbeentjes (ossa tarsi en ossa carpi). De distale beenderen zijn daarbij
135-137. Links handwortelbeenderen en phalangen van schapen; midden runderphalangen en rechts hoornpitten van schapen.
67
intact, terwijl de proximale beenderen doorgehakt zijn (zoals de astragalus). Kennelijk werden de schapenpoten dus op dit punt afgehakt. Ook op enkele ander botten werden haksporen aangetroffen, zoals op de 1e phalangen. Net als bij de metapodia geldt hier echter dat het duidelijk niet de bedoeling was om deze beenderen door midden te hakken zoals bij de astragali het geval was. Behalve de beenderen van de onderpoten waren er nog andere delen aanwezig van schapen.Zo werd een opvallende hoeveelheid staartbeenderen aangetroffen. Ook delen van de schedel, en dan met name hoornpitten en de bijbehorende schedeldelen, werden verzameld. De hoorns van deze schapen zijn opvallend klein.Daarnaast komen ook botten van andere dieren voor, met name van rund. Hiervan werden in deze verzameling eigenlijk alleen delen van de onderpoten gevonden: hand- en voetwortelbeentjes, en phalangen. Verder zijn er vier metapodia van kleine, onvolwassen runderen zonder gewrichtskoppen en één behakt stuk metapodium van een groot rund gevonden. Twee delen van grote botten (tibia en ondetermineerbaar) vertonen forse haksporen en zijn waarschijnlijk te duiden als soepbotten.
Tot slot zijn er nog drie botten die tot nog een andere diergroep behoren. Het gaat om twee metacarpalia van een konijn of haas en een radius van een haas.
7.2.3.3 AnalyseRuim 90 procent van het gevonden botmateriaal bestaat uit schapenbotten, die vrijwel zonder uitzondering afkomstig zijn van volwassen dieren. Het gaat daarbij louter om botten uit de vleesarme delen van het lichaam. Het verschil tussen beide botcomplexen is echter frappant. De dump, die in totaal ongetwijfeld meer dan 90 % uitmaakt van het totaal aan botten rond de lijmerij, bestaat in het geanalyseerde deel vrijwel geheel uit metapodia van schapen. Het volledig ontbreken van schapenphalangen en voet-of handwortelbeentjes is zeer opvallend. Ten eerste is het vreemd dat er geen sporen van verwijdering van deze delen van de poot zichtbaar op de metapodia, en ten tweede vraagt men zich af waaróm deze delen verwijderd zijn. Bij de wortelbeentjes zou men zich kunnen voorstellen dat ze bij de bout gebleven zijn. Het vóórkomen ervan op het loopoppervlak van de lijmerij toont echter aan dat dit niet het geval is. Op het terrein zelf werden de teenkootjes wél aangetroffen, terwijl ook duidelijk werd dat de poten in het gebied van de hand- en voetwortelbeentjes werden
138-140. Links staartwervels van schapen, rechtsboven phalangen en radius van konijn en haas, rechtonder schapenmetatarsus met sporen van een abces.
68
afgekapt. Verder werden er schapenstaartbotjes en hoornpitten verzameld. Het (bijna-)monopolie voor schapenbotten ten behoeve van de beenderlijmproductie is opmerkelijk. Waarschijnlijk komt dat doordat er voor de veel dikkere rundermetapodia ook nog andere toepassingen waren, zoals de productie van knopen e.d. De productie van dergelijke knopen vond plaats in kleine bedrijfjes in de stad, zoals in de Spittaalstraat. Van deze 18e-eeuwse knopenmaker werd het productieafval gevonden bij een opgraving in Lievenheersteeg 18-20.48 Daarnaast bevatten schapenbotten, zeker die van de volwassen dieren, minder vet dan runderbotten. Slagers verkochten verschillende afvalbotten blijkbaar aan verschillende klanten. Het zegt bovendien veel over de massaliteit waarin schapen in de regio gefokt werden. De aanwezigheid van andere schapenbotten dan metapodia, en het voorkomen van runder- en hazen /konijnenbotten toont echter wel aan dat deze botten óók verwerkt werden voor lijmproductie. Blijkbaar werden hier dus diverse soorten lijm geproduceerd, die allen hun eigen procedé kenden. De hazen / konijnenpootjes maakten waarschijnlijk deel uit van afgestroopte huiden en zullen zeker gebruikt zijn voor de productie van hazenvellenlijm. Waarom de metapodia gescheiden werden van de teenkootjes, hoornpitten en staarten is minder duidelijk. Misschien was er een kwaliteitsverschil tussen “metapodialijm”en lijm van de overige delen.
48 Den Braven, Fermin & Groothedde 2008, p. 51.
69
8 Conclusie
8.1 SamenvattingNaar aanleiding van de herinrichting van het Noorderhavengebied op de Zutphense Mars is archeologisch onderzoek verricht. Dit vond plaats in de vorm van een aantal lange en diepe proefsleuven en documentatie van enkele hoger liggende gemetselde structuren. Het hier gepresenteerde onderzoek vormt de derde fase van dit onderzoek. Het eerder uitgevoerde onderzoek is reeds gepubliceerd als Zutphense Archeologische Publicatie 53 en 59.
Eén van de speerpunten in het onderzoek was het documenteren van resten van de verschillende vestingfasen. Resten werden aangetroffen van de vesting van Van Coehoorn (begin 18e eeuw) en de vesting van 1863. Resten van het 17e-eeuwse hoornwerk werden niet aangetroffen. Met de nieuwe gegevens is het beter mogelijk om de lunetten van Van Coehoorn te plotten. De grootste winst zit echter in de details, die op kaartmateriaal immers ontbreken. Zo weten we nu dat het glacis geplaveid was met bakstenen en dat de gracht een houten beschoeiing kende. De grachten zijn in de proefsleuven nog goed herkenbaar. Over het algemeen geldt dat van de vestingwallen de basis in de ondergrond nog aanwezig is. Van de vesting van 1863 werden eveneens resten in de vorm van grachten herkend. Verder werden resten onderzocht van de bakstenen beer die de vestinggracht afsloot van de IJssel. Eveneens aanwezig was het meters hoge gemetselde bruggenhoofd in de courtine van de wal. Ook waren er nog resten aanwezig van de bakstenen muren van de coupure door de wal. In het oosten van het terrein tenslotte werd een bakstenen waterput aangetroffen die aan deze vesting is te relateren.Van de latere Noorderhaven werden resten van de basalten wanden van de haven aangetroffen. Eind 19e-eeuws zijn resten die met de spoorwegen te maken hebben: een gebouw van het kolenpark, de watertoren en de bijbehorende waterput van de HSL. Bijzonder zijn de resten van de lijmerij die werden onderzocht. Deze lijmfabriek werd in de jaren ’60 van de 18e eeuw gebouwd op de bleek binnen de lunetten van Van Coehoorn. Deze functioneerde als zodanig waarschijnlijk tot 1833, maar de plek als zodanig bleef bestaan tot in de jaren ’50 van die eeuw. In 1863, bij de bouw van de vesting, werd de locatie van het gebouw zelf vergraven. Toch leverde het overgebleven terrein van de lijmerij nog bijzonder goede informatie op over deze vroege industrie. Ten eerste viel het op dat er gewoond lijkt te zijn op deze onwelriekende locatie: vlak bij het gebouw werden normale huis- tuin- en keukenvoorwerpen gevonden die niet afwijken van de inventaris van een woonhuis. Verder werden resten gevonden van een stucplafond. Op het terrein, vooral op het talud van de gracht, werden verder immense hoeveelheden botten aangetroffen: de basis voor de lijmproductie. Deze botten vormen een duidelijke selectie van het beschikbare slachtafval. In de verst verwijderde sleuf werden nagenoeg alleen metapodia van schapen gevonden (dus ook geen hand- of voetwortelbeentjes of teenkootjes). De paar aanwezige runderbotten waren juist wel teenkoten. Dichter bij de lijmerij zelf was de variatie iets groter, als was ook hier zeer duidelijk sprake van selectie. Ook hier weer de schapenmetapodia,
70
maar dit keer met teenkoten en hand- en voetwortelbeentjes. Verder waren er van de schapen staarten en hoornpitten aanwezig. Met andere woorden: alleen de delen van het schaap die weinig vet en vlees bevatten zijn hier gebruikt. Dit beeld stemt overeen met contemporaine beschrijvingen van de productie van dergelijke lijm. Ook voor een ander type beschreven lijm: hazenlijm, werden aanwijzingen gevonden in de vorm van hazen- en konijnenbotten, zij het in zeer geringe aantallen. Ook werden op de tweede locatie weer delen van runderpoten gevonden, zij het in veel geringere aantallen dat de schapenbotten. Voor zover wij weten is dit complex het eerste productieafvalspectrum van een lijmerij dat ooit is onderzocht.
8.2 Selectiebesluit plangebied NoorderhavenHet plangebied kan op basis van het proefsleufonderzoek in 4 delen worden gesplitst.
Behoudenswaardig. Een aantal zones is als behoudenswaardig aangemerkt (rood gekleurd op de plattegrond). Dit zijn drie muren van vestingwerken uit verschillende periodes (nummers 1, 2 & 3) en een waterput (nummer 4). Deze resten zijn van dusdanig belang of de resten zijn zo goed bewaard gebleven dat behoud in situ uitgangspunt is voor verdere ontwikkeling in het plangebied. Naast deze drie vestingmuren en de put is ook het gebied tussen de Schampersdijkstraat en de Elshorststraat als behoudenswaardig aangemerkt (nummer 5). Deze zone kan zowel in situ als ex situ (d.m.v. definitief archeologisch onderzoek) worden behouden.
1 23
4
5
behoudenswaardigvrijgeven tot 5,5 + NAPgeheel vrijgevennog niet onderzocht
210400210100 210200 210300210000209900209800
4624
0046
2100
4622
0046
2300
4625
00
209700
462100462200
462300462400
462500
210400210300210100 210200210000209900209700 209800
141. Selectiebesluit Noorderhaven met verschillende zones.
71
Nog te onderzoeken. Een deel van het plangebied kon nog niet onderzocht worden doordat de grond nog niet in gemeentelijk eigendom dan wel eigendom van de bij de Noorderhavenplannen betrokken ontwikkelaars was of doordat deze nog bebouwd/in gebruik waren. Dit betreft een deel van het Structonterrein, een deel van het Sypromediaterrein waar zich de resten bevinden van de lijmerij en de omgeving Coenensparkstraat en Bolwerkseweg. Hier kan (nog) geen uitspraak worden gedaan over eventueel aanwezige archeologische resten. Het vooronderzoek zal hier nog moeten plaatsvinden. Dit zijn de witte gebieden op de plattegrond.
Geheel vrijgeven. Het terreindeel waar de Noorderhaven heeft gelegen is vrijgesteld van dit onderzoek en kan volledig worden vrijgegeven. De haven is dermate diep uitgegraven (bodem op ca. 2,50 m + NAP) dat de trefkans op middeleeuwse scheepsresten onder dit niveau uiterst gering is. Het betreft de blauwe zone op de plattegrond.
Vrijgeven tot 5,5 m + NAP. In het grootste deel van het onderzochte plangebied zijn geen behoudenswaardige archeologische resten aangetroffen boven het grondwaterniveau. Dat wil niet zeggen dat er geen archeologische informatie in de bodem aanwezig is/was, maar het tot nu toe uitgevoerde archeologische onderzoek heeft de (informatie)waarde in voldoende mate veilig gesteld.Door de tegenvallende en vaak lastig te interpreteren resultaten van het grondradaronderzoek kan echter geen zekerheid worden gegeven over al dan niet aanwezige archeologische resten beneden 5,5 meter + NAP. Voor dit gebied blijft de archeologische bescherming beneden de 5,5 meter + NAP gehandhaafd. Onder de 5,5 m + NAP liggen de oude meandergeulen van de IJssel. De kans blijft bestaan dat hier oude scheepswrakken in liggen. Voor ingrepen groter dan 1000 m2 en dieper dan + 5,50 m + NAP in dit gebied blijft dan ook gehandhaafd dat deze voorafgegaan moeten worden door archeologisch (voor)onderzoek. Dit is echter voor het plangebied als totaal niet hanteerbaar gebleken. Met een verstoringsgraad van 1 m2 van een boor- of schroefpaal in de zandige bodem komt men bij 1000 palen al aan die grens en dat aantal zal in het totale plangebied ruim worden overschreden. Dan is het nog de vraag op welke wijze de eventuele resten opgespoord moeten worden. Grondradar is niet adequaat genoeg gebleken en uitboren in een dicht boorgrid is vanuit kostenoptiek niet wenselijk. Om deze reden is voor deze zone een apart beleid opgesteld:- Indien een bouwput dieper dan 5,50 m + NAP wordt ontgraven (bijv. voor ondergronds parkeren, diepe kelders, etc.) moet alsnog archeologisch onderzoek plaatsvinden. Hierbij moet rekening gehouden worden met de kosten van dit onderzoek, inclusief het aantreffen van een scheepswrak. In het voorstadium zou gekozen kunnen worden om het betreffende terrein uit te laten boren in een zeer fijnmazig boorgrid dat geschikt is voor het opsporen van schepen (rekeninghoudend met boren onder grondwaterniveau). Indien uit de boring blijkt dat er geen aanwijzingen zijn voor de aanwezigheid van schepen kan zonder verder archeologisch onderzoek gebouwd worden. Mochten er wel aanwijzingen zijn dat er zich mogelijk een scheepswrak in de ondergrond
72
bevindt moet het booronderzoek gevolgd worden door een opgraving. - Wanneer terreinen niet worden onderkelderd maar wel worden gefundeerd op palen is het uitgangspunt dat per bouweenheid gekeken wordt naar de mate van verstoring. Is het verstoorde oppervlak (1 m2 per paal) groter dan 10% van het totale oppervlak van de totale bouweenheid dan dient archeologisch (voor)onderzoek plaats te vinden. Ook hier is karterend booronderzoek de eerste stap. Mocht er niets gevonden worden kan zonder verder archeologisch onderzoek gebouwd worden.
73
9. Literatuur
Becuwe, F., 2007: De Bloemmolens van Diksmuide (prov. West-Vlaanderen). Het industrieel erfgoed van een grootmaalderij, Relicta 3, 289-332.
Blom, M., F. van Campen, D. Eikelboom, S. Galema, R. Gresnigt, T. Hebing, G. Janssen, G. Mensink, J. Riemens, J. Schuit, C. van de Vegte & P. van Zalk, 2002: Zutphen ontmantelde vestingstad. Korte geschiedenis van het Rozenhof- en het Deventerwegkwartier, Zutphen.
Boessneck, J., H.H. Müller & M. Teichert, 1964: Osteologische Unterschiedungsmerkmale zwischen Schaf (Ovis aries, Linné) und Ziege (Capra hircus, Linné).
Braven, A. den, H.A.C. Fermin & M. Groothedde, 2008: Van achtertuin tot achterbuurt, archeologisch en historisch onderzoek aan de Wanne-Lievenheersteeg te Zutphen. Zutphense Archeologische Publicaties 35.
Delnoij, J.G.J.M., 2005: Zutphens bestuur en de verdedigingswerken in de negentiende eeuw, Bijdragen en Mededelingen Gelre XCVI.
Doornink-Hoogenraad, M.M. & Th. Rothfusz, 1983: Historische stedenatlas van Nederland 3: Zutfen, Delft.
