Post on 22-Jul-2016
description
Focussen, prioriteren, uitvoeren
Jaarverslag
mei 2015
2014
Realiseren in een nieuwe realiteit -
Focussen, prioriteren, uitvoeren
Jaarverslag 2014
mei 2015
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142
Colofon
Datum mei 2015
Oplage Digitaal
Coördinatie en productie eenheid Bedrijfsvoering
Fotografie provincie Overijssel
Vormgeving Meindertsma creative company, Zwolle
Vragen
Dhr. R. Scheutjens
Telefoon 038 499 89 57
MP.Scheutjens@overijssel.nl
Dhr. H.J. Vorenkamp
Telefoon 038 499 90 95
H.Vorenkamp@overijssel.nl
Redactieadres
Provincie Overijssel
Luttenbergstraat 2
Postbus 10078
8000 GB Zwolle
Telefoon 038 499 88 99
Fax 038 425 48 88
postbus@overijssel.nl
www.overijssel.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3
Inhoudsopgave
1 Inleiding 4
2 Kerntaken 14
2.1 Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer 17
2.2 Milieu en energie 32
2.3 Inrichting landelijk gebied 46
2.4 Regionale bereikbaarheid, regionaal OV 64
2.5 Regionale economie 80
2.6 Culturele infrastructuur en monumentenzorg 96
2.7 Kwaliteit openbaar bestuur 107
2.8 Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken 117
2.9 Gebiedsontwikkelingen 130
3 Paragrafen 138
3.1 Provinciale heffingen 139
3.2 Weerstandsvermogen 144
3.3 Kapitaalgoederen 148
3.4 Financiering 150
3.5 Bedrijfsvoering 158
3.6 Verbonden partijen 169
3.7 Grondbeleid 199
4 Jaarrekening 2014 208
4.1 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering 209
4.2 Overzicht van baten & lasten 211
4.3 Toelichting op het overzicht van baten & lasten 212
4.4 Balans 230
4.5 Toelichting op de balans 232
4.6 Personeelsgebonden lasten 302
4.7 Single information, Single audit (SiSa) 307
5 Provinciale organisatie 308
5.1 Provinciale Staten 309
5.2 College van Gedeputeerde Staten 309
5.3 Ambtelijke organisatie 311
6 Woordenlijst 314
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 320
Bijlagen
Bijlage 1 Incidentele lasten en baten 326
Bijlage 2 SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de
Regeling informatieverstrekking SiSa 334
Bijlage 3 Kracht van Overijssel + DIA + IIO 340
Provincie Overijssel Jaarverslag 201444
H1
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5
2014 was het laatste volle jaar in deze collegeperiode. Het hoofdlijnen-
akkoord waar we de afgelopen vier jaar vol overgave aan hebben gewerkt
kenmerkte zich door een open uitnodiging aan de Overijsselse samen-
leving, onze partners, andere overheden en alle partijen in uw Staten om
de kracht van Overijssel te behouden en verder te ontwikkelen. Rentmees-
terschap, vrijheid en verantwoordelijkheid waren hierbij onze leidmotieven.
We wilden vanuit een andere benadering, passend bij de veranderende
samenleving, de maatschappelijke opgaven in gezamenlijkheid oppakken.
Het is ons gelukt om de realisatie van het hoofdlijnenakkoord goeddeels
af te ronden terwijl er veel rumoer over de inrichting van ons staatsbestel
was en ons takenpakket behoorlijk wijzigde. Ook staat de Overijsselse
economie nog altijd fors onder druk en zien onze voornaamste partners
zich geconfronteerd met een steeds beperktere investeringsruimte. Het
besef van belang van vitale samenwerking is daardoor groter dan ooit,
de kwetsbaarheid ervan evenzeer.
In de afgelopen collegeperiode 2011 - 2014 is middels het investeringsprogramma Kracht van
Overijssel een bedrag van ruim € 531 miljoen aan projectgelden geïnvesteerd in de Overijsselse
samenleving. Maatschappelijke opgaven op het gebied van o.a. regionale economie, bereikbaarheid,
milieu en energie, inrichting landelijk gebied, netwerksteden en ruimtelijke ordening hebben in deze
periode forse impulsen gekregen. Over de gehele periode is in totaal bijna 90% van het begrote
investeringsbedrag daadwerkelijk besteed. Daarmee zijn belangrijke, vaak langjarige, projecten
en ontwikkelingen in gang gezet, en deels in de afgelopen jaren tot realisatie gekomen. In andere
gevallen zijn onomkeerbare stappen tot realisatie gezet.
In 2014 werd het natuurbeleid verder naar de provincies gedecentraliseerd, is een behoorlijk deel
van de WABO-bevoegdheden overgegaan naar gemeenten, droegen provincies de jeugdzorgtaken
over, bereidden gemeenten zich voor op de decentralisaties in het sociale domein en werd de Wgr+
status opgeheven. Deze ontwikkelingen zorgen voor verschuivingen in het formele takenpakket
van provincies en gemeenten, maar maken ook dat de bestuurlijke verhoudingen binnen Overijssel
veranderen.
Daarnaast vroeg de meer horizontaal georiënteerde samenleving een andere rolinvulling van ons als
provincie om de maatschappelijke opgaven adequaat op te pakken. Het in IPO-verband vastgestelde
Kompas 2020 herbevestigde onze samenwerkingsstijl en resulteerde in een verdere concretisering
van ons profiel voor onze partners. Veel van onze ambities hebben we weten te realiseren. Niet
alleen dankzij onze eigen inzet, maar bovenal omdat we er vaker in slagen om de energie van onze
partners tijdig te (h)erkennen en daarbij aansluiting te vinden. Steeds meer komen we vroegtijdig
in gesprek met inwoners, het bedrijfsleven, onderwijsinstellingen, maatschappelijke organisaties,
en medeoverheden. Zo trekken we met een veelheid aan partners op in het programma Samen
werkt Beter, ontwikkelen we in gezamenlijkheid een koers voor de verdere versterking van de Regio
Zwolle, dragen we actief bij aan het pakken van de kansen zoals geschetst door de commissie van
Inleiding
Hoofdstuk 1Inleiding
1.
Provincie Overijssel Jaarverslag 201466
Wijzen en geven we via het initiatief ‘ruimte voor ruimdenkers’ creatieve ondernemers de kans met
onorthodoxe ideeën te komen over leegstand. Van voorkantsturing naar voorkantsamenwerking!
Wat hebben we bereikt?In hoofdstuk 2 van dit jaarverslag geven we per kerntaak aan welke ambities we hebben gereali-
seerd. In de inleiding informeren we u over enkele meest in het oog springende resultaten.
Revisie Omgevingsvisie – In 2014 hebben we een start gemaakt met de Revisie van de Om-
gevingsvisie. Juni 2014 hebben we in overleg met u de reikwijdte bepaald van de revisie. Voor
vier majeure thema’s –transitie agro & food, logistiek, leefomgeving en ruimtelijke kwaliteit in be-
staand bebouwd gebied en energietransitie - brengen we samen met onze partners in kaart wat
de maatschappelijke opgave is en wat onze rol en ambitie zou kunnen zijn bij deze verschillende
thema’s. We geven de uitwerking vorm door actief de dialoog aan te gaan via huiskamer- en
rondetafelgesprekken. Daarnaast wordt de Omgevingsvisie geactualiseerd op gewijzigd beleid en
wet- en regelgeving, waaronder de 3D benadering van de ondergrond.
Reprogrammeren woon- en werklocaties – De regionale woonvisies zijn in 2014 voltooid.
Vanuit een gezamenlijk besef dat het geprogrammeerde woning- en werklocatiesaanbod
onvoldoende aansluit bij de vraag vormen de woonvisies een opmaat naar nieuw op te stellen
woonafspraken in 2015. Ten aanzien van de werklocaties zetten we onder meer via de subsi-
dieregeling ‘Aanpak Leegstand Kantoren’ en Herstructeringsmaatschappij Bedrijventerreinen
Overijssel in op het beter matchen van vraag en aanbod. Het matchen van het verwachte vraag
en aanbod blijkt ook bij het Regionaal Bedrijventerrein Twente een lastige opgave te zijn. Om
hier beter inzicht in te krijgen, zijn onderzoeken verricht door onafhankelijke bureaus. Dit heeft
geleid tot aanbevelingen en een aanpassing van de grondexploitatie om deze toekomstbestendig
te maken. Tevens wordt via de revisie van de Omgevingsvisie het instrumentarium herijkt om
actiever te kunnen sturen op de bestaande overprogrammering. Voor het perspectief op herstel
is het noodzakelijk dat doortastende keuzes worden gemaakt door alle betrokkenen.
Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid – De gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid omvat het pro-
ject Ruimte voor de Rivier, de herontwikkeling van het recreatiegebied Roggebot en de agrarische
structuurversterking. Voorjaar 2014 hebben we de 18 bestemmingsplannen en hoofdvergunningen
voor beroep ter inzage gelegd. Daarnaast hebben we in september de realisatie van het project via
een innovatieve aanbestedingsprocedure gegund aan de aanneemcombinatie Isala Delta. Tevens
hebben we voortgang geboekt bij de minnelijke verwerving van het merendeel van de laatste beno-
dige percelen. Desondanks moeten naar verwachting circa 4 percelen worden onteigend en zal voor
één perceel ontpachting op basis van de Pachtwet nodig zijn. Voor het recreatiegebied Roggebot
hebben we een optie- en een exploitatieovereenkomst voorbereid met een marktpartij. Het project
agrarische structuurverbetering is in november 2014 afgerond.
Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente – Er wordt volop gewerkt aan de uitvoering van de
13 initiatieven die vanuit de samenleving zijn opgezet. De 13 projecten maken Noordoost-Twente elk
op hun eigen manier sociaaleconomisch sterker. Ze verbeteren de ruimtelijke kwaliteit en de werkge-
legenheid, arbeidsparticipatie, duurzaamheid, leefbaarheid in de kernen . De initiatiefnemers hebben
in totaal 120 ambassadeurs van hun projecten gevonden. Er is kortom draagvlak. Deze initiatieven
zijn een mooi voorbeeld van de nieuwe rolverdeling tussen overheid en samenleving. Als bewoners
en ondernemers echt iets willen, komen er projecten van de grond en is een rol van de overheid als
trekker overbodig en kan volstaan worden met een beperkte financiële bijdrage of faciliterende rol.
Nieuwe Energie – In 2014 is besloten het lopende programma Nieuwe Energie te herijken om
zodoende een verdere impuls te geven aan het vergroten van het aandeel hernieuwbare energie.
Daarnaast hebben we een start gemaakt met het ontwikkelen van beleidsvarianten hoe we na
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7
Hoofdstuk 1Inleiding
beëindiging van het huidige programma onze ambities vorm zouden kunnen geven. Twee tastbare
mijlpalen in 2014 als uitvloeisel van onze inspanningen waren het realiseren van de 10.000e woning
in de provincie die verduurzaamd is en de start van de bouw van de Pyrolisefabriek in Hengelo.
Het saneren van asbest – We hebben op meerdere fronten forse stappen gezet in de sanering
van de aanwezige asbestproblematiek. Stappen waarvan het belang onder meer onderstreept
wordt door de aankondiging van het ministerie dat per 1 januari 2024 een verbod ingesteld wordt
op asbesthoudende daken. Meer concreet heeft onze energie zich in 2014 gericht op het daad-
werkelijk saneren van de genoemde problematiek, maar ook op de intentieovereenkomst voor de
aanpak van verwijdering van asbestdaken op bedrijventerreinen, de subsidieregeling ‘asbestdaken
eraf, zonnepanelen erop’ en de succesvolle lobby richting het Rijk om ook voor de komende jaren
substantiële financiële steun te verwerven voor het realiseren van deze ambitie. Daarnaast heeft de
staatssecretaris op 30 oktober 2014 de schriftelijke toezegging gedaan om voor de periode 2016-
2020 een bedrag van 38 miljoen euro ter beschikking te stellen voor de meest risicovolle asbestbo-
demsaneringslocaties binnen de provincie Overijssel.
Programma mobiliteit – De verschillende onderdelen van het KvO-programma mobiliteit heb-
ben grotendeels hun besluitvorming gekend en bij een aantal is zelfs de realisatie al gestart.
Het betreft een veelheid aan investeringen. Denk hierbij aan de treindienst Hengelo-Bielefeld,
knooppunt Herfte, de elektrificatie spoor Zwolle-Enschede, en de ongelijkvloerse kruisingen N35
bij Nijverdal. Daarnaast is voor de N35 Wijthmen-Nijverdal een maatregelenpakket opgesteld
ter verbetering van de verkeersveiligheid en bevordering van de doorstroming. Met het Rijk zijn
afspraken gemaakt over de versterking van een aantal bruggen over de Twentekanalen. Via het
programma ketenmobiliteit is een verdere impuls gegeven aan het beter op elkaar laten aanslui-
ten van vervoersmodaliteiten, stimulering van de fiets en gedragsbeïnvloeding.
Herijking openbaar vervoer – In 2014 hebben we flinke stappen gezet in de transitie van het
openbaar vervoer. De gewijzigde vraag, de nieuwe mogelijkheden qua aanbod in combinatie met
het terugdringen van exploitatietekorten onderschrijven het belang van deze ombouw. Om de
ombouw mogelijk te maken hebben uw Staten extra middelen beschikbaar gesteld. De eerste ef-
fecten hebben hun doorvertaling gevonden in de dienstregeling van december 2014. Samen met
de al eerder genomen maatregelen bij de regiotaxi draagt dit substantieel bij aan het realiseren
van de voorgenomen efficiencyslag voor 2015.
N340 – In april 2014 hebben uw Staten een herzieningsbesluit genomen over de N340/N48
en de N377. Dit betekende een herziening van scope en budget van het project. Het project
bevindt zich in de fase van planvoorbereiding waarbij een ontwerp tot stand gebracht wordt dat
past binnen de kaders zoals door uw Staten is gedefinieerd. Specifieke aandachtspunten daarbij
zijn de inpasbaarheid binnen het budget en mogelijk langere doorlooptijd van het project door
grondverwerving.
Vervangingsinvesteringen – Het meerjarige beheerplan voor de provinciale infrastructuur
is december 2014 vastgesteld door uw Staten. In dit beheerplan is concreet bepaald wat het
kwaliteitsniveau is voor het onderhoud van de wegen, de kunstwerken en de waterwegen met
bijbehorende voorzieningen. Hiermee zijn de benodigde middelen voor beheer en onderhoud
en vervanging van de infrastructuur voor de periode 2016 t/m 2019 beschikbaar gesteld. Het
aanvullend benodigde bedrag als gevolg van de doorwerking van het Bouwbesluit 2012 voor
kunstwerken wordt in 2015 ter bespreking aangeboden.
Programma Aanpak Stikstof (PAS) – In 2014 is veel energie gestoken in het tot stand brengen
van de PAS. Zo hebben we in IPO-verband overeenstemming bereikt met het Rijk over de inhoud
en afronding van de PAS. Ook hebben we voor alle gebieden in Overijssel een gebiedsanalyse
Provincie Overijssel Jaarverslag 201488
opgesteld waarin uitgewerkt is welke maatregelen uitgevoerd moeten worden om de economi-
sche ontwikkelingsruimte en het behalen van natuurdoelen zeker te stellen. Hiermee hebben we
een aantal belangrijke stappen gezet in het borgen en verder ontwikkelen van de balans van een
veerkrachtige natuur en gezonde economie.
Ontwikkelopgave Ecologische Hoofdstructuur (EHS) / Natura2000 – In 2014 hebben uw
Staten € 750 miljoen beschikbaar gesteld voor de realisatie van de ontwikkelopgave Natura2000
en daarbij de spelregels voor de inzet van de Uitvoerinsgreserve EHS bepaald. Onze ambitie is de
Natura2000-gebieden toekomstbestendig in te bedden via het deels opnieuw inrichten van zo’n
4200 hectare grond. Op deze wijze wordt de balans verbeterd tussen economische ontwikkelin-
gen en ecologische draagkracht. Noodzakelijke herstelmaatregelen vinden in de gebieden zelf
plaats. Het afgelopen jaar hebben we al een start gemaakt met de verwerving van gronden op
basis van vastgestelde verwervingsplannen.
Transitie Dienst Landelijk gebied – Ter verdere versterking van de positie van de provincie in
het natuurdomein is in het onderhandelingsakkoord Natuur overeengekomen dat de Dienst Lan-
delijk gebied (DLG) 1 januari 2015 deels over zal gaan naar de provincies. Deze overgang omvat
voor ons 45 fte, € 4.650.000 budget en circa 2000 hectares. Het afgelopen jaar hebben we de
voorbereidingen getroffen om deze overgang soepel te laten verlopen zodat de voltooiing per
1 maart 2015 mogelijk is.
Agro & food – Najaar 2014 hebben we via meerdere rondetafelgesprekken scherpte georgani-
seerd op de vraag op welke wijze de de provincie bij kan dragen aan het creëren van een klimaat
waarin de innovatiekracht en de kwaliteit van de fysieke leefomgeving versterkt worden en de
toegevoegde waarde van de agro & foodsector groeit. Uit deze gesprekken kwam naar voren
dat onze inbreng van ons zich primair zou moeten richten op het stellen van heldere kaders en
aan de voorkant duidelijk markeren waar de vrije ruimte zich bevindt om innovaties mogelijk te
maken. Deze koers hebben we verwerkt in een visie op hoofdlijnen die verder zijn verankering
vindt in de revisie van de Omgevingsvisie en in een nieuw uitvoeringsprogramma agro & food.
Regionale economie – In 2014 is op verzoek van uw Staten de tussenbalans regionaal eco-
nomisch beleid uitgevoerd. Het bevorderen van innovatie in het Overijssels bedrijfsleven via de
regionale innovatieloketten en de open innovatiecentra slaat aan. Er zijn vouchers verleend aan
68 MKB-bedrijven en er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de aangeboden diensten. Een
prachtige mijlpaal was de opening van het Kennispark in the Gallery van de Universiteit Twente
in april door Koning Willem Alexander.
2014 was ook het jaar waarin de door u gewenste proviciale fondsenstructuur is afgerond. Het
innovatiefonds heeft € 12 miljoen aan innovatieleningen verstrekt. Daarnaast zijn er financie-
ringsmogelijkheden aan het MKB ter beschikking gesteld via bijvoorbeeld het Proof of Concept-
fonds Kennispark en het Incubatorfonds Regio Zwolle. Tevens heeft de Europese commissie de
nieuwe EFRO-, Interreg V en POP goedgekeurd waarmee meer dan € 200 miljoen beschikbaar
komt aan Europees geld voor de regio in de komende jaren.
Sectorplannen – In overleg met alle betrokkenen rond het landelijk Techniekpact hebben we
afspraken gemaakt over de derde tranche van de sectorplanregeling. Samen met andere lands-
delen hebben we aangedrongen op meer beleidsruimte zodat maatwerk in de uitvoering aan
kracht kan winnen. De derde tranche richt zich specifiek op het bevorderen van de overgang van
werk naar werk en van werkloosheid naar werk. We voelen grote urgentie om op voortvarende
wijze vorm en inhoud te geven aan de uitvoering van deze regeling en zo een extra bijdrage te
leveren aan het versterken van de arbeidsmarkt in onze provincie.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9
Hoofdstuk 1Inleiding
Luchthaven Twente – In het voorjaar 2014 is duidelijk geworden dat de realisatie van een
commerciële burgerluchthaven in Twente niet mogelijk is binnen de gestelde kaders. Het advies
van de Commissie van Wijzen, dat vervolgens op uw initiatief tot stand is gekomen, schetst een
nieuw ontwikkelingsperspecfief voor Twente en de voormalige luchthaven. Om voortvarend in-
vulling te geven aan het advies hebben we een Plan van Aanpak opgesteld dat begin 2015 door
uw Staten behandeld wordt.
Erfgoed – In lijn met de ambitie uit de Cultuurnota 2013-2016 is ter bevordering van het
behoud en ontwikkeling van het cultureel erfgoed onze inzet gericht op de volgende drie lijnen:
restauratie van rijksmonumenten, herbestemming van cultureel erfgoed en het verhaal van Over-
ijssel. Met name de regeling ‘restauratie Rijksmonumenten’ is een groot succes. Daarom is een
bedrag van € 600.000 een jaar naar voren gehaald om aan de vele aanvragen tegemoet te kun-
nen komen en zodoende de prestatie versneld te kunnen realiseren. Tevens zal bij alle projecten
ten minste één leerlingwerkplaats worden gerealiseerd.
Modern bestuur – Via de programma’s Overijssel 20XX en communicatie en participatie geven
we mede vorm en inhoud aan de betrokkenheid van de inwoners van Overijssel en onze partners
bij beleidsontwikkeling en uitvoering van onze taken. In 2014 hebben we hierbij specifiek ingezet
op een aantal majeure KvO-programma’s, hebben we op uw initiatief een Statenvoorstel Parti-
cipatiecode en een synthesenotitie Overijssel Bestuur 20XX ter bespreking met u aangeboden
en hebben we net als voorgaande jaren actief ingezet op het betrekken van de jeugd via Jong
Overijssel doet mee.
Nieuwe website – Gebruikersonderzoek, aandachtspunten die door u zijn aangedragen en
wettelijke eisen vormden de aanleiding om de website te renoveren. De vernieuwde website
is qua gebruiksgemak en vormgeving verbeterd en de informatievoorziening is meer op maat
gesneden. Overijssel.nl is samen met de verniewde Jij & Overijssel op 12 november tijdens uw
Statenvergadering door de Commissaris van de Koning gelanceerd.
Transitie Jeugdzorg – 2014 was het laatste jaar dat we verantwoordelijk waren voor de
jeugdzorg. We hebben de taak teruggegeven aan het Rijk en gemeenten actief ondersteund in
de voorbereiding op deze nieuwe verantwoordelijkheid. Zo hebben we vraaggericht meegewerkt
aan het oplossen van inrichtingsvraagstukken, symposia georganiseerd en via detachering van
provinciaal medewerkers kennisoverdracht gestimuleerd. Daarnaast hebben we geinvesteerd
in de verbinding tussen de Overijsselse hoofdaannemers en Bureau jeugdzorg Overijssel en ge-
meenten, door het mogelijk te maken om 1% van de jaarsusbsidie aan te wenden om gemeen-
ten al in 2014 te betrekken bij de uitvoeringspraktijk. Alle partijen hebben gebruik gemaakt van
deze mogelijkheid.
Sociale kwaliteit binnen kerntaken – In 2014 is het investeringsvoorstel Sociaal flankerend
beleid ten volle uitgevoerd en hebben we mooie stappen gezet in het betrekken van sociale
aspecten bij de uitvoering van onze kerntaken. Bijvoorbeeld in het project Kom Kamperzeedijk
waar bewoners niet alleen deelnemen aan de planvorming voor herinrichting van de weg, maar
zelf ook uitvoerende taken op zich nemen bij de realisatie van een, op hun initiatief ontwikkeld,
plan voor een dorpsplein. Daarnaast hebben we in 2014 gezorgd voor een overgangsjaar voor
training en begeleiding van vrijwilligerswerk bij natuur- en landschapsbeheer. Dit jaar is door de
betrokken partijen benut om ook gezamenlijk het vrijwilligerswerk vorm te geven, waardoor dit
met ingang van 2015 ook voor de langere termijn is geborgd. Als laatste voorbeeld noemen we
de pilot Bermmaaisel in Noord-Oost Twente om bermmaaisel door inzet van mensen met een
beperking op te laten ruimen en vervolgens te vergisten. Daarmee worden meerdere doelen
gerealiseerd: energiebesparing, ruimtelijke kwaliteit en sociale kwaliteit. Bij een geslaagde pilot
wordt de aanpak gepresenteerd aan alle Overijsselse gemeenten.
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20141010
1000 jongerenplan – Het 1000 jongerenplan is succesvol afgerond. De ambitie om 1000 jonge-
ren in staat te stellen een leer-/werktraject te laten volgen is ruimschoots gerealiseerd. Een mooie
prestatie en een resultaat dat vele jongeren in Overijssel een aanzienlijk kansrijker perspectief op
de arbeidsmarkt biedt. In zowel Twente, IJsselland als Deventer (Stedendriehoek) wordt inmid-
dels met steun van de provincie door gemeenten gewerkt aan de verduurzaming van het 1000
jongerenplan. Met de motie Westert c.s. hebben uw Staten alle gemeenten opgeroepen om
met voorstellen te komen om deze specifieke groep jongeren de mogelijkheid te bieden om een
leerwerktraject aan te gaan. Alle gemeenten hebben positief op uw aanbod gereageerd.
Shared Service Centrum (SSC) – Het gezamenlijke SSC Bedrijfsvoering levert producten en
diensten aan Zwolle, Kampen en ons op het vlak van Personeel- & Salarisadministratie, IT-beheer
en Inkoop & Contractmanagement. De gemeente Zwolle is aangewezen als centrumorganisatie.
Het SSC is gehuisvest in het provinciehuis. Belangrijkste resultaten in 2014 zijn de plaatsing van
51,61 fte provinciale medewerkers per 1 juli 2014 bij de gemeente Zwolle en de werving van
een nieuw aangetrokken eenheidsmanager van het SSC die een programmaplan heeft opgesteld
om het SSC van de transitiefase naar een stabiele eindfase te brengen. De uitvoering van dit
programma is in 2014 gestart en zal naar verwachting voor de zomer van 2015 vrijwel geheel
afgerond worden.
Betalingsnelheid – Tijdige betaling van facturen is niet meer dan fatsoenlijk, maar in econo-
misch zware tijden is het voor veel bedrijven zelfs van levensbelang. Er is de laatste jaren dan ook
extra aandacht besteed aan het tijdig betalen van facturen. Dat resulteert erin dat ruim 86% van
de facturen binnen 30 dagen is betaald en de gemiddelde betalingstermijn van alle facturen is
teruggebracht tot 20 dagen. We blijven er hard aan werken om onze snelheid van betaling nog
verder op te schroeven.
Wat heeft het gekost?Hierna volgen de gecomprimeerde overzichten van de Jaarrekening 2014, alsmede de kengetallen,
de bestemming van het resultaat en de ‘Realisatie investeringsprogramma Kracht van Overijssel’.
Het saldo van baten en lasten bedraagt € 165,3 miljoen. Via de begroting en de begrotingswij-
zigingen hebben uw Staten voor 2014 per saldo een onttrekking aan de reserves geaccordeerd
voor € 197,2 miljoen. Gedurende 2014 is per saldo een bedrag van € 8,7 miljoen onttrokken aan
de reserves. Per saldo is er dus € 115,5 miljoen minder onttrokken aan de reserves. Het resultaat
na bestemming bedraagt daarmee € 49,8 miljoen.
In hoofdstuk 4 van dit jaarverslag is een analyse van het resultaat over 2014 opgenomen.
Actuele begroting Realisatie 2014 Realisatie t.o.v. Begroting
Saldo van baten en lasten -197,2 31,9 165,3
Stortingen en onttrekkingen aan reserves 197,2 8,7 -115,5
Resultaat 0,0 49,8 49,8
( x € 1.000 )De Jaarrekening 2014
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 11
Hoofdstuk 1Inleiding
Zowel de Begroting 2014 als de Jaarrekening 2014 zijn structureel in evenwicht, op basis van
de gehanteerde systematiek in 2014. Dit geldt ook voor de bijhorende meerjarenraming van de
Kerntakenbegroting 2015.
Bestemming van het financiële resultaat 2014
Het resultaat 2014 à € 49,8 miljoen maakt onderdeel uit van de Algemene dekkingsreserve ul-
timo 2014. In het Jaarverslag is daarnaast het voorstel voor de resultaatbestemmingen opgeno-
men. In het statenvoorstel is dit verder uitgewerkt.
Realisatie investeringsprogramma Kracht van Overijssel
Het totaalbeeld van het investeringsprogramma Kracht van Overijssel (KvO) ziet er als volgt uit:
Voor de uitvoering van het grote aantal projecten binnen het investeringsprogramma Kracht van
Overijssel geldt dat het lastig is om meerjarige kasuitgaven toe te wijzen aan jaarschijven. In som-
mige situaties zijn wij voorts afhankelijk van de besluitvorming van derden, waarbij buiten onze
invloed vertragingen in de bestedingen kunnen optreden. Ongeveer 55% van de onderuitputting
wordt veroorzaakt door deze externe factoren.
De KvO-realisatie voor 2014 laat een onderuitputting zien van alle KvO-projecten gezamenlijk van
€ 13,6 miljoen versus de actuele begroting van € 197,9 miljoen. Dit resultaat is nagenoeg volledig
afkomstig uit de KvO-projecten. In totaal is 93,1% van de actuele begroting gerealiseerd in 2014.
Investeringsprogramma Kracht van Overijssel
Bron Actuele
begroting
Realisatie Verschil Realisatie in %
KvO 155,1 141,6 13,5 91,3%
DIA 11,7 13,9 -2,2 118,8%
IIO 31,1 28,8 2,3 92,6%
Totaal 197,9 184,3 13,6 93,1%
( x € 1 miljoen)
Kengetallen 2014 2013 2012 2011 2010 2009
Resultaat 49,8 31,1 52,6 13,7 25,1 0,8
Eigen vermogen 1.752,4 1.784,3 1.837,8 1.819,2 1.919,7 2.170,7
Personeelsgebonden kosten 57,9 60,2 60,3 63,9 65,5 60,9
Feitelijke bezetting 695 fte 749 fte 743 fte 790 fte 829 fte 826 fte
Ziekteverzuim 3,80% 3,40% 3,50% 3,20% 2,57% 2,97%
Gemiddelde leeftijd 48,7 jaar 48,3 jaar 47,7 jaar 46,8 jaar 45,8 jaar 45,8 jaar
Provincie Overijssel Jaarverslag 201412
Substantiële KvO-onderschrijdingen deden zich voor in kerntaak 8 Sociale infrastructuur en
jeugdzorg (-€ 1,8 miljoen transitie en transformatietraject overdracht Jeugdzorg naar de gemeen-
ten en -€ 1,5 miljoen Eigen Krachtconferenteis en 1000 jongeren plan), kerntaak 2 Milieu en
energie (-€ 2,2 miljoen duurzaam opwekken energie) en kerntaak 5 Regionale economie (-€ 1,4
miljoen High Tech in Twente en -€ 1 miljoen ontwikkelen en uitvoeren actieplan kantoren).
Leeswijzer Jaarverslag 2013In het Jaarverslag 2014 leggen we verantwoording af over de doelstellingen en prestaties die zijn
afgesproken in de Kerntakenbegroting 2014. Een jaarverslag moet volgens het Besluit Begroting en
Verantwoording voor Provincies en Gemeenten (BBV) spiegelen aan de begroting. Om deze reden
hebben we in dit jaarverslag beleidsinhoudelijk verantwoording afgelegd op basis van kerntaken.
In hoofdstuk 2 en de Monitor Overijssel 2014-III wordt per kerntaak verantwoording afgelegd.
Het gaat hier om de volgende kerntaken:
Kerntaak 1 Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer;
Kerntaak 2 Milieu en energie
Kerntaak 3 Inrichting landelijk gebied
Kerntaak 4 Regionale bereikbaarheid, regionaal OV
Kerntaak 5 Regionale economie
Kerntaak 6 Culturele infrastructuur en monumentenzorg
Kerntaak 7 Kwaliteit openbaar bestuur
Kerntaak 8 Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken
Kerntaak 9 Gebiedsontwikkelingen
Een gedeelte van de verantwoording van kerntaken is met ingang van dit boekjaar alleen digitaal
ontsloten via de Monitor Overijssel 2014-III (zie: jaarverslag.monitoroverijssel.nl). De informatie is
zo ingedeeld dat het boekwerk nog steeds volledig is in de beantwoording van de 3 W-vragen:
hebben we bereikt wat we wilden bereiken, hebben we gedaan wat we zouden doen en heeft
het gekost wat we dachten dat het zou gaan kosten?
De verplichte paragrafen zijn beschreven in hoofdstuk 3. Deze bestaat uit de provinciale hef-
fingen, het weerstandsvermogen, kapitaalgoederen, financiering, bedrijfsvoering, verbonden
partijen (dit zijn deelnemingen) en het grondbeleid.
In hoofdstuk 4, de jaarrekening, wordt een toelichting gegeven op de balans en het resultaat.
In het technische bijlagenboek worden deze financiële gegevens verder gespecificeerd.
Hoofdstuk 5 beschrijft de provinciale organisatie. Hierin geven we een toelichting op het Algemeen
en Dagelijks bestuur en de ambtelijke organisatie.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 13
Provincie Overijssel Jaarverslag 20141414
H2
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 1515
Hoofdstuk 2Kerntaken
Kerntaken2.InleidingHet Jaarverslag 2014 is conform de Kerntakenbegroting opgebouwd vanuit de kerntaken. De
indeling in kerntaken vloeit voort uit het door uw Staten vastgestelde IPO – Profiel provincies:
1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer
2. Milieu en energie
3. Inrichting landelijk gebied
4. Regionale bereikbaarheid, regionaal OV
5. Regionale economie
6. Culturele infrastructuur en monumentenzorg
7. Kwaliteit openbaar bestuur
8. Sociale Infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken
9. Gebiedsontwikkelingen
De maatschappelijke ambities per kerntaak zijn ontleend aan het Hoofdlijnenakkoord 2011 - 2015
en zijn geconcretiseerd naar beleidsdoelen en prestaties. Per beleidsdoel zijn meetbare gegevens
gedefinieerd in de vorm van indicatoren. De ontwikkeling van deze relevante indicatoren wordt via
een tijdlijn weergegeven.
De prestaties die voortvloeien uit de investeringsagenda Kracht van Overijssel, noemen wij investe-
ringsprestaties. Omdat daarbij de focus ligt op de uitvoering van deze investeringsimpuls wordt over
deze prestaties uitgebreider gerapporteerd. Over reguliere prestaties zijn de toelichtingen beknopter.
Drie W-vragen
Bij de invulling van de Kerntakenbegroting staan de bekende drie W-vragen centraal (‘wat willen
we bereiken’, ‘wat gaan we daarvoor doen’ en ‘wat gaat dat kosten?’). Bij dit jaarverslag rap-
porteren we hierover op de wijze ‘wat hebben we bereikt’, ‘wat hebben we daarvoor gedaan’ en
‘wat heeft dit gekost’.
In dit hoofdstuk worden de eerste twee vragen per kerntaak geconcretiseerd aan de hand van
een inleiding en doelenboom. Als antwoord op de derde vraag wordt met betrekking tot de
financiën per kerntaak verstrekt:
• Een overzicht van het saldo van de lasten en baten op het niveau van de beleidsdoelen.
• Een tabel met daarin de onttrekking, storting en saldo per reserves, voorzieningen en doel-
uitkeringen van de kerntaak.
• Een tabel met daarin een verdere specificatie per investeringsprestatie. Het betreft hier de totale
budgetten die hiervoor beschikbaar zijn. In een aparte kolom wordt de relatie met de reserve
uitvoering Kracht van Overijssel aangegeven. De reguliere prestaties worden getotaliseerd
opgenomen, zodat het totale saldo van het beleidsdoel wordt toegelicht.
• Een toelichting op de financiën bij de prestaties waarbij sprake is van een afwijking (minder dan
75% besteed van actuele budget of een overbesteding), dan wel een resultaatbestemming wordt
gedaan.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20141616
Monitor Overijssel 2014-III
Via de digitale verantwoordingsrapportage ‘Monitor Overijssel’ wordt op een hoog detailniveau
gerapporteerd. De Monitor Overijssel 2014-III bevat daarmee de volledige eindverantwoording
op de prestaties uit de Kerntakenbegroting 2014 en is te vinden op: jaarverslag.monitoroverijssel.nl.
In de Monitor Overijssel worden de volgende onderdelen toegelicht:
• Kengetallen (per maatschappelijke ambitie).
• Indicatoren (per beleidsdoel).
• Investeringsprestaties.
• Reguliere prestaties.
• Financiën per prestatie.
Bij elke prestatie is aangegeven of die in 2014 is gerealiseerd. Voor zowel de investeringsprestaties
als de reguliere prestaties is de mate van de inhoudelijke realisatie ‘gescoord’ aan de hand van een
kleurscore. Dit geldt ook voor de financiële realisatie.
• Inhoudelijke realisatie: groen (alle), oranje (enkele) of rood (geen van de activiteiten gerealiseerd).
• Financiële realisatie: groen (ten minste 75%), oranje (ten minste 30% maar minder dan 75%)
of rood (minder dan 30% besteed van het actuele budget, dan wel een overbesteding).
Om te komen tot een integrale beoordeling van de gedurende 2014 geleverde prestaties, zijn per
prestatie de scores van de inhoudelijke en financiële component gecombineerd aan de hand van
onderstaand schema. Daarmee is er per prestatie een integrale kleurscore toegekend. Deze worden
tevens in dit hoofdstuk per kerntaak in de doelenboom gepresenteerd.
Totale begroting
■ Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting,
waaronder waterbeheer - 11,7%
■ Milieu en energie - -10,5%
■ Inrichting landelijk gebied - 31,0%
■ Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar
vervoer - 15,0%
■ Regionale Economie - 8,4%
■ Culturele infrastructuur en monumentenzorg - 4,2%
■ Kwaliteit Openbaar Bestuur - 0,9%
■ Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige
niet-kerntaken - 27,9%
■ Gebiedsontwikkelingen - 11,4%
Financiën
Groen Oranje Rood (onderbesteding) Rood (overbesteding)
Inhoudelijk Groen Groen Groen Oranje Rood
Oranje Oranje Oranje Oranje Rood
Rood Rood Rood Rood Rood
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 1717
Hoofdstuk 2Kerntaken
Kerntaak 1: Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer
InleidingIn de beleidsvorming en uitvoering voor ruimtelijke ordening, water, wonen en ondergrond maken
wij de slag van voorkantsturing naar voorkantsamenwerking (zie prestatie 1.2.2). Een voorbeeld
is het initiatief ruimte voor ruimdenkers waarin jonge creatieve ondernemers met ideeën komen
voor leegstaande panden en locaties (zie prestatie 1.2.6). Daarnaast werken wij aan de integra-
tie van onze waterbelangen en ruimtelijk-economische belangen. Voorbeelden daarvan zijn de
gebiedsontwikkelingen Ruimte voor de Vecht (zie prestatie 9.0.1) en IJssel-Vechtdelta (zie prestatie
9.0.3) maar ook het onderzoek ruimtelijke kwaliteit in de zoektocht naar een nieuwe drinkwater-
winlocatie in Twente (zie prestatie 1.7.5) en de pilot Spontane Binnenstad in Netwerkstad Twente
(zie prestatie 1.1.1).
In 2014 zijn wij gestart met de Revisie Omgevingsvisie. Voor vier thema’s onderzoeken wij wat de rol
van de provincie is (zie prestatie 1.2.4). Hiervoor zijn huiskamergesprekken en rondetafelgesprekken
gevoerd.
De regionale woonvisies zijn voltooid (zie prestatie 1.3.3). Deze woonvisies zijn de basis voor de
woonafspraken in 2015. Daarbij is er een voorstel gedaan over de te ontwikkelen doorzettingskracht
in de Omgevingsvisie en –verordening voor het in balans brengen van vraag en aanbod van wonen
en bedrijventerreinen (PS/2014/1046) (zie prestatie 1.3.3).
De maatschappelijke aandacht voor het benutten van de ondergrond en de effecten daarvan neemt
toe. Wij hebben daarom steeds meer aandacht voor de relatie tussen ondergrond en bovengrond.
Zo nemen wij ondergrond mee in de beleidsontwikkelingen energietransitie en waterbeheer en
worden ruimtelijke belangen meegenomen in trajecten rond drinkwaterwinning en ondergrond (zie
prestatie 1.5.7 en 1.7.4).
De uitvoering van de Kracht van Overijssel draagt via nieuwe manieren van samenwerking bij aan
een gunstig vestigingsklimaat in Overijssel. In de Netwerkstad Twente (zie prestatie 1.1.1) hebben
wij als gebiedsregisseur en als gelijkwaardige partner met de vijf Twentse Netwerksteden projecten
gecofinancierd die het lokale niveau ontstijgen en die bijdragen aan de betekenis van de netwerk-
steden in de regio. Ook hebben wij hier de basis gelegd voor het gezamenlijk programmeren op
het gebied van wonen, werken en voorzieningen. Dit krijgt in 2015 een vervolg via onder meer de
woonafspraken.
In het Nationaal Landschap IJsseldelta (zie prestatie 1.2.7) is een kopgroep ingesteld met de op-
dracht om een robuust organisatiemodel en financieringsmodel te ontwikkelen voor de verdere
ontwikkeling van Nationaal Landschap IJsseldelta.
In het programma Leefbaarheid, stadsrandzones en groene omgeving (zie prestatie 1.2.1) zijn de
stadsrandvisies afgerond en is de werking van de subsidieregeling stadsranden met groot succes
verbreed naar steden en dorpen.
Externe Ontwikkelingen
Veranderingen in het woondomein
Er is in 2014 veel veranderd dat raakt aan onze taken op het woondomein en het ruimtelijke
domein (zie prestaties 1.3.1 t/m 1.3.3).
• De decentralisatie van zorgtaken naar gemeenten per 1-1-2015 werpt haar schaduw voor-
uit. Gemeenten verschuiven hiermee hun aandacht, zowel inhoudelijk als financieel, van het
ruimtelijk-fysieke naar het sociale domein.
• Het Woonakkoord dat op 1-1-2014 is ingegaan verplicht corporaties zich te richten op hun
kerntaak (door de verhuurdersheffing). Dit heeft negatieve effecten op de investeringskracht
van corporaties.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20141818
• Aangescherpte regels voor de koopwoningmarkt hebben invloed op de investeringskracht
van particulieren omdat deze minder financiering kunnen krijgen voor aankoop van de eigen
woning en meer moeten gaan aflossen.
Daardoor worden de financiële mogelijkheden voor herstructurering in de steden en dorpen kleiner.
Omgevingswet aangeboden
Op 17 juni 2014 heeft de minister het wetsvoorstel voor de nieuwe Omgevingswet aangeboden aan
de Tweede Kamer. De behandeling van dit wetsvoorstel is gestart in het najaar 2014; inwerkingtre-
ding is gepland in 2018. Vanuit Overijssel zijn wij in IPO-verband ambtelijk en bestuurlijk betrokken
bij het beïnvloedingstraject van de stelselherziening omgevingsrecht (zie prestatie 1.2.4). Wij zetten
ons hiervoor in IPO-verband in, omdat de Omgevingswet grotendeels inhoud krijgt bij de uitwerking
in Algemene Maatregelen van Bestuur. Samen met de Overijsselse gemeenten en waterschappen
bereiden wij ons in de praktijk voor op de Omgevingswet (zie prestatie 1.2.2).
Deltabeslissingen vastgesteld
De Deltabeslissingen (zie PS/2014/831) gaan in op de onderwerpen: waterveiligheid; zoetwater-
strategie; IJsselmeergebied; Rijn-Maasdelta en Ruimtelijke adaptatie. Wij zien dat onze Overijsselse
inzet goed is meegenomen in de voorkeursstrategieën voor IJsselmeer, IJssel en Zoetwater (zie pres-
taties 1.6.1 en 1.6.3). In de volgende fase ligt de nadruk op het omzetten van de strategieën naar
de Omgevingsvisie, uitvoeringsplannen en de uitvoering van maatregelen. De gebiedsontwikkeling
IJssel-Vechtdelta wordt daarbij als koploper gezien en tevens is IJssel-Vechtdelta pilot van de natio-
nale campagne “Ons water”. Het Kabinet heeft toegezegd in de periode 2016-2021 € 60 miljoen bij
te dragen in de uitvoering van de strategie voor Zoetwatervoorziening in Zuid- en Oost-Nederland
(zie prestatie 1.6.1). De Deltabeslissingen vertalen we in de Omgevingsvisie (zie ook prestatie 1.2.4).
Ontwerp Nationaal Waterplan
Op 12 december 2014 heeft het Kabinet ingestemd met het Ontwerp Nationaal Waterplan. Het
Nationaal Waterplan is opgesteld in samenwerking met de regio’s. Onderdeel van het Nationaal
Waterplan zijn de Stroomgebiedbeheerplannen, waaronder die voor de Rijn. Overijssel valt onder
het stroomgebied van de Rijn. De provincie heeft als voorzitter van het deelstroomgebied Rijn-Oost
hierin succesvol de bijdrage van de regionale partners ingebracht (zie prestaties 1.6.4 en 1.7.2).
Parallel hieraan hebben wij de partiële herziening Omgevingsvisie opgesteld, op het onderdeel
Europese Kaderrichtlijn Water en Europese richtlijn overstromingsrisico’s (zie prestatie 1.2.4).
Het Nationaal Waterplan legt de Deltabeslissingen (zie prestatie 1.6.3) op rijksniveau vast. In het
Nationaal Waterplan is aandacht voor waterbewustzijn bij de inwoners van Nederland en de econo-
mische kanten van waterbeheer.
Convenant Bodem en Ondergrond 2016 - 2020
Het Convenant Bodem en Ondergrond 2016 - 2020, inclusief Beleidsnotitie en Budgetverdeling,
is opgesteld door Het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen. De ondertekening is op
17 maart 2015. Het Convenant gaat over de afronding van de bodemsaneringsoperatie voor
(verspreidings)spoedlocaties en over de overgang naar beheer van bodem- en grondwaterkwa-
liteit na 2020. In IPO-verband hebben wij Overijsselse belangen ingebracht. Het eindconcept ligt
ter instemming voor aan de partijen. De staatssecretaris heeft op 30 oktober 2014 de schriftelijke
toezegging gedaan om voor de periode 2016-2020 een bedrag van € 38 miljoen ter beschikking
te stellen voor de meest risicovolle asbestbodemsaneringslocaties in Overijssel.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 1919
Hoofdstuk 2Kerntaken
Aandeel Duurzame ruimtelijke ontwikkeling
en inrichting, waaronder waterbeheer in
totale kerntakenbegroting
■ Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting,
waaronder waterbeheer - 11,7%
■ Overige kerntaken- 88,3%
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142020
Doelenboom
1. Een samenleving waarin alle
Overijsselaars zich thuis voelen en
meedoen, met bloeiende steden
en dorpen als motor voor cultuur
en werkgelegenheid, ingebed in
een aantrekkelijk landschap waarin
wonen, natuur, landbouw, onder-
grond en water elkaar versterken.
1.1 Dynamische en bereikbare stedelijke netwerken met een onderscheidend profiel en
aantrekkelijk / passend vestigingsklimaat als motor voor werkgelegenheid en cultuur.
1.2 Behouden en versterken van de diversiteit en identiteit van (binnen)steden, stadsrand-
zones, landschappen en dorpen.
1.3 Voldoende en diversiteit aan woon- en werkmilieus in bloeiende steden en vitale dorpen,
die ruimte bieden aan verschillende doelgroepen nu en in de toekomst.
1.4 Kwalitatieve en toekomstbestendige versterking van landelijk gebied gericht op multi-
functioneel ruimtegebruik (waaronder wonen, natuur, landbouw, ondergrond en water
e.d.) met ontwikkelingsmogelijkheden voor nieuwe economische dragers, op leefbaar-
heid en sociale cohesie.
1.5 Het duurzaam beheren van de ondergrond door het vinden van een balans tussen
gebruiken, beschermen en herstellen van de ondergrond.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 2121
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
1.1.1 Netwerksteden.
9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente.*
9.0.9 Gebiedsontwikkeling Innovatiedriehoek.*
Investeringsprestaties:
1.2.1 Ontwikkelen en uitvoeren programma Leefbaarheid, stadsrandzones en groene omgeving.
1.2.7 Opstellen en uitvoeren uitvoeringsprogramma Nationaal Landschap IJsseldelta.
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte voor de Vecht.*
9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid.*
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente.*
9.0.8 Gebiedsontwikkeling Twickel.*
Reguliere prestaties:
1.2.2 Voorkantsturing door middel van eens in de 6 tot 8 weken overleg met gemeenten en advisering over
voorontwerp bestemmingsplannen.
1.2.3 Inzet Wro-instrumentarium (maximaal 2 % van de gevallen).
1.2.4 Beheren en doorontwikkelen Omgevingsvisie, Omgevingsverordening en borgen Omgevingswet.
1.2.5 Samen met partners verbreden en versnellen van de doorontwikkeling van Kwaliteitsimpuls Groene
Omgeving door kennisontwikkeling en –verspreiding.
1.2.6 Effectuering ruimtelijk beleid.
Investeringsprestaties:
1.3.1 Ontwerp en uitvoeren startersleningen.
1.3.2 Uitvoering prestatieafspraken wonen (en werken) stimuleren.
1.3.3 Wonen in Overijssel.
Investeringsprestaties:
1.4.1 Programma A1 Zone.
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte voor de Vecht.*
9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid.*
9.0.3 Gebiedsontwikkeling IJssel-Vechtdelta.*
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente.*
Reguliere prestaties:
1.4.2 Zone Ondernemen met Natuur en Water (voorheen Groen-blauwe Hoofdstructuur).
Reguliere prestaties:
1.5.1 Toezien op de doorwerking van de ambities en doelstellingen van de Visie op de Ondergrond (onderdeel
van de Omgevingsvisie) en de regels voor grondwaterbescherming in bestemmingsplannen.
1.5.4. Inbreng van de provinciale ambities voor de ondergrond in het rijksbeleid.
1.5.5 Het concretiseren van de kansen en effecten van de ondergrond binnen ruimtelijke processen.
1.5.6 Het voorbereiden van te maken afspraken met het Rijk over de saneringsopgave na 2015.
1.5.7 Inzicht in rol van duurzame toepassing van bodemenergie in de energietransitie.
Oranje
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore**
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142222
Doelenboom
1. Een samenleving waarin alle
Overijsselaars zich thuis voelen en
meedoen, met bloeiende steden
en dorpen als motor voor cultuur
en werkgelegenheid, ingebed in
een aantrekkelijk landschap waarin
wonen, natuur, landbouw, onder-
grond en water elkaar versterken.
1.6 Een zodanige inrichting van de fysieke leefomgeving dat er nu en in de toekomst vol-
doende bescherming is tegen overstromingen, wateroverlast en er genoeg water is in
droge perioden.
1.7 Schoon, voldoende en gezond water voor mens, dier en plant.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* De gebiedsontwikkelingen zijn opgenomen in de doelenboom om de inhoudelijke relatie / bijdrage tussen de opgaven van deze kerntaak en de gebieds
ontwikkelingen zichtbaar te maken. Voor de toelichting op deze prestaties zie hoofdstuk 9.
** Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 2323
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestatie:
1.6.1 Zoetwatervoorziening Oost-Nederland.
1.6.2 IJsselwaarden Olst.
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte voor de Vecht.*
9.0.2 Uitvoering Ruimte voor de Rivier inclusief IJsseldelta-Zuid.*
9.0.3 Gebiedsontwikkeling IJssel-Vechtdelta.*
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente.*
Reguliere prestaties:
1.6.3 Regionale inbreng Deltaprogramma.
1.6.4 Uitvoering Europese Richtlijn Overstromingsrisico’s.
1.6.5 Toetsen primaire waterkeringen en beoordelen verbeterplannen.
1.6.6 Vaststellen normen en toetsen regionale waterkeringen.
1.6.7 Voorbereid zijn op calamiteiten (Calamiteitenzorg).
1.6.10 Uitvoering Ruimte voor de Rivier.
Reguliere prestaties:
1.7.2 Implementatie Europese Kaderrichtlijn Water (KRW).
1.7.4 Beheer grondwatervoorraad.
1.7.5 Beschermen Openbare drinkwatervoorziening.
1.7.6 Invullen aandeelhouderschap Vitens.
1.7.7 Vaststellen kaders voor optimale condities natuurgebieden.
1.7.8 Uitvoering Wet Hygiene en Veiligheid Zwem- en Badinrichtingen.
1.7.9 Duurzame ontwikkeling en innovatie in het regionale waterbeheer.
Oranje
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore**
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142424
( x € 1.000)1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
1.1 Dynamische en bereikbare
stedelijke netwerken met
een onderscheidend profiel
en aantrekkelijk / passend
vestigingsklimaat als motor
voor werkgelegenheid en
cultuur.
45.753 -45.753 5.888 -5.888 32.014 -32.014 32.014 -32.014
1.2 Behouden en versterken van
de diversiteit en identiteit
van (binnen)steden, stads-
randzones, landschappen en
dorpen.
1.378 -1.378 3.435 -3.435 4.531 -4.531 4.118 555 -3.563 -413 413
1.3 Voldoende en diversiteit aan
woon- en werkmilieus in
bloeiende steden en vitale
dorpen, die ruimte bieden
aan verschillende doelgroe-
pen nu en in de toekomst.
11.162 150 -11.012 10.303 286 -10.017 8.040 286 -7.754 7.756 279 -7.477 -284 -7 277
1.4 Kwalitatieve en toekomstbe-
stendige versterking van het
landelijk gebied gericht op
multifunctioneel ruimtege-
bruik (waaronder wonen,
natuur, landbouw, onder-
grond en water e.d.) met
ontwikkelingsmogelijkheden
voor nieuwe economische
dragers, op leefbaarheid en
sociale cohesie.
700 -700 700 -700 500 -170 -670 -200 -171 29
1.5 Het duurzaam beheren van
de ondergrond door het vin-
den van een balans tussen
gebruiken, beschermen en
herstellen van de onder-
grond.
1.6 Een zodanige inrichting van
de fysieke leefomgeving
dat er nu en in de toekomst
voldoende bescherming
is tegen overstromingen,
wateroverlast en er genoeg
water is in droge perioden.
312 158 -154 1.284 -1.284 1.325 30 -1.295 1.252 180 -1.072 -73 150 223
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 2525
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
1.7 Schoon, voldoende en
gezond water voor mens,
dier en plant.
7.707 2.594 -5.113 2.175 2.233 58 3.154 3.651 497 2.535 3.130 595 -619 -521 98
Totaal Duurzame ruimtelijke
ontwikkeling en inrichting,
waaronder waterbeheer
66.312 2.903 -63.410 23.785 2.519 -21.266 49.764 3.967 -45.797 48.175 3.974 -44.201 -1.589 7 1.596
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve majeure projecten EHS 18.380 18.380 18.380 18.380
Reserve ISV-3 1.738 2.618 4.356 1.738 2.617 4.355 -1
Reserve startersleningen 5.146 103 407 4.842 5.146 103 386 4.863 21
Reserve uitvoering KvO (alleen stor-
ting en onttrekking)
24.181 44.375 24.181 43.645 -730
Totaal reserves 25.264 26.902 63.162 9.198 25.264 26.901 62.411 9.218 710
Voorzieningen
Voorziening Ruimte voor Ruimte 2.236 2.236 2.236 2.236
Voorziening besteding grondwater-
heffing
1.655 1.393 1.730 1.318 1.655 1.087 1.201 1.541 223
Totaal voorzieningen 3.891 1.393 1.730 3.554 3.891 1.087 1.201 3.777 223
Saldo Reserves, Voorzieningen en
Doeluitkeringen Duurzame ruim-
telijke ontwikkeling en inrichting,
waaronder waterbeheer
29.155 28.295 64.892 12.752 29.155 27.988 65.848 10.759 -2.723
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142626
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
1.1 Dynamische en bereikbare stedelijke
netwerken met een onderscheidend
profiel en aantrekkelijk/passend
vestigingsklimaat als motor voor
werkgelegenheid en cultuur.
Kracht van Overijssel
1.1.1 Netwerksteden. 5.888 -5.888 26.126 102, 106, 107,
111, 114, 116,
doorwerking
GS 2013
32.014 -32.014 32.014 -32.014 -32.014
Subtotaal Kracht van Overijssel 5.888 5.888 26.126 32.014 32.014 32.014 32.014 32.014
Reguliere prestaties -18.380
Subtotaal beleidsdoel 1.1 5.888 -5.888 26.126 32.014 -32.014 32.014 -32.014 -32.014
1.2 Behouden en versterken van de
diversiteit en identiteit van (binnen)
steden, stadsrandzones, landschap-
pen en dorpen.
Kracht van Overijssel
1.2.1 Ontwikkelen en uitvoeren pro-
gramma Leefbaarheid, stadsrandzones
en groene omgeving.
1.163 -1.163 800 108, 116 1.963 -1.963 1.931 -1.931 -32 32 -1.931
1.2.7 Opstellen en uitvoeren uitvoe-
ringsprogramma Nationaal Landschap
IJsseldelta.
1.500 -1.500 296 111, 116 1.796 -1.796 1.570 -1.570 -226 226 -1.570
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.663 2.663 1.096 3.759 3.759 3.501 3.501 258 258 3.501
Reguliere prestaties 772 -772 772 -772 617 555 -62 -155 555 710 -192 130
Subtotaal beleidsdoel 1.2 3.435 -3.435 1.096 4.531 -4.531 4.118 555 -3.563 -413 555 968 -3.693 130
1.3 Voldoende en diversiteit aan woon-
en werkmilieus in bloeiende steden
en vitale dorpen, die ruimte bieden
aan verschillende doelgroepen nu en
in de toekomst.
Kracht van Overijssel
1.3.1 Ontwerp en uitvoeren startersle-
ningen.
692 286 -406 -11 18 681 286 -395 665 279 -386 -16 -7 9 -386
1.3.2 Uitvoering prestatieafspraken
wonen (en werken) stimuleren.
8.611 -8.611 -2.072 9, 18 6.539 -6.539 6.492 -6.492 -47 47 -5.600 -892
1.3.3 Wonen in Overijssel. 1.000 -1.000 -180 116 820 -820 599 -599 -221 221 -599
Subtotaal Kracht van Overijssel 10.303 286 10.017 2.263 8.040 286 7.754 7.756 279 7.477 284 7 277 6.199 386 892
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.3 10.303 286 -10.017 -2.263 8.040 286 -7.754 7.756 279 -7.477 -284 -7 277 -6.199 -386 -892
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de investe-
ringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom wordt na
dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 2727
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
1.1 Dynamische en bereikbare stedelijke
netwerken met een onderscheidend
profiel en aantrekkelijk/passend
vestigingsklimaat als motor voor
werkgelegenheid en cultuur.
Kracht van Overijssel
1.1.1 Netwerksteden. 5.888 -5.888 26.126 102, 106, 107,
111, 114, 116,
doorwerking
GS 2013
32.014 -32.014 32.014 -32.014 -32.014
Subtotaal Kracht van Overijssel 5.888 5.888 26.126 32.014 32.014 32.014 32.014 32.014
Reguliere prestaties -18.380
Subtotaal beleidsdoel 1.1 5.888 -5.888 26.126 32.014 -32.014 32.014 -32.014 -32.014
1.2 Behouden en versterken van de
diversiteit en identiteit van (binnen)
steden, stadsrandzones, landschap-
pen en dorpen.
Kracht van Overijssel
1.2.1 Ontwikkelen en uitvoeren pro-
gramma Leefbaarheid, stadsrandzones
en groene omgeving.
1.163 -1.163 800 108, 116 1.963 -1.963 1.931 -1.931 -32 32 -1.931
1.2.7 Opstellen en uitvoeren uitvoe-
ringsprogramma Nationaal Landschap
IJsseldelta.
1.500 -1.500 296 111, 116 1.796 -1.796 1.570 -1.570 -226 226 -1.570
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.663 2.663 1.096 3.759 3.759 3.501 3.501 258 258 3.501
Reguliere prestaties 772 -772 772 -772 617 555 -62 -155 555 710 -192 130
Subtotaal beleidsdoel 1.2 3.435 -3.435 1.096 4.531 -4.531 4.118 555 -3.563 -413 555 968 -3.693 130
1.3 Voldoende en diversiteit aan woon-
en werkmilieus in bloeiende steden
en vitale dorpen, die ruimte bieden
aan verschillende doelgroepen nu en
in de toekomst.
Kracht van Overijssel
1.3.1 Ontwerp en uitvoeren startersle-
ningen.
692 286 -406 -11 18 681 286 -395 665 279 -386 -16 -7 9 -386
1.3.2 Uitvoering prestatieafspraken
wonen (en werken) stimuleren.
8.611 -8.611 -2.072 9, 18 6.539 -6.539 6.492 -6.492 -47 47 -5.600 -892
1.3.3 Wonen in Overijssel. 1.000 -1.000 -180 116 820 -820 599 -599 -221 221 -599
Subtotaal Kracht van Overijssel 10.303 286 10.017 2.263 8.040 286 7.754 7.756 279 7.477 284 7 277 6.199 386 892
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.3 10.303 286 -10.017 -2.263 8.040 286 -7.754 7.756 279 -7.477 -284 -7 277 -6.199 -386 -892
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20142828
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
1.4 Kwalitatieve en toekomstbesten-
dige versterking van het landelijk
gebied gericht op multifunctioneel
ruimtegebruik (waaronder wonen,
natuur, landbouw, ondergrond en
water e.d.) met ontwikkelingsmoge-
lijkheden voor nieuwe economische
dragers, op leefbaarheid en sociale
cohesie.
Kracht van Overijssel
1.4.1 A1-zone. 700 -700 700 -700 500 -171 -671 -200 -170 30 -671 1
Subtotaal Kracht van Overijssel 700 700 700 700 500 170 670 200 170 30 671 1
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.4 700 -700 700 -700 500 -170 -670 -200 -170 30 -671 1
1.5 Het duurzaam beheren van de onder-
grond door het vinden van een balans
tussen gebruiken, beschermen en
herstellen van de ondergrond.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.5
1.6 Een zodanige inrichting van de
fysieke leefomgeving dat er nu en in
de toekomst voldoende bescherming
is tegen overstromingen, waterover-
last en er genoeg water is in droge
perioden.
Kracht van Overijssel
1.6.1 Zoetwatervoorziening
Oost-Nederland.
350 -350 350 -350 283 156 -127 -67 156 223 -127
1.6.2 IJsselwaarden Olst. 930 -930 11 116 941 -941 941 -941 -941
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.280 1.280 11 1.291 1.291 1.224 156 1.068 67 156 223 1.068
Reguliere prestaties 4 -4 30 30 34 30 -4 28 24 -4 -6 -6 -4
Subtotaal beleidsdoel 1.6 1.284 -1.284 41 30 1.325 30 -1.295 1.252 180 -1.072 -73 150 223 -1.068 -4
1.7 Schoon, voldoende en gezond water
voor mens, dier en plant.
Kracht van Overijssel
1.7.1 Uitvoeren pMJP-waterprestaties. 183 -183 -183 11
Subtotaal Kracht van Overijssel 183 183 183
Reguliere prestaties 1.992 2.233 241 1.162 1.418 3.154 3.651 497 2.535 3.130 595 -619 -521 98 595
Subtotaal beleidsdoel 1.7 2.175 2.233 58 979 1.418 3.154 3.651 497 2.535 3.130 595 -619 -521 98 595
Totaal Duurzame ruimtelijke ontwik-
keling en inrichting, waaronder
waterbeheer
23.785 2.519 -21.266 25.979 1.448 49.764 3.967 -45.797 48.175 3.974 -44.201 -1.589 7 1.596 -62.025 -386 18.210
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 2929
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
1.4 Kwalitatieve en toekomstbesten-
dige versterking van het landelijk
gebied gericht op multifunctioneel
ruimtegebruik (waaronder wonen,
natuur, landbouw, ondergrond en
water e.d.) met ontwikkelingsmoge-
lijkheden voor nieuwe economische
dragers, op leefbaarheid en sociale
cohesie.
Kracht van Overijssel
1.4.1 A1-zone. 700 -700 700 -700 500 -171 -671 -200 -170 30 -671 1
Subtotaal Kracht van Overijssel 700 700 700 700 500 170 670 200 170 30 671 1
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.4 700 -700 700 -700 500 -170 -670 -200 -170 30 -671 1
1.5 Het duurzaam beheren van de onder-
grond door het vinden van een balans
tussen gebruiken, beschermen en
herstellen van de ondergrond.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 1.5
1.6 Een zodanige inrichting van de
fysieke leefomgeving dat er nu en in
de toekomst voldoende bescherming
is tegen overstromingen, waterover-
last en er genoeg water is in droge
perioden.
Kracht van Overijssel
1.6.1 Zoetwatervoorziening
Oost-Nederland.
350 -350 350 -350 283 156 -127 -67 156 223 -127
1.6.2 IJsselwaarden Olst. 930 -930 11 116 941 -941 941 -941 -941
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.280 1.280 11 1.291 1.291 1.224 156 1.068 67 156 223 1.068
Reguliere prestaties 4 -4 30 30 34 30 -4 28 24 -4 -6 -6 -4
Subtotaal beleidsdoel 1.6 1.284 -1.284 41 30 1.325 30 -1.295 1.252 180 -1.072 -73 150 223 -1.068 -4
1.7 Schoon, voldoende en gezond water
voor mens, dier en plant.
Kracht van Overijssel
1.7.1 Uitvoeren pMJP-waterprestaties. 183 -183 -183 11
Subtotaal Kracht van Overijssel 183 183 183
Reguliere prestaties 1.992 2.233 241 1.162 1.418 3.154 3.651 497 2.535 3.130 595 -619 -521 98 595
Subtotaal beleidsdoel 1.7 2.175 2.233 58 979 1.418 3.154 3.651 497 2.535 3.130 595 -619 -521 98 595
Totaal Duurzame ruimtelijke ontwik-
keling en inrichting, waaronder
waterbeheer
23.785 2.519 -21.266 25.979 1.448 49.764 3.967 -45.797 48.175 3.974 -44.201 -1.589 7 1.596 -62.025 -386 18.210
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014303030
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 1.2
Prestatie 1.2.1 Het meerjarige programma Leefbaarheid wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de periode 2011-
2015. De minimale onderuitputting ad € 32.000 wordt bij resultaatbestemming doorgeschoven naar 2015 voor
realisatie van het programma. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten
besloten om de in 2014 resterende middelen à € 32.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 1.2.1.
Prestatie 1.2.7 Het meerjarige programma Nationaal Landschap IJsseldelta wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de
periode 2011-2015. De realisatie betreft grotendeels subsidiebijdragen aan projecten. De onderuitputting ad € 226.000
wordt bij resultaatbestemming doorgeschoven naar 2015 voor veelal reeds toegezegde subsidiebijdragen. Op basis van
de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à
€ 226.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 1.2.7.
Regulier Voor de reguliere prestatie 1.2.4 is bij de Monitor Overijssel 2014-II reeds aangekondigd dat 2014 een onderbe-
steding kent voor wat betreft de uitgaven voor de herziening van de Omgevingsvisie. Het kasritme is gebaseerd op
een reguliere jaarlijkse aanpassing van de Omgevingsvisie en eens in de vier jaar een extra grote kostenpost voor de
evaluatie (midterm review) en revisie van (onderdelen van) de Omgevingsvisie. In 2014 is de midterm review afgerond.
Aansluitend is echter niet gekozen om meteen de revisie ter hand te nemen, maar om eerst een korte verkenning te
doen naar de impact van de uitkomsten van de review en welke thema’s en andere aspecten van de Omgevingsvisie
revisie vergen. Dit heeft tot gevolg gehad dat het proces van reviseren pas later op gang is gekomen. De werkzaam-
heden zullen dus grotendeels in 2015 plaats moeten vinden. De extra hiervoor gereserveerde middelen in 2014 zijn
daarbij nog steeds nodig voor aangegane verplichtingen. Voorgesteld wordt een bedrag van € 155.000 over te hevelen
van 2014 naar 2015.
In het kader van de afwikkeling van het Ruimte voor Ruimte dossier zijn er afspraken gemaakt met de gemeenten
Steenwijkerland en Hardenberg. De openstaande bedragen voor de gemeente Steenwijkerland (€ 1.110.966) en
gemeente Hardenberg (€ 570.000) zijn ten laste gebracht van de hiervoor ingestelde voorziening (voorziening Ruimte
voor Ruimte). De vrije ruimte die na aftrek van afgeboekte bedragen resteert in de voorziening Ruimte voor Ruimte
(€ 555.000) valt vrij ten gunste van de Algemene dekkingsreserve (ADR).
Beleidsdoel 1.3
Prestatie 1.3.3 Het meerjarige programma Leefbaarheid wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de periode 2011-
2015. De onderuitputting ad € 221.000 wordt veroorzaakt doordat de onderzoekskosten lager uitvielen dan
geraamd. Het resterende bedrag wordt bij resultaatbestemming doorgeschoven naar 2015 voor realisatie van het
programma. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in
2014 resterende middelen à € 221.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 1.3.3.
Beleidsdoel 1.4
Prestatie 1.4.1 De prestatie betreft het verlenen van een financiële bijdrage aan de realisering van het Groentransferium Holten.
De gemeenten Rijssen-Holten heeft de ruimte gekregen om voor het Groentransferium Holten eerst haar interne
besluitvormingstraject te doorlopen en af te stemmen op het provinciaal beleid. De subsidie is eind 2013 verstrekt.
De gemeente is op dit moment bezig met de benodigde procedures.
Het resterende bedrag van € 30.000 kan vrijvallen ten gunste van de Algemene dekkingsreserve (ADR).
Met betrekking tot prestatie 1.4.1 wordt voorgesteld om een bedrag van € 30.000 uit Reserve uitvoering Kracht
van Overijssel vrij te laten vallen en toe te voegen aan de Algemene dekkingsreserve.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3131
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 1.6
Prestatie 1.6.1 Het programma Zoetwatervoorziening Oost-Nederland wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de
periode 2011-2015. De niet geraamde baten ad € 156.000 betreffen financiële bijdragen van provincies en water-
schappen voor de realisatie van het programma Zoetwatervoorziening Oost-Nederland. Het positieve saldo bedrag
wordt bij resultaatbestemming doorgeschoven naar 2015 voor realisatie van het programma. Op basis van de
spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à €
223.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 1.6.1.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014323232
Kerntaak 2: Milieu en energie
Inleiding
Gezond en Veilig Leefmilieu
Dit jaar zijn belangrijke stappen gezet in de uitvoering van het Programma gezond en veilig
leefmilieu. Het blijkt dat voor de verbetering van de kwaliteit van het leefmilieu een integrale
gebiedsgerichte benadering goede resultaten oplevert. Gedacht kan worden aan meer groen en
minder lawaaioverlast in wijken (scan leefbare wijken), energiebesparing en asbestsanering en
betrokkenheid van zorginstellingen bij groenprojecten. Voor duurzaam ontwikkelen is een voor-
beeldenboek gemaakt in de vorm van een digitaal inspiratie-instrument. Projecten die vanuit de
subsidieregeling Duurzaam Ontwikkelen zijn ondersteund staan hierin. De door ons ontwikkelde
duurzaamheidsmatrix en de digitale kansenkaart zijn belangrijke instrumenten om projecten in
de planfase duurzaam te ontwikkelen. Wij maken binnen het programma veelvuldig gebruik van
netwerken waarin partijen samenwerken om mede onze doelen op gebied van asbest, duurzame
mobiliteit, verlichting, natuurbeheer en landschapsbeheer te bereiken. De nieuwsbrief Overijssel
Duurzaam is daarbij een gewaardeerd hulpmiddel, zo blijkt uit een onder de lezers gehouden
enquete.
Voor de aanpak van verwijdering van asbestdaken van bedrijventerreinen sluiten meer en meer
gemeenten en instellingen zich aan bij de intentieovereenkomst. In juni 2014 heeft het Rijk € 1
miljoen toegezegd om onze aanpak te cofinancieren.
In nauw overleg met gemeenten werken we aan de uitrol van elektrische laadpalen in de open-
bare ruimte. Wij ondersteunen de gemeenten bij het bepalen van de goede locaties en denken
samen na over een kosteneffectieve aanleg en beheer van laadpalen. Met het bedrijfsleven
overleggen wij over de mogelijkheden die rijden op groen gas biedt.
De gemeenten in de regio Zwolle hebben het project Bewust Verlichten voortvarend opgepakt.
Het aantal projecten overschrijdt het beschikbare budget. Door inzet van vrijvallende middelen
uit het programma zijn voor het project Bewust Verlichten extra middelen ingezet. In de Abri’s
langs provinciale wegen hebben wij maatregelen getroffen om de verlichting te verminderen of
te besparen op energie.
Vergunningverlening, toezicht en handhaving
De werkzaamheden voor vergunningverlening en handhaving zijn conform planning gerealiseerd.
97% van de vergunningen zijn binnen de wettelijke termijn afgehandeld. Alle vergunningen
van risicovolle bedrijven en 20% van de overige bedrijven zijn beoordeeld op actualiteit. Op het
gebied van toezicht, hebben we geconstateerd dat het nalevingspercentage 85% bedraagt.
De wet VTH (Vergunningverlening, toezicht en handhaving) treedt in 2015 werking. Deze wet
brengt diverse veranderingen met zich mee die invloed zullen hebben op ons takenpakket en
onze werkprocessen. Zo zal de bevoegdheid voor de risicovolle bedrijven (zogenaamde BRZO-in-
richtingen) en de zware industrie (de IPPC-4 klasse) naar de provincie overgaan. Daarnaast dient
elke gemeente / omgevingsdienst een verordening op te stellen waarin de kwaliteitscriteria voor
vergunningverleners en toezichthouders zijn vastgelegd. Voorts wordt in de wet opgenomen dat
de netwerk RUD’s uiterlijk in 2018 moeten zijn overgegaan in een openbaar lichaam (WGR).
RUD
Per 1 januari 2014 is de WABO bevoegdheid voor ruim 200 provinciale bedrijven overgegaan
naar de Overijsselse gemeenten. Met deze bevoegdhedenoverdracht zijn ook middelen uit
het provinciefonds overgegaan in totaal voor 3,1 miljoen euro. Met gemeenten in Overijssel is
afgesproken dat voor 2014 de provinciale medewerkers Vergunningverlening en Handhaving de
werkzaamheden voor de voormalige provinciale bedrijven zouden blijven uitvoeren, onder ‘terug-
betaling’ door gemeenten van 85% van de overgehevelde provinciale middelen. Dit is uiteindelijk
door het merendeel van de gemeenten zo ook uitgevoerd. Met 3 gemeenten in Twente zijn wij
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3333
Hoofdstuk 2Kerntaken
hierover nog in gesprek. De kosten waren vooruitlopend op deze baten ten laste van de provin-
ciale Begroting 2014 gebracht. De in de begroting verwachte terugverdiencapaciteit binnen de
RUD’s van € 1,5 miljoen voor het jaar 2014 is gerealiseerd. Voor 2015 hebben wij gewerkt aan
een duurzame oplossing waarbij menskracht en middelen in balans zijn gebracht. Een voorstel
hierover leggen wij in het voorjaar (in de 1e monitor) aan u voor.
Meerjarenprogramma Externe Veiligheid Overijssel
Ons programmavoorstel ter bevordering van de externe veiligheid (MEVO III) is door het Ministe-
rie van Infrastructuur & Milieu gehonoreerd zodat wij daar in 2015 uitvoering aan kunnen gaan
geven. Dit programma is een vervolg op het Meerjarenprogramma Externe Veiligheid Overijssel
(MEVO-II). Het programma in Overijssel richt zich op een kwaliteitsimpuls voor de uitvoering van
externe veiligheidstaken.
Programma Nieuwe Energie (inclusief Energiefonds Overijssel)
In juli 2014 hebben uw Staten besloten tot herijking van het lopende programma Nieuwe
Energie tot en met 2015. De verwachting is dat door uw besluit het aandeel hernieuwbare
energie in Overijssel uitkomt op 12,4 tot 12,7 procent in 2020. We hebben u in december 2014
geïnformeerd over de uitwerking en effecten van de beleidsvarianten Hink, Stap en Sprong voor
mogelijke voortzetting van het programma vanaf 2016 (PS/2014/1127).
Een belangrijke mijlpaal in 2014 was het bereiken van de 10.000e koopwoning die met provin-
ciale ondersteuning is verduurzaamd. Een andere voorname mijlpaal was de start van de bouw
van pyrolysefabriek Empyro in Hengelo, één van de projecten van 2014 die gerealiseerd kan
worden mede dankzij een bijdrage vanuit Energiefonds Overijssel. Eenmaal in bedrijf kan Empyro
20 miljoen liter groene pyrolyse-olie per jaar produceren op basis van (afval)hout, waarmee
een hoeveelheid aardgas wordt vervangen die gelijk staat aan het jaarlijkse verbruik van 8.000
huishoudens.
Aandeel Milieu en Energie in totale
kerntakenbegroting
■ Milieu en Energie - -10,5%
■ Overige kerntaken - 110,5%
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014343434
Doelenboom
2. Realiseren, verder borgen en
versterken van een gezonde en
veilige woon- en werkomgeving
en het vergroten van het aandeel
hernieuwbare energie tot minimaal
20% in 2020.
2.1 Projecten mogelijk maken voor het opwekken van hernieuwbare energie, energiebespa-
ring en energie-infrastructuur.
2.2 Gezonde en veilige woon- en werkomgeving stimuleren door samenwerken met en
verbinden van partijen die elkaar onderling kunnen versterken.
2.3 Verbeteren en minimaal voldoen aan de norm van de milieuaspecten in de woon- en
werkomgeving.
2.4 Naleving van wet- en regelgeving voor de leefomgeving bevorderen.
2.5 Het duurzaam herstellen van de ondergrond.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3535
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
2.1.1 Inzet van kennis, netwerken en financiële instrumenten ter stimulering van energiebesparende maat-
regelen en de opwekking van hernieuwbare energie.
2.1.2 Verstrekken van leningen, participaties en garanties vanuit Energiefonds.
Reguliere prestaties:
2.1.3 Versterken en stimuleren van infrastructuur voor hernieuwbare energie door middel van het aandeel-
houderschap Enexis.
Investeringsprestaties:
2.2.5 Verankeren van duurzaam ontwikkelen als rode draad in de programma’s, projecten en gebiedsontwik-
kelingen voortkomende uit het Hoofdlijnenakkoord.
2.2.6 Uitbouwen en beheren van Kennisplatform Duurzame Leefomgeving.
2.2.7 Realiseren van een Overijselsbrede educatie-infrastructuur en uitvoeren van een gezamenlijke educatie-
agenda.
Investeringsprestaties:
2.3.9 Uitvoeren projecten t.b.v. vermindering geluid, luchtverontreiniging en trillingen langs spoor- en weg-
infrastructuur, verwijdering asbestdaken, verduurzaming openbare verlichting en verbetering externe
veiligheid.
2.3.10 Uitvoeren van verkenningen naar een (vernieuwende) aanpak van milieuoverlast in de stedelijke
omgeving en het landelijk gebied.
Reguliere prestaties:
2.3.5 Waarborgen van externe veiligheid door het uitvoeren van het Meerjarenprogramma Externe Veiligheid
Overijssel (MEVO II).
2.3.6 Verbeteren van de luchtkwaliteit en minimaal te voldoen aan de norm voor PM10 en NO2 door uitvoe-
ring van het nationaal en regionaal samenwerkingsprogramma luchtkwaliteit (NSL / RSL).
2.3.8 Beheer Nazorgfonds stortplaatsen en lobby richting Rijk bij implementatie wetswijzigingen en leveren
van de afgesproken bijdrage aan het landelijk meldpunt afvalstoffen (LMA).
2.3.12 Ondersteunen en (laten) uitvoeren van milieueffectrapportages / duurzaamheidseffectrapportages
(Plan-MER).
Reguliere prestaties:
2.4.1 Afhandelen van aanvragen en het actueel houden van vergunningen.
2.4.2 Houden van toezicht op naleving van wet- en regelgeving en vergunningen.
2.4.3 Uitvoeren van handhavingsacties (opleggen van sancties) bij geconstateerde overtredingen.
2.4.5 Samenwerking met de partners handhaving in brede zin.
Investeringsprestaties:
2.5.2 Sanering en beheersing spoedeisende bodemlocaties.
2.5.3 Sanering met asbest verontreinigde bodemlocaties.
Reguliere prestaties:
2.5.5 Uitvoering Meerjarenprogrammabodemsanering 2010 – 2014.
2.5.6 Sanering Olasfa-terrein.
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Oranje
Oranje
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014363636
( x € 1.000)2. Milieu en Energie ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
2.1 Projecten mogelijk maken
voor het opwekken van
hernieuwbare energie, ener-
giebesparing en energie-
infrastructuur.
18.165 42.089 23.924 23.344 32.148 8.804 28.360 69.696 41.336 22.383 69.215 46.832 -5.977 -481 5.496
2.2 Gezonde en veilige woon-
en werkomgeving stimule-
ren door samenwerken met
en verbinden van partijen
die elkaar onderling kunnen
versterken.
636 -636 1.483 -1.483 1.398 100 -1.298 1.288 100 -1.188 -110 110
2.3 Verbeteren en minimaal
voldoen aan de norm van
de milieuaspecten in de
woon- en werkomgeving.
8.327 5.921 -2.406 5.707 1.393 -4.314 5.702 2.827 -2.875 4.918 2.546 -2.372 -784 -281 503
2.4 Naleving van wet- en regel-
geving voor de leefomge-
ving bevorderen.
888 296 -592 410 198 -212 1.179 1.973 794 836 3.023 2.187 -343 1.050 1.393
2.5 Het duurzaam herstellen
van de ondergrond.
36.858 40.733 3.875 17.871 5.152 -12.719 11.876 4.448 -7.428 9.705 4.360 -5.345 -2.171 -88 2.083
Totaal Milieu en Energie 64.874 89.038 24.165 48.815 38.891 -9.924 48.515 79.044 30.529 39.131 79.245 40.114 -9.385 201 9.585
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3737
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve energiebesparing 11.704 4.528 4.087 12.145 11.704 4.309 1.956 14.057 1.912
Reserve Energiefonds Overijssel 67.446 5.000 2.039 70.407 67.446 5.000 2.012 70.434 27
Reserve bodemsanering 2010 - 2014 24.071 22.55 8.836 37.790 24.071 22.555 7.085 39.541 1.751
Reserve uitvoering KvO 24.067 21.038 -3.029
Totaal reserves 103.221 32.083 39.029 120.342 103.221 31.864 32.091 124.032 661
Voorzieningen
Voorziening ontwikkeling aardwarmte
koekoekspolder
4.500 265 346 4.419 4.500 283 4.783 364
Voorziening lening Warmtenet
Hengelo
1.800 120 1.680 1.800 1.800 120
Voorziening lening Empyro Hengelo 3.000 3.000 3.000 3.000
Voorziening lening Biorights Harden-
berg
1.000 1.000 1.000 1.000
Totaal voorzieningen 7.300 3.265 466 10.099 7.300 3.283 10.583 484
Doeluitkeringen
Doeluitkering geluidssanering NaNOV -479 1.870 2.816 -1.425 -479 2.687 2.535 -327 1.098
Totaal doeluitkeringen 479 1.870 2.816 1.425 479 2.687 2.535 327 1.098
Saldo Reserves, Voorzieningen en
Doeluitkeringen Milieu en Energie
110.042 37.218 42.311 129.016 110.042 37.834 34.626 134.288 2.243
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20143838
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
2.1 Projecten mogelijk maken voor het
opwekken van hernieuwbare ener-
gie, energiebesparing en energie-
infrastructuur.
Kracht van Overijssel
2.1.1 Inzet van kennis, netwerken en
financiële instrumenten ter stimulering
van energiebesparende maatregelen
en de opwekking van hernieuwbare
energie.
15.828 964 -14.864 578 181 8, 18, 111,
116, doorwer-
kig PS 2013,
doorwerking
GS 2013
16.406 1.145 -15.261 10.434 687 -9.747 -5.972 -458 5.514 -16.489 6.742
2.1.2 Verstrekken van leningen, partici-
paties en garanties vanuit Energiefonds.
1.010 -1.010 1.089 60 11 2.099 60 -2.039 2.093 38 -2.055 -6 -22 -16 -2.055
Subtotaal Kracht van Overijssel 16.838 964 15.874 1.667 241 18.505 1.205 17.300 12.527 725 11.802 5.978 480 5.498 16.489 4.687
Reguliere prestaties 6.506 31.184 24.678 3.349 37.307 9.855 68.491 58.636 9.856 68.490 58.634 1 -1 -2 -240 -3.968 62.842
Subtotaal beleidsdoel 2.1 23.344 32.148 8.804 5.016 37.548 28.360 69.696 41.336 22.383 69.215 46.832 -5.978 -480 5.498 -16.729 -3.968 67.531
2.2 Gezonde en veilige woon- en
werkomgeving stimuleren door
samenwerken met en verbinden van
partijen die elkaar onderling kunnen
versterken.
Kracht van Overijssel
2.2.5 Verankeren van duurzaam ontwik-
kelen als rode draad in de programma’s,
projecten en gebiedsontwikkelingen
voortkomende uit het Hoofdlijnenak-
koord.
670 -670 -20 100 111, doorwer-
king GS 2013
650 100 -550 661 100 -561 11 -11 -562 1
2.2.6 Uitbouwen en beheren van Ken-
nisplatform Duurzame Leefomgeving.
100 -100 -80 116 20 -20 15 -15 -5 5 -15
2.2.7 Realiseren van een Overijselsbrede
educatie-infrastructuur en uitvoeren van
een gezamenlijke educatieagenda.
713 -713 15 doorwerking
GS 2013
728 -728 612 -612 -116 116 -162 -450
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.483 1.483 85 100 1.398 100 1.298 1.288 100 1.188 110 110 739 449
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 2.2 1.483 -1.483 -85 100 1.398 100 -1.298 1.288 100 -1.188 -110 110 -739 -449
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 3939
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
2.1 Projecten mogelijk maken voor het
opwekken van hernieuwbare ener-
gie, energiebesparing en energie-
infrastructuur.
Kracht van Overijssel
2.1.1 Inzet van kennis, netwerken en
financiële instrumenten ter stimulering
van energiebesparende maatregelen
en de opwekking van hernieuwbare
energie.
15.828 964 -14.864 578 181 8, 18, 111,
116, doorwer-
kig PS 2013,
doorwerking
GS 2013
16.406 1.145 -15.261 10.434 687 -9.747 -5.972 -458 5.514 -16.489 6.742
2.1.2 Verstrekken van leningen, partici-
paties en garanties vanuit Energiefonds.
1.010 -1.010 1.089 60 11 2.099 60 -2.039 2.093 38 -2.055 -6 -22 -16 -2.055
Subtotaal Kracht van Overijssel 16.838 964 15.874 1.667 241 18.505 1.205 17.300 12.527 725 11.802 5.978 480 5.498 16.489 4.687
Reguliere prestaties 6.506 31.184 24.678 3.349 37.307 9.855 68.491 58.636 9.856 68.490 58.634 1 -1 -2 -240 -3.968 62.842
Subtotaal beleidsdoel 2.1 23.344 32.148 8.804 5.016 37.548 28.360 69.696 41.336 22.383 69.215 46.832 -5.978 -480 5.498 -16.729 -3.968 67.531
2.2 Gezonde en veilige woon- en
werkomgeving stimuleren door
samenwerken met en verbinden van
partijen die elkaar onderling kunnen
versterken.
Kracht van Overijssel
2.2.5 Verankeren van duurzaam ontwik-
kelen als rode draad in de programma’s,
projecten en gebiedsontwikkelingen
voortkomende uit het Hoofdlijnenak-
koord.
670 -670 -20 100 111, doorwer-
king GS 2013
650 100 -550 661 100 -561 11 -11 -562 1
2.2.6 Uitbouwen en beheren van Ken-
nisplatform Duurzame Leefomgeving.
100 -100 -80 116 20 -20 15 -15 -5 5 -15
2.2.7 Realiseren van een Overijselsbrede
educatie-infrastructuur en uitvoeren van
een gezamenlijke educatieagenda.
713 -713 15 doorwerking
GS 2013
728 -728 612 -612 -116 116 -162 -450
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.483 1.483 85 100 1.398 100 1.298 1.288 100 1.188 110 110 739 449
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 2.2 1.483 -1.483 -85 100 1.398 100 -1.298 1.288 100 -1.188 -110 110 -739 -449
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20144040
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
2.3 Verbeteren en minimaal voldoen aan
de norm van de milieuaspecten in de
woon- en werkomgeving.
Kracht van Overijssel
2.3.9 Uitvoeren projecten ten behoeve
van vermindering geluid, luchtveront-
reiniging en trillingen langs spoor- en
weginfrastructuur, verwijdering asbest-
daken, verduurzaming openbare verlich-
ting en verbetering externe veiligheid.
3.738 1.382 -2.356 447 1.434 9, 111, 116,
doorwerking
GS 2013
4.185 2.816 -1.369 3.586 2.535 -1.051 -599 -281 318 -1.044 -7
2.3.10 Uitvoeren van verkenningen
naar een (vernieuwende) aanpak van
milieuoverlast in de stedelijke omgeving
en landelijk gebied.
475 -475 -452 107, 116,
doorwerking
GS 2013
23 -23 58 -58 35 -35 -58
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.213 1.382 2.831 5 1.434 4.208 2.816 1.392 3.644 2.535 1.109 564 281 283 1.102 7
Reguliere prestaties 1.494 11 -1.483 1.494 11 -1.483 1.274 11 -1.263 -220 220 -1.263
Subtotaal beleidsdoel 2.3 5.707 1.393 -4.314 -5 1.434 5.702 2.827 -2.875 4.918 2.546 -2.372 -784 -281 503 -1.102 -1.270
2.4 Naleving van wet- en regelgeving
voor de leefomgeving bevorderen.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 410 198 -212 769 1.775 1.179 1.973 794 836 3.023 2.187 -343 1.050 1.393 2.187
Subtotaal beleidsdoel 2.4 410 198 -212 769 1.775 1.179 1.973 794 836 3.023 2.187 -343 1.050 1.393 2.187
2.5 Het duurzaam herstellen van de
ondergrond.
Kracht van Overijssel
2.5.2 Sanering en beheersing spoedei-
sende bodemlocaties.
1.000 -1.000 1.000 -1.000 1.000 -1.000 -1.000
2.5.3 Sanering met asbest verontreinigde
bodemlocaties.
2.600 -2.600 -600 116 2.000 -2.000 1.463 -1.463 -537 537 -1.463
Subtotaal Kracht van Overijssel 3.600 3.600 600 3.000 3.000 2.463 2.463 537 537 2.463
Reguliere prestaties 14.271 5.152 -9.119 -5.395 -704 8.876 4.448 -4.428 7.242 4.360 -2.882 -1.634 -88 1.546 -5 -7.085 4.208
Subtotaal beleidsdoel 2.5 17.871 5.152 -12.719 -5.995 -704 11.876 4.448 -7.428 9.705 4.360 -5.345 -2.171 -88 2.083 -2.468 -7.085 4.208
Totaal Milieu en Energie 48.815 38.891 -9.924 -300 40.153 48.515 79.044 30.529 39.130 79.245 40.115 -9.385 201 9.585 -21.038 -11.053 72.205
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 4141
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
2.3 Verbeteren en minimaal voldoen aan
de norm van de milieuaspecten in de
woon- en werkomgeving.
Kracht van Overijssel
2.3.9 Uitvoeren projecten ten behoeve
van vermindering geluid, luchtveront-
reiniging en trillingen langs spoor- en
weginfrastructuur, verwijdering asbest-
daken, verduurzaming openbare verlich-
ting en verbetering externe veiligheid.
3.738 1.382 -2.356 447 1.434 9, 111, 116,
doorwerking
GS 2013
4.185 2.816 -1.369 3.586 2.535 -1.051 -599 -281 318 -1.044 -7
2.3.10 Uitvoeren van verkenningen
naar een (vernieuwende) aanpak van
milieuoverlast in de stedelijke omgeving
en landelijk gebied.
475 -475 -452 107, 116,
doorwerking
GS 2013
23 -23 58 -58 35 -35 -58
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.213 1.382 2.831 5 1.434 4.208 2.816 1.392 3.644 2.535 1.109 564 281 283 1.102 7
Reguliere prestaties 1.494 11 -1.483 1.494 11 -1.483 1.274 11 -1.263 -220 220 -1.263
Subtotaal beleidsdoel 2.3 5.707 1.393 -4.314 -5 1.434 5.702 2.827 -2.875 4.918 2.546 -2.372 -784 -281 503 -1.102 -1.270
2.4 Naleving van wet- en regelgeving
voor de leefomgeving bevorderen.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 410 198 -212 769 1.775 1.179 1.973 794 836 3.023 2.187 -343 1.050 1.393 2.187
Subtotaal beleidsdoel 2.4 410 198 -212 769 1.775 1.179 1.973 794 836 3.023 2.187 -343 1.050 1.393 2.187
2.5 Het duurzaam herstellen van de
ondergrond.
Kracht van Overijssel
2.5.2 Sanering en beheersing spoedei-
sende bodemlocaties.
1.000 -1.000 1.000 -1.000 1.000 -1.000 -1.000
2.5.3 Sanering met asbest verontreinigde
bodemlocaties.
2.600 -2.600 -600 116 2.000 -2.000 1.463 -1.463 -537 537 -1.463
Subtotaal Kracht van Overijssel 3.600 3.600 600 3.000 3.000 2.463 2.463 537 537 2.463
Reguliere prestaties 14.271 5.152 -9.119 -5.395 -704 8.876 4.448 -4.428 7.242 4.360 -2.882 -1.634 -88 1.546 -5 -7.085 4.208
Subtotaal beleidsdoel 2.5 17.871 5.152 -12.719 -5.995 -704 11.876 4.448 -7.428 9.705 4.360 -5.345 -2.171 -88 2.083 -2.468 -7.085 4.208
Totaal Milieu en Energie 48.815 38.891 -9.924 -300 40.153 48.515 79.044 30.529 39.130 79.245 40.115 -9.385 201 9.585 -21.038 -11.053 72.205
Provincie Overijssel Jaarverslag 20144242
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 2.1
Prestatie 2.1.1 Naast de onderuitputting van de geraamde lasten voor een bedrag van € 4,2 mln is in 2014 € 1,75 mln minder
onttrokken aan de Reserve Energiebesparing voor het verlenen van duurzaamheidpremies. Samen is dat € 5,9 mln.
Daarbij is in 2014 € 4 mln toegezegd voor financiering van de hoofdinfrastructuur van warmtenet Hengelo. Deze
voorwaardelijke toezegging wordt pas als last genomen op het moment dat de financiering daadwerkelijk plaatsvindt,
naar verwachting in 2015.
Het bedrag van € 5,9 mln wordt hieronder toegelicht:
1. Van de beschikbaar gestelde KvO-middelen is een bedrag van € 2,2 miljoen overgebleven. Hiervoor is een voorstel
voor resultaatbestemming opgenomen. De onderuitputting betreft de volgende onderdelen ( x 1 miljoen.):
Vrijval subsidies € 1,1
In 2014 is een groot aantal subsidies (vanaf 2008) lager vastgesteld of teruggevorderd. Dit mede naar
aanleiding van extra aandacht in 2014 voor verstreken subsidietermijnen. (Ter informatie: de verleende
bedragen voor nog vast te stellen subsidies bedroegen eind 2014 opgeteld circa € 27 mln)
Overgaan verplichtingen naar 2015 € 0,4
Geraamde bedragen voor verplichtingen zijn grotendeels aangegaan, maar een deel van de ver-
plichtingen uit 2014 is conform de begrotingregels overgaan naar 2015 en drukt niet op het budget
van 2014
Risicovoorziening leenovereenkomsten € 0,3
Voor het risico van de verstrekte lening voor de aardwarmtebron Koekoekspolder I is minder gestort
in de voorziening, conform het lager dan geraamde uitbetaalde leenbedrag
Overige onderdelen (< € 100.000) € 0,4
2. Van de beschikbaar gestelde middelen vanuit de Reserve Energiebesparing is een bedrag van € 2,21 miljoen
overgebleven en wordt niet onttrokken. Dit kan als volgt worden gespecificeerd. Voor rente- en beheerskosten
leningen is € 0,27 miljoen onbenut gebleven en voor duurzaamheidpremies is € 1,75 miljoen te hoog geraamd.
Het verschil ten aanzien van de duurzaamheidpremies is in 2014 ontstaan, omdat abusievelijk de subsidiepla-
fonds zijn geraamd terwijl alleen het in 2014 betaalde voorschot van € 1 mln aan uitvoeringsorganisatie Meer
Met Minder als last is verantwoord. Dit betekent dat er geen rekening is gehouden met al eerder verstekte
voorschotten, waarvan nog een positief saldo resteerde uit voorgaande jaren. Tot slot is er vanuit de Green
Deal met het Rijk nog € 200.000 beschikbaar.
