Post on 22-Mar-2021
DE BIDDELOO-JAREN • SWORD AND SORCERY "
WILLY VANDERSTEEN
Alle verhalen van De Rode Ridder zijn met hun originele belettering, zoals ze destijds in de eerste albums uit de reeks verschenen, opgenomen in deze integrale bundeling. Er is resoluut voor authenticiteit gekozen, zelfs als dat niet in overeenstemming is met de spellingsregels van het hedendaagse Nederlands. Fouten tegen onder meer de dt-regel werden dus ook ongemoeid gelaten.
© 2020 Standaard UitgeverijFranklin Rooseveltplaats 12, 2060 Antwerpen
Lay-out: Leuk Ontwerp!Opmaak dossier: David SteenhuyseMet dank aan Ivo De Wispelaere
www.standaarduitgeverij.beinfo@standaarduitgeverij.be
Alle rechten van reproductie, vertaling en aanpassing zijn uitdrukkelijk voorbehouden voor alle landen.
D/2020/0034/53ISBN 978 90 02 26945 5
33
Bio BiddelooKarel Biddeloo wordt geboren in 1943, in
Wuustwezel. Hij brengt zijn eerste levensjaren
door in de toenmalige kolonie Belgisch-Congo.
Zijn eerste tekeningen maakt hij voor zijn eerste,
helaas onbeantwoorde jeugdliefde.
Na zijn studies aan het Stedelijk Instituut
voor Sierkunsten en Ambachten in Antwerpen,
en zijn dienstplicht, kan hij als reclameschilder
beginnen bij de warenhuisketen Grand Bazar.
De start van zijn grafische carrière loopt dus een
beetje gelijk met die van Willy Vandersteen, die als
etaleur-decorateur begon voor de Innovation, een
warenhuis in Antwerpen. Biddeloo oefent nog en-
kele jobs uit in deze sector, vooraleer hij zijn kans
waagt bij Vandersteen. Hij is echter te verlegen
om zelf te solliciteren en bang om afgewezen te
worden. Een collega legt daarom in zijn plaats de
nodige contacten en wonder boven wonder mag
Biddeloo op gesprek gaan. Hij hoeft daarvoor niet
naar Kalmthout te gaan: Vandersteen spreekt
met hem af in Taverne Marcel, een van zijn vaste
stekken wanneer hij op maandagavond uitgaat.
Vandersteen kan Biddeloo niet direct aanne-
men, maar belooft hem te contacteren wanneer hij
nieuwe mensen nodig heeft. In februari 1967 is het
zover, Biddeloo kan beginnen als potloodschetser
in de pas opgestarte Studio Bessy die losstaat
Afscheid van ArthurDe Wilde Jacht (deel 37, 1968) markeert een nieuwe periode voor de reeks die ondertussen al negen jaar loopt. Verschillende tekenaars hebben De Rode Ridder onder handen genomen, vaak maar voor enkele jaren. Er zijn soms grote stijlverschillen terug te vinden in het werk dat Karel Verschuere, Eduard De Rop, Frank Sels en Willy Vandersteen zelf afleverden. Voor De Zwarte Roos (deel 36, 1968) namen verschillende medewerkers van Studio Vandersteen een deel van het werk op zich. Het album bevat dan ook een mengelmoes van stijlen. Grafisch is De Rode Ridder op dat moment stuurloos. Tot Karel Biddeloo zijn opwachting maakt. Hij neemt de reeks vanaf De Wilde Jacht onder zijn hoede, voorlopig nog steeds op scenario van Vandersteen. door Ivo De Wispelaere
Een beeld met getrokken zwaarden zegt voldoende. Er heerst tweespalt onder de ridders van de Ronde Tafel in het verhaal De Barst in de Ronde Tafel (deel 40, 1969).
54
van Studio Vandersteen in Kalmthout. Studio
Bessy, gevestigd in de Grétry straat in Antwerpen,
staat onder leiding van Karel Verschuere, toeval-
lig de tekenaar van de eerste delen van De Rode
Ridder. Verschuere moet mensen opleiden en de
productie coördi neren. Scenarioschrijvers leve-
ren de verhalen aan, waarna Verschuere ze op
ware grootte uitschetst, composities bedenkt en
decors toevoegt. Potloodtekenaars zoals Biddeloo
en Edgar Gastmans werken ze dan volledig uit.