Duco, D.H., 2003: Merken en merkenrecht van de pijpenmakers van Gouda, Amsterdam
Duhamel du Monceau, M, 1771, vertaling A. Heginbotham 2005: The art of making various kinds of glue.
Dun, P. van, T. Caspers & H. Stam, 2008: Historische atlas Achterhoek, Liemers, Rijk van Nijmegen +/- 1843-1845, Tilburg.
Eck, J. van, B. Looper e.a., 1991: Kadastrale atlas Gelderland 1832: Zutphen, Arnhem.
Fermin, H.A.C., 2012: De lijmerij op de Mars, een van de oudste industrieën van Zutphen, Zutphense Pracht, 32-33.
Fermin, H.A.C., 2012: “Last en de vuiligheid” in Zutphen. Sporen van de lijmziederij op de Mars, Oer 6.
Fermin, H.A.C. & M. Groothedde, 2011: De Vispoortgracht. Baggervondsten van middeleeuwen tot Michael Jackson, Zutphense Archeologische Publicaties 68.
Fermin, H.A.C., M. Groothedde & J. Krijnen: 2008: Het Hoornwerk (1). Archeologisch onderzoek aan het contrescarp van het Hoornwerk aan de Henri Dunantweg in Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 42.
Fermin, H.A.C. & K.C.J. van Straten, 2010: Archeologie van het Noorderhavenkwartier. Archeologisch en historisch onderzoek in het Noorderhavenkwartier in Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 53.
Frijhoff, W.T.M., 1989: Zutphens geschiedenis, 1591-1814. In: W.T.M. Frijhoff et al. (red.): Geschiedenis van Zutphen, 84-132.
74
Frijhoff, W.T.M., M. Groothedde & C. ter Strake 2011: Historische atlas van Zutphen. Torenstad aan Berkel en IJssel, Nijmegen.
Gravesteijn, B., 2010: Zutphen de Mars. 125 jaar wonen en werken tussen water en spoor, Zutphen.
Groothedde, M. & M. Bartels, 2001: Taminau in Zutphen, archeologie, geschiedenis en producten van een 19e-eeuwse pottenbakkerij, in: A. Böing et al. (red.): Töpfer Kramer Pottenbakkers. keramik zwischen IJssel & Berkel (Ahaus), 173-236.
Groothedde, M. & J. Krijnen, 2008: Vestingstad Zutphen. Elf eeuwen versterken en verdedigen, Zutphen (2e herziene druk).
Groothedde, M. & J. Krijnen, 2011: Twee sloppengangen in de Hospitaalstraat. Archeologisch en bouwhistorisch onderzoek op het perceel Spittaalstraat 81 te Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 69.
Kastelein, D. & K.C.J. van Straten, 2011: Programma van Eisen Noorderhaven 2011, Zutphen.
Koolhof, H., 2013: De locomotiefloods van 1932, Zutphen, 3-6.
Lintsen, H.W., 1992: Geschiedenis van de techniek in Nederland. De wording van een moderne samenleving 1800-1890. Deel 1: Techniek en modernisering. Landbouw en voeding, Zutphen.
Meulen, J. van der, 1986: Wat aardewerken pijpen kunnen vertellen over de gebruikers, Bodemonderzoek in Leiden, 78-84.
Polling, A., 1997. Maastrichtse ceramiek. Merken en dateringen P. Regout (De Sphinx), N.A. Bosch, Clermont en Chainaye, Soci été Céramique, Guillaume Lambert, L. Regout (Mosa), F. Regout, Alfred Regout (Rema), Lochem.
Petersen, J.W. van & W. Zondervan, 1972: Oude ambachten en bedrijven achter Rijn en IJssel, Zutphen.
Straten, K.C.J., 2009: Archeologie van het Noorderhavenkwartier, een archeologisch bureauonderzoek en grondradaronderzoek in het Noorderhavenwartier van de Mars in Zutphen, Zutphense Archeologische Publicaties 53.
Versfelt, H.J., 2003: De Hottinger-atlas van Noord- en Oost-Nederland, Groningen.
Vries, C. de, H. van Munster en zn., J. van der Hey, 1819: Technologisch handboek of beschrijving van het gebruik, hetwelk de mensch van de voortbrengselen der natuur maakt, deel 3, Amsterdam.
Waldorp, H. & J.G.C. van de Meene, 1992: Locomotiefloodsen en tractieterreinen in Nederland, 1839-1958, Haarlem.
Wolters-Noordhoff, 1990: Grote Historische Atlas van Nederland 1:50.000, 3 Oost-Nederland 1830-1855, Groningen.
75
VeldwerkDavy Kastelein, Bert Fermin, Michel Groothedde, Joyce Onderstal, Ineke Schuttelaar-Ten Veen, Willeke Vulperhorst, Sicco Siegers, Erik Lammers, Mar-jolein van der Storm, Elisa de Vries, Ton Wolf en Mustafa ibn Mussa.
DeterminatiePatrick de Keijzer, Bert Fermin, Davy Kastelein & Michel Groothedde
AfbeeldingverantwoordingOverzichtskaartjes en profielen: Davy Kastelein & Bert FerminVeldfoto’s: Bert Fermin & Davy Kastelein Objectfoto: Bert Fermin, Michel Groothedde.Afbeeldingen 7, 9, 10, 59 en 121: Regionaal Archief ZutphenAfbeelding 8: particuliere collectieOverige afbeeldingen: internet
Colofon Dit is een uitgave van de Gemeente Zutphen, afdeling Stadsbedrijven, team Openbare Ruimte, cluster Archeologie. Rijksstraatweg 63-65, 7231 AC Warns-veld.Auteur: B. Fermin & D. KasteleinRedactie: M. GrootheddeVormgeving: B. FerminTitel: Archeologie van de Mars (2). Archeologisch onderzoek naar de 18e-eeuwse lijmerij, vestingwerken en watertoren langs de Havenstraat in Zutphen.133 pagina’s, 141 afbeeldingenTrefwoorden: Zutphen, vesting, vestinggracht, archeologie, lijmproductie, in-dustriële archeologie, Tweede Wereldoorlog, WOII, watertoren.Copyright: Gemeente Zutphen 2013Alles uit deze uitgave mag vermenigvuldigd / openbaar gemaakt worden, maar alleen met voorafgaande toestemming van de uitgeverNUR: 682ISBN: 978-90-77587-99-7
76
77
Zutphense Archeologische Publicaties
ZAP 1 Thomas Spitzers 1998: ‘Heerlijke’ maaltijdresten. Faunaresten uit de 17de-eeuwse beerput van de Hof van Heeckeren te Zutphen.
ZAP 2 Thomas Spitzers 1998: Van ‘s Heren Dis. Archeologisch botmateriaal uit een 10e-eeuwse afvalkuil in Huize van de Kasteele in Zutphen.
ZAP 3 Gerre van der Kleij 2003: Prehistorische grafvelden en tumuli rondom Zutphen.
ZAP 4 Anja Reimer 2003: Middeleeuwse houtwal , kenmerk voor Leesten Oost.
ZAP 5 Jan Bosch 2004: Het verleden in de toekomst. De consequenties voor het Zutphens archeologisch beleid na de invoering van het Verdrag van Valletta (Malta).
ZAP 6 Jan van Oostveen 2003: Kleipijpen uit Zutphen. (CD-rom, met regelmatige updates)
ZAP 7 Michel Groothedde en Michel Hulst 2003: Afval op Stand. Keramiek en glas uit twee adellijke beerkuilen uit de Late Middeleeuwen.
ZAP 8 Marieke de Jongh, Michel Groothedde en Achim Schreurs 2003: De gebrandschilderd-glasvondst van Zutphen.
ZAP 9 Michel Groothedde en Harold E. Henkes 2003: Zutphens glas zonder glans. Glascomplexen uit archeolo-gisch onderzoek in de binnenstad van Zutphen.
ZAP 10 Arjan den Braven, Janneke Zuyderwyk en Bert Fermin 2004: De diepte in. Een kelderopgraving in de IJland-panden, Houtmarkt 67-71 te Zutphen.
ZAP 11 Bert Fermin en Michel Groothedde 2005: Laan naar Eme 2004 (LnE 101). Bewoningssporen uit de Late Bronstijd op de middeleeuwse enk Ovesthamme.
ZAP 12 Michel Groothedde 2005: Grachten, wallen en Berkelwater in de fietsenkelder. Verslag van de archeo-logische waarnemingen en documentatie in de bouwput van de ondergrondse fietsenkelder onder het Stationsplein.
ZAP 13 Erica Rompelman 2005: Zutphen – Houtmarkt 67-69-71. Dierlijk en menselijk botmateriaal uit de Ka-rolingische gracht.
ZAP 14 Michel Groothedde 2005: Verhalen uit de drek. Drie bijzondere vondsten uit de binnengracht aan de Martinetsingel.
ZAP 15 Bert Fermin en Michel Groothedde 2005: Onder de wortels van de Kaardebol. Prehistorische meanders van de Schouwlaak in Zutphen.
ZAP 16 Bert Fermin 2005: Spiekers biej laag water zeuk’n. Archeologisch onderzoek naar de bewoningsgeschie-denis rond het huis “De Revelhorst”.
ZAP 17 Bert Fermin, Michel Groothedde en Jeroen Krijnen 2005: “Haickfortz huesinge war de armen in wo-nen”. Archeologisch en bouwhistorisch onderzoek naar Hackforts Armenhuisjes.
ZAP 18 Bert Fermin en Michel Groothedde 2005: Het verleden van Warnsveld verkend. Archeologische waar-nemingen bij de cunetbegeleiding rond de Bonendaal en het proefsleuvenonderzoek bij Den Bouw (Abersonplein 9) in 2004-2005 te Warnsveld.
ZAP 19 Bert Fermin en Michel Groothedde 2005: De naakte violist die naast zijn schoenen liep. Beukerstraat 64 -archeologisch onderzoek in een huis op de gracht.
ZAP 20 Michel Groothedde en Dineke van Krimpen 2005: De middeleeuwen op straat 1. Rioolvervangingsbege-leiding van de Spittaalstraat in Zutphen, 2003.
ZAP 21 Allard van Helbergen 2006: Uit de keuken van Herman Otto (1650-1657) Archeologisch onderzoek naar en analyse van de keramische inhoud van een beerput, behorende tot het huishouden van Herman Otto van Bronck-horst, graaf Van Limburg Stirum.
ZAP 22 Bert Fermin en Michel Groothedde 2006: De Zutphense ringwalburg van de 9e tot de vroege 14e eeuw. Nieuwe gegevens en inzichten uit archeologisch onderzoek en boringen op de Zutphense markten.
ZAP 23 Bert Fermin en Michel Groothedde 2006: Het diftarproject in Zutphen. 25 verhalen uit de middeleeuwse stad.
78
ZAP 24 Bert Fermin, Michel Groothedde en Dineke van Krimpen 2006: De middeleeuwen op straat (2). Laat-middeleeuwse straatdekken in de Oude Wand in Zutphen.
ZAP 25 Bert Fermin en Michel Groothedde 2006: Chamaven op de Nieuwstad. Een Frankisch erf en de overgang van hout- naar baksteenbouw in de late middeleeuwen aan de Isendoornstraat in Zutphen.
ZAP 26 Bert Fermin en Michel Groothedde 2006: Tussen de Schullentoren en de Kruittoren. Archeologisch onderzoek bij de westelijke stadsmuur van de Nieuwstad tijdens de herinrichting van het Stationsplein te Zutphen in 2006.
ZAP 27 Michel Groothedde en Bert Fermin 2007: Verdwenen huizen, tufstenen torens en houten straten rond de Apenstert. Riooltracébegeleiding Rozengracht – Broederenkerkhof – Kreynckstraat.
ZAP 28 Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: Een zeshonderd jaar oud geheim in de Vaaltstraat. Archeo-logisch onderzoek in het huis en de beerput van Vaaltstraat 4 in Zutphen.
ZAP 29 Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: Een laat-middeleeuwse kampontginning aan de Bieshorst-laan. Rapportage van het proefsleuvenonderzoek op het terrein van een nieuw landgoed.
ZAP 30 Bert Fermin 2007: Een rondje om de Warnsveldse kerk. Archeologisch proefsleuvenonderzoek op het Kerkplein te Warnsveld.
ZAP 31 Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: De Buiten Laarpoort. Archeologisch onderzoek aan de Buiten Laarpoort en de 16e-eeuwse vestingwal aan de Berkelsingel in Zutphen.
ZAP 32 Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: Grachten en panden aan de Zaadmarkt. Archeologisch on-derzoek in het Grand Hotel du Soleil, Zaadmarkt 91 te Zutphen.
ZAP 33 Birgit Berk 2007: Hongerende hoge heren. Onderzoek naar 18e- en begin 19e-eeuwse begravingen uit de Nieuwstadskerk te Zutphen. (doctoraalscriptie)
ZAP 34 Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: De Lunetten van Coehoorn. Een proefsleuf door een geslecht lunet in de Linie van Coehoorn, Coehoornsingel 3 te Zutphen.
ZAP 35 Arjan den Braven, Bert Fermin en Michel Groothedde 2007: Van achtertuin tot achterbuurt. Archeolo-gisch en historisch onderzoek aan de Wanne-Lievenheersteeg te Zutphen.
ZAP 36 Erica Rompelman 2007: Dierlijk en menselijk botmateriaal uit de opgravingen ’s-Gravenhof ’99 en Zutphen-Stadhuis. Vondsten uit het roerige laatste kwart van de 9e eeuw: Stadsafval of vikingaanval? (doctoraal-scriptie).
ZAP 37 Michel Groothedde 2007: De Franken in Leesten. Rapportage van de opgraving in de bouwput van Lees-tenseweg 18 te Zutphen 2007.
ZAP 38 Michel Groothedde en Harold Henkes 2008: Vijf eeuwen afval Zutphen-Stadhuis. Keramiek en glas uit beerput 7.
ZAP 39 Wim Ettema en Jan Peter Pals 2008: Onderzoek van botanische makroresten uit de beerput van het huis Vaaltstraat 4 in Zutphen.
ZAP 40 Bert Fermin 2008: Historische erfstructuren rond boerderij ’t Brake. Archeologisch onderzoek Veld-esebosweg 4 in Warnsveld (gem. Zutphen).
ZAP 41 Bert Fermin en Michel Groothedde 2008: ‘Oppidum Sutphaniense’ - Archeologisch onderzoek naar de oudste defensieve werken van Zutphen, de 13e-eeuwse bebouwing en een 18e-eeuwse afvalput in de kelders van Hout-markt 63c te Zutphen.
ZAP 42 Bert Fermin, Michel Groothedde en Jeroen Krijnen 2008: Het Hoornwerk (1). Archeologisch onderzoek aan het contrescarp van Het Hoornwerk aan de Henri Dunantweg te Zutphen.
ZAP 43 Bert Fermin en Michel Groothedde 2008: Verdwenen bebouwing langs de Moddergracht. Archeo-logische begeleiding van de plaatsing van twee ondergrondse vuilcontainers aan de Spittaalstraat en de Martinetsingel in Zutphen.
ZAP 44 Bert Fermin en Michel Groothedde 2008: Het Hoornwerk (2). Proefsleuvenonderzoek op het Hoornwerk te Zutphen.
ZAP 45 Kim van Straten 2008: Begraven en verbrand verleden aan de Voorsterallee te Zutphen. Nederzet-tingssporen en een crematiegraf uit de Midden IJzertijd gevonden tijdens een proefsleuvenonderzoek.