3. Van de landelijke regeling ’Asbest eraf, zonnepalen erop’ (green deals convenant) voor agrariërs (convenant met
het Rijk) is € 1,42 miljoen overgebleven. Deze regeling staat open voor aanvragen sinds de zomer van 2013.
De interesse voor de regeling in 2014 was lager dan verwacht bij de start van de regeling in juli 2013. Naar
verwachting zal het aantal aanvragen in 2015 toenemen vanwege bijstelling van de regeling per 1 juli 2014.
Bij de Monitor Overijssel 2014-II was al aangekondigd dat hiervoor bij de Jaarrekening 2014 een voorstel voor
resultaatbestemming zou worden opgenomen.
4. Het resterende bedrag ad € 135.000 heeft betrekking op een geraamde extra aflossing op de verstrekte lening
voor Aardwarmtecluster Koekoekspolder I. Aflossing zal echter in 2015 plaatsvinden.
Prestatie 2.1.2 De kosten van de adviescommissie zijn lager dan begroot. Deze kosten worden gedeeltelijk doorberekend aan
Energiefonds Overijssel BV. De lagere doorbereking verklaart de lagere baat. Deze lagere baten staan tegenover de
lagere rentekosten dan begroot. Per saldo is hiermee sprake van een overschrijding van € 16.000.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 4343
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 2.2
Prestatie 2.2.5 Het budget voor deze prestatie bestaat voornamelijk uit KvO-middelen die in het kader van het programma gezond
en veilig leefmilieu worden ingezet voor duurzaam ontwikkelen. Via de tweede monitor is het budget 2014 voor
deze prestatie verlaagd van € 1,1 miljoen naar € 650.000 omdat realisatie van de doelstelling van deze prestatie
gedeeltelijk wordt bereikt zonder inzet van financiële middelen.
De aframing van € 0,5 miljoen is conform uw besluitvorming op de tweede monitor voor € 0,35 miljoen bestemd
ten gunste van het budget 2015 voor prestatie 2.3.9. Van de resterende € 0,15 miljoen is besloten deze via de Jaar-
rekening 2014 over te hevelen naar de Algemene dekkingsreserve.
Ter uitvoering van dat besluit en vereffening van de overschrijding van € 12.000 stellen wij u voor vanuit de mid-
delen in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel voor prestatie 2.2.5 € 138.000 toe te voegen aan de Algemene
dekkingsreserve.
Prestatie 2.2.6 Bij de Monitor Overijssel 2014-II hebben wij van het budget voor deze prestatie reeds € 80.000 afgeraamd ten gunste
van de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel. Deze middelen zijn niet meer nodig voor deze prestatie. Door
samenwerking met externe partijen, onder andere ten behoeve van de wekelijkse nieuwsbrief, zijn minder middelen
nodig. In uw besluitvorming op de Monitor is daarom opgenomen dat bij de Jaarrekening 2014 € 80.000 uit de
Reserve uitvoering Kracht van Overijssel wordt toegevoegd aan de Algemene dekkingsreserve.
Ter uitvoering van dat besluit stellen wij u voor vanuit de middelen in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel
voor prestatie 2.2.6 € 80.000 toe te voegen aan de Algemene dekkingsreserve.
Prestatie 2.2.7 Bij de Monitor Overijssel 2014-II hebben wij aangekondigd dat € 0,1 miljoen van een uitvoeringsbudget voor deze
prestatie niet tot besteding zou komen. De niet bestede middelen vallen vrij in het rekeningresultaat.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20144444
Beleidsdoel 2.3
Prestatie 2.3.9 De raming voor deze prestatie bestaat voor € 1,4 miljoen uit budget voor onderdelen van het programma Gezond
en Veilig leefmilieu. Hiervan is € 0,35 miljoen niet besteed. Met name voor geluidwerend asfalt en in mindere mate
voor duurzame openbare verlichting en verwijdering asbest van bedrijventerreinen zijn de lasten lager uitgevallen
dan begroot. De niet-bestede middelen blijven beschikbaar voor verdere uitvoering van het GVL-programma.
Voor € 2,8 miljoen heeft de raming betrekking op de plaatsing van geluidschermen langs het spoor in het kader van
het project NaNOV. Van dit budget is € 0,25 miljoen niet besteed. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in
de doeluitkering NaNOV.
Prestatie 2.3.10 In 2014 zijn meer kosten gemaakt voor duurzame mobiliteit dan begroot. Daardoor ontstaat een kleine overschrij-
ding op dit budget. Het betreft eerdere realisatie van kosten dan verwacht. Geen overschrijding van het totale
meerjarige budget voor deze prestatie.
Wij hebben de overschrijding van € 35.000 ten laste gebracht van de daartoe bestemde middelen in de Reserve
uitvoering Kracht van Overijssel.
Ter uitwerking van uw besluitvorming op de Monitor Overijssel 2014-II stellen wij u verder voor om € 75.000 over
te hevelen vanuit de voor deze prestatie aanwezige middelen in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel naar
de Algemene dekkingsreserve. Deze middelen waren bestemd voor reductie van hinder tijdens renovatie. Voor dit
budget voorzien wij geen bestedingsmogelijkheden.
Regulier Voor de reguliere prestaties ten behoeve van beleidsdoel 2.3 is € 1,5 miljoen beschikbaar. Hiervan is ruim € 1,1
miljoen bestemd voor prestatie 2.3.5 Waarborgen externe veiligheid. Van dit budget is € 0,1 miljoen niet besteed.
Zoals aangekondigd bij de Monitor Overijssel 2014-II voegen wij bij deze jaarrekening een resultaatbestemmings-
voorstel om dit bedrag beschikbaar te houden voor afronding van het meerjarenprogramma externe veiligheid
2010-2014 en voor de opstart van een nieuw programma.
Voor prestatie 2.3.8 is € 0,3 miljoen beschikbaar, hiervan is € 0,2 miljoen besteed als bijdrage aan het Landelijk
Meldpunt Afvalstoffen. De resterende budgetten a € 0,1 miljoen zijn niet besteed en betreffen uitvoeringsbudget-
ten op het gebied van afval. Vanaf 2016 zijn deze uitvoeringsbudgetten, als uitvloeisel van de bezuinigingsronde in
2011, ook niet meer opgenomen in de begroting.
44
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 4545
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 2.4
Regulier Toelichting baten en lasten
In Monitor Overijssel 2014-II hebben wij u met betrekking tot prestatie 2.4.5 gemeld dat met de partners in de
RUD’s is overeengekomen dat een percentage van 85% van de overgehevelde provinciefondsgelden wordt terug-
gestort. Dit is door de meeste partners ook gedaan. Uiteindelijk is ruim € 1 miljoen meer in rekening gebracht dan
begroot, waarvan 0,2 miljoen nog moet worden ontvangen. Met 3 gemeenten in Twente zijn wij hierover nog in
gesprek. Deze bedragen zijn vanuit voorzichtigheidsprincipe nog niet in het rekeningsaldo verwerkt.
Toelichting lasten
Voor de verdere implementatie en opleiding van onze medewerkers in het kader van de WABO en de twee Regionale
uitvoeringsdiensten is geld beschikbaar gesteld in 2014, evenals voor de verdere ontwikkeling van het opdracht-
geverschap. Het afgelopen jaar is intensief gewerkt aan verbetering van de RUD’s, en is er veel tijd besteed aan
de gevolgen van de overdracht van provinciale bevoegdheden naar gemeenten. Dit heeft tot vertraging geleid in
de professionalisering en opleiding van onze medewerkers. In 2015 zal dit verder worden opgepakt. Daarnaast zal
gewerkt worden aan de verdere professionalisering van het opdrachtgeverschap.
Om dit mogelijk te maken wordt voorgesteld de niet aangewende middelen ad € 459.000 middels een voorstel tot
resultaatbestemming toe te voegen aan de Begroting 2015.
Beleidsdoel 2.5
Prestatie 2.5.3 Het betreft hier bestedingen voor een meerjarig project. Het kasritme van deze bestedingen laat zich lastig voorspel-
len. De niet bestede middelen ad € 537.000 blijven beschikbaar voor de verdere uitvoering van de sanering van met
asbest verontreinigde locaties.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20144646
Kerntaak 3: Inrichting landelijk gebied
Inleiding + externe ontwikkelingen
Natura 2000 / PAS / beheerplannen
In 2014 hebben de provincies intensief overleg gevoerd met het Rijk (Economische zaken, Infra-
structuur en milieu en Defensie) over de invoering van de Programmatische Aanpak Stikstof. Eind
2014 is overeenstemming bereikt over de inhoud en afronding van de PAS.
Wij hebben voor alle gebieden in Overijssel een gebiedsanalyse opgesteld waarin uitgewerkt is
welke maatregelen uitgevoerd moeten worden om de economische ontwikkelingsruimte en het
behalen van natuurdoelen zeker te stellen. Als gevolg van de complexiteit van de PAS heeft de
invoering niet in 2014 kunnen plaatsvinden. Ook in 2015 zijn nog inspanningen nodig om de
implementatie voor te bereiden.
Begin 2015 heeft het Rijk de Programmatische Aanpak Stikstof (met als onderdeel de gebieds-
analyses PAS) ter visie gelegd. De beheerplannen zijn februari 2015 ter visie gelegd.
Decentralisatie
Het natuurbeleid is de verantwoordelijkheid van de provincies geworden. Het Natuurpact is het
sluitstuk van een langlopend decentralisatieproces.
In 2014, en de daaraan voorafgaande jaren hebben wij de fundamenten gelegd voor onze
nieuwe verantwoordelijkheden.
In de geactualiseerde Omgevingsvisie is de focus verlegd van een op bescherming gericht regime
naar een op ontwikkeling gerichte benadering. De term Zone Ondernemen met Natuur en Water
brengt dat tot uitdrukking. Daarin is meer ruimte voor ontwikkelingen als die tegelijkertijd een
impuls geven aan beheer en versterking van de kwaliteit van natuur, landschap en water.
Agrarisch Natuurbeheer
Als gevolg van het Natuurpact is het agrarisch natuurbeheer gedecentraliseerd naar de provincies.
Daarbij is de opgave om het beheer effectiever en efficienter uit te voeren. In 2014 zijn wij gestart
met de voorbereiding van een nieuw stelsel voor agrarisch natuurbeheer dat ingaat per 1 januari
2016. Vanuit Samen werkt Beter is daarvoor een projectgroep samengesteld die samen met de
drie gevormde collectieven, onder de regie van de provincie, een gebiedsproces heeft doorlopen.
De resultaten daarvan zijn naar tevredenheid van de collectieven vastgelegd in december in het
ontwerp natuurbeheerplan 2016. In 2015 volgt de verdere voorbereiding die moet leiden tot een
aantal gebiedsaanvragen.
Samen werkt Beter
Wij hebben, op basis van het akkoord “Samen werkt beter” de samenleving betrokken bij de vorm-
geving van ons natuurbeleid. Met de ondertekening van het akkoord hebben wij en de partners de
uitdaging op ons genomen om gezamenlijk de nieuwe koers voor economie en ecologie te ontwik-
kelen en uit te voeren. Iedere organisatie draagt hieraan bij en allen brengen hun eigen deskundig-
heid in. Zo werken wij samen met de partners aan de uitvoering van de Ontwikkelopgave EHS /
Natura 2000. De meeste gebiedsprocessen zijn gestart met een gebiedsverkenning waar draagvlak
voor is van alle partijen. De gebiedsverkenningen worden nu geconcretiseerd in zogeheten gebieds-
offertes.
Met het statenvoorstel ‘Uitvoeringsreserve Economische Hoofdstructuur’ (zie PS/2014/62, PS verga-
dering 23 april 2014) hebben wij u inzicht geboden in de beschikbare middelen voor de realisatie
van de totale Ontwikkelopgave EHS / Natura 2000.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 4747
Hoofdstuk 2Kerntaken
Transitie Nationale Parken
De decentralisatie van het natuurbeleid heeft ertoe geleid dat het Rijk zijn verantwoordelijkheid voor
organisatie, functioneren en bekostiging van de Nationale Parken heeft laten vervallen. Het is een
autonome bevoegdheid van de provincie te bepalen of zij nog inzet pleegt op dit onderwerp.
Wij hebben uw Staten in 2014 een voorstel voorgelegd over de transitie van de twee Nationale Par-
ken in Overijssel. U heeft ermee ingestemd dat de toegevoegde waarde van de Nationale Parken ligt
in hun bijdrage aan het beleefbaar maken van het gebied, en dat de bevoegdheden en instrumenten
daarvoor primair bij de gemeenten en de terreinbeheerders berusten. Uw Staten hebben een extra
afsluitende bijdrage van € 400.000 aan de beide parken verleend. De ontwikkeling en instandhou-
ding van de natuur is opgenomen in het provinciale natuurbeleid.
Monitoring
Met de decentralisatie van het natuurbeleid hebben wij ook de verantwoordelijkheid gekregen voor
monitoring van de natuurkwaliteit en kwantiteit. Wij hebben de afgelopen periode in overleg met
partners gewerkt aan een provinciaal monitoringsplan voor het reguliere natuurbeheer via de Sub-
sidieregeling Natuur en Landschapsbeheer (SNL). De onderdelen die betrekking hebben op agrarisch
natuurbeheer en Natura 2000 (inclusief PAS) moeten bij inwerkingtreding van deze beleidsonder-
delen gereed zijn. Dit betreft respectievelijk 2016 (agrarisch natuurbeheer) en 2015 (Natura2000,
inclusief PAS). Conform uitspraak uit het Natuurpact geeft het Jaarverslag ook uitsluitsel over de
(kwantitatieve) voortgang van de uitvoering van het Natuurpact, bij prestatie 3.7.1, 3.7.2, 3.8.3 en
kerntaak 9. De interprovinciale rapportage hierover is naar verwachting in september gereed.
Afsluiting provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied 20017-2013 (pMJP)
Het provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied 2007-2013 (pMJP) is de voorloper van het
Natuurpact. Het pMJP is eind 2013 afgesloten. Wij hebben u in 2014 een voorstel voorgelegd over
de financiele afronding van het pMJP. Uw staten hebben ingestemd met ons voorstel om een bedrag
van € 16,8 miljoen (van een totaabudget van ca € 470 miljoen) voorlopig te reserveren voor de
afronding van pMJP-projecten en overige nog bestaande risico’s.
Groene en Blauwe Diensten
Uw Staten hebben op 2 juli 2014 het geactualiseerde Beleidskader Groene en Blauwe Diensten
vastgesteld. Doel van de actualisatie is om de regeling effectiever en efficiënter te maken. In de rege-
ling Groene en Blauwe Diensten 2014-2015 wordt sterker aangestuurd op de provinciale doelen.
Projecten moeten een bijdrage leveren aan het robuuster maken van reeds gecontracteerd beheer,
gericht zijn op specifieke soorten of omstandigheden (biodiversiteit) en/of een groepsgewijze
(gebiedsgerichte) aanpak kennen.
Wij hebben op basis van de aangepaste regeling in 2014 aan twee gemeenten voor in totaal € 1,5
miljoen aan subsidie toegekend en voor vier gemeenten de subsidieaanvragen met een totale om-
vang van € 1,7 miljoen in voorbereiding genomen. Hiermee wordt zowel aanleg, herstel als langjarig
beheer (20 tot 30 jaar) van particuliere landschapselementen gefinancierd.
Faunafonds en faunabeheer
Nadat in 2013 de provincies geheel verantwoordelijk zijn geworden voor de financiering van het
Faunafonds, zijn met ingang van 2014 ook de budgetten voor de provincies afzonderlijk beschikbaar
gekomen. Het Faunafonds zorgt voor vergoeding van schade die wordt aangericht door ganzen,
dassen, reeën, etc. Provincies hebben de bevoorschotting van het Faunafonds zelf geregeld, de pro-
vincie Utrecht treedt op als verrekenprovincie. De medewerkers van het Faunafonds zijn tijdelijk in
dienst genomen door de uitvoeringsorganisatie BIJ12 van de provincies in Utrecht. Het bestuur van
het Faunafonds is in 2014 opgevolgd door een interimbestuur dat de transitie van het Faunafonds
zal begeleiden tot aan inwerkingtreding van de nieuwe Wet Natuurbescherming. Tot die tijd houdt
het Rijk de juridische verantwoordelijkheid voor het Faunafonds.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20144848
Het Faunafonds heeft in 2014 de provincie geadviseerd over het nieuwe Faunabeheerplan 2014 -
2019 en is diverse malen geraadpleegd over ontheffingen voor schadebestrijding.
De uitvoering van het faunabeheer in 2014 is onderwerp van juridische procedures rond diverse
ontheffingen, waaronder de door ons in het kader van schadebestrijding verleende ontheffing voor
het doden van ganzen. Bezwaarmakers richten hun bezwaren in die procedure onder andere tegen
het doden van ganzen in de winterperiode. Afronding van de juridische procedures zal in 2015 zijn
beslag krijgen.
Aandeel Inrichting landelijk gebied in totale
kerntakenbegroting
■ Inrichting landelijk gebied - 30,0%
■ Overige kerntaken - 70,0%
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 4949
Hoofdstuk 2Kerntaken
Provincie Overijssel Jaarverslag 20145050
Doelenboom
3. Een toekomstbestendig, vitaal
en aantrekkelijk landelijk gebied
waarin het goed wonen, werken
en recreëren is en waarin ontwik-
kelingen hand in hand gaan met
behoud en versterking van natuur-
waarden en landschapswaarden.
3.6 Het verbeteren van het vestigingsklimaat voor agrarische bedrijven door bij te dragen aan
goede fysiekruimtelijke inrichting en randvoorwaarden.
3.7 Het realiseren van de Ontwikkelopgave EHS in samenhang met de versterking van de
ruimtelijke kwaliteit en met sociaaleconomische ontwikkeling.
3.8 Toekomstbestendige (duurzame en kosteneffectieve) ontwikkeling en beheer van de
natuurwaarden en landschapswaarden.
3.9 Bescherming van natuurwaarden en landschapswaarden.
3.10 Afwikkeling lopende verplichtingen en pMJP.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5151
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
3.6.1 Herverkaveling / kavelruil (Kracht van Overijssel).
3.6.2 Herverkaveling (afronding bestuurlijke verplichtingen).
3.6.3 Herverkaveling via gebiedsontwikkelingen (zie kerntaak 9).
Reguliere prestaties:
3.6.4. Beleidsontwikkeling en instrumentontwikkeling fysiekruimtelijke inrichting en randvoorwaarden agrari-
sche sector.
Investeringsprestaties:
3.7.1 Ontwikkelopgave EHS afronding juridische en bestuurlijke verplichtingen in integrale projecten.
3.7.2 Ontwikkelopgave EHS afronding juridische en bestuurlijke verplichtingen in sectorale projecten.
Investeringsprestaties:
3.8.1 Groen-blauwe Diensten.
3.8.2 Frictiekosten.
Reguliere prestaties:
3.8.3 Natuurbeheer in de EHS.
3.8.4 Agrarisch natuurbeheer (inclusief weidevogels).
3.8.5 Beleidsontwikkeling natuur en landschap.
3.8.6 Stimulering en instrumenten natuur en landschap.
3.8.7 Monitoring natuurbeleid en landschapsbeleid.
3.8.8 Subsidie aankopen inrichting natuurterreinen.
Investeringsprestaties:
3.9.1 Beperken ammoniak vanuit de landbouw.
Reguliere prestaties:
3.9.2 Programmatische Aanpak Stikstof en Natura 2000, opbouw en onderhoud systeem.
3.9.3 Kaderstelling voor en uitvoering van groene wetten.
3.9.4 Advisering en borging wettelijke eisen inrichting landelijk gebied in ruimtelijke plannen.
3.9.5 Vergoeden schade via Faunafonds.
Reguliere prestaties:
3.10.1 Afronden pMJP-convenanten met waterschappen en gemeenten.
3.10.2 Uitfinanciering laatste pMJP-projecten buiten convenanten.
3.10.3 Uitfinanciering de Doorbraak.
3.10.4 Uitfinanciering doeluitkering Koopmansgelden Gooiermars.
3.10.5 Uitfinanciering faunapassage N333.
3.10.6 Uitfinanciering kwaliteitsimpuls rietteelt sector.
3.10.7 Uitfinanciering synergieprojecten.
3.10.8 Uitfinanciering lopende verplichtingen van vóór 2007.
Groen
Groen
Rood
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Oranje
Groen
Rood
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 20145252
( x € 1.000)3. Inrichting landelijk gebied ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
3.1 Het verbeteren van het
vestigingsklimaat voor
agrarische bedrijven door
bij te dragen aan goede
ruimtelijke en fysieke rand-
voorwaarden.
3.530 321 -3.209
3.2 Het realiseren van de
natuuropgave in de groen-
blauwe hoofdstructuur, met
versterking van de ruim-
telijke kwaliteit en, waar
mogelijk, in samenhang
met sociaaleconomische
ontwikkeling.
58.497 55.146 -3.351
3.3 Vorm en inhoud geven aan
een toekomstbestendige
ontwikkeling en beheer
van natuurwaarden, waar
mogelijk bij voorkeur door
particulieren en (agrarische)
ondernemers.
12.671 55 -12.616
3.4 Vorm en inhoud geven aan
een toekomstbestendige
ontwikkeling en beheer van
landschappelijke waarden,
waar mogelijk bij voorkeur
door particulieren en (agra-
rische) ondernemers.
2.862 151 -2.711
3.5 Bescherming van natuur-
waarden en landschaps-
waarden.
2.144 32 -2.112
3.6 Het verbeteren van het
vestigingsklimaat voor
agrarische bedrijven door
bij te dragen aan goede
fysiek-ruimtelijke inrichting
en randvoorwaarden.
2.947 -2.947 2.779 -2.779 1.970 -1.970 -809 809
3.7 Het realiseren van de
ontwikkelopgave EHS in
samenhang met de ver-
sterking van de ruimtelijke
kwaliteit en met de sociaal-
economische ontwikkeling.
11.135 -11.135 40.775 -40.775 13.240 1 -13.239 -27.535 1 27.536
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5353
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)3. Inrichting landelijk gebied ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
3.8 Toekomstbestendige (duur-
zame en kosteneffectieve)
ontwikkeling en beheer
van de natuurwaarden en
landschapswaarden.
14.278 50 -14.228 87.038 50 -86.988 23.755 135 -23.620 -63.283 85 63.368
3.9 Bescherming van natuur-
waarden en landschaps-
waarden.
5.547 1.966 -3.581 5.215 416 -4.799 4.127 233 -3.894 -1.088 -183 905
3.10 Afwikkeling lopende ver-
plichtingen en pMJP.
1.843 378 -1.465 11.369 478 -10.891 -3.819 478 4.297 -15.188 15.188
Totaal Inrichting landelijk
gebied
79.704 55.704 -24.000 35.750 2.394 -33.356 147.176 944 -146.232 39.273 847 -38.426 -107.903 -97 107.806
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20145454
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen ( x € 1.000)
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve Reconstructie 1.631 400 1.555 476 1.631 400 1.155 476
Egalisatiereserve ILG 48.232 37.117 11.115 48.232 35.827 12.405 1.290
Uitvoeringsreserve EHS 121.127 25.296
Reserve uitvoering KvO
1.753 13.427 1.753 12.326 -1.101
Totaal reserves 49.863 2 153 173.226 11.591 49.863 2.153 75.004 12.881 189
Voorzieningen
Voorziening natuurbeleidsplan 1.896 1.565 1.656 1.805 1.896 1.564 1.656 1.804 -1
Voorziening Revolving Fund grond-
voorraad
344 344 344
Totaal voorzieningen 1.896 1.565 1.656 1.805 1.896 1.908 1.656 2.148 343
Doeluitkeringen
Doeluitkering weidevogels IJsseldelta 50 50 50 50
Doeluitkering natuurbeheer rietteelt-
sector
358 478 -120 358 120 478 120
Totaal doeluitkeringen 408 528 120 408 120 528 120
Saldo Reserves, Voorzieningen en
Doeluitkeringen Inrichting landelijk
gebied
52.167 3.718 175.410 13.276 52.167 4.181 77.188 15.029 652
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5555
Hoofdstuk 2Kerntaken
Provincie Overijssel Jaarverslag 20145656
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
3.6 Het verbeteren van het vestigings-
klimaat voor agrarische bedrijven door
bij te dragen aan goede fysiek-ruimte-
lijke inrichting en randvoorwaarden.
Kracht van Overijssel
3.6.1 Herverkaveling / kavelruil (Kracht
van Overijssel).
107, doorwer-
king GS 2013
3.6.2 Herverkaveling (afronding bestuur-
lijke verplichtingen).
2.240 -2.240 -65 2.175 -2.175 1.373 -1.373 -802 802 -1.373
3.6.3 Herverkaveling via gebiedsontwik-
kelingen (zie kerntaak 9).
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.240 2.240 65 2.175 2.175 1.373 1.373 802 802 1.373
Reguliere prestaties 707 -707 -103 604 -604 597 -597 -7 7 -400 -197
Subtotaal beleidsdoel 3.6 2.947 -2.947 -168 2.779 -2.779 1.970 -1.970 -809 809 -1.773 -197
3.7 Het realiseren van de ontwikkelop-
gave EHS in samenhang met de
versterking van de ruimtelijke kwa-
liteit en met de sociaaleconomische
ontwikkeling.
Kracht van Overijssel
3.7.1 Ontwikkelopgave EHS afronding
juridische en bestuurlijke verplichtingen
in integrale projecten.
515 -515 11.295 1, 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
11.810 -11.810 5.725 1 -5.724 -6.085 1 6.086 -76 -5.648
3.7.2 Ontwikkelopgave EHS afronding
juridische en bestuurlijke verplichtingen
in sectorale projecten.
9.720 -9.720 19.245 1, 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
28.965 -28.965 7.515 -7.515 -21.450 21.450 -5.882 -1.633
3.7.3 Ontwikkelopgave EHS Program-
matische Aanpak Stikstof.
900 -900 -900 1, 116
3.7.4 Overige Ontwikkelopgave EHS.
Subtotaal Kracht van Overijssel 11.135 11.135 29.640 40.775 40.775 13.240 1 13.239 27.535 1 27.536 5.958 7.281
Reguliere prestaties -29.832 29.832
Subtotaal beleidsdoel 3.7 11.135 -11.135 29.640 40.775 -40.775 13.240 1 -13.239 -27.535 1 27.536 -5.958 -29.832 22.551
3.8 Toekomstbestendige (duurzame en
kosteneffectieve) ontwikkeling en
beheer van de natuurwaarden en
landschapswaarden.
Kracht van Overijssel
3.8.1 Groene en Blauwe Diensten. 1.500 12, 112 1.500 -1.500 1.520 -1.520 20 -20 -1.020 -500
3.8.2 Frictiekosten. 2.560 18 2.560 -2.560 1.070 -1.070 -1.490 1.490 -1.070
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.060 4.060 4.060 2.590 2.590 1.470 1.470 2.090 500
Reguliere prestaties 14.278 50 -14.228 68.700 82.978 50 -82.928 21.165 135 -21.030 -61.813 85 61.898 -103.211 82.181
Subtotaal beleidsdoel 3.8 14.278 50 -14.228 72.760 87.038 50 -86.988 23.755 135 -23.620 -63.283 85 63.368 -2.090 -103.211 81.681
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5757
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
3.6 Het verbeteren van het vestigings-
klimaat voor agrarische bedrijven door
bij te dragen aan goede fysiek-ruimte-
lijke inrichting en randvoorwaarden.
Kracht van Overijssel
3.6.1 Herverkaveling / kavelruil (Kracht
van Overijssel).
107, doorwer-
king GS 2013
3.6.2 Herverkaveling (afronding bestuur-
lijke verplichtingen).
2.240 -2.240 -65 2.175 -2.175 1.373 -1.373 -802 802 -1.373
3.6.3 Herverkaveling via gebiedsontwik-
kelingen (zie kerntaak 9).
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.240 2.240 65 2.175 2.175 1.373 1.373 802 802 1.373
Reguliere prestaties 707 -707 -103 604 -604 597 -597 -7 7 -400 -197
Subtotaal beleidsdoel 3.6 2.947 -2.947 -168 2.779 -2.779 1.970 -1.970 -809 809 -1.773 -197
3.7 Het realiseren van de ontwikkelop-
gave EHS in samenhang met de
versterking van de ruimtelijke kwa-
liteit en met de sociaaleconomische
ontwikkeling.
Kracht van Overijssel
3.7.1 Ontwikkelopgave EHS afronding
juridische en bestuurlijke verplichtingen
in integrale projecten.
515 -515 11.295 1, 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
11.810 -11.810 5.725 1 -5.724 -6.085 1 6.086 -76 -5.648
3.7.2 Ontwikkelopgave EHS afronding
juridische en bestuurlijke verplichtingen
in sectorale projecten.
9.720 -9.720 19.245 1, 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
28.965 -28.965 7.515 -7.515 -21.450 21.450 -5.882 -1.633
3.7.3 Ontwikkelopgave EHS Program-
matische Aanpak Stikstof.
900 -900 -900 1, 116
3.7.4 Overige Ontwikkelopgave EHS.
Subtotaal Kracht van Overijssel 11.135 11.135 29.640 40.775 40.775 13.240 1 13.239 27.535 1 27.536 5.958 7.281
Reguliere prestaties -29.832 29.832
Subtotaal beleidsdoel 3.7 11.135 -11.135 29.640 40.775 -40.775 13.240 1 -13.239 -27.535 1 27.536 -5.958 -29.832 22.551
3.8 Toekomstbestendige (duurzame en
kosteneffectieve) ontwikkeling en
beheer van de natuurwaarden en
landschapswaarden.
Kracht van Overijssel
3.8.1 Groene en Blauwe Diensten. 1.500 12, 112 1.500 -1.500 1.520 -1.520 20 -20 -1.020 -500
3.8.2 Frictiekosten. 2.560 18 2.560 -2.560 1.070 -1.070 -1.490 1.490 -1.070
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.060 4.060 4.060 2.590 2.590 1.470 1.470 2.090 500
Reguliere prestaties 14.278 50 -14.228 68.700 82.978 50 -82.928 21.165 135 -21.030 -61.813 85 61.898 -103.211 82.181
Subtotaal beleidsdoel 3.8 14.278 50 -14.228 72.760 87.038 50 -86.988 23.755 135 -23.620 -63.283 85 63.368 -2.090 -103.211 81.681
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20145858
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
3.9 Bescherming van natuurwaarden en
landschapswaarden.
Kracht van Overijssel
3.9.1 Beperken ammoniak vanuit de
landbouw.
2.500 -2.500 -2.500 11
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.500 2.500 2.500
Reguliere prestaties 3.047 1.966 -1.081 2.168 -1.550 5.215 416 -4.799 4.127 233 -3.894 -1.088 -183 905 -1.480 -2.414
Subtotaal beleidsdoel 3.9 5.547 1.966 -3.581 -332 -1.550 5.215 416 -4.799 4.127 233 -3.894 -1.088 -183 905 -1.480 -2.414
3.10 Afwikkeling lopende verplichtingen
en pMJP.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 1.843 378 -1.465 9.526 100 11.369 478 -10.891 -3.819 478 4.297 -15.188 15.188 -2.505 -8.015 14.817
Subtotaal beleidsdoel 3.5 1.843 378 -1.465 9.526 100 11.369 478 -10.891 -3.819 478 4.297 -15.188 15.188 -2.505 -8.015 14.817
Totaal Inrichting landelijk gebied 35.750 2.394 -33.356 111.426 -1.450 147.176 944 -146.232 39.273 847 -38.426 -107.903 -97 107.806 -12.326 -142.538 116.438
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 5959
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
3.9 Bescherming van natuurwaarden en
landschapswaarden.
Kracht van Overijssel
3.9.1 Beperken ammoniak vanuit de
landbouw.
2.500 -2.500 -2.500 11
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.500 2.500 2.500
Reguliere prestaties 3.047 1.966 -1.081 2.168 -1.550 5.215 416 -4.799 4.127 233 -3.894 -1.088 -183 905 -1.480 -2.414
Subtotaal beleidsdoel 3.9 5.547 1.966 -3.581 -332 -1.550 5.215 416 -4.799 4.127 233 -3.894 -1.088 -183 905 -1.480 -2.414
3.10 Afwikkeling lopende verplichtingen
en pMJP.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 1.843 378 -1.465 9.526 100 11.369 478 -10.891 -3.819 478 4.297 -15.188 15.188 -2.505 -8.015 14.817
Subtotaal beleidsdoel 3.5 1.843 378 -1.465 9.526 100 11.369 478 -10.891 -3.819 478 4.297 -15.188 15.188 -2.505 -8.015 14.817
Totaal Inrichting landelijk gebied 35.750 2.394 -33.356 111.426 -1.450 147.176 944 -146.232 39.273 847 -38.426 -107.903 -97 107.806 -12.326 -142.538 116.438
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014606060
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 3.6
Prestatie 3.6.2 Het budget op deze prestatie is in 2014 beschikbaar voor landinrichtingsprojecten. Voor een aantal projecten zijn de
uitgaven in 2014 lager dan geraamd. In Scheerwolde is vertraging opgetreden in de afwikkeling van de procedure
voor het ruilplan, om te voorkomen dat bezwarentermijn in de zomervakantie zou vallen. Ook zijn er meer zienswij-
zen ingediend dan verwacht, waardoor de afhandeling meer tijd vraagt.
In Enschede-Noord is vertraging opgetreden als gevolg van extra bestuurlijk overleg dat nodig was voor wat betreft
percelen van Natuurmonumenten en input van het waterschap Vechtstromen rond de hydrologische situatie
Blankenbellingsbeek. Bij Enschede-Zuid 3e module heeft de opstelling van de Lijst Geldelijke Regelingen (financiële
afrekening met grondeigenaren) meer tijd gevergd dan was voorzien.
De niet-bestede middelen ad € 802.000 blijven in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel beschikbaar voor de
verdere uitvoering van de landinrichtingsprojecten.
Beleidsdoel 3.7
Prestatie 3.7.1 Onderdeel van dit budget is een bijdrage van € 5,2 miljoen aan de grondverwerving in het project IJsseldelta Zuid.
Deze bijdrage is in 2014 niet ingeroepen door het project. In 2015 zal een beroep op deze bijdrage worden gedaan.
De middelen hiervoor blijven beschikbaar in de Uitvoeringsreserve Ecologische Hoofdstructuur.
Verder is van het budget voor uitfinanciering van inrichtingsprojecten pMJP, ter grootte van € 5 miljoen, een bedrag
van € 0,4 miljoen niet tot besteding gekomen.
Ten slotte resteert van het budget voor aansluiting ADT – EHS € 0,4 miljoen. Dit budget, dat in 2014 € 0,9 miljoen
bedroeg, wordt gedekt uit de egalisatiereserve ILG. Deze reserve wordt opgeheven in het kader van de financiële
afronding van het provinciaal Meerjarenprogramma Landelijk Gebied. Conform uw besluitvorming hierover in de
Statenvergadering van november (PS/2014/764) wordt een nieuwe reserve ingesteld voor afronding van het pMJP
en overige risico’s. In het resultaatbestemmingsvoorstel bij deze jaarrekening, ter voeding van deze nieuwe reserve,
wordt onder andere voorgesteld de niet bestede € 0,4 miljoen voor aansluiting ADT - EHS toe te voegen aan die
reserve. Daarmee wordt dekking gerealiseerd voor de nog uit voeren maatregelen op het gebied van inrichting en
functiewijziging ten behoeve van de aansluiting ADT – EHS.
Prestatie 3.7.2 De bestedingen voor deze prestatie zijn € 1,1 miljoen hoger dan begroot. Voor € 0,9 miljoen wordt dit veroorzaakt
door de bestedingen voor particuliere natuurontwikkeling. Het betreffen hier kosten die eerder gerealiseerd zijn dan
verwacht, geen kostenoverschrijdingen van het totale meerjarige budget voor particuliere natuurontwikkeling. Het
kasritme van de subsidies die in dit kader worden verstrekt laat zich lastig voorspellen doordat de daadwerkelijke
subsidiëring pas plaatsvindt nadat de aanvrager via vestiging van een kwalitatieve verplichting landbouwgrond heeft
omgezet in natuurgrond. Hiervoor heeft de aanvrager na het moment van toekenning nog een jaar de tijd.
Daarnaast is het budget voor de uitvoering van de sectorale projecten in het kader van de bestuurlijke en juridische
verplichtingen, ter grootte van € 2,9 miljoen, met € 0,1 miljoen overschreden. Ook hier geldt dat sprake is van eer-
dere realisatie van kosten dan verwacht. Er is geen overschrijding van het totale meerjarige budget.
Beide budgetten zijn KvO-budgetten. De overschrijdingen als gevolg van sneller gerealiseerde kosten dan verwacht
hebben wij ten laste gebracht van de daartoe bestemde middelen in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 6161
Hoofdstuk 2Kerntaken
Als gevolg van het besluit van de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) op 2 april blijft de verant-
woording van subsidies die via RVO.nl zijn verstrekt ongewijzigd ten opzichte van vorige jaren. Dit betekent dat de
uitgaven voor functieverandering van gronden verantwoord moeten blijven op basis van het kasstelsel in plaats van
het baten en lasten stelsel dat door de provincie wordt gehanteerd. Dit betekent dat van de begrote last à € 83,5
miljoen voor natuur (functieverandering van gronden) € 79,3 miljoen niet tot besteding is gekomen. Het restant
aan verplichtingen moet conform het besluit van het BBV worden opgenomen in de balans onder de post “Niet uit
balans blijkende verplichtingen”.
Deze onderbesteding heeft voor € 22,4 miljoen betrekking op deze prestatie, op een beschikbaar budget van
€ 24,1 miljoen. De middelen blijven beschikbaar in de Uitvoeringsreserve Ecologische Hoofdstructuur ten behoeve
van de hier tegenoverstaande verplichtingen.
Beleidsdoel 3.8
Prestatie 3.8.1 Op 2 juli 2014 hebben uw Staten besloten € 6,0 miljoen beschikbaar te stellen voor de subsidieregeling Groene
en Blauwe Diensten (PS/2014/426). Dit budget is verdeeld over 2014 (€ 1,5 miljoen) en 2015 (€ 4,5 miljoen). Het
budget van 2014 is licht overschreden. Het betreft eerdere realisatie van kosten, geen overschrijding van het totale
budget voor 2014 en 2015.
Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om een bedrag à
€ 20.000 af te ramen in 2015 en zo toe te voegen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel om hiermee de
overschrijding in 2014 te vereffenen, op prestatie 3.8.1.
Prestatie 3.8.2 Van het budget voor frictiekosten resteert € 1,5 miljoen. Voor € 0,4 miljoen wordt dit veroorzaakt door het feit
dat de kosten, voortvloeiend uit uw statenbesluit van september 2014 om een eenmalig budget van € 0,4 miljoen
beschikbaar te in het kader van de transitie van de nationale parken (PS/2014/660), in 2015 worden gerealiseerd. De
beschikkingen ter uitvoering van dit besluit zijn in januari 2015 verzonden.
Voor € 1,1 miljoen worden de lagere lasten veroorzaakt door dekking van een deel van de begrote bijdrage aan de
begroting voor de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) - uit reeds beschikbare budgetten in de Begroting
2014. Uitgangspunt was dat de volledige bijdrage van € 1,4 miljoen, gebaseerd op een overeenkomst tussen IPO en
Rijk, ten laste zou komen van het frictiekostenbudget. In december 2014 is genoemde overeenkomst tussen IPO en
Rijk besproken in de ambtelijke adviescommissie voor het Vitaal Platteland. Daaruit bleek dat de bijdrage voor € 1,1
miljoen betrekking had op reeds beschikbare budgetten in de Begroting 2014. Dit betreft bijdragen aan de uitvoe-
ring van monitoring en aan de werkorganisatie BIJ12. Slechts de bijdrage in verband met professionalisering van de
collectieven voor agrarisch natuurbeheer (€ 0,3 miljoen) is ten laste van het frictiekostenbudget gebracht.
De niet bestede middelen in 2014 blijven in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel beschikbaar voor dekking
van frictiekosten in de komende jaren.
Regulier Voor de reguliere prestaties ten behoeve van beleidsdoel 3.8 is € 83,0 miljoen beschikbaar.
€ 15,6 miljoen heeft betrekking op prestatie 3.8.3 Natuurbeheer in de Ecologische Hoofdstructuur. Van deze € 15,6
miljoen is € 2,7 miljoen niet tot besteding gekomen.
De subsidies voor natuurbeheer zijn € 2,3 miljoen lager dan begroot. Voor € 1,9 miljoen wordt dit veroorzaakt
doordat voor een deel van de kosten eenmalig nog een restant pMJP-budget beschikbaar was. Voor € 0,4 miljoen is
de oorzaak gelegen in correcties op in eerdere jaren uitgekeerde subsidies, die lager zijn vastgesteld.
Naast de lagere kosten voor subsidies voor natuurbeheer valt ook de bijdrage aan de BIJ12-begroting € 0,4 miljoen
lager uit dan begroot. Een deel van de uitgaven voor het onderdeel GBO (automatisering) hangt samen met applicaties
Provincie Overijssel Jaarverslag 20146262
ten behoeve van specifieke prestaties in de provinciale begroting. Deze kosten zijn ten laste van uitvoeringsbudgetten
voor deze prestaties gebracht en dus niet ten laste gekomen van dit centrale budget voor BIJ12. Bovendien was een
deel van de btw voor BIJ12 compensabel. Daar was in de raming geen rekening meegehouden.
Aan de batenkant van prestatie 3.8.3 is met de verkoop ten behoeve van de gebiedsontwikkeling Gooiermars een
bate van € 83.000 gerealiseerd. Conform de afspraken met het Rijk in het kader van de Koopmansgelden, van
waaruit de nu te verkopen kavels zijn aangeschaft, doen wij een resultaatbestemmingsvoorstel om deze verkoopop-
brengsten beschikbaar te houden voor het beheerfonds Gooiermars.
Van het budget voor de reguliere prestaties ten behoeve van beleidsdoel 3.8 is € 4,2 miljoen bestemd voor agrarisch
natuurbeheer, prestatie 3.8.4. Hiervan is € 1,1 miljoen niet besteed. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door ont-
vangen europese subsidies (POP).
In het kader van de reguliere prestaties voor beleidsdoel 3.8 is ruim € 0,4 miljoen beschikbaar voor Beleidsontwikke-
ling Natuur en landschap. Hiervan is in 2014 ruim € 0,3 miljoen niet besteed. De prestaties zoals omschreven in de
kerntaaktekst in deze jaarrekening hebben wij grotendeels met eigen capaciteit en binnen het daarvoor beschik-
bare personeelsbudget kunnen realiseren. De uitvoeringsbudgetten voor deze prestaties zijn daarom in slechts zeer
beperkte mate besteed.
Voor prestatie 3.8.6 Stimulering en instrumenten natuur en landschap is in 2014 € 0,9 miljoen beschikbaar. Hiervan
is € 0,2 miljoen niet besteed. In het kader van deze prestatie worden faunapassages aangelegd. Realisatie van die
passages is meegenomen in de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden aan de N334 in Noordwest-Overijssel.
Een deel van de werkzaamheden wordt afgerond in 2015. Bij deze jaarrekening is een voorstel gevoegd om de
resterende € 0,2 miljoen te bestemmen voor het budget voor deze prestatie in 2015, ter dekking van de in 2015
doorlopende werkzaamheden voor de faunapassages.
Voor prestatie 3.8.7 Monitoring natuurbeleid en landschapsbeleid is € 0,8 miljoen beschikbaar. In de tweede moni-
tor hebben wij gerapporteerd dat naar verwachting circa € 0,4 miljoen van dit budget zou resteren. Dit in verband
met de latere start van monitoring voor agrarisch natuurbeheer en de PAS. Uiteindelijk resteert van dit budget
een kleine € 0,5 miljoen. Conform onze aankondiging in de tweede monior doen wij bij deze jaarrekening een
resultaatbestemmingsvoorstel, om de niet bestede middelen toe te voegen aan het budget voor deze prestatie in
2016. Vanaf dat jaar is het budget voor deze prestatie ruim € 0,3 miljoen lager als gevolg van het wegvallen van het
incidentele deel van het budget.
Als gevolg van het besluit van de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) op 2 april blijft de verant-
woording van subsidies die via RVO.nl zijn verstrekt ongewijzigd ten opzichte van vorige jaren. Dit betekent dat de
uitgaven voor functieverandering van gronden verantwoord moeten blijven op basis van het kasstelsel in plaats van
het baten en lasten stelsel dat door de provincie wordt gehanteerd. Dit betekent dat van de begrote last à € 83,5
miljoen voor natuur (functieverandering van gronden) € 79,3 miljoen niet tot besteding is gekomen. Het restant
aan verplichtingen moet conform het besluit van het BBV worden opgenomen in de balans onder de post “Niet uit
balans blijkende verplichtingen”.
Deze onderbesteding heeft voor € 59,5 miljoen betrekking op prestatie 3.8.8, op een beschikbaar budget van
€ 59,5 miljoen. De middelen blijven beschikbaar in de Uitvoeringsreserve Ecologische Hoofdstructuur ten behoeve
van de hier tegenoverstaande verplichtingen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 6363
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 3.9
Regulier Voor de reguliere prestaties ten behoeve van beleidsdoel 3.9 is in 2014 een budget van € 5,2 miljoen beschikbaar.
Hievan is € 1,3 miljoen bestemd voor prestatie 3.9.2 PAS en Natura 2000, opbouw en onderhoudsysteem. Het bud-
get voor deze prestatie is in 2014 hoger dan in de daaropvolgende jaren omdat extra inspanningen waren voorzien
als gevolg van de verwachte vaststelling van de PAS. Bij de tweede monitor hebben wij aangegeven dat naar ver-
wachting ruim € 0,5 miljoen van dit budget niet tot besteding zou komen. Het niet bestede budget is uitgekomen
op bijna € 0,7 miljoen.
Zoals aangekondigd in de tweede monitor doen wij bij deze jaarrekening een resultaatbestemmingsvoorstel om het
niet bestede budget toe te voegen aan het budget voor deze prestatie in 2015. Daarmee is dekking gewaarborgd
voor de extra inspanningen als gevolg van de vaststelling van de PAS.
Voor prestatie 3.9.3 Kaderstelling voor en uitvoering van groene wetten is in 2014 € 2,7 miljoen beschikbaar. Voor
€ 2,4 miljoen is dit budget bestemd voor vergunningverlening. Deze begroting was afgestemd op circa 1.265 af
te handelen aanvragen. Uiteindelijk zijn ruim 1.100 aanvragen afgehandeld. Als gevolg daarvan resteert van het
budget voor vergunningverlening € 0,3 miljoen. Daartegenover staan lagere legesinkomsten van € 0,2 miljoen.
Van de overige uitvoeringsbudgetten voor deze prestatie, ter grootte van € 0,3 miljoen, resteert € 0,1 miljoen.
Beleidsdoel 3.10
Regulier Voor de reguliere prestaties ten behoeve van beleidsdoel 3.10 is € 11,4 miljoen beschikbaar. Hiervan heeft € 6,2
miljoen betrekking op prestatie 3.10.2 Uitfinanciering laatste pMJP-projecten buiten convenanten. Van dit budget
is € 0,8 miljoen niet tot besteding gekomen. Een aantal projecten loopt nog door. Conform uw besluitvorming in
november 2014 op het voorstel over de financiële afronding van het pMJP (PS/2014/764) doen wij bij deze jaarreke-
ning een voorstel voor resultaatbestemming voor onder andere de dekking van de doorloop van deze projecten.
In genoemd statenvoorstel is ook de vrijval van pMJP-verplichtingen genoemd en aangewezen als dekking voor de
nieuw te vormen bestemmingsreserve voor de financiële afronding van het pMJP en afdekking van overige risico’s.
Deze vrijval bedraagt € 14,5 miljoen en veroorzaakt de per saldo negatieve last voor de reguliere prestaties ten
behoeve van beleidsdoel 3.10. Ook deze vrijval wordt betrokken bij genoemd resultaatbestemmingsvoorstel ter
vorming van de nieuwe bestemmingsreserve Afrekening pMJP / ILG.
Voor prestatie 3.10.5 Faunapassage N333 is in 2014 € 2,4 miljoen beschikbaar. Dit budget is met € 0,1 miljoen
overschreden. Het betreft geen overschrijding van het totale meerjarige project voor deze faunapassage. Een klein
deel van de kosten is eerder gemaakt dan verwacht.
De overschrijding hebben wij ten laste gebracht van de daartoe bestemde middelen in de Reserve uitvoering Kracht
van Overijssel.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20146464
Kerntaak 4: Regionale bereikbaarheid, regionaal OV
Inleiding + externe ontwikkelingen
Uitvoering laatste KvO-projecten
Binnen het KvO-programma Mobiliteit zijn in 2014 een aantal investeringsvoorstellen aan uw
Staten voorgelegd. Namelijk het ombouwbudget OV, treindienst Hengelo-Bielefeld, Zwolle
Spoort (Herfte), elektrificatie spoor Zwolle-Enschede, N35 maatregelen Wijthmen-Nijverdal en
N35 Nijverdal-Wierden ongelijkvloerse kruisingen. Daarmee zijn vrijwel alle middelen binnen
het KvO-programma Mobiliteit vastgelegd. Voor een bedrag van ca. € 70 miljoen moeten nog
investeringsbesluiten worden genomen door uw Staten. Dit gaat over ca. € 20 miljoen uit het
oorspronkelijke KvO-programma mobiliteit, bedoeld voor de N35 (€ 15,45 miljoen), N307 (€ 4
miljoen) en Vechtdallijnen (€ 1 miljoen). Daarnaast gaat het om ca. € 50 miljoen van de uit de
N340 / N48 en N377 vrijvallende middelen. Deze zijn met de Perspectiefnota gereserveerd voor
fiets (€ 9,3 miljoen), vervangingsinvesteringen wegen en kunstwerken (€ 20 miljoen) en de N35,
bruggen Twentekanalen en wegonderhoud (€ 21,85 miljoen).
In april 2014 hebben uw Staten een herzieningsbesluit genomen over de N340 / N48 en de N377.
Dit betekent een herziening van de scope en het budget van het project. Het project bevindt zich in
de fase van planvoorbereiding. Het project werkt toe naar een DC/EC-contract. Uw Staten zijn over
de stand van zaken eind 2014 geïnformeerd bij brief PS/2014/1110.
In 2014 zijn we gestart met de uitvoering van het programma Goederenvervoer over water.
Daarnaast vervult Overijssel een trekkende rol in de totstandkoming van projectvoorstellen in het
kader van TEN-T en/of Interreg, met als doel het versterken van de Euregio als belangrijke grensover-
schrijdende logistieke schakel op de Northsea Baltic corridor tussen de Nederlandse en Belgische
mainports en Noord- en Oost-Europa.
Ter invulling van de vrijkomende middelen N340, die benoemd zijn voor de stimulering van het
fietsverkeer heeft een verkenning plaatsgevonden, welke geleid heeft tot een koersdocument fiets
dat 18 februari 2015 door Provinciale Staten is vastgesteld (PS/2015/2).
Verkeersveiligheid / kleinere infrastructuur
Vanuit onze regisseursrol voor verkeersveiligheid en de verantwoordelijkheid voor provinciale wegen
gaan we ons richten op gedragsbeïnvloeding en maatwerk. Een verkennend onderzoek is uitgevoerd
naar de mogelijkheden van realisatie van verkeersveiligheidsvoorzieningen voor de periode tot 2020
omdat er met het beëindigen van het KEM-project en het programma provinciale wegenprojecten
(DBA) geen afzonderlijke budgetten meer aanwezig zijn.
Instandhouding structurele taken provincie (openbaar vervoer)
Het afgelopen jaar hebben uw Staten besloten over de wijze waarop de exploitatietekorten in
het openbaar vervoer worden opgelost en zijn extra middelen voor de ombouw van het open-
baar vervoer beschikbaar gesteld. De eerste stappen voor bezuinigingen zijn gezet in de dienst-
regeling van december 2014. Samen met de al eerder genomen tariefaanpassingen en spelregel-
aanpassingen op de regiotaxi betekent dit al een substantiële bezuiniging voor 2015.
Instandhouding structurele taken provincie (beheer en onderhoud)
Eind 2015 hebben uw Staten het “Beheerplan infrastructurele kapitaalgoederen provincie Overijssel
2016-2019” vastgesteld. In dit beheerplan is een keuze gemaakt voor het te realiseren kwaliteits-
niveau van 644 kilometer hoofdrijbanen, 320 kunstwerken en 154 kilometer waterwegen met
bijbehorende voorzieningen, die de provincie beheert. Voor de berekening van het benodigde bud-
get is het scenario Basis gehanteerd. Met de vaststelling van dit beheerplan hebt u de benodigde
middelen voor beheer en onderhoud en vervanging van de infrastructuur voor de periode 2016 t/m
2019 beschikbaar gesteld. Het aanvullend benodigde bedrag als gevolg van de vertaling van het
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 6565
Hoofdstuk 2Kerntaken
Bouwbesluit 2012 voor kunstwerken nemen wij mee als financiële opgave bij de voorbereiding van
de Kerntakenbegroting 2016.
PHS
Door het besluit van staatssecretaris Mansveld medio 2014 om de definitieve besluitvorming
over de routekeuze in Oost-Nederland van goederentreinen in het kader van PHS uit te stellen
tot 2020, bestaat de rol van de provincie Overijssel de komende jaren uit het nauwlettend in de
gaten houden van de treingoederenvervoerprognoses. Indien deze fors gaan stijgen nemen we
contact op met het Rijk.
Wgr+
Per 1 januari 2015 zijn de WGR-plus taken van de Regio Twente overgegaan naar de provincie.
Daarmee zijn de mobiliteitstaken in Twente overgegaan naar de provincie.
Aandeel Regionale bereikbaarheid en regionaal
openbaar in totale kerntakenbegroting
■ Regionale bereikbaarheid en
regionaal openbaar - 15,0%
■ Overige kerntaken - 85,0%
Provincie Overijssel Jaarverslag 20146666
Doelenboom
4. Een vlotte en veilige reis over weg,
water, spoor voor alle gebruikers
van en naar stedelijke netwerken
en streekcentra binnen en buiten
Overijssel te realiseren onder de
randvoorwaarde van duurzaam-
heid en ruimtelijke kwaliteit.
4.1 Het realiseren van een goede bereikbaarheid voor het autoverkeer van en naar stedelijke
netwerken en streekcentra, waarbij wegvakken een intensiteit-capaciteitverhouding
kleiner dan 0,8 / 0,85 hebben.
4.2 Stimuleren gebruik openbaar vervoer met als resultaat: (1) een aandeel openbaar vervoer
in totaal aantal verplaatsingen van minimaal 2,0%, (2) een groei van het aantal reizigers
met 3% per jaar en (3) een hoge mate van klanttevredenheid uitgedrukt in een rapport-
cijfer van minimaal 7,3.
4.3 Aandeel fietsgebruik in totaal aantal verplaatsingen tot 3,7, 7,5 en 15 km is respectieve-
lijk minimaal 42%, 40% en 36%, het aantal fietskilometers op genoemde afstanden blijft
gelijk en een goede inpassing van de infrastructuur.
4.4 Stimuleren goederenvervoer over water, faciliteren van het vrachtverkeer over de weg en
beheersen van de doorgaande goederenstroom per spoor.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 6767
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
4.1.1 A1: afspraken maken met Rijk en partners over capaciteitsuitbreiding A1.
4.1.2 N18: verbetering doorstroming, leefbaarheid en veiligheid N18 (2x1-rijstrook 100 km/u).
4.1.3 N34: inrichting tot stroomweg (2x1-rijstrook 100 km/u).
4.1.4 N35: realiseren door Rijk van stroomweg tussen Zwolle en Almelo.
4.1.5 N50: verbeteren doorstroming N50 en opwaardering wegvak Kampen - Kampen-Zuid (2x2 rijstroken
100 km/u).
4.1.6 N307: onderzoek naar stroomweg (100 km/u).
4.1.7 N340 - N48 - N377: inrichting tot stroomweg van de N340 en N48 (2x1-rijstroken en 2x2-rijstroken 100
km/u) en duurzaam veilige inrichting N377.
4.1.8 N348 2e fase (Raalte–Ommen): verbetering doorstroming en verkeersveiligheid.
4.1.9 Stimuleren en faciliteren Ketenmobiliteit.
4.1.10 Verbeteren doorstroming en verkeersveiligheid bij aansluitingen A1 / A28.
Reguliere prestaties:
4.1.11 Beleidsontwikkeling Omgevingsvisie.
4.1.12 Verkenningen, planstudies en realisatie overige provinciale wegenprojecten.
4.1.13 Bijdrage aan gemeentelijke infrastructuurprojecten.
4.1.15 Verbetering doorstroming en benutting wegen door verkeersmanagement.
Investeringsprestaties:
4.2.1 Spoor Vechtdallijnen: verbeteren spoorinfrastructuur.
4.2.2 Spoor Zwolle-Enschede: verbetering spoorinfrastructuur.
4.2.3 Verbeterde OV-verbinding Zwolle-Kampen.
4.2.4 Versterken bovenregionaal spoor: (onderzoek naar) uitbreiding dienstregeling diverse spoorverbindingen.
4.2.10 Herijking OV tactiek BDU
Reguliere prestaties:
4.2.6 Uitvoeren OV-tactiek.
4.2.7 Aanbestedingen trein, bus en regiotaxi.
4.2.8 Concessie & contactmanagement van trein, bus en regiotaxi.
4.2.9 Actieprogramma Regionaal OV: verbetering doorstroming OV in Zwolle en Deventer en OV naar
bedrijventerreinen.
Reguliere prestaties:
4.3.1 Stimuleren fietsverkeer.
Investeringsprestaties:
4.4.1 Stimuleren van goederenvervoer over water.
Reguliere prestaties:
4.4.5 Programma Hoogfrequent Spoor (PHS): onderzoek en beperken negatieve gevolgen voor Overijssel.
4.4.6 Basisnet vervoer gevaarlijke stoffen: beperken negatieve effecten voor Overijssel.
4.4.7 Opwaarderen kanaal Almelo-de Haandrik voor schepen tot 700 ton.
4.4.8 Netwerkontwikkeling goederenvervoer weg, water en spoor.
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Rood
Oranje
Oranje
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Groen
Oranje
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 20146868
Doelenboom
4. Een vlotte en veilige reis over weg,
water, spoor voor alle gebruikers
van en naar stedelijke netwerken
en streekcentra binnen en buiten
Overijssel te realiseren onder de
randvoorwaarde van duurzaam-
heid en ruimtelijke kwaliteit.
4.5 In 2020 53% minder verkeersdoden (van 80 doden naar 37 doden) en 34% minder
ziekenhuisgewonden (van 965 naar 636) ten opzichte van het gemiddelde over 2001 t/m
2003 op alle wegen in Overijssel.
4.6 Voldoen aan de vastgestelde kwaliteitseisen voor het beheer en onderhoud van provinci-
ale infrastructuur.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 6969
Hoofdstuk 2Kerntaken
Reguliere prestaties:
4.5.1 Opdrachtgeverschap Regionaal Orgaan voor de Verkeersveiligheid in Overijssel (ROVO).
4.5.2 Bijdrage aan gemeentelijke projecten gedragsbeïnvloeding verkeersveiligheid.
4.5.3 Structureel afstemmingsoverleg verkeersveiligheid alle Overijsselse partners.
Investeringsprestaties:
4.6.1 Beheer en Onderhoud, vervangingsinvesteringen oeverbeschoeiingen en kunstwerken.
Reguliere prestaties:
4.6.2 Uitvoeren Beheer & Onderhoud provinciale (vaar)weginfrastructuur.
Groen
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 20147070
( x € 1.000)4. Regionale bereikbaarheid, regionaal OV ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
4.1 Het realiseren van een
goede bereikbaarheid voor
het autoverkeer van en
naar stedelijke netwerken
en streekcentra, waarbij
wegvakken een intensiteit-
capaciteitverhouding kleiner
dan 0,8 / 0,85 hebben.
37.636 7.527 -30.109 44.867 6.511 -38.356 35.648 7.674 -27.974 33.136 7.486 -25.650 -2.512 -188 2.324
4.2 Stimuleren gebruik open-
baar vervoer met als resul-
taat: (1) een aandeel open-
baar vervoer in totaal aantal
verplaatsingen van minimaal
2,0%, (2) een groei van het
aantal reizigers met 3% per
jaar en (3) een hoge mate
van klanttevredenheid uit-
gedrukt in een rapportcijfer
van minimaal 7,3.
41.787 39.879 -1.908 43.565 41.764 -1.801 40.032 37.736 -2.296 37.766 36.198 -1.568 -2.266 -1.538 728
4.3 Aandeel fietsgebruik in
totaal aantal verplaatsingen
tot 3,7, 7,5 en 15 km is
respectievelijk minimaal
42%, 40% en 36% en het
aantal fietskilometers op
genoemde afstanden blijft
gelijk en een goede inpas-
sing van de infrastructuur.
4.4 Stimuleren goederenvervoer
over water, faciliteren van
het vrachtverkeer over de
weg en beheersen door-
gaande goederenstroom per
spoor.
3.140 38 -3.102 1.811 -1.811 3.289 -3.289 2.402 -2.402 -887 887
4.5 In 2020 53% minder ver-
keersdoden (van 80 doden
naar 37 doden) en 34%
minder ziekenhuisgewon-
den (van 965 naar 636) ten
opzichte van het gemid-
delde over 2001 t/m 2003
op alle wegen in Overijssel.
1.256 1.256 1.130 1.130 3.036 3.036 2.969 2.969 -67 -67
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7171
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)4. Regionale bereikbaarheid, regionaal OV ( x € 1.000)
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve regionale bereikbaarheid 3.645 3.645 3.645 3.645
Reserve provinciale infrastructuur 32.017 736 9.449 23.304 32.017 736 9.449 27.035 3.731
Reserve waterwegen 4.745 214 800 4.159 4.745 214 336 4.623 464
Reserve uitvoering KvO 48.020 17.181 48.020 17.274 93
Totaal reserves 40.407 48.970 31.075 27.463 40.407 48.970 26.973 31.658 4.288
Doeluitkeringen
Brede Doeluitkering Verkeer en Vervoer 43.178 35.298 41.067 37.409 43.178 35.367 37.518 41.027 3.618
Doeluitkering verbetering N34 12.664 570 13.234 12.664 569 13.233 -1
Doeluitkering regionaal mobiliteits-
fonds
809 232 577 809 5.211 6.020 -577
Totaal doeluitkeringen 56.651 35.868 41.299 51.220 56.651 41.147 43.538 54.260 3.040
Saldo Reserves, Voorzieningen en
Doeluitkeringen Regionale bereik-
baarheid, regionaal OV
97.058 84.838 72.374 78.683 97.058 90.117 70.511 85.918 7.328
( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
4.6 Voldoen aan de vastgestel-
de kwaliteitseisen voor het
beheer en onderhoud van
provinciale infrastructuur.
36.009 1.487 -34.522 35.386 138 -35.248 30.437 138 -30.299 30.053 2.374 -27.679 -384 2.236 2.620
Totaal Regionale Bereikbaar-
heid, regionaal OV
119.828 50.187 -69.641 126.759 49.543 -77.216 112.442 48.584 -63.858 106.326 49.027 -57.299 -6.116 443 6.559
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20147272
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.1 Het realiseren van een goede
bereikbaarheid voor het autoverkeer
van en naar stedelijke netwerken
en streekcentra, waarbij wegvakken
een intensiteit-capacitei verhouding
kleiner dan 0,8 / 0,85 hebben.
Kracht van Overijssel
4.1.1 A1: afspraken maken met Rijk en
partners over capaciteitsuitbreiding A1.
4.1.2 N18: verbetering doorstroming,
leefbaarheid en veiligheid N18 (2x1-
rijstrook 100 km/u).
1.800 9 1.800 -1.800 1.800 -1.800 -1.800
4.1.3 N34: inrichting tot stroomweg
(2x1-rijstrook 100 km/u ).
3.870 -3.870 -800 3.070 -3.070 1.746 50 -1.696 -1.324 50 1.374 -1.696
4.1.4 N35: realiseren door Rijk van
stroomweg tussen Zwolle en Almelo
(2x2 rijstroken 100 km/u).
150 -150 150 111 300 -300 210 -210 -90 90 -210
4.1.5 N50: verbeteren doorstro-
ming N50 en opwaardering wegvak
Kampen-Kampen-Zuid (2x2 rijstroken
100 km/u).
4.1.6 N307: onderzoek naar stroom-
weg (100 km/u).
1.400 18 1.400 -1.400 1.455 250 -1.205 55 250 195 -1.206 1
4.1.7 N340 - N48 - N377: inrichting
tot stroomweg van de N340 en N48
(2x1-rijstroken en 2x2-rijstroken 100
km/u) en duurzaam veilige inrichting
N377
18.000 -18.000 -13.500 9 4.500 -4.500 6.983 15 -6.968 2.483 15 -2.468 -7.056 88
4.1.8 N348 2e fase: verbetering door-
stroming en verkeersveiligheid.
400 111 400 -400 125 -125 -275 275 -125
4.1.9 Stimuleren en faciliteren Keten-
mobiliteit.
2.602 9, 116, door-
werking GS
2013
2.602 -2.602 2.457 45 -2.412 -145 45 190 -610 -1.802
4.1.10 Verbeteren doorstroming en
verkeersveiligheid bij aansluitingen A1
/ A28.
623 -623 623 -623 1.228 832 -396 605 832 227 -397 1
Subtotaal Kracht van Overijssel 22.643 22.643 7.948 14.695 14.695 16.004 1.192 14.812 1.309 1.192 117 9.604 5.208
Reguliere prestaties 22.224 6.511 -15.713 -1.271 1.163 20.953 7.674 -13.279 17.132 6.294 -10.838 -3.821 -1.380 2.441 -9.363 -1.475
Subtotaal beleidsdoel 4.1 44.867 6.511 -38.356 -9.219 1.163 35.648 7.674 -27.974 33.136 7.486 -25.650 -2.512 -188 2.324 -9.604 -9.363 -6.683
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7373
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.1 Het realiseren van een goede
bereikbaarheid voor het autoverkeer
van en naar stedelijke netwerken
en streekcentra, waarbij wegvakken
een intensiteit-capacitei verhouding
kleiner dan 0,8 / 0,85 hebben.
Kracht van Overijssel
4.1.1 A1: afspraken maken met Rijk en
partners over capaciteitsuitbreiding A1.
4.1.2 N18: verbetering doorstroming,
leefbaarheid en veiligheid N18 (2x1-
rijstrook 100 km/u).
1.800 9 1.800 -1.800 1.800 -1.800 -1.800
4.1.3 N34: inrichting tot stroomweg
(2x1-rijstrook 100 km/u ).
3.870 -3.870 -800 3.070 -3.070 1.746 50 -1.696 -1.324 50 1.374 -1.696
4.1.4 N35: realiseren door Rijk van
stroomweg tussen Zwolle en Almelo
(2x2 rijstroken 100 km/u).
150 -150 150 111 300 -300 210 -210 -90 90 -210
4.1.5 N50: verbeteren doorstro-
ming N50 en opwaardering wegvak
Kampen-Kampen-Zuid (2x2 rijstroken
100 km/u).
4.1.6 N307: onderzoek naar stroom-
weg (100 km/u).
1.400 18 1.400 -1.400 1.455 250 -1.205 55 250 195 -1.206 1
4.1.7 N340 - N48 - N377: inrichting
tot stroomweg van de N340 en N48
(2x1-rijstroken en 2x2-rijstroken 100
km/u) en duurzaam veilige inrichting
N377
18.000 -18.000 -13.500 9 4.500 -4.500 6.983 15 -6.968 2.483 15 -2.468 -7.056 88
4.1.8 N348 2e fase: verbetering door-
stroming en verkeersveiligheid.
400 111 400 -400 125 -125 -275 275 -125
4.1.9 Stimuleren en faciliteren Keten-
mobiliteit.
2.602 9, 116, door-
werking GS
2013
2.602 -2.602 2.457 45 -2.412 -145 45 190 -610 -1.802
4.1.10 Verbeteren doorstroming en
verkeersveiligheid bij aansluitingen A1
/ A28.
623 -623 623 -623 1.228 832 -396 605 832 227 -397 1
Subtotaal Kracht van Overijssel 22.643 22.643 7.948 14.695 14.695 16.004 1.192 14.812 1.309 1.192 117 9.604 5.208
Reguliere prestaties 22.224 6.511 -15.713 -1.271 1.163 20.953 7.674 -13.279 17.132 6.294 -10.838 -3.821 -1.380 2.441 -9.363 -1.475
Subtotaal beleidsdoel 4.1 44.867 6.511 -38.356 -9.219 1.163 35.648 7.674 -27.974 33.136 7.486 -25.650 -2.512 -188 2.324 -9.604 -9.363 -6.683
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20147474
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.2 Stimuleren gebruik openbaar
vervoer met als resultaat: (1) een
aandeel openbaar vervoer in totaal
aantal verplaatsingen van minimaal
2,0%, (2) een groei van het aantal
reizigers met 3% per jaar en (3) een
hoge mate van klanttevredenheid
uitgedrukt in een rapportcijfer van
minimaal 7,3.
Kracht van Overijssel
4.2.1 Spoor Vechtdallijnen: verbeteren
spoorinfrastructuur.
199 107, 111, 116 199 -199 38 -38 -161 161 -38
4.2.2 Spoor Zwolle - Enschede: verbe-
tering spoorinfrastructuur.
1.502 -1.502 290 107 1.792 -1.792 1.541 -1.541 -251 251 -1.541
4.2.3 Spoor Zwollen - Kampen:
ombouw treininfrastructuur naar
tramverbinding.
4.2.4 Versterken bovenregionaal
spoor: (onderzoek naar) uitbreiding
dienstregeling diverse spoorverbin-
dingen.
214 -214 9, 116 214 -214 214 -214 -214
4.2.10 Herijking OV-tactiek - BDU 180 116 180 -180 172 -172 -8 8 -172
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.716 1.716 669 2.385 2.385 1.965 1.965 420 420 1.793 172
Reguliere prestaties 41.849 41.764 -85 -4.202 -4.028 37.647 37.736 89 35.801 36.198 397 -1.846 -1.538 308 397
Subtotaal beleidsdoel 4.2 43.565 41.764 -1.801 -3.533 -4.028 40.032 37.736 -2.296 37.766 36.198 -1.568 -2.266 -1.538 728 -1.793 225
4.3 Aandeel fietsgebruik in totaal aantal
verplaatsingen tot 3,7, 7,5 en 15 km
is respectievelijk minimaal 42%, 40%
en 36% en het aantal fietskilometers
op genoemde afstanden blijft gelijk
en een goede inpassing van de
infrastructuur.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 4.3
4.4 Stimuleren goederenvervoer over
water, faciliteren van het vrachtver-
keer over de weg en beheersen van
de doorgaande goederenstroom per
spoor.
Kracht van Overijssel
4.4.1 Stimuleren van goederenvervoer
over water.
1.803 -1.803 662 9, 107, 116 2.465 -2.465 2.057 -2.057 -408 408 -2.057
4.4.8 Netwerkontwikkeling goederen-
vervoer weg, water en spoor.
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.803 1.803 662 2.465 2.465 2.057 2.057 408 408 2.057
Reguliere prestaties 8 -8 816 824 -824 345 -345 -479 479 22 -367
Subtotaal beleidsdoel 4.4 1.811 -1.811 1.478 3.289 -3.289 2.402 -2.402 -887 887 -2.057 22 -367
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7575
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.2 Stimuleren gebruik openbaar
vervoer met als resultaat: (1) een
aandeel openbaar vervoer in totaal
aantal verplaatsingen van minimaal
2,0%, (2) een groei van het aantal
reizigers met 3% per jaar en (3) een
hoge mate van klanttevredenheid
uitgedrukt in een rapportcijfer van
minimaal 7,3.
Kracht van Overijssel
4.2.1 Spoor Vechtdallijnen: verbeteren
spoorinfrastructuur.
199 107, 111, 116 199 -199 38 -38 -161 161 -38
4.2.2 Spoor Zwolle - Enschede: verbe-
tering spoorinfrastructuur.
1.502 -1.502 290 107 1.792 -1.792 1.541 -1.541 -251 251 -1.541
4.2.3 Spoor Zwollen - Kampen:
ombouw treininfrastructuur naar
tramverbinding.
4.2.4 Versterken bovenregionaal
spoor: (onderzoek naar) uitbreiding
dienstregeling diverse spoorverbin-
dingen.
214 -214 9, 116 214 -214 214 -214 -214
4.2.10 Herijking OV-tactiek - BDU 180 116 180 -180 172 -172 -8 8 -172
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.716 1.716 669 2.385 2.385 1.965 1.965 420 420 1.793 172
Reguliere prestaties 41.849 41.764 -85 -4.202 -4.028 37.647 37.736 89 35.801 36.198 397 -1.846 -1.538 308 397
Subtotaal beleidsdoel 4.2 43.565 41.764 -1.801 -3.533 -4.028 40.032 37.736 -2.296 37.766 36.198 -1.568 -2.266 -1.538 728 -1.793 225
4.3 Aandeel fietsgebruik in totaal aantal
verplaatsingen tot 3,7, 7,5 en 15 km
is respectievelijk minimaal 42%, 40%
en 36% en het aantal fietskilometers
op genoemde afstanden blijft gelijk
en een goede inpassing van de
infrastructuur.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 4.3
4.4 Stimuleren goederenvervoer over
water, faciliteren van het vrachtver-
keer over de weg en beheersen van
de doorgaande goederenstroom per
spoor.
Kracht van Overijssel
4.4.1 Stimuleren van goederenvervoer
over water.
1.803 -1.803 662 9, 107, 116 2.465 -2.465 2.057 -2.057 -408 408 -2.057
4.4.8 Netwerkontwikkeling goederen-
vervoer weg, water en spoor.
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.803 1.803 662 2.465 2.465 2.057 2.057 408 408 2.057
Reguliere prestaties 8 -8 816 824 -824 345 -345 -479 479 22 -367
Subtotaal beleidsdoel 4.4 1.811 -1.811 1.478 3.289 -3.289 2.402 -2.402 -887 887 -2.057 22 -367
Provincie Overijssel Jaarverslag 20147676
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.5 In 2020 53% minder verkeersdoden
(van 80 doden naar 37 doden) en
34% minder ziekenhuisgewonden
(van 965 naar 636) ten opzichte van
het gemiddelde over 2001 t/m 2003
op alle wegen in Overijssel.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 1.130 1.130 1.906 1.906 3.036 3.036 2.969 2.969 -67 -67
Subtotaal beleidsdoel 4.5 1.130 1.130 1.906 1.906 3.036 3.036 2.969 2.969 -67 -67
4.6 Voldoen aan de vastgestelde kwali-
teitseisen voor het beheer en onder-
houd van provinciale infrastructuur.
Kracht van Overijssel
4.6.1 Beheer & Onderhoud – Vervan-
gingsinvesteringen oeverbeschoeiin-
gen en kunstwerken.
8.500 -8.500 -4.100 4.400 -4.400 3.982 162 -3.820 -418 162 580 -3.820
Subtotaal Kracht van Overijssel 8.500 8.500 4.100 116, doorwer
king GS 2013
4.400 4.400 3.982 162 3.820 418 162 580 3.820
Reguliere prestaties 26.886 138 -26.748 -849 26.037 138 -25.899 26.071 2.212 -23.859 34 2.074 2.040 -358 -23.501
Subtotaal beleidsdoel 4.6 35.386 138 -35.248 -4.949 30.437 138 -30.299 30.053 2.374 -27.679 -384 2.236 2.620 -3.820 -358 -23.501
Totaal Regionale bereikbaarheid,
regionaal OV
126.759 49.543 -77.216 -14.317 -959 112.442 48.584 -63.858 106.326 49.027 -57.299 -6.116 443 6.559 -17.274 -9.699 -30.326
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7777
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
4.5 In 2020 53% minder verkeersdoden
(van 80 doden naar 37 doden) en
34% minder ziekenhuisgewonden
(van 965 naar 636) ten opzichte van
het gemiddelde over 2001 t/m 2003
op alle wegen in Overijssel.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 1.130 1.130 1.906 1.906 3.036 3.036 2.969 2.969 -67 -67
Subtotaal beleidsdoel 4.5 1.130 1.130 1.906 1.906 3.036 3.036 2.969 2.969 -67 -67
4.6 Voldoen aan de vastgestelde kwali-
teitseisen voor het beheer en onder-
houd van provinciale infrastructuur.
Kracht van Overijssel
4.6.1 Beheer & Onderhoud – Vervan-
gingsinvesteringen oeverbeschoeiin-
gen en kunstwerken.
8.500 -8.500 -4.100 4.400 -4.400 3.982 162 -3.820 -418 162 580 -3.820
Subtotaal Kracht van Overijssel 8.500 8.500 4.100 116, doorwer
king GS 2013
4.400 4.400 3.982 162 3.820 418 162 580 3.820
Reguliere prestaties 26.886 138 -26.748 -849 26.037 138 -25.899 26.071 2.212 -23.859 34 2.074 2.040 -358 -23.501
Subtotaal beleidsdoel 4.6 35.386 138 -35.248 -4.949 30.437 138 -30.299 30.053 2.374 -27.679 -384 2.236 2.620 -3.820 -358 -23.501
Totaal Regionale bereikbaarheid,
regionaal OV
126.759 49.543 -77.216 -14.317 -959 112.442 48.584 -63.858 106.326 49.027 -57.299 -6.116 443 6.559 -17.274 -9.699 -30.326
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014787878
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 4.1
Prestatie 4.1.3 Als gevolg van de vertraging in beide bestemmingsplannen schuift de voorbereiding mee met de planologische
procedure. Het bedrag van € 1,4 miljoen blijft beschikbaar in 2015.
Prestatie 4.1.4 De voorbereidingskosten en onderzoekskosten zijn lager uitgevallen dan geraamd. Het niet bestede bedrag ad
€ 90.000 dient beschikbaar te blijven voor verplichtingen in 2015. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijs-
sel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à € 90.000 door te schuiven naar de
jaarschijf 2015, op prestatie 4.1.4.
Prestatie 4.1.6 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende
middelen à € 195.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 4.1.6.
Prestatie 4.1.7 De verkooptransacties, waarover in 2013 afspraken zijn gemaakt, zijn in 2014 afgerond. Dat geldt ook in die gevallen
waarbij de grond niet meer noodzakelijk is voor de realisatie van de weg. De overuitputting ad € 2,5 miljoen wordt
gedekt door het naar voren halen van middelen uit 2015. Over de problematiek van niet meer benodigde gronden en
de financiële consequenties daarvan wordt uw Staten in 2015 geïnformeerd. Op basis van de spelregels van Kracht
van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om een bedrag à € 2,5 miljoen af te ramen in 2015 en zo toe te
voegen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel om hiermee de overschrijding in 2014 te vereffenen, op
prestatie 4.1.7.
Prestatie 4.1.8 Aan de voorbereiding van de realisatie (waaronder het verwerven van gronden) is een lager bedrag ad € 275.000
uitgegeven dan voorzien in 2014. Dit bedrag wordt beschikbaar gesteld voor de jaarschijf 2015. Op basis van de
spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à
€ 275.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 4.1.8.
Prestatie 4.1.9 Lasten:
Het meerjarige programma Ketenmobiliteit wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de periode 2011-
2015. De onderuitputting ad € 190.000 wordt doorgeschoven naar 2015 voor realisatie van het programma. Op
basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende
middelen à € 190.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 4.1.9.
Baten:
De niet geraamde baat van € 45.000 betreft een bijdrage van de gemeente Zwolle in de kosten van de inzet van
een ingehuurde mobiliteitsmakelaar binnen Beter Benutten Zwolle-Kampen Netwerkstad.
Prestatie 4.1.10 De overschrijding van ruim € 0,6 miljoen betreft projectkosten van het project Hazewinkelweg die worden gedekt
door bijdragen van gemeenten. De gemeentelijke bijdragen zijn niet in de begroting geraamd waardoor de baten
een verschil laten zien van ruim € 0,8 miljoen. Per saldo (werkelijke baten minus lasten) is er een resultaat van ruim
€ 0.2 miljoen.
Het project is nagenoeg afgerond. De onderhoudstermijn van project Hazewinkelweg loopt nog door tot en met
2015. Er wordt voor een bedrag van € 78.000 doorgeschoven naar 2015 binnen de Uitvoeringsreserve Kracht van
Overijssel en de rest van het bedrag valt vrij. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedepu-
teerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à € 78.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015,
op prestatie 4.1.10.
Met betrekking tot prestatie 4.1.10 wordt voorgesteld om een bedrag van € 149.000 uit Reserve uitvoering Kracht
van Overijssel vrij te laten vallen en toe te voegen aan de Algemene dekkingsreserve.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 7979
Hoofdstuk 2Kerntaken
Regulier De onderuitputting is voornamelijk toe te wijzen aan de vertragingen van de Rondweg Weerselo, het Kruispunt Los-
sersestraat / Noordesmarkerrondweg en de aansluiting N733 / Landweerweg / Oude Deventerweg (prestatie 4.1.12).
De onttrekking hiervoor uit de reserve provinciale infrastructuur is eveneens lager.
Door onderbesteding op de bovengenoemde projecten is de dekking die ten laste komt van de BDU voor een be-
drag van € 1,38 miljoen lager.
Beleidsdoel 4.2
Prestatie 4.2.1 De ombouw van de spoorlijn Almelo-Hardenberg wordt voorbereid door Prorail. De opdracht voor het uitwerken
van de voorkeursvariant is eind 2014 verleend en de werkzaamheden worden uitgevoerd in 2015. Hierna zal een
realisatieovereenkomst worden getekend. Naar verwachting zal dat medio dit jaar zijn. Werk verloopt nog steeds
volgens planning. Eerdere inschatting was dat een gedeelte van de kosten ten laste van het boekjaar 2014 konden
worden gebracht. De niet bestede middelen ad € 161.000 zijn in 2015 nodig ter dekking van reeds aangegane
verplichtingen en worden doorgeschoven naar 2015. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben
Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à € 161.000 door te schuiven naar de jaarschijf
2015, op prestatie 4.2.1.
Prestatie 4.2.2 De voorbereidings- en onderzoekskosten zijn lager uitgevallen dan geraamd. Het niet bestede bedrag ad € 251.000
dient beschikbaar te blijven voor verplichtingen in 2015. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben
Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 resterende middelen à € 251.000 door te schuiven naar de jaarschijf
2015, op prestatie 4.2.2.
Beleidsdoel 4.4
Prestatie 4.4.1 Het programma goederenvervoer over water wordt conform het investeringsvoorstel uitgevoerd in de periode 2011-
2015. De onderuitputting van € 408.000 wordt bij resultaatbestemming doorgeschoven naar 2015 voor realisatie
van het programma. Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om
de in 2014 resterende middelen à € 408.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 4.4.1.
Regulier Het baggerwerk in kanaal Almelo – de Haandrik (prestatie 4.4.7) is niet afgerond in verband met de NGE (Niet
Gesprongen Explosieven). Er moet onder beveiligde condities gebaggerd worden. Het niet bestede bedrag van
€ 479.000 blijft beschikbaar in de Reserve Waterwegen.
Beleidsdoel 4.6
Prestatie 4.6.1 Lasten
Vanwege een langere voorbereidingstijd is het onderhoud van een aantal duikersbruggen in de uitvoering door-
geschoven naar 2015. Het resterende bedrag (€ 580.000) wordt toegevoegd aan de jaarschijf 2015.
Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 580.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 4.6.1.
Baten
De baat betreft een niet geraamde vergoeding van de Gasunie voor kosten voor verrichte werkzaamheden (verleg-
ging gasleiding).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014808080
Kerntaak 5: Regionale economie
Externe ontwikkelingenDe effecten van de recessie blijken ook in 2014 nog flink door te werken in het provinciale
bedrijfsleven, wat zich vertaald in dalende werkgelegenheidscijfers in de diverse (top)sectoren.
Deze ontwikkeling is dusdanig massief dat onze provinciale inzet het tij niet kan keren. Toch
zijn diverse interessante ontwikkelingen in gang gezet die toekomstperspectief bieden. Met
Twente Werkt! en de uitwerking van de commissie Wijzen is een basis gelegd voor economische
versterking van Twente in de komende jaren. Dat is ook nodig, want met name de werkloos-
heidsontwikkeling in de grote steden in Twente is zorgwekkend te noemen. De Regio Zwolle is
economisch gezien goed blijven presteren evenals de Stedendriehoek, ook al blijven ook daar de
nodige aandachtspunten voor de nabije toekomst.
Regionaal Bedrijventerrein Twente (RBT)
Als partner in het Regionaal Bedrijventerrein Twente (23% aandeel) zijn er de afgelopen jaren
forse afboekingen gedaan op de grondexploitatie van XL Businesspark. Om inzicht te krijgen in
de toekomstbestendigheid van deze grondexploitatie, hebben onafhankelijke bureaus onderzoek
gedaan naar de concurrentiepositie ten opzichte van andere regio’s en is het aangekondigde
onderzoek naar de plankosten uitgevoerd. Uit een voorlopige conclusie blijkt dat de plankosten
verhoogd moeten worden, wat leidt tot een verslechtering van de grondexploitatie. Dit vereist
een dotatie aan de voorziening “Resultaten grondexploitaties”.
De definitieve grondexploitatie zal begin juli 2015 door het Algemeen Bestuur worden vastge-
steld. Gezien de relatief lange looptijd van de grondexploitatie (beoogd 2031) en de tegenval-
lende ontwikkeling van de grondexploitatie van het XL Businesspark de afgelopen jaren, is het
vormen van een risicoreservering aan te bevelen om toekomstige verliezen op te vangen.
Reprogrammeren / doorzettingskracht
Op het gebied van bedrijventerreinen neemt de leegstand toe. De provincie heeft een regierol op
het gebied van bedrijventerreinen. Om balans te brengen tussen vraag en aanbod van werkloca-
ties hebben wij u in december 2014 een voorstel (PS/2014/1046) gedaan over de te ontwikkelen
doorzettingskracht in de omgevingsvisie en –verordening voor het in balans brengen van vraag
en aanbod ten aanzien van wonen en bedrijventerreinen.
Innovatie
Ten opzichte van de aarzelende start in 2013 zijn de innovatievouchers in 2014 goed op gang
gekomen. Het aantal bedrijven dat gebruikt maakt van deze regeling via open innovatiecentra is
toegenomen tot in totaal 45. Wij hebben in de Monitor 2014-II aangekondigd dat de regeling
vereenvoudigd zal worden. Om een groter bereik te realiseren en om procedures en instrumen-
ten voor het MKB te vereenvoudigen, gaat de regeling in 2015 op in één landsdelige EFRO-
regeling voor MKB innovatievouchers.
Op 10 september 2014 hebben uw Staten ingestemd met het voornemen tot de oprichting van het
Innovatiefonds (PS/2014/578). De feitelijke oprichting volgt op die van de Houdstermaatschappij.
De oprichting van het innovatiefonds zal daarom niet eerder dan begin 2015 plaatsvinden.
Agro & food
In september en oktober organiseerden wij inspirerende en enthousiasmerende rondetafelge-
sprekken over de toekomst van de agro & foodketen. De centrale vraag tijdens deze rondeta-
felgesprekken was: “Hoe kan de provincie een klimaat creëren waarin de innovatiekracht en de
kwaliteit van de fysieke leefomgeving versterkt worden en de toegevoegde waarde van de agro
& foodsector groeit?”
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 8181
Hoofdstuk 2Kerntaken
Belangrijke uitkomst van de rondetafelgesprekken is het tweeledige verzoek aan de provincie om
richting én ruimte te geven. Richting, door heldere kaders te stellen op het gebied van fysieke,
economische en sociale waarden die gehandhaafd of versterkt moeten worden. Ruimte, door
ondernemers uit te (blijven) dagen en hen te faciliteren in de innovaties die zij beogen. Door
hierop een consistente visie uit te dragen waarin verantwoordelijkheden helder zijn verdeeld,
ontstaat houvast om toekomstbestendige keuzes te kunnen maken. De rondetafelgesprek-
ken hebben geleid tot een visie op hoofdlijnen voor het agro & foodbeleid dat nader wordt
uitgewerkt in de revisie van de Omgevingsvisie (thema transitie agro & food) en in een nieuw
Uitvoeringsprogramma Agro & food. De regionale woonvisies zijn voltooid. Deze woonvisies zijn
de basis voor de woonafspraken in 2015.
Sectorplannen
Wij verwachten het eerste kwartaal 2015 verzoeken om cofinanciering voor regionale sector-
plannen die ingediend worden bij het Ministerie Sociale Zaken en Werkgelegheid in de derde
tranche sectorplannenregeling. De regeling voor de derde tranche wordt specifiek gericht op
de cofinanciering van sectorplannen die de overgang bevorderen van-werk-naar-werk en van-
werkloosheid-naar-werk waarbij gebruik kan worden gemaakt van de zogenaamde Brug-WW.
In het bestuurlijk overleg Techniekpact van 27 oktober 2014 is gesproken over de derde tranche
sectorplannen. Het gesprek vond plaats met de landsdelen, de ministeries Sociale Zaken en
Werkgelegenheid, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Economische Zaken en de aanjager van
het landelijk Techniekpact 2020. De landsdelen drongen aan op meer ruimte, want in de regio’s
is grote urgentie om het sociaal akkoord ten uitvoering te geven. (Versneld) uitvoering geven
aan regionale sociale akkoorden (en daarmee met de arbeidsmarktregio als zodanig) ligt voor
de hand zoals Actieplan Twente Werkt / Techniekpact Twente, Sociaal akkoord Regio IJsselvecht
/ Techniekpact regio Zwolle. Bestrijding van de jeugdwerkloosheid maakt deel uit van regionale
sociale akkoorden c.q. banenplannen.
Breedband
Na het vaststellen van de uitvoeringskaders voor het programma Breedband Overijssel is een
start gemaakt met de uitvoering. Dit heeft in 2014 geresulteerd in het opstellen van de eer-
ste tenders voor de gebiedsprojecten. In 2015 moet dit leiden tot het verlenen van de eerste
leningen en subsidies. Voor de bedrijventerreinen is stichting Glasvezel Oost-Nederland gestart
met het in kaart brengen van de bedrijventerreinen in Overijssel en de mogelijkheden voor het
aanleggen van glasvezel op deze terreinen. Ook zijn de eerste vroegrealisaties opgestart en deels
ook al afgerond.
Vrijetijdseconomie
2014 was een goed jaar voor de vrijetijdseconomie in Overijssel. Door het mooie weer 2014
brachten 1,2 miljoen Nederlanders vakanties door in Overijssel. Dat is een stijging van 3% ten
opzichte van 2013. Vakantiegangers gaven gemiddeld ook meer geld uit. De totale bestedingen
namen met 9% toe tot bijna 244 miljoen euro. De werkgelegenheid steeg met 1% naar 32.065
arbeidsplaatsen. Het aantal overnachtingen daalde, na een forse stijging in 2012, licht.
Het martkaandeel van Overijssel op de binnenlandse vakantiemarkt (doelstelling 10%) is:
• 8.8% voor vakanties (was 8,3% in 2013);
• 9,7% voor overnachtingen (was 10,2% in 2013);
• 9,4% bestedingen (was 8,6%).
Overijssel stijgt qua bestedingen van de 7e naar de 4e plaats in Nederland. Overijssel is in 2014
één van de 3 provinciale stijgers, de andere provincies leveren in. Dit blijkt uit een analyse van
het Continu Vakantie Onderzoek (CVO) door het Kennispunt van Marketing-Oost en het Twents
Bureau voor Toerisme. De cijfers van de afzonderlijke toeristische A-merken komen begin 2015
beschikbaar.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014828282
De regeling Product–Markt-Partner-Combinaties 2012-2015, waarmee de aantrekkelijkheid van
de A-merken in Overijssel wordt vergroot, is een groot succes. De aanpak enthousiasmeert veel
ondernemers uit de vrijetijdssector om out of the box te denken en te handelen. Door crossovers
met partners uit cultuur, natuur, sport of zorg leidt dit tot nieuwe innovatieve (vrijetijds)arrange-
menten. Dit heeft tot gevolg dat er meer gasten naar Overijssel komen die langer verblijven en
meer besteden met een positief effect op de werkgelegenheid in Overijssel.
Aandeel Regionale economie in totale
kerntakenbegroting
■ Aandeel Regionale economie - 8,4%
■ Overige kerntaken - 91,6%
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 8383
Hoofdstuk 2Kerntaken
Provincie Overijssel Jaarverslag 20148484
Doelenboom
5. Een vitale en zichzelf vernieuwende
regionale economie, met een hoog-
waardig vestigings- en onderne-
mersklimaat.
5.1 Optimalisering vestigings- en ondernemingsklimaat.
5.2 Versterken van human capital en ondernemerschap.
5.3 Toename innovatiekracht industrie.
5.4 Transitie duurzame energievoorziening.
5.5 Een nog gastvrijere regio: toerisme 2.0.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
** Deze prestaties zijn opgenomen in de doelenboom om de inhoudelijke relatie / bijdrage tussen de opgaven van deze kerntaak en kerntaak 2 zichtbaar te
maken. Voor de toelichting op deze prestaties, zie kerntaak 2.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 8585
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
5.1.1 Actieplan kantoren ontwikkelen en uitvoeren: coördinatie nieuwe en bestaande kantorenlocaties en
bestrijding leegstand.
5.1.2 Uitvoeren en afronden meerjarenprogramma Vitale Bedrijvigheid 2009 - 2015.
5.1.3 Sturen op het regionaal afgestemd aanbod van werklocaties, in overeenstemming met de provinciale
ruimtelijke ambities.
5.1.6 Toekomstvast, provinciedekkend en open breedbandnetwerk in de provincie Overijssel.
Reguliere prestaties:
5.1.7 Economische structuurversterking door de ontwikkeling van werklocaties.
Investeringsprestaties:
5.2.6 Uitwerken human capital-agenda.
5.2.7 Starters- en ondernemersondersteuning.
Investeringsprestaties:
5.3.1. Uitvoeringsprogramma Businessplan voor de sector High Tech in Twente ontwikkelen en uitvoeren.
5.3.2 Uitvoeringsprogramma’s ontwikkelen en uitvoeren voor de topsectoren Energie, Kunststoffen (Chemie),
Gezondheidszorg (Life Sciences) en Agrofood.
5.3.4 Uitvoeringsprogramma Versterking van de concurrentiekracht en verduurzaming van de sector land- en
tuinbouw.
5.3.9 Bedrijfsondersteunende internationale handelsmissies faciliteren.
Reguliere prestaties:
5.3.10 Tijdige uitvoering van de Europese stimuleringsprogramma’s binnen de geldende randvoorwaarden en
eisen van de Europese Unie, de rijksoverheid en de provincie Overijssel.
5.3.12 Economische structuurversterking door middel van ontwikkeling / begeleiding van innovatieprojecten en
beschikbaarstelling (risico)kapitaal.
Investeringsprestaties:
2.1.1 Inzet van kennis, netwerken en financiële instrumenten ter stimulering van energiebesparende maatre-
gelen en de opwekking van hernieuwbare energie.**
2.1.2 Verstrekken van leningen, participaties en garanties vanuit Energiefonds. **
Investeringsprestaties:
5.5.1 Versterken ondernemerschap.
5.5.2 Uitvoeringsprogramma Investeren in marketing en promotie van de provincie Overijssel als toeristische
regio en vijf toeristische gebieden (A-merken) in Overijssel door de uitvoering Marketingimpuls Toerisme
Overijssel 2011 - 2015.
5.5.3 Investeren in festivals en evenementen die van belang zijn voor de vrijetijdseconomie.
5.5.4 Uitvoeringsprogramma’s uitvoeren voor Overijssels water, cultuurbeleving en Puur.
5.5.5. Ontwikkelen toeristische belevingseconomie in samenwerking met Staatsbosbeheer, Routebureaus,
Landschap Overijssel, Natuurmonumenten.
Oranje
Groen
Groen
Oranje
Rood
Oranje
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Oranje
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 20148686
( x € 1.000)5. Regionale economie ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
5.1 Optimalisering vestigings-
en ondernemingsklimaat.
3.992 -3.992 6.069 -6.069 5.759 -5.759 4.682 -4.682 -1.077 1.077
5.2 Versterken van human capi-
tal en ondernemerschap.