Vervolgens zijn de inkters aan de beurt. De pro-
ductie voor de Duitse uitgever Bastei loopt echter
in het honderd. Verschuere is geen efficiënte baas
en wordt berucht om zijn woede-uitbarstingen.
Uiteindelijk gaan Gastmans, Biddeloo en Frank
Sels (die na zijn mislukt solo avontuur terug aan-
genomen is) klagen bij Vandersteen over de sfeer
en de werking van de studio.
Vandersteen zit verveeld met de situatie.
Verschuere is een medewerker van het eerste
uur. Samen hebben ze de reeks Bessy opgestart,
onder het gezamenlijke pseudoniem Wirel. Toen
Verschuere na persoonlijke problemen zijn werk
niet meer aankon, heeft Vandersteen hem De
Rode Ridder uit handen genomen om de werk-
druk wat te verlichten. Door hem de leiding over
Studio Bessy te geven, biedt hij hem een nieuwe
kans, maar het loopt weer verkeerd af.
Uiteindelijk doen Sels en Gastmans
Vandersteen een voorstel. Sels staat bekend
als een heel snel en efficiënt tekenaar. Hij en
Gastmans gaan samen wekelijks één Bessy-
verhaal afwerken. Dat ritme kunnen ze aan.
Enkel de scenario’s moeten nog aangeleverd wor-
den. Vandersteen gaat akkoord en ontslaat de rest
van de Bessy-ploeg, waaronder dus ook Biddeloo
en Verschuere.
Biddeloo is nog steeds te onzeker om voor
zichzelf op te komen. Zijn moeder gaat hem
daarom persoonlijk bij Vandersteen aanprijzen.
Hij krijgt een tweede kans in Kalmthout, op
een kwartiertje rijden van Wuustwezel, waar hij
woont. Vandersteen heeft gezien dat Biddeloo
feeling heeft voor realistische series. Nog belang-
rijker is dat hij zijn deadlines kan halen, wat een
opsteker is voor de dagelijkse krantenpublicatie.
Het einde van De Rode Ridder?Eind 1968 heeft Willy Vandersteen een aantal
realistische series lopen: Biggles, Bessy, Karl May
en De Rode Ridder.
Bessy is sinds het eerste avontuur in 1952 een
succes. De reeks is geïnspireerd op de populaire
Lassie-films uit die tijd, maar speelt zich af in
de periode van het Wilde Westen. De nadruk ligt
niet zozeer op klassiek cowboygeweld, maar op
de interactie tussen mensen en dieren, blanken
en indianen. De insteek is bij momenten eerder
pedagogisch. De strip verschijnt oorspronkelijk
in de Franstalige krant La Libre Belgique en een
jaar later in het weekblad Ons Volk. Publicaties in
Katholieke Illustratie (vanaf 1955) in Nederland,
Het Belang van Limburg (vanaf 1959) en Gazet
van Antwerpen (vanaf 1960) volgen in de jaren
daarna. De reeks wordt in 1965 ook verkocht
aan een Duitse uitgever, voor wie Studio Bessy
In januari 1969 is deze strook uit het Suske en Wiske-verhaal De Briesende Bruid in De Standaard en Het Nieuwsblad te lezen. Karel Biddeloo (net naast de burgemeester in de eerste prent) en andere medewerkers van Studio Vandersteen zijn genodigden op de burgerlijke huwelijksplechtigheid van Sidonia.
54
(met onder andere Biddeloo) eerst tweewekelijks
en daarna wekelijks een nieuw verhaal uit de
mouw schudt. De beste verhalen uit deze weke-
lijkse productie worden later bewerkt om in de
Nederlandstalige reeks Bessy te verschijnen.