79
ZAP 46 Bert Fermin en Michel Groothedde 2008: IJzertijd tussen Bajes en Wambuis. Archeologisch onderzoek op het Jeugdgevangenisterrein in Zutphen.
ZAP 47 Bert Fermin 2009: Het verleden van Warnsveld verkend (2). Archeologische begeleiding van de riool-vervanging in de Molenstraat, het Bongerspad, de Tuinstraat en de Schoolstraat te Warnsveld (gem. Zutphen).
ZAP 48 Kim van Straten 2009: Van greppel tot beek. Een proefsleufonderzoek aan de Spittaalderkamp in Zutphen. ZAP 49 Bert Fermin en Michel Groothedde 2009: De middeleeuwse Laarstraat van brug tot buitenpoort. Archeologische begeleiding van de rioolvervanging in de Laarstraat in Zutphen in 2009.
ZAP 50 Bert Fermin en Michel Groothedde 2009: Het Kruittorenplein. Archeologisch onderzoek naar prehistori-sche, middeleeuwse en historische resten onder het Cobercogebouw, Nieuwstad 69 te Zutphen.
ZAP 51 Kim van Straten 2009: Een afdaling in het verleden van de Beukerstraat. Een archeologische waarne-ming aan de Beukerstraat 45 in Zutphen.
ZAP 52 Michel Groothedde 2009: Over de brug. Archeologisch noodonderzoek naar de resten van de voormalige paalbrug over de IJssel (gem. Zutphen).
ZAP 53 Kim van Straten 2009: Archeologie van het Noorderhavenkwartier. Een archeologisch bureauonder-zoek en grondradaronderzoek in het Noorderhavenkwartier van de Mars in Zutphen.
ZAP 54 Bert Fermin 2009: Het Paardenwalbastion. Archeologische begeleiding van de rioolvervanging in de David Evekinstraat/Berkelsingel in Zutphen.
ZAP 55 Bert Fermin en Michel Groothedde 2010: Binnen bij de Meestersmid. Archeologisch en historisch on-derzoek naar de bewoningsgeschiedenis van Nieuwstad 57-61, Basseroord 18 en Norenburgerstraat 18-20 te Zutphen.
ZAP 56 Bert Fermin en Michel Groothedde 2010: Het Houten Wambuis. Archeologisch en historisch onderzoek naar de herberg en boerderij Het Houten Wambuis te Zutphen.
ZAP 57 Bert Fermin 2010: Een 12e-eeuwse stadsgracht en héél veel brillenglazen. Archeologische begeleiding in Beukerstraat 15 te Zutphen.
ZAP 58 Bert Fermin, Michel Groothedde en Jeroen Krijnen 2011: Elf eeuwen historie in en onder Rodetoren-straat 51 (Zutphen). Archeologische begeleiding en bouwhistorisch onderzoek.
ZAP 59 Bert Fermin en Kim van Straten 2011: Archeologie van de Mars. Archeologisch onderzoek in het Noor-derhavenkwatrier van de Mars in Zutphen.
ZAP 60 Bert Fermin 2011: Wulflare. Archeologisch onderzoek naar prehistorische en middeleeuwse bewoningsresten op het crematoriumterrein aan de Voorsterallee te Zutphen.
ZAP 61 Bert Fermin 2011: Het verleden van Warnsveld verkend (3). Archeologische begeleiding van twee riool-vervangingen in Warnsveld (Laan 1940-1945 en Landweg).
ZAP 62 Bert Fermin en Michel Groothedde 2011: Steenkool, bagger, bokkenhoorns. Twee laatmiddeleeuwse complexen van de Schupstoel en de Nieuwstad in Zutphen.
ZAP 63 Bert Fermin 2011: Erven uit ijzertijd en volle middeleeuwen in Warnsveld. Archeologisch onderzoek onder de nieuwbouw van Den Bouw, Abersonplein 9 Warnsveld. (gem. Zutphen).
ZAP 64 Bert Fermin 2011: Erve Scheurkamp. Archeologisch onderzoek op de bouwkavel Rhienderinklaan 26 te Warnsveld (gem. Zutphen).
ZAP 65 Coosje Koster 2011: Wonen en werken in het centrum van prestedelijk Zutphen. Archeologisch onderzoek naar structuren uit de opgravingen Zutphen – Stadhuis en Kuiperstraat 1, circa 882 – 1200 na Christus. (bachelorscriptie)
ZAP 66 Michel Groothedde 2011: De vorstelijke palts van Zutphen. De uitwerking van de opgravingen van 1946 en 1993 t/m 1999 op en rond het plein ‘s-Gravenhof te Zutphen.
ZAP 67 Chiara Cavallo 2011: Adellijke eetgewoonten. De vorstelijke palts van Zutphen. Zoöarcheologisch onder-zoek naar de resten uit Huize van de Kasteele, Zutphen (1994-95).
ZAP 68 Bert Fermin & Michel Groothedde 2011: De Vispoortgracht. Baggervondsten van middeleeuwen tot Mi-chael Jackson.
ZAP 69 Michel Groothedde & Jeroen Krijnen 2012: Twee sloppengangen in de Hospitaalstraat. Archeologisch en bouwhistorisch onderzoek op het perceel Spittaalstraat 81 te Zutphen.
80
ZAP 70 Kim van Straten & Bert Fermin met bijdragen van Hans Huisman, Joas van der laan, Bertil van Os, Dominique Ngan-Tillard, Ineke Joosten & Dion Stoop 2012: Het urnenveld van Leesten-Meijerink. Archeologisch onder-zoek naar een ritueel landschap uit de ijzertijd en bewoningssporen uit de middeleeuwen en nieuwe tijd bij de erven Wekenstro en Meijerink bij Zutphen.
ZAP 71 Bert Fermin 2012: Rhienderink, Brake en Scheurkamp. Archeologisch onderzoek en historisch onder-zoek naar de ontstaansgeschiedenis van drie historische erven naar aanleiding van de rioolvervanging in de Rhienderin-klaan, Kozakkenlaan, Veldesebosweg, Abersonlaan en Peppelenweg in Warnsveld (gem. Zutphen).
ZAP 72 Bert Fermin 2012: De Halvemaanstraat. Proefsleuvenonderzoek naar de stadsontwikkeling en de vesting-gracht.
ZAP 73 Bert Fermin & Davy Kastelein 2012: Graven langs de rand van het kerkhof. Archeologisch proefput-tenonderzoek achter het koor van de Broederenkerk in Zutphen.
ZAP 74 Bert Fermin 2012: Een glimp van Wesse. Archeologisch onderzoek in een rioolsleuf in het Meijer Groenpad op het Hoge West in Zutphen.
ZAP 75 Bert Fermin en Michel Groothedde 2012: Een zoektocht naar de stadsmuur. Archeologische begeleiding van Bornhovestraat 45 in Zutphen.
ZAP 76 Bert Fermin 2013: De Weme van Warnsveld. Archeologisch en historisch onderzoek rond de oude pastorie op Rijksstraatweg 57 in Warnsveld (gem. Zutphen).
ZAP 77 Michel Groothedde 2013: Een vorstelijke palts in Zutphen? Macht en prestige op en rond het plein ’s-Gravenhof van de Karolingische tijd tot aan de stadsrechtverlening.
ZAP 78 Bert Fermin en Davy Kastelein 2013: Het Lianderproject. Archeologische begeleiding van de aanleg van een middenspanningskabel door Zutphen.
ZAP 79 Bert Fermin 2013: Onder de vloer van smederij Remmelink. Archeologisch en historisch onderzoek aan Groenesteeg D.275 (Polsbroek) in Zutphen.
ZAP 80 Bert Fermin & Davy Kastelein 2013: Het Zutphense kwadrant. Archeologisch onderzoek in de gracht van de ringwalburg op de Houtmarkt te Zutphen.
ZAP 81 Melissa Vos en Michel Groothedde 2013: In de bebouwde kom. De uitwerking van een opgraving in de Komsteeg te Zutphen.
ZAP 82 Bert Fermin 2013: “Omtrent het Houwten Wambois”. Archeologisch onderzoek in het voorhuis van de historische herberg aan de Emmerikseweg in Zutphen.
ZAP 83 Bert Fermin 2013: De Emmerikseweg van Ravelijn tot Vredenbergerbrug. Archeologische begelei-ding van de rioolvervanging in de Emmerikseweg te Zutphen.
ZAP 84 Michel Groothedde & Davy Kastelein 2013: Verhalen uit de Lunettegracht. Archeologische begeleiding van de ontdemping van een vestinggracht op het voormalige Jeugdgevangenisterrein.
ZAP 85 Bert Fermin & Davy Kastelein 2013: Archeologie van de Mars (2). Archeologisch onderzoek naar de 18e-eeuwse lijmerij, vestingwerken en watertoren langs de Havenstraat in Zutphen.
81
Code
Spoor
Put
Vlak
Interpretatie
textuur
Mediaan
Bijmengsel
Sublagen
Kleur
Gevlekt
Schelp
plant
ijzer-mangaanHoutskoolHutteleem
FosfaatBaksteen
MortelTufsteenLeisteen
opmerkingen
NH
2011
500
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
20
00
20
0
NH
2011
501
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
--
--
20
02
20
0
NH
2011
502
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
ofzw
ak g
rind
ig-
licht
grijs
brui
ngri
js-
--
00
00
00
0
NH
2011
503
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
nzw
ak g
rind
ig-
brui
n-
--
-1
00
00
00
NH
2011
504
1410
4-
zand
mati
g fij
nzw
ak g
rind
ig-
licht
grijs
brui
ngri
js-
--
00
00
00
0
NH
2011
505
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gze
er fi
jnzw
ak g
rind
ig-
brui
nlic
htbr
uin
--
-1
00
01
00
NH
2011
506
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
zwak
gri
ndig
-lic
htgr
ijsbr
uin
--
--
00
00
00
0
NH
2011
507
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
brui
nlic
htgr
ijs-
--
10
02
00
0
NH
2011
508
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
of-
-lic
htbr
uing
rijs
licht
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n1
00
00
00
NH
2011
509
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
jslic
htgr
ijs-
--
10
00
10
0
NH
2011
510
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijsbr
uin
licht
grijs
--
-1
00
01
00
NH
2011
511
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
10
00
10
0
NH
2011
512
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
ngr
ijs-
--
10
00
00
0
NH
2011
513
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gze
er fi
jn-
-do
nker
grijs
--
--
10
00
00
0ve
geta
tieho
rizo
nt
NH
2011
514
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
515
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-1
00
00
00
-
NH
2011
516
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
licht
brui
n-
-ve
el fe
-vl
ekke
n1
00
00
00
Sporenlijst
82
NH
2011
517
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0ri
vier
zand
NH
2011
518
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
nlic
htgr
ijs-
-ve
el fe
-vl
ekke
n1
00
00
00
NH
2011
519
1410
4-
zand
mati
g fij
n-
-lic
htbr
uin
licht
grijs
--
veel
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2011
520
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
nlic
htgr
ijs-
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0za
ndig
NH
2011
521
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
nlic
htgr
ijs-
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0za
ndig
NH
2011
522
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2011
523
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
licht
grijs
brui
n-
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0
NH
2011
524
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
nlic
htgr
ijs-
-en
kele
fe-
vlek
ken
20
00
00
0sc
huin
gel
aagd
NH
2011
525
1410
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
20
00
00
-
NH
2011
526
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
527
1410
4-
zand
mati
g fij
n-
-br
uin
licht
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
schu
in g
elaa
gd
NH
2011
528
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n1
00
00
00
-
NH
2011
529
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
licht
grijs
brui
n-
--
00
00
00
0
NH
2011
530
1410
4-
zand
mati
g fij
n-
-br
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
531
1410
4-
zand
uite
rst
silti
gm
atig
fijn
--
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2011
532
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijsbr
uin
--
-0
00
00
00
NH
2011
533
1410
4ku
ilza
nd s
terk
si
ltig
mati
g gr
of-
-lic
htgr
ijsbr
uin
brui
n-
--
00
00
00
0-
NH
2011
534
1410
4ku
ilza
ndm
atig
fijn
--
licht
grijs
brui
nbr
uin
--
-0
00
00
00
-
83
NH
2011
535
1410
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htbr
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
536
1410
4-
zand
uite
rst
silti
gze
er fi
jn-
-do
nker
brui
ngri
js-
--
-1
00
00
00
-
NH
2011
537
1410
4-
klei
ste
rk
zand
ig-
--
licht
brui
n-
--
-1
00
00
00
-
NH
2011
538
1410
4-
zand
uite
rst
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
-0
00
00
00
NH
2011
539
1410
4-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2011
540
1410
4ku
ilza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
enke
le
leem
brok
jes
-lic
htgr
ijs-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
NH
2011
541
1410
4ku
ilza
nd z
wak
si
ltig
mati
g gr
of-
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2011
542
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
nzw
ak g
rind
ig-
brui
n-
--
-0
00
02
00
plas
tic
NH
2011
543
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
nzw
ak g
rind
ig-
grijs
brui
n-
--
-0
00
10
00
poly
styr
een
NH
2011
544
1510
2-
klei
ste
rk
zand
ig-
zand
brok
ken
-br
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0za
ndbr
NH
2011
545
1510
2ku
ilza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
--
--
10
00
00
0-
NH
2011
546
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
--
witg
rijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
547
1510
2-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
n-
--
-1
00
00
00
-
NH
2011
548
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
enke
le
leem
brok
jes
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
NH
2011
549
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
--
donk
ergr
ijs-
-w
o3-
00
00
00
0-
NH
2011
550
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
ngr
ijs-
--
00
00
00
0be
ton
NH
2011
551
1510
2ku
ilza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0
NH
2011
552
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
ofza
ndbr
okke
n-
licht
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0ve
el g
rijz
e le
embr
okke
n en
ste
enko
ol!!