2.985 -2.985 3.000 -3.000 1.910 -1.910 1.729 -1.729 -181 181
5.3 Toename innovatiekracht
industrie.
19.276 863 -18.413 42.255 74 -42.181 19.606 1.811 -17.795 19.685 6.973 -12.712 79 5.162 5.083
5.4 Transitie duurzame energie-
voorziening.
5.5 Een nog gastvrijere regio:
toerisme 2.0.
11.059 4 -11.055 4.404 -4.404 8.296 -8.296 7.897 -7.897 -399 399
Totaal Milieu en Energie 37.312 867 -36.445 55.728 74 -55.654 35.571 1.811 -33.760 33.993 6.973 -27.020 -1.578 5.162 6.740
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 8787
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve Europese programma's 7.803 5.512 1.773 11.542 7.803 4.125 350 11.578 36
Reserve Herstructurering bedrijventer-
reinen
8.433 1.122 9.555 8.433 1.122 9.555
Reserve uitvoering KvO 2.520 29.735 2.520 25.818 -3.917
Totaal reserves 16.236 9.154 31.508 21.097 16.236 7.767 26.168 21.133 3.881
Voorzieningen
Voorziening lening stichting WMC 500 500 500 500
Voorziening participatie HMO 25.930 25.930 25.930 25.930
Voorziening participatie Oost N.V. 5.117 5.117 5.117 5.117 -5.117
Voorziening deelneming Innovatie-
fonds Overijssel
3.400 5.900 9.300 3.400 5.322 8.722 -578
Totaal voorzieningen 34.947 5.900 40.847 34.947 5.322 5.117 35.152 5.695
Doeluitkeringen
Doeluitkering Europese programma’s 370 7 377 370 7 18 359 -18
Totaal doeluitkeringen 370 7 377 370 7 18 359 18
Saldo Reserves, Voorzieningen
en Doeluitkeringen Regionale
Economie
51.553 15.061 31.508 62.321 51.553 13.096 31.303 56.664 -9.594
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20148888
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.1 Optimalisering vestigings- en onder-
nemingsklimaat.
Kracht van Overijssel
5.1.1 Actieplan kantoren ontwikkelen
en uitvoeren: coördinatie nieuwe en
bestaande kantorenlocaties en bestrij-
ding leegstand.
1.285 -1.285 116, doorwer-
king GS 2013,
doorwerking
adm. 2013
1.285 -1.285 311 -311 -974 974 -311
5.1.2 Uitvoeren en afronden meer-
jarenprogramma Vitale Bedrijvigheid
2009 – 2015.
2.192 -2.192 500 116 2.692 -2.692 2.640 -2.640 -52 52 -2.640
5.1.3 Sturen op het regionaal afge-
stemd aanbod van werklocaties, in
overeenstemming met de provinciale
ruimtelijke ambities.
105, 116,
doorwerking
GS 2013
5.1.6 Toekomstvast, provinciedekkend
en open breedbandnetwerk in de
provincie Overijssel.
2.592 -2.592 -810 1.782 -1.782 1.731 -1.731 -51 51 -1.731
Subtotaal Kracht van Overijssel 6.069 6.069 310 5.759 5.759 4.682 4.682 1.077 1.077 4.682
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.1 6.069 -6.069 -310 5.759 -5.759 4.682 -4.682 -1.077 1.077 -4.682
5.2 Versterken van human capital en
ondernemerschap.
Kracht van Overijssel
5.2.6 Uitwerken Human Capital
Agenda.
3.000 -3.000 -1.510 11, 107, 111,
116,
1.490 -1.490 1.309 -1.309 -181 181 -1.309
5.2.7 Starters- en ondernemersonder-
steuning.
420 11, 116 420 -420 420 -420 -420
5.2.8 Alleen primitief.
Subtotaal Kracht van Overijssel 3.000 3.000 1.090 1.910 1.910 1.729 1.729 181 181 1.729
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.2 3.000 -3.000 -1.090 1.910 -1.910 1.729 -1.729 -181 181 -1.729
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 8989
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.1 Optimalisering vestigings- en onder-
nemingsklimaat.
Kracht van Overijssel
5.1.1 Actieplan kantoren ontwikkelen
en uitvoeren: coördinatie nieuwe en
bestaande kantorenlocaties en bestrij-
ding leegstand.
1.285 -1.285 116, doorwer-
king GS 2013,
doorwerking
adm. 2013
1.285 -1.285 311 -311 -974 974 -311
5.1.2 Uitvoeren en afronden meer-
jarenprogramma Vitale Bedrijvigheid
2009 – 2015.
2.192 -2.192 500 116 2.692 -2.692 2.640 -2.640 -52 52 -2.640
5.1.3 Sturen op het regionaal afge-
stemd aanbod van werklocaties, in
overeenstemming met de provinciale
ruimtelijke ambities.
105, 116,
doorwerking
GS 2013
5.1.6 Toekomstvast, provinciedekkend
en open breedbandnetwerk in de
provincie Overijssel.
2.592 -2.592 -810 1.782 -1.782 1.731 -1.731 -51 51 -1.731
Subtotaal Kracht van Overijssel 6.069 6.069 310 5.759 5.759 4.682 4.682 1.077 1.077 4.682
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.1 6.069 -6.069 -310 5.759 -5.759 4.682 -4.682 -1.077 1.077 -4.682
5.2 Versterken van human capital en
ondernemerschap.
Kracht van Overijssel
5.2.6 Uitwerken Human Capital
Agenda.
3.000 -3.000 -1.510 11, 107, 111,
116,
1.490 -1.490 1.309 -1.309 -181 181 -1.309
5.2.7 Starters- en ondernemersonder-
steuning.
420 11, 116 420 -420 420 -420 -420
5.2.8 Alleen primitief.
Subtotaal Kracht van Overijssel 3.000 3.000 1.090 1.910 1.910 1.729 1.729 181 181 1.729
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.2 3.000 -3.000 -1.090 1.910 -1.910 1.729 -1.729 -181 181 -1.729
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 20149090
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.3 Toename innovatiekracht industrie. Kracht van Overijssel
5.3.1 Uitvoeringsprogramma Busi-
nessplan voor de sector High Tech in
Twente ontwikkelen en uitvoeren.
33.000 -33.000 -23.416 350 117, 111,
113, 116,
doorwerking
PS 2013,
doorwerking
GS 2013
9.584 350 -9.234 8.444 5.471 -2.973 -1.140 5.121 6.261 -7.847 4.874
5.3.2 Uitvoeringsprogramma's ontwik-
kelen en uitvoeren voor de topsecto-
ren Energie, Kunststoffen (Chemie) en
Gezondheidszorg (Life Sciences).
331 -331 1.000 doorwerking
GS 2013
1.331 -1.331 1.326 -1.326 -5 5 -1.326
5.3.4 Uitvoeringsprogramma Ver-
sterking van de concurrentiekracht
en verduurzaming van de agro &
food-sector.
2.278 -2.278 720 116 2.998 -2.998 2.162 -2.162 -836 836 -1.913 -249
5.3.9 Bedrijfsondersteunende interna-
tionale handelsmissies faciliteren.
250 -250 260 107, 109,
doorwerking
adm. 2013
510 -510 478 -478 -32 32 -478
Subtotaal Kracht van Overijssel 35.859 35.859 21.436 350 14.423 350 14.073 12.410 5.471 6.939 2.013 5.121 7.134 11.564 4.625
Reguliere prestaties 6.396 74 -6.322 -1.213 1.387 5.183 1.461 -3.722 7.275 1.502 -5.773 2.092 41 -2.051 -350 -5.423
Subtotaal beleidsdoel 5.3 42.255 74 -42.181 -22.649 1.737 19.606 1.811 -17.795 19.685 6.973 -12.712 79 5.162 5.083 -11.564 -350 -798
5.4 Transitie duurzame energievoorzie-
ning.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.4
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9191
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.3 Toename innovatiekracht industrie. Kracht van Overijssel
5.3.1 Uitvoeringsprogramma Busi-
nessplan voor de sector High Tech in
Twente ontwikkelen en uitvoeren.
33.000 -33.000 -23.416 350 117, 111,
113, 116,
doorwerking
PS 2013,
doorwerking
GS 2013
9.584 350 -9.234 8.444 5.471 -2.973 -1.140 5.121 6.261 -7.847 4.874
5.3.2 Uitvoeringsprogramma's ontwik-
kelen en uitvoeren voor de topsecto-
ren Energie, Kunststoffen (Chemie) en
Gezondheidszorg (Life Sciences).
331 -331 1.000 doorwerking
GS 2013
1.331 -1.331 1.326 -1.326 -5 5 -1.326
5.3.4 Uitvoeringsprogramma Ver-
sterking van de concurrentiekracht
en verduurzaming van de agro &
food-sector.
2.278 -2.278 720 116 2.998 -2.998 2.162 -2.162 -836 836 -1.913 -249
5.3.9 Bedrijfsondersteunende interna-
tionale handelsmissies faciliteren.
250 -250 260 107, 109,
doorwerking
adm. 2013
510 -510 478 -478 -32 32 -478
Subtotaal Kracht van Overijssel 35.859 35.859 21.436 350 14.423 350 14.073 12.410 5.471 6.939 2.013 5.121 7.134 11.564 4.625
Reguliere prestaties 6.396 74 -6.322 -1.213 1.387 5.183 1.461 -3.722 7.275 1.502 -5.773 2.092 41 -2.051 -350 -5.423
Subtotaal beleidsdoel 5.3 42.255 74 -42.181 -22.649 1.737 19.606 1.811 -17.795 19.685 6.973 -12.712 79 5.162 5.083 -11.564 -350 -798
5.4 Transitie duurzame energievoorzie-
ning.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.4
Provincie Overijssel Jaarverslag 20149292
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.5 Een nog gastvrijere regio: toerisme
2.0.
Kracht van Overijssel
5.5.1 Versterken ondernemerschap.
5.5.2 Uitvoeringsprogramma Investeren
in marketing en promotie van de
provincie Overijssel als toeristische
regio en vijf toeristische gebieden (A-
merken) in Overijssel door de uitvoering
Marketingimpuls Toerisme Overijssel
2011-2015.
1.304 -1.304 418 107, 116 1.722 -1.722 1.722 -1.722 -1.668 -54
5.5.3 Investeren in festivals en evene-
menten die van belang zijn voor de
vrijetijdseconomie.
100 -100 100 116 200 -200 169 -169 -31 31 -169
5.5.4 Uitvoeringsprogramma’s uitvoe-
ren voor Overijssels water, cultuurbele-
ving en Puur.
2.000 -2.000 2.000 107, 109 4.000 -4.000 3.724 -3.724 -276 276 -3.724
5.5.5 Ontwikkelen toeristische bele-
vingseconomie i.s.m Staatsbosbeheer,
Routebureaus, Landschap Overijssel,
Natuurmonumenten.
1.000 -1.000 1.374 107, 116,
doorwerking
GS 2013
2.374 -2.374 2.282 -2.282 -92 92 -2.282
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.404 4.404 3.892 8.296 8.296 7.897 7.897 399 399 7.843 54
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.5 4.404 -4.404 3.892 8.296 -8.296 7.897 -7.897 -399 399 -7.843 -54
Totaal Regionale Economie 55.728 74 -55.654 -20.157 1.737 35.571 1.811 -33.760 33.993 6.973 -27.020 -1.578 5.162 6.740 -25.818 -350 -852
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9393
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
5.5 Een nog gastvrijere regio: toerisme
2.0.
Kracht van Overijssel
5.5.1 Versterken ondernemerschap.
5.5.2 Uitvoeringsprogramma Investeren
in marketing en promotie van de
provincie Overijssel als toeristische
regio en vijf toeristische gebieden (A-
merken) in Overijssel door de uitvoering
Marketingimpuls Toerisme Overijssel
2011-2015.
1.304 -1.304 418 107, 116 1.722 -1.722 1.722 -1.722 -1.668 -54
5.5.3 Investeren in festivals en evene-
menten die van belang zijn voor de
vrijetijdseconomie.
100 -100 100 116 200 -200 169 -169 -31 31 -169
5.5.4 Uitvoeringsprogramma’s uitvoe-
ren voor Overijssels water, cultuurbele-
ving en Puur.
2.000 -2.000 2.000 107, 109 4.000 -4.000 3.724 -3.724 -276 276 -3.724
5.5.5 Ontwikkelen toeristische bele-
vingseconomie i.s.m Staatsbosbeheer,
Routebureaus, Landschap Overijssel,
Natuurmonumenten.
1.000 -1.000 1.374 107, 116,
doorwerking
GS 2013
2.374 -2.374 2.282 -2.282 -92 92 -2.282
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.404 4.404 3.892 8.296 8.296 7.897 7.897 399 399 7.843 54
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 5.5 4.404 -4.404 3.892 8.296 -8.296 7.897 -7.897 -399 399 -7.843 -54
Totaal Regionale Economie 55.728 74 -55.654 -20.157 1.737 35.571 1.811 -33.760 33.993 6.973 -27.020 -1.578 5.162 6.740 -25.818 -350 -852
Provincie Overijssel Jaarverslag 20149494
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 5.1
Prestatie 5.1.1 Voor de subsidieregeling Aanpak leegstand kantoorpanden Overijssel (Ubs 2011, paragraaf 5.12) was in 2014 ruim
€ 1 miljoen begroot. Hiervan is circa 20% benut, het restant is € 844.000. De regeling loopt door in 2015. Daarnaast
was een bedrag geraamd voor externe inhuur van € 235.000 waarvan 45% is besteed. Een bedrag van € 130.000
bleef onbenut. Het niet bestede bedrag ad € 974.000 blijft beschikbaar in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel
voor deze prestatie.
Regulier Naar onze inschatting bedraagt het verwachte verlies op de grondexploitatie per 1-1-2015 in totaal € 25,6 miljoen.
Wij nemen daarover een minderheidsstandpunt in. Ten opzichte van de grex per 1-1-2014 neemt het verlies met
€ 10,6 miljoen toe. Naar rato van het provinciale aandeel in de exploitatie (23%) heeft een dotatie aan de voorzie-
ning gebiedsexploitaties plaatsgevonden van € 2,4 miljoen (zie ook paragraaf verbonden partijen). Deze dotatie is
ten laste van de autonome budgetten (beleidsdoel 5.3) gebracht.
Gezien de ontwikkelingen van de grondexploitatie van het XL Businesspark de afgelopen jaren, stellen wij voorzich-
tigheidshalve voor om daarnaast een risicoreserve te vormen van € 5,7 miljoen waarmee verdere verliezen kunnen
worden gedekt. Hiervoor is een resultaatsbestemmingsvoorstel bij deze jaarrekening gevoegd.
Beleidsdoel 5.2
Prestatie 5.2.6 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 181.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.2.6.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9595
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 5.3
Prestatie 5.3.1 De voorziening Oost N.V. is volgens de accountant volledig ten onrechte gevormd. De cijfers van Oost N.V. geven
geen aanleiding tot afwaardering aangezien de waarde van de participaties binnen Oost N.V. hoger zijn dan onze
balanswaardering van Oost N.V. De afwaardering van de voorziening Oost N.V. heeft geleidt tot een correctie van
€ 5,1 miljoen.
Door middel van de resultatenbestemming wordt voorgesteld om het bedrag (€ 5,1 miljoen) wat is vrijgevallen uit
de voorziening Oost N.V. toe te voegen aan de Algemene Financieringsreserve (AFR).
Prestatie 5.3.2 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 5.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.3.2.
Prestatie 5.3.4 In verband met de grote belangstelling voor de subsidieregeling Innovatie Agro & food Overijssel (Ubs 2011, pa-
ragraaf 6.6) is bij Monitor Overijssel 2014-II € 720.000 toegevoegd aan de Begroting 2014. Hiermee is versnelling
van de prestatieopgaven gefaciliteerd. Ultimo 2014 is gebleken dat niet alle aanvragen voor het einde van het jaar
konden worden beschikt gegeven de zorgvuldigheid die voor de beoordeling van de subsidieaanvragen is vereist.
Hierdoor resteert € 836.000. Overigens is inmiddels € 665.000 alsnog beschikt, zij het in januari 2015.
Een bedrag van € 590.000 wordt doorgeschoven naar 2015, € 75.000 naar 2016 en rest blijft beschikbaar in de
Reserve uitvoering Kracht van Overijssel om te matchen met vastgelegde verplichtingen op voornoemde boekjaren.
Prestatie 5.3.9 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 32.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.3.9.
Regulier De overschrijding heeft betrekking op een dotatie aan de voorziening gebiedsexploitaties ten aanzien van het Regionaal
Bedrijventerrein Twente. Zie voor een nadere toelichting Beleidsdoel 5.1, regulier.
Beleidsdoel 5.5
Prestatie 5.5.3 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 31.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.5.3.
Prestatie 5.5.4 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 276.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.5.4.
Prestatie 5.5.5 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 92.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 5.5.5.
Provincie Overijssel Jaarverslag 20149696
Kerntaak 6: Culturele infrastructuur en monumentzorg
Inleiding2014 was het 2e jaar van uitvoering van de cultuurnota ‘De Kracht van cultuur 2013-2016 Over-
ijssel’. De uitvoering van de voorgenomen prestaties ligt op koers.
Bibliotheekwet
In de nieuwe bibliotheekwet, die op 1 januari 2015 van kracht is geworden, zijn de wettelijke taken
van de Provinciale Service Organisatie (OBD / Rijnbrinkgroep) opnieuw vastgelegd. Daarbij ligt de
nadruk op interbibliothecair leenverkeer en bibliotheekinnovatie. Ter gelegenheid van de nieuwe
bibliotheekwet heeft de provincie in samenwerking met de netwerkpartners op 2 oktober 2014 het
symposium ‘Bibliotheek van de toekomst ‘ georganiseerd voor de Overijsselse gemeenten en biblio-
theken. Daarbij kwamen naast sprekers als Job Cohen en Jos De Bij ook best practices op het gebied
van bibliotheekinnovatie aan bod.
Kunstcollectie
De provinciale kunstcollectie is een belangrijke basis onder Museum de Fundatie. Bij de verzelf-
standiging van het Museum in 2004 zijn afspraken gemaakt over het beheer van de provinciale
collectie en het aankoopbeleid (PS MI/2004/1380). De provincie stelt jaarlijks middelen beschik-
baar voor de aanschaf van moderne en hedendaagse kunst, waarbij bijzondere aandacht bestaat
voor Overijsselse kunstenaars. Deze wijze van budgettering op basis van jaarschijven sluit niet
aan bij de uitvoeringspraktijk die zich kenmerkt door fluctuaties in vraag en aanbod. Hierdoor is
in 2014 sprake van onderbesteding. Bij deze jaarrekening is een resultaatbestemmingsvoorstel
gevoegd om deze middelen te kunnen inzetten in 2015.
Erfgoed
De provincie heeft behoud en ontwikkeling van het cultureel erfgoed als centrale ambitie opge-
nomen in de Cultuurnota 2013-2016. Het erfgoedbeleid wordt langs drie lijnen uitgevoerd: er
wordt ingezet op de restauratie van rijksmonumenten, herbestemming van cultureel erfgoed en
via de lijn “Verhaal van Overijssel” wordt geïnvesteerd in behoud van archeologie, cultuurhisto-
rische elementen en streektaal en –cultuur en wordt aangespoord om de rijke geschiedenis van
Overijssel in woord en beeld door te geven.
De provincie heeft als taak om grote restauraties van rijksmonumenten mogelijk te maken.
Hiervoor is een decentralisatieafspraak met het Rijk gemaakt waarin is opgenomen dat de provincie
ervoor zorgt dat de rijksmiddelen worden gematcht met geld van de provincie en andere partijen.
In 2014 werden veel aanvragen ingediend voor de regeling “Restauratie rijksmonumenten”, meer
dan met het beschikbare budget kon worden bediend. Daarom is een bedrag van € 600.000 uit de
Uitvoeringsreserve Kracht van Overijssel reeds in 2014 beschikbaar gesteld zodat deze investerings-
prestatie versneld kon worden uitgevoerd. Op alle projecten zal ten minste één leerlingwerkplaats
worden gerealiseerd.
Cultuureducatie
De provincie is op het gebied van cultuureducatie initiatiefnemer om cultuuraanbieders en onderwijs
met elkaar in contact te brengen, met als doel om de kwaliteit van cultuureducatie te verbeteren.
Verschillende partijen spelen daarbij een rol: gemeenten, onderwijsinstellingen en culturele aanbie-
ders. Landelijk stond cultuureducatie in 2014 flink in de belangstelling. Het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap reserveert voor de periode 2015-2020 in totaal € 25 miljoen voor een rege-
ling die gericht is op het versterken van kennis en deskundigheid van mensen die voor de klas staan.
Bedoeling is dat scholen samen met één of meerdere partijen uit het muziekveld aanvragen gaan
doen. In Overijssel zijn er relatief veel muzieksamenwerkingsprojecten op scholen met muziekver-
enigingen. De verwachting is dan ook dat vanuit Overijssel gebruik gemaakt zal worden van deze
nieuwe regeling.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9797
Hoofdstuk 2Kerntaken
Externe ontwikkelingen Na de bezuinigingen in de Cultuursector is het aanbod nog steeds groot, divers en toegankelijk.
De sector reageert flexibel op de veranderingen en er ontstaan nieuwe initiatieven, bijvoorbeeld
op het gebied van samenwerking. Makers vinden nieuwe wegen, instellingen werken efficiënter.
Van de instellingen wordt veel verwacht, niet alleen voor hun kerntaak, maak ook in talentont-
wikkeling en ondernemerschap. Het is nog te vroeg om conclusies te trekken over de gevolgen
van deze bezuinigingen. Landelijk was er in het afgelopen jaar veel aandacht voor cultuuronder-
wijs en talentontwikkeling en is Overijssel ook opgemerkt wat de ondersteuning van de produc-
tiehuizen betreft. We constateren dat de culturele instellingen driftig op zoek gaan naar sponso-
ring, fondsen en mecenaat. Dit gaat met kleine stappen ook omdat het economische tij in 2014
nog niet meezat. Landelijke trend is dat de opbrengsten uit sponsoring, publieksinkomsten en
overige directe en indirecte inkomsten licht toenemen (Cultuur in Beeld, OCW 2014). Bijdragen
van private partijen zonder tegenprestatie zijn sterk gestegen.
Dit jaar zijn ook nieuwe collegeakkoorden van gemeenten tot stand gekomen. Enerzijds betekent
dit voor een aantal gemeenten, waaronder de grote steden, nieuwe bezuinigingen. Anderzijds
zien we dat gemeenten cultuurbudgetten in stand laten.
Aandeel Culturele infrastructuur en
monumentenzorg in totale kerntakenbegroting
■ Aandeel Culturele infrastructuur - 4,2%
■ Overige kerntaken - 95,8%
Provincie Overijssel Jaarverslag 20149898
Doelenboom
6. Behoud en ontwikkeling van de
culturele identiteit van Overijssel.
6.1 Behoud en duurzame ontwikkeling van het cultureel erfgoed om zo de identiteit en de
eigenheid van Overijssel zichtbaar en beleefbaar te maken.
6.2 Stimuleren van de culturele identiteit door creatief talent een kansrijke en inspirerende
omgeving te bieden voor cultureel ondernemerschap.
6.3 Stimuleren van cultuureducatie en cultuurparticipatie.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 9999
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
6.1.8 Beleefbaar maken van volkscultuur, tradities en rituelen in een programma Streekcultuur leeft.
6.1.9 Stimuleren van de herbestemming van cultureel erfgoed, waarbij wij zoeken naar nieuwe economische
dragers voor dit erfgoed.
6.1.10 Samen met andere partijen matchen van de gedecentraliseerde rijksmiddelen voor de restauratie van
rijksmonumenten.
Reguliere prestaties:
6.1.11 Opzetten van één kenniscentrum voor het behouden en moderniseren van de kennis over en het ge-
bruik van streektaal en streekcultuur.
6.1.12 Uitvoeren van wettelijke en op bestuurlijk niveau afgesproken taken op het brede gebied van cultureel
erfgoed.
6.1.13 In stand houden van een netwerk van en het bieden van ondersteuning aan de Overijsselse bibliotheken.
6.1.14 Invullen van de wettelijke zorgplicht voor ten minste één regionale omroep in de provincie Overijssel.
Investeringsprestaties:
6.2.12 Faciliteren van talentontwikkeling in Oost-Nederland.
6.2.13 Bevorderen van zelfredzaamheid, innovatieve vermogens, het ondernemerschap en de maatschappelijke
inzet van de Overijsselse culturele instellingen.
6.2.14 Versterken van de culturele basisinfrastructuur, zoals benoemd in het Hoofdlijnenakkoord.
Reguliere prestaties:
6.2.15 Samenwerken met partners aan de Oost-Nederlandse culturele infrastructuur.
Investeringsprestaties:
6.3.2 Stimuleren van cultuureducatie.
6.3.3 Stimuleren van cultuurparticipatie.
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
-
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014100100
( x € 1.000)6. Culturele infrastructuur en monumentenzorg ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
6.1 Behoud en duurzame ont-
wikkeling van het cultureel
erfgoed om zo de identiteit
en de eigenheid van Overijs-
sel zichtbaar en beleefbaar
te maken.
20.566 2 -20.564 8.284 -8.284 9.513 -9.513 9.464 -9.464 -49 49
6.2 Stimuleren van de culturele
identiteit door creatief ta-
lent een kansrijke en inspi-
rerende omgeving te bieden
voor cultureel ondernemer-
schap.
4.843 8 -4.835 4.772 -4.772 4.772 -4.772 4.564 -4.564 -208 208
6.3 Stimuleren van cultuuredu-
catie en cultuurparticipatie.
1.716 -1.716 1.750 -1.750 1.885 -1.885 2.012 -2.012 127 -127
Totaal Culturele infrastruc-
tuur en monumentenzorg
27.125 10 -27.115 14.806 -14.806 16.170 -16.170 16.040 -16.040 -130 130
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 101101
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve uitvoering KvO 5.113 5.115 2
Totaal reserves 5.113 5.115 2
Saldo Reserves, Voorzieningen
en Doeluitkeringen Culturele
infrastructuur en monumenten-
zorg
5.113 5.115 2
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014102102
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
6.1 Behoud en duurzame ontwikkeling
van het cultureel erfgoed om zo
de identiteit en de eigenheid van
Overijssel zichtbaar en beleefbaar te
maken.
Kracht van Overijssel
6.1.8 Beleefbaar maken van volks-
cultuur, tradities en rituelen in een
programma Streekcultuur leeft.
150 -150 150 -150 150 -150 -150
6.1.9 Stimuleren van de herbestemming
van cultureel erfgoed, waarbij wij zoe-
ken naar nieuwe economische dragers
voor dit erfgoed.
998 -998 274 107, doorwer-
king GS 2013
1.272 -1.272 1.254 -1.254 -18 18 -556 -698
6.1.10 Samen met andere partijen
matchen van de gedecentraliseerde
rijksmiddelen voor de restauratie van
rijksmonumenten.
1.849 -1.849 600 116 2.449 -2.449 2.449 -2.449 -1.200 -1.249
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.997 2.997 874 3.871 3.871 3.853 3.853 18 18 1.906 1.947
Reguliere prestaties 5.287 -5.287 355 5.642 -5.642 5.611 -5.611 -31 31 -340 -5.271
Subtotaal beleidsdoel 6.1 8.284 -8.284 1.229 9.513 -9.513 9.464 -9.464 -49 49 -2.246 -7.218
6.2 Stimuleren van de culturele identiteit
door creatief talent een kansrijke
en inspirerende omgeving te bieden
voor cultureel ondernemerschap.
Kracht van Overijssel
6.2.12 Faciliteren van talentontwikke-
ling in Oost-Nederland.
1.883 -1.883 1.883 -1.883 1.780 -1.780 -103 103 -842 -938
6.2.13 Bevorderen van zelfredzaam-
heid, innovatieve vermogens, het
ondernemerschap en de maatschappe-
lijke inzet van de Overijsselse culturele
instellingen.
6.2.14 Versterken van de culturele
basisinfrastructuur, zoals benoemd in
het Hoofdlijnenakkoord.
2.609 -2.609 2.609 -2.609 2.528 -2.528 -81 81 -2.528
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.492 4.492 4.492 4.492 4.308 4.308 184 184 842 3.466
Reguliere prestaties 280 -280 280 -280 255 -255 -24 24 -15 -241
Subtotaal beleidsdoel 6.2 4.772 -4.772 4.772 -4.772 4.563 -4.563 -208 208 -857 -3.707
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 103103
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
6.1 Behoud en duurzame ontwikkeling
van het cultureel erfgoed om zo
de identiteit en de eigenheid van
Overijssel zichtbaar en beleefbaar te
maken.
Kracht van Overijssel
6.1.8 Beleefbaar maken van volks-
cultuur, tradities en rituelen in een
programma Streekcultuur leeft.
150 -150 150 -150 150 -150 -150
6.1.9 Stimuleren van de herbestemming
van cultureel erfgoed, waarbij wij zoe-
ken naar nieuwe economische dragers
voor dit erfgoed.
998 -998 274 107, doorwer-
king GS 2013
1.272 -1.272 1.254 -1.254 -18 18 -556 -698
6.1.10 Samen met andere partijen
matchen van de gedecentraliseerde
rijksmiddelen voor de restauratie van
rijksmonumenten.
1.849 -1.849 600 116 2.449 -2.449 2.449 -2.449 -1.200 -1.249
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.997 2.997 874 3.871 3.871 3.853 3.853 18 18 1.906 1.947
Reguliere prestaties 5.287 -5.287 355 5.642 -5.642 5.611 -5.611 -31 31 -340 -5.271
Subtotaal beleidsdoel 6.1 8.284 -8.284 1.229 9.513 -9.513 9.464 -9.464 -49 49 -2.246 -7.218
6.2 Stimuleren van de culturele identiteit
door creatief talent een kansrijke
en inspirerende omgeving te bieden
voor cultureel ondernemerschap.
Kracht van Overijssel
6.2.12 Faciliteren van talentontwikke-
ling in Oost-Nederland.
1.883 -1.883 1.883 -1.883 1.780 -1.780 -103 103 -842 -938
6.2.13 Bevorderen van zelfredzaam-
heid, innovatieve vermogens, het
ondernemerschap en de maatschappe-
lijke inzet van de Overijsselse culturele
instellingen.
6.2.14 Versterken van de culturele
basisinfrastructuur, zoals benoemd in
het Hoofdlijnenakkoord.
2.609 -2.609 2.609 -2.609 2.528 -2.528 -81 81 -2.528
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.492 4.492 4.492 4.492 4.308 4.308 184 184 842 3.466
Reguliere prestaties 280 -280 280 -280 255 -255 -24 24 -15 -241
Subtotaal beleidsdoel 6.2 4.772 -4.772 4.772 -4.772 4.563 -4.563 -208 208 -857 -3.707
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014104104
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
6.3 Stimuleren van cultuureducatie en
cultuurparticipatie.
Kracht van Overijssel
6.3.2 Stimuleren van cultuureducatie. 1.035 -1.035 1.035 -1.035 1.025 -1.025 -10 10 -1.025
6.3.3 Stimuleren van cultuurpartici-
patie.
715 -715 135 116 850 -850 987 -987 137 -137 -987
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.750 1.750 135 1.885 1.885 2.012 2.012 127 127 2.012 3.707
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 6.3 1.750 -1.750 135 1.885 -1.885 2.012 -2.012 127 -127 -2.012
Totaal Culturele infrastructuur en
monumentzorg
14.806 -14.806 1.364 16.170 -16.170 16.039 -16.039 -130 130 -5.115 -10.925
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 105105
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
6.3 Stimuleren van cultuureducatie en
cultuurparticipatie.
Kracht van Overijssel
6.3.2 Stimuleren van cultuureducatie. 1.035 -1.035 1.035 -1.035 1.025 -1.025 -10 10 -1.025
6.3.3 Stimuleren van cultuurpartici-
patie.
715 -715 135 116 850 -850 987 -987 137 -137 -987
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.750 1.750 135 1.885 1.885 2.012 2.012 127 127 2.012 3.707
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 6.3 1.750 -1.750 135 1.885 -1.885 2.012 -2.012 127 -127 -2.012
Totaal Culturele infrastructuur en
monumentzorg
14.806 -14.806 1.364 16.170 -16.170 16.039 -16.039 -130 130 -5.115 -10.925
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014106106106
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 6.1
Prestatie 6.1.9 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 18.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 6.1.9.
Beleidsdoel 6.2
Prestatie 6.2.12 Met betrekking tot prestatie 6.2.12 wordt voorgesteld om een bedrag van € 5.000 uit Reserve uitvoering Kracht
van Overijssel vrij te laten vallen en toe te voegen aan de Algemene dekkingsreserve. De overige resterende mid-
delen blijven beschikbaar in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel.
Prestatie 6.2.14 De provinciale kunstcollectie is een belangrijke basis onder Museum de Fundatie. Bij de verzelfstandiging van het
Museum in 2004 zijn afspraken gemaakt over het beheer van de provinciale collectie en het aankoopbeleid (PS
MI/2004/1380). De provincie stelt jaarlijks middelen beschikbaar voor de aanschaf van moderne en hedendaagse kunst,
waarbij bijzondere aandacht bestaat voor Overijsselse kunstenaars. Helaas sluit deze wijze van budgettering niet aan
op de uitvoeringspraktijk waarin vraag en aanbod zelden synchroon loopt. De Fundatie heeft haar oog laten vallen op
kunst die vermoedelijk in 2015 ter beschikking komt en het jaarbudget van 2015 overtreft. Om deze uitgaven te dek-
ken, is het budget 2014 gespaard. Met dit resultaatbestemmingsvoorstel verzoeken wij u om dit budget beschikbaar te
stellen voor 2015 conform onze aankondiging in Monitor Overijssel 2014-II (PS/2014/898).
Beleidsdoel 6.3
Prestatie 6.3.3 In 2014 is het plafond voor de subsidieregeling cultuurmakelaars (Ubs 2011, paragraaf 4.17) verhoogd. Dit had
een begrotingswijziging tot gevolg die helaas niet correct is uitgevoerd. Hierdoor toont de tabel een overbesteding.
Desalniettemin was de plafondverhoging gedekt met middelen uit de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel. De
overbesteding op boekjaar 2014 wordt bij deze jaarrekening vereffend door een verhoogde onttrekking aan de
Reserve uitvoering Kracht van Overijssel.
Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om een bedrag à € 131.000
af te ramen in 2016 en zo toe te voegen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel om hiermee de overschrijding
in 2014 te verevenen, op prestatie 6.3.3. De overige € 6.000 wordt ten laste gebracht van de vrije ruimte in de Reserve
uitvoering Kracht van Overijssel.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 107107
Hoofdstuk 2Kerntaken
Kerntaak 7: Kwaliteit openbaar bestuur
Inleiding
Visie openbaar bestuur
De inrichting van het openbaar bestuur en de positie van het middenbestuur waren in 2014
volop onderwerp van gesprek. De plannen van de regering ten aanzien van landsdeelvorming
werden halverwege 2014 gestaakt met het terugtrekken van het voorstel voor de Noordvleu-
gelprovincie. Het draagvlak voor deze plannen was gering. Ons standpunt was ook dat het
niet moet gaan om een van ‘bovenaf’ opgelegde structuurdiscussie, maar om de vraag hoe de
maatschappelijke opgaven het beste kunnen worden opgepakt. De landsdelendiscussie heeft
geleid tot reflectie op de bestuurlijke verhoudingen, de wijze van samenwerking en de herwaar-
dering voor de (onderlinge relatie tussen de) verschillende bestuurslagen. In IPO-verband hebben
wij Kompas 2020 opgesteld: een breed gedragen visie over rol en positie van het middenbestuur.
Een zelfbewust middenbestuur dat – op basis van maatschappelijke opgaven – samenwerkings-
verbanden smeedt om gezamenlijke resultaten te bereiken, maar dat aan de andere kant het ook
niet schuwt om duidelijk stelling te nemen en door te pakken wanneer dat nodig is (wettelijke
taken). Uiteraard is de veranderende relatie tussen overheid en samenleving daarin een wezen-
lijk gegeven. In onder andere het traject van de revisie van de Omgevingsvisie wordt zichtbaar
wat dit voor ons handelen betekent: in samenwerking met onze partners én aandacht voor de
bescherming van belangrijke waarden.
Per 1 januari 2015 is na een lang besluitvormingstraject de Wgr+ afgeschaft. Wij zien dit als een
versterking van de democratische hoofdstructuur. De provincie draagt nu de verantwoordelijk-
heid voor het Openbaar Vervoer in de gehele provincie. Met Regio Twente hebben wij intensief
gewerkt aan een “warme” overdracht van taken, budgetten en mensen. Begin 2015 hebben wij
een dependance in het Twentehuis geopend.
In opvolging van de motie Pieper (PS/2014/768) om de samenwerking met Noordrijn-Westfalen
te intensiveren, bekijken wij met onder meer de provincie Gelderland en Regio Twente, de mo-
gelijkheden om de effectiviteit te vergroten. Wij streven ernaar om meer inhoudelijke focus te
brengen in onze internationale activiteiten.
Samenwerking met en tussen gemeenten
In onze visie op de bestuurlijke organisatie van Overijssel (PS/2014/75) komen bovengenoemde
punten terug. Met name het principe dat de opgaven centraal staan en afhankelijk daarvan de
bijbehorende samenwerkingsvorm wordt aangegaan. In vervolg hierop hebben we het aantal
gemeentelijke samenwerkingsverbanden in Overijssel geïnventariseerd en een kader ontwikkeld
dat de basis vormt voor de beoordeling van de vormgeving van nieuwe samenwerkingsopgaven.
Democratische legitimatie en transparantie zijn daarbij voor ons sleutelbegrippen. Deze onder-
werpen komen onder andere aan bod tijdens de collegebezoeken en de ambtsbezoeken van de
Commissaris van de Koning.
Voor de uitvoering van de per 1 januari 2015 gedecentraliseerde taken op het sociaal domein
gaan gemeenten verschillende samenwerkingsverbanden aan. Juist voor deze taken, waarbij de
overheid dicht bij de leefwereld van de burger komt, mag urgentie op de korte termijn niet ten
koste gaan van een effectieve, democratisch gelegitimeerde en transparante samenwerking op
de langere termijn. De vraag is hoe dit zich gaat ontwikkelen. Niet in de minste plaats vanwege
de financiële positie van veel gemeenten, die al geruime tijd onder druk staat. Wij houden deze
ontwikkelingen scherp in de gaten en zullen zo nodig vanuit onze verantwoordelijkheid voor de
kwaliteit van het openbaar bestuur in Overijssel handelen.
De decentralisaties op het sociale domein naar gemeenten betekenen een verschuiving van het
takenpakket tussen de verschillende overheden, die ook al met de decentralisaties op het terrein
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014108108108
van natuur en regionale economie naar de provincies in gang zijn gezet (ruimtelijk-economisch
profiel van de provincie). Dit betekent tevens een herwaardering voor elkaars toegevoegde
waarde en het belang van goede onderlinge samenwerking, die onder andere tot uiting komt bij
de implementatie van de Omgevingswet.
Veranderende relatie overheid – samenleving
De veranderende relatie overheid – samenleving is een onderwerp waar wij met de KvO-opgaven
Overijssels Bestuur 20XX en Communicatie & Burgerparticipatie breed aandacht voor hebben ge-
vraagd. Wij doen onderzoek, brengen partijen met elkaar in verbinding en agenderen onderwer-
pen en ideeën. Zo hebben wij op de JIJ & Overijsselwebsite een platform voor burgerinitiatieven
ingericht. Het onderwerp leeft. Dat blijkt ook uit de coalitieakkoorden van de nieuwe colleges
van de gemeenten in Overijssel.
Teleurstellend vinden wij het dat - ondanks alle inspanningen - het percentage inwoners dat
vertrouwen heeft in de Overijsselse overheden en het percentage dat vindt dat er voldoende
mogelijkheden voor burgerparticipatie is, opnieuw is afgenomen (zie o.a. indicator 7.2.b). Wij
beseffen echter dat een antwoord op dit vraagstuk niet eenvoudig is. Het betreft wel de kern
van ons democratisch stelsel. Traditionele vormen van burgerparticipatie komen onvoldoende
tegemoet aan de wensen van een groter wordende groep inwoners. Het zal in de toekomst veel
meer moeten gaan om een wijziging in houding van politiek, bestuur en ambtelijke organisatie.
Een houding waarbij meer wordt uitgegaan van de waarden die leven binnen de groepen die
zich nu afwachtend of afzijdig opstellen. Uw Participatiecode is een teken dat u zich dat ook
goed bewust bent. Wij verwachten dat het blijvend inzetten op een verbinding met de samenle-
ving, uiteindelijk zal bijdragen aan een herstel van het vertrouwen van de inwoners.
‘(Jong) Overijssel Doet Mee’ is één van de initiatieven die we daarvoor inzetten. We bereiken
steeds meer Overijsselaars en laten hen kennismaken met het openbaar bestuur in Overijssel
en de werking van de democratie. Een goede website is eveneens een middel om inwoners te
bereiken. In 2014 is deze ‘gerenoveerd’. De website is geactualiseerd en ‘opgeschoond’ en qua
vormgeving en gebruikersgemak verbeterd op basis van de geconstateerde knelpunten en het
gebruikersonderzoek, aandachtspunten die door uw Staten zijn aangedragen en de wettelijke
webrichtlijnen. Overijssel is de enige provincie en een van de weinige overheden die het certifi-
caat ‘keurmerk drempelvrij voor webrichtlijnen II’ heeft. In onze planning van de renovatie van
de website hebben wij rekening gehouden met de verkiezingen.
In de loop van 2014 zijn wij aan de slag gegaan met de voorbereiding op deze verkiezingen.
Dit hebben wij in vroeg stadium opgepakt omdat de Provinciale Statenverkiezingen in 2015
voor het eerst gelijkertijd samenvallen met de waterschapsverkiezingen. Bovendien vinden
de waterschapsverkiezingen dan ook voor het eerst via de stembus plaats (eerder schriftelijk).
Vanwege het samenvallen van deze verkiezingen vragen de praktische zaken meer aandacht dan
voorheen. Hierover hebben wij gesprekken met de waterschappen en gemeenten in Overijs-
sel gevoerd. Vanuit de gedachte van ‘een overheid’ hebben we bovendien afspraken gemaakt
met waterschappen over samenwerking en afstemming, bijvoorbeeld onderlinge verwijzing in
de communicatie-uitingen en een gezamenlijk verkiezingslogo. Met deze samenwerking met de
waterschappen liepen wij landelijk gezien als provincie voorop.
Op 14 november 2014 heeft de provincie, ter uitvoering van de motie Engbers (PS/2014/94), sa-
men met Hogeschool Windesheim een werkconferentie georganiseerd waarin de vraag centraal
staat hoe behoud en kwaliteit van de regionale media in Overijssel in de toekomst kan worden
geborgd. De provincie speelt hierin een verbindende rol door de relevante partijen op Overijs-
selse schaal bij elkaar te brengen t.b.v. de gezamenlijke discussie. De provincie heeft dit opgepakt
vanuit de insteek dat een kritische, onafhankelijke regionale journalistiek van belang is voor de
kwaliteit van het openbaar bestuur in Overijssel. Het is een goed platform geweest; partijen zijn
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 109109
Hoofdstuk 2Kerntaken
bij elkaar gebracht, de initiërende en stimulerende rol van de provincie werd gewaardeerd. Het is
nu aan de partijen om de ideeën verder zelf op te pakken en uit te werken.
Externe ontwikkelingen
Financieel toezicht
De begrotingspositie van de gemeenten staat landelijk en ook in Overijssel onder grote druk.
Gemeenten worstelen met het gezondhouden dan wel herstellen van hun begrotingspositie. Met
een teruglopend middelenkader van vele jaren achtereen (als gevolg van de financiële crisis) zijn
daar nu grote financiële bewegingen bijgekomen zoals de transities sociaal domein, (voor- en
nadelige) gevolgen onderhoud Gemeentefonds, de effecten bij de overgang in 2016 naar het
objectieve verdeelmodel WMO en de gevolgen van ingenomen grondposities in een sterk veran-
derde markt in relatie tot daarvoor aangetrokken financieringsmiddelen.
Het is dan ook vooral de stapeling die de gemeenten parten speelt. De “financiële” rek is uit de
begrotingen. De mogelijkheden tot verwerven van inkomsten zijn uitgeput dan wel politiek be-
perkt. Gemeenten staan voor ingrijpende financiële keuzes, terwijl ze tegelijkertijd staan voor een
grote opgave nu zij omvangrijke taken binnen het sociale domein moeten uitvoeren. Dat vraagt
innovatiekracht en focus. Wij maken ons zorgen over deze samenloop en vragen daar aandacht
voor bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Aandeel Kwaliteit Openbaar Bestuur
in totale kerntakenbegroting
■ Kwaliteit Openbaar Bestuur - 0,9%
■ Overige kerntaken - 99,1%
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014110110110
Doelenboom
7. Met een compact, daadkrachtig
en op samenwerking gericht open-
baar bestuur behalen wij met oog
voor maatschappelijke initiatieven
resultaten in het belang van de
burger in Overijssel.
7.1 Het verhogen van de kwaliteit van het openbaar bestuur door effectieve en efficiënte
samenwerking met bestuurlijke partners, heldere verhoudingen tussen de overheden en
het verminderen van bestuurlijke drukte.
7.2 Bij de uitwerking van provinciale ambities de Overijsselaars maximaal invloed geven aan
de voorkant van activiteiten door middel van actieve dialoog.
7.3 Beleidskeuzes worden gebaseerd op de juiste informatie met betrekking tot heden, verleden
en toekomst en op passende wijze gecommuniceerd.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 111111
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
7.1.1 Overijssels Bestuur 20XX.
7.1.2 Samenwerking met andere overheden.
Reguliere prestaties:
7.1.3 Vanuit bestuursfilosofie werken aan bestuurlijke samenwerking.
7.1.5 Uitoefenen van interbestuurlijk toezicht op gemeenten en waterschappen.
7.1.6 Uitoefenen van financieel en archieftoezicht op gemeenten en waterschappen.
7.1.7 Uitvoeren van rijkstaken door de Commissaris van de Koning.
7.1.8 Uitwerken van de gevolgen van de aanstaande afschaffing Wgr+.
7.1.9 Uitvoeren en versterken van de Oost-Nederlandse lobby.
7.1.10 Benutten van samenwerking met Duitse partners.
7.1.12 Verkennen, benutten en uitbouwen van de samenwerking met andere overheden en / of semipublieke
en private partners; tevens herijken van bestaande samenwerkingsvormen.
7.1.13 Samenwerken met waterschappen en het versterken van ruimtelijke ordeningsperspectief en uitvoe-
ringskracht op het terrein van waterbeheer.
7.1.14 Het uitvoeren van Bestuurlijke afspraken 2011-2015 en deelakkoorden Rijk-IPO-VNG-Unie van Water-
schappen.
7.1.15 Deelname in bestuurlijke gremia op Europees niveau met het oog op beleidsbeïnvloeding.
Investeringsprestatie:
7.2.1 Communicatie en burgerparticipatie.
7.2.2 Regie op productie van digitale en schriftelijke communicatiemiddelen.
Reguliere prestaties:
7.2.3 Voeren van een actieve dialoog met Overijsselse burgers, externe partners en mede-overheden.
Investeringsprestaties:
7.3.1 Voortzetten Trendbureau Overijssel.
7.3.5 Versterken van de (digitale) dienstverlening aan burgers, bedrijven en mede-overheden, aansluitend op
de basisvoorzieningen van de overheid (Basisregistraties).
Reguliere prestaties:
7.3.2 Uitvoeren en versterken van beleidscontrol.
7.3.3 Actief stimuleren van het gebruik van beleidsinformatie en de hiermee samenhangende samenwerking
met mede-overheden in Overijssel.
7.3.4 Zorgen voor actieve en transparante communicatie van provinciaal beleid gericht op de diverse doel-
groepen.
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Oranje
Groen
Groen
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Groen
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014112112112
( x € 1.000)7. Kwaliteit Openbaar Bestuur ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
7.1 Het verhogen van de
kwaliteit van het openbaar
bestuur door effectieve en
efficiënte samenwerking
met bestuurlijke partners,
heldere verhoudingen
tussen de overheden en ver-
minderen van bestuurlijke
drukte.
905 106 -799 998 40 -958 1.027 40 -987 879 79 -800 -148 39 187
7.2 Bij de uitwerking van pro-
vinciale ambities de Overijs-
selaars maximaal invloed
geven aan de voorkant van
activiteiten door middel van
actieve dialoog.
1.787 -1.787 1.800 -1.800 1.800 -1.800 1.746 -1.746 -54 54
7.3 Beleidskeuzes worden geba-
seerd op de juiste informatie
met betrekking tot heden,
verleden en toekomst en op
passende wijze gecommuni-
ceerd.
1.097 132 -965 1.128 97 -1.031 1.128 97 -1.031 1.088 115 -973 -40 18 58
Totaal Kwaliteit Openbaar
Bestuur
3.789 238 -3.551 3.926 137 -3.789 3.955 137 -3.818 3.713 194 -3.519 -242 57 299
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 113113
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve uitvoering KvO 1.277 1.155 -122
Totaal reserves 1.277 1.155 122
Voorzieningen
Voorziening Algemene pensioenwet
politieke ambtsdragers
6.257 450 194 6.513 6.257 450 186 6.521 8
Totaal voorzieningen 6.257 450 194 6.513 6.257 450 186 6.521 8
Saldo Reserves, Voorzieningen
en Doeluitkeringen Kwaliteit
Openbaar Bestuur
6.257 450 1.471 6.513 6.257 450 1.341 6.512 -114
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014114114
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
7.1 Het verhogen van de kwaliteit van
het openbaar bestuur door ef-
fectieve en efficiënte samenwerking
met bestuurlijke partners, heldere
verhoudingen tussen de overheden
en verminderen bestuurlijke drukte.
Kracht van Overijssel
7.1.1 Overijssels Bestuur 20XX. 100 -100 29 doorwerking
GS 2013
129 -129 73 -73 -56 56 -73
7.1.2 Samenwerking andere overheden. 50 -50 50 -50 21 -21 -29 29 -21
Subtotaal Kracht van Overijssel 150 150 29 179 179 94 94 85 85 94
Reguliere prestaties 848 40 -808 848 40 -808 785 79 -706 -62 39 101 -48 -658
Subtotaal beleidsdoel 7.1 998 40 -958 29 1.027 40 -987 879 79 -800 -148 39 187 -142 -658
7.2 Bij de uitwerking van provinciale
ambities de Overijsselaars maximaal
invloed geven aan de voorkant van
activiteiten door middel van actieve
dialoog.
Kracht van Overijssel
7.2.1 Communicatie en burgerpartici-
patie.
250 -250 250 -250 250 -250 -250
7.2.2 Regie op productie van digitale en
schriftelijke communicatiemiddelen.
500 -500 500 -500 467 -467 -33 33 -467
Subtotaal Kracht van Overijssel 750 750 750 750 717 717 33 33 717
Reguliere prestaties 1.050 -1.050 1.050 -1.050 1.029 -1.029 -21 21 -1.029
Subtotaal beleidsdoel 7.2 1.800 -1.800 1.800 -1.800 1.746 -1.746 -54 54 -717 -1.029
7.3 Beleidskeuzes worden gebaseerd op
de juiste informatie met betrekking
tot heden, verleden en toekomst en
op passende wijze gecommuniceerd.
Kracht van Overijssel
7.3.1 Trendbureau Overijssel. 300 -300 300 -300 296 -296 -4 4 -296
7.3.5 Versterken van de (digitale)
dienstverlening aan burgers, bedrijven
en mede-overheden.
Subtotaal Kracht van Overijssel 300 300 300 300 296 296 4 4 296
Reguliere prestaties 828 97 -731 828 97 -731 792 115 -677 -36 18 54 -677
Subtotaal beleidsdoel 7.3 1.128 97 -1.031 1.128 97 -1.031 1.088 115 -973 -40 18 58 -296 -677
Totaal Kwaliteit Openbaar Bestuur 3.926 137 -3.789 29 3.955 137 -3.818 3.713 194 -3.519 -242 57 299 -1.155 -2.364
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 115115
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
7.1 Het verhogen van de kwaliteit van
het openbaar bestuur door ef-
fectieve en efficiënte samenwerking
met bestuurlijke partners, heldere
verhoudingen tussen de overheden
en verminderen bestuurlijke drukte.
Kracht van Overijssel
7.1.1 Overijssels Bestuur 20XX. 100 -100 29 doorwerking
GS 2013
129 -129 73 -73 -56 56 -73
7.1.2 Samenwerking andere overheden. 50 -50 50 -50 21 -21 -29 29 -21
Subtotaal Kracht van Overijssel 150 150 29 179 179 94 94 85 85 94
Reguliere prestaties 848 40 -808 848 40 -808 785 79 -706 -62 39 101 -48 -658
Subtotaal beleidsdoel 7.1 998 40 -958 29 1.027 40 -987 879 79 -800 -148 39 187 -142 -658
7.2 Bij de uitwerking van provinciale
ambities de Overijsselaars maximaal
invloed geven aan de voorkant van
activiteiten door middel van actieve
dialoog.
Kracht van Overijssel
7.2.1 Communicatie en burgerpartici-
patie.
250 -250 250 -250 250 -250 -250
7.2.2 Regie op productie van digitale en
schriftelijke communicatiemiddelen.
500 -500 500 -500 467 -467 -33 33 -467
Subtotaal Kracht van Overijssel 750 750 750 750 717 717 33 33 717
Reguliere prestaties 1.050 -1.050 1.050 -1.050 1.029 -1.029 -21 21 -1.029
Subtotaal beleidsdoel 7.2 1.800 -1.800 1.800 -1.800 1.746 -1.746 -54 54 -717 -1.029
7.3 Beleidskeuzes worden gebaseerd op
de juiste informatie met betrekking
tot heden, verleden en toekomst en
op passende wijze gecommuniceerd.
Kracht van Overijssel
7.3.1 Trendbureau Overijssel. 300 -300 300 -300 296 -296 -4 4 -296
7.3.5 Versterken van de (digitale)
dienstverlening aan burgers, bedrijven
en mede-overheden.
Subtotaal Kracht van Overijssel 300 300 300 300 296 296 4 4 296
Reguliere prestaties 828 97 -731 828 97 -731 792 115 -677 -36 18 54 -677
Subtotaal beleidsdoel 7.3 1.128 97 -1.031 1.128 97 -1.031 1.088 115 -973 -40 18 58 -296 -677
Totaal Kwaliteit Openbaar Bestuur 3.926 137 -3.789 29 3.955 137 -3.818 3.713 194 -3.519 -242 57 299 -1.155 -2.364
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014116116
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 7.1
Prestatie 7.1.1 De kosten zijn lager uitgevallen dan begroot als gevolg van het feit dat een aantal opdrachten niet afgerond zijn in
2014 en doorlopen in 2015. Daarnaast zijn de kosten voor een aantal bijeenkomsten meegevallen. Het geplande
burgerschapscongres zal in 2015 in het kader van 200 jaar Koninkrijk invulling krijgen. De resterende middelen à
€ 56.000 blijven voor deze prestatie beschikbaar in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel.
Prestatie 7.1.2 Zoals bij de Monitor Overijssel 2014-II al gerapporteerd is, zijn de middelen bedoeld om processen te kunnen bekos-
tigen die voortvloeien uit de samenwerking Twente, Overijssel-Gelderland en/of andere overheden niet geheel nodig
geweest. In de Begroting 2015 zijn voldoende middelen beschikbaar, zodat de resterende middelen ad € 29.000
kunnen vrijvallen naar de Algemene dekkingsreserve. Hiervoor is een voorstel tot resultaatbestemming opgesteld.
Met betrekking tot prestatie 7.1.2 wordt voorgesteld om een bedrag van € 29.000 uit Reserve uitvoering Kracht van
Overijssel vrij te laten vallen en toe te voegen aan de Algemene dekkingsreserve.
Beleidsdoel 7.2
Prestatie 7.2.2 De resterende middelen ad € 33.000 vloeien terug naar de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel en blijven
beschikbaar voor deze prestatie.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 117117
Hoofdstuk 2Kerntaken
Kerntaak 8: Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken
Sociale infrastructuurWij vinden het belangrijk dat zo veel mogelijk inwoners van Overijssel zo lang mogelijk blijven
meedoen in de maatschappij, zodat we een levendige en vitale samenleving behouden. Voor
de verwezenlijking van deze opgave zijn de gemeenten verantwoordelijk. Overeenkomstig het
Hoofdlijnenakkoord hebben we ons geconcentreerd op het periodiek signaleren en agenderen
van vraagstukken en tekortkomingen. De uitvoering lag bij anderen.
Het investeringsvoorstel Sociaal flankerend beleid 2014 is uitgevoerd. We zijn tevreden over de
nog steeds groeiende aandacht die sociale kwaliteit binnen de kerntaken krijgt. De gerealiseerde
projecten sluiten o.a. aan bij de kerntaken openbaar vervoer, cultuur en regionale economie. De
Subsidieregeling Maatschappelijke initiatieven Overijssel 2014 was zeer succesvol. Van de ruim 700
ingediende aanvragen konden er binnen het beschikbare budget zo’n 350 worden gehonoreerd.
Het investeringsvoorstel Sociaal flankerend beleid 2015 is op 10 december 2014 door uw Staten
vastgesteld. Onderdeel van het voorstel is een bijdrage aan het Overijssels Noaberschapsfonds in
samenwerking met het Oranje Fonds van € 1.000.000.
In het kader van de uitvoering van onze wettelijke steunfunctietaak voor de Wet maatschap-
pelijke ondersteuning (Wmo) hebben wij subsidies beschikbaar gesteld aan Arcon, Sportservice
Overijssel en Stimuland.
2014 was het tweede jaar in het transitietraject voor de ondersteuning van maatschappelijke
organisaties. Daarbij bouwen we de basissubsidies aan belangenorganisaties in 2015 af tot 40%.
De daarbij vrijkomende middelen hebben we ingezet voor projecten van de belangenorganisaties
ter verbetering van burgerparticipatie bij natuur, openbaar vervoer en voor de campagne “Lang
zult u wonen”. Deze projecten dragen rechtstreeks bij aan de provinciale doelen. Eind 2014 zijn de
voorbereidingen getroffen voor de evaluatie van het transitietraject belangenorganisaties dat begin
2015 plaatsvindt.
Externe ontwikkelingen
Naar aanleiding van de wensen van de gemeenten over de inzet van de organisaties Arcon,
Sportservice Overijssel en Stimuland hebben zij zich meer gericht op de drie decentralisaties die
vanaf 2015 ingaan. Wij hebben daarmee een kanteling gemaakt naar vraaggerichte ondersteu-
ning van gemeenten. Daarnaast hebben wij via de subsidieregeling Wmo-projecten gesubsidi-
eerd van (samenwerkende) gemeenten.
JeugdzorgHet jaar 2014 was het laatste jaar dat de provincie verantwoordelijk was voor de jeugdzorg.
De focus op Eigen Kracht, Nieuwe Bezems sturing en (traject)financiering op uitstroom is voort-
gezet, met bijzondere aandacht voor investeringen in tienerpleegzorg en het terugdringen van de
wachtlijsten. Met als resultaat dat de wachtlijsten in Overijssel sneller daalden dan de landelijke
trend. Per 1 juli 2014 stonden er 21 kinderen in Overijssel op de netto wachtlijst (een daling van
ruim 40% t.o.v. 1 juli 2013), op 1 december 2014 waren dit er nog slechts 6. Dat sluit aan bij de
opdracht van uw Staten in het Beleidskader Jeugdzorg Overijssel 2013 - 2014 om wachttijden op
het moment van transitie tot een minimum te beperken.
Omdat 2014 het laatste jaar was waarin de jeugdzorg onder provinciale verantwoordelijk-
heid werd uitgevoerd, hebben wij de ontwikkelingen bij onze hoofdaannemers met bijzondere
aandacht gevolgd. Om tijdig te kunnen bijsturen en daarmee eventuele grote terugvorderingen
of nabetalingen in 2015 zo veel mogelijk te voorkomen, zijn de productiegegevens per kwartaal
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014118118
besproken met de hoofdaannemer. Bij een van de hoofdaannemers heeft dit - in verband met
te verwachten onderproductie - in overleg geleid tot het omlaag bijstellen van de bevoorschot-
ting 2014. Met de twee andere hoofdaannemers zijn afspraken gemaakt over het realiseren van
een bepaalde overproductie. Anders dan in voorgaande jaren wordt de voorfinanciering van het
onderhanden werk (OHW) over 2014 afgerekend. In lijn met de trajectfinanciering hebben we
hiermee deze ultimo 2014 lopende trajecten reeds voor 50% gefinancierd en hebben wij per
saldo alle tot en met 31 december 2014 verleende jeugdzorg bekostigd.
Op www.eigenkrachtoverijssel.nl is een digitaal magazine gepubliceerd waarin de resultaten uit
verschillende projecten in Overijssel zichtbaar zijn gemaakt. De resultaten laten zien hoe belang-
rijk het is om blijvend aandacht te hebben voor Eigen Kracht, waarbij duurzame investeringen in
cultuur tot mooie resultaten kunnen leiden.
Het 1000 jongerenplan is in 2014 succesvol afgerond. Het aantal van 1000 jongeren dat via deze
weg een leer-/ werktraject heeft gevolgd is ruimschoots gehaald. Effectief bleken de metho-
dieken ‘Workwise’ en ‘Vakwerk’, aangevuld met specifieke expertise vanuit de jeugdzorgorga-
nisaties. In zowel Twente, IJsselland als Deventer (Stedendriehoek) wordt inmiddels met steun
van de provincie door gemeenten gewerkt aan de verduurzaming van het 1000 jongerenplan.
Met de motie Westert c.s. (november 2014) hebben uw Staten alle gemeenten aangeboden
om met voorstellen te komen om deze specifieke groep jongeren de mogelijkheid te bieden om
een leerwerktraject aan te gaan. Gemeenten uit alle drie regio’s hebben positief op uw aanbod
gereageerd.
Transitie jeugdzorg: samenwerking provincie en gemeenten
Door middel van het programma transitie jeugdzorg Overijssel heeft provincie Overijssel actief
bijgedragen aan de voorbereiding van de Overijsselse gemeenten op hun nieuwe taken en
verantwoordelijkheden op het gebied van jeugdzorg. De provincie heeft haar kennis overgedra-
gen en heeft de gemeenten gefaciliteerd. In eerste instantie in de vorm van een gestructureerd
“spoorboekje’, maar in de loop van het transitieproces is gekozen voor meer maatwerk (strate-
gisch improviseren). Het inhoudelijke accent verschoof gedurende 2014 van leren en experimen-
teren naar daadwerkelijke inrichtingsvraagstukken. Naast projecten en bijeenkomsten hoorde bij
het maatwerk de detachering van provinciale medewerkers naar gemeenten, maar ook de inzet
van kennisondersteuners die met name de rol van sparringpartner voor gemeenten hadden. Met
dit maatwerk is op een vraaggerichte manier geïnvesteerd in de ondersteuning van gemeenten
bij het oppakken van hun nieuwe taken en verantwoordelijkheden.
Door middel van voorkantsamenwerking hebben wij de gemeenten zo veel mogelijk bij de
uitvoering van onze provinciale taak betrokken. Het Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg (UP) Over-
ijssel 2014 is bijvoorbeeld samen met gemeenten opgesteld. De Overijsselse hoofdaannemers
en Bureau Jeugdzorg Overijssel (BJzO) zijn in de gelegenheid gesteld om met 1% extra van hun
jaarsubsidie gemeenten te betrekken bij de uitvoeringspraktijk. Alle drie de hoofdaannemers en
BJzO hebben in 2014 via diverse projecten en bijeenkomsten gemeenten kennis laten maken met
de provinciale jeugdzorg en hen deelgenoot gemaakt van de vraagstukken en dilemma’s uit de
praktijk en de oplossingen die daarvoor nodig zijn.
Externe ontwikkelingen
Per 31 december 2014 is de Wet op de Jeugdzorg ingetrokken en per 1 januari 2015 is de
Jeugdwet van kracht. Daarmee heeft het Rijk de verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg bij de
gemeenten gelegd. De transitie is inmiddels een feit. Gemeenten in Overijssel dragen de verant-
woordelijkheid voor het totale jeugddomein, waar de provinciale jeugdzorg een onderdeel van is.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 119119
Hoofdstuk 2Kerntaken
Aandeel Sociale infrastructuur, jeugdzorg en
overige kerntaken in totale kerntakenbegroting
■ Aandeel Sociale infrastructuur, jeugdzorg en
overige kerntaken - 27,9%
■ Overige kerntaken - 72,1%
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014120120
Doelenboom
8. Het behouden en versterken
van deelname van burgers in de
samenleving, verbonden aan de
provinciale kerntaken.
8. Zorgen voor een goed functione-
rend systeem van jeugdzorg en
jeugdbeleid.
8.1 Signaleren en agenderen van sociale vraagstukken en tekortkomingen.
8.2 Uitvoering geven aan onze wettelijke taak om zorg te dragen voor het voeren van beleid
betreffende steunfunctiewerk.
8.3 Het terugdringen van de instroom, het versnellen van de doorstroom en het wegnemen
van de belemmeringen die de uitstroom beletten in de provinciale jeugdzorg.
8.4 Goede overdracht van jeugdzorg aan (samenwerkende) gemeenten.
Maatschappelijke ambitie Beleidsdoel
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 121121
Hoofdstuk 2Kerntaken
Investeringsprestaties:
8.1.3 Sociaal beleid flankerend aan de provinciale kerntaken inzetten om te komen tot een versnelling,
besparing en / of kwalitatief beter resultaat van die kerntaken.
8.1.4 Ondersteuning aan regionaal opererende organisaties die lokale organisaties ondersteunen op het
gebied van mantelzorg / vrijwilligers en mensen met een beperking, jeugd en senioren.
8.1.5 Ondersteuning aan regionaal opererende organisaties die lokale initiatieven ontplooien op het gebied
van leefbaarheid kleine kernen en vitaal platteland.
8.1.7 Het doorontwikkelen van de Erkenning Verworven Competenties (EVC) E-portfolio-systematiek in
Overijssel.
8.1.9 Stimuleren breedtesport in Overijssel.
Reguliere prestaties:
8.2.1 Implementatie van de aanbevelingen uit het onderzoek ‘lokale behoeften steunfunctiewerk’ in samen-
werking met VNG Overijssel.
Investeringsprestaties:
8.3.1 Uitvoering Eigen Kracht-conferenties.
8.3.8 Uitvoering 1000 jongerenplan.
Reguliere prestaties:
8.3.3 Het maken van prestatieafspraken met Bureau jeugdzorg Overijssel (BJzO) en de zorgaanbieders over de
inzet van Eigen Kracht-conferenties.
8.3.4 Het maken van prestatieafspraken met BJzO over verkorting doorlooptijden AMK en indicatiestelling.
8.3.5 Het jeugdzorgaanbod 2014 bekostigen in de vorm van succesvol afgesloten trajecten (trajectfinanciering).
Investeringsprestatie:
8.4.1 Bestuurlijk en ambtelijk samen met gemeenten en alle andere relevante partners invulling geven aan het
transitie- en transformatietraject.
8.4.2 Het in iedere gemeente subsidieren van experimenten en pilots in het kader van de transitie.
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Groen
Prestaties Kerntakenbegroting 2014 Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014122122
( x € 1.000)8. Sociaal infrastructuur, jeugdzorg en overige kerntaken ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
8.1 Signaleren en agenderen
van sociale vraagstukken
en tekortkomingen.
9.623 -9.623 1.919 -1.919 6.125 -6.125 5.844 -5.844 -281 281
8.2 Uitvoering geven aan onze
wettelijke taak om zorg
te dragen voor het voeren
van beleid betreffende
steunfunctiewerk.
3.274 -3.274 3.358 -3.358 3.358 -3.358 3.255 -3.255 -103 103
8.3 Het terugdringen van de
instroom, het versnellen
van de doorstroom en het
wegnemen van de belem-
meringen die de uitstroom
beletten in de provinciale
jeugdzorg.
124.221 121.429 -2.792 121.881 119.255 -2.626 127.199 122.155 -5.044 123.008 119.588 -3.420 -4.191 -2.567 1.624
8.4 Goede overdracht van
jeugdzorg aan (samenwer-
kende) gemeenten.
1.606 -1.606 4.434 -4.434 7.778 -7.778 5.799 -5.799 -1.979 1.979
8.5 Bedrijfsvoering 88.642 1.677 -86.965 96.618 359 -96.259 95.367 715 -94.652 89.931 1.794 -88.137 -5.436 1.079 6.515
** 20122016 is inclusief
personeelsgebonden
kosten
Totaal Sociaal infrastruc-
tuur, jeugdzorg en overige
kerntaken
227.366 123.106 -104.260 228.210 119.614 -108.596 239.827 122.870 -116.957 227.837 121.382 -106.455 -11.990 -1.488 10.502
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 123123
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Reserve uitvoering KvO 4.466 18.180 4.466 14.569 -3.611
Totaal reserves 4.466 18.180 4.466 14.569 3.611
Voorzieningen
Voorziening reorganisatie 6.029 3.900 871 9.058 6.029 2.705 327 8.407 -651
Voorziening dubieuze debiteuren 1.943 1.943 1.943 222 53 2.112 169
Totaal voorzieningen 7.972 3.900 871 11.001 7.972 2.927 380 10.519 482
Doeluitkeringen
Doeluitkering jeugdzorg 6.549 121.472 122.155 5.866 6.549 121.472 119.588 8.433 2.567
Totaal doeluitkeringen 6.549 121.472 122.155 5.866 6.549 121.472 119.588 8.433 2.567
Saldo Reserves, Voorzieningen
en Doeluitkeringen Sociaal infra-
structuur, jeugdzorg en overige
kerntaken
14.521 129.838 141.206 16.867 14.521 128.865 134.537 18.952 -1.526
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014124124
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
8.1 Signaleren en agenderen van sociale
vraagstukken en tekortkomingen.
Kracht van Overijssel
8.1.3 Sociaal beleid flankerend aan de
provinciale kerntaken inzetten om te
komen tot een versnelling, besparing en
/ of kwalitatief beter resultaat van die
kerntaken.
4.203 103, 107, 115 4.203 -4.203 3.990 -3.990 -213 213 -3.991 1
8.1.4 Ondersteuning aan regionaal
opererende organisaties die lokale orga-
nisaties ondersteunen op het gebied van
mantelzorg / vrijwilligers en mensen met
een beperking, jeugd en senioren.
1.604 -1.604 9 107 1.613 -1.613 1.550 -1.550 -63 63 -1.493 -57
8.1.5 Ondersteuning aan regionaal ope-
rerende organisaties die lokale initiatieven
ontplooien op het gebied van leefbaarheid
kleine kernen en vitaal platteland.
39 -39 39 -39 39 -39 -39
8.1.6 Onderzoek naar de mogelijkheden
die het Olympisch Plan 2028 biedt voor
Overijssel.
43 -43 -43 107
8.1.7 Het doorontwikkelen van de Erken-
ning Verworven Competenties (EVC)
E-portfolio-systematiek in Overijssel.
233 -233 233 -233 228 -228 -5 5 -228
8.1.9 Stimuleren breedtesport in Over-
ijssel.
37 107 37 -37 37 -37 -37
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.919 1.919 4.206 6.125 6.125 5.844 5.844 281 281 5.521 323
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 8.1 1.919 -1.919 4.206 6.125 -6.125 5.844 -5.844 -281 281 -5.521 -323
8.2 Uitvoering geven aan onze wet-
telijke taak om zorg te dragen voor
het voeren van beleid betreffende
steunfunctiewerk.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 3.358 -3.358 3.358 -3.358 3.255 -3.255 -103 103 -3.255
Subtotaal beleidsdoel 8.2 3.358 -3.358 3.358 -3.358 3.255 -3.255 -103 103 -3.255
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 125125
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
8.1 Signaleren en agenderen van sociale
vraagstukken en tekortkomingen.
Kracht van Overijssel
8.1.3 Sociaal beleid flankerend aan de
provinciale kerntaken inzetten om te
komen tot een versnelling, besparing en
/ of kwalitatief beter resultaat van die
kerntaken.
4.203 103, 107, 115 4.203 -4.203 3.990 -3.990 -213 213 -3.991 1
8.1.4 Ondersteuning aan regionaal
opererende organisaties die lokale orga-
nisaties ondersteunen op het gebied van
mantelzorg / vrijwilligers en mensen met
een beperking, jeugd en senioren.
1.604 -1.604 9 107 1.613 -1.613 1.550 -1.550 -63 63 -1.493 -57
8.1.5 Ondersteuning aan regionaal ope-
rerende organisaties die lokale initiatieven
ontplooien op het gebied van leefbaarheid
kleine kernen en vitaal platteland.
39 -39 39 -39 39 -39 -39
8.1.6 Onderzoek naar de mogelijkheden
die het Olympisch Plan 2028 biedt voor
Overijssel.
43 -43 -43 107
8.1.7 Het doorontwikkelen van de Erken-
ning Verworven Competenties (EVC)
E-portfolio-systematiek in Overijssel.
233 -233 233 -233 228 -228 -5 5 -228
8.1.9 Stimuleren breedtesport in Over-
ijssel.
37 107 37 -37 37 -37 -37
Subtotaal Kracht van Overijssel 1.919 1.919 4.206 6.125 6.125 5.844 5.844 281 281 5.521 323
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 8.1 1.919 -1.919 4.206 6.125 -6.125 5.844 -5.844 -281 281 -5.521 -323
8.2 Uitvoering geven aan onze wet-
telijke taak om zorg te dragen voor
het voeren van beleid betreffende
steunfunctiewerk.
Kracht van Overijssel
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 3.358 -3.358 3.358 -3.358 3.255 -3.255 -103 103 -3.255
Subtotaal beleidsdoel 8.2 3.358 -3.358 3.358 -3.358 3.255 -3.255 -103 103 -3.255
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014126126
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
8.3 Het terugdringen van de instroom,
het versnellen van de doorstroom en
het wegnemen van de belemmerin-
gen die de uitstroom beletten in de
provinciale jeugdzorg.
Kracht van Overijssel
8.3.1 Uitvoering Eigen Kracht-confe-
renties.
686 -686 1.797 doorwerking
GS 2013
2.483 -2.483 1.781 -1.781 -702 702 -1.781
8.3.8 Uitvoering 1000 jongerenplan. 1.715 -1.715 559 107, doorwer-
king GS 2013
2.274 -2.274 1.469 -1.469 -805 805 -1.469
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.401 2.401 2.356 4.757 4.757 3.250 3.250 1.507 1.507 3.250
Overige prestaties 119.480 119.255 -225 2.962 2.900 122.442 122.155 -287 119.758 119.588 -170 -2.684 -2.567 117 -170
Subtotaal beleidsdoel 8.3 121.881 119.255 -2.626 5.318 2.900 127.199 122.155 -5.044 123.008 119.588 -3.420 -4.191 -2.567 1.624 -3.250 -170
8.4 Goede overdracht van jeugdzorg
aan (samenwerkende) gemeenten.
Kracht van Overijssel
8.4.1 Bestuurlijk en ambtelijk invulling
geven aan het transitie- en transforma-
tietraject samen met gemeenten en alle
andere relevante partners.
4.434 -4.434 3.344 107, doorwer-
king GS 2013
7.778 -7.778 5.799 -5.799 -1.979 1.979 -5.798 -1
8.4.2 Het in iedere gemeente subsidiëren
van experimenten en pilots in het kader
van de transitie.
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.434 4.434 3.344 7.778 7.778 5.799 5.799 1.979 1.979 5.798 1
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 8.4 4.434 -4.434 3.344 7.778 -7.778 5.799 -5.799 -1.979 1.979 -5.798 -1
8.5 Bedrijfsvoering. Kracht van Overijssel
8.5.1 Bedrijfsvoering.
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 96.618 359 -96.259 -1.251 356 95.367 715 -94.652 89.931 1.794 -88.137 -5.436 1.079 6.515 -88.137
Subtotaal beleidsdoel 8.5 96.618 359 -96.259 -1.251 356 95.367 715 -94.652 89.931 1.794 -88.137 -5.436 1.079 6.515 -88.137
Totaal Sociaal infrastructuur, jeugd-
zorg en overige kerntaken
228.210 119.614 -108.596 11.617 3.256 239.827 122.870 -116.957 227.837 121.382 -106.455 -11.990 -1.488 10.502 -14.569 -91.886
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 127127
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
8.3 Het terugdringen van de instroom,
het versnellen van de doorstroom en
het wegnemen van de belemmerin-
gen die de uitstroom beletten in de
provinciale jeugdzorg.
Kracht van Overijssel
8.3.1 Uitvoering Eigen Kracht-confe-
renties.
686 -686 1.797 doorwerking
GS 2013
2.483 -2.483 1.781 -1.781 -702 702 -1.781
8.3.8 Uitvoering 1000 jongerenplan. 1.715 -1.715 559 107, doorwer-
king GS 2013
2.274 -2.274 1.469 -1.469 -805 805 -1.469
Subtotaal Kracht van Overijssel 2.401 2.401 2.356 4.757 4.757 3.250 3.250 1.507 1.507 3.250
Overige prestaties 119.480 119.255 -225 2.962 2.900 122.442 122.155 -287 119.758 119.588 -170 -2.684 -2.567 117 -170
Subtotaal beleidsdoel 8.3 121.881 119.255 -2.626 5.318 2.900 127.199 122.155 -5.044 123.008 119.588 -3.420 -4.191 -2.567 1.624 -3.250 -170
8.4 Goede overdracht van jeugdzorg
aan (samenwerkende) gemeenten.
Kracht van Overijssel
8.4.1 Bestuurlijk en ambtelijk invulling
geven aan het transitie- en transforma-
tietraject samen met gemeenten en alle
andere relevante partners.
4.434 -4.434 3.344 107, doorwer-
king GS 2013
7.778 -7.778 5.799 -5.799 -1.979 1.979 -5.798 -1
8.4.2 Het in iedere gemeente subsidiëren
van experimenten en pilots in het kader
van de transitie.
Subtotaal Kracht van Overijssel 4.434 4.434 3.344 7.778 7.778 5.799 5.799 1.979 1.979 5.798 1
Reguliere prestaties
Subtotaal beleidsdoel 8.4 4.434 -4.434 3.344 7.778 -7.778 5.799 -5.799 -1.979 1.979 -5.798 -1
8.5 Bedrijfsvoering. Kracht van Overijssel
8.5.1 Bedrijfsvoering.
Subtotaal Kracht van Overijssel
Reguliere prestaties 96.618 359 -96.259 -1.251 356 95.367 715 -94.652 89.931 1.794 -88.137 -5.436 1.079 6.515 -88.137
Subtotaal beleidsdoel 8.5 96.618 359 -96.259 -1.251 356 95.367 715 -94.652 89.931 1.794 -88.137 -5.436 1.079 6.515 -88.137
Totaal Sociaal infrastructuur, jeugd-
zorg en overige kerntaken
228.210 119.614 -108.596 11.617 3.256 239.827 122.870 -116.957 227.837 121.382 -106.455 -11.990 -1.488 10.502 -14.569 -91.886
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014128128
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 8.1
Prestatie 8.1.4 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 63.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 8.1.4.
Beleidsdoel 8.3
Prestatie 8.3.1 In het kader van de komende transitie per 1 januari 2015 is er bestuurlijk besloten om de subsidie voor de finan-
ciering van de Eigen Krachtconferenties halfjaarlijks (75% / 50% / 25%) met ingang van 2013 af te bouwen. De
gemeenten in Overijssel zijn op de hoogte gesteld over de afbouw van deze subsidie en moesten zelf cofinanciering
regelen voor het blijven inzetten van de conferenties binnen hun eigen gemeente. In de praktijk blijken gemeenten
hiervoor (nagenoeg) geen eigen middelen in te zetten voor aanvulling van de subsidie op de Eigen Krachtconferen-
ties. Dit blijkt ook uit de rapportage 2014 van de Centrale, waarin een duidelijke terugval van de inzet van Eigen
Krachtconferentie zichtbaar is. Om te voorkomen dat er in 2015 een aanzienlijk bedrag moet worden teruggevor-
derd, is besloten tot aanpassing van de subsidie 2014 met een bedrag van € 0,7 miljoen.
Het terugvallen van de inzet van de Eigen Krachtconferenties heeft geen invloed gehad op het werken conform de
visie horende bij de Eigen Kracht. Dat doel is goed geslaagd. Er worden naast de conferentie meerdere werkvormen
ingezet om de burger en zijn / haar netwerk eigen regie te laten voeren op de situatie die op dat moment speelt.
Met betrekking tot prestatie 8.3.1 wordt voorgesteld, zoals reeds aangekondigd bij de Monitor Overijssel 2014-II,
om middels een voorstel tot resultaatbestemming een bedrag ad € 0,7 miljoen vrij te laten vallen naar de Algemene
dekkingsreserve.
Prestatie 8.3.8 Het 1000 jongerenplan is eind 2014 met goed resultaat afgesloten. Meer dan 1000 kwetsbare jongeren hebben via
deze route een leer- / werktraject doorlopen en vaak hun woon- en leefsituatie kunnen verbeteren. Een ruime meer-
derheid behoudt hun baan of volgt een opleiding. Bij de Monitor Overijssel 2014-II is gemeld dat de niet bestede
middelen terugvloeien naar de algemene middelen.
Bij de behandeling van de begroting is de motie Westert c.s. aangenomen. Dit heeft effect gehad op de aanwending
van de resterende middelen omdat lopende projecten in relatie tot deze motie gebracht moesten worden. Het uit-
eindelijk resterende bedrag ad € 0,8 miljoen valt wat lager uit dan geprognostiseerd bij de Monitor Overijssel 2014-II
omdat enerzijds een aantal verwachte projecten nog niet beschikt kon worden en anderzijds doordat een deel van
de activiteiten beoogd in de motie Westert c.s. al in 2014 beschikt kon worden. De overige benodigde middelen
voor 2015 zijn bij het opstellen van de jaarrekening nog niet geheel bekend. Deze zullen via de Monitor Overijssel
2015-I aangevraagd worden.
Met betrekking tot prestatie 8.3.8 wordt voorgesteld om een bedrag van € 0,8 miljoen vrij te laten vallen naar de
Algemene dekkingsreserve middels een voorstel tot resultaatbestemming.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 129129
Hoofdstuk 2Kerntaken
Beleidsdoel 8.4
Prestatie 8.4.1 In 2014 is het transitietraject afgerond. Tot aan 1 januari 2015 hebben wij actief bijgedragen aan de voorbereiding
van de Overijsselse gemeenten op hun nieuwe taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot de jeugdzorg.
Er is in de afgelopen jaren volop de gelegenheid geboden vanuit het programma transitie voor projecten met een
leer- en experimentdoel en inrichtingsvraagstukken die gemeenten helpen bij hun voorbereiding op de nieuwe
taken. Daarnaast bestond het programma uit diverse ondersteuningsactiviteiten. Doordat ook vanuit het Rijk een
omvangrijk ondersteuningsaanbod is gekomen, heeft dit er mede toe geleid dat het absorptievermogen van de ge-
meenten zijn grenzen heeft bereikt. Als gevolg hiervan is er minder vraag naar ondersteuning vanuit het programma
transitie gekomen dan geraamd. Hierdoor is er op het totale programma een onderbesteding van € 2,0 miljoen
ontstaan. De nog resterende KvO-middelen zijn niet meer nodig als gevolg van de afronding van het transitietrajcet.
Deze vallen middels een voorstel tot resultaatbestemming vrij naar de Algemene dekkingsreserve.
Beleidsdoel 8.5
Regulier In 2014 waren de totale apparaatskosten per saldo begroot op € 94,6 miljoen, de realisatie komt uit op € 88,1 miljoen.
Het verschil bedraagt € 6,5 miljoen lagere kosten en kan als volgt worden verklaard.
Lagere salariskosten en overige personele kosten ambtelijk apparaat 0,6 miljoen
Lagere kosten bestuurlijk apparaat 0,3 miljoen
Minder uitgaven op Directievoering 1,7 miljoen
Minder uitgaven aan ICT 1,7 miljoen
Lagere kosten voor Huisvesting en inrichting 0,1 miljoen
Minder uitgaven voor Personeelsbeleid -advisering en Organisatie-ontwikkeling 0,6 miljoen
Lagere kosten voor Vastgoed 0,8 miljoen
Minder uitgaven voor Verzekeringen, aansprakelijkheid, klachtenbehandeling en Juridische advisering 0,2 miljoen
Lagere kosten voor Facilitaire zaken 0,4 miljoen
Overige 0,1 miljoen
Totaal € 6,5 miljoen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014130130
Kerntaak 9: Gebiedsontwikkelingen
InleidingGebiedsontwikkelingen vormen bij uitstek een domein waar de ontwikkeling van de provinciale
rol binnen de netwerksamenleving tot zijn recht komt. Interactief en participerend vanuit de
kerntaken op het gebied van ruimtelijke-economische ontwikkeling en fysieke infrastructuur
brengt de provincie belangen samen en verbindt ze partijen, publiek en privaat, in gemeenschap-
pelijke inspanningen rond concrete gebiedsopgaven.
In deze inleiding zijn concrete voorbeelden van deze gebiedsopgaven opgenomen.
Ruimte voor de Vecht
Voor het programma Ruimte voor de Vecht is de uitvoering van zes projecten gewaarborgd
nadat een uitvoeringsovereenkomst is gesloten met waterschap Vechtstromen.
Het gaat om de volgende projecten:
• Grensmeander
• Vechtpark Hardenberg Centrum Uiterwaard
• Vechtoevers Ommen
• Sluis Junne
• Sluis Mariënberg
• Vecht traject Hardenberg-Junne
De doelstellingen van het programma Ruimte voor de Vecht zijn samengevat:
1. zorgdragen voor de waterveiligheid voor mens en dier in het Vechtdal
2. het creëren van een sociaaleconomische impuls
3. integraal realiseren van de natuuropgaven (zowel water(natuur) als landnatuur)
Door de uitvoering van de vijf uitvoeringsprojecten en de voorbereiding van het vechttraject
Hardenberg-Junne wordt een krachtige impuls gegeven aan bovenstaande doelstellingen.
De projecten worden gezien als een van de hoofdpijlers onder het programma Ruimte voor de
Vecht.
Twickel
Voor het programma gebiedsontwikkeling Twickel is in november 2014 door de stuurgroep een
besluit genomen waardoor alle projectplannen zijn vastgesteld.
Door dit besluit zijn alle onderdelen van de gebiedsontwikkeling in uitvoering. De uitvoering zal in
2015 z’n beslag krijgen met een uitloop tot half 2016. Hiermee wordt duidelijk uitvoering gegeven
aan de toekomstvisie die is opgesteld met als doel behoud en ontwikkeling van het landgoed in
relatie tot de directe (stedelijke) omgeving.
Deze visie is opgesteld samen met de provincie Overijssel, de Regio Twente, het waterschap Vechts-
tromen, het landgoed Twickel en de gemeenten Borne, Hengelo en Hof van Twente en de Stichting
Twickel.
Ruimte voor de Rivier IJsseldelta
Ook het project Ruimte voor de Rivier IJsseldelta is in de uitvoerende fase gekomen. In 2014
heeft de opdrachtverlening plaatsgevonden voor de realisatie. Vervolgens is de engineeringsfase
met de geselecteerde aannemerscombinatie van start gegaan. Inmiddels is in het landschap
steeds beter zichtbaar hoe het gebied zich verder ontwikkelt. Hiermee blijft de planning dat in
2018 het Reevediep functioneel inzetbaar zal zijn.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 131131
Hoofdstuk 2Kerntaken
Doelenboom
Investeringsprestaties:
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte voor de Vecht.
9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid.
9.0.3 Gebiedsontwikkeling IJssel-Vechtdelta.
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente.
9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.
9.0.8 Gebiedsontwikkeling Twickel.
9.0.9 Gebiedsontwikkeling Innovatiedriehoek.
9.0.10 Gebiedsontwikkeling Ontwikkelopgave EHS / Natura 2000.
Prestaties Kerntakenbegroting 2014
Aandeel Gebiedsontwikkelingen in totale
kerntakenbegroting
■ Gebiedsontwikkelingen - 11,4%
■ Overige kerntaken - 88,6%
Oranje
Oranje
Groen
Oranje
Oranje
Groen
Oranje
Oranje
Uitvoering prestaties
Integrale kleurscore*
* Zie Monitor Overijssel 2014III voor onderbouwing integrale kleurscore.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014132132
( x € 1.000)9. Gebiedsontwikkelingen ( x € 1.000)
Rekening 2013 Primitieve begroting
2014
Actuele begroting
2014
Rekening 2014 Saldo 2014
Beleidsdoelen Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten1 Baten2 Saldo3
9.0 Gebiedsontwikkelingen 38.044 497 -37.547 29.734 -29.734 52.478 1.558 -50.920 50.030 12.971 -37.059 -2.448 11.413 13.861
Totaal Gebiedsontwikke-
lingen
38.044 497 -37.547 29.734 -29.734 52.478 1.558 -50.920 50.030 12.971 -37.059 -2.448 11.413 13.861
1) Bij minder lasten dan begroot. Bij + meer lasten dan begroot.
2) Bij minder baten dan begroot. Bij + meer baten dan begroot.
3) Bij meer uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag. Bij + minder uitgegeven dan begroot, resultaat gaat omlaag.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 133133
Hoofdstuk 2Kerntaken
( x € 1.000)Reserves, Voorzieningen en Doeluitkeringen
Actuele begroting 2014 Rekening 2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrek-
king
Eindsaldo
31-12-2014
Beginsaldo
31-12-2013 Storting
Onttrekking
+ Vrijval
Eindsaldo
31-12-2014 Verschil
Reserves
Uitvoeringsreserve Ecologische
Hoofdstructuur
2.606 -95.831
Reserve uitvoering Kracht van
Overijssel (alleen storting en onttrek-
king)
35.476 51.560 35.476 50.412 -1.148
Totaal reserves 35.476 51.560 35.476 53.018 96.979
Voorzieningen
Voorziening resultaten gebiedsex-
ploitaties
9.634 9.634 9.634 5.693 15.327 5.693
Voorziening lening Sanderink Techno-
logy Centre
3.100 3.100 3.100 3.100
Voorziening verplaatsing Stork
Hengelo
8.150 10.862 19.012 8.150 5.050 13.200 -5.812
Voorziening waarderisico grondvoor-
raad BBL*
10.230 10.230 10.230 1.130 4.693 6.667 -3.563
Totaal voorzieningen 28.014 13.962 41.976 28.014 14.973 4.693 38.294 3.682
Saldo Reserves, Voorzieningen en
Doeluitkeringen Gebiedsontwik-
kelingen
28.014 49.438 51.560 41.976 28.014 50.449 57.711 38.294 -100.661
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014134134
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
9.0 Gebiedsontwikkelingen Kracht van Overijssel
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte
voor de Vecht.
6.237 -6.237 871 9, 107, 116 7.108 -7.108 7.069 3 -7.066 -39 3 42 -7.066
9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta
Zuid.
11.045 -11.045 -2.420 107, 111, 116 8.625 -8.625 7.324 5 -7.319 -1.301 5 1.306 -7.325 6
9.0.3 Gebiedsontwikkeling IJssel-
Vechtdelta (deltaprogramma).
1.057 -1.057 1.700 104, 111,
116, doorwer-
king GS 2013
2.757 -2.757 2.731 -2.731 -26 26 -2.731
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-
Twente.
3.088 -3.088 -1.840 18, 107 1.248 -1.248 973 -973 -275 275 -973
9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven
Twente e.o.
5.700 -5.700 -5.700 116 3.250 -3.250 3.250 -3.250 -3.250
9.0.8 Gebiedsontwikkeling Twickel. 375 -375 -10 101, 107, 116 365 -365 431 -431 66 -66 -431
9.0.9 Gebiedsontwikkeling Innovatie-
driehoek.
1.550 -1.550 23.560 107, 110,
116, doorwer-
king GS 2013
25.110 -25.110 19.240 -19.240 -5.870 5.870 -25.540 6.300
9.0.10 Gebiedsontwikkeling Ecologi-
sche Hoofdstructuur / Natura 2000.
7.000 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
7.000 -7.000 2.932 -2.932 -4.068 4.068 -326 -2.606
Subtotaal Kracht van Overijssel 29.052 29.052 23.161 52.213 52.213 43.950 8 43.942 8.263 8 8.271 44.392 2.606 6.300
Reguliere prestaties 682 -682 -417 1.558 265 1.558 1.293 6.080 12.963 6.883 5.815 11.405 5.590 -6.020 12.903
Totaal Gebiedsontwikkelingen 29.734 -29.734 22.744 1.558 52.478 1.558 -50.920 50.030 12.971 -37.059 -2.448 11.413 13.861 -50.412 -2.606 15.959
ToelichtingOnderstaand overzicht geeft inzicht in wat de provincie investeert in KvO-projecten en reguliere
prestaties per beleidsdoel. Hierbij wordt aangegeven welk deel gefinancierd wordt uit de
investeringsimpuls Kracht van Overijssel en overige financieringsbronnen. De uitgelichte kolom
wordt na dit overzicht nader toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 135135
Hoofdstuk 2Kerntaken
Primitieve begroting 2014 Begrotingswijzigingen Actuele begroting 2014 Rekening 2014 Saldo 2014 Financiering
Beleidsdoelen Prestatie Lasten Baten Saldo Lasten Baten Nummers Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Uit KvO Reserves overig
9.0 Gebiedsontwikkelingen Kracht van Overijssel
9.0.1 Gebiedsontwikkeling Ruimte
voor de Vecht.
6.237 -6.237 871 9, 107, 116 7.108 -7.108 7.069 3 -7.066 -39 3 42 -7.066
9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta
Zuid.
11.045 -11.045 -2.420 107, 111, 116 8.625 -8.625 7.324 5 -7.319 -1.301 5 1.306 -7.325 6
9.0.3 Gebiedsontwikkeling IJssel-
Vechtdelta (deltaprogramma).
1.057 -1.057 1.700 104, 111,
116, doorwer-
king GS 2013
2.757 -2.757 2.731 -2.731 -26 26 -2.731
9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-
Twente.
3.088 -3.088 -1.840 18, 107 1.248 -1.248 973 -973 -275 275 -973
9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven
Twente e.o.
5.700 -5.700 -5.700 116 3.250 -3.250 3.250 -3.250 -3.250
9.0.8 Gebiedsontwikkeling Twickel. 375 -375 -10 101, 107, 116 365 -365 431 -431 66 -66 -431
9.0.9 Gebiedsontwikkeling Innovatie-
driehoek.
1.550 -1.550 23.560 107, 110,
116, doorwer-
king GS 2013
25.110 -25.110 19.240 -19.240 -5.870 5.870 -25.540 6.300
9.0.10 Gebiedsontwikkeling Ecologi-
sche Hoofdstructuur / Natura 2000.
7.000 7, 18, 107,
116, doorwer-
king GS 2013
7.000 -7.000 2.932 -2.932 -4.068 4.068 -326 -2.606
Subtotaal Kracht van Overijssel 29.052 29.052 23.161 52.213 52.213 43.950 8 43.942 8.263 8 8.271 44.392 2.606 6.300
Reguliere prestaties 682 -682 -417 1.558 265 1.558 1.293 6.080 12.963 6.883 5.815 11.405 5.590 -6.020 12.903
Totaal Gebiedsontwikkelingen 29.734 -29.734 22.744 1.558 52.478 1.558 -50.920 50.030 12.971 -37.059 -2.448 11.413 13.861 -50.412 -2.606 15.959
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014136136
Financiële toelichtingen
Beleidsdoel 9.0
Prestatie 9.0.1 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 42.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 9.0.1.
Prestatie 9.0.2 Het gaat hier om een KvO-budget waarvoor het budget beschikbaar dient te blijven voor de gebiedsontwikkeling.
Het resterende bedrag ad € 1,3 miljoen wordt doorgeschoven naar 2015.
Prestatie 9.0.3 Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om de in 2014 reste-
rende middelen à € 26.000 door te schuiven naar de jaarschijf 2015, op prestatie 9.0.3.