Karl May (vanaf 1962) is Vandersteens andere
grote western serie. De hoofdpersonages zijn geba-
seerd op de figuren uit de romans van de Duitse
schrijver Carl Friedrich May alias Karl May. De
rechten op zijn verhalen komen in deze periode
vrij en Vandersteen waagt zich aan een stripversie
van de helden Winnetou en Old Shatterhand, die
May creëerde. Aanvankelijk baseert Vandersteen
zijn stripverhalen op de oorspronkelijke verhalen,
maar al snel geeft hij er zijn eigen draai aan. Karel
Verschuere en Eduard De Rop werken mee aan
deze reeks, die ook in de kranten De Standaard en
Het Nieuwsblad wordt voorgepubliceerd aan een
ritme van een halve bladzijde per dag, of drie blad-
zijden per week. Later, vanaf De Zilverbuks (deel
14, 1966), verhuist de reeks naar de wekelijkse
kinderbijlage Pats, waardoor er maar twee blad-
zijden per week meer gemaakt moeten worden.
Zowel Bessy als Karl May zullen lopen tot in de
jaren 1980.
In 1965 stelt Vandersteens uitgever voor om van
de romanheld Biggles een stripversie te maken. De
rechten op deze vliegeniersreeks van W.E. Johns ko-
men dat jaar namelijk vrij en er is plaats in de krant.
De reeks spreekt Vandersteen niet direct aan, maar
omdat de studio moet blijven draaien, hapt hij toch
toe. “Bij mij moet een reeks geboren worden van-
uit een drang”, zegt Vandersteen in 1976, “Een op-
dracht ligt mij niet.”1 Deze reeks wordt Vandersteen
opgedrongen, maar hij denkt aan zijn studio: “We
houden er mensen mee aan het werk.” Zoals steeds
nemen deze mensen de reeksen snel over wanneer
Vandersteen ze beu is. Het thema van de romans
rond de (oorlogs)avonturen van een piloot van de
RAF breidt Vandersteen uit naar internationale
spionage, misdaad en exotiek.
De Rode Ridder is de vierde realistische reeks
die Vandersteen produceert. Deze reeks is, dixit
Vandersteen, “wel een initiatief van mijzelf”. Toch
heeft hij het gevoel dat het thema van de reeks in-
tussen compleet uitgemolken is. De Rode Ridder
is nog steeds in dienst van koning Arthur, maar
deze laatste komt er eigenlijk niet meer aan te pas.
Johan heeft het hof van Arthur de facto verlaten na
Mysterie te Camelot (deel 30, 1966). Dat verhaal
Karel Biddeloo werkt mee aan de westernreeks Karl May vanaf De Hoornblazer (deel 19, 1968), de spionagereeks Biggles met Objectief Boomerang (deel 13, 1968) en uiteraard De Rode Ridder. Officieel tekent hij mee aan De Rode Ridder vanaf De Wilde Jacht, maar vermoedelijk springt hij ook al bij voor De Zwarte Roos (deel 36, 1968). Wanneer Vandersteen de Rode Ridder en koning Arthur beu raakt, levert Biddeloo voor De Barst in de Ronde Tafel (deel 40, 1969) een deel van de synopsis. Vandersteen ziet dat Biddeloo ook verhalen kan bedenken en vanaf Drie Huurlingen (deel 44, 1969) mag hij ook de scenario’s leveren. Ondertussen werkt hij ook nog mee aan de andere realistische reeksen van Studio Vandersteen. Biggles wordt echter al in 1970 stopgezet, en Biddeloo krijgt de nieuwe reeks Safari mee onder zijn hoede. Na 1977 stoppen ook zijn bijdrages aan Karl May. Vanaf dan houdt hij zich exclusief bezig met De Rode Ridder. Onder Biddeloo zal de reeks evolueren van een klassieke ridderreeks naar sword & sorcery, een variant op fantasy met veel schaars geklede dames en agressieve spierbundels, sciencefiction en zelfs horror. De aanpak van Biddeloo doet de verkoopcijfers stijgen.Net zoals de Rode Ridder blijft Biddeloo tot het bittere einde zijn plicht vervullen. Hij sterft op 7 juni 2004, nadat hij het verhaal Gog en Magog (deel 206, 2004) heeft afgewerkt.
De eerste albums van Karel Biddeloo bij Studio Vandersteen
DEEL 37
DE WILDE JACHT"
19
52
DEEL 38
DE VERZONKEN KLOK"
55
88
DEEL 39
NOODKREET UIT CAMBOR"
9190
124
DEEL 40
DE BARST IN DE RONDE TAFEL"
127
160
DEEL 41
DE LAATSTE DROOM"
163
196
DEEL 42
HET TESTAMENT"
199