84
NH
2011
553
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
ofkl
eibr
okke
n-
licht
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2011
554
1510
2-
klei
ste
rk s
iltig
-za
ndbr
okke
n-
grijs
brui
n-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
NH
2011
555
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
ofza
ndbr
okke
n-
licht
brui
n-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
NH
2011
556
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0-
NH
2011
557
1510
2-
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2011
558
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htbr
uin
licht
grijs
--
-1
00
00
00
-
NH
2011
559
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2011
560
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
grof
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2011
561
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2011
562
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g gr
of-
-lic
htgr
ijsgr
ijs-
--
10
00
00
0-
NH
2011
563
1510
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
licht
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
NH
2011
564
1510
2ku
ilza
ndm
atig
fijn
--
licht
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
NH
2011
566
1510
2ku
ilza
nd z
wak
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijslic
htgr
ijs-
--
00
00
00
0
NH
2011
567
1510
2ku
ilza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
brok
ken
grijs
brui
n za
nd
NH
2011
568
1510
2ku
ilza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
jslic
htgr
ijs-
--
10
00
00
0
NH
2011
569
1510
2-
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2011
570
1510
2-
zand
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
00
00
00
0
NH
2011
571
1510
2ku
ilza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-0
00
00
00
NH
2012
572
161
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngr
ijs-
--
00
00
00
0-
85
NH
2012
573
161
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngr
ijs-
--
00
00
10
0-
NH
2012
574
161
kuil
zand
mati
g fij
n-
-lic
htbr
uin
--
--
00
01
10
0-
NH
2012
575
1610
3-
zand
mati
g fij
n-
-do
nker
brui
ngri
js-
--
-0
00
10
00
wat
ste
enko
ol
NH
2012
576
160
-za
ndm
atig
fijn
--
donk
ergr
ijs-
--
-0
00
10
00
wat
ste
enko
ol
NH
2012
577
160
-za
ndm
atig
fijn
--
donk
erbr
uin
--
--
10
00
10
0-
NH
2012
578
160
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
579
160
-za
ndm
atig
fijn
--
geel
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
580
160
-le
em z
wak
za
ndig
--
-lic
htgr
ijsbr
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2012
581
160
-le
em z
wak
za
ndig
--
-lic
htge
ellic
htgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2012
582
160
-za
ndze
er g
rof
--
licht
grijs
geel
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
583
160
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
n-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n1
00
00
00
NH
2012
584
160
-za
ndm
atig
fijn
--
donk
erbr
uin
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
01
10
0st
eenk
ool
NH
2012
585
160
-za
ndm
atig
grof
--
licht
geel
brui
n-
--
00
00
00
0-
NH
2012
586
160
-za
ndm
atig
fijn
--
licht
geel
brui
n-
--
00
00
00
0-
NH
2012
587
160
-le
em z
wak
za
ndig
--
-br
uin
brui
ngri
js-
--
00
00
00
0-
NH
2012
588
160
-za
ndm
atig
fijn
enke
le
leem
brok
jes
-ge
elbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
589
160
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngri
jsbr
uin
--
-1
00
10
00
-
NH
2012
590
160
-za
ndm
atig
fijn
veel
le
embr
okje
s-
licht
geel
brui
n-
--
00
00
00
0-
NH
2012
591
160
kuil
zand
mati
g fij
n-
-lic
htge
ellic
htgr
ijs-
--
00
01
00
0-
NH
2012
592
160
onbe
paal
dza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uin
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
593
160
kuil
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
594
160
-za
ndm
atig
fijn
--
donk
erbr
uin
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
595
160
-za
ndm
atig
fijn
--
licht
geel
--
--
00
00
00
0-
86
NH
2012
596
160
kuil
klei
--
-lic
htgr
ijs-
--
enke
le m
n-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2012
597
160
kuil
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
enke
le m
n-vl
ekke
n0
00
11
00
-
NH
2012
598
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
-en
kele
mn-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2012
599
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
10
01
00
0-
NH
2012
600
160
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngr
ijs-
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0ijz
ersp
oella
ag
NH
2012
601
160
-za
ndm
atig
grof
--
witg
rijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2012
602
160
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
witg
rijs
--
--
10
00
00
0-
NH
2012
603
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
604
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
605
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
606
160
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngri
jsgr
ijsbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
607
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
-1
00
11
00
met
com
plet
e ba
kste
en
NH
2012
608
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
10
01
10
0-
NH
2012
609
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
02
30
0-
NH
2012
610
160
-le
em z
wak
za
ndig
--
-lic
htgr
ijsbr
uin
--
--
10
00
00
0-
NH
2012
611
160
kuil
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
10
01
10
0-
NH
2012
612
160
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
--
10
00
10
0-
NH
2012
613
160
-le
em z
wak
za
ndig
--
-lic
htbr
uing
rijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
614
160
-le
em s
terk
za
ndig
--
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
615
171
muu
rza
ndm
atig
fijn
--
--
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
616
1810
2-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
87
NH
2012
617
1810
2-
zand
mati
g gr
ofen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
618
1810
2-
zand
mati
g fij
nza
ndbr
okke
n-
licht
grijs
brui
nlic
htgr
ijs-
--
00
00
00
0
NH
2012
619
1810
2-
zand
mati
g fij
nza
ndbr
okke
n-
licht
grijs
brui
nw
it-
--
10
00
00
0
NH
2012
620
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
brui
ngri
jslic
htgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2012
621
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
zand
lage
ngr
ijslic
htgr
ijs-
--
10
00
00
0-
NH
2012
622
1810
2-
zand
mati
g gr
ofen
kele
le
embr
okje
sza
ndla
gen
licht
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
623
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
licht
grijs
--
-1
00
00
00
-
NH
2012
624
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
niet
van
toep
assi
ngw
itbru
ingr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2012
625
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
brui
ngr
ijsbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
626
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijsbr
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
627
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-1
00
00
00
-
NH
2012
628
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
brui
nlic
htgr
ijsbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
629
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-br
uin
brui
ngri
js-
--
00
00
00
0-
NH
2012
630
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
licht
brui
ngri
js-
--
00
01
10
0-
NH
2012
631
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
licht
brui
ngri
js-
--
00
01
10
0-
NH
2012
632
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
brui
ngri
js-
--
00
01
00
0le
emsp
ikke
ls
NH
2012
633
1810
2-
zand
mati
g fij
nza
ndbr
okke
n-
licht
brui
ngri
jsbr
uing
rijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
634
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-lic
htbr
uing
rijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2012
635
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-1
00
01
00
-
NH
2012
636
1810
2-
leem
zw
ak
zand
ig-
--
grijs
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
637
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-w
itgri
jsw
itgri
js-
--
10
00
00
0-
NH
2012
638
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
grijs
brui
n-
--
00
00
00
0st
eenk
ool
88
NH
2012
639
1810
2-
zand
mati
g fij
n-
-w
itgr
ijs-
--
00
00
00
0gr
ijs le
mig
zan
d
NH
2012
640
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
wit
grijs
--
-0
00
00
00
klui
tjes
gri
js le
mig
zan
d
NH
2012
641
1810
2-
leem
zw
ak
zand
ig-
--
brui
ngri
jsgr
ijs-
--
10
02
00
0+
lenz
en w
it z
and
+ he
le
baks
teen
20x
11x5
NH
2012
642
1810
2-
zand
mati
g gr
ofen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
licht
gri
js le
mig
zan
d.
baks
tene
n lig
gend
in
vlak
.
NH
2012
643
1810
2-
zand
mati
g fij
nen
kele
le
embr
okje
s-
grijs
brui
ngr
ijs-
--
00
00
00
0gr
ijsijs
lem
ig z
and
NH
2012
644
1810
2-
zand
mati
g gr
ofen
kele
le
embr
okje
s-
licht
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
idem
in 1
04. l
licht
gri
js
lem
ig z
and
NH
2012
645
1810
2-
zand
mati
g gr
ofza
ndbr
okke
n-
wit
brui
ngri
js-
--
00
00
00
0-
NH
2012
646
1810
2-
zand
mati
g fij
nzw
ak g
rind
ig-
licht
grijs
brui
n-
--
-0
00
00
00
idem
in 1
04. +
be
tonb
rokj
es
NH
2012
647
1810
4ve
rsto
ring
rece
ntza
ndze
er g
rof
--
niet
van
toep
assi
ng-
--
-0
00
00
00
sloo
pgat
, bet
onnn
nn
NH
2012
648
1810
4-
zand
mati
g fij
n-
leem
lage
ngr
ijsbr
uin
licht
brui
n-
--
10
01
10
0-
NH
2012
649
1810
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-br
uing
rijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
enke
le k
leib
rokj
es
NH
2012
650
1810
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htgr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2012
651
1810
4ku
ilza
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htbr
uin
brui
ngri
js-
--
10
00
00
0-
NH
2012
652
1810
4-
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htgr
ijsbr
uing
rijs
paar
s-
--
00
01
00
0-
NH
2012
653
1810
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2012
654
1810
4-
zand
zw
ak
silti
gm
atig
fijn
-za
ndla
gen
grijs
brui
nlic
htgr
ijs-
--
00
01
00
0-
NH
2012
1710
191
kade
niet
ben
oem
d-
klei
brok
ken
-kl
eur
niet
te
bepa
len
(vel
d)kl
eur
niet
te
bepa
len
(vel
d)-
--
00
00
00
0-
NH
2012
1711
201
natu
urlij
ke la
agza
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htge
elgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
656
211
vers
tori
ng re
cent
zand
mati
g fij
n-
-lic
htge
elbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
657
211
kuil
zand
mati
g si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
--
--
00
00
00
0pi
jpen
stee
ltjes
89
NH
2013
658
211
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
nni
et v
an
toep
assi
ng-
--
00
00
00
0-
NH
2013
659
211
-za
ndm
atig
grof
--
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
660
211
-ve
en s
terk
za
ndig
--
-do
nker
brui
n-
zoet
wat
er-
sche
lpen
--
00
00
00
0-
NH
2013
661
211
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
662
211
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
663
211
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
664
211
-za
ndm
atig
grof
-kl
eila
gen
grijs
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2013
665
211
-za
ndm
atig
fijn
mati
g hu
meu
s-
grijs
licht
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
hum
usvl
ekke
n
NH
2013
666
211
-za
ndze
er g
rof
--
licht
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
667
211
-za
ndm
atig
fijn
--
licht
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
668
211
-za
ndm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2013
669
211
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
grof
--
grijs
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2013
670
211
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
zwak
gri
ndig
zand
lage
nlic
htgr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
671
211
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
673
211
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
grof
--
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
674
211
opho
ging
slaa
gkl
eim
atig
fijn
zand
brok
ken
-do
nker
grijs
licht
grijs
--
-3
00
20
00
-
NH
2013
675
211
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-do
nker
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
676
211
-za
ndm
atig
fijn
--
licht
grijs
brui
ngr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
677
211
-za
ndm
atig
grof
--
licht
grijs
Bgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
678
211
-za
nd k
leiig
mati
g fij
n-
-gr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
679
211
-za
nd k
leiig
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
680
211
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
grijs
geel
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
681
211
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
licht
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
-
90
NH
2013
682
211
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
licht
grijs
--
--
00
00
00
0sc
huin
gel
aagd
NH
2013
683
211
-za
ndm
atig
grof
-za
ndla
gen
licht
grijs
--
--
00
00
00
0sc
huin
gel
aagd
NH
2013
684
211
-za
ndm
atig
grof
-za
ndla
gen
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
685
211
-za
ndm
atig
grof
-za
ndla
gen
licht
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
686
211
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
licht
grijs
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
687
211
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
688
211
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
690
211
-za
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htgr
ijsgr
ijs-
--
00
00
00
0-
NH
2013
691
211
-za
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-ni
et v
an to
epas
sing
kleu
r ni
et te
be
pale
n (v
eld)
--
-0
00
00
00
deel
van
bru
ggeh
oofd
NH
2013
672
221
-za
ndm
atig
grof
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
689
221
-za
ndm
atig
grof
-za
ndla
gen
licht
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
1692
221
-za
nd z
wak
si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1693
221
-za
nd z
wak
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1694
221
-za
nd z
wak
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijsdo
nker
grijs
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2013
1695
221
-za
ndm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
brui
n-
--
-0
00
10
00
-
NH
2013
1696
221
-za
ndm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1697
221
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nzw
ak h
umeu
s-
donk
ergr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1698
221
-za
ndm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
1699
221
-za
ndm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1700
221
-za
ndm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
grijs
--
--
00
01
00
0-
NH
2013
1701
221
-za
nd z
wak
si
ltig
mati
g gr
ofzw
ak h
umeu
s-
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
1702
221
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nzw
ak h
umeu
s-
donk
ergr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
91
NH
2013
1703
221
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1704
221
-kl
ei s
terk
za
ndig
-zw
ak h
umeu
s-
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0-
NH
2013
1705
221
-za
ndm
atig
fijn
-za
ndla
gen
licht
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1706
221
-za
ndm
atig
fijn
--
grijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
1707
221
puin
laag
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijslic
htgr
ijs-
--
00
03
30
0-
NH
2013
1708
221
besc
hoei
ing
-ni
et v
an
toep
assi
ng-
-kl
eur
niet
te
bepa
len
(vel
d)-
--
-0
00
00
00
baks
tene
n pu
t
NH
2013
1709
221
puin
laag
zand
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
donk
ergr
ijsgr
ijs-
--
00
01
00
0-
NH
2013
1712
230
-za
ndm
atig
fijn
--
--
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
692
251
muu
rni
et b
enoe
md
--
-ro
od-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
693
251
wat
erpu
tni
et b
enoe
md
--
-ro
od-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
694
251
onbe
paal
dni
et b
enoe
md
--
-ro
od-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
695
261
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
donk
ergr
ijs-
--
-0
00
11
00
hout
rest
en
NH
2013
696
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
brui
n-
--
-0
00
21
00
-
NH
2013
697
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
00
01
10
0-
NH
2013
698
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-lic
htbr
uin
--
-ve
el fe
-vl
ekke
n1
00
01
00
-
NH
2013
699
261
-za
nd u
iters
t si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
grijs
--
-1
00
11
01
-
NH
2013
700
261
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
01
00
0-
NH
2013
701
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
01
00
0-
NH
2013
702
261
kuil
zand
uite
rst
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
10
01
00
0-
NH
2013
703
261
kuil
zand
uite
rst
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
10
03
20
0-
92
NH
2013
704
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
--
--
10
01
10
0-
NH
2013
705
261
-za
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
-0
00
11
00
-
NH
2013
706
261
-za
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-1
00
10
00
-
NH
2013
707
261
kuil
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
licht
grijs
--
--
10
01
00
0-
NH
2013
708
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
brui
nzw
art
--
veel
pl
ante
n-
rest
en-
00
00
00
0-
NH
2013
709
261
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
11
00
-
NH
2013
710
261
onbe
paal
dza
ndm
atig
fijn
zwak
gri
ndig
-w
it-
--
-0
00
02
00
-
NH
2013
711
261
hout
en p
aal
zand
--
--
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
712
261
hout
en p
aal
-ni
et v
an
toep
assi
ng-
--
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
763
261
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-br
uing
rijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
764
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
--
--
00
01
10
0-
NH
2013
765
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
licht
brui
nlic
htbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
766
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nza
ndbr
okke
n-
licht
grijs
wit
brui
n-
--
00
00
00
0
NH
2013
767
261
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
zand
brok
ken
-br
uin
wit
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
768
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-zw
art
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
769
261
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-0
00
10
00
-
NH
2013
770
261
GW
Gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
brui
n-
--
10
01
00
0-
NH
2013
771
261
grep
pel
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
zwak
hum
eus
-do
nker
grijs
--
--
10
01
10
0-
NH
2013
772
261
grep
pel
zand
ste
rk
silti
gm
atig
grof
--
grijs
brui
n-
--
-1
00
10
00
-
93
NH
2013
713
271
vers
tori
ng re
cent
zand
kle
iigm
atig
fijn
klei
brok
ken
-gr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
714
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
715
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nzw
ak h
umeu
s-
donk
ergr
ijs-
--
-2
00
00
00
-
NH
2013
716
271
opho
ging
slaa
gza
nd z
wak
si
ltig
zeer
gro
fm
atig
grin
dig
-lic
htbr
uing
eel
--
--
00
00
00
0aa
n on
der
en b
oven
kant
ijz
erba
ndje
NH
2013
717
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
718
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-br
uing
rijs
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
719
271
opho
ging
slaa
gza
nd z
wak
si
ltig
zeer
gro
f-
-lic
htge
el-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
720
271
vloe
rza
ndm
atig
fijn
--
rood
--
--
00
00
00
0re
chto
psta
ande
loss
e st
enen
NH
2013
721
271
opho
ging
slaa
gza
nd u
iters
t si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
--
--
00
03
00
0-
NH
2013
722
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nm
atig
hum
eus
-zw
art
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
723
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
ngri
js-
--
-0
00
01
00
-
NH
2013
724
271
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htbr
uing
rijs
--
-fe
-co
ncre
ties
00
00
00
0-
NH
2013
725
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
10
01
10
0-
NH
2013
726
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijs-
--
-2
00
00
00
-
NH
2013
727
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-do
nker
grijs
--
--
10
01
10
0-
NH
2013
728
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
zeer
gro
f-
-lic
htbr
uing
eel
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
729
271
kuil
zand
uite
rst
silti
gm
atig
fijn
mati
g hu
meu
s-
donk
ergr
ijs-
--
-1
00
20
00
beva
t bal
ken
NH
2013
730
271
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
mati
g hu
meu
s-
donk
ergr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
731
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
--
00
01
10
0-
94
NH
2013
732
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
brui
ngri
jsbr
uin
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
733
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nza
ndbr
okke
n-
grijs
brui
n-
--
-1
00
01
00
-
NH
2013
734
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
brui
ngri
js-
--
-1
00
11
00
-
NH
2013
735
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uing
rijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
736
271
vers
tori
ng re
cent
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
737
271
wal
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
jsgr
ijs-
--
00
00
00
0ge
laag
d
NH
2013
738
271
wal
zand
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
licht
grijs
wit
--
-0
00
00
00
NH
2013
739
271
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
klei
brok
ken
-br
uing
rijs
licht
grijs
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
740
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
n-
-br
uing
rijs
--
-en
kele
fe-
vlek
ken
10
00
00
0-
NH
2013
741
271
kuil
zand
ste
rk
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-1
00
11
00
-
NH
2013
742
271
kuil
zand
mati
g fij
n-
-gr
ijsbr
uin
--
--
10
01
10
0-
NH
2013
743
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
n-
--
-1
00
00
00
-
NH
2013
744
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
brui
n-
--
-1
00
11
00
-
NH
2013
745
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
brui
ngri
jsw
it-
--
00
00
00
0-
NH
2013
746
271
opho
ging
slaa
gza
nd z
wak
si
ltig
zeer
gro
f-
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
747
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htbr
uin
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
748
271
kuil
zand
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
licht
brui
n-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
749
271
opho
ging
slaa
gza
nd s
terk
si
ltig
mati
g fij
nkl
eibr
okke
n-
brui
ngri
js-
--
-1
00
00
00
-
NH
2013
750
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
n-
--
enke
le fe
-vl
ekke
n0
00
00
00
-
NH
2013
751
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-1
00
00
00
-
95
NH
2013
752
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-1
00
00
00
-
NH
2013
753
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngr
ijs-
--
10
00
00
0-
NH
2013
754
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
755
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
756
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
n-
--
-1
00
11
00
-
NH
2013
757
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
licht
brui
ngri
jsgr
ijs-
-en
kele
fe-
vlek
ken
00
00
00
0-
NH
2013
758
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
brui
ngri
js-
--
-0
00
00
00
-
NH
2013
759
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
--
grijs
--
--
00
00
00
0-
NH
2013
760
271
opho
ging
slaa
gza
ndm
atig
fijn
--
grijs
brui
n-
--
-0
00
11
00
-
NH
2013
761
271
opho
ging
slaa
gkl
ei s
terk
za
ndig
--
-gr
ijs-
--
veel
fe-
vlek
ken
00
00
10
0-
NH
2013
762
271
opho
ging
slaa
gza
nd m
atig
silti
gm
atig
fijn
klei
brok
ken
-lic
htgr
ijs-
--
-0
00
00
00
-
96
97
Code
Vondst
Put
Vlak
Spoor
Spooromschrijving
materiaal
hoofdgroep
Herkomst
Functie
type
Opmerkingen
Wand
Rand
Bodem
Overig
Totaal
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
gefa
cett
eerd
e pi
jpek
op z
onde
r m
erkt
eken
.0
00
11
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 3
0 ge
kroo
nd 1
714-
1885
00
01
1
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: k
ievi
t 167
4-17
750
00
11
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
onbe
kend
pijp
-
euro
pees
por
sele
in. o
p de
vo
orka
nt is
een
por
tret
ge
schi
lder
d va
n ee
n m
an m
et
een
baar
d in
de
kleu
ren
oran
je,
blau
w, r
oze
en g
oud.