Prestatie 9.0.4 Het gaat hier om een KvO-budget waarvoor het budget beschikbaar dient te blijven voor de gebiedsontwikkeling.
Het resterende bedrag ad € 275.000 wordt doorgeschoven naar 2015.
Prestatie 9.0.5 In het voorjaar 2014 is duidelijk geworden dat de realisatie van een commerciële burgerluchthaven binnen de ge-
stelde kaders geen optie is voor dit gebied. Provinciale Staten hebben een Commissie van Wijzen aangesteld om een
advies te geven t.a.v. het vervolg van de gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. Dit advies genaamd ‘Tech-
nology Base Twente’ is reeds gepresenteerd en door uw Staten geadopteerd (PS/2014/995). Provincie, gemeente
Enschede en ADT kunnen daarmee, in samenwerking met de regio, werken aan een nieuw ontwikkelingsperspectief
voor Twente en de voormalige luchthaven. Noodzakelijke maatregelen t.b.v. de implementatie van het advies, zijn
verder uitgewerkt in een Plan van Aanpak (PvA).
Met de accountant is afgesproken om de deelvelden luchthaven, hoofdinfrastructuur en leisure te behandelen als
niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG). Er zal een beperkte waarde worden toegekend aan het gebied van ca.
€ 1 a 1,5 miljoen gelijk aan de eerder aangekochte gronden ten noorden van het defensiegebied. Dit betekent een
verslechtering van de grondexploitatie van NCW, -€ 11,4 naar -€ 17,9 miljoen. Een verslechtering van NCW
-€ 6,50 miljoen. Het aandeel van de provincie Overijssel hierin is 50%.
Prestatie 9.0.8 Het ontwerp en de voorbereiding voor het project Stadsrand Delden vergden meer kosten dan verwacht. Het budget
2014 voor dit project is daardoor in beperkte mate overschreden met € 66.000. De overschrijding wordt opgevan-
gen binnen het totaal van het project en zal niet leiden tot overschrijding van het totale meerjarige budget.
De overschrijding komt ten laste van de middelen in de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel voor de gebiedsont-
wikkeling Twickel.
Prestatie 9.0.9 Op deze prestatie heeft een overschrijding plaatsgevonden van € 430.000 door de verplaatsing van Stork. Deze is
sneller gerealiseerd dan gepland en daardoor is er in 2014 een hogere lening verstrekt dan verwacht. Dit betekent dat
de dotatie aan de voorziening, ter dekking van het risico van de verstrekte lening, ook eerder heeft plaatsgevonden dan
verwacht.
Op basis van de spelregels van Kracht van Overijssel hebben Gedeputeerde Staten besloten om een bedrag à € 430.000
af te ramen in 2015 en zo toe te voegen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel om hiermee de overschrijding
in 2014 te verevenen, op prestatie 9.0.9.
De accountant schat op basis van een strikte hantering van de regelgeving de risico’s met betrekking tot de verstrekte
subsidie aan Stork B.V. lager in. Daarmee is volgens de accountant de voorziening Stork B.V. (op saldo eind 2014) voor
een bedrag van € 6,3 miljoen te hoog gewaardeerd. Dit bedrag valt vrij uit de voorziening.
Door middel van een resultatenbestemming wordt voorgesteld om het bedrag (€ 6,3 miljoen) wat is vrijgevallen uit de
voorziening Stork B.V. toe te voegen aan de Algemene Financieringsreserve (AFR).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 137137
Hoofdstuk 2Kerntaken
Prestatie 9.0.10 Als gevolg van uitstel van vaststelling van de PAS zijn de lasten voor de Ontwikkelopgave in 2014 achtergebleven bij
de raming. De niet bestede middelen blijven beschikbaar in de Uitvoeringsreserve Ecologische Hoofdstructuur. De
voorbereidingsfase waarbij onder verantwoordelijkheid van SWB verkenningen worden uitgevoerd is echter in volle
gang. Middels een afzonderlijke rapportage bij deze jaarrekening wordt u uitvoerig geïnformeerd over de stand van
zaken met betrekking tot de ontwikkelopgave.
Regulier De overschrijding van de baten en lasten op dit product wordt voornamelijk veroorzaakt door de afrekening met
betrekking tot de grondvoorraad BBL die in 2014 heeft plaatsgevonden.
De hogere baten van € 11,4 miljoen worden voor ruim € 8,4 miljoen verklaard door verkopen van BBL-oud gronden.
Bovendien kan € 3,5 miljoen van de voorziening Waarderisico grondvoorraad BBL vrijvallen, als gevolg van de geactu-
aliseerde balanswaardering van de grondvoorraad. Daar staat tegenover dat de baten voor tijdelijk beheer € 0,5 mil-
joen lager zijn dan begroot. De ontvangst van het voordelige exploitatiesaldo van BBL tot en met 2013 was abusievelijk
dubbel geraamd.
De hogere lasten van € 5,8 miljoen worden voor € 5,7 miljoen veroorzaakt door aanvullend benodigde stortingen in
de voorziening Waarderisico grondvoorraad BBL als gevolg van mutaties in de voorraden grond en gebouwen. Voor
€ 0,2 miljoen zijn nadelige verkoopresultaten met betrekking tot gebouwen gerealiseerd. Daar staan lagere kosten
voor tijdelijk beheer ter grootte van € 0,1 miljoen tegenover.
De extra kosten en opbrengsten worden conform bestaand beleid verrekend met de Algemene Reserve Grond.
Hiertoe doen wij een resultaatbestemmingsvoorstel bij deze jaarrekening.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014138138
H3
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 139139
Hoofdstuk 3Paragrafen
Paragrafen3.In dit hoofdstuk zijn onderwerpen opgenomen die van belang zijn voor
het inzicht in de financiële positie. De paragrafen bevatten de beleidsuit-
gangspunten van beheersmatige activiteiten en de provinciale heffingen
en vallen daarom onder de kerntakenbegroting.
Achtereenvolgens komen de volgende onderwerpen aan bod:
• Provinciale heffingen
• Weerstandsvermogen
• Kapitaalgoederen
• Financiering
• Bedrijfsvoering
• Verbonden partijen
• Grondbeleid
3.1 Provinciale heffingen
3.1.1 AlgemeenWij kennen verschillende provinciale heffingen: opcenten motorrijtuigenbelasting, leges, preca-
rio, grondwaterheffing en nazorgheffing stortplaatsen. Vanaf 2007 is de Belastingverordening
Overijssel van kracht, waarin alle voorheen afzonderlijke verordeningen zijn geïntegreerd. Deze
verordening wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld.
Onderstaande tabel vermeldt de geraamde en gerealiseerde opbrengst van de heffingen in 2014.
De geraamde opbrengst is de actuele raming.
3.1.2 MotorrijtuigenbelastingDe opcenten motorrijtuigenbelasting vormt het belangrijkste lokale heffingsmiddel op provinciaal
niveau, waarmee (een deel van) de activiteiten binnen provinciale kerntaken gefinancierd wordt.
Via de opcenten motorrijtuigenbelasting (MRB) kunnen wij een eigen belastingbeleid voeren.
Het tarief is bij de Perspectiefnota 2013 vastgesteld op 79,9 en sindsdien niet gewijzigd.
Geraamde opbrengst Gerealiseerde opbrengst
Opcenten motorrijtuigenbelasting 100.500,0 101.475,8
Leges, precario, overige heffingen 752,2 478,6
Grondwaterheffing 1.000,0 955,1
Nazorgheffing stortplaatsen 10,9 10,9
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014140140
De daadwerkelijke opbrengst van de opcenten motorrijtuigenbelasting is afhankelijk van diverse
factoren:
• De omvang van het voertuigenbestand van de in de provincie wonende of gevestigde houders
van voertuigen zoals aangeduid in artikel 222 van de Provinciewet.
• Het aantal voertuigen in dit bestand dat voor verlaging van het MRB-tarief in aanmerking
komt (half-, kwart-, nultarief of schorsingen).
• Het gemiddelde gewicht per gewichtsklasse.
• Omvang van de zogenaamde oninbaarleidingen (door de belastingdienst opgelegde aansla-
gen die uiteindelijk niet invorderbaar blijken).
• De hoogte van het provinciale opcententarief MRB (percentage op de hoofdsom MRB).
Behalve de hoogte van het provinciale opcententarief zijn deze factoren niet beïnvloedbaar door
de provinciale overheid. De provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting worden, samen met
de hoofdsom motorrijtuigenbelasting, geïnd door de Belastingdienst en vervolgens overgemaakt
aan de provincies. Voor aspecten als kwijtschelding en invorderingsmaatregelen zijn de provin-
cies volledig afhankelijk van de Belastingdienst.
In 2014 is een bedrag van € 101,5 miljoen aan opcenten ontvangen, wat ongeveer € 1,0 miljoen
hoger is dan begroot. Het afschaffen van de vrijstelling van energiezuinige auto’s per 1 januari
2014 heeft in 2014 geleid tot een grote toename van de opcenten ten opzichte van 2013. De
tellijst van de Belastingdienst per 30 december 2014 laat zien dat de omvang van het voertuigen-
bestand in Overijssel gelijk is aan 2013. Het aantal netto voertuigen laat echter een forse stijging
zien. Deze stijging wordt veroorzaakt door de afschaffing van de vrijstelling van energiezuinige
auto’s. Het totaal aantal voertuigen is ongeveer gelijk gebleven, maar het aantal betalende
voertuigen is flink gestegen en hiermee dus ook de totale opbrengst. Aan de andere kant is het
gemiddelde gewicht gedaald, maar dit weegt niet op tegen de grote stijging van het aantal
netto voertuigen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 141141
Hoofdstuk 3Paragrafen
Onderstaande tabel geeft een vergelijking van de hoogte van de opcenten van de diverse provincies.
Opbrengsten Motorrijtuigenbelasting
Opcenten per provincie
Peildata 31-12-2013 31-12-2014
Totaal voertuigen (bruto) 597.047 597.082
Stijging t.o.v. voorgaand jaar 0,55% 0,00%
Aantal auto's (netto) 453.577 504.367
Motoren (netto) 35.324 36.337
Totaal voertuigen (netto) 488.901 540.704
Stijging t.o.v. voorgaand jaar -2,79% 10,60%
Gemiddeld gewicht
Auto's (netto) 1.162 1.139Stijging t.o.v. voorgaand jaar 0,30% -1,98%
Gemiddelde heffingsgrondslag
Auto's (netto) 261,50 251,37Stijging t.o.v. voorgaand jaar 0,55% -3,87%
Aantal provinciale opcenten MRB 79,9 79,9Stijging t.o.v. voorgaand jaar 0,9% -
Totale opbrengsten MRB € 95.657.150 € 101.475.831
Stijging t.o.v. voorgaand jaar 1,65% 6,08%
2014
Zuid-Holland 1 95,0
Friesland 2 90,3
Drenthe 3 88,3
Groningen 4 87,1
Gelderland 5 87,1
Overijssel 6 79,9
Zeeland 7 78,3
Limburg 8 76,6
Flevoland 9 76,6
Noord-Brabant 10 75,8
Utrecht 11 72,6
Noord-Holland 12 67,9
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014142142
3.1.3 Diverse heffingenOnderstaande tabel vermeldt de geraamde en gerealiseerde leges, precario en overige heffingen
naar product.
Leges
Op basis van de belastingverordening heffen wij leges voor het in behandeling nemen van de
aanvraag tot het verlenen van een administratieve dienst. Een voorbeeld hiervan is het aanvragen
van vergunningen en ontheffingen op grond van provinciale en wettelijke voorschriften. Indien
de belastingschuldige niet in staat is, anders dan met buitengewoon bezwaar, de verschuldigde
leges te betalen, kunnen Gedeputeerde Staten het verschuldigde bedrag geheel of gedeeltelijk
kwijtschelden. Nieuw zijn de leges voor de NB-wet.
Precario
Precario is een heffing voor het hebben van voorwerpen in, op of boven provinciale grond of
water. Vanaf 2010 heffen wij alleen nog precario van benzinepompinstallaties voor hun gas-,
water- en elektriciteitsleidingen.
Heffing
De precario wordt via een belastingaanslag geheven. Ongeveer de helft van de 20 benzinesta-
tions op provinciale grond heeft gekozen voor een huurovereenkomst en zijn, omdat zij huur-
penningen betalen, vrijgesteld van precario. De andere helft betaalt wel precario. De Belasting-
verordening Overijssel besteedt, naast een uiteenzetting over de wijze van het bepalen en het
opleggen van de aanslag, ook aandacht aan de mogelijkheid tot gehele of gedeeltelijke kwijt-
schelding door de heffingsambtenaar als de precario niet betaald kan worden.
Tarieven
Wij hanteren een marktconform tarief dat is opgenomen in de tarieventabel als onderdeel van
de Belastingverordening Overijssel. Voor 2014 zijn de inkomsten uit precario en huurpenningen
circa € 60.000.
Grondwaterheffing
Op grond van artikel 7.7 van de Waterwet zijn uw Staten bevoegd om, bij wijze van provinciale
belastingmaatregel, een heffing in te stellen op het onttrekken van grondwater. Het onderdeel
‘Vaststelling tarief grondwaterheffing 2010 - 2015’ uit de Belastingverordening Overijssel is sinds
2010 ongewijzigd gebleven. De heffingsopbrengst wordt onder andere gebruikt voor onder-
zoeken die voor het grondwaterbeheer noodzakelijk zijn en voor de vergoeding van schade als
gevolg van de artikelen 7.18, 7.19 en 7.20 Waterwet.
Begroot actueel Gerealiseerd
Beheer en onderhoud wegen 87.345 62.874
Grondwaterbeheer 83.117 31.974
Vergunningverlening milieubeheer 25.500 128.405
Ontgrondingen 140.283 22.548
Bescherming natuur en landschap 416.000 232.763
Totaal 752.245 478.564
( Bedragen in € )
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 143143
Hoofdstuk 3Paragrafen
De heffing wordt opgelegd naar de in het heffingsjaar onttrokken hoeveelheid grondwater,
gemeten in kubieke meters per jaar. Eind 2009 is de tariefstelling gecontinueerd op € 0,0136 per
kubieke meter te onttrekken grondwater, geldig tot en met het belastingjaar 2015. Dit tarief is
gebaseerd op de raming dat jaarlijks gemiddeld circa 81 miljoen m3 onttrokken grondwater in
aanmerking komt voor de heffing. Uw Staten hebben per 1 januari 2010 de heffingsplicht voor
onttrekkingen kleiner dan 100.000 m3 per jaar afgeschaft. Belangrijkste reden hiervoor was,
naast het terugdringen van de administratieve lasten, de overgang van deze categorie onttrek-
kingen naar de waterschappen, waardoor minder geld noodzakelijk is. Hierdoor hoefde het tarief
niet gecorrigeerd te worden voor inflatie.
Nazorgheffing stortplaatsen
Op 1 april 1996 is de wet tot aanvulling van de Wet milieubeheer (Wm) in werking getreden. Deze
wet bevat een regeling ter waarborging dat gesloten stortplaatsen geen of zo weinig mogelijk
gevolgen voor het milieu hebben (hierna Leemtewet genoemd). De Leemtewet legt de financiële
en bestuurlijke verantwoordelijkheid bij de provincie voor de altijd durende nazorg van stortplaatsen
waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn gestort. De provincie moet erop toezien dat bij gesloten
stortplaatsen zodanige maatregelen worden getroffen dat de stortplaatsen geen of zo weinig moge-
lijk nadelige gevolgen voor het milieu veroorzaken.
Uw Staten hebben in 1999 een verordening vastgesteld betreffende de heffing van gelden voor
stortlocaties die in 1996 in werking waren. Doel van de heffing is de vorming van een fonds voor de
eeuwigdurende nazorgtaken na sluiting en overdracht aan de provincie. De hoogte van de heffing is
gebaseerd op het berekende doelvermogen voor de betreffende stortlocatie.
In Overijssel zijn drie operationele stortlocaties: Bovenveld, Boeldershoek en Elhorst-Vloedbelt.
De berekende doelvermogens maken onderdeel uit van de opgestelde nazorgplannen voor de
betreffende locaties. In 2005 zijn de nazorgplannen allemaal geheel herzien, waarbij het voor de
stortlocatie vereiste doelvermogen eveneens opnieuw is vastgesteld.
Op basis van de berekende doelvermogens in relatie met het al opgebouwde vermogen voor de
drie stortlocaties hebben uw Staten in haar vergadering van december 2005 besloten om voor de
periode 2006 tot en met 2010 de stortplaatsexploitanten geen jaarlijkse heffing op te leggen. Door
uw Staten is in juni 2010 besloten om ook voor de periode 2011 tot en met 2015 de exploitanten
geen jaarlijkse heffing op te leggen.
De renteopbrengsten worden, zolang het vereiste doelvermogen voor een stortlocatie nog niet is
bereikt, in het Fonds nazorg gesloten stortplaatsen gestort.
Zodra het doelvermogen op enig moment voor een stortlocatie is bereikt, zal al wat hierna nog voor
de betreffende locatie wordt ontvangen, worden terugbetaald aan de desbetreffende exploitant.
WABO
In 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO) van kracht geworden. Door
deze wet kunnen aanvragers bij één loket en in één aanvraag diverse vergunningen regelen. De
provincie is het bevoegde gezag voor de bedrijven met een hoger risico (zogenaamde IPPC- en
BRZO-bedrijven). Voor die bedrijven is de provincie dan ook bevoegd gezag voor zaken als bouw,
kap en sloop. Met gemeenten zijn afspraken gemaakt over het aanleveren van adviezen en ont-
werp vergunningen. Evenzo adviseert de provincie de gemeenten (in zogenaamde Verklaringen van
geen bedenkingen) voor onder andere vergunningen op grond van de Natuurbeschermingswet.
Met betrekking tot deze wederzijdse dienstverlening, zijn afspraken vastgelegd in een Dienst-
verleningsovereenkomst waarin ook de hoogte van de te hanteren advieskosten zijn vastgelegd.
Gemiddeld worden de advieskosten die de provincie betaalt aan gemeenten gedekt door de leges-
inkomsten die wij de bedrijven in rekening brengen.
Op 1 januari 2013 zijn binnen Overijssel twee (netwerk) Regionale Uitvoeringsdiensten opgericht:
RUD IJsselland en RUD Twente. Binnen de Regionale Uitvoeringsdiensten worden de gemeente-
lijke en de provinciale taken voor de vergunningverlening en handhaving van de WABO uitge-
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014144144
voerd. In eerste instantie richten de Regionale Uitvoeringsdiensten zich vooral op de bouw- en
milieutaken. In de loop van de tijd zullen de taken uitgebreid worden met natuur, monumenten
en mogelijk ook ruimtelijke ordening. Het Rijk beoogt met de instelling van Regionale Uitvoerings-
diensten de kwaliteit en de efficiency van deze werkprocessen te verbeteren.
In Overijssel is gekozen voor een netwerkconstructie waar de samenwerking vooral vorm krijgt
in zogenaamde gespecialiseerde kennispunten. Wij zijn gastheer geweest voor de kennispunten
IPCC Industrieel, Afval, Groen en Ecologie, BOA en Ketentoezicht, Externe veiligheid en Lucht-
kwaliteit. Deskundigheid en werkvoorraad worden gebundeld in de kennispunten, waar concept-
vergunningen, adviezen en controles worden opgesteld / uitgevoerd en de resultaten worden
doorgestuurd naar elk afzonderlijk bevoegd gezag (ter ondertekening).
Sinds 1 januari 2014 is voor een groot deel van de bedrijven de bevoegdheid overgegaan van
de provincie naar gemeenten. Dit betrof circa 75% van ons bedrijvenbestand. Wij blijven wel
bevoegd voor de meest complexe en risicovolle inrichtingen. Deze taakverschuiving heeft gevol-
gen in zowel financiële zin als qua werkvoorraad. In 2014 voerden wij, conform de gemaakte
afspraken, nog wel werkzaamheden uit voor de gemeenten.
3.2 Weerstandsvermogen
3.2.1 InleidingHet weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin wij in staat zijn om financiële tegenvallers
op te vangen, zonder dat dit leidt tot een directe aanpassing van het beleid. Het weerstandsver-
mogen wordt berekend door de benodigde weerstandscapaciteit, de risico’s, af te zetten tegen
de beschikbare weerstandscapaciteit, de middelen.
De benodigde weerstandscapaciteit wordt bepaald door de financiële kwantificering van de
risico’s. Onder beschikbare weerstandscapaciteit verstaan wij de middelen en mogelijkheden
waarover wij beschikken om risico’s te kunnen dekken (conform het BBV). De hoogte van de
beschikbare weerstandscapaciteit wordt bepaald door onze reserves, onder andere de saldi
reserve en diverse bestemmingsreserves, maar ook de diverse risicoreserveringen binnen de pro-
jecten zelf.
Met de vaststelling van de Perspectiefnota 2013 hebben uw Staten besloten om een minimum
weerstandsvermogen aan te houden van 1,6 (dit betreft de verhouding tussen beschikbaar en
benodigd weerstandsvermogen). Dit staat voor ‘ruim voldoende’ weerstandsvermogen. Wanneer
het weerstandsvermogen onder deze norm komt, is aanvullen van de reservepositie vereist.
3.2.2 WeerstandsvermogenDe confrontatie van de beschikbare weerstandscapaciteit van € 177,9 miljoen en de benodigde
weerstandscapaciteit van € 83,2 miljoen, die berekend is op basis van het risicoprofiel op con-
cernniveau met een zekerheidspercentage van 90%, levert een ratio op van 2,1. Hieruit blijkt dat
wij over een toereikend weerstandsvermogen beschikken. Een zekerheidspercentage van 90%
betekent dat rekening wordt gehouden met een 90% kans dat alle risico’s zich op hetzelfde
moment voordoen. Als deze analyse echter op project- en programmaniveau wordt uitgevoerd,
ontstaat een ander beeld. Het huidige weerstandsvermogen zakt dan naar 1,4:
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 145145
Hoofdstuk 3Paragrafen
Het verschil tussen de analyse op concernniveau en de analyse op project- en programmaniveau
ligt in het feit dat de analyse op concernniveau uitgaat van een 90% kans dat alle geïnventariseerde
risico’s van de provincie zich tegelijkertijd voordoen, terwijl de analyse op project- en programma-
niveau uitgaat van een 90% kans dat de risico’s van dat specifieke project of programma zich
gelijktijdig voordoen. Tot dusver hebben wij altijd de analyse op concernniveau verricht, maar de
analyse op project- en programmaniveau is nauwkeuriger. Gelet op het feit dat veel projecten en
programma’s zich nu in de realisatiefase bevinden, is een ratio van 1,4 niet zorgelijk.
In het afgelopen jaar is de benodigde weerstandscapaciteit iets verhoogd. Met name de herijking
van het OV heeft daar een bijdrage in gehad. Ook is de benodigde weerstandscapaciteit voor
Breedband toegenomen. De financiële risico’s van het programma Ruimte voor de Vecht zijn
verminderd, omdat delen van het programma zijn gerealiseerd en een subsidie is verstrekt voor
het overige deel. De alternatieve invulling voor ADT zal leiden tot een ander risicoprofiel. Dit kan
echter pas worden bepaald op het moment dat er een keuze is gemaakt. Tot die tijd blijft de
risicoberekening voorlopig gehandhaafd. Er is een reserve EHS (Ecologische Hoofdstructuur) in-
gesteld voor het opvangen van risico’s binnen het programma EHS. In de benodigde weerstands-
capaciteit zijn nog geen risico’s opgenomen voor het programma EHS, zodat ook de reserve EHS
buiten de beschikbare weerstandscapaciteit is gehouden. Het risicoprofiel voor de N340 is ten
tijde van het opstellen van deze paragraaf nog niet geactualiseerd. Daarom is voor de N340 een
benodigde weerstandscapaciteit van 10% (€ 16 miljoen) aangehouden.
Het beleid met betrekking tot de beschikbare risicoreservering is bij het vaststellen van het nieuwe
risicomanagementbeleid geactualiseerd (zie PS/2013/873) en schrijft voor dat in principe 10% van
het project-/programmabudget gereserveerd wordt voor het opvangen van risico’s, tenzij een nadere
analyse tot een ander percentage komt.
Benodigde weerstandscapaciteit
Bij de berekening van het benodigde niveau van weerstandscapaciteit wordt gestreefd naar
een zo volledig mogelijk risicoprofiel. Niet alle risico’s zijn echter te voorzien, het risicoprofiel is
daardoor nooit 100% volledig.
Het risicoprofiel is voortdurend aan verandering onderhevig. Dit als gevolg van het starten van
projecten met nieuwe risico’s, het treffen van beheersmaatregelen (waaronder voorzieningen),
het actualiseren van de risico’s op basis van nieuwe inzichten en/of gebeurtenissen in de in- en
Actueel weerstandsvermogen op concernniveau
Actueel weerstandsvermogen op project- en programmaniveau
Benodigde weerstandscapaciteit
(in miljoenen €)
Beschikbare weerstandscapaciteit
(in miljoenen €)
Ratio
weerstandsvermogen
€ 83,2 € 177,9 2,1
Benodigde weerstandscapaciteit
(in miljoenen €)
Beschikbare weerstandscapaciteit
(in miljoenen €)
Ratio
weerstandsvermogen
€ 123,6 € 177,9 1,4
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014146146
Risico’s met de grootste impact op het weerstandsvermogen
Omschrijving risico
Invloed op de benodigde
weerstandscapaciteit Kerntaak
Herijking OV-tactiek
Geconsolideerd risico, o.a.:
• Meer mensen vervoeren voor minder geld.
• Beperkte marktwerking.
• Korting op BDU.
24,33% Regionale bereikbaar-
heid en regionaal OV
Energiefonds Overijssel
Via het energiefonds wordt € 250 miljoen uitgezet in de vorm van leningen, garanties en participa-
ties. Aan de bestedingsrichtingen van het fonds kleven diverse risico’s, zoals stijgende inkoopkos-
ten voor de benodigde basisgrondstoffen en de lagere marktprijzen van concurrerende producten.
Voor biogas komen de hoge kosten voor opwaardering naar groen gas daar nog bij.
Bij warmtenetten en Warmte-Koude-Opslag zijn de risico’s vooral gelegen in de continuïteit van de
beoogde afnemers.
24,07% Regionale Economie
Leningen
Voor risicovolle leningen is geen voorziening ingesteld.
13,46% Diverse kerntaken
Project IJsseldelta-Zuid
Diverse risico’s.
6,38% Gebiedsontwikkelingen
N340
Diverse risico’s.
2.54% Regionale bereikbaar-
heid en regionaal OV
N34
Diverse risico’s.
2,09% Regionale bereikbaar-
heid en regionaal OV
externe omgeving. Ook de aanscherping van het beeld dat de organisatie heeft op de uitvoerings-
fase van projecten beïnvloedt de benodigde weerstandscapaciteit. De omvang van de risico’s kan
namelijk beter bepaald worden naarmate de realisatiefase dichterbij komt. Gedurende de realisa-
tiefase verminderen de risico’s of komen ze tot uiting. Op dit moment bevindt een aantal belang-
rijke opgaven zich in de plannings- en voorbereidingsfase. Enkele projecten, waaronder het project
IJsseldelta-Zuid, bevinden zich in de realisatiefase.
In januari 2015 zijn de risico’s en de beheersmaatregelen opnieuw concernbreed geïnventariseerd.
Hiertoe zijn tijdens werksessies de meest relevante processen en projecten op risico’s geanalyseerd.
Deze inventarisatie heeft geleid tot een actueel beeld van de benodigde weerstandscapaciteit. De
benodigde weerstandscapaciteit bedraagt volgens dit laatste beeld € 83,2 miljoen, als de analyse
op concernniveau wordt uitgevoerd.
Een aantal risico’s met een grote impact op de aan te houden weerstandscapaciteit wordt in de
onderstaande tabel nader toegelicht. De risico’s van de N340, N34, Project IJsseldelta en herij-
king OV-tactiek zijn samengesteld en als een geconsolideerd risico meegenomen. Tabel 2 is tot
stand gekomen door simulatie op basis van kansberekening.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 147147
Hoofdstuk 3Paragrafen
Risico’s met de grootste impact op het weerstandsvermogen
Omschrijving risico
Invloed op de benodigde
weerstandscapaciteit Kerntaak
Luchthaven Twente (ADT)
Een risicosimulatie in opdracht van ADT heeft het risico van de Grondexploitatie luchthaven Twente
berekend op circa € 10 miljoen. Wij participeren hierin voor 50%.
Er is vastgesteld dat het niet mogelijk is de ontwikkeling van een commerciële burgerluchthaven
binnen het meegegeven politieke kader en met inachtneming van de opschortende voorwaarden
uit de concessieovereenkomst met de exploitant tijdig af te ronden. De ontstane situatie kan leiden
tot een alternatieve invulling van het gebied, met name voor het deel dat bestemd is voor vliegen.
De alternatieve invulling zal leiden tot een ander risicoprofiel. Dit kan pas worden bepaald op het
moment dat er een keus is gemaakt.
Tot die tijd blijft de risicoberekening van € 10 miljoen voorlopig gehandhaafd.
2,02% Gebiedsontwikkelingen
Breedband
Lokale projecten blijven achter ten opzichte van grote projecten.
1,99% Regionale economie
Spoor Zwolle – Enschede
Werkzaamheden voor elektrificatie en infra-aanpassingen ten behoeve van snelheidsverhogingen
vallen tegen.
1,96% Regionale bereikbaar-
heid en regionaal OV
Europese subsidies
Financiële correcties door EU.
1,4% Regionale economie
In de bovenstaande tabel met risico’s staat een aantal (mogelijke) risico’s niet genoemd die wel
enige aandacht verdienen. Het betreffen risico’s ten aanzien van vermogensbeheer en ten aan-
zien van grond.
Vermogensbeheer
De marktontwikkelingen zijn van invloed op de obligatieportefeuille. Dit heeft effect op de
omvang van het vermogen. De onderliggende rente- en koersrisico’s worden beschreven in de
paragraaf financiering. Het financiële gevolg van dit risico wordt niet meegenomen in het weer-
standsvermogen.
Grond
In paragraaf 3.7 wordt ingegaan op de risico’s van ons grondbezit, waarvan de financiële gevol-
gen zijn afgedekt door de algemene reserve grond (ARG).
Beschikbare weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat uit middelen die kunnen worden ingezet voor het afdekken
van negatieve financiële effecten als gevolg van risico’s die zich voordoen. De hoogte van de
beschikbare weerstandscapaciteit wordt bepaald door de middelen waarover wij beschikken en
die ingezet kunnen worden zonder aanpassing van beleid. De beschikbare weerstandscapaciteit
bestaat uit de in de tabel hierna genoemde reserves (of een deel van de reserve) en de risico-
afdekking in de projecten zelf. Met deze middelen kunnen de tegenvallers bekostigd worden.
Sinds de vaststelling van het nieuwe risicomanagementbeleid door uw Staten in 2013 geldt
als uitgangspunt, dat per project of programma een risicoreservering van 10% moet worden
opgenomen (tenzij een analyse leidt tot een ander percentage), terwijl de saldireserve dient ter
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014148148
afdekking van risico’s binnen de reguliere processen. Risico’s worden dus niet dubbel afgedekt.
Voorzieningen worden niet meegenomen in de beschikbare weerstandscapaciteit. Immers bij het
opnemen van een voorziening wordt ervan uitgegaan dat het risico zich voordoet (en is het dus
geen risico meer). Voorzieningen worden bijvoorbeeld gebruikt om leningen en participaties af te
dekken, waardoor de risico’s gereduceerd worden (in sommige gevallen zelfs tot nul).
Op 4 november 2014 hebben wij een toenmalig actueel beeld van het beschikbare weerstands-
vermogen vastgesteld (2014/0302856). Voor dit jaarverslag is het beeld opnieuw geactualiseerd.
Dit laatste beeld kan als volgt worden gepresenteerd:
De beschikbare weerstandscapaciteit per 31 december 2014 bedraagt circa € 177,9 miljoen. De sal-
direserve is direct besteedbaar en kan aangewend worden ter financiering van opgetreden risico’s in
het reguliere proces. Deze bestaat uit € 1 miljoen voor beheersing van fiscale risico’s en € 37 miljoen
voor het opvangen van overige risico’s. Van de ADR is € 2,7 miljoen gereserveerd voor het opvangen
van resterende risico’s ADT en € 2,3 miljoen voor risico’s die voortkomen uit de reconstructiewet. De
bestemmingsreserves bestaan uit de reserve Europese programma’s ad. € 5 miljoen en de reserve
energiebesparing ad. € 0,35 miljoen ter dekking van leningen en rentekosten en beheerskosten.
Ook in de projecten wordt in de projectbegrotingen rekening gehouden met het opvangen van
risico’s, meestal in de vorm van een project onvoorzien. In de projecten wordt op dit moment € 79,5
miljoen aangehouden om risico’s binnen de specifieke projecten op te vangen.
Gesteld zij, dat de beschikbare weerstandscapaciteit uit reserves is opgebouwd en dus als incidenteel
beschikbaar weerstandsvermogen kan worden beschouwd.
3.3 Kapitaalgoederen
3.3.1 Wegen en waterwegen
Beleid
Naast onze beleidstaken op het gebied van regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar ver-
voer zijn wij uitvoerend actief als (vaar)wegbeheerder. Wij beheren 644 kilometer hoofdrijbaan,
173 kilometer parallelweg en 521 kilometer fietspad. Verder zijn wij verantwoordelijk voor on-
derhoud en beheer van 154 kilometer waterweg (waarvan 130 kilometer vaarweg) en circa 320
kunstwerken (viaducten, tunnels, sluizen, bruggen e.d.), waarvan 40 beweegbare kunstwerken.
Beschikbare weerstandscapaciteit
Reserve Omvang reserve
Saldireserve € 38
ADR € 5
Reserve Energiefonds Overijssel € 50
Diverse bestemmingsreserves € 5,4
Risicoreservering binnen projecten € 79,5
Totaal € 177,9
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 149149
Hoofdstuk 3Paragrafen
Bij het beheer en onderhoud van wegen, waterwegen en kunstwerken wordt een basiskwa-
liteitsniveau gehanteerd. Dit is gebaseerd op landelijk geldende richtlijnen, die door CROW
(Kenniscentrum voor infrastructuur) in publicaties zijn beschreven. Dit sluit aan op wat gangbaar
is in Nederland en wat in december 2014 met uw Staten is afgesproken. Dit beleid is gericht op
veiligheid, bereikbaarheid en duurzaamheid en om risico’s op juridische aansprakelijkstelling als
gevolg van ontoereikend beheer uit te sluiten. Op 10 december 2014 hebben uw Staten de nota
Onderhoud kapitaalgoederen vastgesteld. In deze nota heeft een heroriëntatie op beheer en
onderhoud infrastructuur in de periode 2016-2020 plaatsgevonden.
Beheer en onderhoud en rehabilitatie 2014
In deze coalitieperiode is voor groot onderhoud een jaarlijks budget van € 23,8 miljoen toegekend
om de gehele provinciale infrastructuur conform het door uw Staten vastgestelde ambitieniveau
functioneel en veilig te houden.
Voor de jaren 2012 tot en met 2015 hebben uw Staten additionele middelen ter grootte van
€ 18 miljoen beschikbaar gesteld voor rehabilitatie (vervanging) van oeverbeschoeiingen en
kunstwerken. Dit is toereikend om voor deze coalitieperiode de vervangingsinvesteringen uit te
voeren. De volgende tabel geeft een overzicht van deze investeringsopgave.
Beheer en onderhoud en rehabilitatie
2012 2013 2014 2015 Opmerking
Vervanging oeverbeschoeiingen
Beulakerwijde, Belterwijde deels gereed gereed
Kanaal Steenwijk - Brug Ossenzijl,
Ossenzijlersloot, Steenwijkerdiep
gereed gereed
Kanaal Steenwijk - Brug Ossenzijl, Linde gereed
Ossenzijlersloot, Wetering / Kalenberger-
gracht,
deels gereed uitvoering
Beulakerwijde - Walengracht deels gereed uitvoering
Belterwijde, Sluis - Arembergergracht,
IJssel - Ganzensluis en Ganzendiep
deels gereed uitvoering
Kanaal Almelo - De Haandrik uitvoering
Vervanging kunstwerken
Werkerlaanduikerbrug (N331) vertraagd uitvoering Voorbereiding duurde langer. Afgerond augustus 2015
Zwartewaterbrug (N331) gereed
Duikerbrug o/d Zandwetering (N337) vertraagd uitvoering Voorbereiding duurde langer. Afgerond augustus 2015
Deurningerbeekduiker (N342) uitvoering
Duiker i/d Fleringermolenbeek (N343) vertraagd uitvoering Voorbereiding duurde langer. Afgerond augustus 2015
Geerhoekbrug (N343) gereed
Leijerweerdsbrug (N347) gereed
Spoorwegviaduct (N348) vertraagd uitvoering
Brug o/d Colenbranderswijk (N377) gereed
Brug o/d Twickelervaart (N741) gereed
Brug o/d Schipbeek (N824) gereed
Arembergersluisbrug (V8) gereed
Ganzensluis (V9) vertraagd uitvoering Loopt t/m 2016
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014150150
Middelen voor vervangingsopgave na 2015
Een groot deel van de provinciale wegen in Overijssel is aangelegd in de jaren vijftig en zestig
van de twintigste eeuw. Hoewel deze wegen er nu veelal op het oog nog prima bij liggen, zullen
deze vanaf 2020 waarschijnlijk voor een (groot) deel gerehabiliteerd moeten worden.
In 2014 is onderzocht en geïnventariseerd welke kosten er na deze coalitieperiode, dus in 2016
en verder verwacht kunnen worden, om de infrastructuur aan de gestelde eisen en normen te
kunnen laten voldoen. In november 2014 is het beheerplan kapitaalgoederen in de commissie
Regionale Bereikbaarheid en Regionaal Openbaar Vervoer behandeld. In december 2014 is dit
door uw Staten vastgesteld.
Inspecties
De conditie en de levensduur van infrastructuur varieert enigszins in de praktijk (afhankelijk van
onder meer gebruik, onderhoud en ligging) ten opzichte van de gemiddelde levensduur voor het
betreffende type. Daarom inspecteert de provincie alle onderdelen van de infrastructuur regel-
matig. In 2014 is op basis hiervan het meerjarenuitvoeringsprogramma bijgesteld.
Onderhoud waterwegen
In deze coalitieperiode vindt er ook een grootschalig baggerprogramma voor vaarwegen in
Noordwest-Overijssel plaats. Deze vaarwegen zijn op diepte gebracht volgens de Beleidsvisie
Recreatie Toervaart Nederland (BRTN-norm).
3.3.2 GebouwenWij zijn eigenaar van ongeveer 50 gebouwen, variërend van een provinciehuis, regiosteunpun-
ten, brug- en sluiswachterverblijven voor eigen huisvesting, een museumkasteel en een kunst-
bunker die worden verhuurd aan derden. In 2011 is besloten de vastgoedportefeuille verder in
overeenstemming te brengen met de provinciale kerntaken, hetgeen betekent dat de twee ver-
huurde kantoorgebouwen zouden worden afgestoten. In 2014 zijn de huurders van de kantoren
aan het Groot Wezenland en de Jacob Catsstraat in Zwolle verhuisd en zijn de panden verkocht.
Verder zijn in 2014 de waterpartijen rondom kasteel het Nijenhuis uitgebaggerd. Medio 2014 is
de dakbedekking op de vloeroverstekken rondom het hoofdgebouw, de brug en het bestuurs-
centrum vervangen en zijn er zonnecellen geplaatst op het dak van het bestuurscentrum. Tot
2014 was het aandeel hernieuwbare energie voor het Provinciehuis al circa 27% (afkomstig van
de warmte-koudeopslag en de andere zonnepanelen). Met het aanbrengen van de extra zon-
nepanelen is dit verhoogd tot circa 30%.
3.4 Financiering
3.4.1 Algemeen In de financieringsparagraaf geven wij u informatie over onze financiering, het vermogensbeheer
van de obligatieportefeuille en de treasury. Uiteraard spelen het wettelijke kader, de interne
regelgeving en verantwoording, de beheersing van risico’s, de financiële posities en de resultaten
daarbij een belangrijke rol. Hiernavolgend komen de volgende onderwerpen aan bod:
• Wettelijk kader en regelgeving
• Ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt
• Liquiditeitspositie
• Leningen u/g
• Leningen o/g
• Schatkistbankieren
• Vermogensbeheer beleggingsportefeuille
• Financieel resultaat
• Risicobeheersing
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 151151
Hoofdstuk 3Paragrafen
3.4.2 Wettelijk kader en regelgevingUitzetten of aantrekken van middelen gebeurt uitsluitend ten behoeve van de uitoefening van
de publieke taak van de provincie Overijssel. De wettelijke grondslag voor de te verstrekken
informatie over de financiering wordt gevormd door de wet Fido. Daarnaast zijn van toepassing
de Financiële Verordening Provincie Overijssel (PS/2013/549, van kracht sinds januari 2014), die
de verantwoordelijkheden voor het financiële beheer regelt, en de Uitvoeringsregeling Treasury
(door GS vastgesteld op 8 juli 2014).
De Uitvoeringsregeling Treasury geeft het kader weer waarbinnen de provincie Overijssel haar
financierings- en beleggingsactiviteiten uitvoert. De belangrijkste doelstellingen zijn:
• Het aantrekken van voldoende financiële middelen en het uitzetten van overtollige gelden om
de programma’s binnen de door PS vastgestelde kaders van de begroting te kunnen uitvoeren.
• Het beheersbaar houden van de financiële risico’s, zoals: renterisico, kredietrisico, koersrisico
en liquiditeitsrisico.
• Het minimaliseren van de in- en externe verwerkingskosten bij het beheren van de geldstromen
en de financiële posities.
• Het optimaliseren van het rendement van de beschikbare liquiditeiten, binnen de gegeven
kaders, zoals vastgesteld in deze uitvoeringsregeling.
De Financiële verordening en de Uitvoeringsregeling Treasury vormen ondersteunende instrumenten
met betrekking tot de kaderstellende en controlerende rol en vormen de basis voor de treasury-
activiteiten.
Afhankelijk van majeure ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt wordt het beleid bijgesteld.
Het uitgangspunt blijft om op een verantwoorde manier onze middelen uit te zetten, waarbij
bescherming van de hoofdsom zwaarder weegt dan de hoogte van het rendement. Wij beleggen
niet in aandelen. Overtollige liquide middelen werden in 2014 conform de bepalingen van de wet
Fido c.q. de bepalingen van het Schatkistbankieren op dagbasis afgeroomd naar het Agentschap
van het Ministerie van Financiën.
Uitleningen aan derden, niet ter uitvoering van publieke taken, zijn niet meer toegestaan. Binnen
Schatkistbankieren is uitlenen aan andere decentrale overheden, die niet onder toezicht van de
provincie staan, nog wel mogelijk. Met het oog op de investeringsagenda Kracht van Overijssel
en onze liquiditeitsprognose is daar gedurende 2014 geen invulling aan gegeven.
3.4.3 Ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarktDe geldmarkttarieven, met als benchmark de 3 maands euribor, zijn in 2014 sterk gedaald en
op een historisch laag niveau beland. Onze middelen werden echter conform Schatkistbankieren
uitgezet bij de schatkist, waar de rekening-courantvergoeding is gekoppeld aan het Eonia-tarief.
Die vergoeding daalde eveneens sterk gedurende 2014 tot op of iets boven nul procent.
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014152152
Voor onze obligatieportefeuille was de ontwikkeling van de kapitaalmarktrente in de Eurozone
bepalend. In Nederland is een belangrijk referentiepunt voor de kapitaalmarktrente het 10-jaars
tarief waartegen de Nederlandse staat leent. Gedurende 2014 kwam het al lage tarief op steeds
lagere niveaus te liggen. Een ‘race to the bottom’ zowel gedurende 2014 als in langjarig perspectief.
Het effectief rendement voor 10-jaars kwam eind december zelfs uit op 69 basispunten (0,69%).
Voor onze obligatieportefeuille was deze renteontwikkeling positief. Immers de koersen van obliga-
ties in zowel de periferie als de kern van de Eurozone profiteerden daarvan, waardoor de markt-
waarde van de portefeuille aanmerkelijk steeg. Vanwege de ‘buy and hold’-strategie komt deze
waardestijging echter niet tot uitdrukking in onze balanswaarde. Deze is namelijk de aankoopprijs
verminderd met de tijdsgelang afgeschreven agio.
3.4.4 Liquiditeitspositie
Opgenomen geldleningen
Gezien de liquiditeitspositie en de liquiditeitsprognose was het in 2014 niet nodig om leningen aan
te trekken. Wij hebben sinds begin 2006 geen langlopende rentedragende leningen meer opgeno-
men. Ultimo 2013 stond nog een schuldpositie open van € 0,2 miljoen die is afgelost in 2014.
Verstrekte geldleningen
Ultimo 2014 hebben wij per saldo € 353,6 miljoen langlopend uitgeleend. Dit bestaat uit € 396
miljoen aan nominale waarden, verminderd met € 42,4 miljoen aan voorzieningen. In de toe-
lichting op de balans, onderdeel financiële vaste activa (paragraaf 4.5.3) treft u onder de kopjes
‘leningen’ en ‘overige langlopende leningen’ een specificatie van dit bedrag aan.
Uitzettingen
De Uitvoeringsregeling Treasury is het kader voor onze uitzettingen. Gedurende het gehele jaar
2014 was het kassaldo positief. Ultimo 2014 is het Groenfonds saldo overgeboekt naar de Rabo-
bank en daarna doorgestort naar het Agentschap.
Component
Totaal rekening Groenfonds / Rabo bank 9,4
Totaal bij Agentschap Ministerie van Financiën 240,9
Totaal liquiditeiten in rekening-courant 250,3
( x € 1 miljoen)
0
1
2
3
4
5
6
20042002
Jaren
% R
ente
2006 2008 2010 2012 2014
Rente op 10 jrs. Nederlandse staatsobligaties
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 153153
Hoofdstuk 3Paragrafen
3.4.4 SchatkistbankierenConform de bepalingen van het Schatkistbankieren werd zo mogelijk dagelijks het creditsaldo
boven het drempelbedrag overgeboekt naar het Agentschap. Voor 2014 was het drempelbe-
drag € 5.172.428 gerelateerd aan een begrotingstotaal inclusief reserves van € 1.211,2 miljoen.
Gedurende een aantal dagen in het verslagjaar kon de tijdige afroming van onze liquide midde-
len, uitgaand boven dit drempelbedrag, niet worden gerealiseerd. Enerzijds werd dat veroorzaakt
door omvangrijke lossingen uit onze portefeuille. Die werden namelijk via de Amerikaanse custody
bank op onze betaalrekening gecrediteerd na het vereveningstijdstip. Ook een aantal omvang-
rijke ontvangsten van rijksbijdragen werden door ons ontvangen na dit tijdstip zodat deze credi-
teringen niet meer konden worden afgeroomd.
Uit onderstaand schema blijkt dat dit met name speelde in het eerste kwartaal. Nadien is het gemid-
delde saldo wel onder het drempelbedrag gebleven, als gevolg van afspraken met de betrokken
partijen. Openbare lichamen die verplicht Schatkistbankieren dienen conform het nieuwe artikel
52c in BBV te rapporteren over de benutting van het drempelbedrag.
3.4.5 VermogensbeheerIn 2009 hebben wij onze aandelen Essent verkocht. Van de opbrengst is toen € 1.300 miljoen
in beheer gegeven bij twee externe vermogensbeheerders. Ultimo 2014 was de gezamenlijke
marktwaarde van deze beleggingsportefeuille met beursgenoteerde obligaties € 1.326 miljoen,
exclusief opgelopen rente.
Deze uitzettingen vinden plaats binnen de wettelijke kaders van de Wet Fido. Conform de bepa-
lingen van het Schatkistbankieren mogen ontvangsten als gevolg van interest en lossingen niet
worden herbelegd. Ruiltransacties door de vermogensbeheerders zijn alleen toegestaan binnen
de mandaatrestricties en mogen bijvoorbeeld niet de looptijd verlengen.
Het vermogen is risicomijdend belegd in vastrentende waarden, voornamelijk bestaande uit Eu-
ropese staatsobligaties, obligaties van andere overheden of door hen gegarandeerd en obligaties
van financiële instellingen en covered bonds. Deze beleggingen worden aangehouden voor de
lange termijn, vandaar dat gesproken wordt van een ‘buy and hold’-strategie.
Drempelbedrag
Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4
Kwartaalcijfer op dagbasis buiten ‘rijksschatkist’
aangehouden
8.371 5.154 1.223 623
Ruimte onder het drempelbedrag 18 3.949 4.549
Overschrijding van het drempelbedrag 3.199
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014154154
De waarderingsgrondslag van de obligatieportefeuille is de verkrijgingsprijs of lagere markt-
waarde, op basis van de ‘buy and hold’-strategie. In de balans wordt de nominale waarde van de
obligatieportefeuille verantwoord onder de financiële vaste activa. De bij aankoop betaalde agio
wordt per obligatie lineair afgeschreven over de resterende looptijd. Ultimo 2014 bedroeg de
nog niet afgeschreven agio verminderd met de disagio op moment van aankoop € 32,9 miljoen.
De portefeuille wordt op totaalbasis beoordeeld ten aanzien van een eventuele afwaardering,
waarbij alleen in geval van een dreigende of daadwerkelijke aanpassing van de nominale waarde
van een obligatie, afwaardering op individuele posities aan de orde is. Ultimo 2014 is aanvullend
per afzonderlijke obligatietitel getoetst of de boekwaarde hoger was dan de marktwaarde. De
uitkomst van deze ‘impairment’ toets voor alle obligaties gaf als uitkomst per obligatie dat geen
van de marktwaardes lager was dan de boekwaardes.
Onderstaand geven wij een verdeling van onze obligatieportefeuille naar rating en naar land van
de uitgevende instelling.
3.4.6 Financieel resultaatIn 2014 is een financieel resultaat van € 46,5 miljoen behaald op de obligatieportefeuille, deposito’s
en spaarrekeningen. De rentebaten van leningen u/g en deelnemingen zijn niet opgenomen in dit
resultaat.
Ratingverdeling
■ AAA - 71,2%
■ AA+ - 12,5%
■ AA - 5,6%
■ AA- - 4,2%
■ <AA- - 6,5%
Landenverdeling
■ Nederland - 35,0%
■ Frankrijk - 19,5%
■ Verenigd Koninkrijk - 14,0%
■ Supranationaal - 10,1%
■ Oostenrijk - 4,0%
■ Duitsland - 4,0%
■ Spanje - 3,6%
■ Overig - 9,8%
Toelichting op de waardering van de obligatieportefeuille per 31 december 2014
Verkrijgingsprijs of aankoopwaarde 1.212,3
Balanswaarde c.q. boekwaarde 1.186,2
• Waarvan nominaal 1.153,3
• Waarvan saldo pro resto agio / disagio 32,9
Marktwaarde (exclusief opgebouwde rente) 1.326,0
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 155155
Hoofdstuk 3Paragrafen
De rentebaten op de obligatieportefeuille, verminderd met de lineaire afschrijvingen op agio en
vrijval bij afloop van disagio, kwamen uit op € 35,2 miljoen In 2014 is verder een positief ver-
koopresultaat op obligaties gerealiseerd van € 3,4 miljoen. Op de kortlopende uitzettingen zijn in
2014 € 0,2 miljoen aan rentebaten ontvangen. Het totale financiële resultaat kwam daarmee uit
op € 38,8 miljoen.
3.4.7 Beleid en beheersing van risico’sDe Uitvoeringsregeling Treasury geeft de risico’s aan die intern beheerst moeten worden: rente-,
koers-, kredietrisico’s en liquiditeitsrisico’s. Het financieringsbeleid richt zich op de financiering
van de beleidsuitvoering en het uitzetten van geldmiddelen die niet direct nodig zijn. De omvang
van deze middelen is sterk toegenomen door de verkoop van de aandelen in Essent. Hierbij is
van belang dat het uitgezette vermogen tijdig beschikbaar is voor de uitvoering de komende
jaren van de projecten uit het investeringsprogramma “Kracht van Overijssel”.
Kredietrisico’s
Veruit het grootste deel van ons vermogen is vastgelegd in de obligatieportefeuille. De balans-
waarde c.q. boekwaarde ultimo 2014 bedroeg € 1.186,2 miljoen. Via een vermogensbeheerover-
eenkomst worden de beleggingen beheerd door twee externe vermogensbeheerders, die daarover
maandelijks rapporteren.
Doelstelling is om het beheerd vermogen (gecorrigeerd voor onttrekkingen) in nominale termen
in stand te houden. Daarnaast is het doel om - met in achtneming van de in dit mandaat ge-
formuleerde richtlijnen en randvoorwaarden - een zo hoog mogelijk rendement te behalen. Dit
streven is sinds de invoering van het Schatkistbankieren echter drastisch ingeperkt. Vrijkomende
middelen mogen immers niet worden herbelegd, terwijl ook de looptijd van posities bij ruilingen
niet mag worden verlengd. Feitelijk is sprake van een ‘buy-and-hold’-strategie zoals ook in onze
balanswaardering tot uitdrukking komt.
Component
Opgebouwde rente obligatieportefeuille 45.310 +
Afschrijvingen op agio per 01.01.2014 9.780 -/-
Afschrijvingen op in 2014 verworven agio 337 -/-
Vrijval van disagio bij afloop 16 +
Renteresultaat obligatieportefeuille 35.209
Boekwinst ten opzichte van nominale waarde 3.785 +
Afschrijving van resterende agio 454 -/-
Vrijval disagio bij verkoop 15 +
Verkoopresultaat obligatieportefeuille 3.446
Renteresultaat op kortlopende uitzettingen 208
Totaal baten uitzettingen 2014 38.763
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014156156
In het kader van beperking van het kredietrisico, de garantie dat de hoofdsom wordt terugbe-
taald, wordt alleen belegd in vastrentende waarden van financiële ondernemingen en/of Euro-
pese overheden met minimaal een AA-minus rating, voor uitzettingen met een looptijd langer
dan drie maanden.
In de uitwerking van de individuele mandaten voor de vermogensbeheerders is een balans gevon-
den tussen de verschillende risico’s (rente-, koers-, kredietrisico’s) door voorschriften op te nemen in
de richtlijnen voor de beheerders. De afweging tussen rendement en risico staat hierbij centraal.
Deze voorschriften betreffen de rating van de obligaties, de mate waarin belegd mag worden in
staatsobligaties en obligaties van financiële instellingen, de looptijd en de omvang van de verschil-
lende posities, zoals hierna wordt toegelicht.
Tussentijdse verkoop van obligaties, die buiten de beleggingsrichtlijnen vallen door wijzigingen
in de kredietwaardigheid, heeft effect op het uiteindelijke rendement. Zo kan het zijn dat, door
(neerwaartse) aanpassingen in de kredietwaardigheid (de ’ratings‘) van Europese landen als gevolg
van de schuldencrisis, wijzigingen plaatsvinden in de samenstelling van de obligatieportefeuille in
lijn met de neergelegde mandaten.
Renterisico’s
De Wet Fido geeft de lagere overheden wettelijke kaders voor het beheersen van renterisico’s.
Het renterisico wordt omschreven als de mate waarin het saldo van de rentelasten en –baten
wordt beïnvloed door mogelijke wijzigingen in het rentepercentage. Er zijn normen onderschei-
den voor risico’s op kortlopende schulden (kasgeldlimiet) en op langlopende schulden (renteri-
siconorm).
Kortlopende schulden en kasgeldlimiet
De Wet Fido geeft aan dat de netto vlottende schuld niet hoger mag zijn dan de kasgeldlimiet.
De kasgeldlimiet wordt uitgedrukt als een percentage van de jaarlijkse begroting. Voor 2014
bedraagt dit percentage voor de provincie 7% ofwel € 85 miljoen. Gedurende 2014 is de netto
vlottende schuld onder de gestelde kasgeldlimiet gebleven.
Langlopende schulden en renterisico norm
Het renterisico op langlopende schulden mag de wettelijke renterisiconorm niet overschrijden.
De renterisiconorm wordt berekend door het vastgestelde percentage van 20% voor de provin-
cies te vermenigvuldigen met het begrotingstotaal. Deze norm is gedurende 2014 voor ons niet
relevant geweest, aangezien in 2014 geen sprake was van rentedragende langlopende leningen.
Derhalve was evenmin herfinanciering of renteherziening van toepassing.
Koersrisico’s
In 2014 hielden wij geen posities aan in andere valuta dan de euro, zowel wat betreft de uitzet-
tingen, leningen als de obligaties in de beleggingsportefeuille.
Liquiditeitsrisico’s
De liquiditeitspositie wordt op kwartaalbasis besproken in de Treasurycommissie. Het liquiditeits-
risico, het niet kunnen voldoen van de facturen en andere betalingsverplichtingen, minimaliseren
wij door de aanwezige liquide middelen zo veel mogelijk af te stemmen op de prognose van
ontvangsten en de uitgaven. Hiervoor hanteren wij een liquiditeitsprognose, gebaseerd op een
model waarmee via een Monte-Carlosimulatie cashflow scenario’s kunnen worden doorgere-
kend. Deze geeft aan dat eind 2015 mogelijk een negatief kassaldo kan ontstaan als gevolg van
onze investeringsagenda “Kracht van Overijssel”. Extra liquiditeit kunnen wij alsdan genereren
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 157157
Hoofdstuk 3Paragrafen
door enerzijds het verkopen van obligaties, in overleg met onze vermogensbeheerders, en ander-
zijds door het aantrekken van leningen, gebruikmakend van de huidige lage rentestanden. Het
creëren van de benodigde liquiditeit zal alsdan door de marktomstandigheden worden bepaald.
3.4.5 EMU-saldoIn Europees verband zijn afspraken gemaakt over de begrotingsdiscipline voor de lidstaten. De regels
voor het beheersen van de overheidsfinanciën zijn in Nederland verankerd in de wet Houdbare
Overheidsfinanciën (HOF). Deze wet is op 10 december 2013 door de Eerste Kamer bekrachtigd en
heeft werking vanaf 1 januari 2014. Voor onze provincie betekent dit dat wij naast de bestaande
begrotingsdiscipline binnen het baten-lastenstelsel ook te maken krijgen met een normering van uit-
gaven gemeten aan de hand van het EMU-transactiestelsel. Deze berekeningswijze is tot op zekere
hoogte te vergelijken met het kasstelsel zoals dat voor het Rijk van toepassing is. Verschillen tussen
het baten-lastenstelsel en transactiestelsel ontstaan als baten of lasten geen mutaties in het saldo
van vorderingen en schulden veroorzaken, of als het saldo van vorderingen en schulden muteert
zonder dat daar baten of lasten tegenover staan. Bijvoorbeeld:
• De onttrekking aan een reserve. In het stelsel van baten en lasten is de onttrekking uit een reserve
een baat, terwijl de schulden en vorderingen van de provincie ongewijzigd blijven - er worden
geen middelen ontvangen.
• De investering in een materieel vast actief. In het stelsel van baten en lasten is een investering
geen last, maar de schuld aan de leverancier van het actief neemt wel toe.
Hierdoor kan de situatie ontstaan, waarbij wij als provincie een structureel sluitende begroting
presenteren en toch geconfronteerd worden met een niet sluitende begroting op transactie basis,
ofwel dat er sprake kan zijn van een EMU-tekort. De decentrale overheden en met name ook de
provincies hebben tijdens de behandeling van het wetsontwerp gewezen op de inbreuk op de au-
tonomie en de zorgen om verminderde investeringsmogelijkheden die deze wet tot gevolg heeft.
Naar aanleiding van de vragen die in de kamer zijn gesteld heeft de minister van Financiën de
verwachting uitgesproken dat de investeringen van de decentrale overheden niet beperkt zouden
worden, zowel in de huidige kabinetsperiode als in de volgende periode. Wanneer onverhoopt de
afgesproken macronorm voor het EMU-saldo van de decentrale overheden toch knellend uit blijkt
te pakken, vindt altijd eerst bestuurlijk overleg plaats. In het uiterste geval kan het Rijk overgaan
tot het opleggen van maatregelen.
Referentiewaarde
In het financieel akkoord is vastgelegd dat het de decentrale overheden is toegestaan om in
2014 een tekort van 0,5% (als percentage van het BBP) op EMU-basis te realiseren. Het aandeel
van de provincies daarin bedraagt voor 2014 0,11% BBP. Deze norm zal de komende jaren naar
verwachting worden teruggebracht. Binnen de wet HOF wordt gestuurd op het EMU-saldo van
alle decentrale overheden gezamenlijk (macronormering). Op basis van de verdeling wordt door
BZK wel per individuele overheid een referentiewaarde bepaald. De referentiewaarde fungeert
als hulpmiddel bij het beheersen van het EMU-saldo. De referentiewaarde 2014 (met andere
woorden het voor Overijssel toegestane tekort) bedraagt € 71,8 miljoen negatief.
EMU-resultaat 2014
Deze jaarrekening sluit met een EMU-tekort van € 21,6 miljoen (zie bijlagenboek, bijlage EMU-
saldo). Het EMU-saldo ligt daarmee lager dan onze raming die is afgegeven bij het vaststellen
van de Kerntakenbegroting 2014 (circa € 94 miljoen) en fors lager dan de bij de vaststelling
van de Kerntakenbegroting 2015 afgegeven bijgestelde raming voor 2014 van € 207 miljoen.
Op basis van de ons toegekende referentiewaarde hebben wij deze referentiewaarde voor
€ 50,2 miljoen niet benut. Het verschil tussen de referentiewaarde en het gerealiseerde EMU-
saldo loopt dit jaar grosso modo synchroon met de in §4.3.1 toegelichte onderuitputting.
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014158158
3.5 Bedrijfsvoering
3.5.1 Personeelsbeleid en Organisatiebeleid
Transitie
Het jaar 2014 was feitelijk het tweede jaar na de structuurwijziging die ingegaan is op 1 november
2012. Het jaar 2013 was het jaar was van de verkleining van de ambtelijke organisatie, het wennen
aan het nieuwe Besturings- en Managementconcept en het afleren en het loslaten van oude
gewoonten. Het jaar 2014 was het jaar van bestendigen. We doen er toe als provincie en we
laten dat zien. Dat is ook terug te vinden in KOMPAS 2020. KOMPAS 2020 is de uitkomst van de
gezamenlijke inspanning van de provincies in IPO-verband om in de aanloop naar de Provinciale
Statenverkiezingen van maart 2015 en de Tweede Kamerverkiezingen 2017 een leidraad te hebben
voor de periode tot en met 2020.
Ondanks de wat minder stringente interpretatie van het begrip kerntaak blijven de zeven kern-
taken van provincies, zoals geformuleerd in ‘Profiel Provincies’ uit 2010, onverkort van kracht:
• Duurzame ruimtelijk ontwikkeling & waterbeheer
• Milieu, energie & klimaat
• Vitaal platteland, natuurbeheer & ontwikkeling natuurgebieden
• Regionale bereikbaarheid & regionaal openbaar vervoer
• Regionale economie
• Culturele infrastructuur & monumentenzorg
• Kwaliteit van het Openbaar Bestuur
In navolging van het in IPO-verband opgestelde KOMPAS hebben wij een doorvertaling voor
Overijssel gemaakt dat beschikbaar wordt gesteld aan de onderhandelaars voor het nieuwe
coalitieakkoord.
Formatie en bezetting
De focus op kerntaken en de verkleining van de organisatie hebben geleid tot een kleinere omvang
van de formatie. De formatie bevindt zich onder het gestelde doel in het Hoofdlijnenakkoord:
Rekening houdend met de uitstroom vanwege de uitbesteding van de catering en beveiliging, de
overgang van de provinciemedewerkers naar het Shared Service Centre (SSC) en het toevoegen
van 1 fte uitbreiding concernadvisering Planning & Control komt de formatie daarmee in 2014 in
het totaal op 736 fte1.
Bezuinigingstaakstelling Hoofdlijnenakkoord ( x € 1.000)
1 In 2015 zal dat gecorrigeerd worden met ca. 45 fte in het kader van de overgang op 1 maart 2015 van taken,
bevoegdheden en medewerkers van de Dienst Landelijk Gebied (DLG) naar de provincie en de ca. 12 fte in het
kader van de overgang van de taken, bevoegdheden en medewerkers op het gebied van verkeer en vervoer van
de regio’s (Wgr+) naar de provincies per 1 januari 2015.
2012 2013 2014 2015 2016
FTE 839 823 797 778 753
€ 330 990 1.650 2.350 3.300
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 159159
Hoofdstuk 3Paragrafen
Het proces van formatiebeheer is in 2014 opnieuw herzien. Afspraken, rollen, taken en verant-
woordelijkheden zijn herbevestigd en terug te vinden in een handzaam naslagwerk.
Inhuur en uitbesteding
Er worden geen structurele verplichtingen aangegaan met tijdelijk geld als dekking. Dat betekent
dat vaste medewerkers niet kunnen worden gefinancierd met programmageld. Ondanks grote
investeringsprogramma’s (achtereenvolgens DIA, IIO en KvO) is sinds 2009 een afname waar-
neembaar van externe inhuur, ook na de reorganisatie van 2012.
In het kader van een onderzoek van de Rekenkamer Oost Nederland in 2014 is daarover uitge-
breid gerapporteerd. Daarbij is gekeken naar de periode van 2006 – 2013. De meest in het oog
springende conclusies van het onderzoek zijn:
• Boekingen ten laste van het salarisbudget: van € 9,6 in 2009 naar € 4,5 miljoen in 2013.
• Kosten ten laste van programmageld van € 42,2 in 2009 naar € 37,1 miljoen in 2013.
Accentverschuiving van inhuur (voorbereiding) naar uitbesteding (uitvoering);
waarvan KvO-gerelateerd: van € 11,5 naar € 17,7 miljoen.
• Afname desondanks verdubbeling investeringsagenda (van DIA / IIO naar KvO).
• Vanaf 2012 relatief meer uitbesteding dan inhuur: van planvorming naar realisatie.
650
700
750
800
850
900
950
201220112010
829
911
788
884
795
743
839
787
749
823
736
695
797
724
778
695
753
Jaren
Formatie
Formatie hoofdlijnen akkoord
FTE’
s
2013 2014 2015 2016
Functieplan
Bezetting
Formatie, functieplan en de bezetting vanaf 2014 exclusief het SSC, catering en beveiliging
In 2014 zijn de laatste personele bezwaren behandeld als nasleep van de reorganisatie van 2012.
Uiteindelijk zijn van de achttien ontvangen bezwaarschriften bij de reorganisatie er dertien gedu-
rende het proces weer ingetrokken. Vijf juridische procedures zijn volledig doorlopen.
Rekening houdend met opzegtermijnen zijn de effecten van uitstroom in het kader van boven-
talligheid in de loop van 2014 voor het eerst zichtbaar geworden. In 2014 zijn drie boventallige
medewerkers in de WW ingestroomd. Per 1 februari 2015 gaat het om zeven medewerkers, per
1 juli 2015 gaat het om nog eens drie medewerkers.
Daarnaast worden twaalf uitgesteld boventalligen boventallig per 1 januari 2015 waarvan er ne-
gen inmiddels al wel weer langdurig betaald gedetacheerd worden. De begeleiding van boven-
talligen vindt vanaf 2015 vanuit het team BV Personeel & Organisatie plaats en wordt uitgevoerd
door het Loopbaancentrum Zwolle.
De kosten voor de boventalligheid worden binnen de bestaande budgetten opgevangen door
vacatures niet in te vullen. Voor de toekomstige kosten (WW-lasten) is een voorziening ingesteld.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014160160
In 2014 zijn de kosten voor inhuur en uitbesteding verder gedaald met € 1 miljoen (van € 41,6
miljoen in 2013 naar € 49,6 miljoen in 2014.)
Organisatieontwikkeling
Na uitbesteding van de ondersteunende processen catering en beveiliging in 2013 heeft de
samenwerking met de gemeenten Zwolle en Kampen en de provincie Overijssel op het gebied
van bedrijfsvoering haar definitieve vorm gekregen. Binnen het Shared Service Centrum zijn
de processen op het gebied van personeelsadministratie en salarisadministratie, ICT en inkoop
samengebracht. In 2014 zijn de betreffende medewerkers van de provincie Overijssel (52 fte
formatie) in dienst getreden bij de gemeente Zwolle.
Na de start van de Regionale Uitvoeringsdiensten in Overijssel (Twente en IJsselland) in 2013
voeren de partners (gemeenten, waterschappen en provincie) gezamenlijk de uitvoering uit van
de WABO-basistaken (milieu) op het gebied van vergunningverlening en handhaving. Of de
gezamenlijke uitvoering leidt tot een kwalitatief betere en ook een efficiëntere uitvoering wordt
binnenkort geëvalueerd. Er wordt volop ingezet om te komen tot toekomstbestendige afspraken.
Op voorstel van het Kabinet Rutte zijn de Wgr+ regio’s per 1 januari 2015 afgeschaft. De Eerste
kamer heeft recent ingestemd met het daartoe strekkende wetsontwerp. Daardoor gaan de
taken en bevoegdheden m.b.t. verkeer en vervoer, die nu bij de stadregio’s liggen, over naar
de provincies. Voor Overijssel geldt dat de bijbehorende financiële middelen (de BDU), taken en
bevoegdheden mee over komen. In 2014 is het overgangsproces voorbereid. In dat kader treden
op 1 januari 2015 de betreffende medewerkers bij ons in dienst. Onderdeel van het overgangs-
proces betreft een bestuursovereenkomst waarin beide overheden de onderlinge overdrachtsaf-
spraken hebben vastgelegd.
In het Onderhandelingsakkoord Natuur (oktober 2012) is overeengekomen dat de DLG op 1 januari
2015 deels over zal gaan naar de provincies. In 2014 is de voorbereiding voor dit proces afgerond.
Met een kleine vertraging treden betreffende medewerkers op 1 maart 2015 bij ons in dienst. Naar
verwachting zal een klein deel van de 45,4 fte formatie onbezet blijven doordat uiteindelijk minder
medewerkers overkomen dan er formatieve ruimte is. Deze overgang omvat het structureel toevoe-
gen aan het provinciefonds van een bedrag van € 4.650.000. Uiteindelijk zal de DLG capaciteit zich
binnen de uitvoeringsstrategie (Samen Werkt Beter) richten op een grotere betrokkenheid en meer
0
10000
20000
30000
40000
50000
60000
2006
Uitg
aven
( x
€ 1.
000)
2013 2014201220112010200920082007
Jaren
32.013 34.279
36.347
54.31051.839
45.762
42.077 41.560 40.585
Totale uitgaven externe inhuur
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 161161
Hoofdstuk 3Paragrafen
verantwoordelijkheid van de samenleving bij de realisering van de Ontwikkelopgave en het beheer
van de natuur.
De in het bedrijfsplan “Toegevoegde waarde geconcretiseerd” aangekondigde reorganisatie van
het organisatieonderdeel Team Bodem zal zijn beslag krijgen in 2015. In 2014 is een aantal voor-
bereidende inventariserende werkzaamheden gestart.
Strategische Personeelsplanning
Een toekomstgerichte organisatie kijkt naar de ontwikkeling van het personeelsbestand. Vraag
is of de kwaliteiten van onze medewerkers blijven passen bij de provinciale opgaven en verande-
rende omgeving, dan wel wat er nodig is om daarvoor te zorgen. Naast kwantitatieve aspecten
(leeftijd, uitstroom, verhouding man vrouw, etc.) wordt daarbij ook gekeken naar de kwalitatieve
aspecten. Daarbij kan gedacht worden aan ontwikkelpotentieel, maar het gaat vooral om wat er
voor nodig is om onze medewerkers inzetbaar te maken of te houden voor de taken waarvoor
we nu en in de toekomst aan de lat staan. Het jaar 2014 heeft vooral in het teken gestaan van
het inventariseren van de ontwikkelingen en het vertalen daarvan. Het daaruit destilleren van te
ondernemen acties / interventies vindt vanzelfsprekend plaats op individueel niveau binnen de
personele jaarcyclus.
Zoals te zien in onderstaande tabel (uitstroom pensionering op AOW-leeftijd) zal van de huidige
bezetting in 2021 142 fte zijn uitgestroomd. Opmerkelijk is dat daar waar voorheen gesproken
werd over het vervangingsvraagstuk, nu wordt geconstateerd dat de geprognosticeerde formatie-
krimp ongeveer gelijke tred houdt met de uitstroom vanwege pensionering. Naar de toekomst toe
betekent dit dat de door die uitstroom (vanwege pensioenering) ontstane ruimte niet kan worden
ingevuld. Naast het gegeven dat werknemers in Nederland langer moeten doorwerken betekent dit
dat er dus meer dan ooit ingezet zal moeten worden op de inzetbaarheid van onze medewerkers.
Van de 45 vacatures die in 2014 zijn opgesteld , zijn zeventien door interne medewerkers opgevuld.
Investors in People, Trainees & Stagaires
In 2003 was de provincie Overijssel de eerste overheidsorganisatie die het Investor in People
(IiP) keurmerk voor de totale organisatie ontving. Tot op dit moment zijn wij de enige provincie
met die certificaat. Het keurmerk wordt afgegeven na een grondig assessment en ook om het te
behouden moet periodiek aangetoond worden dat de organisatie blijft investeren in organisatie
én medewerkers. De uitkomsten van de onderzoeken leveren input voor doorontwikkeling en
verbetering.
Uitstroom pensionering op AOW-leeftijd in fte
Jaar Uitstroom Cumulatief
2014 12 12
2015 9 21
2016 19 40
2017 25 65
2018 22 87
2019 8 95
2020 27 122
2021 20 142
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014162162
Via de Overijssel Academie worden diverse opleidingen aangeboden. In het jaar 2014 is net als
voorgaande jaren wederom flink geïnvesteerd. In het totaal is 2,25% van de totale loonsom
aangewend voor opleiding en ontwikkeling. Daarmee bevinden we ons ruimschoots boven de
CAO-norm van 2%.
Verder is begin juli besloten een traineeprogramma van anderhalf jaar in te richten. Dit program-
ma dient een aantal doelen:
• Het binnenhalen van frisse blikken.
• Het bieden van een aantrekkelijke propositie voor goede jonge mensen.
• Een push op de instroom van jonge medewerkers ten behoeve van een evenwichtiger leeftijds-
opbouw met de verwachting dat er een diversiteit aan inbreng op de vraagstukken ontstaat
(kracht van de verschillende generaties benutten).
• Het minder scherp maken van de grenzen tussen de eenheden en het versterken van de multi-
disciplinaire samenwerking versterken door eenheid overstijgende opdrachten voor de trainees.
In het najaar zijn tien trainees geworven. Acht van hen zijn nog in 2014 begonnen, twee per
1 januari 2015. In december hebben ze gezamenlijk een introductieprogramma gevolgd. De trainees
werken verspreid over de eenheden, waarbij ze werkzaamheden verrichten voor de eigen eenheid,
eenheid overstijgende opdrachten doen en een opleidingsprogramma volgen.
Als het gaat om inzet van stagaires is naar aanleiding van een Cao-afspraak om een bijdrage te
leveren aan de bestrijding van de jeugdwerkloosheid, toegezegd dat de provincies in de looptijd
van de nieuwe CAO voor jongeren in fte minimaal 2% van de personeelsformatie zullen open-
stellen aan stageplaatsen en/of leer- en werkplekken.
In 2014 is gerapporteerd over het aantal stagiaires vanaf september 2011. In die periode is aan
72 stagiaires de mogelijkheid geboden stage te lopen (daarvan 10 WO, 40 hbo en 22 mbo).
Zonder specifiek beleid voldoet de provincie Overijssel daarmee ruimschoots aan de norm zoals
gesteld door de CAO-onderhandelaars. Wij zijn in dat kader erkend als leerbedrijf.
Social Return en Participatiewet
Uw Staten zijn in januari 2015 geïnformeerd over de effecten van social return bij aanbeste-
dingen. Gedurende de periode van half mei tot half november 2014 met een totaal aantal aan
inschrijfsommen van ca. € 30 miljoen een totale social returnwaarde van ruim € 1,2 miljoen is
gegenereerd. Daarbij zijn er afspraken gemaakt voor 100 plaatsingen uit de doelgroepen, een
bedrag van € 18.722 aan WSW-bedrijven en een bedrag van € 64.570 aan MVO-activiteiten.
Gezien dit succes is besloten de verbreding van het social return-beleid in het inkoop- en aan-
bestedingsbeleid vast te leggen, waarbij voor het meten van de resultaten gebruik gemaakt
wordt van een landelijk algemeen aanvaarde meetmethodiek. De resultaten worden via de
reguliere Planning & Control-cyclus gemonitord.
In de voorbereiding op de uitvoering van de Participatiewet is in eerste instantie samenwerking
gezocht met het Werkbedrijf voor de regio Zwolle om het instrument functiecreatie te verkennen.
Daarbij worden – binnen de formatie – functiebestanddelen geclusterd tot banen. Provincies heb-
ben zich in het kader van de Participatiewet geconformeerd aan een quotum. Voor ons betekent
dit dat in 2015 minimaal drie extra banen worden ingevuld met medewerkers uit de doelgroep
(WWB, WSW en Wajong). Uiterlijk in 2023 zullen 25 extra banen moeten zijn gerealiseerd. Een
baan van 25 uur wordt binnen de participatiewet gezien als één volledig baan.
Arbeidsomstandigheden
In 2014 is een Medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) uitgevoerd in samenwerking met een
onafhankelijk onderzoeksbureau. Ondanks alle inzet op verbeteringen en transitie van werkproces-
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 163163
Hoofdstuk 3Paragrafen
sen, taken en gedrag is de algemene tevredenheid ten opzichte van het in 2010 uitgevoerde MTO
gedaald van een 7,8 naar een 7,1. Met name het werkplezier, inhoud van het werk, zelfstandigheid,
werkdruk en loopbaanontwikkeling worden minder gewaardeerd dan vier jaar geleden. Op het
gebied van samenwerking en arbeidsomstandigheden zijn er verbeteringen te zien.
De uitvoering van de aanpak Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI & E) verloopt conform planning.
Veel maatregelen zijn inmiddels getroffen. In 2015 wordt hier vervolg aan gegeven. In de RI & E
is geadviseerd om voor functies in de buitendienst een functierisicoprofiel op te stellen waarin
advisering betreffende het periodiek medisch onderzoek (PMO), vaccinaties en de benodigde
persoonlijke beschermingsmiddelen staat vermeld. De functie risicoanalyse is in 2014 uitgevoerd
en de maatregelen worden in 2015 geïmplementeerd.
Het aangekondigde ‘agressie en geweld’-protocol voor medewerkers is in 2014 vastgesteld en
geïmplementeerd. Het aanbod preventietrainingen is ontwikkeld en aan medewerkers aangebo-
den. Gedurende 2014 zijn drie voorvallen van agressie en geweld tegenover medewerkers gemeld.
Van politieke ambtsdragers zijn geen meldingen ontvangen. Na de Statenverkiezingen wordt de
behoefte aan trainingen onder de politieke ambtsdragers geïnventariseerd.
Het gemiddelde verzuimpercentage is in 2014 gestegen van 3,4% naar 3,8%. In absolute zin is
dat vergeleken met het Openbaar bestuur en overheidsdiensten nog steeds laag. Voor Overijssel
is de uitkomst toch teleurstellend en 0,3% hoger dan de door onszelf gestelde norm. Dit is onder
andere te verklaren door een toename van langdurig, niet werk gerelateerd en niet beïnvloed-
baar verzuim. Het percentage 0-verzuim is toegenomen van 45% in 2013 naar 54%. Daarmee
bevinden we nog niet op het oude niveau van 61% van 2012, maar in combinatie met een fors
dalende meldingsfrequentie (van 0,91 in 2013 naar 0,78 in 2014) is duidelijk een positieve ont-
wikkeling waarneembaar.
Arbeidsvoorwaarden
Besloten is het Persoonlijke Ontwikkelbudget, een tijdelijke CAO afspraak, geen structureel ka-
rakter te geven. Het sectorale Individuele Keuzebudget is geïmplementeerd in 2014. Dat budget
kan ingezet worden om extra verlof te kopen, maar ook voor de kosten van Openbaar Vervoer,
fitness, telewerken, fiets of vakbondscontributie. In Overijssel is verder in 2014 de Werkkosten-
regeling geïntroduceerd. Voor medewerkers is in dit kader een regeling overeengekomen die het
3,0
3,2
3,4
3,6
3,8
20122011
3,5%
3,2%
3,5%
3,5%
3,5%
3,4%
3,8%
3,5%
Jaren
Norm %
Werkelijk %
Ziek
teve
rzui
m %
2013 2014
Verzuimpercentage provincie Overijssel
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014164164
mogelijk maakt naast de hiervoor genoemde zaken het Individuele Keuzebudget aan te wenden
voor ICT-middelen voor de functie-uitoefening, kosten voor woon-werkverkeer, opleidingen,
kinderopvang of vitaliteit. Met deze lokale regeling is voorzien in een verruiming van het arbeids-
voorwaardenbudget, terwijl tegelijkertijd is voorzien in een besparing. Met deze vooruitstrevende
wijze van inrichten van de arbeidsvoorwaarden is gezorgd voor meer evenredigheid, verdere
flexibilisering met meer keuzemogelijkheden voor de individuele medewerker en aantrekkelijk
werkgeverschap bewerkstelligd.
Over de invoering van deze flexibilisering en keuzemogelijkheden is in goede samenwerking met
de Ondernemingsraad en het Georganiseerd Overleg tot overeenstemming gekomen. Andere on-
derwerpen waarover in 2014 op constructieve wijze overleg is geweest en tot overeenstemming
is gekomen zijn onder meer het sociaal plan rondom het Shared Service Centrum en de overgang
van medewerkers van DLG en de Wgr+.
Eind 2014 is – na een lange periode van onderhandelingen – een nieuwe cao afgesloten. Als het
gaat om de cao van de toekomst hebben de besturen van IPO, UvW en VNG in 2013 hun ambitie
kenbaar gemaakt op termijn te willen komen tot een gezamenlijke cao en zo mogelijk tot één
gezamenlijke ondersteunende werkgeversorganisatie en A&O-Fonds. In 2014 zijn verschillende
initiatieven ontwikkeld om daarvan de contouren te verkennen. Intussen lijkt een meerderheid
gevonden te zijn voor het wetsvoorstel Normalisering Rechtspositie Ambtenaren. Daarmee komt
de discussie rondom een nieuwe cao in een ander licht te staan. Het ligt dan ook in de lijn der
verwachtingen dat er pas een gezamenlijke cao komt nadat de Normalisering Rechtspositie Ambte-
naren is geïmplementeerd.
De rechtspositie van de bestuurders heeft ook veel aandacht gehad in de verslagperiode. Ter voorbe-
reiding van de Statenverkiezingen in maart 2015 is de nieuwe verordening rechtspositie opgesteld.
Als gevolg van de harmonisatie van de rechtspositie van de provinciale politieke ambtsdragers was
een deel van de vigerende verordening van rechtswege al vervangen.
Integriteit
Begin 2014 is een actieplan integriteit 2014-2016 tot stand gekomen. Dit heeft tot primair
doel niet meer regels op dit terrein te creëren, maar om integriteit zo laagdrempelig mogelijk
bespreekbaar te maken in de organisatie. De adjunct hoofden eenheid zijn op verzoek van de
Commissaris van de Koning ambassadeurs geworden voor dit thema.
Ook zijn er zes sessies gehouden waarbij aan medewerkers is voorgelegd wat zij ervaren als soci-
ale normen in de organisatie op de onderwerpen: telewerken, internet- en e-mailgebruik, social
media en overige zakelijke middelen (zoals telefoongebruik). Dit om te bezien of modernisering
en/of nieuwe integriteitspelregels nodig zijn. De conclusies worden in 2015 nader uitgewerkt.
3.5.2 ProcesverbeteringEen van de ambities van het Bedrijfsplan is optimalisatie van de bedrijfsvoering. Om aan deze
efficiencyslag invulling te geven zijn we in januari 2013 gestart met het project Optimalisatie
werkprocessen (Lean). In 2014 is vervolg gegeven aan het project. De volgende werkproces-
sen zijn aan de hand van Lean geoptimaliseerd: aan- en verkoop grond, tijdelijk beheer grond,
actueel houden internet, stukkenstroom Gedeputeerde Staten, IBT WABO en subsidieverstrek-
king. Daarnaast zijn alle procesbeschrijvingen binnen de eenheid Bedrijfsvoering omgezet naar
de Lean-standaard. Voor al de genoemde processen zijn nieuwe procesbeschrijvingen gemaakt,
verbetermogelijkheden geanalyseerd en verbeteringen geïmplementeerd. De implementatie van
de verbeteringen loopt door in 2015.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 165165
Hoofdstuk 3Paragrafen
3.5.3 InformatievoorzieningAnticiperend op de nieuwe bestuursperiode heeft de provincie een strategisch Informatieplan (STIP)
ontwikkeld. In het plan is een koers uitgezet voor de periode 2015-2019. De Informatievoorziening
wordt langs vier thema’s vormgegeven:
• Beleid maak je samen: bij totstandkoming en herziening van beleid worden partners en inwoners
steeds meer vanaf de start betrokken.
• Samen realiseren: steeds meer taken besteden wij uit aan of voeren wij samen uit met partijen
met als doel efficiency of betere kwaliteit.
• Lean Organiseren: we zetten onze middelen optimaal in.
• Inspelen op klantvragen: we sluiten hiermee aan op de visie van het Ministerie van Buitenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, die stelt dat burgers en bedrijven in 2017 het recht hebben op
digitaal zaken doen.
Met de uitvoering van STIP wordt een bij de provinciale opgaven passende Informatievoorziening
geborgd. Met de introductie van een nieuw besturingsmodel is een belangrijke stap voorwaarts
gezet in de beheersing van de uitvoering. Hiermee geven we tevens invulling aan de bevindingen
van de commissie Elias die onderzoek verrichtte op dit gebied bij de Rijksoverheid.
In het kader van efficiënter werken en focus op kerntaken is in 2013 het Shared Service Centrum
opgericht. De Provinciale ICT is samen, met die van de partners Zwolle en Kampen overgedra-
gen aan het SSC. In 2014 is verder vormgegeven aan deze samenwerking. Het voordeel van een
integratie zal in 2015 worden gerealiseerd.
Informatietechnologie is o.a. ingezet op het gebied van de Provinciale E-Dienstverlening, de overge-
dragen taken van de Dienst Landelijk Gebied (DLG), diverse trajecten die zich richten op efficiënter
werken (Lean) en de realisatie van papierloos vergaderen voor Gedeputeerde en Provinciale Staten.
In het tijdperk waar informatie centraal staat en alles met alles verbonden is heeft informatie-
beveiliging expliciet de aandacht gekregen. Er is een bewustwordingscampagne uitgevoerd
waarin wordt uitgedragen dat informatiebeveiliging vooral te maken heeft met gedrag van
medewerkers en niet alleen met de technologie.
3.5.4 DienstverleningIn 2014 hebben wij onze dienstverlening naar buiten nog verder geoptimaliseerd door ook intern
beter samen te werken, ons flexibel op te stellen en klantgerichtheid meer te verankeren binnen de
bestaande werkprocessen. De medewerkers in de meest direct uitvoerende processen zijn getraind
in het leveren van het meest passende antwoord, de juiste dienst of het meest relevante product.
Dat doen zij op consistente en efficiënte wijze, in goede onderlinge samenhang en met als beoogd
eindresultaat: een tevreden klant. Op basis van een tevredenheidsonderzoek onder onze externe
klanten is onze website in 2014 ingrijpend gemoderniseerd en verbeterd. De website is bovendien
als eerste provinciale website “drempelvrij” verklaard. Op dit moment bieden we het grootste
gedeelte van onze producten en diensten zodanig aan, dat klanten deze volledig digitaal kunnen
aanvragen. De eerder ingezette ontwikkeling naar digitale dienstverlening waarbij de klant online
een aanvraag kan doen via een eigen klantportaal is daarmee in 2014 vrijwel afgerond.
3.5.5 Planning & Control-cyclusDe kaderstelling, sturing en verantwoording / controle van het provinciale beleid heeft ook in
2014 plaatsgevonden via de in deze coalitieperiode ingezette Planning & Control-cyclus. In on-
derstaande afbeelding wordt de cyclus weergegeven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014166166
De jaarstukken 2014 (inclusief het jaarverslag) zullen u ook via de monitor worden aangeboden.
Hierdoor krijgt de derde monitor een vaste plaats binnen onze Planning & Control-cyclus.
In 2013 is een definitiestudie uitgevoerd naar de mogelijke inzet van een digitale tool voor manage-
mentinformatie waarmee het verzamelen, bewerken, opslaan en presenteren van management
en beleidsinformatie verder kan worden geautomatiseerd en worden verbeterd. Dit heeft in 2014
geleid tot de aanschaf en implementatie van een dergelijke tool.
Vanaf 2015 zal de workflow via dit systeem worden geredigeerd en zullen ook de (interne) rap-
portages via dit systeem worden gegenereerd.
3.5.6 Juridische ZakenMet betrekking tot juridische zaken valt allereerst de explosieve toename van het aantal bezwaar-
schriften op. In 2014 werden 849 bezwaarschriften in behandeling genomen. Ter vergelijking in
de afgelopen jaren werden 135 (2011), 183 (2012) en 559 (2013) bezwaarschriften ingediend.
De stijging is grotendeels het gevolg van de toename van bezwaarschriften tegen vergunningen
aan veehouderijen op grond van de Natuurbeschermingswet (627 bezwaarschriften). Andere
oorzaken zijn de ombuigingen en herstructurering (zoals de Jeugdzorg) en de ambitieuze investe-
ringsagenda waarbij ook meer en nieuwe subsidieregelingen openstaan die tot geschillen kunnen
leiden. De verwachting is dat op z’n vroegst in 2016 het aantal bezwaarschriften weer terug gaat
naar normale proporties.
De ambtelijke capaciteit voor de behandeling van bezwaarschriften is op dit moment tijdelijk
verhoogd van 5 fte naar 9 fte. Samen met aanpassingen in de wijze van behandeling van de
NB-bezwaarschriften (o.a. toepassen van ambtelijk horen, verslaglegging hoorzittingen) is dat
uiteindelijk afdoende gebleken. Dat blijkt onder meer uit het aantal zaken dat wordt afgedaan
binnen de wettelijke termijn. Na een matige score in het voorjaar werd in het laatste kwartaal
95% van de zaken weer binnen de termijn behandeld.
Ook op andere gebieden is de vraag naar juridisch advies merkbaar toegenomen. Ook die toe-
name is deels te verklaren uit de investeringsagenda, waarvoor de provincie bijvoorbeeld nieuwe
rechtspersonen opricht of een gemeenschappelijke regeling aangaat. Ook lijkt de economische
crisis een rol te spelen, bijvoorbeeld door een toename van het aantal subsidieontvangers dat
failliet gaat of waar een faillissement dreigt.
3.5.7 CommunicatieCommunicatie is vanuit het opgavengericht werken en het waarmaken van resultaten in de buiten-
wereld integraal onderdeel van ons handelen. De eenheid Bestuur- en Concernzaken voert de regie
op communicatie zodat deze efficiënt en effectief vorm krijgt. De focus van de interne communicatie
ligt bij de doorontwikkeling van de organisatie en het faciliteren van de communicatie hierover. De
corporate communicatiemiddelen, waaronder het personeelsblad en intranet, zijn daarop aangepast.
Perspectiefnota
Jaarverslag
Kerntakenbegroting
Monitor Overijssel
Planning
Control
Planning & Control-cyclus
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 167167
Hoofdstuk 3Paragrafen
Naar aanleiding van de communicatiescan, die in 2013 is gehouden, is het afgelopen jaar een
dashboard op intranet geplaatst over de voortgang van de organisatieontwikkeling. Ook de
lijncommunicatie is versterkt door communicatietools en coaching. De interne communicatiescan
vindt eens per twee jaar plaats en monitort de effectiviteit van de interne communicatie. Het
personeelsblad is in 2014 tien keer verschenen. Het blad is in 2014 ontwikkeld naar een volledig
online magazine dat vanaf januari 2015 verschijnt. De mogelijkheden voor doorontwikkeling
naar een sociaal intranet zijn onderzocht. Hier is uitgekomen dat doorontwikkeling naar een
interactief platform wenselijk is. Deze ontwikkeling wordt in 2015 opgepakt.
3.5.8 Inkoop en aanbestedingDoor de samenwerking in het Shared Service Centrum zijn wij in staat de eigen aanbestedingen
te combineren met die van de gemeenten Zwolle en Kampen. Dit zorgt voor verlaging van de
proceskosten en vaak ook gunstige tarieven voor producten en diensten. In 2014 zijn onder
meer de openbare verlichting en de juridische ondersteuning gezamenlijk aanbesteed en inge-
kocht. Wij hebben dit jaar onze ambities voor social return verder versterkt. In 2015 worden de
aangescherpte doelstellingen vastgelegd in het Inkoopbeleid. Daar waar mogelijk is social return
onderdeel van ons aanbestedingsproces. In 2014 heeft het beleid geleid tot ruim 80 plaatsingen
uit de doelgroepen.
Er wordt bij de aanbestedingen altijd een afweging gemaakt of de duurzaamheidscriteria vanuit
het Rijk toegepast kunnen worden. Regelmatig gaan we verder dan de criteria voorschrijven. We
nemen innovatieve en duurzame oplossingen die de markt aanbiedt op in onze projecten. Door
gebruik van nieuwe aanbestedingsmethoden als Best Value Procurement stellen we marktpar-
tijen ook in staat om met interessante, meer duurzame alternatieven te komen.
Met een open en transparant aanbestedingsproces maken we inzichtelijk hoe wij bij aanbeste-
dingen te werk gaan. Er is een klachtenloket waar belanghebbenden terecht kunnen met vragen
en klachten over onze inkoopprocedures. In 2014 zijn enkele klachten binnengekomen. Eén
daarvan heeft geleid heeft tot aanpassing van het aanbestedingsproces.
3.5.9 DoelmatigheidWij kennen drie niveaus van control. Het eerste niveau betreft het management van reguliere
processen en van projecten en programma’s. Het tweede niveau betreft de control-functie zoals
deze vanuit de eenheid Bedrijfsvoering wordt uitgeoefend. Het derde niveau betreft de systeem-
control, waarbij een oordeel wordt gevormd over het functioneren van de eerste twee niveaus
en over het totale control-systeem op concernniveau.
In 2014 is een aantal onderzoeken in gang gezet en afgerond. Deze onderzoeken richten zich
soms op een individueel dossier, soms op concernniveau of systeemniveau. Op basis van deze
onderzoeken wordt een oordeel gevormd over de doelmatigheid en doeltreffendheid van ge-
voerde processen en kunnen verbeteringen worden doorgevoerd. Een onderzoek naar politieke
opdrachtformulering is uitgevoerd in het kader van het artikel 217a van de Provinciewet, dat
voorschrijft dat Gedeputeerde Staten periodiek onderzoek verrichten naar de doelmatigheid en
de doeltreffendheid van het door hen gevoerde bestuur. Het onderzoek leverde aanbevelingen op
met betrekking tot de verkennende fase van beleidsdossiers, de communicatie tussen Provinciale
Staten en Gedeputeerde Staten en de rapportage en verantwoording richting Provinciale Staten.
3.5.10 Rechtmatigheid en AO / ICJaarlijks wordt de rechtmatigheid van de door de provincie bestede middelen onderzocht. Dit
wordt gedaan aan de hand van het normenkader rechtmatigheid, dat door uw Staten als volgt is
vastgesteld:
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014168168
• De goedkeurings- en rapporteringstoleranties bij de controle op rechtmatigheid worden vast-
gesteld conform de wettelijke richtlijnen (gerelateerd aan de begroting, 1% voor fouten en
3% voor onzekerheden).
• Binnen het voorwaardencriterium wordt getoetst of wettelijke regelgeving en besluiten van
uw Staten worden nageleefd, voor zover deze regelgeving bepalingen bevat die van toepas-
sing zijn op het financiële beheer c.q. het verrichten van beheershandelingen met financiële
gevolgen. Dit geldt alleen voor de rechtmatigheidscriteria: recht, hoogte en duur.
• Het begrotingscriterium wordt voor de kerntaaklasten vastgesteld op kerntakenniveau en
voor de personeelsgebonden lasten op het totaal aan personeelsgebonden lasten.
• Het normenkader accountantsonderzoek DR en DLG / BBL wordt van toepassing verklaard op
de accountantscontrole voor DR en DLG / BBL in plaats van het normenkader rechtmatigheid
provincie Overijssel 2014.
De verbijzonderde interne controle is in 2010 in zijn huidige vorm opgesteld en in meerjarig
kader opgenomen in het auditprogramma “Intern controleplan financiële rechtmatigheid provin-
cie Overijssel 2011 en verder”. In overleg met de accountant is dit auditprogramma voor 2014
aangepast en zijn voor dit boekjaar een aantal processen geselecteerd die object zijn van deze
verbijzonderde interne controle:
• IV3
• Begrotingswijzigingen
• Betalingsverkeer
• Treasury
• Inkoop & Aanbesteding
• Personeel & Salaris
• Memoriaal
• Reserves & Voorzieningen
• Verstrekte subsidies
• Overige opbrengsten
Gelet op de aangescherpte eisen die sinds medio 2014 worden gesteld aan de interne controle,
is beduidend meer capaciteit ingezet op deze controle.
De verbijzonderde interne controle heeft voor 2014 geen nieuwe onrechtmatigheden aan het licht
gebracht. Rechtmatigheidsfouten uit voorgaande jaren hebben in 2014 nog wel doorgewerkt. De
totale rechtmatigheidsfout komt daardoor uit op € 885.301. Uitgaande van een lastenomvang van
€ 756 miljoen en een norm van € 7,56 miljoen (1%), blijft de provincie dus onder de norm.
3.5.11 Shared Service CentrumWij hebben samen met de gemeenten Kampen en Zwolle een Shared Service Centrum Bedrijfsvoe-
ring (SSC). Het SSC levert producten en diensten aan de drie partners op de domeinen Personeel- &
Salarisadministratie, IT-beheer en Inkoop- & Contractmanagement. De gemeente Zwolle is aange-
wezen als centrumorganisatie. Het SSC is gehuisvest in het provinciehuis. Onze binnen bovenge-
noemde domeinen werkzame medewerkers (51,61 fte) zijn op 1 juli 2014 geplaatst bij de ge-
meente Zwolle. De nieuw aangetrokken eenheidsmanager van het SSC heeft een programmaplan
opgesteld om het SSC van de transitiefase naar een stabiele eindsituatie brengen. Het programma
is in uitvoering en zal naar verwachting voor de zomerperiode 2015 vrijwel geheel zijn afgerond.
3.5.12 SubsidieverleningIn 2014 is het proces subsidieverstrekking aan de hand van de Lean-methodiek geoptimaliseerd.
De verbetermogelijkheden zijn geanalyseerd en worden in 2015 geïmplementeerd. In 2014 is
voor een bedrag van € 254 miljoen verstrekt aan subsidies via subsidieregelingen (€ 189 miljoen)
en op basis van de algemene subsidieverordening (ASV, € 65 miljoen).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 169169
Hoofdstuk 3Paragrafen
3.6 Verbonden partijen
3.6.1 InleidingEen verbonden partij is in de definitie van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) een
privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie een bestuurlijk én een
financieel belang heeft (artikel 1 lid b). Het aangaan van en/of samenwerking in een verbonden
partij komt altijd voort uit een provinciaal publiek belang.
Bij verbonden partijen gaat het hierbij om ‘deelnemingen’, dat wil zeggen privaatrechtelijke
organisaties zoals genoemd in artikel 158 Provinciewet (waaronder stichtingen, verenigingen,
vennootschappen (N.V. en B.V.’s), coöperaties en commanditaire vennootschappen) en om pu-
bliekrechtelijke openbare lichamen op basis van de Wet gemeenschappelijke regeling (Wgr).
Onder ‘bestuurlijk belang’ wordt verstaan; een zetel in het bestuur of het hebben van stemrecht.
Van financieel belang is sprake als een ter beschikking gesteld bedrag niet verhaalbaar is als de
verbonden partij failliet gaat onderscheidenlijk het bedrag waarvoor aansprakelijkheid bestaat indien
de verbonden partij haar verplichtingen niet nakomt. Met ingang van 2014 wordt volgens BBV-
regelgeving ook een garantstelling gezien als een financieel belang, omdat in geval van faillissement
de vorderende de partij verhaal kan halen bij de provincie voor het deel waarop de garantstelling van
toepassing is. In combinatie met een bestuurlijk belang ontstaat dan een verbonden partij.
Wij kennen ultimo 2014 negentien verbonden partijen, zeventien privaatrechtelijke organisaties
(BNG N.V., Oost N.V., HMO N.V., Vitens N.V., Wadinko N.V., Zuiderzeehaven C.V./B.V., Fonds
nazorg gesloten stortplaatsen, Stichting CTH, Enexis Holding N.V., PBE B.V., Verkoop Vennootschap
B.V., CBL Vennootschap B.V., Vordering op Enexis B.V., Claim Staat Vennootschap Amsterdam B.V.,
Stichting Groen Gas Nederland, Energiefonds Overijssel B.V., IPO en twee publiekrechtelijke open-
bare lichamen op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen (RBT en ADT).
In mei 2014 hebben uw Staten ingestemd met ons voorgenomen besluit tot oprichting van
‘Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel B.V.’ (HFO) (PS/2014/306). De daadwerkelijke oprich-
ting van HFO vond plaats op 16 februari 2015. Tevens vond in 2014 besluitvorming plaats over
oprichting van de onderliggende werkfondsen van HFO: Innovatiefonds Overijssel (I en II) B.V.,
Breedbandfonds Overijssel B.V. en SPV Hengelo B.V. Wij zijn direct aandeelhouder van HFO en
indirect aandeelhouder van de aangesloten werkfondsen. Strikt formeel is uitsluitend HFO een
verbonden partij. Dit neemt niet weg dat uw Staten geïnformeerd worden over de prestaties ver-
richt door de werkfondsen.
Daar waar belangrijke ontwikkelingen spelen bij de verbonden partijen worden deze hieronder
kort toegelicht. In paragraaf 3.6.4 worden alle verbonden partijen nader toegelicht.
Interprovinciaal Overleg (IPO)
Wij hadden reeds een bestuurlijk, maar geen financieel belang in het IPO. Op 9 september 2014
stemden wij in met een borgstelling ter hoogte van € 0,6 miljoen aan het IPO voor een lening
van BNG. Kort daarop is de eerdergenoemde BBV-regelgeving aangescherpt; een garantstelling
wordt gezien als een financieel belang. Onder de nieuwe definitie is het IPO gedurende de loop-
tijd van de garantstelling (tot 15.10.2024) een verbonden partij geworden.
Wadinko N.V.
De nieuwe directeur (in dienst per 1 oktober 2014) krijgt een bezoldiging die exact paste binnen
de op dat moment geldende Wnt-norm (130% ministerssalaris). Het bezoldigingsbeleid, in casu
de wijze van afbouw naar 100% van het ministerssalaris wordt geagendeerd bij de eerstvolgen-
de aandeelhoudersvergadering.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014170170
Vitens N.V.
In december 2014 hebben de aandeelhouders het tarief voor 2015 vastgesteld. De drinkwater-
tarieven zijn voor de gemiddelde klant gelijk gebleven ten opzichte van 2012.
Vitens is vanaf 2 januari 2015 statutair gevestigd in Zwolle. Het hoofdkantoor is verplaatst van
Utrecht naar Zwolle.
Enexis Holding N.V.
In 2014 is het Strategisch Plan Enexis vastgesteld door de aandeelhouders. Het plan behelst, naast
betrouwbaarheid en betaalbaarheid, ambities op het terrein van duurzaamheid.
Toezichthouder Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft begin 2014 de maximaal toegestane
tarieven voor 2014-2016 vastgesteld. Enexis geeft aan dat hierdoor de tarieven en het rendement
van de onderneming onder druk komen te staan. Voor 2014 was het voor Enexis nog mogelijk
haar tarieven beperkter dan toegestaan te laten stijgen.
Een aantal aandeelhoudende provincies heeft Enexis verzocht een verkenning naar de verhandel-
baarheid van aandelen te faciliteren. Deze verkenning heeft in 2014 niet geleid tot overdracht
van aandelen.
Fonds nazorg gesloten stortplaatsen Overijssel (Nazorgfonds)
In december 2013 is besloten om de vrijgevallen Nazorggelden binnen het Nazorgfonds stort-
plaatsen Overijssel te laten beheren door Schretlen & Co N.V. uit Amsterdam (onderdeel van
Rabobank). Naar het zich laat aanzien zullen de stortvolumes in 2015 blijven afnemen. Dit zal
tot gevolg hebben dat de stortlocaties langer open zullen blijven dan voorzien. Dit kan gevolgen
hebben voor de opbouw van de vereiste doelvermogens. Eind 2015 worden de tarieven opnieuw
vastgesteld.
Stichting Groen Gas Nederland
In 2014 is het werkpakket van de stichting uitgebreid met projecten en deelnemende partijen
voor de afzet van groen gas in de mobiliteit (samenwerkingsproject Groen Gas in de Mobiliteit).
De looptijd van de stichting is verlengd tot eind 2016.
Container Terminal Hengelo (CTH)
Stichting CTH staat tegenover het Rijk garant voor een bedrag van € 2 miljoen. De garantstelling
kan worden ingeroepen als de Europese TEN-T subsidie voor verbreding en verdieping van de
Twente kanalen niet wordt verleend. De garantstelling is aangegaan tot 31 december 2015.
Het Rijk heeft inmiddels kenbaar gemaakt niet tijdens de 1e call van het CEF Transport al over te
gaan tot een TEN-T subsidieaanvraag, maar gebruik te maken van de 2e call. Daarom zal niet voor
31 december 2015 bekend zijn of er een TEN-T subsidiebijdrage volgt. De termijn van de garant-
stelling wordt daarom verlengd, rekening houdend met de termijnen van de 2e call. De nieuwe
termijn wordt in 2015 in samenspraak met het Rijk en stichting CTH Vastgoed B.V. bepaald.
Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V. en Beheer B.V.
In 2014 zijn – net als in 2013 - geen nieuwe kavels verkocht. Net als andere bedrijventerreinen
heeft ook de Zuiderzeehaven te maken met terughoudende ondernemers vanwege de crisis.
De inkomsten uit verkoop van het aandeel in een windproject bedragen € 0,9 miljoen.
In 2014 is op ons voorstel mw. Van Antwerpen benoemd als opvolger van mw. Bodewes in de
functie van commissaris Zuiderzeehaven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 171171
Hoofdstuk 3Paragrafen
Herstructureringsmaatschappij Overijssel N.V. (HMO)
Door HMO is tot en met medio november 2014 € 14,5 miljoen (van de beschikbare € 22,5 miljoen)
geïnvesteerd in herstructurering van bedrijventerreinen. Met deze projecten en investeringen –
deels revolverend - wordt de herstructurering van ruim 56 hectare bedrijventerrein aangejaagd. Het
vliegwieleffect zorgt voor de herstructurering van nog eens 281 hectare. Het totaal aan investerin-
gen van partners tegenover de inzet van HMO tot en met medio november 2014 bedraagt ruim
€ 87 miljoen. Ultimo 2014 is € 3,4 miljoen (van de beschikbare € 4,8 miljoen) voor terugdringen
van leegstand kantoren aan HMO uitgekeerd. In de eerste helft van 2014 heeft HMO per kantoren-
stad een plan van aanpak opgesteld. HMO verwacht dat concrete investeringen volgen in 2015.
Regionaal Bedrijventerrein Twente (RBT)
Van de netto 123 uitgeefbare hectare is ultimo 2014 nog 109 hectare niet uitgegeven. Het was
de intentie om twee beoogde afnemers in 2014 een omgevingsvergunning te verlenen, waarmee
de geprognosticeerde uitgifte van 6 hectare per jaar gerealiseerd zou worden. Dit zal nu in 2015
plaatsvinden. Eind 2014 is circa 80% van de gronden binnen het projectgebied in eigendom van
RBT.
In 2014 is onafhankelijk onderzoek gedaan naar RBT / XL Businesspark. Op basis van dit onder-
zoek heeft het RBT een voorstel aan het DB gedaan oover de hoogte van de grondexploitatie
waarin een herziening van de plankosten en bijstelling van enkele parameters in de grondexploi-
tatie (uitgifteprijs, kosten- en opbrengstenstijgingen en de rekenrente) is meegenomen die recht
doen aan de hedendaagse situatie. Echter, doordat de partners een andere mening hadden over
de hoogte van de grondexploitatie is door ons een minderheidsstandpunt ingenomen. De grond-
exploitatie per 1 januari 2015 wordt tezamen met de begroting 2016 - ná bespreking van de
provinciale jaarrekening in de Staten - vastgesteld door het Algemeen Bestuur van RBT (uiterlijk
15 juli). Op basis van voornoemde ontwikkelingen becijferen wij een tekort van € 25,6 miljoen.
In Nederland worden forse afboekingen gedaan op grondexploitaties. Als partner in RBT (23%
aandeel) is dit de afgelopen jaren ook bij ons het geval geweest op de grondexploitatie van XL
Businesspark. In de grondexploitatie wordt uitgegaan van uitgifte van 6 hectare per jaar, wat
door de jaren heen gemiddeld niet gehaald is.
Area Development Twente (ADT)
In het voorjaar 2014 is duidelijk geworden dat de realisatie van een commerciële burgerluchthaven
binnen de gestelde kaders geen optie is voor dit gebied. Uw Staten hebben een Commissie van
Wijzen aangesteld om een advies te geven t.a.v. het vervolg van de gebiedsontwikkeling Lucht-
haven Twente e.o. Dit advies genaamd ‘Technology Base Twente’ is reeds gepresenteerd en door
uw Staten overgenomen (PS/2014/995). Provincie, gemeente Enschede en ADT kunnen daarmee,
in samenwerking met de regio, werken aan een nieuw ontwikkelingsperspectief voor Twente en
de voormalige luchthaven. Noodzakelijke maatregelen ten behoeve van de implementatie van het
advies, zijn verder uitgewerkt in een Plan van Aanpak dat in het eerste kwartaal van 2015 aan uw
Staten wordt gepresenteerd.
Energiefonds Overijssel B.V. (EFO)
Vanuit Energiefonds Overijssel is ultimo 2014 aan 21 ondernemingen en woningcorporaties een
bijdrage toegezegd voor een bedrag van in totaal € 87,3 miljoen. Het hiermee gerealiseerde
maatschappelijk rendement is 998 TeraJoule - wat overeenkomt met het energieverbruik van
12.900 huishoudens – en 1.140 arbeidsplaatsen, waarvan 35 structureel.
Belangrijkste conclusie uit de tussentijdse evaluatie in 2014 is dat zowel de kaders als de organi-
satie zorgvuldig, gedegen en evenwichtig zijn vormgegeven. Er zijn verbeterpunten geïnventari-
seerd om de jonge organisatie door te laten groeien naar de fase van volwassenheid.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014172172
Essent Sustainability Development Foundation (Stichting Duurzaamheid)
De Duurzaamheidsovereenkomst waar de stichting op toezag eindigde per 31 december 2013.
Het oordeel van de Board is - samen met de eindrapportage - in april 2014 aan uw Staten voor-
gelegd. De Verkopersraad (oud-aandeelhouders Essent) heeft - onder uitspreken van teleurstel-
ling over het bereikte eindresultaat - besloten de stichting op 31 oktober 2014 op te heffen.
3.6.2 Beleid verbonden partijen
Actualisatie kaderstelling verbonden partijen
Het Deelnemingenbeleid Overijssel (PS/2008/279) heeft zijn waarde de afgelopen jaren bewezen.
Gezien een aantal actuele ontwikkelingen, waaronder nieuwe wet- en regelgeving, is aange-
kondigd een actualisatie voor te staan. Als gevolg van de inwerkingtreding van de nieuwe Wet
gemeenschappelijke regelingen zullen uiterlijk begin 2016 herziene regelingen voor Area Deve-
lopment Twente en Regionaal Bedrijventerrein Twente moeten worden vastgesteld. Daarnaast
zullen op strategische dossiers mogelijk besluiten worden genomen die leiden tot oprichting en/
of (nieuwe) inrichting van verbonden partijen. Gezien het voorliggende is het voornemen om
besluitvorming over de kaderstelling voor het zomerreces plaats te laten vinden.
Expertisecentrum Deelnemingen
In het (ambtelijke) Expertisecentrum Deelnemingen is bestuurskundige, financiële en juridische
kennis bijeengebracht. Dit om beleidsformulering en -uitvoering voor verbonden partijen met
elkaar te verbinden en te delen in de organisatie. Externe ontwikkelingen, waaronder wetgeving,
worden nauwlettend gevolgd. Het centrum adviseert ook over zaken als risicomanagement en
governance met betrekking tot verbonden partijen.
In 2014 is vanuit het Expertisecentrum Deelnemingen geadviseerd op diverse dossiers, waaron-
der RBT en ADT, Enexis en Stichting Groen Gas Nederland. Ook is het Expertisecentrum betrok-
ken geweest bij de statenvoorstellen voor de Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel en haar
werkfondsen SPV Stork, Innovatiefonds en Breedbandfonds en de voorbereiding van de oprich-
ting van de Houdstermaatschappij Fondsen Overijssel. De verkoop van Attero Holding B.V. heeft
in 2014 een belangrijke inzet gevergd van het Expertisecentrum. Vanuit het Expertisecentrum is
ondersteuning geleverd bij de uitvoering van de (tussen)evaluatie Energiefonds Overijssel.
In februari 2014 is een statenbrief opgesteld (PS/2014/211), waarin uw Staten geïnformeerd zijn
over het bezoldigingsbeleid voor de verbonden partijen in relatie tot de Wet normering topin-
komens. Tevens heeft het centrum - vanuit haar kennis over de eigenaars- en opdrachtgeversrol
naar verbonden partijen toe - bijgedragen aan de handreiking ‘sturing en toezicht op gemeen-
schappelijke regelingen’ van Rekenkamer Oost-Nederland aan uw Staten.
In de actualisatie van de kaderstelling voor verbonden partijen zal het Expertisecentrum Deel-
nemingen de ervaringen met het beleid voor verbonden partijen en zaken als fondsvorming en
de aanbevelingen uit onderzoeken van de Rekenkamer Oost-Nederland meenemen.
Modernisering vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen
In december 2014 is het wetsvoorstel tot modernisering van de vennootschapsbelastingplicht
voor overheidsondernemingen aangenomen door de Tweede Kamer. Het uitgangspunt wordt dat
een overheidsonderneming belastingplichtig is, tenzij een vrijstelling van toepassing is. Afdracht
van vennootschapsbelasting door verbonden partijen kan mogelijk leiden tot lagere winsten en
daardoor lagere dividenduitkeringen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 173173
Hoofdstuk 3Paragrafen
Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector
De Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (Wnt) stelt dat
topfunctionarissen in de (semi)publieke sector niet meer mogen verdienen dan 100% van een
ministerssalaris (in 2015: € 178.000 inclusief pensioenbijdrage en onkosten). De norm geldt vanaf
1 januari 2015 met inachtneming van overgangsrecht voor bestaande contracten.
In ons besluit van 4 februari 2014 hebben wij de in de wet opgenomen normering en voorschriften
van toepassing verklaard op ons beleid voor verbonden partijen.
3.6.3 Risicomanagement
Risicomanagement
Bij verbonden partijen is sprake van een getrapt risico. De verbonden partijen zullen beleids- en
beheersmaatregelen nemen ter voorkoming het ontstaan van risico’s. Op onze beurt hebben wij
per verbonden partij een risicoprofiel opgesteld ter bepaling van de benodigde weerstandscapa-
citeit in het weerstandsvermogen. In een aantal gevallen is een risicovoorziening of -reservering
opgenomen. Hieronder wordt aangegeven:
• voor welke verbonden partij deze dekking is opgenomen in onze provinciale begroting;
• de hoogte van deze dekking;
• voor welk risico.
Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Nederland N.V. (Oost N.V.)
Voor uitvoering van de motie Antuma c.s. van 3 juni 2009, gericht op het versterken van het
vermogen van PPM Oost) is de reserve herwaardering aandelen Oost N.V. door uw Staten ingesteld
(PS/2009/728). Via het Jaarverslag 2009 is de reserve opgeheven en omgezet in de voorziening
Participatie Oost N.V. Aan het einde van 2013 heeft er een aandelenemissie plaatsgevonden waarbij
de bestaande aandeelhouders (provincie Overijssel, provincie Gelderland en het Rijk) hun belang
hebben uitgebreid. Via statenbrief PS/2013/756 bent u hierover geïnformeerd. Deze voorziening was
bedoeld om het financiële risico af te dekken van deelname in het eigen vermogen van Oost N.V. De
hoogte van deze voorziening was gelijk aan 50% van ons aandeel Oost N.V., zijnde € 5,12 miljoen.
De voorziening Oost N.V. is volgens de accountant volledig ten onrechte gevormd. De cijfers van
Oost N.V. geven geen aanleiding tot afwaardering aangezien de waarde van de participaties binnen
Oost N.V. hoger zijn dan onze balanswaardering van Oost N.V. De afwaardering van de voorziening
Oost N.V. heeft geleid tot een correctie van € 5,12 miljoen. Door middel van een resultaat-
bestemming wordt voorgesteld om het bedrag (€ 5,12 miljoen) wat is vrijgevallen uit de voorziening
Oost N.V. toe te voegen aan de Algemene Financieringsreserve (AFR).
Energiefonds Overijssel B.V. (EFO)
Via Energiefonds Overijssel wordt voor € 250 miljoen uitgezet in de vorm van leningen, garanties en
participaties. Aan de bestedingsrichtingen van het fonds kleven diverse risico’s. Voor deze risico’s is
een dotatie gedaan aan de risicoreserve Energiefonds Overijssel ter grootte van € 50 miljoen.
Herstructureringsmaatschappij Overijssel N.V. (HMO)
In 2009 is de HMO van start gegaan die zich richt op de herstructurering van verouderde bedrij-
venterreinen in Overijssel. De provincie Overijssel heeft een 100% participatie in deze rechts-
persoon. Daarnaast is HMO op basis van het investeringsvoorstel (PS/2013/355) de aanvullende
opdracht gegeven om de leegstand van kantoren te bestrijden. Voor beide opgaven zet HMO de
haar ter beschikking staande middelen in voor cofinanciering. De verwachting is dat het eigen
vermogen van de onderneming, en daarmee onze participatie in HMO, na tien jaar volledig geïn-
vesteerd is in projecten. De hoogte van de voorziening participatie Herstructureringsmaatschappij
Overijssel is gelijk aan ons aandeel in deze onderneming, te weten € 25,93 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014174174
Verkoop Vennootschap B.V.
Bij een verkooptransactie van deze omvang is het gebruikelijk extra zekerheden en garanties te
verstrekken tot een bepaald bedrag. Dit bedrag wordt in escrow gestort en uitgekeerd aan de
koper (RWE) – als het gedefinieerde risico – optreedt en/of de verkoper (toenmalige aandeel-
houders Essent) aan het eind van de afgesproken looptijd van de escrow. Voor deze transactie is
bepaald dat er € 800 miljoen ten laste van de verkoopsom in een escrow gestort moet worden
door alle partijen tezamen. Met deze storting ontstaat een vordering van dezelfde omvang op de
verkoop vennootschap B.V., het daarvoor opgerichte SPV. Ons aandeel in deze vordering bedroeg
€ 149,7 miljoen. In 2011 is een deel van de vordering ad € 66,9 miljoen voldaan, waarmee mo-
menteel € 82,8 miljoen van de vordering resteert. Omdat het bedrag in escrow een risico verte-
genwoordigt, is het – in overeenstemming met de uniforme gedragslijn – nodig de vordering en
ons aandeel in de SPV (momenteel € 82,8 miljoen) volledig te voorzien. Hiervoor wordt gebruik
gemaakt van de voorziening afwikkeling verkoop Essent | Escrow.
Innovatiefonds Overijssel B.V. (IFO)
Wij stimuleren innovatie en versterken de regionaal economische structuur in Overijssel. Fondsen
voor innovatie zijn hiervoor een belangrijk instrument. Uw Staten hebben in december 2012 de
kaderstelling voor het IFO vastgesteld (zie PS/2012/945). Wij hebben, omwille van ontwikkelin-
gen in de markt, besloten twee tijdelijke regelingen te treffen van totaal € 17,5 miljoen om per
direct te kunnen starten met het IFO. Zie ook de statenbrief ‘Proces Innovatiefonds Overijssel’
(PS/2013/470). Na definitieve oprichting wordt deze tijdelijke regeling / leningen overgezet naar
IFO. Gegeven het risicoprofiel van de partijen / businesscases waaraan de leningen worden ver-
strekt, gevoegd bij de revolverende aanwending van de middelen binnen de regeling c.q. fonds
in oprichting, hebben wij besloten een risicovoorziening te treffen. De hoogte van de voorziening
zal fluctueren, gelijk aan de hoogte van de uitstaande geldleningen. De huidige stand van de
voorziening leningen u/g Innovatiefonds bedraagt € 6,68 miljoen.
Area Development Twente (ADT)
In de voorziening resultaten gebiedsexploitaties is voor ADT een bedrag van € 10,15 miljoen
gestort voor:
• het nadelige effect op de grondexploitatie ad € 9,15 miljoen;
• te verwachten verplichtingen ad € 1 miljoen (waarvan het saldo ultimo 2014 € 289.000 be-
draagt).
In ons Jaarverslag 2011 is een voorziening getroffen ad € 5,4 miljoen voor het afdekken van de
nadelige effecten in de grondexploitatie ADT. In 2012 is hierop een aanvulling gestort van
€ 0,2 miljoen en in 2013 een aanvulling van € 0,3 miljoen. In deze jaarrekening is een aanvul-
lende dotatie gedaan van € 3,25 miljoen in verband met het niet realiseren van een commerciële
luchthaven. Voor toelichting zie prestatie 9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.
Onder het weerstandsvermogen is € 3 miljoen risicoreservering opgenomen voor het ADT. Een
risicosimulatie in opdracht van ADT heeft het risico van de Grondexploitatie luchthaven Twente
berekend op circa € 6 miljoen. Wij participeren hierin voor 50%. Onlangs is vastgesteld dat het
niet mogelijk is de ontwikkeling van een commerciële burgerluchthaven binnen het meegegeven
politieke kader en met inachtneming van de opschortende voorwaarden uit de concessieover-
eenkomst met de exploitant tijdig af te ronden. De ontstane situatie zal leiden tot een alternatie-
ve invulling van het gebied, met name voor het deel dat bestemd is voor vliegen. De alternatieve
invulling zal ook leiden tot een ander risicoprofiel. Vooralsnog wordt in de grex rekening gehou-
den met een beperkte opbrengst van het noordelijk gebied en kan het risicoprofiel in 2014 naar
beneden toe worden bijgesteld. Na besluitvorming over alternatieve invulling zal het risicoprofiel
opnieuw worden aangepast.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 175175
Hoofdstuk 3Paragrafen
Regionaal Bedrijventerrein Twente (RBT)
De laatst vastgestelde grondexploitatie (grex) is van 1 januari 2014 ad € 15 miljoen (negatief,
NCW). Onze inschatting is dat de grex per 1-1-2015 € 25,6 miljoen (negatief, NCW) bedraagt
Dit is een verslechtering van € 10,6 miljoen ten opzichte van de prognose per 1 januari 2014.
Wij delen voor 23% mee in het resultaat van het RBT, waardoor ons verlies met € 2,44 miljoen
toeneemt. Wij zien ons genoodzaakt om voorzichtigheidshalve, vooruitlopend op de vaststel-
ling van de grex in het Algemeen Bestuur, ons aandeel in het verwachte verlies alvast te doteren
aan de voorziening resultaten grondexploitaties. Daarmee is totaal per 31 december 2014 in de
voorziening ‘resultaten gebiedsexploitaties’ voor het RBT € 5,9 miljoen gedoteerd.
3.6.4 Overzicht verbonden partijenDeze tabel bevat de in artikel 15, lid 2, sub d en e, van het BBV vereiste gegevens:
• vreemd en eigen vermogen per 1 januari 2013 en 31 december 2013;
• resultaat 2013.
BNG Oost NV HMO Vitens Wadinko Zuiderzee-
haven Ontwik-
kelingsmaat-
schappij
RBT
Private rechtspersoon X X X X X X1
Publieke rechtspersoon (WGR) X
A) Financiële betrokkenheid
percentage van het aandelenkapitaal 0,16 13,51 100,00 6,42 25,12 16,67
percentage aandeel in resultaat 23,00
B) Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht AV Stemrecht AV Stemrecht AV AHC en Stem-
recht AV
Stemrecht AV Stemrecht
AV en vergade-
ring vennoten
DB en AB
C) Financiële kengetallen 2
Eigen vermogen per 01/01/2013 2.752,0 65,9 22,3 386,1 55,0 5,2
Eigen vermogen per 31/12/2013 3.430,0 84,0 24,0 438,3 54,3 5,2
Vreemd vermogen per 01/01/2013 139.476,0 5,5 0,2 1.296,5 0,1 5,0 82,6
Vreemd vermogen per 31/12/2013 127.753,0 24,1 0,3 1.273,5 1,3 4,5 86,6
Resultaat 2010 257,0 0,9 -0,1 26,9 1,0 0,1 -8,5
Resultaat 2011 256,0 1,3 -0,0 36,0 0,8 2,1 -8,8
Resultaat 2012 332,0 5,3 -0,1 29,6 6,3 -11,3
Resultaat 2013 283,0 -1,9 -1,7 39,3 1,7 -15,0
D) Opbrengsten in 2014
(tussen haakjes = 2013)
Dividenden / winstuitkeringen 0,1
-0,1
1,0
-1,0
0,3
-0,3
Rente 0,4
-0,5
1 Onze deelneming in de Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij bestaat uit een C.V. en een B.V. De B.V. is de beherende vennoot van de C.V. Ons directe
belang in de C.V. bedraagt 16,46% en via de B.V. hebben wij nog een indirect belang in de C.V. van 0,21%.
2 Resultaten betreffen de netto contante waarde van de laatst vastgestelde grondexploitatie.
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014176176
Nazorgfonds
gesloten
stort plaatsen
ADT CTH Enexis Attero PBE Verkoop
vennootschap
Private rechtspersoon X X X X X X
Publieke rechtspersoon (WGR) X
A) Financiële betrokkenheid
percentage van het aandelenkapitaal n.v.t. 18,71 18,71 18,71 18,71
percentage aandeel in resultaat 50,00 100,00
B) Bestuurlijke betrokkenheid DB en AB DB en AB DB en AB AHC en Stem-
recht AV
AHC en Stem-
recht AV
AHC en Stem-
recht AV
AHC en
Stemrecht
AV
C) Financiële kengetallen 2 3
Eigen vermogen per 01/01/2013 10,7 2,2 3.244,9 273,5 1,6 415,9
Eigen vermogen per 31/12/2013 10,8 2,2 3.370,1 198,3 1,6 347,3
Vreemd vermogen per 01/01/2013 0,2 28,1 3.778,6 496,6 0,2 30,4
Vreemd vermogen per 31/12/2013 0,1 27,3 2.894,8 477,2 0,1 98,1
Resultaat 2010 0,4 n.v.t. -0,0 193,7 25,7 27,9 -20,7
Resultaat 2011 0,2 -10,9 -0,0 229,4 25,4 722,4 -5,2
Resultaat 2012 0,1 -11,3 2,3 223,7 8,1 -0,1 5,9
Resultaat 2013 0,1 -11,4 -0,0 239,1 -67,2 -0,0 -62,1
D) Opbrengsten in 2014
(tussen haakjes = 2013)
Dividenden / winstuitkeringen n.v.t. 22,4 31,8 0,2
(n.v.t.) -21,4 -1,4 -1,4
Rente n.v.t. 3,5 1,4
(n.v.t.) -3,5
2 Resultaten betreffen de netto contante waarde van de laatst vastgestelde grondexploitatie.
3 De bij CTH gepresenteerde cijfers betreffen de cijfers van de Vastgoed B.V. als ware deze volledig geconsolideerd opgenomen in de jaarstukken van de stichting.
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 177177
Hoofdstuk 3Paragrafen
CBL
vennootschap
Vordering
op Enexis
CSV
Amsterdam
Stichting
Groen Gas
Energiefonds
B.V.
InterProvinciaal
Overleg
Private rechtspersoon X X X X X X
Publieke rechtspersoon (WGR)
A) Financiële betrokkenheid
percentage van het aandelenkapitaal 18,71 18,71 18,71 100,00
percentage aandeel in resultaat 8,33
B) Bestuurlijke betrokkenheid AHC en
Stemrecht
AV
AHC en
Stemrecht
AV
AHC en
Stemrecht
AV
AB Stemrecht AV Stemrecht ALV
C) Financiële kengetallen in US$
Eigen vermogen per 01/01/2013 0,0 0,1 0,1 0,4 0,0 0,7
Eigen vermogen per 31/12/2013 9,9 0,1 0,1 0,1 -4,3 0,3
Vreemd vermogen per 01/01/2013 9,9 1.367,3 0,0 0,1 8,7
Vreemd vermogen per 31/12/2013 0,1 862,2 0,0 0,3 72,9 7,8
Resultaat 2010 -0,1 -0,0 -0,0 n.v.t. n.v.t. 0,2
Resultaat 2011 96,2 0,0 -0,0 n.v.t. 0,5
Resultaat 2012 -0,1 -0,0 -0,0 0,0 0,7
Resultaat 2013 9,9 -0,0 -0,0 -0,3 -4,3 0,3
D) Opbrengsten in 2014 in €
(tussen haakjes = 2013)
Dividenden / winstuitkeringen n.v.t. n.v.t.
(n.v.t.) (n.v.t.) (n.v.t.)
Rente 9,1 n.v.t. n.v.t.
-14,3 (n.v.t.) (n.v.t.) (n.v.t.)
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014178178
N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) (Den Haag)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifieke beleidsdoelstelling van een kerntaak in de begroting.
De baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen De aandeelhouders van BNG Bank zijn de Staat der Nederlanden (50%), provincies (Overijssel 0,16%; in 2014
ongewijzigd), gemeenten, waterschappen en andere openbare lichamen. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: G.J. Kok).
Financieel belang De historische kostprijs van het Overijsselse deel in het aandelenkapitaal bedraagt € 0,2 miljoen.
Bijzonderheden Doordat de bank alleen publiekrechtelijke aandeelhouders heeft, is zij onderdeel van de publieke sector.
BNG wordt door drie rating agencies beoordeeld. De ratings zijn:
• Standard & Poor’s (S&P): AA+ (outlook: stabiel).
• Moody’s: AAA (outlook: negatief).
• Fitch Ratings: AAA (outlook: negatief).
De ratings zijn dezelfde als de ratings van de Staat der Nederlanden. Banken kunnen niet hoger noteren dan het
land van vestiging.
De negatieve vooruitzichten van Moody’s en Fitch worden veroorzaakt door onzekerheden over de implementa-
tie van Bank Recovery and Resolution Directive.
Uit het overzicht van het gerenommeerde blad ‘Global Finance’ blijkt dat BNG Bank in 2014 de op vier na veilig-
ste bank ter wereld is.
De laatst vastgestelde jaarrekening is die van 2013. In 2013 heeft BNG Bank een winst behaald van € 283 mil-
joen (2012: € 332 miljoen). De daling van het resultaat bestaat uit een aantal componenten.
• Een stijging (+ € 57 miljoen) van het renteresultaat.
• Een daling (-/- € 93 miljoen) van het resultaat op financiële transacties.
• Een daling (-/- € 27 miljoen) veroorzaakt door bijzondere waardeverminderingen, waarvan een afwaardering
van de deelneming TBCH (€ 8 miljoen) en een afwaardering van een securitisatie (€ 13 miljoen).
• Een stijging (+ € 14 miljoen) van de te betalen belastingen, veroorzaakt door de daling van de winst voor
belastingen.
Over het eerste halfjaar van 2014 heeft BNG een winst behaald van € 153 miljoen (eerste semester 2013: € 123
miljoen). De stijging is vooral veroorzaakt door een stijging van het resultaat op financiële transacties (groten-
deels technisch van aard).
Voor geheel 2014 doet de Raad van Bestuur gelet op de aanhoudende onzekerheden geen uitspraken over het
te verwachten resultaat over 2014.
Meer informatie www.bng.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 179179
Hoofdstuk 3Paragrafen
Ontwikkelingsmaatschappij Oost-Nederland N.V. (Oost N.V.) (Deventer)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Oost N.V. past binnen de kerntaak ‘Regionale Economie’, (prestatie 5.3.12). Voor de gereali-
seerde prestaties in 2014 wordt verwezen naar deze prestatie.
Oost NV kent de volgende activiteiten:
• Ontwikkeling en innovatie (ook in relatie tot de uitvoering van de EU-programma’s 2007-2013);
• Investeringsbevordering;
• Bedrijfsomgeving en participeren in bedrijven via participatiebedrijf Oost-Nederland (PPM Oost N.V.).
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Ministerie van Economische Zaken (55,93%) en de provincies Gelderland (30,56%) en Overijssel (13,51%). Het
belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: Y.J. van Hijum).
Financieel belang De historische aanschafwaarde van het Overijsselse deel in het aandelenkapitaal bedraagt per eind december
2014 € 10,2 miljoen. Daarnaast hebben wij ook een subsidierelatie met Oost N.V., waarvoor het activiteiten-
plan van Oost N.V. de basis vormt. Over 2014 bedraagt de subsidie € 1,4 miljoen.
Bijzonderheden Oost N.V. en haar (100%) dochter Participatiemaatschappij Oost Nederland N.V. (PPM Oost) beheren, naast fondsen
voor (in)directe aandeelhouders, het eigen ‘Participatiefonds PPM Oost’ voor regionale risicodragende cofinanciering.
Daarmee richt het zich op de cofinanciering van bestaande ondernemingen met een middelmatig risicoprofiel, die
niet uit één van de andere fondsen gefinancierd kunnen worden.
De laatst vastgestelde jaarrekening is die van 2013. Oost N.V. sluit 2013 af met een gerealiseerd verlies ad € 1,94
miljoen (geconsolideerd). Het verlies is het gevolg van een negatief resultaat uit PPM Oost N.V. van € 1,97 miljoen,
naast een kleine resultaatbijdrage van Oost N.V. Enkelvoudig streeft Oost N.V. naar het behalen van een break-even
resultaat. Dat is gelukt.
PPM Oost N.V. heeft in meerjarig perspectief een rendement dat tenminste gelijk is aan de cumulatieve inflatie tot
doel. Aan deze eis wordt nog steeds voldaan. De oorzaak van het negatieve resultaat over 2013 is gelegen in het
transactieresultaat uit de participatieactiviteiten. Daarbij wordt aangetekend dat PPM Oost N.V. na de balansdatum
een boekwinst van ± € 8 miljoen heeft gerealiseerd. Het betreft de exit van de UT spin-off ‘Xsens’, specialist in 3D-
bewegingssensoren. Door deze exit zal het resultaat in 2014 naar verwachting weer positief zijn.
Meer informatie www.oostnv.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014180180
Herstructureringsmaatschappij bedrijventerreinen Overijssel N.V. (HMO) (Zwolle)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij HMO past binnen de kerntaak ‘Regionale Economie’ (prestaties 5.1.1 en 5.1.7).
Het doel van HMO is tweeledig:
• (het aanjagen van) herstructurering van zwaar verouderde bedrijventerreinen;
• (met ingang van 2013) tegengaan van leegstand van kantoren.
In het meerjarenprogramma Vitale Bedrijventerreinen 2009-2015 (PS/2009/461) kiest de provincie voor een
samenhangende aanpak van verouderde bedrijventerreinen. De oprichting van een herstructurerings-maatschappij
is hierin één van de instrumenten. Verwacht wordt dat HMO ongeveer 25% van de Overijsselse herstructurerings-
opgave (ruim 1.200 hectare. HMO fungeert als vliegwiel: zonder de HMO zou met € 22,5 miljoen subsidie slechts
circa negen hectare van de zware categorie (herprofilering) aangepakt worden.
In de periode 2014-2018 heeft HMO een inspanningsverplichting om de kantorenleegstand in Overijssel terug te
dringen daar deze kantoren leegstand andere provinciale belangen hindert (PS/2013/335).
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Provincie Overijssel (100%). Het belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: Y.J. van Hijum).
Financieel belang De waarde van het aandelenkapitaal bedraagt ultimo 2014 circa € 25,93 miljoen. Gelet op de aan de bedrijfs-
voering verbonden risico’s van de HMO, wordt een voorziening aangehouden ter grootte van het verstrekte
vermogen. De boekwaarde van HMO bedraagt daarmee ultimo 2014 nihil.
Voor herstructurering van bedrijventerreinen is in totaal € 22,5 miljoen beschikbaar gesteld: € 7,5 miljoen in
2008 (PS/2008/270) en € 15 miljoen in 2011 (PS/2010/521).
In 2013 hebben uw Staten (PS/2013/335) € 4,8 miljoen beschikbaar gesteld voor het terugdringen van leegstand
van kantoren in de vijf kantorengemeenten van Overijssel (Almelo, Hengelo, Enschede, Deventer en Zwolle.) Dit
bedrag wordt gefaseerd uitgekeerd.
Bijzonderheden Door HMO is tot en met medio november 2014 € 14,5 miljoen (van de beschikbare € 22,5 miljoen) geïnvesteerd
in herstructurering van bedrijventerreinen. Met deze projecten en investeringen – deels revolverend - wordt de
herstructurering van ruim 56 hectare bedrijventerrein aangejaagd. Het vliegwieleffect zorgt voor de herstructu-
rering van nog eens 281 hectare. Het totaal aan investeringen van partners tegenover de inzet van HMO tot en
met medio november 2014 bedraagt ruim € 87 miljoen.
Ultimo 2014 is € 3,4 miljoen (van de beschikbare € 4,8 miljoen) voor terugdringen van leegstand van kantoren
aan HMO uitgekeerd. In de eerste helft van 2014 heeft HMO per kantorenstad een plan van aanpak opgesteld.
HMO verwacht dat concrete investeringen volgen in 2015.
Eind 2013 is het werkgelegenheidseffect vastgesteld van 10 projecten waarin de HMO voor bijna € 7 miljoen
participeerde / intervenieerde. De (financiële) betrokkenheid van HMO heeft geleid tot 390 fte structurele
arbeidsplaatsen (120 fte nieuwe banen en 270 fte verplaatsingswerkgelegenheid) en 270 fte incidentele ar-
beidsplaatsen. De verwachte toekomstige werkgelegenheid van deze 10 projecten is 3.330 fte structurele banen
(3.020 fte nieuwe banen en 310 fte verplaatsingswerkgelegenheid) en 630 fte incidentele banen.
Meer informatie www.hmoverijssel.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 181181
Hoofdstuk 3Paragrafen
Vitens N.V. (Utrecht)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Vitens N.V. past binnen de kerntaak ‘Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waar-
onder waterbeheer’ (prestaties 1.7.4, 1.7.5 en 1.7.6) en draagt zo bij aan het beleidsdoel ‘Schoon, voldoende en
gezond water voor mens, dier en plant’.
Wettelijk is vastgesteld dat de aandelen van de drinkwaterbedrijven in publieke handen blijven. Het belang van
de provincie Overijssel als aandeelhouder in Vitens N.V. is historisch gegroeid.
De provincie wil met haar aandeelhouderschap haar verantwoordelijkheid voor een goede drinkwatervoorziening
in Overijssel borgen. Daarnaast streeft de provincie er, via haar aandeelhouderschap, naar om de tariefstijging
voor de gebonden klanten maximaal gelijk te houden aan de inflatie.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2). Vitens is vanaf 2/1/2015
statutair gevestigd in Zwolle.
Partijen De aandelen van Vitens N.V. zijn in handen van 111 aandeelhouders waaronder de provincies Friesland, Gelder-
land, Overijssel (6,415%), Flevoland en Utrecht en het merendeel van de in deze provincies liggende gemeenten.
Het belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder heeft de provincie Overijssel een vaste zetel in de Commissie van Aandeelhouders. Deze adviescommissie
is bij besluit van de AV van 10 december 2007 ingesteld.
Financieel belang Wij bezitten 370.632 aandelen welke een boekwaarde vertegenwoordigen van € 91.000. Daarnaast is sprake
van een achtergestelde lening die per 1 juli 2021 volledig afgelost zal zijn (oorspronkelijk bedrag € 24,3 miljoen;
oorspronkelijke looptijd vijftien jaar). Stand ultimo 2014: € 11,4 miljoen.
Bijzonderheden De heer B. Staal is sinds juni 2013 lid van de RvC en vanaf 1 januari 2014 voorzitter van de RvC. In 2014 heeft
mevrouw M.L. van Kleef afscheid genomen als commissaris. De heer ir. C.J. Rameau is benoemd als commis-
saris voor een periode van vier jaar. Ook de heer ir. T.A. de Man, mevrouw ir. T. Menssen MBA en mevrouw drs.
M.C.J. Poulussen MSM zijn door de AV herbenoemd als commissaris voor een periode van vier jaar.
De laatst vastgestelde jaarrekening is die van 2013. De nettowinst over 2013 bedraagt € 39,3 miljoen. Het
eigen vermogen is gestegen als gevolg van de toevoeging van het resultaat over het boekjaar 2012 en de lagere
negatieve waarde van de renteswaps (derivaten) welke op de balans conform de IFRS-regels in mindering wordt
gebracht op het eigen vermogen. De solvabiliteit van Vitens is gestegen van 22,9% in 2012 naar 25,6 % in
2013, en realiseert daarmee de streefwaarde van minimaal 25%. Wij ontvingen in 2014 € 1 miljoen dividend
over het resultaat van 2013.
Vitens streeft ernaar de solvabiliteit verder te laten stijgen naar 30%. Zo kan zij makkelijker en goedkoper
leningen afsluiten ter financiering van haar investeringsprogramma over de komende jaren. Vitens verwacht deze
doelstelling in 2016 of 2017 te realiseren.
In december 2014 hebben de aandeelhouders het tarief voor 2015 vastgesteld. De drinkwatertarieven zijn voor
de gemiddelde klant gelijk gebleven ten opzichte van 2012.
Meer informatie www.vitens.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014182182
Wadinko N.V. (Zwolle)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Wadinko N.V. past binnen de kerntaak ‘Regionale Economie’ (prestatie 5.3.12).
De vennootschap heeft ten doel:
• Het deelnemen in en het directievoeren over andere ondernemingen die bij voorkeur werkzaam zijn in
de provincie Overijssel (waaronder bedrijven die werkzaam zijn op het gebied van kunststoffen en milieu-
technieken);
• Het bevorderen van werkgelegenheid in die provincie, één en ander in de ruimste zin.
Bij het nastreven van bovengenoemde doelen handelt Wadinko N.V. marktconform.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Provincie Overijssel (25,12%) en de gemeenten Borne, Dalfsen, Deventer, Dinkelland, Hardenberg, Hellendoorn,
Hof van Twente, Kampen, Losser, Meppel, Noordoostpolder, Olst – Wijhe, Ommen, Raalte, Rijssen – Holten,
Staphorst, Steenwijkerland, Tubbergen, Twenterand, Urk, Westerveld, Wierden, Zwartewaterland en Zwolle. Ons
belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: Y.J van Hijum).
Financieel belang Wij bezitten 600 van de 2.389 aandelen welke een boekwaarde van nihil vertegenwoordigen.
Bijzonderheden De laatst vastgestelde jaarrekening is die van 2013. Ultimo 2013 bedroeg de boekwaarde van de participatieporte-
feuille € 37,6 miljoen, werd voor € 9,2 miljoen nieuw geparticipeerd en aan leningen verstrekt, terwijl door wijziging
van belangen en aflossingen circa € 3,7 miljoen werd ontvangen. In 2013 heeft Wadinko haar participaties of lenin-
gen aan participaties afgewaardeerd met in totaal € 4,5 miljoen.
Het boekjaar 2013 is afgesloten met een positief nettoresultaat na belastingen van € 1,7 miljoen ten opzichte van
€ 6,3 miljoen in 2012. Het verschil is te verklaren door het resultaat wat in beide jaren is behaald bij vervreemding
van participaties. Van het resultaat wordt € 1,2 miljoen aan dividend (waarvan € 0,3 miljoen voor de provincie
Overijssel) uitbetaald conform het besluit van de AV (april 2013) om in de jaren 2013 tot en met 2017 dit bedrag aan
dividend uit te keren.
De Jaarrekening 2014 is nog niet vastgesteld. De directies van de Wadinko-participaties waren in hun voorspellingen
optimistisch over de omzet en groei in 2014, gesteund door goed gevulde orderportefeuilles. Het resultaat van Wa-
dinko zal in 2014 sterk worden bepaald door de gevolgen van mogelijke verkopen van belangen en noodzakelijke
afwaarderingen. Het resultaat over 2014 zal naar verwachting positief zijn.
Bij de bedrijven waarin Wadinko participeert werken begin 2013 1.890 mensen. Door de nieuwe participaties
(waaronder Tauw met 1.000 medewerkers) nam de werkgelegenheid toe met 1.026 arbeidsplaatsen. De autonome
werkgelegenheid bleef stabiel in 2013.
De nieuwe directeur (in dienst per 1/10/2014) krijgt een bezoldiging die exact paste binnen de op dat moment
geldende Wnt-norm (130% ministersalaris). Vanuit de provincie is ingebracht om de bezoldiging vast te stellen
conform de norm die geldt per 1 januari 2015: 100% van het ministersalaris. In de AV was hiervoor op dat moment
geen meerderheid van stemmen; men wilde niet vooruit lopen op een nog niet vastgestelde wet. De provincie stelde
daarop voor het bezoldigingsbeleid, in casu de wijze van afbouw naar 100% van het ministerssalaris, te agenderen
bij de eerstvolgende AV (voorjaar 2015). Dit voorstel is aangenomen.
Meer informatie www.wadinko.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 183183
Hoofdstuk 3Paragrafen
IPO (Interprovinciaal Overleg) (’s-Gravenhage)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifieke beleidsdoelstelling van een kerntaak in de begroting.
Het doel van de vereniging is:
• Het behartigen van de belangen van provincies;
• Het bieden van een platform voor uitwisseling van kennis en ervaringen;
• Het stimuleren en entameren van vernieuwingsprocessen binnen de provincies.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (vereniging, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen De 12 provincies
Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid Y.J. van Hijum
Provinciale Staten van iedere provincie wijzen uit hun midden twee personen aan ter vertegenwoordiging van
hun provincie in de algemene vergadering.
Financieel belang Garantstelling van € 600.000
Bijzonderheden Wij hadden eerder alleen een bestuurlijk en geen financieel belang in het IPO. Op 9 september 2014 hebben wij
ingestemd met het afgeven van een borgstelling ter hoogte van € 0,6 miljoen aan het IPO voor een lening van BNG,
ten behoeve van de overbrugging van de verhuizing naar en inrichting van nieuwe kantoorruimte van het IPO.
Kort daarop is de BBV-regelgeving aangescherpt: een garantstelling wordt gezien als een financieel belang. Onder de
nieuwe definitie is het IPO gedurende de looptijd van de garantstelling (tot 15 oktober 2024) een verbonden partij
geworden. Daarmee heeft de provincie, gedurende de looptijd van de garantstelling, ook een financieel belang in
het IPO. In deze periode is het IPO een verbonden partij. De garantstelling vervalt op 15 oktober 2024.
Provincie Noord-Brabant heeft een even grote garantstelling afgegeven. Aflossing en rente verloopt via de jaarlijkse
provinciale bijdragen aan het IPO. Bij een eventueel inroepen van de garantstelling wordt het effect voor Overijssel
verrekend met de IPO-bijdrage.
Meer informatie www.ipo.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014184184
Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V. / Beheer B.V. (Kampen)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij raakt de kerntaken ‘Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer’ (prestatie
4.4.1) en ‘Regionale Economie’ (prestatie 5.7.1).
De ontwikkeling van industriehaventerrein ‘Zuiderzeehaven’ in Kampen tot een duurzaam bedrijventerrein met
hoogwaardige voorzieningen, heeft tot doel het vestigings- en ondernemingsklimaat van Overijssel te versterken.
Bovendien draagt het bij aan het stimuleren van goederenvervoer over water, het faciliteren van het vrachtver-
keer over de weg en het beheersen van de doorgaande goederenstroom per spoor.
Juridische vorm Commanditaire vennootschap, waarbij Zuiderzeehaven Beheer B.V. optreedt als beherend vennoot. Beide zijn
privaatrechtelijke organisaties, waarbij de besloten vennootschap – in tegenstelling tot de C.V. – een rechtsper-
soonlijkheid is (Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen De besloten vennootschap is voor 50% in bezit van publiekrechtelijke organen (provincie Overijssel en de ge-
meenten Zwolle en Kampen) en voor 50% in bezit van drie marktpartijen; ieder (16 2/3%).
De commanditaire vennootschap is in bezit van dezelfde zes partijen, elk voor 16,46%, de beherend vennoot
bezit 1,25%.
Indirect bezitten de zes partijen via hun bezit van de B.V. 16 2/3% in de C.V. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders
(1e gemachtigde voor de provincie hierin: G.J. Kok).
Daarnaast is G.J. Kok ook de 1e vertegenwoordiger namens de provincie in de vergadering van Vennoten van de
Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V.
Financieel belang Wij nemen voor € 3.000 deel in het aandelenkapitaal van Zuiderzeehaven Beheer B.V.
Wij hebben € 0,2 miljoen als kapitaal ingebracht in Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V. Naast de
kapitaalinbreng hebben wij € 0,7 miljoen als achtergestelde, renteloze lening vertrekt aan de C.V.
Ten slotte hebben wij een subsidie (zogenoemde Tipp-subsidie) van totaal € 2,9 miljoen verstrekt aan de ge-
meente Kampen, die ten gunste is gebracht aan Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V. De eindwaarde
van de grondexploitatie per 1 januari 2014 bedraagt € 15,9 miljoen.
Bijzonderheden Het industrieterrein van de Zuiderzeehaven beslaat een oppervlakte van ongeveer 50 hectare, waar bedrijven in
milieucategorie één tot en met vijf zich kunnen vestigen. Het terrein kan kustvaarders tot 2.000 ton ontvangen,
wat mogelijkheden geeft voor de aan- en afvoer via het water.
Concreet zullen zich ongeveer 15 tot 20 bedrijven op het terrein van de haven vestigen.
In 2014 zijn – net als in 2013 - geen nieuwe kavels verkocht. Net als andere bedrijventerreinen heeft ook de
Zuiderzeehaven te maken met terughoudende ondernemers vanwege de crisis. De inkomsten uit verkoop van
het aandeel in een windproject bedragen € 0,9 miljoen.
Tot en met 2013 hebben zich dertien bedrijven gevestigd op ZZH. De totale omvang van de verkochte kavels is
36,8 ha (33,6 ha aan water en 3,2 ha ‘droog’). Er is nog 14,6 hectare beschikbaar ( 4,5 hectare aan water en
10,1 hectare ‘droog’).
In 2014 is op voorstel van de provincie mw. Van Antwerpen benoemd als opvolger van mw. Bodewes in de
functie van commissaris Zuiderzeehaven.
Meer informatie www.zuiderzeehaven.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 185185
Hoofdstuk 3Paragrafen
Openbaar lichaam RBT (Almelo)
Inhoudelijke omschrijving Het realiseren van een regionaal bedrijventerrein draagt bij aan de kerntaak ‘Regionale Economie’ (prestatie
5.3.12).
De betrokken partijen willen een regionaal grootschalig en duurzaam bedrijventerrein realiseren. De provincie
neemt deel in de ontwikkeling, exploitatie en beheer van dit bedrijventerrein.
Juridische vorm Publiekrechtelijke rechtspersoon
(Openbaar Lichaam, Wet gemeenschappelijke regelingen).
Partijen De provincie Overijssel, de gemeenten Almelo, Hengelo, Enschede (elk 23%) en de gemeente Borne (8%). Het
belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Dagelijks bestuur: I.A. Bakker (lid)
Algemeen bestuur: I.A. Bakker (lid) en Y.J van Hijum (lid)
Financieel belang De laatst vastgestelde grondexploitatie (grex) is die per 1-1-2014 ad € 15 miljoen (negatief, NCW). Onze inschatting
is dat de grex per 1-1-2015 € 25,6 miljoen (negatief, NCW) bedraagt (zie bijzonderheden). Dit is een verslechtering
van € 10,6 miljoen ten opzichte van de prognose per 1-1-2014. Wij delen 23% mee in het resultaat van het RBT,
waardoor ons verlies met € 2,44 miljoen toeneemt. Wij zien ons genoodzaakt om voorzichtigheidshalve, vooruitlo-
pend op de vaststelling van de grex in het Algemeen Bestuur, ons aandeel in het verwachte verlies alvast te doteren
aan de voorziening resultaten grondexploitaties. Daarmee is totaal per 31-12-2014 in de voorziening ‘resultaten
gebiedsexploitaties’ voor het RBT € 5,9 miljoen gedoteerd.
Bijzonderheden Het Openbaar lichaam RBT voert de handelsnaam XL Businesspark Twente. Van de netto 123 uitgeefbare hectare is
ultimo 2014 nog 109 hectare uitgeefbaar. Het was de intentie om twee beoogde afnemers een omgevingsvergun-
ning te verlenen, waarmee de geprognosticeerde uitgifte van 6 hectare per jaar gerealiseerd zou worden. Dit zal nu
in 2015 plaatsvinden. Eind 2014 is circa 80% van de gronden binnen het projectgebied in eigendom van RBT.
In 2014 is onafhankelijk onderzoek gedaan naar RBT / XL Businesspark. Dit onderzoek heeft geleid tot een herziening
van de plankosten en bijstelling van enkele parameters in de grondexploitatie (uitgifteprijs, kosten- en opbrengsten-
stijgingen en de rekenrente) die recht doen aan de hedendaagse situatie. Op basis van deze ontwikkelingen en de
ontwikkeling van de grondexploitatie de afgelopen jaren (ruim lager uitgiftetempo dan verwacht) schatten wij het
verlies op € 25,6 miljoen. Wij nemen daarover een minderheidsstandpunt in. De grondexploitatie per 1 januari 2015
wordt tezamen met de Begroting 2016 - ná bespreking van de provinciale jaarrekening in uw Staten - vastgesteld
door het Algemeen Bestuur van RBT (uiterlijk 1 augustus).
In Nederland worden forse afboekingen gedaan op grondexploitaties. Als partner in RBT (23% aandeel) is dit de
afgelopen jaren ook bij ons het geval geweest op de grondexploitatie van XL Businesspark. In de grondexploitatie
wordt uitgegaan van uitgifte van 6 hectare per jaar, wat door de jaren heen gemiddeld niet gehaald is. In de risico-
analyse bij de grondexploitatie van 1 januari 2014 is het uitgiftetempo als belangrijkste risico genoemd.
Meer informatie www.rbtwente.nl / www.xlbusinesspark.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014186186
Fonds nazorg gesloten stortplaatsen Overijssel (Nazorgfonds) (Zwolle)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij past binnen de kerntaak ‘Milieu en Energie’ (prestatie 2.3.8).
De Leemtewet (aanvulling Wet milieubeheer) waarborgt dat gesloten stortplaatsen geen of zo weinig mogelijk
gevolgen voor het milieu hebben. Op grond van deze wet is de provincie bestuurlijk en financieel verantwoorde-
lijk voor de nazorg van stortplaatsen waar na 1 september 1996 afvalstoffen zijn of worden gestort.
Juridische vorm Het fonds is opgericht door het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel (artikel 15.47, lid 1
Wm) en is een rechtspersoon bij wet (artikel 15.47, lid 3 Wm). De rechtspersoon is in 2014 ingeschreven in het
handelsregister van de Kamer van Koophandel.
Partijen Provincie Overijssel, N.V. ROVA en Twence B.V.
Bestuurlijke betrokkenheid Dagelijks bestuur: I.A. Bakker en G.J. Kok
Algemeen bestuur: voltallig College van Gedeputeerde Staten.
Bestuurlijk Overleg Nazorgfonds: I.A. Bakker en G.J. Kok, vertegenwoordiger van N.V. ROVA en vertegenwoordi-
ger van Twence B.V.
ROVA en Twence hebben in dit orgaan recht van inspraak, maar geen beslissingsbevoegdheid.
Financieel belang Om invulling te geven aan de verantwoordelijkheid van de Leemtewet bepaalt de wet (art. 15.44 Wm) dat
uw Staten een heffing instellen ter bestrijding van de kosten van de nazorgmaatregelen bij stortplaatsen waar
na 1 september 1996 nog afval gestort wordt. Deze heffing wordt bij belastingverordening opgelegd aan de
exploitanten van de stortplaatsen in Overijssel. Uw Staten hebben deze belastingverordening op 30 maart 1999
vastgesteld.
Wij zijn verplicht de opbrengsten van de heffing af te dragen aan het ‘Fonds nazorg gesloten stortplaatsen
Overijssel’.
Sinds enkele jaren is de bijbehorende tarieventabel buiten werking gesteld, omdat de omvang van het fonds en
de verwachte rendementen voldoende zijn om de vereiste doelvermogens te realiseren.
Bijzonderheden De Jaarrekening 2013 is de laatst vastgestelde jaarrekening; het eigen vermogen bedraagt ultimo 2013 € 10,8
miljoen.
In december 2013 is besloten om de vrijgevallen Nazorggelden binnen het Nazorgfonds stortplaatsen Overijssel
te laten beheren door Schretlen & Co N.V. uit Amsterdam (onderdeel van Rabobank). Door de lage rentestanden
in de afgelopen jaren is het gemiddelde rendement van 5,4% in 2010 gedaald naar 4,7% in 2013.
Naar het zich laat aanzien zullen de stortvolumes in 2015 blijven afnemen. Dit zal tot gevolg hebben dat de
stortlocaties langer open zullen blijven dan voorzien. Dit kan gevolgen hebben voor de opbouw van de vereiste
doelvermogens.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 187187
Hoofdstuk 3Paragrafen
Area Development Twente (ADT) (Enschede)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij past binnen de kerntaak Gebiedsontwikkelingen, prestatie 9.0.5, Gebiedsontwikkeling
Luchthaven Twente en omstreken alsmede de Omgevingsvisie.
De gemeenschappelijke regeling heeft een tweeledige missie:
• De economische structuur van Twente te versterken, in samenhang met Kennispark en Hart van Zuid in het
kader van de Innovatiedriehoek;
• De ontwikkeling van ecologie, waterhuishouding en landschap in een goede balans met duurzaamheid te
brengen.
Deze visie is uitgewerkt in een gebiedsontwikkeling die uw Staten en de Raad van de gemeente Enschede heb-
ben vastgesteld.
Juridische vorm Publiekrechtelijke rechtspersoon
(Openbaar Lichaam, Wet gemeenschappelijke regelingen).
De gemeenschappelijke regeling is op 23 november 2010 in werking getreden (Provinciaal blad nr.
PS/2010/864).
Partijen Provincie Overijssel en gemeente Enschede, ieder voor 50%. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Leden van het Algemeen Bestuur zijn: G.J. Kok, Y.J. van Hijum en E. Boerman.
Plaatsvervangende leden zijn: I.A. Bakker, W.H. Maij en de Commissaris van de Koning.
Financieel belang In de voorziening resultaten gebiedsexploitaties is voor ADT een bedrag van € 6,9 miljoen gestort voor:
• Het nadelige effect op de grondexploitatie ad € 5,9 miljoen;
• Te verwachten verplichtingen ad € 1 miljoen.
In ons Jaarverslag 2011 is een voorziening getroffen ad € 5,4 miljoen voor het afdekken van de nadelige effecten
in de grondexploitatie ADT. In 2012 is hierop een aanvulling gestort van € 0,2 miljoen en in 2013 en aanvulling
van € 0,3 miljoen.
Bijzonderheden In het voorjaar 2014 is duidelijk geworden dat de realisatie van een commerciële burgerluchthaven binnen de ge-
stelde kaders geen optie is voor dit gebied. Uw Staten hebben een Commissie van Wijzen aangesteld om een advies
te geven t.a.v. het vervolg van de gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. Dit advies - genaamd ‘Technology
Base Twente’ - is door uw Staten overgenomen (PS/2014/995). Provincie, gemeente Enschede en ADT kunnen daar-
mee, in samenwerking met de regio, werken aan een nieuw ontwikkelingsperspectief voor Twente en de voormalige
luchthaven. Noodzakelijke maatregelen t.b.v. de implementatie van het advies, zijn verder uitgewerkt in een Plan van
Aanpak dat in Q1 (2015) aan uw Staten wordt gepresenteerd.
Wij hebben de toekomstige EHS-hectares van ADT gekocht en ADT gevraagd de inrichting hiervan ter hand te
nemen en het ingericht aan de provincie over te dragen. De aanbesteding van de inrichting van de EHS is succesvol
afgerond en de inrichting ervan is gestart.
De woningbouwprojecten Prins Bernhardpark, Fokkerweg en Overmaat alsmede Zuidkamp (en de rest van ’t Vanec-
ker) zijn door ADT in de markt gezet. Het contract met betrekking tot de werkparken De Strip, Oostkamp en een
deel van Deventerpoort met exploitant van Eck is getekend, de gronden zijn verkocht.
De jaarlijkse actualisatie van de grex heeft plaatsgevonden en de afgesproken Voortgangsrapportages (inclusief jaar-
rekening) zijn aan uw Staten verstrekt.
Meer informatie www.adttwente.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014188188
Container terminal Hengelo (CTH) (Enschede)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij past binnen de kerntaak ‘Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer’ (pres-
tatie 4.4.8), alsmede de Omgevingsvisie.
De Stichting heeft het creëren, in stand houden en bevorderen van openbare voorzieningen ten behoeve van het
multimodaal transport in Twente ten doel.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (stichting en besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
In december 1999 hebben wij de stichting opgericht. Vervolgens is CTH Vastgoed B.V. opgericht, met de
stichting als enig aandeelhouder. Op 27 september 2012 is CTH Vastgoed B.V. middels een aandelenoverdracht
verkocht aan de aandeelhouders van Combi Terminal Twente B.V. De opbrengst van deze verkoop bedroeg
€ 2.245.818. De opbrengst van deze verkoop is nu het vermogen van de stichting.
Partijen De stichting heeft een bestuur.
Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurders van de stichting worden benoemd en ontslagen door het College van Gedeputeerde Staten (art. 3,
lid 3 van de statuten).
In het stichtingsbestuur hebben A.F.C.M. de Groen, G.G.E. Wolf en T. Bennink zitting.
Financieel belang De stichting heeft bij de oprichting van de Vastgoed B.V. 200 aandelen gekocht, elk nominaal € 100 (totaal
€ 20.000). De boekwaarde van het door ons aan de stichting verstrekte kapitaal is nihil. Bij aanvang is een
bijdrage in de vorm van subsidie aan de stichting verstrekt.
Bijzonderheden Op 5 november 2013 heeft de stichting zich, na onze instemming tegenover het Rijk garant gesteld voor een
bedrag van € 2 miljoen. Deze garantstelling kan worden ingeroepen indien de ten behoeve van de verbreding en
verdieping van de Twentekanalen aangevraagde Europese TEN-subsidie niet wordt verleend.
De verruiming van de Twentekanalen draagt rechtstreeks bij aan de stimulering van goederenvervoer over water en
met name aan de toegankelijkheid voor grotere schepen tot de havens van Twente waaronder de loswal in Almelo
bij XL Businesspark.
Daar waar er eerder sprake was van een mogelijk opheffing van de stichting heeft zij zich nu waardevol bewezen
in het inzetten van de door haar verkregen financiële middelen in een garantstelling voor de uitbreiding van de
Twentekanalen aan het Rijk. Na het aflopen van de huidige garantstelling zullen wij de rol, nut en noodzaak van de
stichting met haar bestuur bespreken. De garantstelling is aangegaan tot 31 december 2015.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 189189
Hoofdstuk 3Paragrafen
Enexis Holding N.V. (‘s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij past binnen de kerntaak ‘Milieu en Energie’ en draagt daarmee bij aan het beleidsdoel ‘Pro-
jecten mogelijk maken voor het opwekken van hernieuwbare energie, energiebesparing en energie-infrastructuur’
(prestatie 2.1.3).
Enexis beheert het energienetwerk in Noord-, Oost- en Zuid-Nederland voor de aansluiting van ongeveer 2,5 miljoen
huishoudens, bedrijven en overheden.
De vennootschap heeft ten doel:
• Het (doen) distribueren en het (doen) transporteren van energie.
• Het in stand houden, (doen) beheren, (doen) exploiteren en (doen) uitbreiden van distributie en transportnetten
met annexen voor energie.
• Het doen uitvoeren van alle taken die als gevolg van de Elektriciteitswet 1998 en de Gaswet zijn toebedeeld aan de
netbeheerder.
Het bedrijf zet zich actief in op duurzaamheid en innovatie, bijvoorbeeld door ontwikkeling van duurzame netten (o.a.
pilots smart grids, initiatieven voor decentrale opwekking, eigen bedrijfsvoering).
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2). Wettelijk is bepaald, dat alleen
publieke lichamen aandeelhouder van een netwerkbedrijf kunnen zijn.
Partijen Provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevoland (0,02%), Noord-Brabant (30,83%),
Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie Friesland. Het belang van provincie Over-
ijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: Y.T. van Hijum).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang Wij bezitten 27.998.953 aandelen welke een boekwaarde vertegenwoordigen van € 0,7 miljoen.
Daarnaast is sprake van een achtergestelde, niet opeisbare lening van € 39,3 miljoen. Ten slotte heeft Enexis een
lening van € 1,8 miljard opgenomen bij ‘Vordering op Enexis B.V.’ die in tien jaar afgelost wordt. Deze B.V. heeft die
gelden weer opgenomen bij de bij Enexis betrokken partijen, waaronder wij. Zie ook onder ‘Vordering op Enexis B.V´.
Bijzonderheden Enexis Holding N.V. opereert in een gereguleerde markt, onder toezicht van de Energiekamer. Toezichthouder Autoriteit
Consument en Markt (ACM) heeft begin 2014 de maximaal toegestane tarieven voor 2014-2016 vastgesteld. Enexis
geeft aan dat hierdoor de tarieven en het rendement van de onderneming onder druk komen te staan. Voor 2014 was
het voor Enexis nog mogelijk haar tarieven beperkter dan toegestaan te laten stijgen.
In 2014 is het Strategisch Plan Enexis vastgesteld door de aandeelhouders. Het plan behelst, naast betrouwbaarheid en
betaalbaarheid, ambities op het terrein van duurzaamheid.
Een aantal aandeelhoudende provincies heeft Enexis verzocht een verkenning naar de verhandelbaarheid van aandelen
te faciliteren. Deze verkenning heeft in 2014 niet geleid tot overdracht van aandelen. Wij ontvingen in 2014 € 22,4
miljoen dividend over het resultaat van 2013.
Bestuurlijk: dhr. P. Vermaat is benoemd tot voorzitter van de Raad van Bestuur als opvolger van dhr. J.J. Fennema.
Meer informatie www.enexis.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014190190
Attero Holding NV (Arnhem)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifieke beleidsdoelstelling van een kerntaak in de begroting.
De vennootschap heeft ten doel:
• Het deelnemen in vennootschappen die werkzaam zijn op het gebied van afvalverwijdering, -verwerking, recycling
/ verwerking.
• Het geschikt maken van afval tot producten voor hergebruik en energieopwekking.
Het bedrijf stelt zich in haar strategie op als ‘publieke dienstverlener’. Dit wil zeggen een bedrijf dat de activiteiten in
een marktgerichte omgeving uitvoert maar gelijktijdig haar klanten voor een substantieel deel bedient binnen de kring
van gemeenten in het noorden en zuiden.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (naamloze vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevoland
(0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie Friesland.
Voor wijziging belang zie onder ‘financieel belang’.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouders commissie.
Financieel belang Ons aandelenbezit is verkocht per 11 juni 2014.
Bijzonderheden In 2009 is een aantal onderdelen van Essent NV niet verkocht aan RWE AG. Eén van die onderdelen was Essent
Milieu, die naam is gewijzigd naar Attero. Bij het verkoopproces van Essent was het de bedoeling ook dit onderdeel
te verkopen, aangezien afvalverwerking niet als een provinciale (kern)taak wordt gezien. Omdat de verkoop toen niet
kon worden geëffectueerd, is destijds besloten Attero vooralsnog als zelfstandige deelneming aan te houden en met
verkoop te wachten tot een later moment (PS/2009/234).
Het besluit tot verkoop van onze aandelen in Attero heeft in 2014 plaatsgevonden. Uw Staten hebben in de vergade-
ring van 26 maart 2014 (PS/2014/146) ingestemd met dit voornemen. De aandelen zijn overgedragen aan Waterland
Private Equity Investments: ‘closing’ vond plaats op 11 juni 2014. Ons aandeel in de verkoopopbrengst bedroeg € 31,8
miljoen.
Meer informatie www.attero.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 191191
Hoofdstuk 3Paragrafen
Publiek Belang Elektriciteitsproductie B.V. (PBE) (’s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifieke beleidsdoelstelling van een kerntaak in de begroting. De
baten en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland. Het belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang Ons aandelenbezit vertegenwoordigt een boekwaarde van € 0,3 miljoen.
Bijzonderheden De afronding van de vervreemding van de aandelen aan RWE heeft plaatsgevonden ten gevolge van de minne-
lijke schikking die tussen de betrokken partijen in 2011 is bereikt rond het bestaande geschil rond EPZ, de exploi-
tant van onder meer de kerncentrale Borssele. Eind 2012 is tot de definitieve levering van de aandelen gekomen.
Aangezien de vennootschap hiermee haar reguliere activiteiten kan beëindigen is besloten voor PBE te voorzien
in een versimpelde governance structuur en kan PBE de zaken afwikkelen die uit de verkoop voortkomen.
Daarnaast is PBE verplichtingen aangegaan in het kader van het Convenant borging publiek belang kerncentrale
Borssele uit 2009. Deze verplichtingen nopen tot voortbestaan van PBE in afgeslankte vorm. Hiermee is een
termijn gemoeid van acht jaar na verkoop.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014192192
Verkoop Vennootschap B.V. (’s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifiek beleidsdoel van een kerntaak in de begroting. De baten
en lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.
De vennootschap heeft tot doel:
• Het overnemen van vrijwel alle garanties van de verkopende aandeelhouders aan RWE AG in de verkoopover-
eenkomst.
• Het voeren van eventuele garantieclaimprocedures tegen RWE AG.
• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders met betrekking tot het geven van instructies aan
de escrow-agent die het beheer van het fonds verzorgt.
De Vennootschap heeft louter tot doel de financiële afwikkeling van de transactie Essent-RWE adequaat af te
handelen.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland. Het belang van provincie Overijssel is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang De boekwaarde van de deelneming en onze vorderingen op haar is nihil.
Ultimo 2014 hebben wij een vordering op deze deelneming van € 82,8 miljoen (ons aandeel in de resterende es-
crow). Voor dit bedrag is een voorziening getroffen.
Bijzonderheden Gezien de omvang van de bedragen die met de afwikkeling van de verkoop van Essent zijn gemoeid, is het van
belang dat de aandeelhouders hun belangen adequaat vertegenwoordigen.
De looptijd van deze vennootschap is afhankelijk van de periode dat claims onder de escrow kunnen worden inge-
diend en afgewikkeld. Welk deel van de resterende € 440 miljoen in de toekomst eventueel zou kunnen vrijvallen is
onzeker. Voor wat betreft de Nederlandse vennootschapsbelasting zijn alle aanslagen binnen. Het gesprek met de
Belastingdienst hierover is nog altijd gaande.
Naast deze mogelijke belastingclaims spelen nog andere claims. Het management van Verkoop Vennootschap B.V.
heeft bij de laatste vastgestelde jaarrekening (2013) een inschatting gemaakt van de benodigde voorziening ultimo
2013. De stand per 31 december 2013 van deze voorziening is € 97,3 miljoen.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 193193
Hoofdstuk 3Paragrafen
CBL Vennootschap B.V. (’s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifiek beleidsdoel van een kerntaak in de begroting. De baten en
lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.
De vennootschap heeft tot doel:
• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders ter dekking van eventuele aansprakelijkheid bij het
afkopen van de cross border leases (CBL’s).
• Het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders met betrekking tot het geven van instructies aan de
escrow-agent waar het fonds wordt aangehouden.
Ook hier strekt het doel van de Vennootschap niet verder dan de transactie Essent-RWE zorgvuldig af te wikkelen.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang De boekwaarde van de deelneming is nihil.
Eind juni 2011 zijn alle CBL-contracten vervroegd beëindigd. Het vermogen in het CBL Escrow Fonds was initieel
$ 250 miljoen. Na aftrek van het bedrag dat nodig was voor de voortijdige beëindiging van de CBL-contracten
resteerde een bedrag van $ 20 miljoen. Besloten is dit bedrag aan te houden om eventuele advies- en andere
afwikkelingskosten te kunnen opvangen.
Na aftrek van de advies- en afwikkelingskosten zal een groot deel worden uitbetaald in de verhouding van
50%-50% RWE en verkopende aandeelhouders. Hierna kan het fonds geliquideerd worden.
Bijzonderheden -
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014194194
Vordering Enexis B.V. (’s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt inhoudelijk niet bij aan een specifiek beleidsdoel. De verbonden partij fungeert
slechts als een administratief doorgeefluik tussen Enexis en haar aandeelhouders en hangt daarom onder de-
zelfde kerntaak en hetzelfde beleidsdoel als Enexis: ‘Projecten mogelijk maken voor het opwekken van hernieuw-
bare energie, energiebesparing en energie-infrastructuur’ (beleidsdoel 2.1).
De vennootschap heeft ten doel het vertegenwoordigen van de verkopende aandeelhouders bij het beheer en
de uitoefening van rechten en verplichtingen op grond van de vordering op Enexis Holding NV en de daaraan
verbonden back-to-backleningen van de verkopende aandeelhouders.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang Ons aandelenbezit vertegenwoordigt een boekwaarde van € 19.000.
Ultimo 2014 hebben wij een vordering op deze deelneming van € 159 miljoen. In januari 2012 heeft eerste aflossing
plaatsgevonden van € 84,2 miljoen en een tweede eind 2013 van € 93,5 miljoen. De resterende twee aflossingen
worden tot 2019 voorzien. Een bedrag van € 65,5 miljoen is onder voorwaarden converteerbaar in aandelen Enexis
Holding N.V.
Bijzonderheden Voor een eenvoudigere coördinatie en beheersbaarheid van de belangen van 126 aandeelhouders is ervoor gekozen
deze vennootschap tijdelijk op te zetten. De looptijd van de vennootschap is afhankelijk van het tempo van aflos-
sing en/of herfinanciering van de oorspronkelijk vier tranches van de lening die in totaal € 1,8 miljard bedroeg bij
aanvang.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 195195
Hoofdstuk 3Paragrafen
CSV Amsterdam B.V. (voorheen Claim Staat Vennootschap B.V. (’s Hertogenbosch))
Inhoudelijke omschrijving Deze verbonden partij draagt niet bij aan een specifiek beleidsdoel van een kerntaak in de begroting. De baten en
lasten worden verantwoord onder de algemene dekkingsmiddelen en financiering.
Deze tijdelijke vennootschap is opgericht ten behoeve van de coördinatie en beheersbaarheid van de belangen van
126 oud-aandeelhouders. De looptijd van de vennootschap is afhankelijk van het verloop van de procedure tegen de
Staat der Nederlanden.
De vennootschap vertegenwoordigt de verkopende aandeelhouders bij het beheer en de uitoefening van rechten en
verplichtingen op grond van een eventuele vergoeding (als gevolg van de procedure tegen de Staat der Nederlan-
den) van de schade aan de verkopende aandeelhouders als gevolg van de splitsingswetgeving tussen het commerci-
ele en het netwerkbedrijf.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (besloten vennootschap, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland. Ons belang is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders (1e gemachtigde voor de provincie hierin: I.A. Bakker).
Verder hebben wij een vaste zetel in de Aandeelhouderscommissie.
Financieel belang Ons aandelenbezit vertegenwoordigt een boekwaarde van € 19.000.
Bijzonderheden Het Gerechtshof Den Haag heeft Delta, Eneco en Essent al in 2010 in het gelijk gesteld en het zogenaamde groeps-
verbod en het verbod op nevenactiviteiten onverbindend verklaard. De Staat is tegen de arresten van het Gerechts-
hof vervolgens in cassatie gegaan. De Hoge Raad heeft inmiddels besloten alvorens tot een vonnis te komen een
uitleg van het Europese Recht aan het Hof van Justitie van de Europese Unie te vragen.
Het Hof van Justitie heeft begin 2013 geoordeeld, dat de zogenaamde Splitsingswet niet in strijd is met het Europese
Recht. Eind oktober 2014 heeft de Advocaat-Generaal de Hoge Raad geadviseerd tot vernietiging van het arrest Hof
Den Haag (oordeel: geen splitsing) en bekrachtiging van het vonnis Rechtbank Den Haag (oordeel: wel splitsing). Het
is nog niet helemaal zeker wat de Hoge Raad met dit advies c.q. oordeel in haar eigen bevindingen gaat doen. De
uitspraak van de Hoge Raad stond voor 9 januari 2015 op de rol, maar is uitgesteld. De uitspraak zal waarschijnlijk
medio 2015 plaatsvinden.
Mocht de Wet onafhankelijk netbeheer (Won) in cassatie alsnog onverbindend worden verklaard, dan zal Claim Staat
Vennootschap besluiten of een schadeprocedure tegen de Staat gestart kan worden.
De garantie- en aansprakelijkheidsbedragen vanuit de verkoop van Attero d.d. 27 mei 2014 worden gereserveerd
op een geblokkeerde rekening (escrow). Deze escrow ter grootte € 13,5 miljoen in het eerste jaar - daarna verlaagd
met € 9,5 miljoen voor nog eens vier jaar - is ondergebracht bij Claim Staat Vennootschap. Hiervoor zijn de statuten
aangepast om ook deze activiteit hier onder te brengen.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014196196
Stichting Essent Sustainability Development (Stichting Duurzaamheid) (‘s Hertogenbosch)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Stichting Duurzaamheid past binnen de provinciale kerntaak ’Milieu en Energie’.
Bij de verkoop van Essent aan RWE in 2009 is een clausule opgenomen in de verkoopovereenkomst, de zogenaamde
Duurzaamheidsovereenkomst die de verwerving, levering en productie van energie (goede balans van beschikbaar-
heid, duurzaamheid en betaalbaarheid) na de verkoop moet borgen.
Onderdeel van de Duurzaamheidsovereenkomst is het Ontwikkelingsplan 2009 - 2013 met doelstellingen opgeno-
men op het gebied van innovatie en energieopwekking. De Stichting Duurzaamheid houdt namens de voormalige
aandeelhouders van Essent toezicht op de voortgang van dit ontwikkelingsplan.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (stichting, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Voormalig aandeelhouders Essent (provincies Groningen (6,01%), Drenthe (2,28%), Overijssel (18,71%), Flevo-
land (0,02%), Noord-Brabant (30,83%), Limburg (16,13%) en 121 gemeenten in deze provincies en de provincie
Friesland.
Bestuurlijke betrokkenheid Tot aan opheffing: I.A. Bakker (lid Board).
Tot aan opheffing: Th. Rietkerk (lid Council).
Financieel belang N.v.t.
Bijzonderheden De Duurzaamheidsovereenkomst waar de stichting op toeziet eindigde per 31 december 2013. De door Essent
opgeleverde eindrapportage is door de Council en de Board beoordeeld. Het oordeel van de Board is, samen met de
eindrapportage, in april 2014 aan uw Staten voorgelegd.
De Verkopersraad (oud-aandeelhouders Essent) heeft - onder uitspreken van teleurstelling over het bereikte eindre-
sultaat - besloten de stichting op 31 oktober 2014 op te heffen.
Meer informatie -
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 197197
Hoofdstuk 3Paragrafen
Energiefonds Overijssel (Zwolle)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Energiefonds Overijssel B.V. past binnen de provinciale kerntaak ‘Milieu en Energie’ (prestatie
2.1.2) en draagt bij aan de provinciale doelstelling om in 2020 20% van de totale energiebehoefte te halen uit
hernieuwbare energie.
Energiefonds Overijssel richt zich op ondernemers, woningcorporaties en andere maatschappelijke organisaties. Het
fonds ter grootte van € 250 miljoen betreft: € 100 miljoen woningcorporaties, € 125 miljoen projecten, ondernemin-
gen, organisaties en € 25 miljoen hoogwaardige technologische innovatie. Het fonds (co-)financiert projecten op het
gebied van energiebesparing en de productie van hernieuwbare energie middels participaties, leningen en garanties.
Het fonds beoogt een maatschappelijk rendement van:
• Jaarlijks 4.500 tot 14.000 Terajoule energie uit duurzame energiebronnen en energiebesparing.
• Energiemaatregelen bij 6.500 huurwoningen.
• 1.000 mensjaren werk en 150 tot 300 structurele arbeidsplaatsen.
Juridische vorm Energiefonds Overijssel bestaat uit twee B.V.’s.:
• Energiefonds Overijssel I B.V. voor het deelnemen in participaties.
• Energiefonds Overijssel II B.V. (100% dochter van Energiefonds Overijssel I B.V.) voor het verstrekken van
geldleningen en garanties.
Beiden zijn privaatrechtelijke organisaties (besloten vennootschappen, Burgerlijk wetboek, boek 2) met een Raad
van Commissarissen, een Fondsbeheerder en een Adviescommissie.
Partijen Ons belang bedraagt 100% en is in 2014 niet gewijzigd.
Bestuurlijke betrokkenheid Stemrecht in de Algemene Vergadering (1e gemachtigde voor de provincie hierin: Y.J van Hijum).
Financieel belang Ons aandelenbezit vertegenwoordigt ultimo 2014 een boekwaarde van € 100.
Wij staan garant voor het door Energiefonds Overijssel aan te trekken werkkapitaal tot maximaal € 12 miljoen,
vermeerderd met 10% vanwege rente en kosten.
Alle bijdragen vanuit het fonds worden terugbetaald of terugverdiend. Het fonds beoogt een (netto) financieel
rendement van 2% te realiseren.
Bijzonderheden Vanuit Energiefonds Overijssel is ultimo 2014 aan 21 ondernemingen en woningcorporaties een bijdrage toege-
zegd voor een bedrag van in totaal € 87,3 miljoen. Het hiermee gerealiseerde maatschappelijk rendement is 998
TeraJoule - wat overeenkomt met het energieverbruik van 12.900 huishoudens – en 1.140 arbeidsplaatsen, waarvan
35 structureel.
Op 3 juli 2014 is een tweede tranche (€ 35 miljoen) financieringen opengesteld voor verduurzaming van de woning-
voorraad van Overijsselse woningcorporaties. In december 2014 zijn hieruit - op de valreep – reeds twee leningen
toegekend.
Energiefonds Overijssel is in 2014 tussentijds geëvalueerd. De belangrijkste conclusie is dat zowel de kaders als de
organisatie zorgvuldig, gedegen en evenwichtig zijn vormgegeven. Er zijn verbeterpunten geïnventariseerd om de
jonge organisatie door te laten groeien naar de fase van volwassenheid. In 2015 zal hieraan nader uitvoering worden
gegeven. De uitkomsten van de evaluatie zijn in oktober 2014 met uw Staten gedeeld (PS/2014/849).
Meer informatie www.energiefondsoverijssel.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014198198
Stichting Groen Gas Nederland (Leeuwarden)
Inhoudelijke omschrijving De verbonden partij Stichting Groen Gas Nederland past binnen de provinciale kerntaak ‘Milieu en Energie’ (prestatie
2.1.1).
De stichting heeft tot doel de expertise van markt-, kennis- en overheidspartijen op het gebied van groen gas te bun-
delen en te ontsluiten. Groen Gas Nederland biedt ondersteuning aan projecten ten aanzien van de productie van
groen gas. Het werkpakket van de stichting is uitgebreid met projecten voor de afzet van groen gas in de mobiliteit.
Juridische vorm Privaatrechtelijke organisatie (stichting, Burgerlijk wetboek, boek 2).
Partijen Provincie Friesland (gezamenlijk met gemeente Leeuwarden), Netbeheer Nederland, Gasunie, Gasterra , Eneco,
Essent, LTO Noord, provincie Overijssel en provincie Gelderland.
Mede door uitbreiding van het werkpakket zijn recent toegetreden: Provincie Drenthe, Provincie Groningen,
provincie Noord-Holland, Stadsgewest Haaglanden, Stadsregio Arnhem-Nijmegen.
Bestuurlijke betrokkenheid Bestuurslid: Y.J. van Hijum.
Financieel belang Bijdrage € 100.000 (voor 2012 en 2013) + extra bijdrage € 25.000 voor verlenging van de looptijd tot 2014.
Bijdrage € 110.000,- voor 2015 en 2016, waarbinnen € 60.000,- bestemd is voor de afzet van groen gas in de
mobiliteit.
Bijzonderheden In 2014 is het werkpakket van de stichting uitgebreid met projecten en deelnemende partijen voor de afzet van
groen gas in de mobiliteit (samenwerkingsproject Groen Gas in de Mobiliteit). Hiermee krijgt de stichting een impuls
die past bij de toenemende rol van groen gas in de mobiliteit. Deze visie sluit aan bij de Routekaart Hernieuwbaar
Gas en de Duurzame Brandstoffenvisie van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
De looptijd van de stichting is verlengd tot eind 2016.
Meer informatie www:groengas.nl
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 199199
Hoofdstuk 3Paragrafen
3.7 Grondbeleid
Deze paragraaf betreft de samenvatting van de Meerjaren Investeringsprognose Grondbeleid
(MIG) over 2014.
Kaders voor de uitvoering van het grondbeleid
In de nota Grondbeleid zijn de kaders voor de uitvoering van ons grondbeleid beschreven. Het
voeren van grondbeleid staat ten dienst van programma’s en projecten voor de realisatie van
onze provinciale doelen.
De belangrijkste punten uit de nota Grondbeleid zijn:
• Het grondbeleid is een middel voor de realisatie van verschillende provinciale doelen, pro-
gramma’s en projecten. De inzet van instrumenten is maatwerk en wordt per ruimtelijke
opgave bepaald.
• Het streven is niet meer gronden in eigendom te hebben dan nodig is voor de provinciale
opgave.
• Bepaling van de verwervingsstrategie voor de EHS / N2000 verloopt via de interventieladder
van particuliere realisatie, minnelijke schadeloosstelling tot de uiterste stap van onteigening.
• Beleid is geformuleerd voor de ruiling van (nog te verwerven) provinciale gronden binnen de
begrenzing van de EHS. Daarnaast is een 1-op-1 uitgifte van natuurgrond onder bepaalde
voorwaarden mogelijk, bijvoorbeeld bij grenscorrecties en bijna omsloten percelen.
• Er vindt nader onderzoek plaats naar vormen van uitgifte (op termijn) van (ingerichte) na-
tuurgronden binnen de EHS en landbouwgronden met beperkingen, waarbij de kosten en de
kwaliteit van het eindbeheer in balans zijn.
• Het toepassen van het geformuleerde beleid voor de uitgifte van provinciale gronden buiten
de begrenzing van de EHS, de zogenaamde grond-voor-grondgronden.
• Het instrument pacht-koop is toegevoegd voor gronden die hun eindbestemming hebben
bereikt. Dit betekent dat een agrariër langjarig gepachte grond gefaseerd kan kopen.
• Verschillende vormen van tijdelijk beheer zijn mogelijk met betrekking tot de provinciale gron-
den die hun einddoel of eindgebruiker nog niet hebben bereikt.
• Het voeren van een minimaal sluitende exploitatie voor tijdelijk beheer waarin alle kosten en
opbrengsten worden gesaldeerd.
De belangrijkste punten die relatie hebben met het toepassen van de Algemene Reserve Grond
(ARG) zijn:
• Verantwoording van het provinciaal grondbezit conform BBV (Besluit begroting en verant-
woording provincies en gemeenten).
• Toepassing van een voorziening grondbezit.
• Jaarlijkse bepaling van de stand van de ARG en eventuele aanvulling bij de jaarrekening via
een voorstel resultaatbestemming.
Wij kunnen zowel een actief als een faciliterend en passief grondbeleid voeren. De keuze hangt
mede af van de rol die wij kiezen in een ontwikkeling. Ook de risico’s en de vrijheid in locatiekeu-
ze voor het bereiken van het doel spelen hierbij een rol. De keuze voor de in te zetten instrumen-
ten en het moment waarop deze ingezet worden, hangt mede af van de rol die wij willen spelen
in een ontwikkeling of programma.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014200200
Project Verwerving en schadeloosstelling Vervreemding Tijdelijk beheer
ADT (gronden voor
realisatie EHS)
Geen activiteiten in 2014. Geen activiteiten in 2014. -
IJsseldelta-Zuid In 2014 is na de laatste schriftelijke bie-
dingsronde uit 2013 met nog een aantal
grondeigenaren minnelijk overeenstem-
ming bereikt.
Voor de resterende percelen hebben
wij aan de Kroon verzocht om deze ter
onteigening aan te wijzen. Dit verzoek is
ingewilligd middels een Koninklijk Besluit
(KB) d.d. 27-10-2014. Het KB ziet op
eigendommen van nog 8 partijen, waarvan
inmiddels met 1 alsnog minnelijke overeen-
stemming is bereikt.
De gerechtelijke fase van de onteigening is
inmiddels opgestart.
In 2014 zijn de aktes gepasseerd tussen ons en de
gemeente Kampen. Beide partijen hadden gronden
in haar bezit die binnen het plangebied van de
andere partij lag. Wij hebben ca. 58 ha verkocht
aan de gemeente en ca. 126 ha aangekocht van de
gemeente.
Daarnaast hebben wij via de gemeente nog 47 ha
aangekocht van een consortium.
Op enkele hectares na is in oktober het volledige
bezit binnen IJsseldelta-Zuid juridisch aan ons
overgedragen van Bureau Beheer Landbouwgron-
den (BBL).
De gronden en opstallen zijn tot
eind 2014 door Dienst Landelijk
Gebied (DLG) tijdelijk beheerd en
zijn vanaf 1-1-2015 onderdeel
van onze exploitatie voor tijdelijk
beheer.
Ruimte voor de Vecht In 2014 zijn gronden gekocht van parti-
culieren en van BBL. Het betrof minnelijke
verwerving.
In 2014 is een verkoopovereenkomst onderte-
kend waarbij een deel van de gronden binnen het
project, die na inrichting een nevengeul worden,
worden verkocht aan Landgoed Vilsteren en Wa-
terschap Groot Salland. De akte zal medio februari
2015 passeren.
De gronden die zijn aangekocht
van de particulieren kennen nog
een voortgezet gebruik. De gron-
den die zijn aangekocht van BBL
zijn onderdeel van onze exploitatie
voor tijdelijk beheer.
Revolving fund Via minnelijke weg zijn binnen de
aangewezen gebieden enkele hectares
verworven.
Via een grote kavelruil, inbreng in de akte van
toedeling Losser-Zuid en enkele losse verkopen, is
in 2014 een forse hoeveelheid grond verkocht. Op
enkele hectares na is in oktober het volledige bezit
binnen revolving fund juridisch aan ons overgedra-
gen van BBL.
De gronden en opstallen zijn
tot eind 2014 door DLG tijdelijk
beheerd en zijn vanaf 1-1-2015
onderdeel van onze exploitatie
voor tijdelijk beheer.
ILG-gronden De ILG-gronden zijn gekoppeld aan rea-
lisatie van de EHS. Daartoe gold in 2014
nog een “netto” aankoopstop. Via enkele
ruilingen, een kavelruil en een viertal aktes
van toedeling (WILG en LI-wet) zijn nieuwe
gronden aangekocht. De gronden zijn
veelal gelegen binnen de begrenzing van
de EHS.
Voor EHS-realisatie gold in 2014 nog een verkoop-
stop. Via enkele kavelruilen, inbreng in een aantal
aktes van toedeling (WILG en LI-wet) en diverse
door Gedeputeerde Staten gefiatteerde losse
verkopen is in 2014 een forse hoeveelheid grond
verkocht. Op de hectares na die conform vaststel-
lingsovereenkomst juridisch op naam van BBL moe-
ten blijven staan (minimaal 1.409 ha) is in oktober
het overige bezit binnen de ILG-gronden juridisch
van BBL aan ons overgedragen (ca. 2.100 ha incl.
ha’s van Revolving Fund en IJsseldelta-Zuid).