00
01
1
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: M
G g
ekro
ond
1669
-18
720
00
11
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
kort
e is
abe
pijp
. De
zijk
ante
n zi
jn
vers
ierd
met
twee
por
trett
en.
Het
ene
por
tret
is d
ie v
an e
en
man
met
een
sno
r en
een
baa
rd.
Het
and
ere
port
ret i
s va
n ee
n vr
ouw
Her
denk
ings
pijp
van
he
t huw
elijk
van
will
emIII
met
Em
ma.
00
01
1
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en is
sle
chts
ged
eelte
lijk
lees
baar
: 5...
gekr
oond
00
01
1
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
kort
e is
abe
van
jan
prin
ce0
00
11
Vondstenlijst
98
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
stee
l van
een
kor
te is
abe
met
aa
n de
ene
kan
t de
teks
t:
kort
e is
abe
en o
p de
and
ere
kant
de
teks
t: ja
n pr
ince
& c
ie.
De
over
gang
naa
r de
ket
el is
ve
rsie
rd m
et e
en s
chel
pmoti
ef0
00
11
NH
2011
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
met
rade
ring
en0
00
11
NH
2011
61-
--
loss
e vo
ndst
uit
topl
aag
nabi
j ged
empt
e N
oord
erha
ven
(oos
tdee
l)ke
ram
iek
Pste
engo
edon
beke
ndka
n-
de b
uite
nkan
t is
bede
kt m
et
ijzer
engo
be0
01
01
NH
2011
61-
--
loss
e vo
ndst
uit
topl
aag
nabi
j ged
empt
e N
oord
erha
ven
(oos
tdee
l)ke
ram
iek
bijn
a-st
eeng
oed
Sieg
burg
kan
--
00
10
1
NH
2011
62-
--
vond
sten
zee
fres
idu
bove
nste
laag
oos
tdee
l te
rrei
nm
etaa
lbr
ons
onbe
kend
hang
er-
Her
denk
insp
enni
ng v
an d
e kr
onin
g va
n ko
ning
in W
ilhel
min
a in
189
80
00
11
NH
2011
62-
--
vond
sten
zee
fres
idu
bove
nste
laag
oos
tdee
l te
rrei
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Wes
terw
ald
zalfp
ot-
in k
obal
tbla
uwe
deco
ratie
de
lett
ers
ABP
Hoo
gte:
8 c
m.
Dia
met
er: 5
cm
.0
00
11
NH
2011
62-
--
vond
sten
zee
fres
idu
bove
nste
laag
oos
tdee
l te
rrei
nke
ram
iek
porc
elei
nEu
ropa
kan
-
Min
iatu
urka
nnet
je v
an e
urop
ees
pors
elei
n zo
nder
dec
orati
e.
Het
oor
is d
icht
. Hoo
gte:
4 cm
. D
iam
eter
: 4,5
cm
.0
00
11
NH
2011
62-
--
vond
sten
zee
fres
idu
bove
nste
laag
oos
tdee
l te
rrei
ngl
asgl
ason
beke
ndza
lfpot
-
tonv
orm
ige
zalfp
ot m
et d
rie
ribb
els
op d
e sc
houd
er e
n dr
ie
ribb
els
net b
oven
de
bode
m. D
e po
t is
van
kleu
rloo
s gl
as in
een
m
al v
erva
ardi
gd. H
oogt
e: 1
1 cm
. D
iam
eter
: 5,5
cm
.0
00
11
99
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
10
00
1
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
test
--
01
00
1
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
13
00
3
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
slib
vers
ierd
vlek
keng
oed
10
00
1
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
-bl
auw
e de
cora
tie0
32
05
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
--
00
01
1
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
--
00
01
1
NH
2011
761
-61
2la
ag 4
2m
etaa
lko
per
onbe
kend
ving
erho
ed-
-0
00
11
NH
2011
771
-60
2la
ag 3
3ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bouw
mat
eria
al-
leng
te: 2
2 cm
. Bre
edte
: 10
cm.
Dik
te: 5
cm
.0
00
11
NH
2011
771
-60
2la
ag 3
3ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bouw
mat
eria
al-
leng
te: 2
2 cm
. Bre
edte
: 10
cm.
Dik
te: 5
cm
Gri
js g
esin
terd
00
01
1
NH
2011
771
-60
2la
ag 3
3or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
afva
l-
bot b
evat
sni
jspo
ren
00
01
1
NH
2011
771
-60
2la
ag 3
3ke
ram
iek
stee
ngoe
dSi
egbu
rgka
n-
licht
gev
lam
d0
01
01
NH
2011
771
-60
2la
ag 3
3ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bord
slib
vers
ierd
-0
01
01
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0m
etaa
lko
per
onbe
kend
gesp
--
00
01
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0m
etaa
llo
odon
beke
ndko
gel
-vo
or 1
863
00
01
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
10
00
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
grijs
bakk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
-1
00
01
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
porc
elei
nEu
ropa
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
10
00
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
porc
elei
nch
inee
sni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
blau
we
deco
ratie
10
00
1
100
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
op d
e bu
itenk
ant z
it pa
arse
lo
odgl
azuu
r2
00
13
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
indu
stri
eel
zwar
ton
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
01
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
slib
vers
ierd
vlek
keng
oed
00
01
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
20
00
2
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bord
--
01
00
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
82
21
13
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-zw
artg
oed
tam
inea
u-ac
htig
10
00
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
indu
stri
eel w
itko
p-
enge
ls s
crat
ched
blu
e1
01
02
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
indu
stri
eel w
itko
p-
enge
ls s
crat
ched
blu
eHoo
gte:
4
cm. D
iam
eter
: 8 c
m.
00
01
1
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
-bl
auw
e de
cora
tie2
24
08
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
dakp
ango
lfpan
-0
00
11
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rd-
-2
23
07
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-bl
auw
e de
cora
tie1
10
02
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
p-
-0
01
01
NH
2011
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Wes
terw
ald
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
10
00
1
NH
2011
791
-61
4la
ag 4
4ke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
-H
ielm
erk:
Bot
h 17
22-1
898
00
01
1
101
NH
2011
8217
--
Gro
nd n
oord
van
muu
rgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-br
uin
gekl
eurd
gla
s0
10
01
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
krui
km
iner
aal
wat
erkr
uik
Hoo
gte:
30
cm D
iam
eter
: 8,5
cm
. Op
de k
ruik
sta
an d
rie
stem
pels
: een
rond
stem
pel
met
de
teks
t M_W
O
APO
LLLI
NA
RISB
RUN
NEN
, een
an
der
stem
pel b
evat
de
teks
t G
EORG
KRE
UZB
ERG
AH
RWIL
ER
RHEI
NPR
EUSS
EN h
et d
erde
st
empe
l is
het n
umer
5 w
aarv
an
het b
oven
ste
balk
je o
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
krui
km
iner
aal
wat
erkr
uik
-2
00
02
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
m-
-0
11
02
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rd-
-1
00
01
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
00
10
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
p-
op d
e bi
nen
en b
uite
nkan
t een
bl
auw
e de
cora
tie m
et li
jnen
en
flora
le m
otiev
en.
00
10
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
kan
--
10
00
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
-bl
auw
e de
cora
tie.
10
10
2
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
zev
enke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dde
ksel
-vl
ekke
ngoe
d ro
ze b
akse
l0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pabo
rd-
Op
de s
pieg
el e
en v
eelk
leur
ige
schi
lder
ing
met
frui
t.0
01
01
102
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pabo
rd-
bord
met
gep
looi
de ra
nd
en b
lauw
e de
cora
tie m
et
trob
loem
vers
ieri
ng.
00
10
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pako
p-
blau
wes
trob
loem
deco
ratie
01
00
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
papo
tth
eepo
t-
10
00
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pako
p-
veel
kleu
rige
dec
orati
e m
et
bloe
men
01
00
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndte
gel
witj
e-
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
glas
glas
onbe
kend
fles
-
vier
kant
e fle
s m
et d
e te
kst:
LI
EVEG
OED
SFA
BRIE
KEN
(N.V
. DE
HO
UTT
UIN
EN) A
MST
ERD
AM
. H
oogt
e 12
cm
. Bre
edte
: 4,5
cm
.0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
glas
glas
onbe
kend
vaas
-bo
dem
van
een
vaas
? D
iam
eter
: 6,
5 cm
.0
01
01
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Hie
lmer
k: 4
2(ge
kroo
nd) 1
733-
1846
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Hie
lmer
k: D
gek
roon
d 16
91-
1898
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Hie
lmer
k: o
nlee
sbaa
r0
00
1717
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Op
de k
etel
sta
at d
e te
kst:
IVA
IG
Tus
sen
IVA
en
IG is
een
kro
on
afge
beel
d0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: F
HM
gek
roon
d 17
14-1
808/
1811
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en:A
BC 1
717-
1880
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
zond
er m
erkt
eken
00
09
9
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: D
K ge
kroo
nd n
b st
aat n
iet i
n D
uco
00
01
1
103
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 8
7 ge
kroo
nd 1
734-
1864
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: D
gek
roon
d 16
91-
1898
00
04
4
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: b
oth
1788
-189
80
00
44
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en; 9
4 ge
kroo
nd 1
789-
1897
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Vers
ierd
met
vr
ijmet
sela
arsy
mbo
len
zond
er
mer
ktek
en.
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: 6
8 ge
kroo
nd 1
732-
1857
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en L
K ge
kroo
nd 1
674-
1866
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en 3
6 ge
kroo
nd 1
719-
1874
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
vers
ierd
e ke
tel m
et
knor
renm
otief
met
par
elra
nden
. de
ket
el h
eeft
gee
n m
erkt
eken
.0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en:s
chaa
tsri
jder
171
4-18
440
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: A
gek
roon
d 17
14-
1836
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
kete
l ver
sier
d m
et p
ortr
etten
, le
euw
in tu
in e
n de
teks
t VIV
AT
ORA
NIE
N M
erkt
eken
: zw
ijn
1724
-189
70
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: F
AG 1
737-
1847
00
02
2
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 4
6 ge
kroo
nd 1
737-
1897
00
03
3
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en; 7
8 ge
kroo
nd 1
724-
1849
00
01
1
104
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en 6
7 gr
kroo
nd 1
728-
1868
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: T
M g
ekro
ond
1780
-19
600
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: L
K ge
kroo
nd 1
674-
1866
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: t
wee
kru
izen
ge
kroo
nd 1
692-
1753
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 4
7 ge
kroo
nd 1
733-
1825
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 3
8 ge
kroo
nd 1
733-
1940
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: G
N g
ekro
ond
1768
-19
020
00
22
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
op d
e ke
tel s
taat
in h
et g
root
he
t mer
ktek
en: V
R ge
kroo
nd
1706
-179
10
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en A
VS 1
684-
1945
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
papi
jp-
pijp
ekop
met
ged
eelte
lijk
een
brui
ne g
lazu
urla
ag0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: G
gek
roon
d 16
67-
1880
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
17de
eeu
wse
vor
m z
onde
r m
erkt
eken
.0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 5
4 ge
kroo
nd 1
732-
1925
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
op d
e ke
tel i
s de
teks
t HLR
af
gebe
eld
. Daa
rond
er s
taat
in
het
gro
ot h
et m
erkt
eken
: N
gekr
oond
168
4-17
600
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: s
peel
man
170
5-19
250
00
11
105
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: I
VB 1
691-
1848
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
kort
e is
abe
zond
er m
erkt
eken
. st
eel v
ersi
erd
met
sch
elpj
es0
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 3
7 ge
kroo
nd 1
737-
1875
/188
10
00
11
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
kete
l ver
sier
d m
et s
mal
le
knor
ren.