Tijdelijk beheer van alle ILG-bezit-
tingen vond in 2014 plaats via
DLG / BBL en vormen nu onder-
deel van ons tijdelijk beheer.
De uitvoering van het Grondbeleid: inzet van instrumenten
In 2014 zijn de volgende grondbeleidsinstrumenten ingezet ten behoeve van verschillende projecten
en programma’s:
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 201201
Hoofdstuk 3Paragrafen
Project Verwerving en schadeloosstelling Vervreemding Tijdelijk beheer
Regeling Aankoop
Gronden Overijssel
(RAGO) in het kader
van EHS
In 2014 zijn diverse gronden aangekocht
met behulp van de RAGO-regeling op basis
van passieve minnelijke verwerving.
Voor de RAGO is vooralsnog geen sprake van
vervreemding.
De gekochte gronden zijn voor
een deel in voortgezet gebruik
bij de vorige eigenaar en worden
voor een deel verpacht als onder-
deel van ons tijdelijk beheer.
N34, N331 en N342
en N343
In 2014 zijn voor deze infrastructurele
projecten gronden aangekocht onder het
tracé, de zogenaamde projectgronden.
Het betrof hier minnelijke verwervingen
en verwerving op basis van een minnelijke
kavelruil.
Geen activiteiten in 2014. Al de aangekochte gronden en
opstallen worden tijdelijk door
ons beheerd. Het kan gaan om
voortgezet gebruik door de
vorige eigenaar, anti-kraakbewo-
ning, pacht of verhuur op basis
van de leegstandswet. Het tijde-
lijk beheer is kort lopend. Per jaar
wordt bekeken of gronden nodig
zijn voor het project of wellicht
kunnen worden verkocht.
N 340 In 2014 is een aantal aankopen gedaan
waarbij deels schadeloosstelling is betaald.
Het betrof hier aankopen ter voorkoming
van onteigening.
De onteigening voor het gedeelte van
de A28 tot en met de spoorlijn loopt. De
hoorzitting heeft plaatsgevonden. Aan de
Kroon is verzocht om de gronden tussen
knooppunt A28 en de spoorlijn Zwolle-
Meppel ter onteigening aan te wijzen.
Hiertoe heeft een ontwerp-KB ter inzage
gelegen. Een KB wordt uiterlijk 18 mei
2015 verwacht. Voor het gedeelte vanaf
het spoor tot aan de Ankummerdijk zijn de
onderhandelingen weer opgestart. Begin
2015 worden de officiële biedingen ge-
daan. Voor het overige tracé geldt dat nog
niet duidelijk is welke grond nodig is. Deze
dossiers staan tot nader order “on hold”.
In 2014 is een aantal percelen die zijn aange-
kocht als ruilgrond vanwege overtolligheid weer
verkocht.
Al de aangekochte gronden en
opstallen worden tijdelijk door
ons beheerd. Het kan gaan om
voortgezet gebruik door de
vorige eigenaar, anti-kraakbewo-
ning, pacht of verhuur op basis
van de leegstandswet. Het tijde-
lijk beheer is kort lopend. Per jaar
wordt bekeken of gronden nodig
zijn voor het project of wellicht
kunnen worden verkocht.
N348 Voor de N348 is een woning met tuin en
extra grond verworven op minnelijke basis.
De extra grond ligt buiten het tracé en kan
dienen als ruilgrond.
Voor de N348 is vooralsnog geen sprake van
vervreemding.
Voor de N348 is de verworven
woning + tuin in voortgezet
gebruik gegeven als onderdeel
van ons het tijdelijk beheer.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014202202
De verantwoording van het grondbezit
In deze paragraaf worden de gronden verantwoord die (economisch) in ons eigendom zijn. Het
betreft hier gronden die op onze naam staan en de gronden waarvan BBL nog juridisch eigenaar is.
Gronden in bezit voor de volgende projecten:
• ADT (gronden voor realisatie EHS)
• IJsseldelta-Zuid
• Ruimte voor de Vecht
• Revolving fund t.b.v. landbouwstructuurversterking
• ILG-gronden t.b.v. realisatie natuuropgave
• RAGO-gronden t.b.v. realisatie natuuropgave
• N34
• N331
• N340
• N342
• N343
• N348
• Overig grondbezit
Eind 2013 is tussen Rijk (BBL) en provincie op basis van decentralisatieafspraken een vaststel-
lingsovereenkomst gesloten inzake de ILG-gronden. Voortvloeiende daaruit heeft op 29 oktober
2014 een omvangrijke levering van juridisch eigendom plaatsgevonden van BBL aan ons. Totaal
is ca. 2.100 ha gronden en opstallen over gegaan en nu volledig ons eigendom. Dit betreft de
volgende gronden:
• Gronden en opstallen die zijn aangekocht voor de realisatie van de natuuropgave (ILG-gronden).
• Gronden en opstallen die zijn aangekocht ten behoeve van de landbouwstructuurversterking
(Revolving Fund-gronden).
• Gronden die zijn aangekocht ten behoeve van de IJsseldelta-Zuid.
Het resterende deel van de ILG-gronden, ca. 1.450 ha, staat nog op naam van BBL en betreft eco-
nomisch eigendom van de provincie (stand 31 december 2014). In de vaststellingsovereenkomst met
het Rijk van eind 2013 is opgenomen dat minimaal 1.409 ha voorlopig op naam van BBL moet blij-
ven staan. Deze gronden worden in gelijke tranches over vier jaren juridisch aan ons overgedragen.
De eerste trance vindt plaats in 2016. In februari 2015 vindt nog een aanvullende levering plaats van
BBL aan ons met betrekking tot:
• (Resterende) gronden en opstallen die zijn aangekocht ten behoeve van IJsseldelta-Zuid en
Ruimte voor de Vecht.
• Resterende gronden en opstallen die zijn aangekocht voor de realisatie van de natuuropgave
(ILG-gronden).
• Resterende gronden die zijn aangekocht ten behoeve van de landbouwstructuurversterking
(RF-gronden).
P8 is het eigendomsregistratiesysteem waarin ons grondbezit geadministreerd is. Alle grondbezit
en grondtransacties en contracten ten behoeve van tijdelijk beheer worden in dit systeem verwerkt.
De analyse leidt tot een totaaloverzicht van het grondbezit per kadastraal perceel, opgesplitst naar
gronden gelegen onder het tracé (projectgrond) of daarbuiten (ruilgrond) en o.a. de boek- en taxa-
tiewaarde.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 203203
Hoofdstuk 3Paragrafen
Projectgronden
Wij hebben circa 1.689 ha grond in bezit voor verschillende projecten. Deze gronden liggen
“binnen het tracé”. Dat wil zeggen dat deze gronden ingezet worden voor de realisatie van het
project. De boekwaarde van deze gronden voor de infra-projecten is afgewaardeerd naar € 0
omdat gronden onder infra-tracés geen waarde hebben.
De 362 ha ILG-gronden, als onderdeel van de totale 1.689 ha, zijn gronden binnen de begren-
zing van de EHS. Deze gronden hebben wel een boekwaarde aangezien deze vervreemd kunnen
worden tegen natuurwaarde. Dit geldt ook voor de 16 ha RAGO-gronden en 138 ha gronden die
gekocht zijn van ADT ten behoeve van de natuurrealisatie.
Gronden op de balans (geactiveerde gronden)
Er zijn 304 ha ruilgronden aangekocht voor de IJsseldelta-Zuid, de N340, de N343, de N348
en de N34 en geactiveerd op de balans. Deze gronden hebben een boekwaarde van in totaal
€ 24.845.000. Ook de 362 ha ILG-gronden die zijn aangekocht voor natuurrealisatie binnen de
begrenzing van de EHS hebben een boekwaarde en zijn geactiveerd op de balans tegen natuur-
waarde. Dit geldt voor de gronden die zijn aangekocht van ADT, de Revolving Fund-gronden en
de RAGO-gronden. De boekwaarde van deze gronden is € 51.733.000. In totaal is de boekwaar-
de van alle op de balans geactiveerde gronden € 76.716.000.
De taxatiewaarde van deze percelen is hoger dan of gelijk aan de boekwaarde. De verklaring
hiervan is dat de provincie geen gronden aankoopt voor een bedrag hoger dan de taxatiewaar-
de. Indien een schadeloosstelling betaald wordt, wordt deze direct afgeboekt ten laste van het
programma- of projectbudget. Omdat de boekwaarde gelijk is aan de taxatiewaarde hoeft er
geen voorziening getroffen te worden ten behoeve van ons grondbezit.
Voor de Revolving Fund-gronden geldt dat het Revolving Fund neutraal moet opereren. Dat wil
zeggen dat de aangekochte gronden en vastgoed verkocht moeten worden tegen boekwaarde
of hoger. Met de juridische overdracht van de Revolving Fund-gronden tegen boekwaarde, wordt
dit jaar voor het eerst de boekwaarde vergeleken met de marktwaarde. De marktwaarde is ge-
baseerd op de grondprijsmonitor van de DLG. Conform de BBV mogen positieve verschillen (de
boekwaarde is lager dan de marktwaarde) niet gesaldeerd worden met de negatieve verschillen
(de boekwaarde is hoger dan de marktwaarde). Daarom moet een voorziening getroffen worden
van € 344.000 voor dit verschil. Deze voorziening is gedekt uit de ADR (Algemene dekkingsre-
serve), waarmee aangegeven wordt dat het risico over het grondbezit van het revolving fund niet
is opgenomen in de ARG.
Verspreid liggende gronden (niet geactiveerd op de balans)
Het totale oppervlak van de gronden die niet hun bestemming bereikt hebben en geen boek-
waarde hebben, is circa 2.477 ha. De boekwaarde van deze gronden is € 0 vandaar dat ze niet
geactiveerd zijn op de balans. Ook zijn dit gronden die in het verleden zijn aangekocht en toen
ook direct zijn afgeboekt.
Opstallen
Binnen een aantal projecten is ook sprake van verwerving van opstallen. Dit geldt voor de
projecten IJsseldelta-Zuid, ILG-gronden (EHS), N34, N331, N340 en N348. Ook is in het verleden
binnen het Revolving Fund sprake geweest van verwerving van opstallen. Voor de opstallen die
onder het tracé vallen, geldt dat deze uiteindelijk gesloopt gaan worden. Deze opstallen zijn in
vorenstaande tabel opgenomen onder projectgrond. Voor de opstallen die zijn “mee gekocht”
geldt dat deze niet gesloopt worden en weer moeten worden afgestoten. Deze opstallen zijn in
vorenstaande tabel opgenomen onder ruilgrond.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014204204
Algemene Reserve Grond
Het doel van de ARG is het afdekken van risico’s die gepaard gaan met ons grondbezit van gron-
den die hun einddoel nog niet bereikt hebben. Door het instellen van een aparte reserve voor
gronden worden de risico’s van gronden gescheiden van de financiële huishouding voor onze
overige taken. De ARG maakt het mogelijk om eenduidig risico’s te beheersen die gepaard gaan
met ons grondbezit.
Het risico over het grondbezit wordt door de programma’s en projecten afgekocht door een
dotatie van 10% over de boekwaarde van de ruilgronden die voor het programma of project zijn
aangekocht, aan de ARG.
Spelregels ARG
De volgende spelregels zijn van toepassing op de ARG (naast de algemene spelregels die gelden
voor reserves):
1. Uw Staten stellen jaarlijks bij het Jaarverslag de hoogte van de ARG vast.
2. Deze wordt opgebouwd uit 10% van de boekwaarde van alle gronden binnen ons grondbezit.
3. Storting en onttrekking vindt plaats via een resultaatbestemming.
4. Als blijkt dat de ARG een hoger bedrag bevat dan de norm, dan wordt de ARG afgeroomd ten
gunste van de ADR.
5. Indien dit het geval is dan besluiten uw Staten hierover bij het Jaarverslag.
Het risico van de geactiveerde gronden, peildatum 31 december 2014, wordt berekend over de
boekwaarde van de op de balans geactiveerde gronden van de projecten IJsseldelta-Zuid, N340,
N34, N348 en diverse projectgronden met waarde. De totale boekwaarde betreft € 26.362.612.
Omdat met de gronden die aangekocht zijn in het kader van het project IJsseldelta-Zuid voor de
camping Roggebot geen risico is gemoeid, wordt over deze gronden geen percentage gerekend
voor de ARG. Voor de camping Roggebot is een collegebesluit genomen (2012/0231662) en
hebben wij uw Staten geïnformeerd (31 oktober 2012). Deze situatie is ongewijzigd.
De gewenste hoogte van de ARG is € 2.311.000. De daadwerkelijke hoogte van de ARG betreft
€ 2.027.000. Omdat de gewenste hoogte van de ARG hoger is dan de daadwerkelijke hoogte
van de ARG dient het verschil aangevuld te worden. Het betreft een bedrag van € 284.000 en is
in de jaarrekening verwerkt.
Omschrijving: Totaal IJsseldelta N340 N34 projectgronden
met waarde
N348
Benodigd per 31-12-2014:
Benodigde ARG o.b.v. norm 10% € 2.636.261 € 2.234.050 € 247.064 € 16.695 € 138.000 € 452
Af: risico camping € -325.000 € -325.000
Werkelijk benodigde ARG € 2.311.261 € 1.909.050 € 247.064 € 16.695 € 138.000 € 452
De ARG wordt per 31-12 2014 als volgt berekend
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 205205
Hoofdstuk 3Paragrafen
Risico’s
De ARG is een risicoreserve om hiermee het risico van ons grondbezit af te dekken.
In de beleidsregels is de norm van 10% risico opgenomen. In de risicoparagraaf zijn de risico’s
gekwantificeerd als extra controle of de norm voldoende is om de risico’s van het grondbezit af
te dekken.
Voorbeelden van risico’s zijn dalende grondprijzen, rentestijging en planvertraging. De risico-
paragraaf in de MIG levert informatie over de benodigde omvang van de ARG in relatie tot de
omvang en risico’s van de tot dan toe opgebouwde grondportefeuille. De ARG dekt de risico’s
van de grondportefeuille af.
De hoogte van de ARG dient voldoende te zijn om de risico’s van ons grondbezit af te dekken.
Er zijn een aantal risico’s te kwantificeren:
Risico Beschrijving risico
Waardedaling grondprijs met 5% Door marktomstandigheden is het mogelijk dat de grondwaarde daalt. Historie laat zien dat de grondprijzen
over langere periodes, afhankelijk van veelal economische factoren, fluctueert. Wanneer in een opgaande
tendens gronden zijn verworven en verkoop in later stadium plaatsvindt ten tijde van een neergaande tendens,
bestaat het risico dat verlies geleden wordt. Uitgangspunt is het risico op een daling van 5%.
Gronden en vastgoed langer in eigendom Door vertraging in planvorming of vertraging in de uitvoering is het mogelijk dat de gronden en opstallen later in
een project ingezet kunnen worden en dus langer in bezit zijn en langer beheerd moeten worden. Voor gronden
die verpacht kunnen worden, is het risico bij vertraging gering. Immers dekken de pachtopbrengsten veelal de
kosten. Bij vastgoed ligt het risico anders. Vanuit beheersoptiek is bij opstallen vaak alleen sprake van beheerkos-
ten. Uitgangspunt is het risico op een vertraging van 5 jaar voor 35 opstallen. Dit uitgangspunt is gebaseerd op
kosten voor tijdelijk beheer van € 2.000 per woning per jaar.
Vraag van de markt naar verworven
opstallen is beperkt
Door de huidige woningmarkt, is de vraag naar woningen beperkt, waardoor de prijs onder druk komt te staan.
Hierdoor blijven of de opstallen langer in bezit en/of worden de opstallen voor een lagere waarde vervreemd.
Tevens kan sprake zijn van herbestemming (van agrarisch naar wonen), waarbij dit tot een lagere marktwaarde
leidt. Alhoewel de woningmarkt herstel laat zien, blijft het voor de sector landelijk vastgoed erg moeizaam.
Uitgangspunt is een waardedaling van € 100.000 voor 35 opstallen. Wij verwerven de komende jaren een tiental
opstallen waarvan een deel weer vervreemd zal worden. Door de dalende prijzen op de woningmarkt is uitge-
gaan van een prijsdaling van € 100.000 per woning.
Risico bodem verontreiniging (onder
opstallen)
Omdat onder opstallen geen bodemonderzoek gedaan kan worden, bestaat het risico dat onder de opstallen de
bodem verontreinigd is. Ook in de gevallen waar onderzoek is gedaan in geval van losse gronden, is nooit uit te
sluiten dat sprake is van bodemverontreiniging. Veelal komt bodemverontreiniging (overigens incidenteel) aan
het licht bij sloop van opstallen of vergraving van gronden. Uitgangspunt is € 30.000 aan saneringskosten per
incident en drie incidenten per jaar.
Wij zullen de komende jaren opstallen in bezit hebben. Hiervan zal een klein deel enige mate van vervuiling in de
bodem hebben. Indien de bodem gesaneerd moet worden, is het uitgangspunt dat de maximale kosten € 30.000
bedragen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014206206
De hoogte van de ARG is met € 2.311.000 voldoende om de gekwantificeerde risico’s van
€ 968.977 af te dekken.
Deelnemingen
De totale actuele prognose van de te verwachten resultaten van de grondexploitaties van de
verschillende deelnemingen wordt verantwoord in de paragraaf deelnemingen van deze jaar-
rekening.
Risico’s Kans Gevolg Totaal risico
Waardedaling grondprijs met 5% € 131.813 klein 25% middel 50% € 16.477
Vastgoed langer in eigendom € 350.000 middel 50% klein 25% € 43.750
Vraag naar opstallen beperkt € 3.500.000 middel 50% middel 50% € 875.000
Risico bodemvervuiling onder opstal € 90.000 middel 50% groot 75% € 33.750
Totaal
€ 968.977
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 207207
Hoofdstuk 3Paragrafen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014208208
H4
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 209209
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
4.1 Grondslagen van resultaatbepaling en waardering
Resultaatbepaling
Toerekening van baten & lasten
De baten & lasten worden verwerkt in het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Op 11 december
2013 is de Financiële Verordening 2013 door Provinciale Staten vastgesteld en daarmee is de Veror-
dening Financieel Beheer vervangen. Bij verleende opdrachten worden de lasten verantwoord naar
rato van de geleverde prestatie. Subsidies worden in de regel als last verantwoord in het boekjaar
waarin de beschikking verzonden is, tenzij één van de in de verordening opgesomde uitzonderings-
regels van toepassing is.
Rente reserves / doeluitkeringen en instandhoudingsbijdragen voorzieningen
Uit het saldo van baten & lasten is aan de betreffende reserves rente toegevoegd conform het bij
de begroting gehanteerde voorcalculatorische percentage van 2%.
Voor de reserves Regionale bereikbaarheid, Provinciale infrastructuur en Waterwegen is een ander
percentage gehanteerd. Aan de algemene reserves en diverse reserves samenhangend met de
Kracht van Overijssel is geen rente toegevoegd.
Aan voorzieningen worden slechts instandhoudingsbijdragen toegevoegd voor zover de samen-
hangende risico’s door inflatie toenemen; hiervoor wordt hetzelfde percentage gehanteerd als voor
de reserves (2%). In 2014 is dit niet aan de orde geweest.
De aan doeluitkeringen toegevoegde rente is gebaseerd op de voorwaarden waaronder de mid-
delen door overheden zijn verstrekt; als hierover geen voorwaarden zijn gesteld, dan wordt geen
rente toegevoegd. Als er rente toegevoegd dient te worden, dan wordt in principe het percentage
gehanteerd dat geldt voor de reserves, tenzij ook het percentage is voorgeschreven.
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) en Dienst Landelijk Gebied (DLG)
Voor de verwerking van de rapportages van RVO.nl en DLG gelden de volgende, afwijkende
grondslagen.
Provinciale Subsidieregeling (Agrarisch) Natuurbeheer (PSN en PSAN via RVO.nl): de lasten voor
deze regelingen bestaan uit de door RVO.nl in het boekjaar betaalde bedragen.
Opdrachtverlening (DLG): de verantwoorde last komt overeen met de betaalde facturen, conform
de Provinciale Maandverantwoording van DLG.
WaarderingDe balansposten zijn gewaardeerd overeenkomstig de voorschriften van het BBV. Waar een nadere
invulling noodzakelijk is, wordt dit hierna vermeld.
Immateriële vaste activa
Onder deze post is het positieve saldo van agio, afschrijvingen op agio en disagio veroorzaakt door
de obligatieportefeuilles opgenomen. Dit saldo betreft het verschil tussen de verkrijgingsprijs en de
nominale waarde van de uitzettingen verminderd met de afschrijvingen op agio.
Het op uitzettingen betaalde agio wordt gedurende de looptijd van het actief lineair afgeschreven;
bij tussentijdse verkoop wordt het op dat moment resterende agio als last genomen.
Op grond van het voorzichtigheidsprincipe wordt disagio als baat genomen bij tussentijdse verkoop
of afloop van de uitzetting en wordt over het disagio niet afgeschreven.
Jaarrekening 20144.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014210210
Materiële vaste activa
Investeringen met economisch nut worden te allen tijde geactiveerd. Investeringen in de openbare
ruimte met maatschappelijk nut worden niet meer geactiveerd.
De materiële vaste activa zijn opgenomen tegen de verkrijgingsprijs verminderd met de afschrijvin-
gen en met eventuele investeringsbijdragen van derden. De afschrijvingen vinden lineair plaats.
De afschrijvingstermijnen, die zijn gebaseerd op de economische levensduur, variëren van drie
jaar tot vijftig jaar. Het afschrijven op investeringswaarden start in het jaar ná investeren.
Financiële vaste activa
De kapitaalverstrekkingen zijn gewaardeerd op de historische kostprijs. Daar waar nodig zijn de
kapitaalverstrekkingen verminderd met de daarvoor voorzichtigheidshalve gevormde voorzieningen.
De leningen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Daar waar nodig zijn de leningen vermin-
derd met de daarvoor voorzichtigheidshalve gevormde voorzieningen.
De obligatieportefeuilles zijn gewaardeerd op nominale waarde, eventueel verminderd met een
negatief saldo van agio, afschrijvingen op agio en disagio.
De wijze van waarderen van dit negatieve saldo wijkt niet af van hetgeen beschreven is onder
immateriële vaste activa.
Voorraden
Voorraden worden op nihil gewaardeerd, uitgezonderd de voorraad (ruil)gronden. Deze laatste
voorraad wordt tegen verkrijgingsprijs gewaardeerd of lagere taxatiewaarde.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
Vorderingen op openbare lichamen en overige vorderingen worden gewaardeerd tegen nomi-
nale waarde. Daar waar nodig zijn de vorderingen voorzichtigheidshalve lager gewaardeerd.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd tot redelijkerwijs te schatten bedragen, wegens voorzienbare kos-
ten van risico’s en verplichtingen, waarvan de exacte omvang op de balansdatum nog onzeker is.
De schattingsmethodiek voor de Voorziening APPA is gebaseerd op actuariële berekeningen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 211211
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
4.2 Overzicht van baten & lasten
Rekening 2013
Saldo
Begroot 2014
na wijzigingen
Saldo
Rekening 2014
Saldo
Verschil
SaldoKerntaak
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer -63,4 -45,8 -44,2 -1,6
Milieu en energie 24,2 30,5 40,1 -9,6
Inrichting landelijk gebied -24,0 -146,3 -38,5 -107,8
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer -69,6 -63,8 -57,4 -6,4
Regionale economie -36,4 -33,8 -27,0 -6,8
Culturele infrastructuur en monumentenzorg -27,1 -16,2 -16,0 -0,2
Kwaliteit van het openbaar bestuur -3,6 -3,8 -3,5 -0,3
Niet-kerntaak en overig -104,3 -116,9 -106,4 -10,5
Gebiedsontwikkelingen -37,6 -50,9 -37,0 -13,9
Subtotaal kerntaken -341,8 -447,0 -289,9 -157,1
Algemene dekkingsmiddelen 288,2 250,4 258,0 -7,6
Onvoorzien 0,0 -0,6 0,0 -0,6
Saldo van baten en lasten -53,6 -197,2 -31,9 -165,3
Storting/onttrekking reserves 84,7 197,2 81,7 115,5
Resultaat 31,1 0,0 49,8 -49,8
Resultaatbestemmingsvoorstellen
Toevoeging aan de Algemene dekkingsreserve -34,6
Reguliere voorstellen t.g.v. de exploitatie 2014 e.v. -3,7
Toevoegingen aan bestemmingsreserves -12,5
Onttrekking aan de bestemmingsreserve uKvO 1,8
Onttrekkingen aan bestemmingsreserves 17,9
Vrij besteedbaar resultaat 0,0
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014212212
4.3 Toelichting op het overzicht van baten & lasten
4.3.1 Analyse van het resultaat over 2014
Resultaat
Het financiële resultaat over 2014 is als volgt samen te vatten:
Het resultaat 2014 komt uit op een positief resultaat van € 49,8 miljoen ten opzichte van een
sluitende (actuele) begroting 2014.
De onderuitputting op de kerntaken, investeringsprogramma Kracht van Overijssel (KvO en overige
(bestemming)reserves wordt zichtbaar wanneer de realisatie 2014 wordt vergeleken met de
actuele begroting 2014. Bij de realisatie wordt voor de stortingen en onttrekkingen aan de reserves
uitgegaan van de werkelijke benodigde stortingen en/of onttrekkingen in plaats van de begrote
stortingen en/of onttrekkingen aan de reserves. Dit resulteert er in dat in 2014 voor € 115,5 miljoen
minder onttrokken is aan de reserves dan begroot. Het saldo van baten en lasten (beter bekend als
onderuitputting) komt uit op een bedrag van € 165,3 miljoen. Dit is het verschil tussen de actuele
begroting en de realisatie.
De hoge onderuitputting (€ 165,3 miljoen) in combinatie met de lagere onttrekking dan begroot aan
de reserves (€ 115,5 miljoen) is voor een belangrijk gedeelte veroorzaakt door de RVO.nl verplich-
tingen voor natuur (vooral ontstaan vanuit functieveranderingen van gronden) (€ 79,9 miljoen).
De RVO.nl verplichtingen voor natuur had de provincie conform PS besluit (PS/2014/898,Monitor
Overijssel 2014-II) volledig als last verwerkt in de Jaarrekening 2014. Echter de commissie Besluit
Begroting en Verantwoording (BBV) heeft in een laat stadium (2 april 2015) van het jaarrekening-
proces besloten dat de verantwoording van subsidies die via RVO.nl zijn verstrekt ongewijzigd blijft.
Dit betekent dat de uitgaven voor functieverandering van gronden verantwoord moeten blijven op
basis van kasstelsel in plaats van het baten en lasten stelsel dat door de provincie wordt gehanteerd.
Dit betekent dat van de geboekte verplichting van € 80,8 miljoen, € 79,9 miljoen die als last was
verwerkt met terugwerkende kracht is gecorrigeerd in de exploitatierekening 2014.
De verplichting van € 79,9 miljoen is conform het besluit van de commissie BBV opgenomen in
de balans onder de post “Niet uit balans blijkende verplichtingen” (§4.5.15).
Resultaatoverzicht
Actuele begroting Realisatie Realisatie t.o.v. Begroting
Saldo van baten en lasten -197,2 -31,9 165,3
Stortingen en onttrekkingen aan de reserves 197,2 81,7 -115,5
Resultaat 0,0 49,8 49,8
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 213213
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Analyse saldo van baten en lasten jaarrekening periode 2014-2010
In vergelijking met 2013 is het saldo van baten en lasten (inclusief bijzondere posten), lees on-
deruitputting, in 2014 € 115,3 miljoen hoger (€ 165,3 miljoen in 2014 ten opzichte van € 54,0
miljoen in 2013).
De toename van de onderuitputting in 2014 ten opzichte van 2013 met € 115,3 miljoen is het
gevolg van de volgende onderstaande bijzondere posten:
• 2014: Correctie RVO.nl verplichtingen voor Natuur, naar aanleiding besluit BBV € 79,9 miljoen
• 2014: Afwaardering voorzieningen Oost N.V. en verplaatsing Stork Hengelo,
naar aanleiding van de jaarrekeningcontrole door Ernst & Young
Accountants LLP € 11,4 miljoen
• 2013: Afwaardering voorraad gronden -/- € 26,4 miljoen
Exclusief de bijzondere posten is het saldo van baten en lasten in 2014 (€ 74,0 miljoen) meer in
lijn met de voorgaande boekjaren.
Saldo van baten en lasten
In deze paragraaf beperken wij ons tot een toelichting op het totaal; de toelichting op de finan-
ciële afwijking per kerntaak is opgenomen in hoofdstuk 2. Het saldo van baten en lasten kan als
volgt worden gepresenteerd.
Resultaatoverzicht
2014 2013 2012 2011 2010
Saldo van baten en lasten (inclusief bijzondere posten) 165,3 54,0 88,0 63,3 91,0
Saldo van baten en lasten (exclusief bijzondere posten) 74,0 80,4 88,0 63,3 91,0
Resultaat 49,8 31,1 52,6 13,7 25,1
( x € 1.000)
0
50
100
150
200
Jaren
Onderuitputting (inclusief bijzondere posten)
Onderuitputting (excusief bijzondere posten)
Resultaat
x €
1 m
iljoe
n
2010 2011 2012 2013 2014
91,0
63,3
88,0
54,0
74,0
165,3
25,113,7
52,6
31,1
80,4
49,8
Overzicht saldo baten en lasten & resultaat 2010-2014
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014214214
Analyse saldo baten en lasten
De toelichting op het resultaat is gericht op het saldo van baten en lasten. Het gaat daarbij om
het saldo van baten en lasten tussen de actuele begroting en de realisatie. De stortingen en
onttrekkingen aan de reserves worden meegenomen bij de resultaatbestemmingen. Voor een
nadere analyse is het saldo van baten en lasten ontleed in de volgende componenten.
Beleid
Onderbesteding en overschrijding op budgetten waar de provincie invloed op kan uitoefenen;
weliswaar niet altijd voor 100%, vanwege de betrokkenheid van andere partijen bij het beleid,
maar er is een bepaalde mate van handelingsvrijheid.
Niet meer benodigde middelen
Budgetten zijn over en niet meer nodig voor het realiseren van prestaties.
Niet-geraamde lasten
Overschrijdingen door administratieve regelgeving/verwerking.
Extra bate
Hogere / lagere lasten op de ontvangen bedragen van derden.
1. Beleid (€ 44,8 miljoen)
Investeringsprogramma Kracht van Overijssel
In totaal is er binnen beleid in 2014 een onderuitputting van € 10,0 miljoen op het investerings-
programma uitvoering Kracht van Overijssel.
De grootste afwijkingen per project binnen het investeringsprogramma Kracht van Overijssel
betreffen:
Duurzaam opwekken energie (kerntaak 2, beleidsdoel 2.1.1) € 2,2 miljoen
Businessplan voor de High Tech in Twente(kerntaak 5, beleidsdoel5.3.1) € 1,4 miljoen
Frictiekosten decentralisatie natuurbeleid(kerntaak 3, beleidsdoel 3.8.2) € 1,4 miljoen
Gebiedsontwikkeling IJsseldelta Zuid (kerntaak 9, beleidsdoel 9.0.2) € 1,3 miljoen
Actieplan kantoren ontwikkelen en uitvoeren (kerntaak 5, beleidsdoel 5.1.1) € 1,0 miljoen
Herverkaveling (afronding bestuurlijke verplichtingen)(kerntaak 3,
beleidsdoel 3.6.2) € 0,8 miljoen
Overige investeringsprojecten Kracht van Overijssel € 1,9 miljoen
Totaal investeringsprojecten €10,0 miljoen
2014 2013 2012 2011 2010
1. Beleid 44,8 63,7 53,2 52,6 68,5
2. Niet meer benodigde middelen 20,6 10,4 24,0 8,6 13,1
3. Niet geraamde lasten -5,6 -3,8 -5,4 -12,1 2,3
4. Extra bate 14,2 10,9 16,2 14,2 7,1
Saldo van baten en lasten (exclusief bijzondere posten) 74,0 80,4 88,0 63,3 91,0
Bijzondere posten 91,3 -26,4
Saldo van baten en lasten (inclusief bijzondere posten) 165,3 54,6 88,0 63,3 91,0
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 215215
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Reguliere kerntaken
Op een aantal reguliere kerntaakbudgetten is een bedrag overgebleven. Het gaat hier om over-
gebleven budgetten 2014, waarvan het voorstel is om deze over te hevelen naar 2015 om daar-
mee de geplande doelstellingen te kunnen realiseren. Of te storten in de bestemmingsreserve.
Het betreft hier onder andere:
• Subsidieregeling “asbest eraf, zonnepanelen er op” € 1,4 miljoen
• Opbouw en onderhoud systemen PAS € 0,7 miljoen
• Monitoring natuurbeleid € 0,5 miljoen
• Proeftuin innovatie maatregelen ammoniak € 0,5 miljoen
• Implementatie kwaliteitscriteria vergunningverlening en handhaving € 0,5 miljoen
• Bezwaren behandeling NB-wet € 0,2 miljoen
• Stimulering natuur breed € 0,2 miljoen
• Juridische ondersteuning grondzaken € 0,2 miljoen
• Overige reguliere budgetten € 0,4 miljoen
Totaal overheveling reguliere kerntaakbudgetten naar 2015 € 4,6 miljoen
Toevoeging aan bestemmingsreserve
• Bestemmingsreserve afrekening pMJP/ILG
Een gedeelte van de vrijval afwikkeling pMJP verplichtingen in 2014 is
bestemd ter dekking voor de resterende risico’s inzake de financiële
afronding pMJP/ILG 2007-2013 € 4,6 miljoen
• Bestemmingsreserve EHS
Een tweede gedeelte van de vrijval afwikkeling pMJP-verplichtingen zijn
ter dekking van te laag geraamde doorlopende beheerverplichtingen
waardoor er een budgettair tekort ontstaat in de uitvoeringsreserve EHS € 3,5 miljoen
Totaal toevoeging aan de bestemmingsreserve € 8,1 miljoen
Onttrekkingen aan de bestemmingsreserves
In 2014 is er minder onttrokken dan begroot aan de volgende bestemmingsreserves:
• Bestemmingsreserve uitvoeringsreserve EHS € 13,4 miljoen
Onder andere grondverwerving IJsseldelta-Zuid
• Bestemmingsreserve provinciale infrastructuur € 3,7 miljoen
• Bestemmingsreserve energiebesparing € 1,9 miljoen
• Bestemmingsreserve bodemsanering € 1,8 miljoen
• Bestemmingsreserve ILG € 1,3 miljoen
Totaal minder onttrokken aan de bestemmingsreserves € 22,1 miljoen
2. Niet meer benodigde middelen (€ 20,6 miljoen)
Van de onderstaande investeringsprojecten Kracht van Overijssel zijn de prestaties gereed ge-
meld. Het restant budget kan vrijvallen ten gunste van de Algemene dekkingsreserve.
• Uitvoering Eigen Kracht Conferenties (EKC) € 0,7 miljoen
• 1000 Jongeren plan € 0,8 miljoen
• Transitie- en transformatietraject jeugdzorg Overijssel € 1,8 miljoen
• Aansluitingen A1/A28 (DIA) € 0,2 miljoen
• Overige investeringsprojecten Kracht van Overijssel € 0,1 miljoen
Totaal vrijval investeringsprojecten KvO ten gunste van de ADR € 3,6 miljoen
• Vrijval “oude verplichtingen” € 3,0 miljoen
• Investeringsbudgetten ICT € 1,7 miljoen
De te verwachten besparingen die we door het gezamenlijk aanbesteden
in 2015 via het SSC behalen, maken dat bij de Jaarrekening 2014 een
incidenteel bedrag kan vrijvallen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014216216
• Budget voormalig personeel € 0,4 miljoen
• Apparaatskosten € 1,3 miljoen
• Personeelsgebonden kosten € 0,5 miljoen
• Vrijval voorziening reorganisatie € 1,2 miljoen
Het aantal boventallige medewerkers met reorganisatieontslag is lager
dan verwacht. Als gevolg hiervan kan een gedeelte van de voorziening
voor toekomstige WW lasten vrijvallen.
• Vrijval voorziening grondwaterheffing € 0,3 miljoen
• Vrijval voorziening Ruimte voor Ruimte € 0,6 miljoen
• Als gevolg van de afronding van de pMJP verplichtingen kan een bedrag
van € 3,7 miljoen vrijvallen. Daarnaast kan een bedrag van € 2,7 miljoen
vrijvallen aan aanvullende vrijval pMJP verplichtingen. Totaal kan derhalve
een bedrag van € 6,4 miljoen aan middelen meer vrijvallen in het Jaar-
rekeningresultaat 2014 dan oorspronkelijk gemeld en besloten via het
Statenvoorstel Financiële Afronding pMJP 2007-2013 (PS/2014/764) € 6,4 miljoen
• Overige overgebleven reguliere budgetten € 1,6 miljoen
3. Niet geraamde lasten (-/- € 5,6 miljoen)
De niet-geraamde lasten betreffen extra dotaties aan de voorzieningen en onttrekkingen aan de
bestemmingsreserves om deze op het vereiste niveau te brengen.
• Toevoeging Voorziening resultaten gebiedsexploitaties € 5,6 miljoen
De grondexploitaties van de deelnemingen ADT en RBT hebben een
negatieve waarde. Als gevolg van de verslechterende grondexploitaties
in 2014 is er een totaal bedrag van € 5,6 miljoen extra gedoteerd aan
de voorziening grondexploitaties. Het aandeel voor ADT bedraagt
€ 3,2 miljoen en voor RBT bedraagt de dotatie € 2,4 miljoen.
4. Extra Bate (€ 14,2 miljoen)
• Verkoop “om niet verkregen” BBL – oude – gronden € 8,2 miljoen
• Hogere opbrengst provinciefonds € 1,2 miljoen
• Hogere opbrengst motorrijtuigenbelasting € 1,0 miljoen
• Hogere renteopbrengsten € 3,0 miljoen
• Opbrengst verkoop “Weezenlanden” € 0,8 miljoen
Bijzondere posten (€ 91,3 miljoen)
• Voorzieningen € 11,4 miljoen
• RVO verplichtingen voor Natuur € 79,9 miljoen
Voorzieningen ( € 11,4 miljoen)
De provincie Overijssel hanteert volgens de accountant ten aanzien van de waardering van deel-
nemingen en verstrekte langlopende leningen een (zeer) conservatieve benadering. De accoun-
tant heeft in het kader van de controle van de jaarrekening 2014 getoetst of de deelnemingen
en verstrekte langlopende leningen juist zijn gewaardeerd. Dit betekent dat zij hebben gecontro-
leerd of de gevormde voorzieningen volledig zijn, maar ook of deze terecht zijn gevormd.
De accountant is van mening dat er te weinig onderbouwing aanwezig is om de hoogte van
twee voorzieningen vast te stellen. Het betreft de voorzieningen Participatie Oost N.V. en Ver-
plaatsing Stork Hengelo.
Het standpunt Provincie Overijssel ten aanzien van de waardering deelnemingen en verstrekte
langlopende leningen is: De provincie Overijssel hanteert met betrekking tot het aanleggen van
voorzieningen een driesporenbeleid.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 217217
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
• Het eerste spoor betreft activiteiten en projecten die in eigen beheer worden uitgevoerd.
Hiervoor wordt op proces- en projectniveau een risicoinventarisatie en een risicoanalyse uitge-
voerd. Een en ander wordt vastgelegd in NARIS (risicomanagementsysteem) en op basis van
de uitkomst van een simulatie wordt uiteindelijk een risicoreserve getroffen. Een additionele
voorziening is in dit spoor niet nodig.
• Het tweede spoor wordt gebruikt voor deelnemingen (of leningen of fondsen) die zich bezig-
houden met activiteiten waar nog zeer weinig ervaring mee is opgedaan, welke hoog risico-
dragend zijn en waarbij financieel rendement of behoud van investering geen uitgangspunt is.
Het betreft hier zeer unieke projecten waar ook andere provincies geen ervaring mee hebben.
Vanuit het voorzichtigheidsprincipe wordt voor dit soort deelnemingen een voorziening van
100% getroffen.
De Voorziening verplaatsing Stork Hengelo maakt deel uit van de voorzieningen waarvoor een
voorzichtigheidsprincipe wordt gehanteerd van 100%.
• Het derde spoor wordt gebruikt voor deelnemingen (of leningen of fondsen) die zich bezig-
houden met activiteiten waar al een aantal jaar ervaring mee is opgedaan, maar waarvan de
activiteiten nog wel risicovol zijn. Voor deze deelnemingen wordt doorgaans een voorziening
van 50% aangehouden.
De Voorziening participatie Oost N.V. maakt deel uit van de voorzieningen waarvoor een voor-
zichtigheidsprincipe wordt gehanteerd van 50%.
Oost N.V.:
De Voorziening participatie Oost N.V. is volgens de accountant volledig ten onrechte gevormd.
De cijfers van Oost N.V. geven geen aanleiding tot afwaardering aangezien de waarde van de
participaties binnen Oost N.V. hoger zijn dan onze balanswaardering van Oost N.V. De afwaarde-
ring van de deelneming Oost N.V. heeft geleid tot een correctie van € 5,1 miljoen.
Stork Thermeq B.V.:
De accountant schat op basis van een strikte hantering van de regelgeving de risico’s met betrek-
king tot de verstrekte subsidie aan Stork Thermeq B.V. lager in. Daarmee is volgens de accountant de
voorziening verplaatsing Stork Hengelo voor een bedrag van € 6,3 miljoen te hoog gewaardeerd.
Dit bedrag valt vrij uit de voorziening.
RVO.nl verplichtingen voor natuur (€ 79,9 miljoen)
In de jaren 2007-2013 zijn de betalingen betreffende deze verplichtingen (vooral ontstaan vanuit
functieverandering van gronden) via RVO.nl in de jaarrekeningen van de provincies verwerkt
op basis van het kasstelsel. In het natuurakkoord is afgesproken dat de uit-financiering van de
aangegane verplichtingen vanaf 2014 onder verantwoordelijkheid van de provincies valt. Dat
betekent (volgens de accountants) dat de betalingen via RVO.nl voortaan op basis van het baten-
en-lastenstelsel in de jaarrekening van de provincie Overijssel moeten worden verwerkt.
Het aandeel van de provincie Overijssel met betrekking tot de RVO.nl aangegane verplichtingen
voor natuur (functieverandering van gronden) bedraagt € 80,8 miljoen. De provincie Overijssel
had deze last conform PS besluit (PS/2014/898-Monitor Overijssel 2014-II) volledig verwerkt in de
exploitatierekening 2014 en opgenomen onder de nog te betalen verplichtingen onder de post
overlopende passiva. De dekking van de RVO.nl verplichting is gedekt, door een zelfde bedrag als
de aangegane verplichting te onttrekken aan de uitvoeringsreserve EHS.
De provincie Overijssel is van het standpunt uitgegaan dat de prestatie is geleverd bij het overne-
men van de RVO.nl verplichting per 1 januari 2014.
Op de opgave van RVO.nl is in de afgelopen jaren geen controle uitgevoerd door de Auditdienst
van het Rijk (ADR). Op landelijk niveau heeft tijdens de jaarrekeningcontrole overleg plaats ge-
vonden tussen het IPO, de ADR, de commissie Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014218218
accountants van de provincies over de juiste verantwoording van de RVO.nl verplichtingen in de
Jaarrekening. Aan de commissie BBV is gevraagd een besluit te nemen om de onduidelijkheden
over het over de juiste verantwoording en hanteren van het BBV weg te nemen.
De commissie BBV heeft op donderdag 2 april 2015 naar aanleiding van de ingediende casus door
de accountants het volgende standpunt over de verantwoordingswijze RVO.nl verplichtingen Natuur
bij de provincie ingenomen:
1. de verantwoordingswijze van subsidies die zijn verstrekt vóór 2014 blijft ongewijzigd. Dit be-
tekent dat de jaarlijks uitbetaalde jaarschijf wordt verantwoord als last en de resterende ver-
plichting wordt toegelicht onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen. Het inzicht
is in het verleden nooit het probleem geweest, er wordt bij provincies voldoende opening van
zaken gegeven en de kwestie is gegeven het verleden als bijzonder te zien.
2. subsidies vanaf 2014: de last wordt verantwoord zodra en voor zover aan de subsidievoor-
waarden is voldaan. Eventuele (meerjarige) termijnbetalingen worden via de balans afgewik-
keld (conform V&A 2015.36). Vanaf 2014 speelt de tussenkomst van het Rijk geheel geen rol
meer en bestaat geen aanleiding meer om te spreken van een uitzonderingssituatie. Vanaf
2014 dienen de toegekende subsidies volledig als last te worden verwerkt in het toekennings-
jaar, indien sprake is van een onvoorwaardelijke subsidie of subsidievoorwaarden die voor een
onbeperkte tijd zijn aangegaan. In het laatste geval is het namelijk niet mogelijk om jaarlijks
een toe te rekenen bedrag te bepalen. De last moet dan in 1x genomen worden bij toeken-
ning met daartegenover een verplichting voor ‘nog te betalen subsidies’.
De gevolgen voor de provincie Overijssel naar aanleiding van de uitspraak van het BBV zijn:
• Dat van de geboekte verplichting voor natuur (functieverandering van gronden) van € 80,8
miljoen, € 79,9 miljoen die als last was verwerkt met terugwerkende kracht is gecorrigeerd in
de exploitatierekening 2014. En is teruggestort in de reserve EHS.
• De verplichting van € 79,9 miljoen is in de Jaarrekening 2014 toegelicht onder de niet uit de
balans blijkende verplichtingen.
4.3.2 Algemene dekkingsmiddelen (inclusief onvoorzien)
Algemene dekkingsmiddelen
Begroting 2014 na wijzigingen Rekening 2014 Verschil
Algemene dekkingsmiddelen Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo
Organisatie nutsvoorzieningen 3 -3 230 193 37 -40
Rente kortlopende deposito's & uitzettingen 208 208 -208
Rente langlopende deposito's & uitzettingen 45.873 51.961 -6.088 49.126 52.422 -3.296 -2.792
Bespaarde rente 57.008 57.008 57.008 57.008
Uitkering provinciefonds 96.396 96.396 97.573 97.573 -1.177
Opcenten motorrijtuigenbelasting 100.500 100.500 101.476 101.476 -976
Deelneming Bank Nederlandse Gemeenten 111 6 105 111 6 105
Onderuitputting -2.500 2.500 61 -4.829 4.890 -2.390
Totaal algemene dekkingsmiddelen 299.888 49.470 250.418 305.793 47.792 258.001 -7.583
Onvoorzien 600 1.250 -650 -650
Totaal algemene dekkingsmiddelen 300.488 50.720 249.768 305.793 47.792 258.001 -8.233
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 219219
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Organisatie nutsvoorzieningen
Binnen dit onderdeel worden de baten en lasten van de SPV’s samenhangend met de verkoop
van Essent verantwoord (exclusief Vordering op Enexis; deze wordt samen met Enexis verant-
woord in Kerntaak 2).
De afwijkingen op zowel de baten als de lasten hebben te maken met de verwerking van de
advieskosten in 2013. Deze kosten zijn door de Verkoop Vennootschap aan Noord-Brabant
uitbetaald via een dividenduitkering. Noord-Brabant heeft deze kosten eind 2014 bij ons in reke-
ning gebracht en deze kosten zijn samen met ons aandeel in de dividenduitkering verantwoord.
Per saldo een voordeeltje van € 40.000.
Rente kortlopende deposito’s en uitzettingen
Bij de Kerntakenbegroting 2014 werd nog voorzien dat het verplicht Schatkistbankieren geen op-
brengsten zou gaan opleveren. Bij de Monitor Overijssel 2014-II is reeds gemeld dat het schatkist-
bankieren toch een opbrengst van € 0,2 miljoen heeft gegenereerd; deze meevaller is niet meer
gewijzigd.
Rente langlopende deposito’s en uitzettingen
Bij de Monitor Overijssel 2014-II was op dit onderdeel al een overschrijding van de baten aangekon-
digd van € 1,8 miljoen. Na de peildatum bleken aanvullende verkopen en aankopen door de vermo-
gensbeheerders noodzakelijk om binnen de aan hen verleende mandaten te kunnen blijven. Deze
transacties leverden een positieve bijdrage aan het resultaat van per saldo nog eens € 1 miljoen.
Uitkering provinciefonds
De afwijking van € 1,2 miljoen wordt veroorzaakt door de mutaties in de decembercirculaire en
een afrekening over het jaar 2013 van ongeveer € 70.000. De afwijking in het accres is nihil.
In de decembercirculaire is een aantal wijzigingen met betrekking tot de decentralisatie- en
integratie-uitkeringen aangekondigd. Het gaat hierbij om incidentele bijdragen van het Rijk voor
bepaalde doelen.
1. Natuur: Programmatische Aanpak Stikstof
In 2014 is € 0,5 miljoen ontvangen voor voortzetting van een succesvolle proeftuin voor inno-
vatieve maatregelen in het ammoniakemissieprogramma zandgronden. Deze bijdrage wordt
via een resultaatbestemming aan de begroting 2015 toegevoegd.
2. Green Deal Overijssel
Voor de Green Deal Overijssel is in 2014 een bedrag van € 0,6 miljoen ontvangen als cofi-
nanciering voor de projecten “Restwarmtegebruik Akzo Nobel en ontwikkeling business case
warmtenet Hengelo” en “Aardwarmte in de Koekoekspolder”. Zie ook de toelichting op de
afwijking bij onvoorzien.
Opbrengsten motorrijtuigenbelasting
De hier verantwoorde baten zijn gebaseerd op de cijfers van de Belastingdienst, die deze vaststelt
via een landelijk geldende systematiek. Voor meer informatie wordt u verwezen naar de para-
graaf “Provinciale heffingen” (§ 3.1).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014220220
Onderuitputting
Het positieve saldo op het product onderuitputting (€ 4,9 miljoen) betreffen correcties op de
lasten van voorgaande jaren. Deze correcties bestaan voor het grootste deel uit de vrijval van de
volgende verplichtingen:
• IMG Groene Long Noorderpark Almelo € 0,6 miljoen
• Biomassavergisting en restwarmtebenutting € 0,5 miljoen
• IMG Versterken preventief beleid risicojongeren Enschede € 0,4 miljoen
• Sanering Nieuwe Graven, Exose Aa € 0,3 miljoen
• IMG Havenprojecten Deventer, Sluiscomplex en Hanzebrug € 0,3 miljoen
• Eenmalige teruggave WAO / WIA-premie 2013 € 0,2 miljoen
• IMG Stationstunnel Wierden € 0,1 miljoen
• Vrijval van ca. 200 verplichtingen kleiner dan € 100.000 € 2,5 miljoen
Totaal € 4,9 miljoen
De afwijking ten opzichte van de raming en de bijdrage aan het resultaat bedraagt daarmee
€ 2,4 miljoen. Hiervan is bij de Monitor Overijssel 2014-II al € 1 miljoen aangekondigd.
Onvoorzien
De op deze post geraamde, maar niet gerealiseerde, baten en lasten bestaan uit een drietal
componenten.
1. Onvoorzien
Dit betreft de reguliere stelpost van € 250.000. In 2014 is – net als in eerdere jaren – van deze
stelpost geen gebruik gemaakt, wat leidt tot een meevaller van dezelfde grootte.
2. Decentralisatie-uitkering Asbestdaken
Bij de Monitor Overijssel 2014-II is de ontvangst van deze middelen via het Provinciefonds
geraamd. De bijbehorende lasten zijn tegelijkertijd op deze post geraamd, omdat besteding in
2014 niet gerealiseerd zou worden. Deze bijdrage wordt via een resultaatbestemming aan de
begroting van 2015 toegevoegd.
3. Decentralisatie-uitkering Green Deal
Bij de Monitor Overijssel 2014-II zijn baten en lasten samenhangend met de toezeggingen van
het Ministerie van Economische Zaken voor de Green Deal verwerkt. De toegezegde, maar
op dat moment nog niet in een circulaire verwerkte decentralisatie-uitkering uit het Provincie-
fonds is op deze post geraamd. De afwijking hier komt overeen met de afwijking genoemd
onder “Uitkering provinciefonds”.
4.3.3 Structurele en incidentele baten & lasten
Inleiding
In deze paragraaf worden de incidentele baten & lasten over 2014 gepresenteerd. Het toezicht van-
uit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is onder meer gericht op duurzaam
financieel evenwicht in de begroting. Dit betekent dat structurele lasten worden gedekt door struc-
turele baten, wat betekent dat de structurele baten gelijk of hoger dienen te zijn dan de structurele
lasten.
De volgende overzichten zijn opgesteld aan de hand van de uitgangspunten zoals die geformuleerd
zijn in de Kerntakenbegroting 2014 (§ 4.4.2, pagina 308 en verder).
In bijlage 1 zijn de baten en lasten gespecificeerd opgenomen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 221221
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Samenvattend overzicht
Samenvattend overzicht
Omschrijving Begroting 2014 Resultaat 2014 Saldo 2014
Totale lasten 1.211.214 1.064.784 146.340
Totale baten 1.211.214 1.114.590 -96.624
Saldo na bestemming (baten -/- lasten) 49.806 49.806
Toevoegingen aan algemene reserves 234.242 233.727 515
Overige incidentele lasten 566.196 436.814 129.382
Totaal incidentele lasten 800.438 670.541 129.897
Onttrekkingen aan algemene reserves 237.681 237.681
Overige incidentele baten 550.573 457.581 -92.992
Totaal incidentele baten 788.254 695.262 -92.992
Structurele lasten 410.776 394.243 16.533
waarvan toevoegingen aan reserves 23.428 23.209 219
Structurele baten 422.960 419.328 -3.632
waarvan onttrekkingen aan reserves 3.286 3.071 215
Structureel saldo 12.184 25.085 12.901
als percentage van de totale begrotingslasten 1,0% 2,4% n.v.t.
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014222222
Incidentele baten & lasten per Kerntaak
Incidentele lasten per Kerntaak
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Incidentele lasten kerntaken
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer 45.874 44.732 1.142
Milieu en energie 37.858 29.132 8.726
Inrichting landelijk gebied 139.720 33.207 106.513
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 31.065 29.265 1.800
Regionale economie 32.488 30.853 1.635
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 5.169 5.171 -2
Kwaliteit openbaar bestuur 1.229 1.107 122
Sociale infrastructuur, jeugd en overige kerntaken 22.620 17.683 4.937
Gebiedsontwikkelingen 52.247 49.935 2.312
Totaal kerntaken 368.270 241.085 127.185
Overige incidentele lasten (inclusief algemene reserves)
Toevoegingen aan de algemene reserves 234.242 233.727 515
Toevoegingen aan de Reserve Europese programma's 5.512 4.125 1.387
Toevoeging aan de Reserve bodemsanering 2010-2014 22.555 22.555
Toevoegingen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel 116.416 116.416
Toevoeging aan de Reserve Energiefonds Overijssel 5.000 5.000
Toevoeging aan de Reserve Uitvoering EHS 38.250 38.250
Toevoegingen aan overige reserves 9.193 9.193
Onvoorzien 1.000 1.000
Overige incidentele lasten 190 -190
Totaal overige lasten 432.168 429.456 2.712
Totaal incidentele lasten 800.438 670.541 129.897
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 223223
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Incidentele baten per Kerntaak
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Incidentele baten kerntaken
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, waaronder waterbeheer 1.155 1.346 191
Milieu en energie 51.678 52.281 603
Inrichting landelijk gebied 528 613 85
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 2.500 4.208 1.708
Regionale economie 1.387 6.554 5.167
Culturele infrastructuur en monumentenzorg
Kwaliteit openbaar bestuur
Sociale infrastructuur, jeugd en overige kerntaken
Gebiedsontwikkelingen 11.928 11.928
Totaal kerntaken 57.248 76.930 19.682
Overige incidentele baten (inclusief algemene reserves)
Dividend Verkoop Vennootschap B.V. 230 230
Dividend N.V. BNG 111 111
Rente overige uitzettingen 17 4.024 4.007
Bespaarde rente 40.439 40.439
Decentralisatie-uitkeringen provinciefonds 41.314 42.414 1.100
Onttrekkingen aan de algemene reserves 237.681 237.681
Onttrekkingen aan de Reserve Uitvoering EHS 121.127 27.902 -93.225
Onttrekkingen aan de Egalisatiereserve ILG 37.117 35.828 -1.289
Onttrekkingen aan de Reserve bodemsanering 2010-2014 8.836 7.086 -1.750
Onttrekkingen aan de Reserve uitvoering Kracht van Overijssel 204.915 191.351 -13.564
Onttrekkingen aan overige reserves 38.849 31.266 -7.583
Onvoorzien 600 -600
Totaal overige baten 730.406 618.332 -112.674
788.254 695.262 92.992
Saldo incidentele baten en lasten -12.184 24.721 36.905
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014224224
4.3.4 Informatie op grond van Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sectorOp 1 januari 2013 is de Wet Normering Topinkomens (WNT) in werking getreden. Deze wet handelt
over het maximum inkomen van topfunctionarissen. Als het gaat om de provinciale organisatie is
de conclusie dat geen van onze medewerkers, dus ook niet diegenen die moeten worden gekwa-
lificeerd als topfunctionaris, de norm zoals gesteld in de WNT overstijgen. De uitleg van de wet is
overigens dat de Griffier en de provinciesecretaris / algemeen directeur als topfunctionaris moeten
worden gezien. Alhoewel dat geen onderdeel vormt van de wet, is met de inwerkingtreding van de
WNT ook gekeken naar de tarieven van externen. Ten aanzien daarvan is in de beleidslijn vastgesteld
de WNT-norm begrenzend te laten zijn voor het uurtarief van externen. De WNT-norm is gebaseerd
op 130% van het salaris van een minister. Op dit moment is regelgeving in voorbereiding de norm
terug te brengen naar 100%. Verder is de gedachte de reikwijdte van de WNT uit te breiden. Ook
wanneer de norm wordt teruggebracht naar 100% overschrijdt het salaris van onze topfunctionaris-
sen – en dus ook van andere medewerkers – de norm niet.
Bij de samenstelling van bovenstaande verantwoording uit hoofde van de WNT zijn de op 27
februari 2014 gedateerde Beleidsregels WNT inclusief de wijziging daarop van 12 maart 2014
van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties als uitgangspunt gehanteerd.
De provincie Overijssel herkent de onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe
niet-topfunctionarissen, zoals opgenomen in de op 27 februari 2014 gedateerde Kamerbrief
van de minister van Buitenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. De provincie Overijssel heeft deze
categorie in lijn met de door de minister voorgestelde gedragslijn niet in de WNT-verantwoording
betrokken.
Naam Beloning
Sociale verzeke-
ringspremies
Belastbare
vaste en varia-
bele onkosten-
vergoedingen
Voorzieningen
voor beloningen
betaalbaar op
termijn Functie
Duur (dagen)
/ omvang (%)
dienst-verband
in 2014
H.A. Timmerman 146.351 1.361 24.131 Algemeen directeur /
provincie-secretaris
365 / 100
R. Wiggers 76.7791 11.371 Griffier van de provincie
Overijssel
365 / 80
1 Inclusief € 7.126 brutogratificatie en uitkering 25jarig ambtsjubileum.
( x € 1,- )
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 225225
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014226226
Kerntakenbegroting 2014 Baten rekening
2013
Lasten rekening
2013
Saldo rekening
2013
Baten 2014
Primitief
Lasten 2014
Primitief
Gerealiseerd
2014 Primitief
Baten begroot
2014
Lasten be-
groot 2014
Saldo begroot
2014
Baten reke-
ning 2014
Lasten reke-
ning 2014
Saldo reke-
ning 2014
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer 2,9 66,3 -63,4 2,5 23,8 -21,3 4,0 49,8 -45,8 4,0 48,2 -44,2
Milieu en energie 89,0 64,9 24,1 38,9 48,8 -9,9 79,0 48,5 30,5 79,2 39,1 40,1
Inrichting landelijk gebied 55,7 79,7 -24,0 2,4 35,8 -33,4 0,9 147,2 -146,3 0,8 39,3 -38,5
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 50,2 119,8 -69,6 49,5 126,8 -77,3 48,6 112,4 -63,8 49,0 106,4 -57,4
Regionale economie 0,9 37,3 -36,4 0,1 55,7 -55,6 1,8 35,6 -33,8 7,0 34,0 -27,0
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 27,1 -27,1 14,8 -14,8 16,2 -16,2 16,0 -16,0
Kwaliteit van het openbaar bestuur 0,2 3,8 -3,6 0,1 3,9 -3,8 0,1 3,9 -3,8 0,2 3,7 -3,5
Niet-kerntaak en overig 123,1 227,4 -104,3 119,6 228,2 -108,6 122,9 239,8 -116,9 121,4 227,8 -106,4
Gebiedsontwikkelingen 0,5 38,0 -37,5 29,7 -29,7 1,6 52,5 -50,9 13,0 50,0 -37,0
Totaal kerntaken 322,5 664,3 -341,8 213,1 567,5 -354,4 258,9 705,9 -447,0 274,6 564,5 -289,9
Financiering en Algemene dekkingsmiddelen
Deelnemingen afwikkeling verkoop Essent (incl. PBE) 1,4 0,2 1,2 0,2 0,2
Geldleningen en uitzettingen korter dan één jaar 1,6 1,6 0,2 0,2
Geldleningen en uitzettingen langer of gelijk aan één jaar 56,0 60,7 -4,7 45,9 47,8 -1,9 45,9 52,0 -6,1 49,1 52,4 -3,3
Bespaarde rente 68,5 68,5 52,8 52,8 57,0 57,0 57,0 57,0
Algemene uitkering provinciefonds 118,9 118,9 80,1 6,8 73,3 96,4 96,4 97,6 97,6
Eigen middelen (opcenten motorrijtuigenbelasting) 95,6 95,6 101,6 101,6 100,5 100,5 101,5 101,5
Overige financiële middelen (deelneming N.V. BNG) 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
Algemene baten en lasten -0,1 -7,1 7,0 -2,5 2,5 -2,5 2,5 0,1 -4,8 4,9
Algemene dekkingsmiddelen 342,0 53,8 288,2 280,4 52,1 228,3 299,9 49,5 250,4 305,8 47,8 258,0
Onvoorzien 3,0 -3,0 0,6 1,2 -0,6
Totaal financiering en algemene dekkingsmiddelen 280,4 55,1 225,3 305,8 47,8 258,0
Saldo van baten en lasten 664,5 718,1 -53,6 493,5 622,6 -129,1 559,4 756,6 -197,2 580,4 612,3 -31,9
4.3.5 Detailoverzicht baten & lasten
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 227227
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Kerntakenbegroting 2014 Baten rekening
2013
Lasten rekening
2013
Saldo rekening
2013
Baten 2014
Primitief
Lasten 2014
Primitief
Gerealiseerd
2014 Primitief
Baten begroot
2014
Lasten be-
groot 2014
Saldo begroot
2014
Baten reke-
ning 2014
Lasten reke-
ning 2014
Saldo reke-
ning 2014
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer 2,9 66,3 -63,4 2,5 23,8 -21,3 4,0 49,8 -45,8 4,0 48,2 -44,2
Milieu en energie 89,0 64,9 24,1 38,9 48,8 -9,9 79,0 48,5 30,5 79,2 39,1 40,1
Inrichting landelijk gebied 55,7 79,7 -24,0 2,4 35,8 -33,4 0,9 147,2 -146,3 0,8 39,3 -38,5
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 50,2 119,8 -69,6 49,5 126,8 -77,3 48,6 112,4 -63,8 49,0 106,4 -57,4
Regionale economie 0,9 37,3 -36,4 0,1 55,7 -55,6 1,8 35,6 -33,8 7,0 34,0 -27,0
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 27,1 -27,1 14,8 -14,8 16,2 -16,2 16,0 -16,0
Kwaliteit van het openbaar bestuur 0,2 3,8 -3,6 0,1 3,9 -3,8 0,1 3,9 -3,8 0,2 3,7 -3,5
Niet-kerntaak en overig 123,1 227,4 -104,3 119,6 228,2 -108,6 122,9 239,8 -116,9 121,4 227,8 -106,4
Gebiedsontwikkelingen 0,5 38,0 -37,5 29,7 -29,7 1,6 52,5 -50,9 13,0 50,0 -37,0
Totaal kerntaken 322,5 664,3 -341,8 213,1 567,5 -354,4 258,9 705,9 -447,0 274,6 564,5 -289,9
Financiering en Algemene dekkingsmiddelen
Deelnemingen afwikkeling verkoop Essent (incl. PBE) 1,4 0,2 1,2 0,2 0,2
Geldleningen en uitzettingen korter dan één jaar 1,6 1,6 0,2 0,2
Geldleningen en uitzettingen langer of gelijk aan één jaar 56,0 60,7 -4,7 45,9 47,8 -1,9 45,9 52,0 -6,1 49,1 52,4 -3,3
Bespaarde rente 68,5 68,5 52,8 52,8 57,0 57,0 57,0 57,0
Algemene uitkering provinciefonds 118,9 118,9 80,1 6,8 73,3 96,4 96,4 97,6 97,6
Eigen middelen (opcenten motorrijtuigenbelasting) 95,6 95,6 101,6 101,6 100,5 100,5 101,5 101,5
Overige financiële middelen (deelneming N.V. BNG) 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
Algemene baten en lasten -0,1 -7,1 7,0 -2,5 2,5 -2,5 2,5 0,1 -4,8 4,9
Algemene dekkingsmiddelen 342,0 53,8 288,2 280,4 52,1 228,3 299,9 49,5 250,4 305,8 47,8 258,0
Onvoorzien 3,0 -3,0 0,6 1,2 -0,6
Totaal financiering en algemene dekkingsmiddelen 280,4 55,1 225,3 305,8 47,8 258,0
Saldo van baten en lasten 664,5 718,1 -53,6 493,5 622,6 -129,1 559,4 756,6 -197,2 580,4 612,3 -31,9
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014228228
Mutaties reserves per kerntaak Onttrekkingen
rekening 2013
Stortingen
rekening 2013
Saldo rekening
2013
Onttrekkingen
2014 Primitief
Stortingen
2014 Primitief
Saldo 2014
Primitief
Onttrekkingen
begroot 2014
Stortingen
begroot 2014
Saldo begroot
2014
Onttrekkingen
rekening 2014
Stortingen re-
kening 2014
Saldo reke-
ning 2014
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer 65,8 74,9 -9,1 17,8 3,1 14,7 63,2 26,9 36,3 62,4 26,9 35,5
Milieu en energie 21,4 20,6 0,8 41,5 17,8 23,7 39,0 32,1 6,9 32,1 31,9 0,2
Inrichting landelijk gebied 62,8 21,5 41,3 14,5 10,0 4,5 173,2 2,2 171,0 75,0 2,1 72,9
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 31,3 135,3 -104,0 41,8 0,9 40,9 31,1 49,0 -17,9 27,0 49,0 -22,0
Regionale economie 36,1 45,8 -9,7 53,0 5,3 47,7 31,5 9,2 22,3 26,2 7,8 18,4
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 6,5 7,7 -1,2 3,8 3,8 5,1 5,1 5,1 5,1
Kwaliteit van het openbaar bestuur 1,1 1,1 1,2 1,2 1,3 1,3 1,1 1,1
Niet-kerntaak en overig 14,0 9,8 4,2 8,3 8,3 18,2 4,5 13,7 14,6 4,5 10,1
Gebiedsontwikkelingen 36,0 60,9 -24,9 29,1 29,1 51,6 35,5 -16,1 53,0 35,5 17,5
Algemene dekkingsmiddelen 522,2 336,0 186,2 114,8 159,6 -44,8 237,7 295,5 -57,8 237,7 294,9 -57,2
Totaal mutaties reserves 797,2 712,5 84,7 325,8 196,7 129,1 651,8 454,6 197,2 534,2 452,5 81,7
Resultaat 1.461,6 1.430,5 31,1 819,3 819,3 1.211,2 1.211,2 1.114,6 1.064,8 49,8
Specificatie mutaties reserves Algemene dekkingsmiddelen Onttrekkingen
rekening 2013
Stortingen
rekening 2013
Saldo rekening
2013
Onttrekkingen
2014 Primitief
Stortingen
2014 Primitief
Saldo 2014
Primitief
Onttrekkingen
begroot 2014
Stortingen
begroot 2014
Saldo begroot
2014
Onttrekkingen
rekening 2014
Stortingen re-
kening 2014
Saldo reke-
ning 2014
Saldireserve 1,0 -1,0
Algemene dekkingsreserve 134,4 15,6 118,8 99,1 101,3 -2,2
Reserve Kracht van Overijssel 383,4 160,5 222,9 58,3 -58,3
Algemene reserve grondzaken 64,7 -64,7
Incidentele mutaties A(D)R 115,6 163,0 -47,4 115,6 163,0 -47,4
Incidentele mutaties Algemene res. KvO 122,1 61,7 60,4 122,1 61,7 60,4
Incidentele mutaties ARG - algemeen 8,1 -8,1 8,1 -8,1
Inc. mutaties ARG - tijdelijk beheer 4,4 94,2 -89,8 1,5 -1,5 0,9 -0,9
0.9 Reserve PAS/EHS Incidenteel 38,3 -38,3 38,3 -38,3
0.9 Reserve PAS / EHS Structureel 22,9 -22,9 22,9 -22,9
Nog toe te delen baten en lasten (I)
Reserve Reconstructie 0,7 0,7
Egalisatiereserve pMjP 15,0 15,0
Totaal mutaties reserves Algemene dekkingsmiddelen 522,2 336,0 186,2 114,8 159,6 -44,8 237,7 295,5 -57,8 237,7 294,9 -57,2
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 229229
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Mutaties reserves per kerntaak Onttrekkingen
rekening 2013
Stortingen
rekening 2013
Saldo rekening
2013
Onttrekkingen
2014 Primitief
Stortingen
2014 Primitief
Saldo 2014
Primitief
Onttrekkingen
begroot 2014
Stortingen
begroot 2014
Saldo begroot
2014
Onttrekkingen
rekening 2014
Stortingen re-
kening 2014
Saldo reke-
ning 2014
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling & waterbeheer 65,8 74,9 -9,1 17,8 3,1 14,7 63,2 26,9 36,3 62,4 26,9 35,5
Milieu en energie 21,4 20,6 0,8 41,5 17,8 23,7 39,0 32,1 6,9 32,1 31,9 0,2
Inrichting landelijk gebied 62,8 21,5 41,3 14,5 10,0 4,5 173,2 2,2 171,0 75,0 2,1 72,9
Regionale bereikbaarheid en regionaal openbaar vervoer 31,3 135,3 -104,0 41,8 0,9 40,9 31,1 49,0 -17,9 27,0 49,0 -22,0
Regionale economie 36,1 45,8 -9,7 53,0 5,3 47,7 31,5 9,2 22,3 26,2 7,8 18,4
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 6,5 7,7 -1,2 3,8 3,8 5,1 5,1 5,1 5,1
Kwaliteit van het openbaar bestuur 1,1 1,1 1,2 1,2 1,3 1,3 1,1 1,1
Niet-kerntaak en overig 14,0 9,8 4,2 8,3 8,3 18,2 4,5 13,7 14,6 4,5 10,1
Gebiedsontwikkelingen 36,0 60,9 -24,9 29,1 29,1 51,6 35,5 -16,1 53,0 35,5 17,5
Algemene dekkingsmiddelen 522,2 336,0 186,2 114,8 159,6 -44,8 237,7 295,5 -57,8 237,7 294,9 -57,2
Totaal mutaties reserves 797,2 712,5 84,7 325,8 196,7 129,1 651,8 454,6 197,2 534,2 452,5 81,7
Resultaat 1.461,6 1.430,5 31,1 819,3 819,3 1.211,2 1.211,2 1.114,6 1.064,8 49,8
Specificatie mutaties reserves Algemene dekkingsmiddelen Onttrekkingen
rekening 2013
Stortingen
rekening 2013
Saldo rekening
2013
Onttrekkingen
2014 Primitief
Stortingen
2014 Primitief
Saldo 2014
Primitief
Onttrekkingen
begroot 2014
Stortingen
begroot 2014
Saldo begroot
2014
Onttrekkingen
rekening 2014
Stortingen re-
kening 2014
Saldo reke-
ning 2014
Saldireserve 1,0 -1,0
Algemene dekkingsreserve 134,4 15,6 118,8 99,1 101,3 -2,2
Reserve Kracht van Overijssel 383,4 160,5 222,9 58,3 -58,3
Algemene reserve grondzaken 64,7 -64,7
Incidentele mutaties A(D)R 115,6 163,0 -47,4 115,6 163,0 -47,4
Incidentele mutaties Algemene res. KvO 122,1 61,7 60,4 122,1 61,7 60,4
Incidentele mutaties ARG - algemeen 8,1 -8,1 8,1 -8,1
Inc. mutaties ARG - tijdelijk beheer 4,4 94,2 -89,8 1,5 -1,5 0,9 -0,9
0.9 Reserve PAS/EHS Incidenteel 38,3 -38,3 38,3 -38,3
0.9 Reserve PAS / EHS Structureel 22,9 -22,9 22,9 -22,9
Nog toe te delen baten en lasten (I)
Reserve Reconstructie 0,7 0,7
Egalisatiereserve pMjP 15,0 15,0
Totaal mutaties reserves Algemene dekkingsmiddelen 522,2 336,0 186,2 114,8 159,6 -44,8 237,7 295,5 -57,8 237,7 294,9 -57,2
( x € 1 miljoen)
( x € 1 miljoen)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014230230
4.4 Balans
Activa
31-12-2013 31-12-2014
Vaste activa 1.819.578 1.695.011
(1) Immateriële vaste activa 41.174 32.938
(2) Materiële vaste activa 148.775 137.311
Investeringen met een economisch nut 53.035 47.239
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut 95.740 90.072
(3) Financiële vaste activa 1.629.629 1.524.762
Kapitaalverstrekkingen 6.462 11.575
waarvan aan deelnemingen 6.224 11.337
waarvan aan overige verbonden partijen 238 238
Leningen 283.265 307.037
waarvan aan openbare lichamen 4.000 4.000
waarvan aan deelnemingen 278.598 302.370
waarvan aan overige verbonden partijen 667 667
Overige langlopende geldleningen 48.746 52.820
Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd ≥ één jaar 138.600 138.600
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd ≥ één jaar 1.152.556 1.014.730
Vlottende activa 356.449 439.528
(4) Voorraden 82.665 81.270
(5) Uitzettingen met een looptijd korter dan één jaar 104.138 308.991
Vorderingen op openbare lichamen 33.492 36.893
Overige verstrekte kasgeldleningen 35.500 240.855
Rekening-courantverhouding met het Rijk 2.665 2.665
Uitzettingen in Nederlands schuldpapier 3.994 3.836
Overige vorderingen 28.487 24.742
Overige uitzettingen
(6) Liquide middelen 120.147 9.460
(7) Overlopende activa 49.499 39.807
(13) Nog te ontvangen voorschotbedragen op doeluitkeringen 19.114 13.751
Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen 30.385 26.056
Totaal 2.176.027 2.134.539
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 231231
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Passiva
31-12-2013 31-12-2014
Vaste passiva 1.809.995 1.786.049
(8) Eigen vermogen 1.784.291 1.752.386
Reserves 1.753.190 1.702.580
waarvan algemene reserves 575.386 602.533
waarvan bestemmingsreserves 1.177.804 1.100.047
Resultaat na bestemming 31.101 49.806
(9) Voorzieningen 25.471 33.600
(10) Vaste schulden 233 63
Vlottende passiva 366.032 348.490
(11) Netto-vlottende schulden 36.578 21.625
(12) Overlopende passiva 329.454 326.865
Nog te betalen in het begrotingsjaar opgebouwde verplichtingen 240.752 245.071
(13) Nog te besteden voorschotbedragen op doeluitkeringen 82.613 76.476
Overige vooruitontvangen bedragen 6.089 5.318
Totaal 2.176.027 2.134.539
(14) Verstrekte borg- en garantstellingen 18.595 21.289
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014232232
4.5 Toelichting op de balans
Ten opzichte van onze Jaarrekening 2013 hebben wij de categorisering van de waarborgsommen
herzien. Bij nadere controle op navolging van wet- en regelgeving is gebleken dat waarborgsom-
men op grond van het BBV onder ‘Vaste schulden’ verantwoord dienen te worden in plaats van
onder ‘Overige vooruitontvangen bedragen’.
Om de cijfers vergelijkbaar te houden met die van 2014 hebben wij in de balans per ultimo 2013
een bedrag van € 21.000 van ‘Overige vooruitontvangen bedragen’ (bedrag Jaarrrekening 2013:
€ 6,11 miljoen) verschoven naar ‘Vaste schulden’ (bedrag Jaarrrekening 2013: € 0,212 miljoen).
4.5.1 Immateriële vaste activa
Door het verschil van het gefixeerde rentepercentage op de uitzettingen met een looptijd van een
jaar of langer en de op het moment van aanschaf geldende marktrente, ontstaan verschillen tussen
de aanschafwaarde en de nominale waarde. Als er meer wordt betaald dan de nominale waarde
ontstaat agio en als er minder wordt betaald dan de nominale waarde ontstaat disagio.
Over het bedrag aan agio wordt gedurende de looptijd afgeschreven, omdat bij de afloop van de
uitzetting slechts de nominale waarde ontvangen zal worden. De jaarlijkse afschrijvingen zijn een
correctie op de renteopbrengsten.
Disagio is een potentiële extra baat die pas bij de afloop van de uitzetting gerealiseerd zal worden;
op dat moment is pas volledig zeker dat de nominale waarde van de uitzetting wordt ontvangen.
Op grond van wet- en regelgeving wordt een positief saldo van agio en disagio onder immateriële
vaste activa gepresenteerd en wordt een negatief saldo rechtstreeks in mindering gebracht op de
uitzettingen met een looptijd van één jaar of langer.
In 2014 hebben de vermogensbeheerders diverse aan- en verkopen gedaan om binnen het door
Provinciale Staten gegeven mandaat te blijven.
Immateriële vaste activa
Saldo van agio en disagio Agio Disagio Saldo
Waarde per 31 december 2013 68.845 -4.866 63.979
Afschrijvingen t/m 31 december 2013 -22.805 n.v.t. -22.805
Boekwaarde per 31 december 2013 46.040 -4.866 41.174
Mutaties 2014
(Dis)agio bij verwerving 2.304 2.304
Afschrijvingen -10.571 n.v.t. -10.571
Vrijval door afloop of verkoop -7.319 31 -7.288
Vermindering afschrijving bij afloop / verkoop 7.319 n.v.t. 7.319
Waarde per 31 december 2014 63.830 -4.835 58.995
Afschrijvingen t/m 31 december 2014 -26.057 n.v.t. -26.057
Boekwaarde per 31 december 2014 37.773 -4.835 32.938
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 233233
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
De agio is daardoor per saldo met € 1,2 miljoen toegenomen, de daarna resterende afname van de
agio met € 6,2 miljoen betrof amortisatie van agio op afgeloste obligaties.
Door genoemde aan- en verkopen hebben er in 2014 afschrijvingen plaatsgevonden van € 1 mil-
joen, een bedrag van € 9,6 miljoen heeft betrekking op agio op al in bezit zijnde obligaties. Van
de verminderingen van de afschrijvingen heeft € 1,1 miljoen betrekking op bij verkopen geamor-
tiseerde agio en heeft € 6,2 miljoen betrekking op amortisatie van agio op afgeloste obligaties.
De afname van de disagio heeft voor € 15.000 betrekking op de aan- en verkopen gedurende 2014,
€ 16.000,-- is vrijgevallen door aflossing van obligaties.
4.5.2 Materiële vaste activa
Materiële vaste activa met een economisch nut
Boekwaarde per
31-12-2013
Boekwaarde per
31-12-2014
Woonruimten 75 71
Bedrijfsgebouwen 37.457 36.376
Machines, apparaten en installaties 14.537 9.633
Overige materiële vaste activa 966 1.159
Totaal 53.035 47.239
( x € 1.000)
Materiële vaste activa
Woonruimten Bedrijfs-
gebouwen
Grond-, weg- en
water-bouwkun-
dige werken
Machines,
apparaten en
installaties
Overige ma-
teriële vaste
activa
Totaal
Aanschafwaarde per 31 december 2013 260 77.446 277.571 46.291 1.090 402.658
Afschrijvingen tot en met 31 december 2013
-185 -39.989 -181.831 -31.754 -124 -253.883
Boekwaarde per 31 december 2013 75 37.457 95.740 14.537 966 148.775
Mutaties 2014
Investeringen of desinvesteringen 922 2.219 292 3.433
Afschrijvingen -4 -2.003 -5.668 -6.987 -97 -14.759
Bijdragen van derden -136 -2 -138
Afwaarderingen wegens duurzame waarde-
verminderingen
Aanschafwaarde per 31 december 2014 260 78.368 277.571 48.374 1.380 405.953
Afschrijvingen tot en met 31 december 2014 -189 -41.992 -187.499 -38.741 -221 -268.642
Boekwaarde per 31 december 2014 71 36.376 90.072 9.633 1.159 137.311
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014234234
Op grond van het BBV worden de materiële vaste activa verdeeld in drie categorieën.
• Investeringen met een economisch nut.
• Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing
geheven kan worden.
• Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.
De grond-, weg- en waterbouwkundige werken vallen in zijn geheel onder de investeringen in de
openbare ruimte met een maatschappelijk nut.
De vaste activa met een economisch nut betreffen de overige categorieën. Eind 2014 heeft de
provincie Overijssel geen activa, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing geheven kan
worden.
De investeringen in 2014 hebben hoofdzakelijk betrekking op ICT.
Toelichting op de investeringskredieten voor activa
Uit de toelichting op de balans blijkt dat de toename van de aanschafwaarden € 3,3 miljoen be-
draagt, dit zijn (des)investeringen verminderd met bijdragen van derden. Deze toename bestaat
uit een drietal componenten: de benutting van de investeringskredieten voor een bedrag van
€ 3,5 miljoen, ontvangen investeringsbijdragen van derden voor een bedrag van € 0,1 miljoen en
amortisatie van volledig afgeschreven en afgevoerde activa van € 0,1 miljoen.
In 2014 waren investeringskredieten voor activa beschikbaar gesteld voor een bedrag van € 8,9 mil-
joen. De per saldo benutting van de investeringskredieten (investeringen verminderd met bijdragen
van derden) bedroeg in 2014 € 3,4 miljoen.
De resterende kredieten kunnen vrijvallen, omdat voor vervanging structureel middelen in de kern-
takenbegroting zijn geraamd.
Hierna worden de geraamde en gerealiseerde investeringen per krediet vermeld en toegelicht.
Nog te besteden
Omschrijving Begroting 2014 Rekening 2014 Saldo in 2015 na 2015
Regionale bereikbaarheid, regionaal OV 302 290 12
Gladheidsbestrijdingsmaterieel 302 290 12
Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken 8.632 3.093 5.539
Vastgoed 822 839 -17
Huisvesting en inrichting 859 758 101
Informatie- en communicatietechnologie 6.951 1.496 5.455
Totaal 8.934 3.383 5.551
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 235235
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Kerntaak Regionale bereikbaarheid, regionaal OV
Gladheidsbestrijdingsmaterieel
Het budget voor de aanschaf van gladheidsbestrijdingsmaterieel bedroeg € 302.000. Hierop is
€ 290.000 uitgegeven voor de aanschaf van zoutstrooiers, sneeuwploegen en brugsproei-installa-
ties. Hiermee is de kwantiteit en kwaliteit van het gladheidsbestrijdingsmaterieel gewaarborgd.
Kerntaak Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige niet-kerntaken
Vastgoed
De uitgaven hadden betrekking op de afwikkeling van de vervanging van de dakbedekking inclu-
sief plaatsing van zonnecellen op het bestuurscentrum, de luchtbehandeling van de vleugel van
het provinciehuis en het uitbaggeren van de kasteelgracht van ’t Nijenhuis.
Huisvesting en inrichting
De uitgaven hadden betrekking op de vervanging van de audiovisuele middelen.
Informatie en communicatietechnologie
De uitgaven hadden betrekking op Basisregistraties, E-dienstverlening en het netwerk. Van het
investeringsbudget ICT is in 2014 circa € 5,5 miljoen niet ingezet. De te verwachten besparingen
die door het gezamenlijk aanbesteden in 2015 via het Shared Service Center behaald gaan wor-
den, maken dat dit incidentele bedrag kan vrijvallen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014236236
4.5.3 Financiële vaste activa
Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan Leningen aan
Deel-
nemingen
Overige
verbonden
partijen
Openbare
lichamen
Deel-
nemingen
Overige
verbonden
partijen
Overige
lang lopende
leningen
Uitzettingen
in Nederlands
schuldpapier
Overige uit-
zettingen
Waarde verstrekte middelen 37.374 238 5.800 281.998 667 62.896 138.600 1.152.556
Waardeverminderingen -31.150 -1.800 -3.400 -14.150
Boekwaarde per 31-12-2013 6.224 238 4.000 278.598 667 48.746 138.600 1.152.556
Mutaties waarde verstrekte
middelen
-4 29.094 15.507 -137.826
Mutaties waardeverminderingen 5.117 -5.322 -11.433
Mutaties 2014 5.113 23.772 4.074 -137.826
Waarde verstrekte middelen 37.370 238 5.800 311.092 667 78.403 138.600 1.014.730
Waardeverminderingen -26.033 -1.800 -8.722 -25.583
Boekwaarde per 31-12-2014 11.337 238 4.000 302.370 667 52.820 138.600 1.014.730
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 237237
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Kapitaalverstrekkingen
Conform de regelgeving zijn de kapitaalverstrekkingen voor het bedrag van de oorspronkelijke
investering in de balans gepresenteerd, waar nodig is voorzichtigheidshalve afgewaardeerd.
Alle kapitaalverstrekkingen hebben betrekking op deelnemingen, uitgezonderd die aan Zuider-
zeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V.; deze valt onder kapitaalverstrekkingen aan overige
verbonden partijen.
In 2014 is Attero verkocht, de boekwaarde van de kapitaalverstrekking van € 4.000 is daarbij
afgeboekt. Omdat ons belang ultimo 2014 nihil is, bedraagt de intrinsieke waarde ook nihil.
Leningen
Leningen aan openbare lichamen (art.1, sub a, Wet FIDO)
Deze post betreft een lening aan de gemeente Enschede van € 4 miljoen en een lening aan de
gemeente Hengelo van € 1,8 miljoen. De lening aan de gemeente Hengelo wordt bij de oprich-
ting overgedragen aan Warmtenet Hengelo. Omdat dit een risicovol project betreft is de lening
volledig voorzien.
Kapitaalverstrekkingen
Instelling
Intrinsieke waarde
per 31-12-2013
% van het (aandelen)
kapitaal
Boekwaarde per
31-12-2014
NV Bank Nederlandse gemeenten 5.405 0,16 199
Oost NV 11.350 13,51 10.233
Vitens N.V. 28.119 6,42 91
Wadinko N.V. 13.635 25,12
Zuiderzeehaven Beheer B.V. 3 16,67 3
Zuiderzeehaven Ontwikkelingsmaatschappij C.V. 856 16,46 238
Herstructureringsmaatschappij Overijssel NV (HMO) 24.029 100,00
Enexis Holding N.V. 630.397 18,71 707
Vordering op Enexis B.V. 15 18,71 19
Verkoop Vennootschap B.V. 64.971 18,71
Attero Holding NV
Publiek Belang Electriciteitsproductie BV (PBE) 302 18,71 19
CBL Vennootschap B.V. 1.527 18,71 47
Claim Staat Vennootschap B.V. 10 18,71 19
Energiefonds Overijssel B.V. -4.341 100,00
Totaal 776.278 11.575
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014238238
Omdat de leningen voor het Innovatiefonds een hoog risico kennen en het Innovatiefonds
Overijssel nog in de oprichtingsfase verkeert, zijn deze leningen volledig voorzien.
Leningen aan overige verbonden partijen
Deze post bestaat volledig uit een achtergestelde renteloze lening aan Zuiderzeehaven Ontwik-
kelingsmaatschappij C.V.
Overige langlopende leningen
31-12-2013 Vermeerderingen Verminderingen 31-12-2014
Stichting WMC 500 500
Waardevermindering stichting WMC 500 500
DLG | Revolving fund kavelruil 11.004 276 11.280
SVn | Startersleningen 18.849 2.500 829 20.520
SVn | Energieleningen 16.000 6.000 22.000
SVn | Energieleningen MKB 2.800 1.200 4.000
Biobrandstoffabriek Hardenberg V.O.F. 1.093 93 1.000
Waardevermindering Biobrandstoffabriek Hardenberg 1.000 1.000
Aardwarmtecluster KKP I B.V. 4.500 600 317 4.783
Waardevermindering aardwarmte koekoekspolder 4.500 283 4.783
Stork Thermeq B.V. | bedrijfsverplaatsing 8.150 11.350 19.500
Waardevermindering Stork Thermeq 8.150 5.050 13.200
Empyro B.V. 3.000 3.000
Waardevermindering Empyro 3.000 3.000
Sanderink Technology Centre B.V. 3.100 3.100
Waardevermindering Empyro -3.100 -3.100
Totaal 48.746 16.593 12.519 52.820
( x € 1.000)
Leningen aan deelnemingen
Lening verstrekt aan 31-12-2013 Vermeerderingen Verminderingen 31-12-2014
Enexis Holding N.V. 39.297 39.297
Vitens N.V. 12.991 1.624 11.367
Vordering op Enexis B.V. 158.998 158.998
Energiefonds Overijssel B.V. 67.312 25.359 60 92.611
Innovatiefonds Overijssel B.V. i.o. 3.400 5.404 82 8.722
Waardeverminderingen leningen Innovatiefonds 3.400 5.322 8.722
Breedbandfond Overijssel i.o. 97 97
Totaal 278.598 25.538 1.766 302.370
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 239239
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier
Op grond van wet- en regelgeving dienen uitzettingen in Nederlands schuldpapier met een rente-
typische looptijd van één jaar of langer afzonderlijk onder de financiële vaste activa te worden
gepresenteerd.
Het hier gepresenteerde saldo is onderdeel van de portefeuilles van de externe vermogens-
beheerders en betreft de nominale waarden van Nederlandse obligaties. In 2014 hebben zich in
deze post geen mutaties voorgedaan.
Overige uitzettingen
Onder deze post zijn de nominale waarden van de beleggingen in obligaties opgenomen, uitge-
zonderd die van Nederlandse obligaties. Vanaf eind 2009 wordt er gebruik gemaakt van externe
vermogensbeheerders. Zij beheren de ontvangen gelden uit de verkoop van Essent en beleggen
deze in obligaties die vervolgens in principe tot het einde van de looptijd worden aangehouden.
De per saldo afname van € 137,8 miljoen is veroorzaakt door € 139,4 miljoen aan afgeloste obli-
gaties, € 27,6 miljoen aan verkopen en € 29,9 miljoen aan vervangende aankopen.
Het bedrag dat in 2014 per saldo is herbelegd bedraagt € 40,1 miljoen (op basis van markt-
waarde). Deze wijzigingen in de portefeuille zijn aangebracht vanuit onderhoudsperspectief
(verkoop en aankoop gekoppeld, opereren binnen gegeven mandaten), waarbij de duration niet
is verlengd en de portefeuille niet is uitgebreid.
Het geheel aan uitzettingen (inclusief in de vorm van nederlands schuldpapier) kent ultimo 2014
een nominale waarde van € 1.153,3 miljoen. Inclusief het saldo van agio en disagio van € 32,9
miljoen bedraagt de boekwaarde ultimo 2014 € 1.186,3 miljoen. De marktwaarde van de porte-
feuille bedraagt ultimo 2014 € 1.326 miljoen, exclusief de opgebouwde rente.
4.5.4 VoorradenDe in deze Jaarstukken gepresenteerde voorraden vallen onder de categorie ‘Overige grond- en
hulpstoffen’ en bestaan volledig uit aangekochte gronden en gebouwen.
(Ruil)gronden EHS
Van de mutaties in 2014 heeft per saldo € 6,4 miljoen betrekking op aan- en verkopen van
grond. Daarnaast zijn voor een bedrag van € 3,6 miljoen gebouwen verkocht.
Voorraden ( x € 1.000)
Voorraad grond- en hulpstoffen, overig Stand per 31-12-2013 Vermeerderingen Verminderingen Stand per 31-12-2014
(Ruil)gronden IJsseldelta-Zuid 22.151 983 794 22.340
(Ruil)gronden N340 / N377 / N48 2.685 133 347 2.471
(Ruil)gronden N34 172 5 167
(Ruil)gronden EHS 89.150 2.796 12.739 79.207
(Ruil)gronden Revolving fund kavelruil 10.793 3.681 7.112
(Ruil)gronden overig 5 5
Waardeverminderingen i.v.m. lagere marktwaarde -31.493 -3.232 -4.693 -30.032
Totaal 82.665 11.478 12.873 81.270
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014240240
(Ruil)gronden Revolving fund Kavelruil
Ten behoeve van het realiseren van landbouwdoelen heeft de provincie het Revolving Fund inge-
steld. Als gevolg van het opheffen van DLG / BBL zijn de gronden in 2014 juridisch overgedragen
aan de provincie, hierdoor is het Revolving Fund in 2014 gewijzigd van een financieringsfonds
naar een voorraadpositie. De omvang mag maximaal € 25 miljoen bedragen.
Waardeverminderingen in verband met lagere marktwaarde
De BBV-richtlijnen bepalen dat gronden moeten worden gewaardeerd op basis van verkrijgings-
waarde tenzij de marktwaarde lager is. Ook de ‘Nota instrumenten grondbeleid en Algemene
Reserve Grond’ (PS/2012/874) bevat dit uitgangspunt.
In het Statenvoorstel ‘Samen verder aan de slag met de EHS’ (PS/2013/412) is opgenomen dat voor
toepassing van het grond-voor-grondprincipe de buiten de Ecologische Hoofdstructuur gelegen EHS-
gronden worden ondergebracht in de grondbank als onderdeel van de ARG. Daarbij is aangegeven
dat de waardering wordt bepaald aan de hand van de actuele marktwaarde.
Op basis van de geldende BBV-richtlijnen en vastgestelde uitgangspunten voor het grondbeleid en
de grondbank is de voorraad gronden gesplitst in gronden binnen de EHS-begrenzing en gronden
buiten de EHS-begrenzing.
Waardevermindering gronden gelegen binnen de EHS-begrenzing
Deze categorie gronden ligt op de juiste plek en kan worden ingezet voor doelrealisatie. De markt-
waarde voor deze categorie is gebaseerd op een natuurbestemming. Op deze categorie gronden is
daarom in 2014 een afwaardering van € 1,8 miljoen verwerkt.
Waardevermindering gronden gelegen buiten de EHS-begrenzing en gebouwen
Deze categorie betreft ruilgronden en gebouwen die zullen worden verkocht of geruild ten
behoeve van verwervingen binnen de Ecologische Hoofdstructuur. Voor dit onderdeel van de
vooraad zijn voor de objecten waarbij de marktwaarde lager is dan de verkrijgingswaarde voor-
zieningen getroffen. Met de verkoop van gebouwen met een aanschafwaarde van € 3,6 miljoen
is tevens de getroffen voorziening vrijgevallen. Daarnaast is in 2014 een aanvullende voorziening
voor gebouwen nodig gebleken van € 1 miljoen.
4.5.5 Uitzettingen met een looptijd korter dan één jaar
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Vorderingen op openbare lichamen 33.492 36.893
Overige verstrekte kasgeldleningen
Rekening-courantverhouding met het Rijk 35.500 240.855
Uitzettingen in Nederlands schuldpapier 2.665 2.665
Overige vorderingen 3.994 3.836
Overige uitzettingen 28.487 24.742
Totaal 104.138 308.991
( x € 1.000)Vorderingen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 241241
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Vorderingen op openbare lichamen
De belangrijkste vorderingen ultimo 2014 betreffen het btw-compensatiefonds (€ 21,8 miljoen)
en de opcenten motorrijtuigenbelasting over december (ongeveer € 8 miljoen).
Rekening-courantverhouding met het Rijk
Op grond van wet- en regelgeving dienen overtollige middelen aangehouden te worden in ’s
Rijks schatkist en afzonderlijk te worden verantwoord. Ultimo 2014 zijn de beschikbare liquidi-
teiten aan deze rekening-courant toegevoegd; uitgezonderd de ontvangsten op de laatste drie
dagen van 2014.
Uitzettingen in Nederlands schuldpapier
Dit betreft de per jaareinde opgebouwde rente op Nederlandse obligaties binnen de obligatie-
portefeuilles.
Overige vorderingen
Het verplicht schatkistbankieren betekent ook dat de nog te ontvangen rentebaten sterk dalen.
Het saldo eind 2014 bevat de nog over 2014 te ontvangen rente van de achtergestelde lening
aan Vitens.
Overige uitzettingen
Dit betreft de per jaareinde opgebouwde rente op de obligaties (exclusief Nederlandse) binnen
de obligatieportefeuilles.
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Vorderingen op openbare lichamen 33.492 36.893
Overige verstrekte kasgeldleningen
Rekening-courantverhouding met het Rijk 35.500 240.855
Uitzettingen in Nederlands schuldpapier 2.665 2.665
Overige vorderingen 3.994 3.836
Overige uitzettingen 28.487 24.742
Totaal 104.138 308.991
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Europese Unie
Rijksoverheid 31.296 29.825
Provincies 298 1.076
Gemeenten, waterschappen en samenwerkingsverbanden 1.898 5.992
Totaal 33.492 36.893
( x € 1.000)Vorderingen op openbare lichamen
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Nog te ontvangen rentebaten 2.806 446
Overige vorderingen 1.188 3.390
Totaal 3.994 3.836
( x € 1.000)Overige vorderingen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014242242
4.5.6 Liquide middelen
Het saldo ultimo 2014 bestaat uit de op de laatste drie dagen van 2014 ontvangen bedragen.
Met ingang van 2014 is de Regeling schatkistbankieren van kracht. Op grond van de wijziging van
het BBV dient in de toelichting op de balans verantwoording afgelegd te worden over de berekening
en het gebruik van het drempelbedrag. In de Decembercirculaire 2014 over het Provinciefonds is
gemeld dat vanuit praktisch oogpunt het begrotingstotaal naar de stand van 1 januari gebruikt dient
te worden, om gedurende het jaar te kunnen sturen op het drempelbedrag.
Binnen de provincie Overijssel is gedurende 2014 gestuurd op het totaal van de actuele begroting.
Om deze reden wordt de verantwoording over 2014 gepresenteerd aan de hand van het begro-
tingstotaal per ultimo 2014.
( x € 1.000)
( x € 1.000)
Berekening drempelbedrag schatkistbankieren
Verantwoording drempelbedrag
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Banksaldi 120.146 9.459
Kas 1 1
Totaal 120.147 9.460
Begroting
Percentage Drempel
Begrotingstotaal ultimo 2014 1.211.214
Drempelbedrag tot € 500 miljoen 500.000 0,75% 3.750
Drempelbedrag vanaf € 500 miljoen 711.214 0,20% 1.422
Drempelbedrag 2014 5.172
Gemiddelde Drempel Verschil
Eerste kwartaal 2014 8.372 5.172 -3.200
Tweede kwartaal 2014 5.154 5.172 18
Derde kwartaal 2014 1.223 5.172 3.949
Vierde kwartaal 2014 623 5.172 4.549
Geheel 2014 3.815 5.172 1.357
( x € 1.000)Liquide middelen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 243243
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
De overschrijding in het eerste kwartaal is veroorzaakt door het inregelen van het afromen van
de banksaldi naar de schatkist. Na het tweede kwartaal is het afromen naar de schatkist goed
ingeregeld, wat te zien is aan de relatief grote ruimte binnen het drempelbedrag. Over geheel
2014 bezien is eveneens geen sprake van een overschrijding van het drempelbedrag.
4.5.7 Overlopende activa
Nog te verrekenen of te declareren en vooruitbetaalde bedragen
Alle bedragen worden verrekenbaar of inbaar geacht. De grootste posten betreffen betaalde voor-
schotten aan DLG (€ 4,7 miljoen), vorderingen op diverse landinrichtingscommissies (€ 3,2 miljoen)
en de rente over het vierde kwartaal van 2014 voor de bruglening aan Enexis (€ 2,2 miljoen).
Doeluitkeringen
Voor de toelichting op de nog te ontvangen voorschotbedragen op doeluitkeringen verwijzen
wij u naar paragraaf 4.5.13, waar deze gezamenlijk met de nog te besteden voorschotbedragen
op doeluitkeringen toegelicht worden.
4.5.8 Eigen vermogenHet eigen vermogen bestaat uit 2 componenten: de reserves en het resultaat over het boekjaar.
Reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en vrij be-
steedbaar zijn. Het instellen, wijzigen en opheffen van reserves is voorbehouden aan Provinciale
Staten. Dit is in het BBV vastgelegd. De reden hiervoor is dat reserves worden gevormd door
positieve resultaten of bewust zijn vrijgemaakt vanuit andere middelen, om op een later moment
aan te kunnen wenden.
Ook kunnen reserves worden gevormd om risico’s af te dekken, waardoor tegenvallers in andere
jaren kunnen worden opgevangen. In alle gevallen raken de reserves het budgetrecht van Provin-
ciale Staten.
Reserves zijn er in 2 vormen: algemene reserves en bestemmingsreserves. De algemene reserves
betreffen vermogensbestanddelen waaraan door Provinciale Staten nog geen bestemming is
gegeven. Hoewel deze reserves vrij besteedbaar zijn, dienen deze ook als buffer tegen algemene
risico’s. Bestemmingsreserves zijn vermogensbestanddelen waaraan Provinciale Staten een beste-
dingsrichting hebben gegeven.
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Nog te verrekenen / te declareren bedragen 20.562 24.867
Vooruitbetaalde bedragen 9.771 1.188
Doeluitkeringen 19.114 13.751
Ontvangsten onderweg en kruisposten 48 0
Overige 4 1
Totaal 49.499 39.807
Doeluitkeringen: zie 5.3.12
( x € 1.000)Overlopende activa
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014244244
Stand per 31-12-2013 Toevoegingen per
1-1-2014
Onttrekkingen per
1-1-2014
Stand per 1-1-2014 Toevoegingen 2014 Onttrekkingen 2014 Stand per 31-12-2014
Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Algemene reserves
Saldireserve 38.000 38.000 38.000
Algemene dekkingsreserve 324.641 49.914 12.515 362.040 144.163 144.163 103.050 103.050 403.153
Reserve Kracht van Overijssel 148.050 148.050 61.700 61.700 122.116 122.116 87.634
Algemene reserve grondzaken 64.695 1.109 65.804 8.458 7.942 516 73.746
Subtotaal 575.386 51.023 12.515 613.894 214.321 213.805 516 225.166 225.166 602.533
Bestemmingsreserves
Reserve Europese programma's 7.803 242 7.561 5.512 4.125 1.387 1.531 108 1.423 11.578
Reserve Reconstructie 1.631 400 1.231 400 400 1.155 1.155 476
Reserve regionale bereikbaarheid 3.645 3.645 3.645 3.645
Reserve Provinciale infrastructuur 32.017 593 31.424 736 736 8.856 5.125 3.731 27.035
Reserve waterwegen 4.745 4.745 214 214 800 336 464 4.623
Egalisatiereserve ILG 48.232 48.232 37.117 35.827 1.290 12.405
Reserve startersleningen 5.146 5.146 103 103 407 387 20 4.862
Reserve energiebesparing 11.704 2.457 14.161 2.071 1.852 219 4.087 1.956 2.131 14.057
Reserve herstructurering bedrijventerreinen 8.433 8.433 1.122 1.122 9.555
Reserve bodemsanering 2010 - 2014 24.071 9.270 33.341 13.285 13.285 8.836 7.085 1.751 39.541
Reserve ISV-3 1.738 788 2.526 1.830 1.829 1 4.355
Reserve Uitvoering Kracht van Overijssel 852.949 2.007 850.942 116.416 116.416 202.908 189.344 13.564 778.014
Reserve Energiefonds Overijssel 67.446 67.446 5.000 5.000 2.039 2.012 27 70.434
Reserve majeure projecten EHS 18.380 18.380
Uitvoeringsreserve EHS 89.864 1.700 91.564 59.450 59.450 121.127 27.902 93.225 123.112
Subtotaal 1.177.804 14.215 21.622 1.170.397 206.139 204.532 1.607 392.508 274.882 117.626 1.100.047
Resultaat na bestemming 31.101 31.101 49.806 49.806 49.806
Totaal reserves 1.784.291 65.238 65.238 1.784.291 420.460 468.143 -47.683 617.674 500.048 117.626 1.752.386
Het resultaat over het boekjaar betreft het overschot of tekort ten opzichte van de begroting
nadat de stortingen en onttrekkingen aan de reserves in dat jaar hebben plaatsgevonden. Het
resultaat staat eveneens ter beschikking aan Provinciale Staten.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 245245
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Stand per 31-12-2013 Toevoegingen per
1-1-2014
Onttrekkingen per
1-1-2014
Stand per 1-1-2014 Toevoegingen 2014 Onttrekkingen 2014 Stand per 31-12-2014
Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Algemene reserves
Saldireserve 38.000 38.000 38.000
Algemene dekkingsreserve 324.641 49.914 12.515 362.040 144.163 144.163 103.050 103.050 403.153
Reserve Kracht van Overijssel 148.050 148.050 61.700 61.700 122.116 122.116 87.634
Algemene reserve grondzaken 64.695 1.109 65.804 8.458 7.942 516 73.746
Subtotaal 575.386 51.023 12.515 613.894 214.321 213.805 516 225.166 225.166 602.533
Bestemmingsreserves
Reserve Europese programma's 7.803 242 7.561 5.512 4.125 1.387 1.531 108 1.423 11.578
Reserve Reconstructie 1.631 400 1.231 400 400 1.155 1.155 476
Reserve regionale bereikbaarheid 3.645 3.645 3.645 3.645
Reserve Provinciale infrastructuur 32.017 593 31.424 736 736 8.856 5.125 3.731 27.035
Reserve waterwegen 4.745 4.745 214 214 800 336 464 4.623
Egalisatiereserve ILG 48.232 48.232 37.117 35.827 1.290 12.405
Reserve startersleningen 5.146 5.146 103 103 407 387 20 4.862
Reserve energiebesparing 11.704 2.457 14.161 2.071 1.852 219 4.087 1.956 2.131 14.057
Reserve herstructurering bedrijventerreinen 8.433 8.433 1.122 1.122 9.555
Reserve bodemsanering 2010 - 2014 24.071 9.270 33.341 13.285 13.285 8.836 7.085 1.751 39.541
Reserve ISV-3 1.738 788 2.526 1.830 1.829 1 4.355
Reserve Uitvoering Kracht van Overijssel 852.949 2.007 850.942 116.416 116.416 202.908 189.344 13.564 778.014
Reserve Energiefonds Overijssel 67.446 67.446 5.000 5.000 2.039 2.012 27 70.434
Reserve majeure projecten EHS 18.380 18.380
Uitvoeringsreserve EHS 89.864 1.700 91.564 59.450 59.450 121.127 27.902 93.225 123.112
Subtotaal 1.177.804 14.215 21.622 1.170.397 206.139 204.532 1.607 392.508 274.882 117.626 1.100.047
Resultaat na bestemming 31.101 31.101 49.806 49.806 49.806
Totaal reserves 1.784.291 65.238 65.238 1.784.291 420.460 468.143 -47.683 617.674 500.048 117.626 1.752.386
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014246246
Algemene reserves
Saldireserve
Soort Algemene reserve (inclusief risicoreserve).
Ingesteld op Besluit PS/1989 van Provinciale Staten van Overijssel in 1989 betreffende ‘Uitgangspunten voor het te voeren reservebeleid
en afschrijvingsbeleid en ontwikkeling rente zwevend geld’.
Doel Deze reserve vervult een belangrijke functie als buffer, om tegenvallers en risico’s op te kunnen vangen. In minder gunstige
tijden kan deze gebruikt worden, of om een zekere continuïteit in het beleid te kunnen waarborgen, of om de mogelijkheid
te hebben geleidelijk het bestaande beleid om te buigen.
Specifieke spelregels De reserve behoort tot de algemene middelen. Aanwending is (binnen het doel van risicobuffer) voorbehouden aan Provinci-
ale Staten.
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Nee. Gelet op doel en spelregels van de reserve n.v.t.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € 38.000.000. Gelet op doel en spelregels van de reserve behoort het volledige saldo tot de beschikbare weerstandscapaciteit.
Toelichting verloop 2014 In 2014 is deze reserve niet gemuteerd.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 247247
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
( x € 1.000)Algemene dekkingsreserve
Soort Algemene reserve (inclusief risicoreserve).
Ingesteld op Besluit PS/2002/26 van Provinciale Staten van Overijssel op 14 mei 2002.
Doel Tijdelijke afstorting van overschotten en reserveringen.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Nee. Gelet op doel en spelregels van de reserve n.v.t.
Vrije ruimte € 28.780.000. Per eind 2014.
Onderdeel weerstandsvermogen € 4.969.000. Betreft twee risicoreserveringen. De eerste van € 2,3 miljoen is bedoeld voor eventuele risico’s voortvloeiend
uit de Reconstructiewet en de tweede van € 2,7 miljoen is bedoeld voor de eventuele resterende risico’s rondom ADT.
Toelichting verloop 2014 In 2014 is € 194,1 miljoen aan de reserve toegevoegd, bestaand uit toevoegingen bij de primitieve begroting van € 101,3
miljoen, het resultaat over 2013 van € 31,1 miljoen, € 18,8 miljoen aan resultaatbestemmingsvoorstellen per 1 januari 2014
bij het Jaarverslag 2013 en € 42,9 miljoen via begrotingswijzigingen, bestaande uit de saldi van diverse Planning & Control-
documenten.
Daarnaast is € 115,6 miljoen aan de reserve onttrokken, bestaand uit onttrekkingen bij de primitieve begroting van € 99,1
miljoen, € 12,5 miljoen aan resultaatbestemmingsvoorstellen per 1 januari 2014 bij het Jaarverslag 2013 en € 4 miljoen via
begrotingswijzigingen. De onttrekkingen waren voor € 58,5 miljoen bestemd voor toevoeging aan de reserve Kracht van
Overijssel.
Het verloop van de Algemene dekkingsreserve in 2014 is daarmee als volgt:
Beginstand per 31-12-2013 € 324,6 miljoen
Toevoegingen per 01-01-2014 € 49,9 miljoen +
Onttrekkingen per 01-01-2014 € 12,5 miljoen -/-
Toevoegingen in 2014 € 144,2 miljoen +
Onttrekkingen in 2014 € 103,0 miljoen -/-
Eindstand per 31-12-2014 € 403,2 miljoen
In de stand ultimo 2014 is een bedrag van € 300 miljoen beklemd en een bedrag van € 69,4 miljoen geoormerkt voor dek-
king van toekomstige lasten. De stand ultimo 2014 vermindert met deze beklemming, oormerkingen en het onderdeel van
het weerstandsvermogen is de aanwezige vrije ruimte in deze rerserve per ultimo 2014. In het budgettair perspectief wordt
de vrije ruimte per ultimo 2015 gepresenteerd.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014248248
Reserve Kracht van Overijssel
Soort Algemene reserve (inclusief risicoreserve).
Ingesteld op Besluit PS/2011/426 van Provinciale Staten van Overijssel op 13 juli 2011.
Doel De middelen voor de Investeringsimpuls als bepaald in het Hoofdlijnenakkoord 2011 – 2015 worden door Provinciale Staten
gereserveerd in een algemene reserve ‘Kracht van Overijssel’. De reguliere bevoegdheden voor deze reserve liggen bij Pro-
vinciale Staten. Voor de investeringsfasen ‘toelating’, ‘verkenning’ en ‘planvorming’ worden hieruit door Provinciale Staten
voorbereidingsbudgetten beschikbaar gesteld. Indien Provinciale Staten besluiten een investering over te hevelen naar de
‘realisatiefase’, besluiten Provinciale Staten tevens de hiervoor benodigde middelen over te hevelen naar de bestemmings-
reserve ‘Uitvoering Kracht van Overijssel’.
Specifieke spelregels De spelregels maken nader onderdeel uit van het begrotingswijzigingenbeleid.
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Nee. Uit deze reserve worden geen bestedingen gefinancierd. Onttrekkingen aan deze reserve worden gestort in de Reserve
uitvoering Kracht van Overijssel of de Algemene dekkingsreserve.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 bedroegen de totale toevoegingen € 61,7 miljoen ter dekking van de oorspronkelijke investeringsimpuls.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 249249
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Algemene reserve grondzaken
Soort Algemene reserve.
Ingesteld op Besluit PS/2012/275 van Provinciale Staten van Overijssel op 11 juli 2012.
Doel Afdekken van het risico dat gepaard gaat met grondbezit voorzover dit buiten de projectbegrenzing ligt.
Specifieke spelregels Door het instellen van een aparte reserve voor gronden worden de risico’s van gronden gescheiden van de financiële huis-
houding voor de overige provinciale taken. In de Algemene reserve grondzaken (ARG) worden de risico’s die gerelateerd zijn
aan grondbezit afgedekt. De ARG maakt het mogelijk om éénduidig risico’s te beheersen die gepaard gaan met het provinciale
grondbezit.
De volgende risico´s zijn daarin het meest bepalend:
• Risico waardeontwikkeling t.o.v. inbrengwaarde (positief als negatief).
• Risico tijdelijke exploitatie (Verliesgevende tijdelijke exploitatie leidt tot verliezen in de Voorraadrekening Gronden).
• Risico tijd (langer tijdelijk exploiteren en beheer.
Verwachte einddatum Geen einddatum aangegeven.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Ter afdekking van de risico’s en kosten verbonden aan het beheer en de vervreemding van ruilgronden storten projecten die
deze gronden aanleveren 10% van de boekwaarde van de gronden in de ARG. Via een voorstel tot resultaatbestemming bij
het Jaarverslag 2013 hebben de projecten IJsseldelta-Zuid, N340 en N34 in totaal € 1,1 miljoen afgedragen aan de ARG (zie
de mutatie per balansdatum). Daarnaast is in 2014 op basis van de besluitvorming rondom de tracé-aanpassing van de N340
€ 7,0 miljoen gestort in de ARG. Verder hebben uw Staten via de monitor Overijssel 2014-II besloten om binnen de ARG een
afgebakend deel van de reserve te creëren voor tijdelijk beheer van gronden en vastgoed. Conform die besluitvorming is in
2014 het saldo van de baten en lasten van tijdelijk beheer, alsmede het voordelige exploitatiesaldo van BBL / DLG voor tijdelijk
beheer tot en met 2013, gestort in dit deel van de ARG. Het betreft een bedrag van € 0,9 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014250250
Europese programma’s
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/1995/19 van Provinciale Staten van Overijssel in 1995.
Doel Ingesteld ten behoeve van de uitvoering van Europese programma’s voor economische structuurversterking. De voeding van
deze egalisatiereserve geschiedt met eigen middelen om fluctuaties in de uitvoering van de meerjarige deelprogramma’s op
te vangen. Op basis van diverse voorstellen hebben Provinciale Staten ingestemd met de uitvoering van Europese program-
ma’s, de zogenaamde EPD’s.
Specifieke spelregels De spelregels van de reserve zijn bepaald bij instelling van de reserve in 1995 (nummer 19). De reserve wordt gevoed met in de
begroting beschikbaar gestelde middelen. Naast de cofinancieringsmiddelen, bevat de reserve ook een risicobuffer van € 5 mil-
joen (zie bladzijde 4, PS/2008/27 voor toelichting risicobuffer). Zodra er duidelijkheid is over de hoogte van het nieuwe Europese
programma 2014 - 2020 en bijbehorende cofinanciering, zal de hoogte van de buffer worden herzien.
Verwachte einddatum Dit is niet van tevoren aan te geven. Zolang het beleid is om cofinanciering te leveren aan Europese programma’s zal de
reserve intact blijven.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € 5.000.000
Toelichting verloop 2014 In 2014 is de eerste tranche voor het programma 2014 - 2020 gestort in de reserve en is er indexering toegevoegd (rente).
Daarnaast is er € 0,1 miljoen onttrokken voor de cofinanciering van projectsubsidies.
Bestemmingsreserves
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 251251
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Reconstructie
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2004/526 van Provinciale Staten van Overijssel op 23 juni 2004.
Doel De bestedingen voor reconstructie zullen, in de tijd gezien, een naar verwachting grillig sterk wisselend patroon vertonen. Om
deze fluctuaties in baten en lasten te verevenen, is besloten om een bestemmingsreserve in te stellen. De reserve wordt gevoed
met in de begroting beschikbaar gestelde middelen voor reconstructie, voor zover deze (nog) niet besteed zijn aan de uitvoering
van reconstructie. De jaarlijkse stand van de reserve hangt mede samen met de spreiding van bestedingen over de jaren.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2004/526, bestedingen ten behoeve van reconstructie. Jaarlijks vindt er een rente toerekening plaats aan de
bestemmingsreserve.
Verwachte einddatum Dit is onder andere afhankelijk van de voortgang van lopende projecten die gefinancierd worden uit de reserve.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De onttrekking voor het project De Doorbraak, ad € 0,5 miljoen, is conform begroting. Daarnaast is er per saldo € 0,25
miljoen vrijgevallen naar de algemene middelen. De resterende middelen zijn bestemd voor de uitfinanciering van het project
De Doorbraak.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014252252
Regionale bereikbaarheid
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2006/223 van Provinciale Staten van Overijssel op 26 april 2006.
Doel De reserve draagt bij aan de financiering van grote infrastructurele projecten waardoor knelpunten in de regionale bereik-
baarheid worden opgelost. Hiermee kan adequaat en snel worden ingespeeld op ontwikkelingen. Het betreft infrastructuur
van wegen, waterwegen en railverbindingen van Rijk en gemeenten.
De provinciale bijdrage aan het Regionaal Mobiliteitsfonds (RMF) is in de reserve Regionale Bereikbaarheid gestort. De pro-
vinciale bijdrage aan RMF-projecten mag volgens regelgeving BBV namelijk niet geboekt worden ten gunste van de doeluit-
kering RMF. In de doeluitkering RMF worden de rijksbijdragen en de bijdragen van de gemeenten verantwoord.
Specifieke spelregels
Verwachte einddatum Reserve is bij monitor Overijssel 2014-II opgeheven.
Bestedingsplan Niet van toepassing
Vrije ruimte Niet van toepassing
Onderdeel weerstandsvermogen Niet van toepassing
Toelichting verloop 2014 In 2014 heeft afrekening met het Rijk plaatsgevonden met betrekking tot de bestedingen uit het Regionaal Mobiliteitsfonds
(RMF). Het saldo van de niet bestede RMF- middelen dat verantwoord is in de reserve Regionale bereikbaarheid (€ 0,3
miljoen) valt vrij naar de algemene middelen. Hiermee zijn de RMF-projecten financieel afgerond. Daarnaast is in 2014 € 3,4
miljoen uit de reserve overgebracht naar de reserve Kracht van Overijssel ten behoeve van de prestatie herijking OV-taktiek
(prestatie 4.2.10). Het saldo van de reserve Regionale bereikbaarheid is daarmee op nihil gebracht en de reserve is bij de
monitor Overijssel 2014-II opgeheven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 253253
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Provinciale infrastructuur
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2006/223 van Provinciale Staten van Overijssel op 26 april 2006.
Doel De reserve is ingesteld om daarmee de kosten van investeringen op eigen provinciale wegen te dekken. Basis daarvoor is het
Provinciaal MIRT (onderdeel van de Dynamische beleidsagenda verkeer en vervoer).
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2006/223.
Verwachte einddatum Geen einddatum bepaald.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is € 0,74 miljoen rente toegevoegd aan de reserve. De geraamde onttrekkingen over 2014 zijn deels gerealiseerd
voor een bedrag van € 5,12 miljoen. In 2015 wordt bij de actualisatie van de meerjarige begroting een voorstel gedaan voor
het meerjarig budgettair naar achteren schuiven van onttrekkingen in verband met vertraagde uitvoering van projecten.
Waterwegen
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2006/759 van Provinciale Staten van Overijssel op 11 oktober 2006.
Doel Het afdekken van het toekomstig (groot) onderhoud en vervanging van bruggen voor alle provinciale waterwegen in
Overijssel, naast het onderhoud van de waterweg Kanaal Almelo – De Haandrik.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2006/759
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Ja. De reserve wordt ingezet voor de instandshoudingsverplichtingen aan Kanaal Almelo de Haandrik jegens het Rijk, groot-
schalige baggerwerkzaamheden ten behoeve van diverse vaarwegen en de herinrichting van Kanaal Almelo - De Haandrik
voor 700-tons vervoer.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Er heeft een onttrekking plaatsgevonden van € 0,366 miljoen ter dekking van de kosten voor de herinrichting van Kanaal
Almelo - De Haandrik. Dit heeft ten doel om het kanaal bevaarbaar te maken voor 700-tons scheepstransporten en behelst
onder andere baggerwerkzaamheden, vervangen van oeverbeschoeiing en de vervanging van vijf beweegbare bruggen. In
2014 is € 0,21 miljoen rente toegevoegd aan de reserve ter compensatie van inflatie.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014254254
Egalisatiereserve ILG
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2007/36 van Provinciale Staten van Overijssel op 7 februari 2007.
Doel Doel van deze reserve is om:
• Egalisatie van de middelen over de zevenjarige ILG-periode mogelijk te maken (2007-2013);
• In te spelen op de door het Rijk voorgestane ontschotting en deze in onze eigen financiële huishouding voort te zetten;
• Flexibiliteit te creëren binnen de voor het pMJP beschikbare middelen zodat adequaat en snel kan worden ingespeeld op
ontwikkelingen.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2007/36.
Verwachte einddatum 2014 is de einddatum van de egalisatiereserve. Bij dit Jaarverslag wordt voorgesteld om deze reserve te laten opheffen en
het restant saldo toe te voegen aan de nieuw in te stellen bestemmingsreserve afrekening ILG / pMJP.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is € 18 miljoen vrijval onttrokken uit de reserve ten gunste van het resultaat 2014. Daarnaast is ruim € 10 miljoen ont-
trokken en toegevoegd aan de uitvoeringsreserve EHS ten behoeve van de grondverwervingen bestuurlijke verplichtingen. De
overige € 8 miljoen aan onttrekkingen hebben betrekking op de financiering van doorlopende verplichtingen vanuit het ILG.
Het restant saldo zal via resultaatbestemming, conform statenbesluit PS/2014/764, worden voorgesteld om toe te voegen
aan de nieuw in te stellen bestemmingsreserve afrekening ILG / pMJP.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 255255
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Startersleningen
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2007/837 van Provinciale Staten van Overijssel op 19 december 2007.
Doel Ter dekking van de kosten die verbonden zijn aan het verstrekken van startersleningen is de reserve Startersleningen inge-
steld. Deze kosten bestaan uit gederfde rente en het saldo van de rentebaten en externe beheer- en administratiekosten.
Specifieke spelregels Geen.
Verwachte einddatum Omstreeks 2046. Een exacte einddatum is niet te bepalen vanwege onzekerheden met betrekking tot het moment van ver-
strekken van leningen en de mate waarin gebruik wordt gemaakt van vervroegde aflossing.
Bestedingsplan Ja. Verloop wordt bepaald door de verstrekte leningen.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Als uitwerking van de motie Morskate uit 2006 om voorstellen te doen om de positie van de Overijsselse starter te versterken
zijn in de vorige en huidige bestuursperiode financiële middelen beschikbaar gesteld. Hiervoor is een regeling getroffen voor
het verstrekken van startersleningen om de positie van de starters op de woningmarkt te verbeteren. Deze regeling wordt
uitgevoerd door de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeente (SVn). De provincie heeft bij SVn
een provinciaal niet-revolverend startersfonds ingesteld van in totaal € 38 miljoen. Het saldo van de jaarlijkse rentelasten en
-baten en de beheerkosten aangaande dit fonds worden onttrokken aan de reserve Startersleningen. In 2014 is € 0,1 miljoen
rente toegevoegd aan de reserve en er is € 0,4 miljoen onttrokken voor beheer- en rentekosten.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014256256
Energiebesparing
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2009/337 van Provinciale Staten van Overijssel op 6 mei 2009.
Doel Uit de reserve worden kosten gedekt die gemaakt worden door cofinanciering van gemeentelijke subsidieregelingen en
projecten van gemeenten en woningbouwcorporaties op het gebied van energiebesparing. Verder worden de subsidies voor
onder andere gemeentelijke energieloketten en investeringspremies uit deze reserve gedekt. Ten slotte wordt de reserve ingezet
ter dekking van de kosten van verstrekte duurzaamheidsleningen aan particulieren en leningen ten behoeve van energie-
besparende maatregelen aan ondernemingen, stichtingen, verenigingen en kerkgenootschappen.
Specifieke spelregels Het verstrekken van energieleningen vindt plaats in de jaren 2009 tot en met 2015. De leningen hebben een looptijd van
15 jaar voor particulieren, 10 jaar voor stichtingen, verenigingen en kerkgenootschappen en 5 jaar voor ondernemingen. Er
wordt geen rente aan de reserve toegevoegd. De toegerekende rente aan de verstrekte leningen, de rekening-courant rente
en de beheerskosten SVn worden gedekt uit de reserve. De ontvangen rentebaten op leningen wordt erin gestort.
Verwachte einddatum 31 december 2029. De leningen hebben verschillende looptijden, afhankelijk van de soort aanvrager.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € 3.000.000,00 Er zijn al wel bestuurlijke bestedingsplannen voor deze ruimte.
Onderdeel weerstandsvermogen € 350.000
Toelichting verloop 2014 De stortingen in de reserve betreft enerzijds een bijdrage uit de reserve Kracht van Overijssel van € 4 miljoen, gecorrigeerd
met het bedrag dat reeds bij de monitor Overijssel 2013-II is gestort (€ 2,45 miljoen). Dit is ter dekking van de rentekosten
en beheerskosten van de verstrekte duurzaamheidsleningen aan particulieren en ter dekking van de verstrekte subsidies aan
gemeenten en woningbouwcorporaties. Anderzijds is er € 309.000 toegevoegd aan ontvangen rentebaten.
De totale onttrekking voor 2014 bedraagt € 1,9 miljoen. Hiervan is € 0,7 miljoen ter dekking van de toegerekende rentekosten
en de beheerskosten. Voor de subsidieregeling Energiebesparing op woningen is € 1,2 miljoen onttrokken. Bij de Monitor
Overijssel 2014-II werd nog verwacht dat het niveau van de subsidiebeschikkingen tot een hogere onttrekking uit deze reserve
zou leiden.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 257257
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Herstructurering bedrijventerreinen
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2010/1170 van Provinciale Staten van Overijssel op 1 december 2010.
Doel Voor herstructurering bedrijventerreinen vanuit de hiervoor beschikbare decentralisatie-uitkering. Het Rijk heeft de gelden
voor de herstructurering van bedrijventerreinen gedecentraliseerd naar provincies. Het betreft de voormalige TOPPER-gelden.
Overijssel zal in de periode 2010 tot en met 2016 € 9,6 miljoen ontvangen. De middelen worden aangewend ter realisatie
van de ambities die in het provinciale meerjarenprogramma Vitale Bedrijventerreinen zijn opgenomen.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2010/1150.
Verwachte einddatum Geen einddatum bepaald.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte N.v.t.
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2013 In 2014 is de laatste tranche van € 1,1 miljoen afgestort in de bestemmingsreserve. In 2014 zijn er nog geen uitgaven gedaan
ten laste van deze reserve.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014258258
Bodemsanering
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2010/521 van Provinciale Staten van Overijssel op 7 juli 2010.
Doel Deze reserve is in het kader van de Wet Bodembescherming en vangt faseverschillen op tussen inkomsten en uitgaven als
gevolg van verschil in de tijd tussen bijdragen door het Rijk voor het programma 2010-2014 via het provinciefonds en de
daadwerkelijke uitvoering van projecten.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2010/521.
Verwachte einddatum 2017
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € 2.000.000. Eind 2014 heeft de reserve een omvang van bijna € 40 miljoen. Voor uitvoering van het lopende programma en
het overgangsjaar 2015 wordt de komende jaren nog € 18,5 miljoen ontvangen. Uitvoering van het lopende programma vergt
de komende jaren circa € 47 miljoen. Naar huidige inzichten resteert na afronding van het lopende programma dan € 11,5 mil-
joen. Deze ruimte dient te worden bezien tegen de achtergrond van de omvang van het nog lopende programma (€ 47 miljoen)
en het nieuwe programma 2016-2020 (€ 48 miljoen). Op basis van het vastgestelde risicobeleid wordt een benodigd budget
voor risico-opslag van 10% gehanteerd. Toepassing hiervan op de omvang van het lopende en nieuwe programma leidt tot een
benodigde risicobuffer van € 9,5 miljoen. Daarmee resteert een vrije ruimte in deze reserve van circa € 2 miljoen.
Onderdeel weerstandsvermogen € 9.500.000
Toelichting verloop 2014 De bestedingen betreffen uitgaven in het kader van de saneringsregeling asbestwegen, uitgaven binnen de Wet Bodem-
bescherming, voornamelijk het uitvoeren van bodemsaneringen. De kosten voor de bodemsaneringsprojecten die onder andere
gedekt worden uit de reserve bodemsanering sluiten € 1,8 miljoen lager dan begroot.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 259259
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
ISV-3 2010 - 2014
Soort Egalisatiereserve.
Ingesteld op Besluit PS/2010/887 van Provinciale Staten van Overijssel op 3 november 2010.
Doel Dit investeringsbudget is bestemd voor toedeling aan gemeenten ten behoeve van de uitvoering van activiteiten in het kader
van het gemeentelijke beleid voor stedelijke vernieuwing.
Specifieke spelregels Bij beschikking van het Ministerie voor Wonen Wijken en Integratie is in het kader van Investeringsbudget Stedelijke Ver-
nieuwing (ISV) voor 2010-2014 aan de provincie Overijssel een budget toegekend van in totaal € 15 miljoen. Dit investe-
ringsbudget is bestemd voor toedeling aan gemeenten ten behoeve van de uitvoering van activiteiten in het kader van het
gemeentelijk beleid voor stedelijke vernieuwing. De rijksbijdrage vindt plaats door storting in het provinciefonds. Teneinde de
ontwikkelingen in het bestedingsritme over de jaren te reguleren is bij de Begroting 2011 de reserve ISV-3 ingesteld. Indien
de bestedingen in enig jaar achterblijven zal het restant van het budget gestort worden in deze reserve waardoor de mid-
delen beschikbaar blijven waarvoor de specifieke rijksbijdrage is verstrekt. Niet bestede budgetten vanaf 2010 zijn gestort in
de reserve ISV-3.
Verwachte einddatum Geen einddatum bepaald.
Bestedingsplan Nee. Deze middelen zijn bestemd voor het stimuleren van de binnenstedelijke vernieuwing in de Overijsselse gemeenten.
Een concreet bestedingsplan wordt in afstemming met gemeenten opgesteld. Begin 2015 komen we met dit voorstel.
Vrije ruimte € 2.500.000. ISV-3 reserve is in de basis bestemd voor 3 onderdelen: 1. Wonen, 2. Bodem, 3. Spoedhumaanlocaties. Er is
sprake van een vrije ruimte van € 2,5 miljoen euro binnen beoogde doelstelling. Het gaat om budget wat oorspronkelijk
bestemd was voor bodem, maar aangezien er voldoende middelen aanwezig zijn voor bodem in de reserve Bodemsanering,
kunnen deze middelen worden ingezet voor het prestatieveld wonen. Hierin ligt nog een aanzienlijke opgave op het terrein
van binnenstedelijke vernieuwing. Specifiek gaat het om de herstructureringsopgave in bestaand bebouwd gebied van de
Overijselse gemeenten.
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Voor de regelingen kwaliteit van de leefomgeving, stedelijke vernieuwing, wonen zorg en welzijn en bodemsanering in
binnenstedelijk gebied is een combinatie van budgetten beschikbaar gesteld. In 2014 zijn de dekkingsbronnen niet geheel
benut dit heeft tot gevolg dat € 1,9 miljoen gestort is in de reserve.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014260260
Uitvoering Kracht van Overijssel
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2011/426 van Provinciale Staten van Overijssel op 13 juli 2011.
Doel Indien Provinciale Staten besluiten een investering over te hevelen naar de ‘realisatiefase’, besluiten Provinciale Staten tevens
de hiervoor benodigde middelen over te hevelen naar de bestemmingsreserve ‘Uitvoering Kracht van Overijssel’. Provinciale
Staten hebben het College gemandateerd om gedurende de bestuursperiode middelen uit de bestemmingsreserve toe te
voegen aan de begroting.
Specifieke spelregels Provinciale Staten mandateren het College om gedurende de bestuursperiode middelen uit de bestemmingsreserve toe te
voegen aan de begroting. Daarvoor gelden de spelregels zoals opgenomen in het begrotingswijzigingenbeleid.
Verwachte einddatum Geen einddatum aangegeven.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Zie hiervoor bijlage 5 uit het Jaarverslag 2014 (KvO).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 261261
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Energiefonds Overijssel
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2011/461 van Provinciale Staten van Overijssel op 21 september 2011.
Doel Bij de start van het Energiefonds waren de risico’s van de te verstrekken leningen, deelnemingen en garanties onvoldoende
concreet om de vorming van een voorziening te onderbouwen. Hierdoor werd eerst een bestemmingsreserve ingesteld die
de maximale omvang aangeeft van de middelen die Provinciale Staten willen besteden voor de doelen. Wanneer het fonds
operationeel is, zal aan de hand van de concreet ingevulde portefeuille worden ingeschat welke risico’s we lopen. De lasten
van deze risicovoorziening worden dan gedekt uit de gevormde bestemmingsreserve.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2011/461.
Verwachte einddatum Conform de financiële randvoorwaarden bedraagt de looptijd van de reserve minimaal 15 jaar. De einddatum is nog niet te
bepalen, maar ligt zeker ná 2026.
Bestedingsplan Nee. De omvang van de reserve is bepaald aan de hand van een globale risico-inschatting.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € 50.000.000
Toelichting verloop 2014 De storting in de reserve betreft een bijdrage uit de Kracht van Overijssel, ten behoeve van het Energiefonds van € 5 miljoen.
Dit is ter dekking van de rentekosten en beheerskosten van de verstrekte leningen en participaties. Over de verstrekte
leningen is geen rente verschuldigd, derhalve zijn er geen rentebaten. Op termijn wordt dividend uitgekeerd. In 2014 is een
bedrag van € 2 miljoen onttrokken ter dekking van de toegerekende rentekosten en beheerskosten.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014262262
Majeure projecten EHS
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2012/130 van Provinciale Staten van Overijssel op 16 mei 2012.
Doel De provincie Overijssel heeft (voor)investeringen gedaan of is bestuurlijke verplichtingen aangegaan ter waarde van € 22,3
miljoen. Dit in het kader van het vervolgtraject van ILG / EHS voor verwerving en inrichting in een aantal majeure projecten
(IJsseldelta-Zuid, Ruimte voor de Vecht en gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente). Bij statenvoorstel (PS/2011/974, onder-
handelingsakkoord Decentralisatie Natuur) is besloten dat voor dit doel voor maximaal € 22,3 miljoen een voorziening moet
worden gevormd. Middels een resultatenbestemming bij het Jaarverslag 2011 is dit gerealiseerd.
Op aanwijzing van de accountant is in 2012 besloten om de voorziening om te zetten naar een reserve. Bij het Jaarverslag
2011 hebben Provinciale Staten (PS/2012/131) de reserve majeure projecten ingesteld.
Specifieke spelregels Zie “Doel”.
Verwachte einddatum Opgeheven
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Deze reserve is opgeheven bij het Jaarverslag 2013.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 263263
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Uitvoering EHS
Soort Bestemmingsreserve.
Ingesteld op Besluit PS/2013/412 van Provinciale Staten van Overijssel op 30 mei 2013.
Doel In de PAS zijn maatregelen opgenomen die noodzakelijk zijn om de neerslag van stikstof uit onder andere landbouw, verkeer
en industrie te verminderen. Dat zijn vooral landelijke, generieke maatregelen. Daarnaast worden in de PAS maatregelen
opgenomen die gebieden minder gevoelig maken voor de uitstoot van stikstof. Dat zijn vooral gebiedsspecifieke inrichtings-
maatregelen, zoals het verwijderen van de aanwezige stikstofvoorraad door maaien, plaggen, of afgraven of het plaatselijk
aanpassen van de waterstand. De PAS-reserve moet de juridische en financiële borging bieden om vergunningen te kunnen
verlenen voor nieuwe economische activiteiten, voor zover deze tot extra uitstoot van stikstof leiden. VIa PS/2013/412 is de
naam van deze reserve aangepast in reserve uitvoering EHS.
Specifieke spelregels In het statenbesluit PS/2013/412 is bij het bepalen van de spelregels aansluiting gezocht bij de systematiek zoals vastgesteld
voor de KvO-middelen. Besluitvorming over resterende spelregels voor de reserve zijn in het voorjaar van 2014 aan de Staten
voorgelegd (zie PS/2014/62).
Verwachte einddatum 31 december 2022.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 zijn, op basis van besluitvorming, de beschikbaar gestelde rijksmiddelen van € 21,25 miljoen, de structurele provinciale
middelen van € 22,9 miljoen en de incidentele middelen van € 15,3 miljoen toegevoegd aan de Uitvoeringsreserve EHS. De ont-
trekking van € 27,9 miljoen heeft grotendeels betrekking op uitbetaalde beheervergoedingen voor natuurgrond. De afwijking
ten opzichte van de begroting wordt veroorzaakt doordat de verplichtingen voor functieverandering, ad. € 81 miljoen, niet
als last zijn verantwoord in 2014. De verplichtingen voor functieveranderingen zouden conform besluit PS/2014/898 volledig als
last worden verwerkt in de jaarrekening 2014. De commissie BBV heeft echter het standpunt ingenomen dat de verantwoor-
dingswijze van subsidies die via RVO.nl zijn verstrekt voor 2014 ongewijzigd blijft. Dat betekent dat de uitgaven voor functie-
veranderingen op kasbasis verantwoord moeten worden en het restant aan verplichtingen onder de niet uit de balans blijkende
verplichtingen moet worden opgenomen.
Resultaat
Het resultaat over 2014 bedraagt € 49,8 miljoen. Voor een toelichting wordt u verwezen naar
§4.3.1.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014264264
4.5.9 VoorzieningenVoorzieningen zijn een onderdeel van het vreemd vermogen van de provincie. Voorzieningen zijn
onlosmakelijk verbonden aan de uitvoering van het beleid en borgen mede een stabiele bedrijfsvoe-
ring. In lijn hiermee is in de Financiële verordening provincie Overijssel 2013 het mandaat voor het
instellen, wijzigen en opheffen van voorzieningen neergelegd bij Gedeputeerde Staten. Wanneer het
instellen, wijzigen of opheffen budgettaire consequenties met zich meebrengen, worden deze ter
goedkeuring aan Provinciale Staten voorgelegd. Op grond van artikel 44, BBV kunnen voorzieningen
gevormd worden in een vijftal gevallen. De voorzieningen van de provincie Overijssel vallen binnen
de volgende categorieën.
• Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijker-
wijs te schatten.
Waar een verlies een provinciaal actief betreft, wordt dat actief met de gevormde voorziening
gesaldeerd gepresenteerd.
• Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of
verliezen, waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten
Waar een risico op een verlies een provinciaal actief betreft, wordt dat actief met de gevormde
voorziening gesaldeerd gepresenteerd.
• Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die
kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar
en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren.
Het betreft hier de beheer en onderhoudsvoorzieningen.
• Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden.
De middelen van overheden die specifiek besteed moeten worden, vallen onder de doeluitke-
ringen (§4.5.13).
De aansluiting met de balans betreft het subtotaal van de reguliere voorzieningen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 265265
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014266266
Stand per
31-12-2013
Resultaat -
bestemming
2014
Stand per
1-1-2014
Toevoegingen 2014 Vrijval 2014 Aanwendingen 2014 Stand per
31-12-2014Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Voorzieningen
Voorziening natuurbeleidsplan 1.896 1.896 1.565 1.564 1 1.656 1.656 1.804
Voorziening Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers 6.257 6.257 450 450 194 186 8 6.521
Voorziening resultaten gebiedsexploitaties 9.634 9.634 5.693 -5.693 15.327
Voorziening besteding grondwaterheffing 1.655 1.655 1.393 1.087 306 1.730 1.201 529 1.541
Voorziening grondbezit
Voorziening beheer en onderhoud N340 / N48
Voorziening beheer en onderhoud provinciale wegen
Voorziening reorganisatie 6.029 6.029 3.900 2.705 1.195 871 327 544 8.407
Subtotaal 25.471 25.471 7.308 11.499 4.191 4.451 3.370 1.081 33.600
Voorzieningen gesaldeerd met activa
Voorziening lening Stichting WMC 500 500 500
Voorziening Ruimte voor Ruimte 2.236 2.236 555 -555 1.681 -1.681
Voorziening participatie HMO 25.930 25.930 25.930
Voorziening participatie Oost N.V. 5.117 5.117 5.117 -5.117
Voorziening afwikkeling verkoop Essent | ESCROW 82.782 82.782 82.782
Voorziening ontwikkeling aardwarmte Koekoekspolder 4.500 4.500 265 283 -18 346 346 4.783
Voorziening lening Warmtenet Hengelo 1.800 1.800 120 120 1.800
Voorziening lening Biorights Hardenberg 1.000 1.000 1.000
Voorziening lening Empyro Hengelo 3.000 3.000 3.000
Voorziening dubieuze debiteuren 1.943 1.943 222 -222 53 -53 2.112
Voorziening verplaatsing Stork Hengelo 8.150 8.150 10.862 5.050 5.812 13.200
Voorziening deelneming Innovatiefonds Overijssel 3.400 3.400 5.900 5.322 578 8.722
Voorziening waarderisico grondvoorraad BBL 10.230 10.230 1.130 -1.130 3.470 -3.470 1.223 -1.223 6.667
Voorziening afwikkeling verkoop Attero | ESCROW 2.527 2.527 2.527
Voorziening lening Sanderink Technology Centre 3.100 3.100 3.100
Voorziening Revolving Fund grondvoorraad 344 -344 344
Subtotaal 147.588 147.588 25.654 20.978 4.676 9.195 9.195 466 2.904 2.438 156.467
Totaal voorzieningen 173.059 173.059 32.962 32.477 485 9.195 -9.195 4.917 6.274 -1.357 190.067
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 267267
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Stand per
31-12-2013
Resultaat -
bestemming
2014
Stand per
1-1-2014
Toevoegingen 2014 Vrijval 2014 Aanwendingen 2014 Stand per
31-12-2014Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Voorzieningen
Voorziening natuurbeleidsplan 1.896 1.896 1.565 1.564 1 1.656 1.656 1.804
Voorziening Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers 6.257 6.257 450 450 194 186 8 6.521
Voorziening resultaten gebiedsexploitaties 9.634 9.634 5.693 -5.693 15.327
Voorziening besteding grondwaterheffing 1.655 1.655 1.393 1.087 306 1.730 1.201 529 1.541
Voorziening grondbezit
Voorziening beheer en onderhoud N340 / N48
Voorziening beheer en onderhoud provinciale wegen
Voorziening reorganisatie 6.029 6.029 3.900 2.705 1.195 871 327 544 8.407
Subtotaal 25.471 25.471 7.308 11.499 4.191 4.451 3.370 1.081 33.600
Voorzieningen gesaldeerd met activa
Voorziening lening Stichting WMC 500 500 500
Voorziening Ruimte voor Ruimte 2.236 2.236 555 -555 1.681 -1.681
Voorziening participatie HMO 25.930 25.930 25.930
Voorziening participatie Oost N.V. 5.117 5.117 5.117 -5.117
Voorziening afwikkeling verkoop Essent | ESCROW 82.782 82.782 82.782
Voorziening ontwikkeling aardwarmte Koekoekspolder 4.500 4.500 265 283 -18 346 346 4.783
Voorziening lening Warmtenet Hengelo 1.800 1.800 120 120 1.800
Voorziening lening Biorights Hardenberg 1.000 1.000 1.000
Voorziening lening Empyro Hengelo 3.000 3.000 3.000
Voorziening dubieuze debiteuren 1.943 1.943 222 -222 53 -53 2.112
Voorziening verplaatsing Stork Hengelo 8.150 8.150 10.862 5.050 5.812 13.200
Voorziening deelneming Innovatiefonds Overijssel 3.400 3.400 5.900 5.322 578 8.722
Voorziening waarderisico grondvoorraad BBL 10.230 10.230 1.130 -1.130 3.470 -3.470 1.223 -1.223 6.667
Voorziening afwikkeling verkoop Attero | ESCROW 2.527 2.527 2.527
Voorziening lening Sanderink Technology Centre 3.100 3.100 3.100
Voorziening Revolving Fund grondvoorraad 344 -344 344
Subtotaal 147.588 147.588 25.654 20.978 4.676 9.195 9.195 466 2.904 2.438 156.467
Totaal voorzieningen 173.059 173.059 32.962 32.477 485 9.195 -9.195 4.917 6.274 -1.357 190.067
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014268268
Voorziening Natuurbeleidsplan
Soort Voorziening middelen derden.
Ingesteld op Besluit PS/2004/1014 van Provinciale Staten van Overijssel op 13 oktober 2014.
Doel In het convenant zijn afspraken gemaakt en financiële regelingen vastgelegd die gericht zijn op de realisatie van het Natuur-
beleidsplan. Op basis van het convenant worden voor de uitvoering van taken op het gebied van het natuurbeleid bedragen
in de uitkering van het Provinciefonds opgenomen (integratieartikel) voor de verwerving en inrichting van relatienota reser-
vaatgebieden (2e fase EHS) en natuurontwikkelingsprojecten.
Specifieke spelregels Naast de bijdragen aan het Groenfonds zijn de bestedingen specifiek bestemd voor aankoop en inrichting van natuurterrei-
nen.
Verwachte einddatum De jaarlijkse rijksbijdrage (geïntegreerd in de uitkering uit het provinciefonds) is voor onbepaalde tijd afgesproken. De provin-
cie heeft samen met de andere provincies de laatste aflossingsdatum van de convenantleningen vooralsnog op 31-12-2023
vastgesteld. De uitloop die mogelijk is op basis van de (in principe eeuwigdurende) afspraak tussen Rijk en Provincies vormt
een buffer voor onvoorziene omstandigheden.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 zijn de bovengenoemde convenantmiddelen toegevoegd aan de voorziening. De besteding ten laste van de voorziening
bedraagt € 1,7 miljoen. Dit betreft de bijdrage aan het Groenfonds ter dekking van aflossingsverplichtingen en renteverplichtin-
gen op opgenomen geldleningen voor grondaankopen op basis van bovengenoemd convenant. De stand van de voorziening
per ultimo 2014 bedraagt € 1,8 miljoen. De resterende middelen moeten conform de convenantsafspraken aangewend worden
voor de realisatie van de ecologische hoofdstructuur.
Voorzieningen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 269269
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2002/545 van Provinciale Staten van Overijssel op 13 november 2002.
Doel De voorziening vormt de dekking voor lasten die voortvloeien uit de pensioenverplichtingen voor politieke ambtsdragers.
Specifieke spelregels Jaarlijkse storting van € 450.000
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 heeft de jaarlijkse storting à € 450.000 plaatsgevonden. De ontrekking heeft betrekking op de betaling van pen-
sioenen van ex-gedeputeerden.
Voorziening Resultaten gebiedsexploitaties
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2010/1152 van Provinciale Staten van Overijssel op 1 december 2010.
Doel Het gaat hier om een voorziening voor verplichtingen en risico’s vanuit gebiedsexploitaties. Op grond van het “Besluit
begroting en verantwoording provincies en gemeenten” (BBV) artikel 44, moet een voorziening worden gevormd wegens
‘op de balansdatum bestaande risico’s terzake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang
redelijkerwijs is te schatten’.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2010/1152.
Verwachte einddatum Deze is afhankelijk van de jaarlijkse actualisering van grondexploitaties.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is een bedrag van € 2,44 miljoen gedoteerd. Deze storting is ter afdekking van het provinciale belang in de grond-
exploitatie van het Regionaal Bedrijventerrein Twente (RBT) / XL Businesspark (per 31-12-2014).
Verder is een bedrag van € 3,25 miljoen gestort, ter afdekking van het provinciale belang in de grondexploitatie van ADT (per
31.12.2014).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014270270
Voorziening Besteding grondwaterheffing
Soort Egalisatievoorziening.
Ingesteld op De voorziening is ingesteld bij de Perspectiefbrief 2012 (PS/2001/426 op 13 juli 2011). De reserve grondwaterbeheer is op dat
moment omgezet in een voorziening. De tariefsvaststelling geldt per 1-1-2010 tot en met 2015 (PS/2009/1021). In 2015 zal
de nieuwe tariefsvaststelling in gang gezet worden.
Doel Het doel is om fluctuaties tussen de inkomsten en de uitgaven te verevenen. Door het Rijk is expliciet aangegeven, dat de
opbrengst uit heffingen slechts alleen voor de genoemde wettelijke doeleinden mag worden aangewend. Bepaald is dat
eventuele overschotten niet naar de algemene middelen mogen toevloeien, maar in de voorziening blijven. Hiermee worden
fluctuaties in de heffingstarieven voorkomen.
Specifieke spelregels Op grond van artikel 7.7, 1e lid van de Waterwet is de provincie Overijssel bevoegd een heffing in te stellen ter dekking van
door de provincie te maken kosten betrekking hebbend op het grondwaterbeleid. De opbrengsten van deze heffing dienen
uitsluitend besteed te worden aan de in de wet genoemde doelen.
De personeelsgebonden kosten en de kapitaallasten van het grondwatermeetnet worden op grond van het BBV in mindering
gebracht op de storting.
Verwachte einddatum Bij voortzetting van het bestaande beleid zal de voorziening bij realisatie van de huidige geraamde stortingen en onttrekkin-
gen t/m 2015 toereikend zijn.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De voorziening wordt gevoed door de grondwaterheffing en ontvangsten met betrekking tot de Overeenkomst Drinkwater-
voorziening Overijssel (samenwerking met Vitens). In 2014 is € 1 miljoen grondwaterheffing en € 0,2 miljoen aan bijdragen
ontvangen van Waterschappen en Vitens voor de uitvoering van projecten van genoemde overeenkomst. Na aftrek van de
personeelsgebonden kosten en kapitaallasten is € 1,1 miljoen gestort in de voorziening. De onttrekkingen zijn uitgaven in het
kader van de Waterwet en kosten voor de uitvoering van projecten van de overeenkomst Drinkwatervoorziening Overijssel.
De onttrekking in 2014 is € 1,2 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 271271
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Grondbezit
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2012/275 van Provinciale Staten van Overijssel op 11 juli 2012.
Doel De voorziening is bedoeld voor het verschil tussen taxatiewaarde en boekwaarde van het provinciaal grondbezit voorzover
dit buiten projectbegrenzing ligt. Met PS/2012/874 is de Nota instrumenten grondbeleid en Algemene Reserve Grond door
Provinciale Staten vastgesteld en de wijze waarop deze voorziening alsmede de Algemene Reserve Grondzaken ingezet zullen
worden.
Specifieke spelregels Zie PS/2012/275.
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 hebben zich geen mutaties voor gedaan.
Voorziening Beheer en onderhoud N340 / N48
Soort Egalisatievoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2012/149 van Provinciale Staten van Overijssel op 12 juli 2012.
Doel De voorziening is bedoeld om de toename van de beheers-en onderhoudskosten als gevolg van de herinrichting van de
N340 / N48 te dekken.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum Geen.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 hebben zich geen mutaties voor gedaan. De eerste toevoeging aan deze voorziening is voorzien in 2018.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014272272
Voorziening Beheer en onderhoud provinciale wegen
Soort Egalisatievoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2012/832 van Provinciale Staten van Overijssel op 21 november 2012.
Doel De voorziening is ingesteld naar aanleiding van de besluitvorming over de herinrichting van de N34. Besloten is om een
voorziening in te stellen waar niet eerder dan in 2016 € 1,5 mliljoen gestort zal worden ter dekking van additionele beheer- en
onderhoudskosten als gevolg van de areaaluitbreiding N34. Deze toevoeging liep vooruit op het integraal beheer- en onder-
houdsplan (PS/2014/897), dat op 10 december 2014 door Provinciale staten is vastgesteld. In dat voorstel worden vanaf 2015
middelen voor andere arealen aan deze voorziening toegevoegd.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum Geen.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 hebben zich geen mutaties voorgedaan.
Voorziening reorganisatie
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2013/249 van Provinciale Staten van Overijssel op 29 mei 2013.
Doel De voorziening reorganisatie wordt gevuld met de toekomstige WW-lasten en de overige kosten van de huidige groep
boventallige medewerkers als gevolg van de reorganisatie.
Specifieke spelregels Zie “Doel”.
Verwachte einddatum Geen.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 zijn er voor de boventallige medewerkers minder begeleidingskosten gemaakt dan begroot. Daarnaast is de voor-
ziening bijgesteld met € 1,1 miljoen naar € 8,5 miljoen, waarmee de voorziening voldoende is om de toekomstige WW-lasten
en overige kosten te kunnen afdekken.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 273273
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Lening Stichting WMC
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2003/601 van Provinciale Staten van Overijssel op 17 september 2003.
Doel In 2003 is voor € 0,5 miljoen een voorziening getroffen ter dekking van het risico dat Stichting WMC haar aflossingsverplich-
tingen niet nakomt. De renteloze lening is verstrekt met het doel expertise en werkgelegenheid te behouden na sluiting van de
vestiging van Ericsson in Enschede.
Specifieke spelregels Geen.
Verwachte einddatum De voorziening heeft een looptijd tot eind 2025.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De kans is zeer groot dat de lening aan Stichting WMC als verliespost beschouwd moet worden, nu de rechtbank medio
2014 het faillissement heeft uitgesproken over het Twente Institute for Wireless and Mobile Com B.V. te Enschede. Aan deze
rechtspersoon had Stichting WMC haar middelen geleend. De faillissementsafwikkeling zal moeten uitwijzen, welk deel van
de vordering nog te verhalen valt. Tot die tijd blijft de hoogte van de voorziening gehandhaafd.
Voorzieningen gesaldeerd met activa
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014274274
Voorziening Ruimte voor Ruimte
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2000/57 van Provinciale Staten van Overijssel op 13 december 2000.
Doel In het kader van het Reconstructiebeleid voor het landelijk gebied is in april 2000 door Provinciale Staten besloten tot een
garantstelling voor de kosten voortvloeiende uit bovengenoemde regeling. In december 2000 is besloten de openstelling van
de beëindigingsregeling met één maand te verlengen wat een aanvullende garantstelling met zich meebracht van circa € 6,4
miljoen. Aangezien de uitvoering van de regeling na het verstrijken van het jaar 2000 zijn beslag heeft gekregen, is besloten
dit bedrag als een voorziening beschikbaar te houden. Op het moment van uitvoering van de beëindigingsregeling zal voor
het verlenen van subsidiebijdragen op deze voorziening een beroep worden gedaan.
Specifieke spelregels Zie PS/2000/57.
Verwachte einddatum Geen einddatum bepaald.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De voorziening Ruimte voor Ruimte dient ter dekking van de openstaande vorderingen op gemeenten, voor bijdragen die zij
gaan betalen aan de provincie voor het recht om extra woningen te mogen bouwen. In 2014 is een bedrag van € 0,6 miljoen
ontvangen, waardoor een gelijk bedrag uit deze voorziening is vrijgevallen. De onderhandelingen met de twee resterende
gemeenten hebben geleid tot het besluit van Gedeputeerde Staten om de resterende vorderingen te laten vervallen en ten laste
te brengen van deze voorziening. De voorziening kan daarmee worden opgeheven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 275275
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Participatie HMO
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2009/728 van Provinciale Staten van Overijssel op 28 november 2009.
Doel Medio 2009 is de Herstructureringsmaatschappij Bedrijventerreinen Overijssel N.V. (HMO) van start gegaan die zich richt op
de herstructurering van verouderde bedrijventerreinen in Overijssel. De provincie Overijssel heeft een 100% participatie in
deze rechtspersoon. Daarnaast is op basis van het investeringsvoorstel PS/2013/355 aan de HMO aanvullend opdracht gege-
ven om de leegstand van kantoren te bestrijden. Voor beide opgaven zet HMO de haar ter beschikking gestelde middelen in
voor cofinanciering. De verwachting is dat het eigen vermogen van de onderneming, en daarmee onze participatie in HMO,
na tien jaar volledig geïnvesteerd is in projecten. Dit betekent dat het eigen vermogen van deze onderneming gedurende de
looptijd zal afnemen. Deze voorziening is bedoeld ter dekking van dit waardeverlies.
Specifieke spelregels Geen.
Verwachte einddatum Medio 2019.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 hebben zich geen mutaties voorgedaan.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014276276
Voorziening Participatie Oost N.V.
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2010/256 van Provinciale Staten van Overijssel op 12 mei 2010.
Doel Voor uitvoering van de motie Antuma c.s. van 3 juni 2009, versterken vermogen PPM Oost, is de reserve herwaardering
aandelen Oost NV door Provinciale Staten ingesteld via besluit PS/2009/728. Via het Jaarverslag 2009 is de reserve opgehe-
ven en omgezet in de voorziening Participatie Oost NV. Aan het einde van 2013 heeft er een aandelenemissie plaatsgevonden
waarbij de bestaande aandeelhouders (provincie Overijssel, provincie Gelderland en het Rijk) hun inbreng hebben uitgebreid.
Bij statenbrief PS/2013/756 bent u hierover geinformeerd. Deze voorziening is bedoeld om het financiële risico af te dekken
van deelname in het eigen vermogen van Oost N.V.
Specifieke spelregels Geen, betreft een risicovoorziening.
Verwachte einddatum Geen, blijft bestaan zolang de provincie een participatie in Oost N.V. heeft.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Deze voorziening is volgens de accountant ten onrechte gevormd. De cijfers van Oost N.V. geven geen aanleiding tot
afwaardering aangezien de waarde van de participaties binnen Oost N.V. hoger zijn dan onze balanswaardering van Oost
N.V. Dit heeft geleidt tot de volledige vrijval van de voorziening ten gunste van het resultaat. Gelet op de spelregels voor de
financiering van activa wordt voorgesteld deze vrijval via een resultaatbestemmingsvoorstel toe te voegen aan de Algemene
financieringsreserve.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 277277
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Afwikkeling verkoop Essent | Escrow
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2009/449 van Provinciale Staten van Overijssel op 17 juni 2009.
Doel Bij een verkooptransactie van deze omvang is het gebruikelijk extra zekerheden en garanties te verstrekken tot een bepaald
bedrag. Dit bedrag wordt in Escrow gestort en uitgekeerd aan de koper – als het gedefinieerde risico optreedt – en/of de
verkoper aan het eind van de afgesproken looptijd van de Escrow. Voor deze transactie is bepaald dat er € 800 miljoen ten
laste van de verkoopsom in Escrow gestort moet worden. Met deze storting ontstaat een vordering van dezelfde omvang
op de Verkoop vennootschap B.V., het daarvoor opgerichte SPV. Ons aandeel in deze vordering bedroeg € 149,7 miljoen. In
2011 is een deel van de vordering ad € 66,9 miljoen voldaan, waarmee momenteel € 82,8 miljoen van de vordering resteert.
Omdat het bedrag in Escrow een risico vertegenwoordigt, is het – in overeenstemming met de uniforme gedragslijn – nodig
de vordering en ons aandeel in de SPV (momenteel € 82,8 miljoen) volledig te voorzien.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum Eind 2015, omdat de termijn van de Escrow op 30 september 2015 afloopt.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is deze voorziening niet gemuteerd, omdat de bijbehorende vordering ook geen veranderingen heeft ondergaan.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014278278
Voorziening Ontwikkeling aardwarmte Koekoekspolder
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2009/1135 van Provinciale Staten van Overijssel op 27 januari 2010.
Doel Voor het ontwikkelen van een aardwarmtebron hebben Provinciale Staten via besluit PS/2009/1135 besloten een lening van
€ 4,9 miljoen te verstrekken aan Aardwarmte Koekoekspolder Doublet 1 BV. Deze lening wordt verstrekt met een rentevoet
van 4% en een gewijzigde looptijd van 20 jaar volgens Gedeputeerde Staten-besluit d.d. 3 december 2013. De aardwarmte-
bron dient daarbij als onderpand, waarop een pandrecht / hypotheek wordt verleend op het onroerend goed. Voor de afdek-
king van risico’s in verband met dit project is een voorziening gevormd.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum 2030
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Het saldo van de voorziening ad € 4,8 miljoen betreft de afdekking van de boekwaarde van de verstrekte lening. Conform
GS-besluit zijn aanvullende afspraken gemaakt over verlenging van de looptijd van 15 naar 20 jaar en over de ingangsdatum
van aflossing. Er wordt sinds medio 2014 afgelost op de lening. De aflossing is verrekend met de storting in de voorziening.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 279279
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Lening Warmtenet Hengelo
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2008/176 van Provinciale Staten van Overijssel op 16 april 2008.
Doel Vanwege de verwachte aanloopverliezen van circa € 3,6 miljoen heeft het Warmtebedrijf de provincie om ondersteuning
gevraagd. Vanuit de provincie is een bijdrage aan het Warmtenet geleverd van € 1,8 miljoen in de vorm van een achtergestelde
lening, met het oogmerk deze op termijn om te zetten in een deelname in Warmtenet. Dit is afhankelijk van de uitspraak van
de Europese Commissie of er wel of niet sprake is van ongeoorloofde staatsteun. Ter afdekking van het financiële risico dat de
provincie loopt met het verstrekken van deze lening is een voorziening getroffen ter hoogte van de nominale waarde van de
lening.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2008/176.
Verwachte einddatum 2026.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Vanuit de Europese Commissie is nog geen uitspraak gedaan. Om deze reden is ook nog geen aflossing verschuldigd. De
aflossing van € 120.000 was ten onrechte geraamd.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014280280
Voorziening Lening BioRights Hardenberg
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit van Gedeputeerde Staten van Overijssel in december 2011.
Doel De provincie draagt met een geldlening van € 3,5 miljoen bij om het project Green Deal van de grond te krijgen, voor zover
dat als staatssteun onder artikel 23 van de Algemene Groepsvrijstelling is toegestaan.
Het eerste deel van de lening, ter grootte van € 1,0 miljoen, is eind 2011 verstrekt voor de doorontwikkeling en uitwerking
van het technisch concept. De resterende € 2,5 miljoen wordt verstrekt, zodra aan de daartoe geformuleerde voorwaarden is
voldaan. Ter afdekking van het financiële risico dat de provincie loopt met het verstrekken van deze lening is een voorziening
getroffen ter hoogte van de nominale waarde van de lening.
Specifieke spelregels Nota van Gedeputeerde Staten van Overijssel uit december 2011.
Verwachte einddatum Uitgaande van het overeengekomen aflossingsschema heeft de voorziening een looptijd tot en met 2024.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is er geen aanvullende storting gedaan in de voorziening, omdat er geen verdere verstrekking van de lening heeft
plaatsgevonden.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 281281
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Lening Empyro Hengelo
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op De voorziening is door Gedeputeerde Staten ingesteld bij de Monitor Overijssel 2013-II. Provinciale Staten is hiervan in kennis
gesteld via het statenvoorstel Monitor Overijssel 2013-II, besluit PS/2013/820 (11 december 2013).
Doel De provincie draagt met een geldlening van € 3 miljoen bij aan de centrale doelstelling tot het verhogen van het aandeel
duurzame energie naar 20% in 2020. Het bedrijf Empyro wil bio-olie maken op basis van hout uit de regio door pyrolyse.
Pyrolyseolie is bijzonder interessant, omdat het niet alleen als brandstof kan dienen, maar ook als grondstof ter vervanging
van aardolie (bio-based economy). De voorziening dient ter afdekking van het financiële risico dat de provincie loopt met het
verstrekken van deze lening.
Specifieke spelregels Zie PS/2013/820.
Verwachte einddatum De looptijd van de geldlening eindigt in 2024.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte N.v.t.
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Medio 2014 is de lening verstrekt van € 3 miljoen. De storting van € 3 miljoen in de voorziening vindt plaats uit de KvO-middelen
voor Duurzaam opwekken energie. De voorziening zal, analoog aan de aflossing na een aflossingsvrije periode van vier jaar, in
zes jaar worden afgebouwd.
Voorziening Dubieuze debiteuren
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2014/169 van Provinciale Staten van Overijssel op 28 mei 2014.
Doel De voorziening is bedoeld om openstaande saldi van debiteuren, waarvan twijfelachtig is of de vordering kan worden geïnd,
te dekken.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum N.v.t.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is een bedrag à € 0,2 miljoen bijgestort in de voorziening, voor vermoedelijk oninbare vorderingen. Daarnaast is
53.000 vrijgevallen met betrekking tot het 1.000 jongerenplan.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014282282
Voorziening verplaatsing Stork Hengelo
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Provinciale Staten zijn hierover geïnformeerd middels een brief met kenmerk 2013/0342258 d.d. 15.10.2013.
Doel Het doel van deze voorziening is het risico af te dekken van de terugbetalingsverplichting zoals is aangegeven in de subsidie-
beschikking. Het gaat in totaal om een bedrag van € 19,5 miljoen. In 2014 is aan de voorziening € 11,35 miljoen toegevoegd.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum 2015
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is een lening verstrekt van € 11,35 miljoen. Aan deze voorziening mag volgens de accountant in 2014 slechts voor een
bedrag van € 5,05 miljoen worden toegevoegd. In de bepaling van de hoogte van de voorziening was er van uitgegaan dat de
volledige subsidie (€ 19,5 miljoen) met een looptijd van 25 jaar niet wordt terugbetaald. In de voorwaarde van de subsidie is
overgekomen dat Stork B.V. het contract in de eerste 10 jaar niet kan beëindigen. Als gevolg van deze bepaling en de kans dat
Stork B.V. binnen deze termijn failliet gaat is een lagere toevoeging aan de voorziening van € 6,3 miljoen ten opzichte van de
verstrekte lening reëel.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 283283
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Deelneming Innovatiefonds Overijssel
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op De voorziening is door Gedeputeerde Staten ingesteld bij Monitor Overijssel 2013-II. Provinciale Staten zijn hierover in kennis
gesteld via het statenvoorstel Monitor Overijssel 2013-II, PS/2013/820.
Doel Provinciale Staten van Overijssel hebben in december 2012 de kaderstelling voor het Innovatiefonds Overijssel vastgesteld
(PS/2012/945). Gedeputeerde Staten hebben, omwille van ontwikkelingen in de markt, besloten een tijdelijke regeling te
treffen van € 17,5 miljoen (€10 miljoen in 2013, € 7,5 miljoen in 2014) op grond waarvan reeds leningen konden worden
verstrekt, vooruitlopend op de oprichting van een afzonderlijke rechtspersoon (Innovatiefonds). Zie ook de statenbrief ‘Proces
Innovatiefonds Overijssel’ (PS/2013/470).
Gegeven het risicoprofiel van de partijen / businesscases waaraan de leningen worden verstrekt, gevoegd bij de revolverende
aanwending van de middelen binnen de regeling c.q. het fonds in oprichting, hebben Gedeputeerde Staten besloten een risico-
voorziening te treffen. De hoogte van de voorziening zal fluctueren, gelijk aan de hoogte van de uitstaande geldleningen.
Specifieke spelregels N.v.t.
Verwachte einddatum Onbepaalde tijd. De looptijd is gekoppeld aan de looptijd van het Innovatiefonds.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is totaal € 5,3 miljoen aan leningen verstrekt. Voor hetzelfde bedrag is een storting gedaan in de voorziening
Innovatiefonds.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014284284
Voorziening Waarderisico grondvoorraad BBL
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2012/130 van Provinciale Staten van Overijssel op 16 mei 2012.
Doel Het Bureau Beheer landbouwgronden koopt en verkoopt in opdracht van de provincie gronden en opstallen ten behoeve
van de realisatie van de EHS- en landbouwdoelen. Met betrekking tot de waardering van de gebouwen en de gronden buiten
de EHS-begrenzing is er, mede door de actuele marktomstandigheden, sprake van een waarderingsrisico. Om deze risico’s af
te dekken is besloten een voorziening te treffen. Deze voorziening zal worden aangesproken indien de verkoopwaarde van
de opstallen lager ligt dan de historische aankoopwaarde.
Specifieke spelregels Het afdekken van waarderingsrisico op het BBL-bezit.
Verwachte einddatum Waarschijnlijk 31/12/2018, e.e.a. afhankelijk van verkoop opstallen en gronden.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 heeft BBL € 1,2 miljoen aan negatieve transactieresultaten op gebouwen verrekend met de provincie. Tevens zijn de
aanwezige gronden buiten de EHS-begrenzing en de aanwezige gebouwen opnieuw beoordeeld. Op basis van deze gegevens
op gebouwen is een aanvullende storting noodzakelijk van € 1,1 miljoen en op gronden buiten de begrenzing een vrijval van
€ 3,47 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 285285
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Voorziening Afwikkeling verkoop attero | Escrow
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Besluit PS/2014/340 van Provinciale Staten van Overijssel op 2 juli 2014.
Doel Bij een verkooptransactie is het gebruikelijk extra zekerheden en garanties te verstrekken tot een bepaald bedrag. Dit bedrag
wordt in Escrow gestort en uitgekeerd aan de koper – als het gedefinieerde risico optreedt – en / of de verkoper aan het
eind van de afgesproken looptijd van de Escrow. Voor deze transactie is bepaald dat er € 13,5 miljoen ten laste van de ver-
koopsom in Escrow gestort moet worden. Ons aandeel in deze vordering bedraagt € 2,5 miljoen. Omdat het bedrag in
Escrow een risico vertegenwoordigt, is het nodig de vordering volledig te voorzien.
Specifieke spelregels
Verwachte einddatum 31 december 2019
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is het bedrag van onze vordering van € 2,5 miljoen toegevoegd aan deze voorziening ter dekking van oninbaarheid
van deze vordering.
Voorziening Lening Sanderink Technology Centre
Soort Risicovoorziening
Ingesteld op De voorziening is door Gedeputeerde Staten ingesteld. Provinciale Staten is hierover in kennis gesteld via het statenvoorstel
Innovatiedriehoek Twente; 3e investeringstranche (PS/2014/360).
Doel Het doel van deze voorziening is het risico af te dekken van de terugbetalingsverplichting zoals zal worden aangegeven in
de subsidiebeschikking. Het gaat in totaal om een bedrag van € 10 miljoen. Terugbetaling zal plaatsvinden in de periode van
2019 tot en met 2023 in vijf jaarlijkse termijnen van € 2 miljoen. Wanneer de termijnen terugkomen zullen Provinciale Staten
tezijnertijd besluiten hoe deze bedragen worden aangewend.
Specifieke spelregels
Verwachte einddatum Uitgaande van het overeengekomen aflossingsschema heeft de voorziening een looptijd tot 31 december 2023.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De uitbetaling van de lening gaat in tranches in 2014 en 2015. In 2014 gaat het om een bedrag van € 3,1 miljoen. De looptijd van
de lening is maximaal tien jaar. Voor het risico van deze lening wordt een voorziening opgenomen ter grootte van € 10 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014286286
Voorziening Revolving Fund Grondvoorraad
Soort Risicovoorziening.
Ingesteld op Deze voorziening wordt ingesteld bij Jaarverslag 2014 PS/2015/149
Doel Ten behoeve van het realiseren van landbouwdoelen heeft de provincie het Revolving Fund ingesteld. Als gevolg van het
opheffen van DLG / BBL zijn de gronden in 2014 juridisch overgedragen aan de provincie, hierdoor is het Revolving Fund in
2014 gewijzigd van financieringsfonds naar een voorraadpositie. Met betrekking tot de waardering van de gronden is er, nu
het Revolving Fund als voorraad verantwoord moet worden, mede door de actuele marktomstandigheden, sprake van een
waarderingsrisico. Om deze risico’s af te dekken is besloten een voorziening te treffen. Deze voorziening zal worden aange-
sproken indien de verkoopwaarde van de gronden lager ligt dan de historische aankoopwaarde.
Specifieke spelregels Het afdekken van waarderingsrisico op landbouwgronden Revolving Fund.
Verwachte einddatum Geen.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Bij de omzetting naar voorraad zijn de gronden in 2014 beoordeeld, op basis actuele gegevens moet de voorziening gevuld
worden met € 0,35 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 287287
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
4.5.10 Vaste schulden
Onderhandse leningen
De onderhandse leningen betreffen ultimo 2013 een tiental en ultimo 2014 een zestal achter-
gestelde, renteloze leningen (looptijd: 10 jaar) die in 2005 zijn opgenomen bij de oprichting van
het Cultuurfonds Monumenten Overijssel.
Het Cultuurfonds Monumenten Overijssel is ingesteld bij de Perspectiefnota 2005 (PS/2004/522)
om bezitters van gemeentelijke en provinciale monumenten - die aanvullende middelen voor
onderhoud en renovatie nodig hebben en die niet in aanmerking komen voor een rijkssubsidie -
leningen tegen een zeer lage rente te verstrekken om zodoende het behoud van gemeentelijke
en provinciale monumenten een krachtige impuls te geven.
In 2014 hebben 4 leningverstrekkers gevraagd om voortijdige aflossing door de provincie Overijssel,
waarbij is voldaan aan hun verzoek. In 2014 is er € 0,2 miljoen afgelost, eind 2014 resteert nog een
bedrag van € 0,1 miljoen.
Waarborgsommen
Onder deze post zijn bedragen opgenomen die door de provincie Overijssel zijn ontvangen
ter zekerstelling van naleving van opgelegde voorwaarden. Ultimo 2013 bevatte deze post 28
waarborgsommen, ultimo 2014 11. Van de 11 waarborgsommen ultimo 2014 is er een in 2010
ontvangen, een in 2013 en de overige zijn alle in 2014 ontvangen.
Rentelast 2014
In 2014 was de rentelast op de vaste schulden nihil.
Vaste schulden
Stand per 31-12-2013 Vermeerderingen Verminderingen Stand per 31-12-2014
Onderhandse leningen 212 155 57
van overige binnenlandse sectoren 212 155 57
Waarborgsommen 21 32 47 6
Totaal 233 32 202 63
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014288288
4.5.11 Netto-vlottende schulden
De overige nog te betalen bedragen ultimo 2014 betreffen hoofdzakelijk crediteuren ter grootte
van € 16,5 miljoen. Ook de daling ten opzichte van ultimo 2013 heeft betrekking op het onder-
deel crediteuren.
4.5.12 Overlopende passiva
Voor de toelichting op de (nog te besteden voorschotbedragen op) doeluitkeringen verwijzen
wij u naar § 4.5.13, waar deze gezamenlijk met de nog te ontvangen voorschotbedragen op
doeluitkeringen toegelicht zullen worden.
Het bedrag onder “Te verrekenen of af te dragen salarissen en sociale lasten” betreft nog af te
dragen loonbelasting, pensioenpremies en overige sociale lasten.
Het saldo op “Vooruitontvangen bedragen” bestaat uit bedragen die betrekking hebben op het
jaar 2015 en verder.
Overlopende passiva
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Te verrekenen of af te dragen salarissen en sociale lasten 3.196 2.928
Vooruitontvangen bedragen 2.172 1.401
Overig te verrekenen 721 988
Betalingen onderweg en kruisposten 1
Doeluitkeringen 82.613 76.476
Verplichtingen 240.752 245.071
Totaal 329.454 326.865
( x € 1.000)
Netto-vlottende schulden
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
Overige nog te betalen bedragen 36.578 21.625
Totaal 36.578 21.625
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 289289
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Overlopende passiva
Stand per 31-12-2013
Stand per 31-12-2014
2007 en eerder 1.161 883
2008 8.434 2.831
2009 6.827 3.551
2010 58.708 46.025
2011 55.754 44.977
2012 47.565 39.288
2013 35.372 18.891
2014 78.700
2007 ILG 674 674
2008 ILG 2.602 89
2009 ILG 4.062 1.134
2010 ILG 10.379 4.478
2011 ILG 5.021 1.888
2012 ILG 2.038 1.221
2013 ILG 2.155 441
Totaal verplichtingen 240.752 245.071
( x € 1.000)
0
50
100
150
200
250
300
350
31-12-2009
Jaren
2008 e.e.
2009
2010
x €
1 m
iljoe
n
31-12-2010
155,9
288,3
320,7
283,3
237,0 245,1
31-12-2011
31-12-2012
31-12-2013
31-12-2014
2011
2012
2013
2014
Totaal
Opbouw en afloop verplichtingen 2009 - 2014
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014290290
Stand per
31-12-2013
Resultaat -
bestemming
2014
Stand per
1-1-2014
Ontvangsten 2014 Toevoegingen 2014 Vrijval 2014 Stand per
31-12-2014Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Doeluitkering jeugdzorg 6.549 6.549 121.341 121.341 131 131 122.155 119.588 2.567 8.433
Doeluitkering regionaal mobiliteitsfonds 809 809 5.211 -5.211 232 6.020 -5.788
Doeluitkering weidevogels IJsseldelta 50 50 50 50
Brede Doeluitkering verkeer en vervoer 43.178 43.178 35.190 35.259 -69 108 108 41.067 37.518 3.549 41.027
Doeluitkering verbetering N34 12.664 12.664 570 569 1 13.233
Doeluitkering natuurbeheer rietteeltsector 358 358 120 -120 478 478
Doeluitkering Europese programma's 370 370 7 7 18 -18 359
Doeluitkering geluidssanering NaNOV -479 -479 1.880 2.697 -817 -10 -10 2.816 2.535 281 -327
Totaal doeluitkeringen 63.499 63.499 158.411 164.628 -6.217 806 805 1 166.798 166.207 591 62.725
Doeluitkeringen als passiva gepresenteerd 82.613 82.613 156.531 156.720 816 815 163.982 163.672 76.476
Doeluitkeringen als activa gepresenteerd -19.114 -19.114 1.880 7.908 -10 -10 2.816 2.535 -13.751
4.5.13 DoeluitkeringenOp grond van artikelen 40a, sub a, en 49, sub b, BBV dienen nog te ontvangen en reeds ont-
vangen voorschotbedragen op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel van Europese en
Nederlandse overheidslichamen verantwoord te worden onder respectievelijk overlopende activa
en overlopende passiva. Doeluitkeringen zijn onlosmakelijk verbonden aan de uitvoering van het
beleid en borgen mede een stabiele bedrijfsvoering. In lijn hiermee is in de Financiële verordening
provincie Overijssel 2013 het mandaat voor het instellen, wijzigen en opheffen van doeluitkerin-
gen neergelegd bij Gedeputeerde Staten. Wanneer het instellen, wijzigen of opheffen budget-
taire consequenties met zich meebrengen, worden deze ter goedkeuring aan Provinciale Staten
voorgelegd. Omdat een doeluitkering afwisselend onder de activa of passiva kan vallen, worden
beide categorieën in deze paragraaf gezamenlijk toegelicht.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 291291
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Stand per
31-12-2013
Resultaat -
bestemming
2014
Stand per
1-1-2014
Ontvangsten 2014 Toevoegingen 2014 Vrijval 2014 Stand per
31-12-2014Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking Geraamd Gerealiseerd Afwijking
Doeluitkering jeugdzorg 6.549 6.549 121.341 121.341 131 131 122.155 119.588 2.567 8.433
Doeluitkering regionaal mobiliteitsfonds 809 809 5.211 -5.211 232 6.020 -5.788
Doeluitkering weidevogels IJsseldelta 50 50 50 50
Brede Doeluitkering verkeer en vervoer 43.178 43.178 35.190 35.259 -69 108 108 41.067 37.518 3.549 41.027
Doeluitkering verbetering N34 12.664 12.664 570 569 1 13.233
Doeluitkering natuurbeheer rietteeltsector 358 358 120 -120 478 478
Doeluitkering Europese programma's 370 370 7 7 18 -18 359
Doeluitkering geluidssanering NaNOV -479 -479 1.880 2.697 -817 -10 -10 2.816 2.535 281 -327
Totaal doeluitkeringen 63.499 63.499 158.411 164.628 -6.217 806 805 1 166.798 166.207 591 62.725
Doeluitkeringen als passiva gepresenteerd 82.613 82.613 156.531 156.720 816 815 163.982 163.672 76.476
Doeluitkeringen als activa gepresenteerd -19.114 -19.114 1.880 7.908 -10 -10 2.816 2.535 -13.751
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014292292
Doeluitkering Jeugdzorg
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Bij besluit van PS/2008/630 is de voorziening Jeugdzorg opgeheven. Op grond van het BBV worden de niet bestede rijks-
middelen op de balans verantwoord onder de overlopende passiva.
Doel Met ingang van 2001 hebben de ministeries van Justitie en Volksgezondheid, Welzijn en Sport in de verleningsbeschikking
de eis gesteld dat de doeluitkeringen Bureau jeugdzorg en Jeugdzorgaanbod via een voorziening in de jaarrekening van
de Provincie moet worden verantwoord. In de loop van 2006 heeft het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
de verantwoording van beide doeluitkeringen samengevoegd in één voorgeschreven verantwoordingsformat. Hierin is
voorgeschreven de middelen die in enig jaar niet tot besteding zijn gekomen te storten in één egalisatiereserve jeugdzorg.
Bij statenbesluit van 11 april 2007 (PS/2007/151) zijn de voorzieningen bureau jeugdzorg en jeugdzorgaanbod samengevoegd
tot één voorziening Jeugdzorg. De voorziening Jeugdzorg is bij besluit van PS/2008/630 opgeheven. Op grond van het BBV
worden de niet bestede rijksmiddelen op de balans verantwoord onder de overlopende passiva.
Specifieke spelregels Op grond van het Tijdelijk besluit uitkeringen jeugdzorg zijn de in enig jaar niet bestede gelden geoormerkt voor besteding
in de jeugdzorg. Op grond van dit besluit is eveneens voorgeschreven dat de over de niet bestede middelen genoten rente
beschikbaar moet zijn voor de realisatie van de doeleinden in de jeugdzorg.
Verwachte einddatum Zolang de Rijksdoeluitkering Jeugdzorg nog niet met het Rijk is afgewikkeld. Dit is in elk geval tot en met 2015.
Bestedingsplan Ja. De resterende middelen uit de doeluitkering worden op enig moment in overleg aan het Rijk terugbetaald.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 De stortingen betreffen de ontvangen doeluitkeringen van het Rijk. Deze worden rechtstreeks geboekt ten gunste van de
doeluitkering. Onder de stortingen is ook de rentetoevoeging aan de doeluitkering jeugdzorg verwerkt. De onttrekkingen
betreffen verleende subsidies voor de jeugdzorg, onder aftrek van de terugontvangen subsidies op grond van vastgestelde
subsidiebeschikkingen. In 2014 is er € 121,3 miljoen rijksbijdrage ontvangen en € 119,6 miljoen aan subsidies verleend. Er
is € 0,13 miljoen rente toegevoegd aan de doeluitkering. Het eindsaldo ultimo 2014 bedraagt € 8,4 miljoen.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 293293
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Doeluitkering Regionaal mobiliteitsfonds
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2002/319 van Provinciale Staten van Overijssel op 26 juni 2002.
Doel Uit het fonds worden vanaf 2007 benuttingsmaatregelen en quick winprojecten ter uitvoering van netwerkanalyses gefinan-
cierd. Het Rijk en de regionale overheden stellen voor de eerste fase gezamenlijk € 18,0 miljoen beschikbaar. In 2008 is met het
Rijk overeenstemming bereikt over een tweede fase, waarbij het Rijk en de provincie beiden € 3,5 miljoen bijdragen. In totaal is
uitvoering gegeven aan quick winprojecten en benuttingsmaatregelen voor een bedrag van € 25 miljoen.
In deze doeluitkering worden de bijdragen van Zwolle en het Rijk verantwoord. Het aandeel van deze partijen in de kosten
van de uit te voeren maatregelen wordt op de doeluitkering in mindering gebracht. De provinciale bijdrage en het aandeel
van de provincie in de kosten van de uit te voeren maatregelen wordt verantwoord in de reserve Regionale bereikbaarheid.
Specifieke spelregels De regionale bijdrage wordt verdubbeld door het Rijk. Werkelijk ontvangen rente over de gelden in het RMF wordt volledig
toegevoegd aan dit fonds. Tevens geldt de voorwaarde dat op 31-12-2012 niet bestede middelen door het Rijk teruggevor-
derd worden.
Verwachte einddatum De doeluitkering is bij de monitor Overijssel 2014-II opgeheven.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € 0
Onderdeel weerstandsvermogen € 0
Toelichting verloop 2014 In 2014 heeft afrekening met het Rijk plaatsgevonden, waarbij € 0,6 miljoen is terugbetaald aan het Rijk. Het saldo van de
doeluitkering RMF € 0,2 miljoen valt vrij naar de algemene middelen. Hiermee zijn de RMF-projecten financieel afgerond en is
de doeluitkering RMF opgeheven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014294294
Doeluitkering Weidevogels IJsseldelta
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2004/1018 van Provinciale Staten van Overijssel op 27 september 2004. Omgezet in een doeluitkering door
besluit PS/2009/449 van Provinciale Staten van Overijssel op 17 juni 2009.
Doel Rijkswaterstaat stelde voor een periode van 10 jaar € 0,43 miljoen ineens beschikbaar aan de provincie. Dit zal vooral moeten
bijdragen aan het behoud en herstel van leefgebieden voor weidevogels. Het bedrag van € 0,43 miljoen is in 2004 RWS
ontvangen en is, conform voorwaarde van RWS, opgenomen in een voorziening. Op basis van wijziging in BBV regelgeving
is met ingang van 2008 de voorziening omgezet in een doeluitkering.
Specifieke spelregels Bestedingen specifiek voor behoud en herstel van leefgebieden voor weidevogels. Er vindt geen inflatietoerekening plaats.
Verwachte einddatum 2014.
Bestedingsplan N.v.t.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Geen bijzonderheden. De doeluitkering kan opgeheven worden.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 295295
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Brede doeluitkering verkeer en vervoer
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2005/14 van Provinciale Staten van Overijssel op 20 september 2005.
Doel De Wet brede doeluitkering verkeer en vervoer (BDU) is in 2005 in werking getreden. Met deze Wet wordt beoogd om een
belangrijke verbetering te bereiken in de realisering van het verkeer- en vervoerbeleid op regionaal niveau in samenhang met
dat op landelijk niveau. Uitgangspunt is dat het regionale niveau zelf een integrale afweging kan maken van maatregelen en
de daarvoor in te zetten middelen. De diverse geldstromen op het gebied van verkeer en vervoer, die van het Rijk naar de
decentrale overheden gaan, worden met de komst van de BDU gebundeld en ontschot.
Deze Rijksbijdrage is bestemd voor de voorbereiding en uitvoering van het provinciale verkeer- en vervoerbeleid. De provincie
krijgt ruimte om integrale afwegingen te maken, maatwerkoplossingen uit te werken en prioriteiten te stellen (in tijd en
uitgavencategorieën). De provincie overlegt daarover met gemeenten en andere belanghebbende bestuursorganen (ondermeer
buurprovincies).
Specifieke spelregels De doeluitkering wordt gevoed met de jaarlijkse rijksbijdrage voor BDU. De lasten van BDU-projecten worden jaarlijks
ten laste van de doeluitkering gebracht. Omdat de jaarlijkse BDU-rijksbijdrage niet toereikend is om de BDU-uitgaven (die
voornamelijk uit OV-exploitatielasten bestaat) te dekken, zijn via besluit PS/2013/865 de kaders vastgesteld voor de herijking
OV-tactiek. De herijking OV-tactiek heeft als doel het realiseren van een begrotingsevenwicht in 2018, waarvoor Provinciale
Staten voor de jaren 2015 - 2018 een ombouwbudget voor het OV beschikbaar hebben gesteld van € 30 miljoen. Aanvullend
is er voor de jaren 2015 - 2017 jaarlijks € 2 miljoen beschikbaar gesteld om een goede oplossing voor de onderkant van de
markt te kunnen ontwikkelen.
Verwachte einddatum Nog niet bepaald.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € - Voor het volledige bedrag zijn besluiten genomen of verplichtingen aangegaan voor de komende jaren.
Onderdeel weerstandsvermogen € 10.000.000. In het kader van de herijking OV-tactiek is via PS-besluit PS/2013/865 binnen de doeluitkering BDU een
OV-risicoreservering aangelegd, waarmee onder andere fluctuaties (negatieve index- en opbrengstontwikkelingen) in de
OV-exploitatiebijdrage opgevangen kunnen worden.
Toelichting verloop 2014 In 2014 is de Rijksbijdrage en de rente (voor een totaalbedrag van € 35,4 miljoen) toegevoegd aan de doeluitkering Verkeer
en Vervoer. In totaal is er € 37,5 miljoen onttrokken. De middelen zijn besteed aan de uitvoering van diverse taken op het
gebied van openbaar vervoer (onder andere exploitatiebijdragen aan OV-bedrijven trein, bus en regiotaxi), ontwikkeling van
beleid bereikbaarheid, verkeersveiligheid, bijdragen aan projecten voor gedragsbeïnvloeding en bijdragen aan infrastructuur
van andere overheden. De lagere realisatie ten opzichte van de begroting van € 3,5 miljoen houdt verband met de uitvoering
van werkzaamheden op N34, bijdragen Regiotaxi, elektrificatie Zwolle-Kampen en uitgaven voor marktwerking.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014296296
Doeluitkering Verbetering N34
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2007/2 van Provinciale Staten van Overijssel op 7 februari 2007.
Doel De doeluitkering N34 is ingesteld om de met het Rijk afgesproken verbeteringen van de N34 uit te kunnen voeren.
Specifieke spelregels Verplichte rentetoevoeging van 4,5% per jaar over beginsaldo per 1 januari.
Verwachte einddatum Geen specifieke einddatum. Einddatum ligt bij afronding project.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Vanuit de doeluitkering zijn geen uitgaven gedaan. Het project Herinrichting N34 wordt gefinancierd uit verschillende
dekkingsbronnen. De doeluitkering wordt pas later aangesproken.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 297297
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Doeluitkering Natuurbeheer rietteeltsector
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2010/256 van Provinciale Staten van Overijssel op 12 mei 2010.
Doel Naar aanleiding van het plan “Eenmalige impuls rietsector Noordwest-Overijssel” heeft het Ministerie van Economische Zaken,
Landbouw & Innovatie (LNV) een subsidie van € 3 miljoen beschikbaar gesteld als impuls voor het onderhoud en beheer van
rietland in de Wieden en Weerribben voor rietsnijders.
Specifieke spelregels De gesubsidieerde activiteiten hebben betrekking op de periode 1-1-2009 tot 31-12-2010. Subsidie is verleend onder andere
met als voorwaarde dat voor 31 maart 2011 verantwoording afgelegd moet worden.
Verwachte einddatum 2014.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is er € 0,5 miljoen onttrokken ten behoeve natuurbeheer rietteeltsector. De eindafrekening, ad € 120.000, is tevens
ontvangen in 2014. De doeluitkering kan worden opgeheven.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014298298
Doeluitkering Europese Programma’s
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2013/377 van Provinciale Staten van Overijssel op 3 juli 2013.
Doel Ten behoeve van uitvoering van Europese programma’s voor economische structuurversterking. Op basis van diverse voor-
stellen hebben Provinciale Staten van Overijssel ingestemd met de uitvoering van de Europese programma’s, de zogenoemde
EPD’s.
Specifieke spelregels Bepaald bij de instelling van de voormalige voorziening in 2004 (nummer 53).
Verwachte einddatum Afhankelijk van wanneer het Ministerie van Economische Zaken definitief het programma 1997 - 1999 afrekent.
Bestedingsplan Nee.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 Over het programma 1997 - 1999 bestaat nog een verschil van mening met het Ministerie van Economische Zaken ten
aanzien van de subsidiabele kosten. De Raad van State heeft in 2014 uitspraak gedaan. Het saldo van de doeluitkering wordt
aangehouden voor de eindafrekening met Economische Zaken.