Op
de a
chte
rkan
t st
aat i
n ee
n ge
stre
ept h
art
het m
erkt
eken
:W R
& s
. W
aars
chijn
lijk
Wes
terw
ald.
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en: G
B ge
kroo
nd 1
720-
1879
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
mer
ktek
en: 4
3 ge
kroo
nd 1
728-
1881
00
01
1
NH
2012
0-
--
loss
e vo
ndst
en z
even
kera
mie
kpo
rcel
ein
onbe
kend
pijp
-Eu
rope
es p
orse
lein
pijp
ekop
00
01
1
NH
2012
014
-51
0W
-pro
fiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
-0
02
20
NH
2012
016
-57
2tu
fste
enck
uil
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
01
NH
2012
014
--
--
--
--
-0
00
00
NH
2012
014
--
--
--
--
-0
00
00
NH
2012
01
--
--
--
--
-0
00
00
NH
2012
017
--
--
--
--
-0
00
00
NH
2012
62-
--
vond
sten
zee
fres
idu
bove
nste
laag
oos
tdee
l te
rrei
ngl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
Parf
umle
s va
n kl
eurl
oos
in m
al
gego
ten
glas
. De
fles
is v
oor
de
helft
zes
hoek
ig e
n ro
nd. R
ond
de a
anze
t van
de
hals
zit
een
verd
ikki
ng. o
p de
fles
sta
at
de te
kst:
EAU
DE
COLO
GN
E J.C
.BO
LDO
OT.
00
01
1
106
NH
2012
63-
-51
6W
-pro
fiel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
641
-50
5W
-pro
fiel
kera
mie
kgr
ijsba
kken
don
beke
ndko
m-
-0
01
01
NH
2012
6514
-53
1w
-pro
fiel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
6614
-51
0W
-pro
fiel
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pani
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
zond
er d
ecor
atie
01
00
1
NH
2012
6714
-53
8sc
hape
npot
en v
oere
nde
hori
zont
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSi
egbu
rgni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
10
NH
2012
6714
-53
8sc
hape
npot
en v
oere
nde
hori
zont
stee
nle
iste
enon
beke
ndbr
ok-
-0
00
11
NH
2012
6714
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap m
etac
arpi
00
071
71
NH
2012
6714
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
met
apod
ia s
chaa
p;50
zijn
van
on
volw
asse
n di
eren
. 0
00
7575
NH
2012
6714
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
rund
hoo
rnpi
t0
00
33
NH
2012
6714
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap m
etat
arsi
00
075
75
NH
2012
6714
-53
8sc
hape
npot
en v
oere
nde
hori
zont
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
mee
r da
n 30
0 vo
orna
mel
ijk
scha
penm
etap
odia
00
030
030
0
NH
2012
6714
-53
8sc
hape
npot
en v
oere
nde
hori
zont
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
mee
r da
n 20
0 sp
linte
rs
vot v
oorn
amel
ijk
scha
penm
etap
odia
.0
00
200
200
NH
2012
6814
-52
0W
-pro
fiel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
6914
-54
1la
ag in
wes
tpro
fiel
kera
mie
kte
gel
indu
stri
eel w
itte
gel
-D
ikte
: 0,7
cm
. met
ting
lazu
ur
zond
er d
ecor
atie.
00
01
1
NH
2012
7014
-53
6la
ag in
w-p
rofie
lke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-m
et g
lazu
ur1
00
10
NH
2012
7014
-53
6la
ag in
w-p
rofie
lor
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
atar
sus
00
01
1
NH
2012
7114
-53
2w
-pro
fiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndde
ksel
-m
et g
lazu
ur0
10
10
NH
2012
7214
-53
9W
-pro
fiel l
aag
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap p
hala
nge
00
01
1
NH
2012
7314
-53
3-
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndbr
ok-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
leng
te: 2
3,5
cm. B
reed
te:1
1 cm
. D
ikte
:5 c
m.
00
01
1
107
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
krom
getr
okke
n ba
kste
en.
Leng
te: 2
1 cm
. Bre
edte
11 c
m.
Dik
te: 5
cm
.0
00
11
NH
2012
7416
-57
2Li
jmer
ijniv
eau
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
22
NH
2012
7416
-57
2Li
jmer
ijniv
eau
kera
mie
kbi
jna-
stee
ngoe
dSi
egbu
rgni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
10
00
1
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
met
aal
ijzer
onbe
kend
spijk
er-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
stee
nle
iste
enon
beke
ndbr
ok-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
stee
nna
tuur
stee
non
beke
ndbr
ok-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndbr
ok-
-0
00
11
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
verb
rand
roo
d aa
rdew
erk
00
10
1
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
12
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
Frec
hen
of s
tadt
lohn
10
00
1
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
lood
glaz
uur
met
man
gaan
oxid
e ta
min
eau-
achti
g1
00
01
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndde
ksel
zwar
tgoe
dlo
odgl
azuu
r m
et m
anga
anox
ide
tam
inea
u-ac
htig.
00
01
1
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
-2
10
03
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
paar
se d
ecor
atie
00
20
2
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
deco
ratie
met
een
rond
e bl
auw
e lij
nen
00
10
1
108
NH
2012
7416
-57
2lij
mer
ijniv
eau
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-bl
auw
e de
cora
tie o
p de
bu
itenk
ant
10
00
1
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap p
hala
nge
00
011
11
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap m
etat
arsu
s0
00
1515
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap m
etac
arpu
s0
00
1212
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap m
etap
odia
00
06
6
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
scha
ap c
audu
m0
00
11
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
tru
ndpr
oduc
tieaf
val
-ju
veni
el r
und
met
apod
ium
00
01
1
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
tru
ndpr
oduc
tieaf
val
-ph
alan
ge0
00
11
NH
2012
7414
-57
2lij
mer
ijniv
eau
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
tru
ndpr
oduc
tieaf
val
-ph
alan
ge0
00
11
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kgr
ijsba
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
01
00
1
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
01
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pabo
rd-
Dec
orati
e m
et b
ruin
e, ro
de e
n zw
arte
lijn
en0
10
01
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndbo
rd-
-0
10
01
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
bord
--
01
40
5
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kpo
rcel
ein
chin
ees
bord
-de
cora
tie m
et fl
oral
e m
otiev
en1
01
02
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
deco
ratie
met
een
paa
rse
bies
01
00
1
109
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
deco
ratie
met
een
gel
e lij
n en
bl
auw
e flo
rale
en
geom
etri
sche
m
otiev
en0
10
01
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
zond
er d
ecor
atie
40
00
4
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
dsc
haap
een
van
de b
otje
s he
eft e
en
snijs
poor
00
02
2
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
33
NH
2012
7516
--
lage
n bo
ven
lijm
erijl
aag
(aan
leg
put)
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
hiel
mer
k: 1
7 ge
kroo
nd0
00
11
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2ke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
dakp
ango
lfpan
-0
00
11
NH
2012
7614
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-fo
etus
pel
vis
scha
ap0
00
11
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
cap
ut fe
mur
is0
00
11
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-ju
veni
el ti
bium
sch
aap
00
01
1
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
atar
sus
00
02
2
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
acar
pus
00
02
2
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
apod
ium
00
03
3
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
pha
lang
e0
00
22
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
rund
pha
lang
e0
00
33
NH
2012
761
-61
2la
ag 4
2or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
beka
pt r
unde
r m
etap
odiu
m0
00
11
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
--
00
015
15
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0ke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
--
00
06
6
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0m
etaa
llo
odon
beke
ndko
gel
-vo
or 1
863
00
01
1
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0gl
asgl
ason
beke
ndve
nste
r-
licht
groe
n ge
tint
00
02
2
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0gl
asgl
ason
beke
ndve
nste
r-
kleu
rloo
s0
00
11
110
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0gl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-
kleu
rloo
s gl
asfr
agm
ent
onbe
kend
of d
eze
van
een
fles
of e
en d
rink
glas
afk
omsti
g is
.1
00
01
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0gl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-gr
oen
getin
t1
00
01
NH
2012
78-
-57
0la
ag 3
0st
een
vuur
stee
non
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
verb
rand
e tu
fste
enkk
en
vouu
rste
en0
00
44
NH
2012
7814
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
hoo
rnpi
t0
00
77
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
cau
dum
00
07
7
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
cra
nium
frag
men
t0
00
33
NH
2012
7814
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
car
palia
00
010
10
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
pha
lang
e0
00
4343
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
sche
lpon
beke
ndsc
help
non
-0
00
22
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
atar
sus
00
012
12
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
acar
pus
00
022
22
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
apod
ium
00
046
46
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
phal
ange
00
07
7
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
carp
alia
00
010
10
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
waa
rsch
ijnlij
k 2
van
een
juve
niel
ru
nd;m
etap
odia
00
06
6
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
prod
uctie
afva
lko
nijn
-0
00
22
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
prod
uctie
afva
lko
nijn
radi
us0
00
11
NH
2012
781
-57
0la
ag 3
0or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
prod
uctie
afva
lko
nijn
koni
jn?
Caud
um0
00
11
NH
2012
791
-61
4la
ag 4
4or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
pha
lang
e ju
veni
el0
00
11
NH
2012
791
-61
4la
ag 4
4or
gani
sch
dier
lijk
bot
rund
prod
uctie
afva
l-
juve
niel
met
apod
ium
00
01
1
NH
2012
791
-61
4la
ag 4
4or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
apod
ium
00
01
1
111
NH
2012
791
-61
4la
ag 4
4or
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
atar
sus
00
01
1
NH
2012
8016
-57
2tu
fste
enck
uil
stee
nka
lkst
een
onbe
kend
tufs
teen
c-
-0
00
1010
NH
2012
8016
-57
2tu
fste
enck
uil
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
Dec
ortti
e in
bla
uw m
et fl
oral
e m
otiev
en0
01
01
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Mer
ktek
en:V
K ge
kroo
nd16
74-1
691/
1695
00
01
1
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
Hie
lmer
k: M
elkm
eid
1647
/165
5-19
20 O
p de
zijk
ant v
an d
e st
eel
staa
t JA
N P
RIN
...0
00
11
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kst
eeng
oed
onbe
kend
krui
km
iner
aalw
ater
Op
de b
uite
nkan
t sta
t een
st
empe
l in
relie
f: N
UM
M 5
.1
00
01
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
-gr
oene
gla
zuur
. Dia
met
er: 1
9 cm
.0
10
01
NH
2012
80-
--
dete
ctor
vond
sten
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pabe
eld
-
Kop
van
een
beel
dje.
Op
het
beel
dje
zitt
en n
og re
stan
ten
goud
verf
van
de
oorb
elle
n.0
00
11
NH
2012
80-
--
mar
s w
est v
. par
kstr
aat
(ger
oerd
e op
perv
lakt
e).
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
-0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndlo
odje
--
00
03
3
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
ring
-D
iam
eter
: 3 c
m.
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
mun
t-
onle
esba
re m
unt.
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lijz
eron
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
onhe
rken
baar
bro
k ijz
er0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
plaa
t-
Rech
thoe
kig
plaa
tje
Leng
te:
8 cm
. bre
edte
: ong
evee
r 2,
5 cm
. fu
nctie
onb
eken
d0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-on
geve
er 3
cm
. met
sc
hroe
fdra
ad
00
01
1
112
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
grill
ig g
evor
md
plak
je lo
od.
00
03
3
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
dop
-pl
at d
opje
. Dia
met
er: 1
,3 c
m.
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
tufs
teen
kje
lood
.0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndpl
aat
-gr
illig
gev
orm
d ro
nd p
laat
je.
Dia
met
er: o
ngev
eer
3,5
cm.
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lbr
ons
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-
kop
van
een
sier
nage
l of e
en
knoo
p. R
ond
aan
een
kant
lich
t bo
l pla
atje
. Dia
met
er: 3
cm
.0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
slor
dig
gevo
rmd
ring
etje
. D
iam
eter
: 2 c
m.
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
nage
lsi
erna
gel
Ova
le b
olle
kop
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lijz
eron
beke
ndsp
ijker
--
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
knoo
p-
rond
e kn
oop
met
vie
r ga
ten.
D
iam
eter
: 1,8
cm
.0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lzi
nkon
beke
ndpl
aat
-gr
illig
gev
orm
de p
laat
jes.
00
03
3
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
plaa
t-
rech
thoe
kig
plaa
tje.
Len
gte:
5,5
cm
. Gro
otst
ebre
edte
: 2,5
cm
. H
et p
laat
je is
lich
t geb
ogen
en
aan
een
zijd
e gr
illig
gev
orm
d.0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
llo
odon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
Tuitv
orm
ig v
oorw
erp
00
01
1
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
schi
jf-
Rond
sch
ijfje.
Dia
met
er: 3
,5 c
m.
In d
e sc
hijf
zitt
en tw
ee g
aten
; ee
n va
n 0,
4 cm
bij
de ra
nd e
n ee
n va
n o,
6 cm
in h
et m
idde
n.
Het
gat
in h
et m
idde
n he
eft e
en
opst
aand
e ra
nd.
00
01
1
113
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lbr
ons
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-br
ok g
esm
olte
n br
ons
00
02
2
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
sier
nage
l-
pira
mid
evor
mig
e ko
p va
n ee
n si
erna
gel.
door
sned
e 1,
5 cm
. H
oogt
e: 1
cm
.0
00
11
NH
2012
80-
--
Det
ecto
rvon
dste
nm
etaa
lko
per
onbe
kend
plaa
t-
rech
thoe
kig
plaa
tje.
Len
gte:
3
cm. B
reed
te:1
,8 c
m. D
e zi
jden
zi
jn n
iet l
oodr
echt
afg
ekni
pt.
00
01
1
NH
2012
8116
-59
7ku
il op
18,
60 m
glas
glas
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
blau
w g
ekle
urd
glas
00
10
1
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
lko
per
onbe
kend
schi
jf-
Rond
sch
ijfje
met
een
gat
in h
et
mid
den.
Dia
met
er: 1
,7 c
m.
00
01
1
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
lko
per
onbe
kend
ring
-D
iam
eter
: 2,3
cm
.0
00
11
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
lko
per
onbe
kend
ring
-
Dia
met
er: 1
,5 c
m. D
e ra
nd is
sc
huin
afg
esne
den.
Aan
de
binn
enka
nt z
it op
een
ple
k ee
n ve
rdik
king
.0
00
11
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
lko
per
onbe
kend
plaa
t-
frag
men
ten
van
plaa
tjes
.0
00
44
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
lijz
eron
beke
ndpl
aat
-fr
agm
ent v
an e
en p
laat
je0
00
11
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15m
etaa
llo
odon
beke
ndlo
odje
--
00
01
1
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15gl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-gr
oen
gekl
eurd
gla
s1
00
01
NH
2012
8117
-61
5G
rond
land
zijd
e S6
15gl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-gr
oen
glas
Dia
met
er: 8
cm
.0
01
01
NH
2012
8117
--
-or
gani
sch
leer
-sc
hoei
sel
--
00
00
0
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bord
slib
vers
ieri
ng-
10
00
1
114
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
krui
km
iner
aal
wat
erkr
uik
-0
01
01
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
krui
km
iner
aal
wat
erkr
uik
diam
eter
: 9 c
m.
00
10
1
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
--
00
01
1
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
-
mer
ktek
en: P
AV
deze
sta
t ve
rder
nie
t in
het m
erke
nboe
k va
n du
co.