De uitgaven 2014 hebben betrekking op juridische bijstand inzake het hoger beroep. Daarnaast is de verplichte instandhoudings-
bijdrage toegevoegd aan de doeluitkering.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 299299
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Doeluitkering NaNOV-geluidssanering
Soort Doeluitkering.
Ingesteld op Besluit PS/2013/377 van Provinciale Staten van Overijssel op 3 juli 2013.
Doel De doeluitkering is bedoeld om tijdsverschillen te overbruggen tussen het moment van ontvangst van de rijksmiddelen en
het moment van besteding daarvan, voor het plaatsen van geluidsschermen in het kader van NaNOV geluidssaneringsprojecten
spoorlijnen.
Specifieke spelregels Zie besluit PS/2004/53 en PS/2013/377.
Verwachte einddatum Naar verwachting kan de doeluitkering in 2018 worden opgeheven. De geplande financiële afhandeling van de laatste ge-
luidssanering is medio 2018, daarna volgt de eindverantwoording van de Rijksmiddelen.
Bestedingsplan Ja.
Vrije ruimte € -
Onderdeel weerstandsvermogen € -
Toelichting verloop 2014 In 2014 is € 2,7 miljoen ontvangen en gestort in de doeluitkering. Er is € 10.000 aan rente onttrokken. De kosten met
betrekking tot de geluidsaneringsprojecten, ad € 2,5 miljoen, zijn onttrokken aan de doeluitkering. De stand per 31-12-2014
is € 0,33 miljoen negatief. Dit negatieve saldo is veroorzaakt door uitgaven die ten laste van 2014 zijn gebracht waarvan de
rijksbijdrage nog niet is ontvangen. De afronding van het totale programma zal naar verwachting in 2018 zijn beslag krijgen.
Afrekening met het Rijk zal in 2018 plaatsvinden waarna de doeluitkering kan worden opgeheven.
4.5.14 Verstrekte borg- en garantstellingenDe provincie heeft voor een bedrag van € 21,3 miljoen (2013: € 18,6 miljoen) waarborgen afge-
geven op geldleningen van in totaal € 96,4 miljoen (2013: € 99,2 miljoen) die zijn opgenomen in
de markt door o.a. een aantal zorginstellingen, de Overijsselse bibliotheekdienst, het Nationaal
Groenfonds (gerelateerd aan de Ecologische Hoofdstructuur) en het Energiefonds Overijssel. In
2014 zijn twee nieuwe garantstellingen ter grootte van € 12,6 miljoen afgegeven. Nadere infor-
matie is opgenomen in het bijlagenboek (bijlage B.14).
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014300300
4.5.15 Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Subsidieverplichtingen beheercontracten, inrichting en functieverandering
In de periode tot en met 2014 zijn door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl;
voorheen Dienst Regelingen), onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken, verplichtin-
gen aangegaan naar particulieren en terreinbeherende organisaties voor de inrichting en beheer
van nieuwe natuur. Daarnaast zijn verplichtingen voor functieverandering aangegaan, zodat
agrarische grond kon worden omgezet naar natuur.
Op basis van de ILG-afspraken is de verantwoordelijkheid voor de subsidieverlening, inclusief
het uitfinancieren van voor 1-1-2007 aangegane verplichtingen, voor de bestuursperiode 2007 -
2013 overgenomen door de provincie. Via de ILG-doeluitkering zijn hiervoor middelen door het
Rijk verstrekt. In de provinciale administratie zijn vanaf 2007 jaarlijks de gerealiseerde kasuitga-
ven verantwoord.
Met het natuurakkoord is de verantwoordelijkheid voor beheer, inrichting en functieverandering
volledig overgegaan naar de provincie. Met ingang van 2014 ontvangt de provincie hiervoor, via
het Provinciefonds, middelen van het Rijk, waarmee een deel van de langlopende verplichtingen
worden gedekt. Aanvullend stelt de provincie, conform het natuurakkoord, uit eigen middelen
ook bedragen beschikbaar voor het beheer.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Omschrijving Einde contract Resterende verplichting
ultimo 2014
Leaseverplichting 52 dienstauto's (verschillende merken) december 2020 3.212
Leaseverplichting 5 BMW's juli 2016 246
Leaseverplichting PD december 2015 64
Onderhoud SAP-licenties december 2015 165
Onderhoud bouwkundig / installaties december 2016 52
Onderhoud ARGIS-licenties december 2020 106
Onderhoud EDO december 2016 249
Onderhoud diversen diversen 272
Onderhoud printers maart 2016 271
Onderhoud en support IPROX-licenties december 2019 147
Onderhoud drankenautomaten december 2015 62
Licenties informatiesysteem Milieuvergunningen en Handhaving december 2015 74
Huurovereenkomst Bergstr. en Bergsingel juni 2025 271
Schoonmaakwerkzaamheden december 2015 589
Bibliotheekapplicatie december 2016 117
Aanneemsom catering + vergaderservice december 2018 1.880
Onderhoud AV-middelen december 2019 187
Onderhoud Lias december 2017 55
Onderhoud vergader- en webcastvoorziening december 2019 261
Totaal 8.280
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 301301
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Per einde 2014 bedroeg het totaal aan openstaande verplichtingen voor inrichting, beheer en
functieverandering van nieuwe natuur volgens opgave van RVO.nl € 108,5 miljoen. Deze ver-
plichtingen komen in toekomstige jaren ten laste de uitvoeringsreserve EHS.
De verplichtingen voor functieveranderingen zouden conform besluit PS/2014/898 volledig als
last worden verwerkt in de jaarrekening 2014. De commissie BBV heeft echter het standpunt
ingenomen dat de verantwoordingswijze van subsidies die via RVO.nl zijn verstrekt voor 2014
ongewijzigd blijft. Dat betekent dat de uitgaven voor functieveranderingen op kasbasis ver-
antwoord moeten worden en het restant aan verplichtingen onder niet uit de balans blijkende
verplichtingen moet worden opgenomen.
De stand per 31 december 2014 van de vorderingen en verplichtingen die de provincie Overijssel
per 1 maart 2015 overneemt van DLG, in het kader van de overgang van deze organisatie naar de
provincies, is door onze accountant beoordeeld. Voor de provincie Overijssel bedraagt het totaal van
de nog openstaande verplichtingen € 4,7 miljoen en het totaal van de nog openstaande vorderingen
€ 2,7 miljoen, beide per 31 december 2014. Het betreft 16 nog lopende projecten. De betreffende
activa en passiva zullen in 2015 in de balans van de provincie worden opgenomen.
4.5.16 Gebeurtenissen na balansdatumEr hebben zich tijdens het samenstellen van deze Jaarrekening in 2015 geen gebeurtenissen van
materiële omvang voorgedaan, die invloed hebben op de nu gepresenteerde balansposten.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014302302
4.6 Personeelsgebonden lasten
De personeelsgebonden kosten bestaan uit de directe (werkelijke) salarislasten, inclusief sociale
lasten werkgever, verhoogd met de toelagen voor fuwa- correctie, garantietoelage, onregel-
matigheidstoeslag, overwerk en medewerkertoelagen conform CAO-bepalingen. De personeels-
gebonden kosten worden vervolgens verhoogd met de daaraan gerelateerde kosten voor inhuur
van uitzendkrachten, externe deskundigheid, vervanging bij ziekte en overige personeelskosten.
De overige personeelskosten bestaan uit de reis- en verblijfkosten, onkostenvergoedingen, kosten
van vorming door opleiding en training.
Het totale verschil tussen de actuele begroting en de realisatie 2014 (= onderuitputting) op de
personeelsgebonden kosten bedraagt € 0,6 miljoen. Dit is een onderuitputting van 1% ten op-
zichte van de actuele begroting.
De onderuitputting wordt voornamelijk veroorzaakt door een onderuitputting op de bruto-
salariskosten (inclusief sociale lasten werkgever) van € 1,8 miljoen. Verder is er een onderuitputting
op de overige gerelateerde personeelsgebonden kosten van € 0,7 miljoen (onder andere uitkeringen
in verband met zwangerschappen, WAO en hogere opbrengsten uit detachering verminderd met de
kosten voor de (WW-lasten van) voormalige medewerkers). Tegenover de onderputting staat een
overschrijding van het budget voor de inhuur van uitzendkrachten en externe deskundigheid van
€ 2,2 miljoen. De onderuitputting op overige personeelskosten (onder andere reis- en verblijfkosten,
opleiding, studie, cursus en congressen) bedraagt € 0,3 miljoen.
Als gevolg van de bezuinigingsopdracht, de implementatie van het bedrijfsplan, de implementatie
van het functieplan en de financiering van de boventallige medewerkers is er besloten alleen in
eerste instantie de prioritaire vacatures open te stellen. Voor de continuering van de uit te voeren
werkzaamheden is besloten dat er extra inzet mag worden geregeld middels tijdelijke inhuur van
uitzendkrachten en externe deskundigheid indien dit nodig is.
Zoals eerder aangegeven in vorige Jaarverslagen loopt de uitwerking van het functieplan niet parallel
aan de ontwikkeling van de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord. De taakstelling uit het Hoofd-
Salarissen en personeelsgebonden kosten ( x € 1.000)
Jaarrekening
2013
Primitieve Be-
groting 2014
Begrotings
wijziging 2014
Actuele Be-
groting 2014
Jaarrekening
2014
Verschil
2014
Salarislasten inclusief sociale lasten 54.578 55.678 -1.616 54.062 52.271 1.791
Uitzendkrachten en externe deskundigheid 4.649 2.405 2.405 4.670 -2.265
Overige gerelateerde personeelsgebonden kosten -920 -743 743
Totaal salarislasten 58.307 58.083 -1.616 56.467 56.198 269
Reis- en verblijfkosten 808 943 -3 940 759 181
Onkostenvergoedingen 59 43 43 35 8
Opleiding, studie, cursus, congressen 975 1.007 -24 983 809 174
Overige kosten 56 89 89 138 -49
Totaal Personeelsgebonden kosten 60.205 60.165 -1.643 58.522 57.939 583
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 303303
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Formatieontwikkeling 2012-2016
Jaar Bezetting Hoofdlijnenakkoord Functieplan
2012 743 839 795
2013 749 823 788
2014 695 797 736
2015 778 782
2016 753 753
Formatie vanaf 2015 inclusief DLG (46 fte) en WGR+ Regio Twente (12 fte)
lijnenakkoord is om de formatie aan het einde van deze Statenperiode (2016) terug te brengen van
831 fte naar minimaal 753 fte. De komende twee jaren (2015-2016) groeien het functieplan en
de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord naar elkaar toe. De taakstelling en de uitvoering van de
personeelsplanning heeft geleid in een bezetting per 31 december 2014 van 695 fte ten opzichte
van een formatie per 31 december 2014 conform het functieplan van 736 fte.
Opmerkingen formatie
• De formatie in 2014 is gedaald van 788 fte naar 736 fte. Dat is een daling van 52 fte. Na uitbe-
steding van de ondersteunende processen catering en beveiliging in 2013 heeft de samenwer-
king met de gemeenten Zwolle en Kampen en de provincie Overijssel als partners op het gebied
van bedrijfsvoering haar definitieve vorm gekregen. Binnen het SSC zijn de processen op het
gebied van personeels- en salarisadministratie, ICT en inkoop samengebracht. De bijbehorende
formatie van 52 fte is per 1 juli 2014 overgedragen aan het SSC. De betreffende medewerkers
van de provincie Overijssel zijn met ingang van dezelfde datum (1 juli 2014) in dienst getreden bij
de gemeente Zwolle.
• In 2016 zal de formatie volgens het functieplan gelijk zijn aan de taakstelling uit het Hoofdlijnen-
akkoord (t.w.753 fte). Echter de samenstelling van de formatie is gedurende de collegeperiode
gewijzigd. Met ingang van 1 januari 2015 neemt de formatie van de provincie toe, als gevolg van
690
710
730
750
770
790
810
830
850
2012
743
795
839
749
788
823
736
695
797
782
778
753
753
Jaren
Bezetting
FTE’
s
2013 2014 2015 2016
Hoofdlijnenakkoord Formatieplan versie 2.0
Formatieontwikkeling 2012 - 2016Formatie 2015 / 2016 incl. DLG & WGR+
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014304304
de overgang van de activiteiten van WGR+ Regio Twente naar de provincie (12,34 fte). En met
ingang van 1 maart 2015 zijn de DLG-activiteiten overgedragen naar de provincie. En stijgt de
formatie van de provincie als gevolg van de deze overgang met 45,5 fte.
• Overzicht van de mutatie functieplan ten opzichte van de taakstelling uit het hoofdlijnakkoord:
- 2013: Uitbesteding van de catering en beveiliging -/- 7 fte
- 2014: Uitbreiding concernadvisering Planning & Control 1 fte
- 2014: Oprichting Shared Service Centre -/- 52 fte
- 2015: (01.01.15) overgang WGR+ Regio Twente naar provincie 12 fte
- 2015: (01.03.15) overgang DLG naar provincie 46 fte
De financiële ruimte die als gevolg van de bezetting ten opzichte van de gewenste formatie per 31
december 2014 is ontstaan, wordt gebruikt om nieuwe kwaliteiten aan onze organisatie toe te voe-
gen. Deze nieuwe kwaliteiten, vaak ook nieuwe functies, zijn nodig om voor het uitvoeren van de
kerntaken, maar ook om een toekomstige vaste match tussen opgaven en personeel te realiseren.
Salarislasten
De realisatie van de totale salarislasten inclusief uitzendkrachten en externe deskundigheid
bedraagt € 56,2 miljoen ten opzichte van een actuele begroting van € 56,5 miljoen. Per saldo
derhalve een onderuitputting van € 0,3 miljoen.
Analyse van de onderuitputting ten opzichte van de actuele begroting:
Op basis van de gegevens uit de formatie en bezettingsoverzichten bedraagt de formatieruimte over
2014 41 fte (formatie volgens het formatieplan 736 fte ten opzichte van een bezetting van 695 fte).
• Rekening houdend met een formatieruimte van 41 fte zou de ver-
wachte onderuitputting op de salarislasten € 3,4 miljoen bedragen: € 3,4 miljoen
• In 2015 ontvangen de medewerkers als gevolg van de IKB-regeling een-
malig 19 maanden vakantiegeld (periode mei 2014 - april 2015 (12 maan-
den), en de periode mei 2015 – december 2015 (7 maanden) in plaats van
12 maanden. Dit is een trendbreuk ten opzichte van de voorgaande jaren.
Het BBV biedt de mogelijkheid om het vakantiegeld over de periode mei
2014 tot en met december 2014 als gevolg van deze trendbreuk eenmalig
te reserveren. Hierdoor wordt de exploitatie 2015 niet extra belast. Per
ultimo 2014 is er een bedrag gereserveerd van € 1,6 miljoen aan vakantie-
geld (periode mei 2014 - december 2014) voor uitbetaling in 2015: -/- € 1,6 miljoen
• Overschrijding budget voor inhuur uitzendkrachten en externe
deskundigheid: -/- € 2,2 miljoen
• Hogere opbrengsten uit detachering, en uitkeringen in verband met
zwangerschappen en WAO verminderd met de kosten voor de (en
WW-lasten van) voormalige medewerkers: € 0,7 miljoen
Per saldo een onderuitputting van de salarislasten € 0,3 miljoen
Overige personeelskosten
Naast de personeelsgebonden kosten resteert er binnen de personeelskosten nog een post voor
overige personeelskosten. Deze overige personeelskosten bestaan uit de reis- en verblijfkosten,
onkostenvergoedingen, kosten van vorming door opleiding en training.
De onderuitputting op deze post bedraagt € 0,3 miljoen (realisatie € 1,7 miljoen ten opzichte van
een actuele begroting van € 2,0 miljoen) en wordt voornamelijk veroorzaakt door een onderuit-
putting van €181.000 op de reis- en verblijfkosten en € 174.000 op de kosten van vorming door
opleiding en training.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 305305
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
Formatie in fte’s
Eenheid Jaarrekening
2013
Primitieve
Begroting 2014
Begrotings-
wijziging 2014
Actuele
Begroting 2014
Jaarrekening
2014
Totaal formatie formatie formatie Totaal
Griffie 7 7 7 7
Directie 2 2 2 2
Bestuurs- en Concernzaken 72 72 72 69
Economie en cultuur 56 52 1 53 57
Natuur en milieu 59 68 1 69 57
Publieke dienstverlening 147 156 156 141
Project- en Programmamanagement 36 39 3 42 40
Ruimte en bereikbaarheid 72 75 -1 74 70
Wegen en kanalen 124 124 124 121
Bedrijfsvoering 174 183 -51 132 131
Kwaliteitsimpuls 10 -5 5
Totaal 749 788 -52 736 695
In bovenstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de toegestane
formatie. De formatie per ultimo 2014 bedraagt volgens het functieplan 736 fte. De formatie in
2014 is gedaald van 788 fte naar 736 fte. De daling van 52 fte is het gevolg van de overgang
van de formatie personeelsadministratie en salarisadministratie, ICT, inkoop en inkoop naar het
Shared Service Center (SSC).
Naast bovengenoemde personeelsgebonden kosten kennen we ook salarissen / vergoedingen
voor bestuurders van de provincie, kosten voormalig personeel en enkele overige kosten. Deze
kosten worden direct verantwoord binnen de kerntaak Kwaliteit Openbaar Bestuur. Deze kosten
maken geen deel uit van de hiervoor weergegeven tabellen. Voor 2014 bedragen deze kosten
€ 2,2 miljoen. Deze kosten hebben voornamelijk betrekking op vergoedingen voor leden van
( x € 1.000) Rechtstreeks op programma’s verantwoorde salarissen ( x € 1.000)
Rekening
2013
Begroting
2014
Begrotings
wijziging 2014
Actuele
begroting 2014
Rekening
2014
Verschil
2014
Vergoeding PS-leden 741 750 750 700 50
Vergoeding GS-leden, uitkeringen en pensioenen
oud-leden 1.068 1.102 1.102 997 105
Jaarwedde Commissaris van de Koning 191 190 190 183 7
Voormalig personeel / seniorenbeleid 246 638 -28 610 190 420
Salaris stagiaires 49 35 15 50 51 -1
Bedrijfshulpverlening 34 35 17 52 32 20
Totaal 2.329 2.750 4 2.754 2.153 601
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014306306
Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten (inclusief oud-leden), totaal € 1,7 miljoen, en op de
kosten van voormalig personeel en seniorenbeleid, totaal € 0,2 miljoen.
Gemiddelde personeelsgebonden kosten per fte
De gemiddelde salariskosten per fte (inclusief overwerk en toelagen) en het gemiddelde aan
overige personeelsgebonden kosten per fte, worden weergegeven in het volgende overzicht.
De gemiddelde loonsom per fte bedraagt € 70.600 ten opzichte van de gemiddelde loonsom per
fte volgens de actuele begroting van € 70.300. Het verschil in de gemiddelde loonsom tussen
de realisatie en de actuele begroting is voornamelijk het gevolg van de eenmalige uitkering in
december 2014 van € 450,- per fte. Tegenover deze stijging staat een lichte daling van de werk-
gevers gedeelte sociale lasten.
Verdeling personeelsgebonden kosten naar extern beleid en apparaatskosten
In de tabel hieronder wordt een overzicht gegeven van de toerekening van de personeels-
gebonden kosten naar de verschillende kerntaken.
( x € 1.000)
Jaarrekening 2013 Actuele Begroting 2014 Jaarrekening 2014 Verschil 2014
Gemiddelde salariskosten 70,7 70,3 70,6 -0,3
Reiskosten en verblijfskosten / onkosten-
vergoedingen en overige kosten 1,2 1,4 1,3 0,1
Vorming, opleiding en training 1,3 1,3 1,1 0,2
Totaal 73,2 73,0 73,0 0,0
Gemiddelde bezetting over het jaar in fte's 749 762 718 44
Verdeling personeelsgebonden kosten naar kerntaken ( x € 1.000)
Jaarrekening
2013
Primitieve be-
groting 2014
Begrotings
wijziging 2014
Actuele be-
groting 2014
Jaarrekening
2014
Verschil
2014
Duurzame ruimtelijke ontwikkeling inclusief water 2.975 3.070 -84 2.986 2.986 0
Milieu en energie 8.086 8.377 -229 8.148 8.171 -23
Inrichting landelijk gebied 4.301 4.545 -124 4.421 4.427 -6
Regeionale bereikbaarheid, regionaal OV 11.884 12.248 -334 11.914 11.922 -8
Regionale economie 2.241 2.318 -63 2.255 2.259 -4
Culturele infrastructuur en monumentenzorg 1.910 1.967 -54 1.913 1.916 -3
Kwaliteit openbaar bestuur 8.850 9.133 -250 8.883 8.893 -10
Sociale infrastructuur, jeugdzorg, apparaatskosten 16.560 15.008 -410 14.598 13.949 649
Gebiedsontwikkelingen 3.398 3.500 -96 3.404 3.416 -12
Totaal 60.205 60.165 -1.643 58.522 57.939 583
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 307307
Hoofdstuk 4Jaarrekening 2014
4.7 Single information, Single audit (SiSa)
Met ingang van 2006 is de regelgeving Single Information, Single Audit (SISA) op provincies en
gemeenten van toepassing. Deze regels zijn erop gericht om de verantwoording aan het Rijk over
de specifieke uitkeringen aan lokale overheden te laten plaatsvinden via het Jaarverslag en niet
meer via een afzonderlijke verantwoording per specifieke uitkering.
In 2014 vallen voor ons nog maar 5 regelingen onder SISA. Voor elke regeling is door het betref-
fende vakdepartement vastgesteld welke indicatoren verantwoord moeten worden. Deze zijn op-
genomen in een overzicht, dat als afzonderlijke bijlage bij het jaarverslag is gevoegd (zie bijlage 2).
Voor de Doeluitkering jeugdzorg is 2014 het laatste jaar waarin de middelen via de provinciale
jaarrekening verantwoord worden. Deze middelen vormen vanaf 2015 de verantwoordelijkheid
van de gemeenten, worden in het gemeentefonds gestort en dan via de gemeentelijke jaarreke-
ningen verantwoord. De (tijdelijke) subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland is via
de Jaarrekening 2013 afgerond en afgerekend.
De SISA-bijlage valt onder de controleverklaring bij de Jaarrekening en daarmee vervangt deze
verklaring de afzonderlijke verklaringen per regeling.
1. (E3) Subsidieregeling sanering verkeerslawaai (inclusief bestrijding spoorweglawaai)
2. (E11) Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL)
3. (E27) Brede doeluitkering verkeer en vervoer
4. (F3) Verzameluitkering Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (leren voor duurzame
ontwikkeling)
5. (H8) Doeluitkering jeugdzorg (Bureau Jeugdzorg + Zorgkosten Jeugdzorg)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014308
H5
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 309
Provinciale organisatie5.Het bestuur van de provincie wordt gevormd door een algemeen
(Provinciale Staten) en een dagelijks bestuur (Gedeputeerde Staten).
De ambtelijke organisatie bestaat uit de Directie en acht eenheden.
Hoofdstuk 5Provinciale organisatie
5.1 Provinciale Staten
Het aantal Statenleden van een provincie is afhankelijk van het aantal inwoners. Voor Overijssel
is het aantal zetels vastgesteld op 47. De samenstelling van Provinciale Staten in 2014 staat in het
schema hiernaast weergegeven.
Statengriffie
De statengriffie heeft primair tot taak om Provinciale Staten te ondersteunen in hun functione-
ren. Deze ondersteuning behelst onder meer de secretariële ondersteuning van Provinciale Staten
en Statencommissies. De taken zijn daarnaast aangevuld met taken op het gebied van communi-
catie, procesmatige advisering, voorlichting en controle. De griffier van Provinciale Staten is
mw. R. (Renée) Wiggers.
5.2 College van Gedeputeerde Staten
Het dagelijks bestuur van de provincie bestaat uit de Commissaris van de Koning (voorzitter) en
vijf gedeputeerden. Samen vormen zij het College van Gedeputeerde Staten.
5.2.1 Commissaris van de Koning Per 1 januari 2011 is mevrouw drs. A.Th.B. Bijleveld-Schouten benoemd tot Commissaris van de
Koning in de provincie Overijssel. De Commissaris van de Koning beheert de portefeuille Kwaliteit
Openbaar Bestuur (zie ook paragraaf 5.2.2).
Naast de taken uit haar portefeuille, heeft de Commissaris van de Koning een aantal Rijkstaken
waaronder burgemeestersaangelegenheden, ombudszaken, coördinatie openbare orde en veiligheid
en het gastvrouwschap tijdens bezoeken van leden van het Koninklijk Huis. De Commissaris van de
Koning is zowel voorzitter van Provinciale Staten als van het College van Gedeputeerde Staten.
5.2.2 Gedeputeerde StatenHet College van Gedeputeerde Staten bestaat sinds de verkiezingen in 2011 uit de volgende
Gedeputeerden:
• Mevrouw I.A. (Ineke) Bakker (VVD)
• De heer E. (Bert) Boerman (ChristenUnie)
• Mevrouw W.H. (Hester) Maij (CDA)
• De heer G.J. (Gerrit Jan) Kok (VVD)
• De heer T.W. (Theo) Rietkerk (CDA). De heer Rietkerk heeft per 1 november 2014 een functie
elders aanvaard. Op 12 november 2014 hebben Provinciale Staten de heer dr. Y.J. (Eddy) van
Hijum (CDA) als zijn opvolger benoemd.
Ook de Commissaris van de Koning heeft een portefeuille in dit college. De portefeuilles zijn als
volgt samengesteld en verdeeld:
CDA 11 zetels
PvdA 9 zetels
VVD 8 zetels
PVV 4 zetels
SP 4 zetels
D66 3 zetels
ChristenUnie 3 zetels
GroenLinks 2 zetels
SGP 2 zetels
50PLUS 1 zetel
Totaal 47 zetels
Samenstelling Provinciale Staten
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014310
Y.J. (Eddy) van Hijum (tot 1-11-2014: T.W. (Theo) Rietkerk) (CDA) - Portefeuille A: Econo-
mie, Energie en Innovatie
• Economie (inclusief innovatie en agrarische sector)
• Toerisme en recreatie
• Energie
• Gebiedsontwikkeling IJsseldelta inclusief Nationaal Landschap IJsseldelta
• Gebiedsontwikkeling Innovatiedriehoek
• Personeel en organisatie
• IPO
I.A. (Ineke) Bakker (VVD) - Portefeuille B: Milieu, Wonen en Financieel toezicht
• Milieu (inclusief geluid, bodemsanering en ontgrondingen)
• Kwaliteit leefomgevingen (inclusief gezond en veilig leefmilieu)
• Wonen
• Financieel toezicht gemeenten
• Deelnemingen / deelnemingenbeleid
• Vergunningverlening (inclusief ontwikkeling Regionale Uitvoeringsdiensten)
• Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente (inclusief Nationaal Landschap Noordoost-Twente)
• Coördinatie Zwolle / Kampen / Netwerkstad
E. (Bert) Boerman (ChristenUnie) - Portefeuille C: Ruimte, Water en Jeugdzorg
• Ruimtelijke ontwikkeling
• Water
• Grondzaken
• Sociale infrastructuur
• Jeugdzorg
• Handhaving
• Gebiedsontwikkeling Ruimte voor de Vecht
• Coördinatie Stedendriehoek
W.H. (Hester) Maij (CDA) - Portefeuille D: Landelijk Gebied en Culturele Infrastructuur
• Inrichting landelijk gebied
• Natuur en landschap
• Cultuur, monumentenzorg en erfgoed
• Europa (inclusief fondsen)
• Coördinatie Netwerkstad Twente
G.J. (Gerrit Jan) Kok (VVD) - Portefeuille E: Bereikbaarheid, Openbaar Vervoer en Financiën
• Bereikbaarheid
• Provinciale wegen en kanalen
• Openbaar vervoer
• Provinciale financiën
• Herindelingen
• Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.
• Gebiedsontwikkeling Spoorzone Zwolle
A.Th.B. (Ank) Bijleveld-Schouten - Portefeuille V: Kwaliteit Openbaar Bestuur
• Voorzitterschap Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten
• Integriteit bestuur
• Rechtspositie provinciale bestuurders
• Coördinatie openbare orde en veiligheid
• Externe betrekkingen en lobby
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 311
• Kwaliteit openbaar bestuur (inclusief bestuurlijke vernieuwing, interbestuurlijk toezicht,
samenwerking met andere overheden, juridische zaken, trendbureau)
• Communicatie en voorlichting / mediabeleid
• Gebouwen en facilitair beleid
• (E-)Dienstverlening (inclusief informatiebeleid / automatisering)
5.3 Ambtelijke organisatie
Directie
De eindverantwoordelijkheid voor de gehele organisatie ligt bij de Directie. Ze heeft een verantwoor-
delijkheidsplicht aan het college in regulier overleg en managementrapportages en het mandaat
voor het feitelijk besturen van de ambtelijke organisatie. De Directie zorgt dat de ambtelijke organi-
satie doelmatig en doeltreffend werkt en functioneert binnen de bestuurlijk bepaalde beleidslijnen.
Verder zorgt de Directie dat het bestuur tijdig alle relevante informatie en adviezen krijgt voor het
bepalen van het beleid. Als het gaat om het strategische beleid heeft de Directie in de voorbereiding
een actieve voortrekkersrol. De Directie bestaat uit de heer H.A. (Harry) Timmerman (tevens Secreta-
ris van het College van Gedeputeerde Staten van Overijssel) en de heer J. (Johan) Osinga.
Project- en Programmamanagement
De eenheid Project- en Programmamanagement levert daadkrachtige programma- / projectorga-
nisaties ten behoeve van de realisatie van de investeringsagenda, professionaliseert het ambtelijk
opdrachtnemerschap en het ambtelijk en bestuurlijk opdrachtgeverschap en levert daarbij proce-
sexpertise. Hoofd van de eenheid is de heer H.J. (Henk) Vegter.
Ruimte en Bereikbaarheid
De eenheid Ruimte en Bereikbaarheid is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van strategie en
beleid op het fysiekruimtelijke domein met structurerende elementen als water, ondergrond en
infrastructuur. Hoofd van de eenheid is mevrouw M. (Monique) Esselbrugge.
Economie en Cultuur
De eenheid Economie en Cultuur is verantwoordelijk voor de economische strategieontwikkeling
en beleidsontwikkeling op relevante economische onderwerpen waaronder energie, innovatie,
landbouw, toerisme en het sociaal-cultureel vestigingsklimaat. Hoofd van de eenheid is de heer
A.J. (Alfred) Peterson.
Natuur en Milieu
De eenheid Natuur en Milieu is verantwoordelijk voor de strategieontwikkeling en beleidsont-
wikkeling op natuurbeleid en landschapsbeleid en –beheer. Ook is de eenheid verantwoordelijk
voor de milieu- en saneringsopgaven in de provincie. Hoofd van de eenheid is mevrouw T.H.B.M.
(Thea) Hofs.
Wegen en Kanalen
De eenheid Wegen en Kanalen is verantwoordelijk voor het beheer, onderhoud, programmeren
en realiseren van de provinciale infrastructuur en verkeersmanagement (projecten). Hoofd van de
eenheid is mevrouw L. (Lindy) Molenkamp.
Bedrijfsvoering
De eenheid Bedrijfsvoering heeft als opdracht kaders te stellen voor haar klantgroepen, de me-
dewerkers, de leiding en de directie en het bestuur optimaal te bedienen in de bedrijfsvoering,
financiën en faciliteiten. Hoofd van de eenheid is de heer E. (Erik) Jungerius.
Hoofdstuk 5Provinciale organisatie
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014312
Publieke Dienstverlening
De eenheid Publieke Dienstverlening levert (al dan niet met derde partijen gedeelde) diensten
voor de Overijsselse samenleving. Hoofd van de eenheid is mevrouw M.P.E. (Monique) Stouten.
Bestuurs- en concernzaken
De eenheid Bestuurs- en concernzaken opereert op het snijvlak van het bestuurambtelijke
management en bestuurlijke verhoudingen, faciliteert / ondersteunt besluitvorming, is verant-
woordelijk voor strategische advisering en concerncontrol en ondersteunt de Commissaris van de
Koning in haar Rijkstaken. Hoofd van de eenheid is de heer J. (Jaap) Wesselink.
Schematisch ziet de provinciale organisatiestructuur er in 2014 als volgt uit:
Gedeputeerde Staten
Provinciale Staten
HEConcern-managementteam
CdK / Ph
BOG
BOG
BOG
AOG
AOG
AOG
Ph Ph Ph Ph Ph
HE HE HE HE HE HE HE
Directie
Eenheid Project- en Programma-management
Teams • Management• Grondzaken• Project- en programma- management• @Search
Eenheid Economie en Cultuur
Teams• Leiding en strategie• Beleid en realisatie
Eenheid Wegen en Kanalen
Teams • Leiding• Asset- management • Investeringen • Ontwikkeling en expertise • Programma- management • Vaarweg- beheer en installaties• Wegbeheer en verkeer
Eenheid Publieke Dienstverlening
Teams • Management en onder- steuning • Beleidsinforma- tie adviserend • Beleidsinforma- tie uitvoering & ROVO • Handhaving • Jeugdzorg • Subsidie- verlening• Vergunning- verlening
Griffie
CdK
Programma
Project
Programma
Eenheid Ruimte en Bereikbaarheid
Teams• Leiding en staf • Beleids- implementatie • Beleidsstrategie • Beleidsvorming en -program- mering• OV-bureau
Eenheid Natuur en Milieu
Teams • Leiding • Beleids- ontwikkeling en realisatie• Bodem • Contractering • Strategie en bestuurs- ondersteuning
Eenheid Bedrijfsvoering
Teams • Leiding• Backoffice financiën • Faciliteiten • Financiën • Informatie • Juridische zaken • Personeel en organisatie
Eenheid Bestuurs- en concernzaken
Teams• Leiding & strategie• Communicatie • Concerncontrol • Democratie, openbaar bestuur en kabinet• Ondersteuning
Andere overheden Marktpartijen
GS = Gedeputeerde Staten, BOG = Bestuurlijk opdrachtgever, Ph = Portefeuillehouder, HE = Hoofd Eenheid, AOG = Ambtelijk opdrachtgever
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 313
Hoofdstuk 5Provinciale organisatie
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014314
H6
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 315
Woordenlijst6.
Hoofdstuk 6Woordenlijst
Aad. Ten bedrage van
ACM Autoriteit Consument & Markt
ADR Algemene dekkingsreserve
ADT Area Development Twente
AMK Advies- en Meldpunt Kinder-
mishandeling
AmvB Algemene maatregel van
Bestuur
APPA Algemene Pensioenwet Poli-
tieke Ambtsdragers
ARG Algemene Reserve Grond
Art. Artikel
AvA Algemene Vergadering van
Aandeelhouders
B
B&W Burgemeester en Wethouders
BAVO Brede Aanpak Verkeersveilig-
heid Overleg
BBL Bureau Beheer Landbouw-
gronden
BBV Besluit Begroting en Verant-
woording
BC (Eenheid) Bestuurs- en
concernzaken
BCF Btw-compensatiefonds
BDU Brede doeluitkering
BEON Bio-Energiecluster
Oost-Nederland
BES Bodemenergiesystemen
BGO Bestuurlijke Gebiedsover-
leggen
bijv. Bijvoorbeeld
BIRO Bedrijven- en Instellingen-
register Overijssel
BJzO Bureau Jeugdzorg Overijssel
BNG Bank Nederlandse Gemeenten
BRZO Besluit Risico’s Zware
Ongevallen
BSBm Bestuurlijke strafbeschikking
milieu
Btw Belasting toegevoegde waarde
B.V. Besloten Vennootschap
BV (eenheid) Bedrijfsvoering
BZK (Ministerie van) Binnenlandse
Zaken en Koninkrijkrelaties
C
ca. Circa
CAO Collectieve Arbeidsovereen-
komst
CBL Cross Border Leases
CBS Centraal Bureau voor de
Statistiek
CDA Christen Democratisch Appèl
CdK Commissaris van de Koning
CEMT De binnen- of rivierscheep-
vaart is in Europa opgedeeld
in CEMT-klasses om de
afmetingen van vaarwegen in
West-Europa op elkaar af te
stemmen.
CKO Coördinatiepunt Kavelruil
Overijssel
CO2
Kooldioxide
CPO Collectief Particulier Opdracht-
geverschap
CROW Centrum voor Regelgeving
en Onderzoek in de Grond-,
Water- en Wegenbouw en de
Verkeerstechniek
CTH Container Terminal Hengelo
CU ChristenUnie
D
D66 Democraten ‘66
d.m.v. Door middel van
DIA Dynamische Investerings-
agenda
DLG Dienst Landelijk Gebied
DOP Dorpsontwikkelingsplannen
DR Dienst Regelingen
DVS Dienst Verkeer en Scheepvaart
E
e.e.a. Een en ander
e.o. En omstreken
e.d. En dergelijke
EC (Eenheid) Economie en Cultuur
EDO Elektronisch Document
Overijssel
EEP Energie Efficiencyplannen
EFRO Europees Fonds Regionale
Ontwikkeling
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014316
E-HRM Electronic Human Resource
Management
EHS Ecologische Hoofdstructuur
EKC Eigen Kracht Centrale
enz. Enzovoorts
EU Europese Unie
EVC Erkennen van verworven
competenties
EZ (Ministerie van) Economische
Zaken
F
fte Fulltime equivalent, ofwel een
100% formatieplaats
Fido Financiering Decentrale
Overheden
G
GGOR Gewenst Grond- en Opper-
vlaktewaterregime
GIS Geografisch informatiesysteem
GLB Gemeenschappelijk Land-
bouwbeleid
GOBT Gelders Overijssels Bureau
voor Toerisme
GOM Gelderlandse Ontwikkelings-
maatschappij
GPS Global Positioning System
GS Gedeputeerde Staten
GVL Gezond en Veilig Leefmilieu
GWW Grondwaterwet
H
ha Hectare
HBO Hoger beroepsonderwijs
HCO Historisch Centrum Overijssel
Hiswa Handel en Industrie op gebied
van scheepsbouw en Water-
sport
HMO Herstructureringsmaatschappij
Overijssel
HOF Wet Houdbare Overheids-
financiën
HOV Hoogwaardig Openbaar
vervoerverbinding
HRM Human Resource Management
HTSM High Tech Systemen en
Materialen
I
incl. Inclusief
i.v.m. In verband met
IC Interne Controle
ICS Informatie-, coördinatie- en
sturingseenheid
ICT Informatie- en Communicatie-
technologie
ILG Inrichting Landelijk Gebied
IIO Investeren In Overijssel
IiP Investors in People
IM (Ministerie van) Infrastructuur
en Milieu
IMG Investeren met Gemeenten
Interreg Een Europees subsidie-
programma
IPO InterProvinciaal Overleg
IPPC IPPC-richtlijn (Europese
milieunorm)
ISV Investeringsbudget Stedelijke
Vernieuwing
IT Informatietechnologie
J
jl. Jongstleden
K
KCO Kunst en Cultuur Overijssel
KEM Kosteneffectieve maatregelen
KiEMT Kennis en innovatie in Energie-
en Milieutechnologie
KISS Kennisinstituut Stedelijke
Samenleving
KITO Kwaliteitsimpuls Toerisme
Overijssel
km Kilometer
kton/j Kiloton per jaar
KRW Europese Kaderrichtlijn Water
KSS Kwaliteitsscoresysteem
KvK Kamer van Koophandel
KvO Kracht van Overijssel
KWO Koude-Warmte-Opslag
L
Leader Een Europees subsidie-
programma
LGR Landelijk Grondwaterregister
LMA Landelijk Meldpunt Afval-
stoffen
LO Landschap Overijssel
LOG Landbouwontwikkelings-
gebied
LTO Land- en Tuinbouw Organisa-
tie Nederland
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 317
M
m.b.t. Met betrekking tot
m.n. Met name
MBO Middelbaar beroepsonderwijs
MEP Model European Parliament
MER Milieueffectrapportage
MEV Macro Economische Verken-
ning
MEVO Meerjarenprogramma Externe
Veiligheid Overijssel
min. Minimaal
MIRT Meerjarenprogramma Infra-
structuur, Ruimte en Transport
MITO Marketingimpuls Toerisme
Overijssel
miv Met ingang van
MJA Meerjarenafspraak
MKB Midden- en Kleinbedrijf
MKBA Maatschappelijke kosten-
batenanalyse
Mln Miljoen
MON Mobiliteitsonderzoek
Nederland
MRB Motorrijtuigenbelasting
MTR Midterm review
Mw Megawatt
N
n.n.b. Nog niet bekend
n.v.t. Niet van toepassing
NaNOV Nano4vitality
NCW Netto contante waarde
NJN Najaarsnota
NL Nationaal Landschap
NM (Eenheid) Natuur en Milieu
NM Natuurmonumenten
NMO Natuur Milieu Overijssel
NO2
Stikstofdioxide
N-O Noordoost
NOEK Noordelijke Ontsluitingsweg
Enschede en Kennispark
NOT Noordoost-Twente
NRM Nederlands Regionaal Model
NRW Noordrijn-Westfalen
NS Nederlandse Spoorwegen
NSL Nationaal Samenwerkings-
programma Luchtkwaliteit
NV Naamloze Vennootschap
NVS Normeringssysteem voor-
zieningenniveau
O
O&A Onderwijs & Arbeidsmarkt-
beleid
o.a. Onder andere
OBD Overijsselse Bibliotheek Dienst
o.b.v. Op basis van
OCRI Overijssels Centrum voor
Research en Innovatie
OCW (Ministerie van) Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen
OESO Organisatie voor Economische
Samenwerking en Ontwikkeling
ONW Zone Ondernemen met Natuur
en Water
OOM Overijsselse Ontwikkelings-
maatschappij
OPG Overijssels Particulier Grond-
bezit
ORBP Overstromingsrisicobeheers-
plan
OTB Ontwerp tracébesluit
OTS Ondertoezichtstelling
OV Openbaar Vervoer
OZB Onroerendezaakbelasting
P
p.m. Pro memorie
P-nota Perspectiefnota
PvdA Partij van de Arbeid
PAS Programmatische Aanpak
Stikstof
PBE Publiek Belang Elektriciteits-
productie B.V.
P&C Planning & Control
PD (Eenheid) Publieke Dienst-
verlening
PHS Programma Hoogfrequent
Spoor
PIDON Pieken in de Delta Oost-
Nederland
PM10 Fijnstof (PM10) is een ver-
zamelnaam voor zwevende,
inhaleerbare deeltjes
pMJP provinciaal Meerjaren-
programma
PMPC’s Product Markt Partner
Combinaties
POP Plattelands Ontwikkelings-
programma
PPM (Eenheid) Project- en
programma management
PPM Participatiemaatschappij
Hoofdstuk 6Woordenlijst
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014318
PS Provinciale Staten
PSAN Provinciale Subsidieregeling
Agrarisch Natuurbeheer
PSN Provinciale Subsidieregeling
Natuurbeheer
PSP Polymer Science Park
PvA Plan van Aanpak
PVV Partij voor de Vrijheid
PVVP Provinciaal Verkeers- en
Vervoersplan
R
R&D Research & Development
RAV Regeling Ammoniak en
Veehouderij
RB (Eenheid) Ruimte en Bereik-
baarheid
RBT Regionaal Bedrijventerrein
Twente
Recron Recreatieondernemers
resp. Respectievelijk
RIBO Restauratie Opleidingsproject
RO Ruimtelijke Ontwikkeling
ROB Raad voor het Openbaar
Bestuur
ROC Regionaal opleidingscentrum
ROR Richtlijn Overstromingsrisico’s
ROVO Regionaal Orgaan voor de
Verkeersveiligheid in Overijssel
ROVON Regionaal Orgaan Verkeers-
veiligheid Oost-Nederland
ROZ Regionaal Orgaan Zelfstandi-
gen
RMF Regionaal Mobiliteitsfonds
RSL Regionaal Samenwerkings-
programma Luchtkwaliteit
RTA Regionale Transitie Arrange-
menten
RTV-Oost Radio Televisie Oost
RUD Regionale Uitvoeringsdienst
Ruddo Regeling Uitzettingen en
Derivaten Decentrale Over-
heden
RvC Raad van Commissarissen
RVO.nl Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland
RVZ Robuuste Verbindingszone
RW Rijksweg
RWE Rheinisch-Westfälische
Elektrizitätswerke (Duits ener-
giebedrijf)
RWS Rijkswaterstaat
S
SAN Subsidieregeling Agrarisch
Natuurbeheer
SER Sociaal Economische Raad
SGP Staatkundig Gereformeerde
Partij
SKB Schatkistbankieren
SKP Sectoraal Knooppunt
Provincies
SNL Subsidiestelsel voor Natuur-
beheer en Landschapsbeheer
SP Socialistische Partij
SSC Shared Service Centrum
Statencie Statencommissie
STRONG Rijksstructuurvisie op de
Ondergrond
SVn Stichting Stimuleringsfonds
Volkshuisvesting Nederlandse
Gemeenten
T
t.a.v. Ten aanzien van
t.b.v. Ten behoeve van
TBT Twents Bureau voor Toerisme
TEN-t Trans-European Transport
Network
TOP Toeristische overstappunten
U
UT Universiteit Twente
UvW Unie van Waterschappen
UWV Uitvoeringsinstituut Werk-
nemersverzekeringen
V
VERVE Veiligheid en Regie voor Elk
VHR Vogel- en / of Habitatrichtlijn
Vmbo Voortgezet middelbaar
beroepsonderwijs
VNG Vereniging Nederlandse
Gemeenten
VNO-NCW Belangenorganisatie van werk-
gevers (Verbond Nederlandse
Ondernemingen - Nederlands
Christelijk Werkgeversverbond)
VO Voortgezet onderwijs
VOC Verkeersongevallen Concen-
tratie
VS Verenigde Staten
VSO Vereniging voor Statistiek en
Onderzoek
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 319
VTH Vergunningverlening, toezicht
en handhaving
VVD Volkspartij voor Vrijheid en
Democratie
VVGB Verklaring van geen beden-
kingen
VVN Veilig Verkeer Nederland
VWS (Ministerie van) Volksgezond-
heid, Welzijn en Sport
W
WABO Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht
Wajong Wet arbeidsongeschiktheids-
voorziening jonggehandicapten
WB Wetboek
WGR Wet gemeenschappelijke
regelingen
Whvbz Wet hygiëne en veiligheid
badinrichtingen en zwem-
gelegenheden
WK (eenheid) Wegen en Kanalen
WMO Wet maatschappelijke onder-
steuning
WNT Wet normering topinkomens
WO Wetenschappelijk Onderwijs
Wob Wet openbaarheid van bestuur
WRO Wet ruimtelijke ordening
WSW Wet sociale werkvoorziening
WW Werkloosheidswet
Z
zgn Zogenoemde
Z-O Zuidoost
Z-W Zuidwest
Hoofdstuk 6Woordenlijst
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014320
A
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 321
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Accountantsverklaring
Aan: de Provinciale Staten van de provincie Overijssel
Verklaring betreffende de jaarrekeningWij hebben de in dit verslag, op pagina 208 tot en met 307, opgenomen jaarrekening 2014 van de
provincie Overijssel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014
en het overzicht van baten en lasten over 2014 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een
overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen,
alsmede het in de bijlagen opgenomen overzicht van incidentele baten en lasten (bijlage 1, pagina
326 tot en met 333) en de SiSa-bijlage met verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen
(bijlage 2, pagina 334 tot en met 339).
Verantwoordelijkheid van het College van Gedeputeerde StatenHet College van Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel is verantwoordelijk voor het
opmaken van de jaarrekening, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstem-
ming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.
Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de
activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, las-
ten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in
overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder provinciale
verordeningen.
Het College van Gedeputeerde Staten is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheer-
sing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstand-
koming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel
belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountantOnze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze
controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaron-
der de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden
(Bado) en het Controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische
voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van
zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over
de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhan-
kelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van
de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of
fouten.
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014322
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmer-
king die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan,
alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, gericht op
het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-
inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effecti-
viteit van de interne beheersing van de provincie. Een controle omvat tevens het evalueren van de
geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële
rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het College van Gedeputeerde Staten van
de provincie Overijssel gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de
jaarrekening.
De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzeker-
heden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves. Op basis van artikel 2 lid 7 Bado
is deze goedkeuringstolerantie door Provinciale Staten bij besluit van 13 november 2013 (nummer
PS/2013/794) vastgesteld. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die
naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn.
Daarbij zijn voor de controle van de in de jaarrekening opgenomen WNT-informatie de toleranties
gehanteerd zoals vastgelegd in het Controleprotocol WNT.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om
een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekeningNaar ons oordeel geeft de jaarrekening van de provincie Overijssel een getrouw beeld van de
grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2014 als van de activa en passiva per
31 december 2014 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en
gemeenten.
Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede
de balansmutaties over 2014 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand
zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving,
waaronder provinciale verordeningen.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisenIngevolge artikel 217 lid 3 onder d Provinciewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij
dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening.
Zwolle, 27 mei 2015
Ernst & Young Accountants LLP
w.g. drs. J. Schuurkamp–Spijkerboer RA
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 323
Accountantsverklaring
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014324
B
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 325
Bijlagen
Bijlagen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014326
Specificatie incidentele baten
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Kerntaak 1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en
inrichting, waaronder waterbeheer 3.967 1.155 3.973 1.346 6 191
Rente SVN Startersleningen 285 279 -6
Ruimte voor de Rivier 30 30 24 24 -6 -6
Zoetwatervoorziening Oost-Nederland (KvO) 156 156 156 156
Kaderrichtlijn water; implementatie EU-richtlijn 221 221 138 138 -83 -83
Grondwaterheffing (€ 1 mln.) + overige bijdragen 1.584 501 1.227 240 -357 -261
Dividend Vitens 1.009 403 1.007 403 -2
Rente achtergestelde lening Vitens 438 438
Wateronttrekking Twentekanalen 120 120
Coördinatie adviescommissie schade grondwater 280 199 -81
Programma A1-zone -170 -170 -170 -170
Vrijval Voorziening Ruimte voor Ruimte 555 555 555 555
Kerntaak 2. Milieu en energie 79.044 51.678 79.245 52.281 201 603
Rente lening Aardwarmte Koekoekspolder 166 200 34
Bijdragen derden Koekoekspolder 135 135 -135 -135
Rente Energieleningen 844 467 -377
Bijdrage adviescommissie energiefonds 60 38 -22
Dividend Wadinko N.V. 300 300 300 300
Verkoopopbrengst Attero 33.238 33.238 33.238 33.238
Dividend Enexis (inclusief bruglening) 22.353 8.941 22.353 8.941
Rente Enexis (inclusief bruglening) 12.600 12.600
Baten heffing Nazorg stortplaatsen 11 11
Doeluitkering NaNOV 2.816 2.816 2.535 2.535 -281 -281
Implementatie omgevingsvergunning RUD 1.700 1.700 2.787 2.787 1.087 1.087
Duurzame agro sectoren 100 100 100 100
Bijdragen derden bodemsanering 4.448 4.448 3.960 3.960 -488 -488
Overige baten kerntaak 2 133 233 20 100 20
Baten ontgrondingen 140 23 -117
Overige baten bodemsanering 400 400 400 400
Kerntaak 3. Inrichting landelijk gebied 944 528 847 613 -97 85
Doeluitkering weidevogels IJsseldelta 50 50 50 50
Doeluitkering natuurbeheer Rietteeltsector 478 478 478 478
Uitvoering NB wet 416 234 -182
Overige baten 85 85 85 85
Kerntaak 4. Regionale bereikbaarheid en regionaal OV 48.584 2.500 49.027 4.208 443 1.708
Brede doeluitkering verkeer & vervoer 41.067 37.519 -3.548
Bijdragen overheden Regiotaxi 4.647 5.053 406
Overige baten wegbeheer (incl. DPI) 888 750 4.833 2.818 3.945 2.068
Bijdragen partners ROVON 1.750 1.750 1.390 1.390 -360 -360
Vrijval Doeluitkering regionaal mobiliteitsfonds 232 232
Bijlage 1 - Incidentele lasten en baten
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 327
Specificatie incidentele baten
Bijlagen
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Kerntaak 5. Regionale economie 1.811 1.387 6.973 6.554 5.162 5.167
Overige baten 3 3
Innovatiefonds Overijssel (rente) 350 354 4
Overige ink.overdrachten (SER Overijssel) 74 62 -12
Bijdragen derden Europese programma's 1.387 1.387 1.437 1.437 50 50
Vrijval Voorziening participatie Oost N.V. 5.117 5.117 5.117 5.117
Kerntaak 7. Kwaliteit openbaar bestuur 137 193 56
Overige inkomensoverdrachten lobby Den Haag 40 64 24
BI | Economie (ov. ink.ov.) 51 -51
BI | Omgevingskaart (ink.ov. ov.) 46 -46
BI | Algemeen en bestuur 114 114
Overige baten Kerntaak 7 15 15
Kerntaak 8. Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige
niet-kerntaken 122.870 121.383 -1.487
Doeluitkering jeugdzorg 122.155 119.588 -2.567
Overige baten PBCf 27 23 -4
Schadevergoedingen 155 55 -100
Baten interne producten (excl. DPI) 533 1.717 1.184
Kerntaak 9. Gebiedsontwikkelingen 1.558 12.971 11.928 11.413 11.928
Baten verkopen oud-BBLgronden 8.449 8.449 8.449 8.449
Vrijval Voorziening waarderisico grondvoorraad BBL 3.470 3.470 3.470 3.470
Overige baten Kerntaak 9 1.558 1.052 9 -506 9
Algemene dekkingsmiddelen en financiering 714.618 493.325 602.297 380.651 -112.321 -112.674
Subtotaal financiering 300.488 82.481 305.793 87.219 5.305 4.738
Rente langlopend uitgezette middelen 45.873 17 49.334 4.024 3.461 4.007
Bespaarde rente over beklemming ADR 16.569 16.569
Bespaarde rente 40.439 40.439 40.439 40.439
Uitkering Provinciefonds (AU+Ontwikkel) 53.833 53.909 76
Uitkering Provinciefonds (Decentralisatieuitkeringen) 42.563 41.314 43.664 42.415 1.101 1.101
Opcenten motorrijtuigenbelasting 100.500 101.476 976
Deelneming BNG (dividend) 111 111 111 111
Onderuitputting 61 61
Onvoorzien 600 600 -600 -600
Dividend Verkoop Vennootschap B.V. 230 230 230 230
Subtotaal reserves 414.130 410.844 296.504 293.432 117.626 117.412
Reserve Europese programma's 1.773 1.773 349 349 -1.424 -1.424
Reserve regionale bereikbaarheid 3.645 3.645 3.645 3.645
Reserve provinciale infrastructuur 9.449 9.449 5.718 5.718 -3.731 -3.731
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014328
Specificatie incidentele baten
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Reserve waterwegen 800 800 336 336 -464 -464
Reserve startersleningen 407 387 -20
Reserve energiebesparing 4.087 3.247 1.955 1.282 -2.132 -1.965
Reserve Energiefonds Overijssel 2.039 2.012 -27
Reserve Reconstructie 1.555 1.555 1.555 1.555
Egalisatiereserve ILG 37.117 37.117 35.828 35.828 -1.289 -1.289
Reserve Bodemsanering 8.836 8.836 7.086 7.086 -1.750 -1.750
Reserve majeure projecten EHS 18.380 18.380 18.380 18.380
Reserve uitvoering EHS 121.127 121.127 27.902 27.902 -93.225 -93.225
Reserve uitvoering Kracht van Overijssel 204.915 204.915 191.351 191.351 -13.564 -13.564
Totaal incidentele baten 973.533 550.573 896.909 457.581 -96.624 -92.992
Onttrekkingen algemene reserves 237.681 237.681 237.681 237.681
( x € 1.000)
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 329
Bijlagen
Specificatie incidentele lasten ( x € 1.000)
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Kerntaak 1. Duurzame ruimtelijke ontwikkeling en
inrichting, waaronder waterbeheer 49.764 45.874 48.174 44.732 1.590 1.142
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 41.617 41.617 40.871 40.871 746 746
Lasten SVn startersleningen 681 665 16
Lasten ISV-3 3.041 3.041 2.989 2.989 52 52
Kwaliteit stedelijke vernieuwing 465 465 470 470 -5 -5
Lasten Waterkeringen overig 4 4
Kaderrichtlijn water; implementatie EU-richtlijn 251 251 162 162 89 89
Lasten Oppervlaktewaterbeheer 700 655 45
Kapitaallasten grondwatermeetnet 23 23
Voorziening besteding grondwaterheffing 1.393 500 1.088 240 305 260
Coördinatie Adviescie Schade Grondwater 280 190 90
Lasten Grondwaterbeheer - overig 122 29 93
Kapitaallasten aandelen Vitens NV 7 3 4
Kapitaallasten achtergestelde lening Vitens 408 408
Lasten ontw. ruimtelijk beleid 772 617 155
Kerntaak 2. Milieu en energie 48.515 37.858 39.131 29.132 9.384 8.726
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 14.581 14.581 11.572 11.572 3.009 3.009
Energiebesparend wonen 2.0 3.247 3.247 1.502 1.502 1.745 1.745
Convenant asbestdaken 1.923 1.923 502 502 1.421 1.421
SVN energieleningen - kapitaallasten 719 453 266
Energiefonds Overijssel 2.099 2.093 6
Energiepact Greendeals 200 200 200 200
Energiepact overig 200 200 180 180 20 20
Overige lasten energie- en klimaatbeleid 154 129 25
Aardwarmte Koekoekspolder 535 535 400 400 135 135
Kapitaallasten aandelen Enexis Holding N.V. 22 22
Kapitaallasten achtergest. lening Enexis N.V. 1.234 1.234
Kapitaallasten aandelen Vordering op Enexis B.V. 1 1
Kapitaallasten bruglening Vord. op Enexis B.V. 4.994 4.994
Toevoeging aan Voorziening afwikkeling verkoop
Attero | Escrow 2.527 2.527 2.527 2.527
Verkoopkosten Attero 1.077 1.077 1.077 1.077
Stimulering milieukwaliteit - reguliere lasten 563 450 113
Duurzame agro - sectoren 100 100 100 100
MEVO t.l.v. decentralisatieuitk. PF 1.153 1.153 1.058 1.058 95 95
Incidentele lasten RUD-vorming 695 695 455 455 240 240
Bijdrage landelijk IPO projectbureau 94 54 40
Lasten Afvalstoffen 247 162 85
Lasten Doeluitkering NaNOV 2.784 2.784 2.543 2.543 241 241
Rentelasten Doeluitkering NaNOV -10 -10
Overige lasten Geluid 16 8 8
Lasten Handhaving milieubeheer 235 145 90
Lasten Vergunningverlening Milieubeheer 78 194 -116
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014330
Specificatie incidentele lasten ( x € 1.000)
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Lasten Repressieve handhaving 116 32 84
Lasten Ontgrondingen 56 12 44
Lasten Bodemsanering 8.875 8.836 7.242 7.216 1.633 1.620
Kerntaak 3. Inrichting landelijk gebied 147.176 139.720 39.273 33.207 107.903 106.513
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 13.027 13.027 11.926 11.926 1.101 1.101
Lasten gefinancierd uit de Egalisatiereserve ILG 9.386 9.266 8.123 7.979 1.263 1.287
Vrijval ILG-verplichtingen -14.466 -14.466 14.466 14.466
Lasten gefinancierd uit de Reserve uitvoering EHS 114.453 114.453 25.296 25.296 89.157 89.157
Toevoegingen aan Voorziening Revolving fund grondvoorraad 344 -344
Toevoegingen aan Voorziening Natuurbeleidsplan 1.565 1.565
Lasten natuur en landschap - regulier 3.147 1.693 1.454
Realisatie & beheer EHS - lasten rietteeltsector 1.187 1.187 1.176 1.176 11 11
Weidevogelbeheer t.l.v. doeluitkering 50 50 45 45 5 5
Afronding de Doorbraak 505 505 505 505
Kapitaallasten Revolving fund Kavelruil 346 346
Uitvoering NB-wet 2.351 331 2.066 285 331
Overige lasten Kerntaak 3 1.159 901 654 746 505 155
Kerntaak 4. Regionale bereikbaarheid, regionaal OV 112.442 31.065 106.326 29.265 6.116 1.800
Lasten uit de Reserve uKvO 17.093 17.093 18.488 18.488 -1.395 -1.395
Lasten uit de Brede Doeluitkering verkeer & vervoer 45.332 42.255 3.077
Lasten uit de Reserve provinciale infrastructuur 9.606 9.606 5.882 5.882 3.724 3.724
Lasten uit de Reserve waterwegen 816 816 336 336 480 480
Rentelasten Doeluitkering verbetering N34 570 570
Rentelasten Brede Doeluitkering verkeer & vervoer 108 108
Kapitaallasten wegen en kunstwerken 8.622 8.622
Onderhoudslasten wegen en kunstwerken (incl. DPI) 21.942 22.234 263 -292 -263
Kapitaallasten gladheidsbestrijding 175 179 -4
Lasten gladheidsbestrijding - regulier 1.334 1.453 -119
Kapitaallasten vaarwegen 8 8
Beheer en onderhoudslasten vaarwegen 2.554 2.174 609 380 -609
Lasten ROVON 1.750 1.750 1.887 1.887 -137 -137
Moties Antuma c.s. - verdiepte aanleg N18 1.800 1.800 1.800 1.800
Overige lasten Kerntaak 4 732 330 402
Kerntaak 5. Regionale economie 35.571 32.488 33.993 30.853 1.578 1.635
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 29.735 29.735 25.818 25.818 3.917 3.917
Rentelasten DU Europese programma's 7 7
Lasten Europese programma's 1.531 1.531 1.544 1.544 -13 -13
Toeristische produktontw. - reguliere lasten 303 302 1
Kapitaallasten Oost NV 161 161
Innovatiefonds (rente- en beheerlasten) 350 596 -246
Kapitaallasten Ontw.mij. Zuiderzeehaven 35 34 1
Stimulering innovatie - Pieken in de Delta 1.222 1.222 1.222 1.222
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 331
Bijlagen
Specificatie incidentele lasten ( x € 1.000)
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Stimulering innovatie - overige lasten 1.128 916 -174 212 174
Toevoeging aan Voorziening resultaten gebiedsexploitaties 2.443 2.443 -2.443 -2.443
Ruimte voor ondernemen - reguliere lasten 1.099 950 149
Kerntaak 6. Culturele infrastructuur en monumentenzorg 16.170 5.169 16.039 5.171 131 -2
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 5.099 5.099 5.101 5.101 -2 -2
Rijksmuseum Twente 70 70 70 70
Overige lasten Kerntaak 6 11.001 10.868 133
Kerntaak 7. Kwaliteit openbaar bestuur 3.955 1.229 3.715 1.107 240 122
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 1.229 1.229 1.107 1.107 122 122
Reguliere lasten Kerntaak 7 2.726 2.608 118
Kerntaak 8. Sociale infrastructuur, jeugdzorg en overige
niet- kerntaken 239.827 22.620 227.835 17.683 11.992 4.937
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 5.795 5.795 5.521 5.521 274 274
Lasten Sociale kwaliteit 349 323 26
Lasten Steunfunctietaken 3.339 3.256 83
Lasten t.l.v. DU Jeugdzorg 122.155 119.588 2.567
Rentelasten DU Jeugdzorg 131 131
Lasten Jeugdzorg t.l.v. Reserve uKvO 12.385 12.385 9.048 9.048 3.337 3.337
Lasten Jeugdzorg t.l.v. prov. middelen 156 39 117
Transitiekosten Jeugdzorg 150 150 1 1 149 149
Lasten Bezwaar en beroepschriften 13 16 -3
Lasten relatiegeschenken, Kerstpakketten & eindejaarsfeest 96 82 14
Lasten interne comm. en personeelsblad 47 37 10
Lasten Juridische advisering 79 38 41
Verzekeringen en aansprakelijkheidsstellingen 411 146 265
Lasten interne producten (excl. DPI) 28.004 25.494 2.510
Provinciale Staten 1.532 1.382 150
Primaire voorzieningen PS 881 770 111
Gedeputeerde Staten 766 729 37
Toevoegingen Voorziening APPA 450 450
Centraal budget en overhead 666 140 526
Voorziening reorganisatie 3.900 3.900 2.705 2.705 1.195 1.195
Personeelsgebonden kosten 58.132 57.531 601
Overige tijdelijke personeelsbudgetten 390 390 408 408 -18 -18
Kerntaak 9. Gebiedsontwikkelingen 52.478 52.247 50.030 49.934 2.448 2.313
Lasten gefinancierd uit de Reserve uKvO 45.539 45.539 38.093 38.093 7.446 7.446
Lasten uit de Reserve uitvoering EHS 6.674 6.674 2.606 2.606 4.068 4.068
Toevoeging aan Voorziening resultaten gebiedsexploitaties 3.250 3.250 -3.250 -3.250
Toevoeging aan Voorziening waarderisico grondvoorraad BBL 1.131 1.131 -1.131 -1.131
Waardeverminderingen BBL-gronden 265 34 4.950 4.854 -4.685 -4.820
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014332
Specificatie incidentele lasten ( x € 1.000)
Begroting 2014 Realisatie 2014 Saldo 2014
Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel Totaal Incidenteel
Algemene dekkingsmiddelen en financiering 271.074 197.926 266.541 195.730 4.533 2.196
Subtotaal financiering 50.720 1.000 47.792 190 2.928 810
Kapitaallasten aandelen PBE B.V. 1 1
Kapitaallasten aandelen CBL B.V. 1 1
Kapitaallasten aandelen CSV B.V. 1 1
Kapitaallasten obligatieportefeuilles 51.961 52.422 -461
Deelneming BNG (dividend) 6 6
Coördinatie aandeelhouderschappen SPV's 2013 190 190 -190 -190
Onderuitputting algemeen 2.500- -4.829 2.329
Onvoorzien - decentralisatieuitkering asbestdaken 1.000 1.000 1.000 1.000
Onvoorzien - regulier 250 250
Subtotaal reserves 220.354 196.926 218.749 195.540 1.605 1.386
Reserve Europese programma's 5.512 5.512 4.126 4.126 1.386 1.386
Reserve Reconstructie 400 400 400 400
Reserve provinciale infrastructuur 736 736 736 736
Reserve waterwegen 214 214 214 214
Reserve startersleningen 103 103 103 103
Reserve energiebesparing 4.528 4.000 4.309 4.000 219
Reserve herstructurering bedrijventerreinen 1.122 1.122 1.122 1.122
Reserve bodemsanering 22.555 22.555 22.555 22.555
Reserve ISV-3 2.618 2.618 2.618 2.618
Reserve uitvoering Kracht van Overijssel 116.416 116.416 116.416 116.416
Reserve Energiefonds Overijssel 5.000 5.000 5.000 5.000
Uitvoeringsreserve EHS (I) 61.150 38.250 61.150 38.250
Totaal lasten 976.972 566.196 831.057 436.814 145.915 129.382
Toevoegingen algemene reserves 234.242 234.242 233.727 233.727 515 515
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 333
Bijlagen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014334
Bijlage 2 - SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking SiSa - d.d. 2 januari 2015
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
I&M E3 Subsidieregeling sanering verkeerslawaai
(inclusief bestrijding spoorweglawaai)
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai
Provincies, gemeenten en gemeenschap-
pelijke regelingen (Wgr)
Hieronder per regel één beschik-
kingsnummer en in de kolommen
ernaast de verantwoordingsinfor-
matie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 01
1 BSV 2009050685
2 BSV 2010017690
3 BSV 2010028491
4 BSV 2010030859
5 BSV 2011043678
6 BSV 2011051559
7 BSV 2011056760
8 IenM/BSK-2013/244163
9 IenM/BSK-2014/244131
Kopie beschikkingsnummer
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 06
1 BSV 2009050685
2 BSV 2010017690
3 BSV 2010028491
4 BSV 2010030859
5 BSV 2011043678
6 BSV 2011051559
7 BSV 2011056760
8 IenM/BSK-2013/244163
9 IenM/BSK-2014/244131
Besteding (jaar T) ten laste van rijks-
middelen
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 02
€ 215.000
€ 0
€ 0
€ 4.357
-€ 82.044
€ 0
€ 900.000
€ 913.000
€ 0
Cumulatieve bestedingen ten laste van
rijksmiddelen tot en met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid
en volledigheid van de verantwoor-
dingsinformatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 07
€ 2.656.514
€ 2.168.000
€ 897.076
€ 1.853.321
€ 764.507
€ 2.272.200
€ 2.010.000
€ 1.100.965
€ 0
Overige bestedingen (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 03
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Cumulatieve overige bestedingen tot en
met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid en
volledigheid van de verantwoordingsin-
formatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 08
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 04
Nee
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
Cumulatieve kosten ProRail tot en
met (jaar T) als bedoeld in artikel 25
lid 4 van deze regeling ten laste van
rijksmiddelen
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid
en volledigheid van de verantwoor-
dingsinformatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 09
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Kosten ProRail (jaar T) als bedoeld
in artikel 25 lid 4 van deze regeling
ten laste van rijksmiddelen
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 05
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 335
Bijlagen
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
I&M E3 Subsidieregeling sanering verkeerslawaai
(inclusief bestrijding spoorweglawaai)
Subsidieregeling sanering verkeerslawaai
Provincies, gemeenten en gemeenschap-
pelijke regelingen (Wgr)
Hieronder per regel één beschik-
kingsnummer en in de kolommen
ernaast de verantwoordingsinfor-
matie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 01
1 BSV 2009050685
2 BSV 2010017690
3 BSV 2010028491
4 BSV 2010030859
5 BSV 2011043678
6 BSV 2011051559
7 BSV 2011056760
8 IenM/BSK-2013/244163
9 IenM/BSK-2014/244131
Kopie beschikkingsnummer
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 06
1 BSV 2009050685
2 BSV 2010017690
3 BSV 2010028491
4 BSV 2010030859
5 BSV 2011043678
6 BSV 2011051559
7 BSV 2011056760
8 IenM/BSK-2013/244163
9 IenM/BSK-2014/244131
Besteding (jaar T) ten laste van rijks-
middelen
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 02
€ 215.000
€ 0
€ 0
€ 4.357
-€ 82.044
€ 0
€ 900.000
€ 913.000
€ 0
Cumulatieve bestedingen ten laste van
rijksmiddelen tot en met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid
en volledigheid van de verantwoor-
dingsinformatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 07
€ 2.656.514
€ 2.168.000
€ 897.076
€ 1.853.321
€ 764.507
€ 2.272.200
€ 2.010.000
€ 1.100.965
€ 0
Overige bestedingen (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 03
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Cumulatieve overige bestedingen tot en
met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid en
volledigheid van de verantwoordingsin-
formatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 08
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 04
Nee
Ja
Ja
Ja
Ja
Nee
Nee
Nee
Nee
Cumulatieve kosten ProRail tot en
met (jaar T) als bedoeld in artikel 25
lid 4 van deze regeling ten laste van
rijksmiddelen
Deze indicator is bedoeld voor de tus-
sentijdse afstemming van de juistheid
en volledigheid van de verantwoor-
dingsinformatie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E3 / 09
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Kosten ProRail (jaar T) als bedoeld
in artikel 25 lid 4 van deze regeling
ten laste van rijksmiddelen
Aard controle R
Indicatornummer: E3 / 05
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
€ 0
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014336
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
I&M E11 Nationaal Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit (NSL)
Subsidieregeling programmafinanciering
lokale luchtkwaliteitsmaatregelen en
Besluit milieusubsidies
Provincies
Besteding (jaar T) door provincie
ten laste van rijksmiddelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten)
Doorgeleide middelen door provincie
naar medeoverheden (jaar T) ten
laste van rijksmiddelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten)
Besteding (jaar T) ten laste van eigen bij-
drage provincie zoals beschreven in artikel 9
lid 2 van de subsidieregeling NSL
Besteding (jaar T) ten laste van
bijdragen door derden = contract-
partners van provincie
(niet Rijk, provincie of medeover-
heid)
Besteding (jaar T) ten laste van
rentebaten provincie op door Rijk
verstrekte bijdrage NSL
Teruggestort / verrekend in (jaar T)
in verband met niet uitgevoerde
maatregelen door provincie
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 01
€ 3.456
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 02
€ 0
Cumulatieve besteding (t/m jaar T)
door provincie ten laste van rijks-
middelen (exclusief besteding uit
ontvangen renteopbrengsten)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 03
€ 0
Cumulatieve doorgeleide middelen door
provincie naar medeoverheden (t/m jaar
T) ten laste van rijksmiddelen (exclusief
besteding uit ontvangen renteopbrengsten)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 04
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar
T ten laste van eigen middelen
(provincie)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 05
€ 2.519
Cumulatieve besteding t/m jaar T
ten laste van bijdragen door derden
=contractpartners van provincie (niet
Rijk, provincie of medeoverheid)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 06
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar T
ten laste van rentebaten provincie
op door Rijk verstrekte bijdrage
NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 07
Nee
Cumulatieve terugstorting t/m jaar
T in verband met niet uitgevoerde
maatregelen door provincie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 08
€ 521.958
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van provinciale middelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten) door medeover-
heden
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 09
€ 616.000
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1 ten laste
van eigen bijdrage medeoverheden zoals
beschreven in artikel 9 lid 2 van de subsidie-
regeling NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 10
€ 3.260.839
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van bijdragen door derden
= contractpartners van medeoverheid
(niet Rijk, provincie of medeoverheid)
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 11
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van rentebaten medeover-
heden op door provincie verstrekte
bijdrage NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 12
€ 33.974
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 13
€ 0
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 14
€ 616.000
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 15
€ 252.652
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 16
€ 0
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 17
€ 27.313
I&M E27 Brede doeluitkering verkeer en vervoer
Wet BDU Verkeer en Vervoer (art. 10)
Provincies en stadsregio’s (Wgr+)
Eindsaldo / -reservering (jaar T-1) Rentebaten (jaar T) Ontvangen BDU-bijdrage V&W (jaar T) Terugbetaling door derden vanuit
BDU-bijdrage verstrekte middelen
in (jaar T)
Besteding (jaar T) Correctie over besteding (T-1)
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 01
€ 56.602.268
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 02
€ 107.946
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 03
€ 35.258.842
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 04
€ 1.185.478
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 05
€ 38.704.342
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 06
€ 0
Eindsaldo / -reservering (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 07
€ 54.450.192
Individuele bestedingen (jaar T)
die meer dan 20% van de totaal
ontvangen BDU-bedragen
Omschrijving
Individuele bestedingen (jaar T) die
meer dan 20% van de totaal ontvan-
gen BDU-bedragen
Bedrag
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E27 / 08
1 Busconcessie Midden-Overijssel
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 09
€ 17.569.207
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 337
Bijlagen
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
I&M E11 Nationaal Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit (NSL)
Subsidieregeling programmafinanciering
lokale luchtkwaliteitsmaatregelen en
Besluit milieusubsidies
Provincies
Besteding (jaar T) door provincie
ten laste van rijksmiddelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten)
Doorgeleide middelen door provincie
naar medeoverheden (jaar T) ten
laste van rijksmiddelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten)
Besteding (jaar T) ten laste van eigen bij-
drage provincie zoals beschreven in artikel 9
lid 2 van de subsidieregeling NSL
Besteding (jaar T) ten laste van
bijdragen door derden = contract-
partners van provincie
(niet Rijk, provincie of medeover-
heid)
Besteding (jaar T) ten laste van
rentebaten provincie op door Rijk
verstrekte bijdrage NSL
Teruggestort / verrekend in (jaar T)
in verband met niet uitgevoerde
maatregelen door provincie
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 01
€ 3.456
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 02
€ 0
Cumulatieve besteding (t/m jaar T)
door provincie ten laste van rijks-
middelen (exclusief besteding uit
ontvangen renteopbrengsten)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 03
€ 0
Cumulatieve doorgeleide middelen door
provincie naar medeoverheden (t/m jaar
T) ten laste van rijksmiddelen (exclusief
besteding uit ontvangen renteopbrengsten)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 04
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar
T ten laste van eigen middelen
(provincie)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 05
€ 2.519
Cumulatieve besteding t/m jaar T
ten laste van bijdragen door derden
=contractpartners van provincie (niet
Rijk, provincie of medeoverheid)
Aard controle R
Indicatornummer: E11 / 06
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar T
ten laste van rentebaten provincie
op door Rijk verstrekte bijdrage
NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 07
Nee
Cumulatieve terugstorting t/m jaar
T in verband met niet uitgevoerde
maatregelen door provincie
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 08
€ 521.958
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van provinciale middelen
(exclusief besteding uit ontvangen
renteopbrengsten) door medeover-
heden
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 09
€ 616.000
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1 ten laste
van eigen bijdrage medeoverheden zoals
beschreven in artikel 9 lid 2 van de subsidie-
regeling NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 10
€ 3.260.839
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van bijdragen door derden
= contractpartners van medeoverheid
(niet Rijk, provincie of medeoverheid)
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 11
€ 0
Cumulatieve besteding t/m jaar T-1
ten laste van rentebaten medeover-
heden op door provincie verstrekte
bijdrage NSL
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 12
€ 33.974
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E11 / 13
€ 0
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 14
€ 616.000
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 15
€ 252.652
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 16
€ 0
Aard controle D1
Indicatornummer: E11 / 17
€ 27.313
I&M E27 Brede doeluitkering verkeer en vervoer
Wet BDU Verkeer en Vervoer (art. 10)
Provincies en stadsregio’s (Wgr+)
Eindsaldo / -reservering (jaar T-1) Rentebaten (jaar T) Ontvangen BDU-bijdrage V&W (jaar T) Terugbetaling door derden vanuit
BDU-bijdrage verstrekte middelen
in (jaar T)
Besteding (jaar T) Correctie over besteding (T-1)
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 01
€ 56.602.268
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 02
€ 107.946
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 03
€ 35.258.842
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 04
€ 1.185.478
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 05
€ 38.704.342
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 06
€ 0
Eindsaldo / -reservering (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 07
€ 54.450.192
Individuele bestedingen (jaar T)
die meer dan 20% van de totaal
ontvangen BDU-bedragen
Omschrijving
Individuele bestedingen (jaar T) die
meer dan 20% van de totaal ontvan-
gen BDU-bedragen
Bedrag
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: E27 / 08
1 Busconcessie Midden-Overijssel
Aard controle R
Indicatornummer: E27 / 09
€ 17.569.207
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014338
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
EZ F3 Verzameluitkering EZ
Regeling verzameluitkering
Provincies, gemeenten en gemeenschap-
pelijke regelingen (Wgr)
Besteding (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: F3 / 01
€ 234.744
VWS H8 Doeluitkering jeugdzorg (Bureau Jeugd-
zorg + Zorgkosten Jeugdzorg)
Wet op de jeugdzorg (art. 37)
en Regeling bekostiging jeugdzorg 2009
Provincies en stadsregio’s (Wgr+)
Aantal Onder toezichtstelling (OTS),
(jaar T-1)
Aantal OTS (jaar T-1), overig Aantal voorlopige voogdij (jaar T-1) Aantal voogdij (jaar T-1) Aantal jeugdreclassering (jaar T-1) Aantal samenloop (jaar T-1)
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 01
907
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 02
2.330
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 03
10
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 04
911
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 05
474
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 06
82
Aantal Individuele trajectbegeleiding
(jaar T-1) (ITB), harde kern
Aantal ITB (jaar T-1), Criem Aantal scholing- en trainingsprogramma’s
(STP) (jaar T-1)
Besteding (jaar T) aan stichting die
een Bureau Jeugdzorg in stand houdt
- deel justitietaken
Besteding (jaar T) aan stichting, die
een Bureau Jeugdzorg in stand houdt
- deel taken Bureau Jeugdzorg en
subsidie Bureau Jeugdzorg
Besteding (jaar T) aan zorgaanbod
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 07
65
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 08
293
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 09
0
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 10
€ 34.349.924
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 11
€ 14.965.516
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 12
€ 70.272.762
Aantal aanmeldingen (jaar T-1) aan
het LBIO door Bureau Jeugdzorg
Aantal afmeldingen (jaar T-1) aan het
LBIO door Bureau Jeugdzorg
Omvang egalisatiereserve jeugdzorg per 31
december (jaar T)
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle D2
Indicatornummer: H8 / 13
934
Aard controle D2
Indicatornummer: H8 / 14
966
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 15
€ 8.433.066
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: H8 / 16
Nee
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 339
Bijlagen
Departement
Nummer Specifieke uitkering Indicatoren Indicatoren
EZ F3 Verzameluitkering EZ
Regeling verzameluitkering
Provincies, gemeenten en gemeenschap-
pelijke regelingen (Wgr)
Besteding (jaar T)
Aard controle R
Indicatornummer: F3 / 01
€ 234.744
VWS H8 Doeluitkering jeugdzorg (Bureau Jeugd-
zorg + Zorgkosten Jeugdzorg)
Wet op de jeugdzorg (art. 37)
en Regeling bekostiging jeugdzorg 2009
Provincies en stadsregio’s (Wgr+)
Aantal Onder toezichtstelling (OTS),
(jaar T-1)
Aantal OTS (jaar T-1), overig Aantal voorlopige voogdij (jaar T-1) Aantal voogdij (jaar T-1) Aantal jeugdreclassering (jaar T-1) Aantal samenloop (jaar T-1)
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 01
907
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 02
2.330
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 03
10
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 04
911
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 05
474
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 06
82
Aantal Individuele trajectbegeleiding
(jaar T-1) (ITB), harde kern
Aantal ITB (jaar T-1), Criem Aantal scholing- en trainingsprogramma’s
(STP) (jaar T-1)
Besteding (jaar T) aan stichting die
een Bureau Jeugdzorg in stand houdt
- deel justitietaken
Besteding (jaar T) aan stichting, die
een Bureau Jeugdzorg in stand houdt
- deel taken Bureau Jeugdzorg en
subsidie Bureau Jeugdzorg
Besteding (jaar T) aan zorgaanbod
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 07
65
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 08
293
Aard controle D1
Indicatornummer: H8 / 09
0
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 10
€ 34.349.924
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 11
€ 14.965.516
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 12
€ 70.272.762
Aantal aanmeldingen (jaar T-1) aan
het LBIO door Bureau Jeugdzorg
Aantal afmeldingen (jaar T-1) aan het
LBIO door Bureau Jeugdzorg
Omvang egalisatiereserve jeugdzorg per 31
december (jaar T)
Eindverantwoording Ja / Nee
Aard controle D2
Indicatornummer: H8 / 13
934
Aard controle D2
Indicatornummer: H8 / 14
966
Aard controle R
Indicatornummer: H8 / 15
€ 8.433.066
Aard controle n.v.t.
Indicatornummer: H8 / 16
Nee
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014340
Opgave
nummer
Kern-
taak Naam
Actuele
Begroting
2014
Realisatie
2014 Verschil
Nog beschikbaar
in bestemmings
reserve UKvO
Kerntaak 1
2 1 1.2.1 Leefbaarheid, stadsrandzones, groene omgeving 1.963 1.931 32 964
4 1 1.3.3 Woonomgeving 820 599 221 1.513
12 1 1.6.1 Project Zoetwatervoorziening Oost-Nederland ZON 350 127 223 999
60 1 1.1.1 Netwerksteden inclusief Spoorzone Zwolle en diverse
projecten
32.014 32.014 13.612
17B 1 1.2.7 Nationaal Landschap IJsseldelta 1.796 1.570 226 2.511
DIA 1 1.6.2 Uiterwaarden Olst 941 941 1.186
IIO 1 1.3.2 Uitvoering prestatieafspraken wonen (en werken) stimuleren 5.600 5.600
IIO 1 1.4.1 A1 zone 700 671 29 29
IIO 1 1.7.1 Uitvoering waterprestaties pMJP waterveiligheid 2
Subtotaal Kerntaak 1 44.184 43.453 731 20.816
Vrijval 1 1.2.1 A2 Kwaliteitsimpuls ruimtelijke kwaliteit 316 316
Vrijval 1 1.7.1 Uitvoeren pMJP-waterprestaties 1 1
Totaal Kerntaak 1 44.501 43.770 731 20.816
Kerntaak 2
9 2 2.5.2 Sanering en Beheersing spoedeisende bodemlocaties 1.000 1.000 1.113
9 2 2.5.3 Sanering met asbest verontreinigde bodemlocaties 2.000 1.463 537 7.663
10 2 2.3.10 Gezond en veilig leefmilieu 23 58 -35 645
10 2 2.3.9 Gezond en veilig leefmilieu 1.395 1.044 351 4.378
11 2 2.2.5 Verankeren van duurzaam ontwikkelen in projecten en
gebiedsontwikkelingen 550 562 -12 1.004
11 2 2.2.6 Uitbouwen en beheren van Kennisplatform Duurzame Leef-
omgeving 20 15 5 196
11 2 2.2.7 Realiseren van educatie-infrastructuur en -agenda 165 162 3 286
IIO 2 2.1.1 Duurzaam opwekken energie (Energiepact) 18.669 16.489 2.180 22.324
Subtotaal Kerntaak 2 23.822 20.793 3.029 37.609
Vrijval 2 2.1.1 Duurzaam opwekken energie (Energiepact) 240 240
Vrijval 2 2.5.1 Waterbodems Teerput Vasse 5 5
Totaal Kerntaak 2 24.067 21.038 3.029 37.609
Kerntaak 3
16 3 3.6.1 Herverkaveling / kavelruil (Kracht van Overijssel) 2.866
18 3 3.8.1 Groene en blauwe diensten 1.000 1.020 -20 3.980
15A 3 3.6.2 Investeringen natuur en landschap (Best. verpl. pMJP) 2.175 1.373 802 13.356
15A 3 3.7.1 Ontwikkelopgave EHS afr. juridische en bestuurlijke verpl.
sectorale projecten
76 76 2.469
Bijlage 3 - Kracht van Overijssel + DIA + IIO
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 341
Opgave
nummer
Kern-
taak Naam
Actuele
Begroting
2014
Realisatie
2014 Verschil
Nog beschikbaar
in bestemmings
reserve UKvO
15A 3 3.7.2 Ontwikkelopgave EHS afr. juridische en bestuurlijke verpl.
sectorale projecten
4.842 5.882 -1.040 15.414
15B 3 3.8.2 Frictiekosten decentralisatie natuurbeleid 2.560 1.070 1.490 3.490
IIO 3 3.10.5 Uitfinanciering faunapassage N333 2.374 2.505 -131 137
IIO 3 3.7.3 Ontwikkelopgave EHS Programmatische aanpak stikstof (PAS) 1.519
Subtotaal Kerntaak 3 13.027 11.926 1.101 43.231
Vrijval 3 3.1.1 Investeringen natuur en landschap (Best. verpl. pMJP) 4.500 4.500
Vrijval 3 3.7.3 Ontwikkelopgave EHS Programmatische aanpak stikstof (PAS) 400 400
Totaal Kerntaak 3 17.927 16.826 1.101 43.231
Kerntaak 4
20 4 4.1.1 A1 39.584
22 4 4.1.3 N34 22.174
23 4 4.1.4 N35 300 210 90 18.996
25 4 4.1.8 N348 2e fase 400 125 275 7.547
26 4 4.2.4 Spoor Deventer Wierden ureninkoop 214 214 2.393
28 4 4.2.4 Spoor Hengelo Bentheim 8.500
29 4 4.2.2 Spoor Zwolle - Enschede 1.792 1.541 251 77.471
30 4 4.2.1 Spoor - Vechtdallijnen 6.750
32 4 4.6.1 Beheer en onderhoud - Vervangingsinvesteringen 4.400 3.820 580 9.357
33 4 4.4.1 Water - Multimodale overslag 2.465 2.057 408 5.674
34 4 4.1.9 Ketenmobiliteit - Investeren in kansrijke relaties OV en fiets 800 610 190 6.336
35 4 4.1.7 N340 N48 N377 113.000
24B 4 4.1.6 N23 / N307 1.400 1.206 194 650
DIA 4 4.1.10 Aansluitingen A1- A28 623 397 226 226
DIA 4 4.1.7 N340 1e fase 4.500 6.968 -2.468 10.074
DIA 4 4.2.3 Hoogwaardig vervoer Zwolle - Kampen 7.715
IIO 4 4.1.4 N35 2e fase Wierden - Nijverdal 28.500
IIO 4 4.2.1 Spoor Vechtdal lijnen verbetering spoorinfrastructuur 199 38 161 8.472
KvO 4 4.2.10 Herijking OV-tactiek 34.700
KvO 4 4.2.4 Zwolle spoort 10.000
Subtotaal Kerntaak 4 17.093 17.186 93 418.119
Vrijval 4 4.1.1 A1 50.000 50.000
Vrijval 4 4.1.3 N34 26 26
Vrijval 4 4.1.4 N35 35.000 35.000
Vrijval 4 4.1.5 N50 2.550 2.550
Vrijval 4 4.1.7 N340 1e fase 225 225
Totaal Kerntaak 4 104.894 104.987 -93 418.119
Bijlagen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014342
Opgave
nummer
Kern-
taak Naam
Actuele
Begroting
2014
Realisatie
2014 Verschil
Nog beschikbaar
in bestemmings
reserve UKvO
Kerntaak 5
37 5 5.1.1 Actieplan kantoren ontwikkelen en uitvoeren 1.285 311 974 3.914
38 5 5.3.1 Uitvoeringsprogramma Businessplan voor de sector High Tech
in Twente
9.234 7.847 1.387 35.119
38 5 5.3.2 Ontwikkelen / uitvoeren voor topsectoren Energie, Kunststof-
fen, gezondheidszorg en Agrofood 1.331 1.326 5 2.983
38 5 5.3.4 Versterking van de concurrentiekracht en verduurzaming van
de sector land- en tuinbouw. 2.749 1.913 836 4.362
38 5 5.3.9 De realisatiekracht van intermediaire organisaties 510 478 32 102
39 5 5.5.2 Uitvoering Marketingimpuls Toerisme Overijssel 2011-2015 1.418 1.418 967
39 5 5.5.3 Investeren in festivals en evenementen die van belang zijn
voor de vrijetijdseconomie 200 169 31 145
39 5 5.5.4 Uitvoeringsprogramma's uitvoeren voor Overijssels water,
cultuurbeleving en Puur 4.000 3.724 276 2.799
39 5 5.5.5 Ontwikkelen toeristische belevingseconomie i.s.m. maat-
schappelijke partners 2.374 2.282 92 492
40 5 5.2.6 Uitvoeren Human Capital Agenda 1.490 1.309 181 1.206
40 5 5.2.7 Uitvoeren Human Capital Agenda 420 420 80
64 5 5.1.4 Uitwerken economische, strategische en financiële aspecten
uitrol breedband Overijssel
64 5 5.1.6 Toekomstvast, provinciedekkend en open breedbandnet-
werk in de provincie Overijssel 1.782 1.731 51 28.036
DIA 5 5.3.6 Stimulering innovatie agrocluster
IIO 5 5.1.2 Vitale bedrijfsterreinen 2.692 2.640 52 4.998
IIO 5 5.2.4 Raamplan fietspaden - onderhoud kanoroutes
IIO 5 5.5.2 Uitvoering Marketingimpuls Toerisme Overijssel 2011-2015 250 250
Subtotaal Kerntaak 5 29.735 25.818 3.917 85.203
Vrijval 5 5.1.6 Toekomstvast, provinciedekkend en open breedbandnet-
werk in de provincie Overijssel
3.000 3.000
Vrijval 5 5.2.4 Raamplan fietspaden - onderhoud kanoroutes 480 480
Vrijval 5 5.3.1 Uitvoeringsprogramma Businessplan voor de sector High
Tech in Twente 118 118
Vrijval 5 5.3.2 Innovatieregeling 3 3
Vrijval 5 5.3.3 Uitvoeringsprogramma Ondersteuning van ondernemer-
schap en innovatie in de vrijetijdssector. 109 109
Vrijval 5 5.5.3 Investeren in festivals en evenementen die van belang zijn
voor de vrijetijdseconomie 8 8
Totaal Kerntaak 5 33.453 29.536 3.917 85.203
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014 343
Opgave
nummer
Kern-
taak Naam
Actuele
Begroting
2014
Realisatie
2014 Verschil
Nog beschikbaar
in bestemmings
reserve UKvO
Kerntaak 6
66 6 6.3.2 Cultuureducatie 1.035 1.025 10 2.108
44/45/46 6 6.1.8 Verhaal van Overijssel 150 150 152
44/45/46 6 6.1.9 Stimuleren van herbestemming van cultureel erfgoed 303 300 3 303
44/45/47 6 6.1.10 Matchen gedecentraliseerde rijksmiddelen voor de restau-
ratie van rijksmonumenten
1.200 1.200
44/45/48 6 6.2.12 Faciliteren van talentontwikkeling in Oost-Nederland 950 842 108 1.061
66/67 6 6.3.3 Cultuurparticipatie 850 987 -137 1.164
IIO 6 6.1.15 Uitvoeren programma cultuur en ruimte 340 340 180
IIO 6 6.1.9 Stimuleren van de herbestemming van cultureel erfgoed 271 256 15 14
Subtotaal Kerntaak 6 5.099 5.100 1 4.982
Vrijval 6 6.2.12 Faciliteren van talentontwikkeling in Oost-Nederland 287 287
Vrijval 6 6.2.14 Versterken culturele basisinfrastructuur 377 377
Vrijval 6 6.3.2 Cultuureducatie 2 2
Vrijval 6 6.3.3 Cultuurparticipatie 43 43
Totaal Kerntaak 6 5.808 5.809 -1 4.982
Kerntaak 7
47 7 7.1.1 Overijssels bestuur 20xx 129 73 56 233
47 7 7.1.2 Samenwerken met andere overheden 50 21 29 114
48 7 7.3.1 Trendbureau 300 296 4 318
49 7 7.2.1 Burgerbetrokkenheid 250 250 286
49 7 7.2.2 Produceren van digitale en schriftelijke communicatie-
middelen
500 467 33 629
Subtotaal Kerntaak 7 1.229 1.107 122 1.580
Vrijval 7 7.1.2 Samenwerken met andere overheden 48 48
Totaal Kerntaak 7 1.277 1.155 122 1.580
Kerntaak 8
50 8 8.1.3 Sociaal beleid flankerend aan de provinciale kerntaken
inzetten
4.203 3.991 212 678
50 8 8.1.4 Ondersteuning mantelzorg / vrijwilligers en mensen met een
beperking, jeugd en senioren 1.555 1.493 62 1.624
51A 8 8.4.1 (Transitie) Jeugdzorg (inclusief overdracht jeugdzorg aan
samenwerkende gemeenten) 7.628 5.798 1.830 1.830
51B 8 8.3.1 Uitvoering Eigen Kracht-conferenties 2.483 1.781 702 702
51C 8 8.3.8 1000 Jongerenplan 2.274 1.469 805 805
KvO 8 8.1.9 Stimuleren breedtesport in Overijssel 37 37
Totaal Kerntaak 8 18.180 14.569 3.611 5.639
Bijlagen
Provincie Overijssel Jaarverslag 2014344
Opgave
nummer
Kern-
taak Naam
Actuele
Begroting
2014
Realisatie
2014 Verschil
Nog beschikbaar
in bestemmings
reserve UKvO
Kerntaak 9
57 9 9.0.9 Innovatiedriehoek 25.110 25.540 -430 25.188
58 9 9.0.5 Luchthaven Twente e.o. 3.000
59 9 9.0.1 Ruimte voor de Vecht 7.108 7.066 42 5.707
62 9 9.0.3 Deltaprogramma- Gebiedsontwikkeling IJssel-Vechtdelta 2.757 2.731 26 6.064
63 9 9.0.8 Landgoed Twickel 365 431 -66 3.165
61/17C 9 9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente 1.248 973 275 7.175
DIA 9 9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJssel Delta-Zuid 5.625 5.625 -3.181
IIO 9 9.0.5 Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente 8.538
KvO 9 9.0.10 Gebiedsontwikkeling Ecologische Hoofdstructuur / Natura
2000.
326 326
KvO 9 9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid 3.000 1.700 1.300 42.594
Subtotaal Kerntaak 9 45.539 44.392 1.147 98.250
Vrijval 9 9.0.2 Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid 1.763 1.763
Vrijval 9 9.0.4 Gebiedsontwikkeling Noordoost-Twente 5.000 5.000
Totaal Kerntaak 9 52.302 51.155 1.147 98.250
Totaal investeringen KvO + DIA + IIO 197.908 184.344 13.564 715.429
Totaal vrijval 104.501 104.501
Totaal 302.409 288.845 13.564 715.429