00
01
1
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-0
10
01
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
witb
akke
ndFr
eche
nbo
rd-
groe
ne d
ecor
atie
01
00
1
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
m-
Maa
stri
chts
aar
dew
erk
met
het
be
eldm
erk:
90b
(Pol
ling)
189
30
01
01
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
stop
-D
iam
eter
:6 c
m. H
oogt
e: 5
cm
.0
00
11
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
rke
ram
iek
porc
elei
nEu
ropa
kand
elaa
r-
Dec
orati
ein
blau
w m
et fl
oral
e m
otiev
en. O
p de
ond
erka
nt
staa
t een
bla
uw b
eeld
mer
k m
et
het n
umm
er 1
0. D
iam
eter
: 13
cm.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
stee
ngoe
dSi
egbu
rgvo
orra
adpo
t-
19de
of 2
0ste
eeu
ws
baks
el.
10
10
2
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
krui
km
iner
aalw
ater
buite
nkan
t is
gevl
amd.
D
iam
eter
: ong
evee
r 9c
m. a
an
de b
inne
nkan
t zijn
dra
airi
ngen
te
zie
n.0
01
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
krui
km
iner
aalw
ater
Beid
e zi
jden
bru
in g
egla
zuur
d.
zond
er d
raai
ring
en.
10
00
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
bord
slib
vers
ieri
ng
De
binn
enka
nt is
bed
ekt m
et
witb
akke
nd s
lib m
et d
aari
n ee
n go
lven
de li
jn.
10
00
1
115
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
witb
akke
ndFr
eche
nbo
rd-
-0
10
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
p-
Op
de o
nder
kant
sta
at n
og e
en
deel
van
het
bee
ldm
erk
van
Soci
ete
cera
miq
ue.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
m-
-1
00
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rd-
-0
02
02
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rd-
Dia
met
er: 1
3 cm
. D
ecor
atie
in g
roen
en
paar
s m
et
bloe
mm
otiev
en(B
oere
nbon
t).
01
00
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
p-
Op
de b
uite
nkan
t zit
een
donk
erbl
auw
e de
cora
tie m
et
plan
tmoti
even
.1
00
01
NH
2012
8217
--
Gro
nd w
est v
an m
uur
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pais
olat
or-
-0
00
1919
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
m-
De
rand
is g
olve
nd. A
an d
e bi
nnen
kant
is d
e w
and
in re
lief
verd
eeld
in fa
cett
en.
01
00
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
--
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
voor
zien
van
lood
glaz
uur
met
ko
pelo
xide
11
00
2
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-gr
oen
glas
103
170
30
116
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-O
p de
bod
em is
in re
lief e
en
krui
s af
gebe
eld.
Dia
met
er: 8
cm
.0
01
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-O
p de
bod
em is
het
woo
rd
HA
ARL
E(M
) mee
gego
ten.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-O
p de
bod
em is
het
woo
rd
KIN
.... m
eege
gote
n0
01
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
beug
elfle
s0
10
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-
Op
de b
odem
sta
at
de te
kst:
SAXL
EHN
ERS
BITT
ERQ
UEL
LE H
UN
JAD
I JA
NO
S.
Dia
met
er:o
ngev
eer
9 cm
.0
01
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-G
efac
etee
rde
zijw
ande
n .
donk
ergr
oen
glas
.2
00
02
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-
licht
gro
en g
ekle
urd
glas
. Net
in
der
de h
als
is h
et c
ijfer
654
33
mee
gego
ten.
46
00
10
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
klei
n fle
sje
van
groe
n gl
as.
Dia
met
er: o
ngev
eer
4,5
cm.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
kleu
rloo
sgla
s. D
iam
eter
: 5 c
m.
De
fles
is to
t een
ach
tzijd
ige
fles
gesl
epen
. O
p de
hal
s zi
jn
twee
rin
gen
mee
gego
ten.
; pa
rfum
fles?
00
01
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndka
n-
pul
00
10
1
117
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
zeka
lkst
eenn
tig g
ebla
zen
fles
van
kleu
rloo
sgla
s.D
iam
eter
: 5
cm.
00
01
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndke
lk-
diam
eter
voe
t: 5
cm
. Ba
lust
ervo
rmig
e st
am.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndke
lk-
Dia
met
er v
oet:
7 c
m.
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-kl
eurl
oos
glas
00
10
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-lic
ht g
roen
gek
leur
d1
00
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndve
nste
r-
-0
00
33
NH
2012
8217
-61
5Bi
j vri
jlegg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dgl
asgl
ason
beke
ndw
eckp
ot-
-0
10
01
NH
2012
8217
--
Gro
nd n
oord
van
muu
rgl
asgl
ason
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
-gr
oen
gekl
eurd
gla
s.6
222
030
NH
2012
8217
--
Gro
nd n
oord
van
muu
rgl
asgl
ason
beke
nddr
inkg
las
-kl
eurl
oos
glas
. Bek
er o
p ee
n vo
et. D
iam
eter
voe
t: 6
,5 c
m.
00
10
1
NH
2012
8217
--
Gro
nd n
oord
van
muu
rgl
asgl
ason
beke
nd-
kleu
rloo
s gl
as. Z
ijkan
t ge
face
teer
d af
gesl
epen
. D
iam
eter
: 10
cm.
00
10
1
NH
2012
8217
--
Gro
nd n
oord
van
muu
rgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
beug
eklfl
esgr
oen
gekl
eurd
gla
s0
10
01
NH
2012
8217
-61
5Bi
j ver
legg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dor
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
atar
sus
00
01
1
118
NH
2012
8217
-61
5Bi
j ver
legg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dor
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-va
rken
met
acar
pus
00
01
1
NH
2012
8217
-61
5Bi
j ver
legg
en m
uurw
erk
brug
hoof
dor
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
? fe
mur
00
01
1
NH
2012
8217
--
gron
d no
ord
van
muu
ror
gani
sch
dier
lijk
bot
onbe
kend
zoog
dier
-sc
haap
met
acar
pus
00
01
1
NH
2012
8314
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
rund
pha
lang
en0
00
33
NH
2012
8314
-53
8-
orga
nisc
hdi
erlij
k bo
ton
beke
ndzo
ogdi
er-
rund
met
apod
ia0
00
33
NH
2013
8726
--
mac
hina
le a
anle
g ui
t re
cent
e op
hogi
ngke
ram
iek
maj
olic
aon
beke
ndbo
rd-
Dec
orati
e in
bla
uw e
n lic
htgr
oen
met
flor
ale
moti
even
.1
00
01
NH
2013
8726
--
mac
hina
le a
anle
g ui
t re
cent
e op
hogi
ngke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
niet
nad
er
gede
finie
erd
-lic
hte
zwee
m ij
zere
ngob
e.1
00
01
NH
2013
8726
--
mac
hina
le a
anle
g ui
t re
cent
e op
hogi
ngke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
pot
voor
raad
pot
-0
01
01
NH
2013
8726
--
mac
hina
le a
anle
g ui
t re
cent
e op
hogi
ngke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-m
et s
libve
rsie
ring
10
00
1
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dpo
tvo
orra
adpo
tD
ecor
atie
in b
lauw
met
flor
ale
moti
even
.1
00
01
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
01
02
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
10
00
1
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kw
itbak
kend
Frec
hen
bord
--
10
00
1
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ikte
:8 m
m.
00
02
2
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ikte
: 9 m
m.
00
01
1
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
-2
30
05
119
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdon
beke
ndfle
sm
iner
aal
wat
erkr
uik
-4
00
04
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
stee
l-
-0
00
33
NH
2013
8826
169
5aa
nv. u
it gr
ijze
klei
laag
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndda
kpan
-G
egla
zuur
d m
et lo
odgl
azuu
r m
et m
anga
anox
ide.
00
01
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-3
00
03
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
stee
ngoe
dSi
egbu
rgka
n-
gevl
amd
15de
eeu
w0
10
01
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
fles
min
eraa
l w
ater
krui
km
et ij
zere
ngob
e.1
00
01
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
-de
cora
tie in
bla
uw.
00
10
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
wan
dteg
el-
blau
we
deco
ratie
. Dik
te: 7
mm
.0
00
11
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
wan
dteg
el-
dikt
e: 7
mm
.0
00
22
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
10
00
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
wan
dteg
el-
deco
ratie
in p
aars
. Dik
te: 8
mm
.0
00
11
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-Be
ide
kant
en b
edek
t met
lo
odgl
azuu
r m
et m
anga
anox
ide.
10
00
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
pijp
aard
eG
ouda
kete
l-
Hie
lmer
k: 3
0 ge
kroo
nd 1
714-
1885
00
01
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
pijp
aard
eG
ouda
kete
l-
Hie
lmer
k; D
gek
roon
d 16
91-
1898
00
01
1
NH
2013
8926
169
6br
uine
laag
mac
hina
le
aanl
egke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndke
tel
--
00
01
1
NH
2013
90-
-69
7N
EN m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
blau
we
deco
ratie
20
00
2
120
NH
2013
90-
-69
7N
EN m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-pa
arse
dec
orati
e. D
ikte
: 7
mm
.0
00
11
NH
2013
90-
-69
7N
EN m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kpi
jpaa
rde
Gou
dake
tel
-H
ielm
erk
65 g
ekro
ond
1729
-19
250
00
11
NH
2013
9126
169
8m
achi
nale
aan
leg
uit
licht
brui
ne la
agke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
bord
--
20
00
2
NH
2013
9126
169
8m
achi
nale
aan
leg
uit
licht
brui
ne la
agor
gani
sch
dier
lijk
bot
zoog
dier
afva
l-
-0
00
22
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kbi
jna-
stee
ngoe
dSi
egbu
rgka
n-
-0
10
01
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
pot
-
Bede
kt m
et lo
odgl
azuu
r m
et
kope
roxi
de. D
iam
eter
bod
em:
4 cm
. Zal
fpot
je0
01
01
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
Sieg
burg
kan
-fr
agm
ent o
or. g
evla
md
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSi
egbu
rgfle
sm
iner
aal
wat
erkr
uik
-3
00
03
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kgr
ijsba
kken
don
beke
ndsc
haal
-di
amet
er: 3
2 cm
.0
10
01
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
10
02
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
sieg
burg
achti
g ba
ksel
. Bru
ine
tot
gelig
e gl
azuu
r.1
00
12
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdEn
gela
ndko
p-
scra
tche
d bl
eu.
00
10
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
01
121
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
-0
01
01
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-di
kte:
7 m
m.
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kgr
ijsba
kken
don
beke
ndda
kpan
--
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
glas
glas
onbe
kend
vens
ter
--
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
stee
l0
00
22
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
met
aal
kope
ron
beke
ndm
unt
-on
lees
baar
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
met
aal
lood
onbe
kend
stol
sel
--
00
05
5
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
met
aal
bron
son
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
kind
ersc
haar
tje
00
01
1
NH
2013
92-
-26
Bst
ort k
uil 2
6 de
tecti
e +
oogv
onds
ten.
met
aal
kope
ron
beke
ndkn
oop
-
holle
afg
epla
tte
knoo
p m
et
1 oo
g. N
aast
het
oog
zitt
en
tege
nove
r el
kaar
twee
gaa
tjes
. D
iam
eter
: 25
mm
.0
00
11
NH
2013
9227
1-
stor
tke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
70
10
8
NH
2013
9326
170
4aa
nvm
etaa
llo
odon
beke
ndko
gel
-di
amet
er: 2
cm
.0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndde
ksel
-D
ecor
atie
in re
lief m
et fl
oral
e m
otiev
en.
10
00
1
122
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rdiw
-bor
-3
Dec
orati
e in
paa
rse
tran
sfer
prin
t.O
p de
vla
g ee
n pa
relra
nd e
n flo
rale
moti
even
. O
p de
spi
egel
: een
land
scha
p m
et e
en p
erso
on. D
iam
eter
:12
cm.
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
10
00
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndza
lfpot
iw-z
al -1
Op
de b
odem
sta
at in
relie
f he
t get
al 2
. Dia
met
er: 5
5 m
m.
Hoo
gte:
27 m
m.
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndko
p-
-0
01
01
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
kach
elpa
n-
-0
02
02
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
kan
--
10
00
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
30
00
3
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
porc
elei
nEu
ropa
kop
-
Op
de b
uite
nkan
t bla
uwe
deco
ratie
met
flor
ale
moti
even
.(z
wie
belm
uste
r). O
p de
bi
nnen
kant
zitt
en v
ertic
ale
ribb
els.
10
00
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
hafn
eron
beke
ndni
et n
ader
ge
dete
rmin
eerd
--
00
10
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Wes
terw
ald
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
20
10
3
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
scha
al-
met
slib
vers
ieri
ng0
10
01
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
fles
-m
iner
aalw
ater
krui
k2
00
02
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
witb
akke
ndFr
eche
nbo
rd-
-0
12
03
123
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dpo
t-
Dia
met
er: 1
4 cm
.0
10
01
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
llo
odon
beke
ndst
olse
l-
-0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lbr
ons
onbe
kend
knoo
p-
platt
e kn
oop
met
ver
dund
e ra
nd e
n be
vesti
ging
soog
. D
iam
eter
:15
mm
.0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lko
per
onbe
kend
plaa
t-
-0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lbr
ons
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-
krom
pla
atje
bro
ns. H
et
ene
uite
inde
is e
rgen
s va
n af
gebr
oken
. Het
and
ere
uite
inde
is
afg
eron
d en
hee
ft e
en
door
bori
ng.
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lijz
eron
beke
ndkr
am-
-0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
pijp
aard
eG
ouda
pijp
(kle
ipijp
)-
stee
l met
teks
t:G
OU
DA
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
pijp
aard
eG
ouda
pijp
(kle
ipijp
)ov
oide
hiel
mer
k:36
gek
roon
d 17
19-
1874
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
-st
elen
00
03
3
NH
2013
9527
1-
stor
tke
ram
iek
faie
nce
onbe
kend
wan
dteg
el-
`Bla
uwe
deco
ratie
met
flor
ale
moti
even
. Dik
te:1
4 m
m.
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tor
gani
sch
sche
lp
sche
lp
niet
nad
er
gede
finie
erd
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
00
03
3
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lsi
ntel
onbe
kend
slak
--
00
01
1
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lijz
eron
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
cilli
nder
vorm
igen
aan
een
kan
t af
gesl
eten
vor
m. D
iam
eter
: 19
mm
. Len
gte:
43
mm
.0
00
11
NH
2013
9527
1-
stor
tm
etaa
lko
per
onbe
kend
mun
t-
-0
00
22
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-3
00
03
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
-2
00
02
124
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kpo
rcel
ein
Euro
pani
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
00
01
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dfle
s-
min
eraa
lwat
erkr
uik
10
00
1
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
Met
slib
vers
ieri
ng.
40
00
4
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
Buite
nkan
t is
bede
kt m
et
lood
glaz
uur
met
man
gaan
oxid
e.2
00
02
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-2
03
05
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
-D
e bu
itenk
ant i
s be
dekt
met
lo
odgl
azuu
r m
et k
oper
oxid
e.2
01
03
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndbo
rd-
-0
20
02
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndka
chel
pan
--
20
30
5
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kpi
jpaa
rde
Gou
dapi
jp (k
leip
ijp)
ovoi
deH
ielm
erk:
75
gekr
oond
. (17
28-
1867
)0
00
11
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
glas
glas
onbe
kend
fles
-G
roen
geti
nt g
las.
00
20
2
NH
2013
9627
-72
9m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kaa
rdew
erk
onbe
kend
baks
teen
-ge
lig b
akse
l ijs
sels
teen
00
01
1
NH
2013
9727
171
6m
achi
nale
aan
leg
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
De
binn
enzi
jde
doet
den
ken
aan
stad
tlohn
aard
ewer
k. D
e bu
itenk
ant d
oet d
enke
n aa
n fr
eche
naar
derw
erk.
10
00
1
NH
2013
9827
172
3sc
have
n vl
akke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
-st
eel
00
01
1
NH
2013
9827
172
3sc
have
n vl
akgl
asgl
ason
beke
ndfle
s-
groe
n ge
tint g
las
10
00
1
NH
2013
9927
172
3sc
have
n vl
akke
ram
iek
maj
olic
aon
beke
ndbo
rd-
-1
00
01
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-
Poly
chro
om b
esch
ilder
de
bloe
mpo
tteg
el 1
37 x
137
x 1
2 m
m; 1
620-
1640
uit
Jan
Plui
s D
e N
eder
land
se T
egel
blz
: 141
.0
00
11
125
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
-1
00
01
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
-Bu
itenk
ant i
s be
dekt
met
lo
odgl
azuu
r m
et k
oper
oxid
e.1
00
01
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndko
m-
-0
10
01
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-
Blau
we
besc
hild
erin
g: m
an
in h
arna
s bi
nnen
een
cir
kel.
Dik
te:1
0 m
m.
00
01
1
NH
2013
100
271
725
scha
ven
vlak
glas
glas
onbe
kend
fles
-gr
oen
getin
t gla
s0
01
01
NH
2013
101
271
716
scha
ven
vlak
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
niet
nad
er
gede
term
inee
rd-
Dec
orati
e in
de
vorm
van
tr
ansf
erpr
int i
n bl
auw
. met
ge
omet
risc
he e
n flo
rale
m
otiev
en.
10
00
1
NH
2013
101
271
716
scha
ven
vlak
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-2
00
02
NH
2013
101
271
716
scha
ven
vlak
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
-bu
itenk
ant b
edek
t met
lo
odgl
azuu
r m
et k
oper
oxid
e.0
01
01
NH
2013
101
271
716
scha
ven
vlak
kera
mie
kpi
jpaa
rde
Gou
dapi
jp (k
leip
ijp)
krom
stee
rtH
ielm
erk
TM g
ekro
ond
(178
0-19
60)
00
01
1
NH
2013
101
271
716
scha
ven
vlak
orga
nisc
hsc
help
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
00
01
1
NH
2013
102
271
742
scha
ven
vlak
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSi
egbu
rgfle
s-
min
eraa
lwat
erkr
uik
10
00
1
NH
2013
102
271
742
scha
ven
vlak
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)-
stee
l0
00
11
NH
2013
103
271
708
scha
ven
vlak
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ikte
: 7 m
m.
00
01
1
NH
2013
103
271
708
scha
ven
vlak
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dfle
s-
min
eraa
lwat
erkr
uik
10
00
1
NH
2013
103
271
708
scha
ven
vlak
glas
glas
onbe
kend
fles
-gr
oen
getin
t gla
s0
01
01
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27ke
ram
iek
Pste
engo
edSi
egbu
rgka
n-
-0
00
11
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27ke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
kan
-
licht
geel
gek
leur
d ba
ksel
. De
buite
nzijd
e is
bed
ekt m
et e
en
brui
n la
agje
ijze
reng
obe.
10
00
1
126
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lko
per
onbe
kend
hang
er-
rond
e ha
nger
met
een
ra
ndsc
hrift
: AG
NU
S D
EI (l
am
gsch
elp)
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lM
SNon
beke
ndsp
eelg
oed
-M
ogel
ijk v
oet v
an e
en
tinne
nsol
daat
je.
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
llo
odon
beke
ndlo
odje
-on
lees
bare
lood
jes
00
03
3
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lM
SNon
beke
ndde
ksel
-M
ogel
ijk e
en a
fgeb
roke
n lip
je
van
een
deks
el v
an e
en b
ierk
an.
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
llo
odon
beke
ndlo
odje
-
Lood
je m
et o
p de
ene
kan
t de
lett
er R
. Op
de a
nder
e ka
nt
staa
t: JS
H z
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lko
per
onbe
kend
knoo
p-
Platt
e ro
nde
knoo
p m
et o
og.
Dia
met
er: 1
7 m
m.
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
llo
odon
beke
ndst
olse
l-
-0
00
22
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lbr
ons
Ned
erla
ndm
unt
leeu
wen
cent
1878
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
lbr
ons
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-
rond
bol
vorm
ig tu
fste
enk
bron
s w
at m
ogel
ijk g
ebru
ikt i
s al
s ee
n re
para
tietu
fste
enk
van
een
kete
l of
iets
der
gelij
ks.
00
01
1
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27m
etaa
llo
odon
beke
ndko
gel
--
00
03
3
NH
2013
104
27-
-D
etc
WP
27 s
tort
WP
27or
gani
sch
sche
lpsl
aksl
akke
nhui
s-
-0
00
11
NH
2013
105
--
710
Aan
vke
ram
iek
porc
elei
nEu
ropa
kop
-
Dec
orati
e in
bla
uw m
et
Zwie
belm
uste
r de
cor.
De
binn
enka
nt b
ezit
verti
cale
ri
bbel
s0
01
01
NH
2013
105
--
710
Aan
vke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Wes
terw
ald
fles
-m
iner
aalw
ater
krui
k1
01
02
127
NH
2013
105
--
710
Aan
vke
ram
iek
indu
stri
eel
witb
akke
ndon
beke
ndbo
rd-
-0
01
01
NH
2013
105
--
710
Aan
vke
ram
iek
pijp
aard
eon
beke
ndpi
jp (k
leip
ijp)
-st
eel
gede
elte
lijk
bede
kt m
et
rade
ring
en.
00
01
1
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
bijn
a-st
eeng
oed
Sieg
burg
kan
--
01
00
1
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
dSi
egbu
rgka
n-
-1
00
01
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-oo
r0
00
11
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
rodi
erlij
k bo
takk
end
onbe
kend
pot
-M
et s
libve
rsie
ring
00
20
2
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Sieg
burg
fles
-m
iner
aalw
ater
krui
k0
01
01
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Frec
hen
kan
--
10
10
2
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
witb
akke
ndob
eken
dni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-0
01
01
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Wes
terw
ald
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
21
20
5
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
30
00
3
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
Stad
lohn
kan
-O
p de
bui
tenk
ant i
s de
lett
er A
in
de
leer
drog
e kl
ei g
edru
kt.
10
00
1
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
nke
ram
iek
stee
ngoe
d ge
glaz
uurd
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
--
20
00
2
NH
2013
106
--
-lo
sse
vond
sten
Str
ucto
ngl
asgl
ason
beke
ndfle
ska
lkoe
ngr
oen
getin
t gla
s0
01
01
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
met
aal
lood
onbe
kend
slab
--
00
02
2
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
met
aal
ijzer
onbe
kend
niet
nad
er
gede
finie
erd
-Vu
lvav
orm
ige
platt
e ri
ng L
engt
e:
8 cm
. Bre
edte
: bijn
a 5
cm.
00
01
1
128
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
met
aal
lood
onbe
kend
koge
lm
uske
tkog
elD
iam
eter
:1,5
cm
.0
00
11
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
met
aal
MM
EN
eure
nber
gm
unt
reke
npen
ning
reke
npen
ning
±18
de e
euw
. O
pde
ene
zijd
e st
aat e
en g
aand
e le
euw
met
daa
rond
er d
e le
tter
s RE
PF. O
p de
and
ere
zijd
e st
aat
een
man
netj
e di
e na
ar re
chts
ki
jkt.
00
01
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
glas
glas
onbe
kend
fles
-gr
oen
gekl
eurd
e fle
s0
10
01
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
pijp
(kle
ipijp
)st
eel
Een
frag
men
t is
dik
(!&
de e
ews)
m
et ra
deri
ngen
.0
00
33
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndbo
rd-
-0
01
01
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
kom
iw-k
om-6
kom
met
gep
looi
de ra
nden
. D
iam
eter
: 18
cm. H
oogt
e: 5
cm
.0
00
11
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kgr
ijsba
kken
don
beke
ndsc
haal
--
01
00
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
Enge
lsko
piw
-kop
-2
Blau
we
deco
ratie
in
tran
sfer
prin
t met
aan
de
bui
tenk
ant e
en
land
scha
psta
fere
el e
n aa
nde
binn
enka
nt g
eom
etri
sche
m
otiev
en. o
p de
ond
erka
nt is
va
ag d
e de
corn
aam
te le
zen.
W
illow
... D
iam
eter
: 10
cm.
Hoo
gte:
6 c
m.
00
01
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
kop
iw-k
op-1
besc
hild
erin
g in
gro
en, b
lauw
en
gee
l met
flor
ale
moti
even
. D
iam
eter
: 7 c
m.
01
00
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
kom
-M
et p
arel
rand
01
00
1
129
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
bord
iw-b
or-3
Paar
se d
ecor
atie
in
tran
sfer
prin
t. O
p de
spi
egel
een
la
ndsc
hap
met
een
fonti
jn o
p de
ra
nd fl
oral
e m
otiev
en. H
oogt
e:
2,5
cm.
00
01
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kw
itbak
kend
Frec
hen
bord
--
01
00
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdra
eren
kan
--
01
00
1
NH
2013
107
21-
674
-laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSi
egbu
rgfle
sm
iner
aal
wat
erkr
uik
gevl
amd
10
00
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdW
este
rwal
dko
m-
Dia
tete
r: 1
8 cm
. Hoo
gte:
7 c
m.
00
01
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSi
egbu
rgka
n-
-0
01
01
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnka
n-
-3
00
03
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnka
n-
de b
uite
nkan
t is
bede
kt m
et
leem
glaz
uur
10
01
0
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnka
n-
baar
dman
met
ste
mpe
l0
10
01
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndgr
ape
--
01
11
3
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-2
01
02
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndsc
haal
-of
ver
giet
. met
bru
ine
vlek
ken.
01
00
1
NH
2013
107
21-
674
laag
19
/ S6
74 k
uil i
n zu
idpr
ofiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
dm
et
slib
vers
ieri
ngbo
rdr-
bor-
2
Vlag
ver
sier
d m
et z
igza
glijn
. D
iam
eter
: 18
cm. H
oogt
e: 3
,5
cm.
00
01
1
NH
2013
108
21-
691
(loss
e) b
akst
een
v.
muu
rwer
k (t
usse
n be
ide
putt
en)
kera
mie
kba
kste
enon
beke
ndba
kste
en-
Leng
te: 2
2 cm
. Bre
edte
: 10,
5 cm
. Dik
te: 5
cm
.0
00
11
130
NH
2013
109
221
709
naas
t gre
ppel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdon
beke
ndka
n-
-0
01
01
NH
2013
109
221
709
naas
t gre
ppel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
bord
--
00
10
1
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kin
dust
riee
l w
itbak
kend
onbe
kend
deks
el-
Dia
met
er: o
ngev
eer
12 c
m.
Dco
ratie
in re
lief:
pare
lrand
op
onge
veer
een
cen
timet
er v
an
de ra
nd. D
ecor
atie
in b
lauw
la
ndsc
hapj
e en
geo
met
risc
he
moti
even
.0
00
11
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndgr
ape
-D
iam
eter
: 23
cm. B
uite
nkan
t ni
et g
egla
zuur
d.0
00
11
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-2
20
04
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndbo
rd-
Met
slib
vers
ieri
ng: l
ijnen
en
een
groe
ne z
igza
glijn
. Dia
met
er: 3
4 cm
.0
10
01
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
leks
chaa
l-
-1
00
01
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kw
itbak
kend
obek
end
niet
nad
er
gede
finie
erd
-ha
fner
achti
g ba
ksel
01
00
1
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
Gou
dake
tel
ovoi
deH
ielm
erk;
5 g
ekro
ond
(167
7-18
45)
00
01
1
131
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kpi
jpaa
rde
onbe
kend
stee
l-
-0
00
11
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdSt
adlo
hnni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-1
01
02
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
glas
glas
onbe
kend
fles
-Li
chtg
roen
geti
nt g
las.
Met
sc
henk
tuit.
01
00
1
NH
2013
110
--
-
bij v
rijle
ggen
muu
rwer
k zw
terr
ein
(Str
ucto
n) b
ij IJs
sel
stee
ntu
fste
enon
beke
ndbo
uwm
ater
iaal
-ra
amsti
jl?0
00
11
NH
2013
111
21-
707
uit p
uinl
aag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-
Dec
or k
omt h
et d
icht
st in
de
buur
t van
: A.0
5.04
.05
drie
tulp
in
acco
lade
smet
vle
ugel
blad
. Jan
Pl
uis
blz:
417
Dik
te: o
ngev
eer
1 cm
.0
00
22
NH
2013
111
21-
707
uit p
uinl
aag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ikte
: 7 m
m.
00
02
2
NH
2013
111
21-
707
uit p
uinl
aag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-
Dec
orati
e in
bla
uw: A
.03.
01.1
7 La
ndsc
hap
op la
nd; h
oekm
otief
: sp
in 1
680-
1930
Jan
Plui
s bl
z:
366.
dik
te: 7
mm
.0
00
11
NH
2013
111
21-
707
uit p
uinl
aag
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-H
oekm
otief
: sp
in d
ikte
: 7 m
m.
00
01
1
NH
2013
111
21-
707
uit p
uinl
aag
kera
mie
km
ajol
ica
onbe
kend
bord
-D
ecor
atie;
in b
lauw
10
00
1
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
-7
10
08
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
met
slib
laag
aan
de
binn
enka
nt1
00
01
132
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ecor
atie;
in b
lauw
. H
oekm
otief
: spi
n. D
ikte
:12
mm
.0
00
22
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-di
kte:
7 m
m.
00
010
10
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kfa
ienc
eon
beke
ndw
andt
egel
-D
ecor
atie:
in b
lauw
; lan
dsch
ap.
Dik
te:
7 m
m.
00
04
4
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kba
kste
enXX
Xba
kste
en-
geel
bak
sel
00
01
1
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndda
kpan
--
00
02
2
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
kera
mie
kro
dier
lijk
bota
kken
don
beke
ndda
kpan
-ge
glaz
uurd
00
01
1
NH
2013
112
22-
695
uit p
uinl
aag
wes
tpro
fiel
stee
nle
iste
enon
beke
ndda
klei
--
00
02
2
NH
2013
113
22-
-zo
ne o
ost v
an S
710
kera
mie
kw
itbak
kend
Frec
hen
bord
-D
iam
eter
: 35
cm.
01
00
1
NH
2013
113
22-
-zo
ne o
ost v
an S
710
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdon
beke
ndni
et n
ader
ge
defin
ieer
d-
Stad
tlohn
achti
g ba
ksel
met
st
empe
l:....
COM
...1
00
01
NH
2013
113
22-
-zo
ne o
ost v
an S
710
kera
mie
kst
eeng
oed
gegl
azuu
rdLa
nger
weh
eka
n-
-1
00
01
NH
2013
113
22-
-zo
ne o
ost v
an S
710
kera
mie
kpi
jpaa
rde
Gou
dake
tel
ovoi
deH
ielm
erk:
62
gekr
oond
(173
2-18
16)
00
01
1
133